PASEN 21 april 2019 om 9.30 uur

Transcriptie

1 PASEN 21 april 2019 om 9.30 uur Medewerking: Dieuwke Kloppenborg (trompet) Ellis t Hooft (dwarsfluit) Hans van Noord (orgel) Voorganger: ds. Gerdien Neels We zingen voor de dienst vanaf 9.15 uur We zingen: Lied 637 : (melodie: Daar juicht een toon) 1. Allen O vlam van Pasen, steek ons aan, de Heer is waarlijk opgestaan! De Zoon, voor wie het duister zwicht, de Zoon is als de zon, zo licht! 2. Vrouwen De Vader laat niet in het graf zijn kind dat zoveel vreugde gaf, Hij tilt het uit de kille grond het loopt als vuur de wereld rond. 3. Mannen De oude nacht voorgoed gedood, de toekomst kleurt de morgen rood; ziehier hoe God vergevend is en hoe zijn liefde levend is. 4. Allen Ziehier het licht van lange duur, ziehier de Zoon, de zon, het vuur; o vlam van Pasen, steek ons aan de Heer is waarlijk opgestaan! We zingen: Lied 645 : Zing ten hemel toe, Christus onze Heer juich en jubel Gode, is voor ons gestorven want Hij wordt niet moe en Hij daalde neer voor ons uit te gaan in het doodsgebied, als een vuur vooraan deed de dood te niet levenden en doden! in de nieuwe morgen Pasen is de dag, Daarom, zing Hem toe! dat de doven lippen Hij is onze Heiland. van het stomme graf Word zijn lof niet moe! Hem, het woord van God, God is opgestaan uit de zwarte dood om de hand te slaan in het leven riepen. aan de oude vijand. 1

2 We zingen: Lied 624 : Christus, onze Heer, verrees, halleluja! Prijs nu Christus in ons lied, halleluja, Heilige dag na angst en vrees, halleluja! die in heerlijkheid gebiedt, halleluja, Die verhoogd werd aan het kruis, halleluja, die aanvaardde kruis en graf, halleluja, bracht ons in Gods vrijheid thuis, halleluja! dat Hij zondaars t leven gaf, halleluja! 3. Maar zijn lijden en zijn strijd, halleluja, heeft verzoening ons bereid, halleluja! Nu is Hij der hemelen Heer, halleluja! Engelen jubelen Hem ter eer, halleluja! Instrumentaal door Hans, Dieuwke en Ellis Stiltemoment Welkom door de ouderling van dienst Een kind steekt zeven witte kaarsen aan en leest: We zingen: Jezus gaf hoop aan de mensen in nood. Maar wie hielp hem in het vuur van zijn dood? God laat niet los waar hij ooit aan begon. Hij geeft het leven als licht van de zon. Wij bidden om een nieuw begin, een nieuw begin van leven. God stuur ons toch uw wereld in om liefde door te geven. We zingen staande het intochtslied: Psalm 149 : 1 en 2 Halleluja! laat opgetogen Laat het een hoge feestdag wezen. een nieuw gezang de Heer verhogen. De naam des Heren wordt geprezen Laat allen die Gods naam belijden met het aloude lied der vaderen. zich eensgezind verblijden. De heilige reien naderen. Volk van God, loof Hem die u schiep; En zo danst in het morgenlicht Israël dank Hem die u riep. heel Gods volk voor zijn aangezicht Trek, Sion, in een blijde stoet en slaat de harp en roert de trom uw Koning tegemoet. in s Heren heiligdom. Groet en bemoediging v. De Heer is waarlijk opgestaan! g. HALLELUJA! v. en onze hulp is in de naam van de Heer g. DE EERSTE EN DE LAATSTE EN DE LEVENDE DE VADER EN DE ZOON EN DE HEILIGE GEEST v. Dit is de dag die de Heer gemaakt heeft g. LATEN WE JUICHEN EN ONS VERHEUGEN! 2

3 We zingen staande : Psalm 149 : 3 De Heer gedenkt in gunst de zijnen. Hij kroont de zwakken en de kleinen. Hij kent de stillen in den lande, het heil is nu ophanden. Wees verheugd, die de Heer verbeidt, nu Hij komt en u zelf bevrijdt. Prijs dan zijn naam bij dag en nacht en roem zijn grote macht. Gebed We zingen als glorialied: Het liefste lied van overzee, deel II, no. 47 : (Hail the day that sees Him rise melodie: Robert Williams of Anglesey) Prijs de dag dat Hij verrees, - Halleluja! Christus, uw getuigenis Halleluja! om de nieuwe morgen wees. Halleluja! dat Gods Naam bevrijder is, Halleluja! Christus heeft ons door de nacht Halleluja! bindt ons samen, vuurt ons aan - Halleluja! dichter bij die dag gebracht. Halleluja! vrolijk met u mee te gaan. Halleluja! 5. Als de schepping wordt bekroond, Halleluja! God zelf bij de mensen woont, - Halleluja! iedereen te bloeien staat: - Halleluja! prijs die dag die komen gaat. Halleluja! Gebed bij de opening van de Schriften 1 e Schriftlezing: Jesaja 51 : 9-11 We zingen: Lied 118a : Ontwaak, ontwaak, arm van de HEER, en bekleed u met kracht! Ontwaak als in de dagen van weleer, als in lang vervlogen tijden. Was u het niet die Rahab vermorzelde, die het monster doorboorde? 10Was u het niet die de zee drooglegde, het water in de diepte, die een weg baande op de bodem van de zee waarover het verloste volk kon gaan? 11Wie door de HEER zijn bevrijd, keren terug. Jubelend komen zij naar Sion, gekroond met eeuwige vreugde. Gejuich en vreugde trekken de stad binnen, gejammer en verdriet vluchten eruit weg. Mijn God zijt Gij, U wil ik danken, mijn God, U in de hoogte steken. Ik spreek U uit, ik noem uw naam, zowaar als ik leef. Mijn God zijt Gij, U wil ik danken, zowaar als ik leef. 3

4 1. Ik was gevangen en riep: God, en Hij heeft mij geantwoord. Hij heeft mij de ruimte gegeven, Hij komt voor mij op als een vriend. Mijn God zijt Gij, U wil ik danken, zowaar als ik leef. 2. Beter te schuilen bij God dan te vertrouwen op mensen, beter te schuilen bij God dan te vertrouwen op macht. 3. Ik was geslagen, maar God heeft mij overeind geholpen. Ik zal niet sterven, ik zal leven, Hij tilt mij op. Mijn God zijt Gij, U wil ik danken, mijn God, U in de hoogte steken. Ik spreek U uit, ik noem uw naam, zowaar ik leef. 2 e Schriftlezing: Johannes 20 : Vroeg op de eerste dag van de week, toen het nog donker was, kwam Maria uit Magdala bij het graf. Ze zag dat de steen van de opening van het graf was weggehaald. 2 Ze liep snel terug naar Simon Petrus en de andere leerling, van wie Jezus veel hield, en zei: Ze hebben de Heer uit het graf weggehaald en we weten niet waar ze Hem nu neergelegd hebben. 3Petrus en de ander leerling ging op weg naar het graf. 4 Ze liepen beiden snel, maar de andere leerling rende vooruit, sneller dan Petrus, en kwam als eerste bij het graf. 5 Hij boog zich voorover en zag de linnen doeken liggen, maar hij ging niet naar binnen. 6 Even later kwam Simon Petrus en hij ging het graf wel in. Ook hij zag de linnendoeken, 7 en hij zag dat de doek die Jezus gezicht bedekt had niet bij de andere doeken lag, maar apart opgerold op een andere plek. 8 Toen ging ook de andere leerling, die het eerst bij het graf gekomen was, het graf in. Hij zag het en geloofde. 9 Want ze hadden uit de Schrift nog niet begrepen dat Hij uit de dood moest opstaan. 10 De leerlingen gingen terug naar huis. 11 Maria stond nog bij het graf en huilde. Huilend boog ze zich naar het graf, 12 en daar zag ze twee engelen in witte kleren zitten, een bij het hoofdeind en een bij het voeteneind van de plek waar het lichaam van Jezus had gelegen. 13 Waarom huil je? vroegen ze haar. Ze zei: Ze hebben mijn Heer weggehaald en ik weet niet waar ze Hem hebben neergelegd. 14 Na deze woorden keek ze om en zag ze Jezus staan, maar ze wist niet dat het Jezus was. 15 Waarom huil je? vroeg Jezus. Wie zoek je? Maria dacht dat het de tuinman was en zei: Als u Hem hebt weggehaald, vertel me dan waar u Hem hebt neergelegd, dan kan ik Hem meenemen. 16 Jezus zei tegen haar: Maria! Ze draaide zich om en zei: Rabboeni! (Dat betekent meester.) 17 Houd Me niet vast, zei Jezus. Ik ben nog niet opgestegen naar de Vader. Ga naar mijn broeders en zusters en zeg tegen hen dat Ik opstijg naar mijn Vader, die ook jullie Vader is, naar mijn God, die ook jullie God is. 18 Maria uit Magdala ging naar de leerlingen en zei tegen hen: Ik heb de Heer gezien! En ze vertelde alles wat Hij tegen haar gezegd had. We zingen: Zingende Gezegend 155 : 1 en 3 (melodie Psalm 118) God dank! Laat iedereen het horen: God dank! De hemel heeft gesproken: Christus is waarlijk opgestaan! Wie zoekt gij toch? Hij is hier niet! Wij gaan niet in de nacht verloren - Een nieuwe lente is ontloken, Pasen: de grote dag breekt aan! vreugde begraaft het diepst verdriet. Geen grafsteen houdt het zonlicht tegen, God lof! De nacht is overwonnen, een engel kondigt stralend aan: het daglicht krijgt voorgoed ruim baan, Ziet waar zijn lichaam heeft gelegen, de toekomst is vandaag begonnen - waarlijk, de Heer is opgestaan. waarlijk, de Heer is opgestaan! 4

5 Uitleg en verkondiging Orgel en trompet: I don t know how to love Him (uit: Jesus Christ Superstar) We zingen: Lied 653 : U kennen, uit en tot U leven, Gij zijt de wijnstok van het leven, O Christus, ons van God gegeven, Verborgene die bij ons zijt, in duizend ranken uitgebreid, Gij tot in alle eeuwigheid zolang ons t aanzijn is gegeven, het leven, ons in U gegeven, de weg, de waarheid en het leven, de aarde en de aard se tijd, draagt goede vruchten op zijn tijd. Gij zijt de zin van alle tijd. o Christus, die voor ons begin Laat ons uw ranken zijn voorgoed, Vervul van dit geheimenis en einde zijt, der wereld zin! doorstroom ons met uw hartenbloed. uw kerk die in de wereld is. De kinderen komen in de kerk Het veertigdagenproject wordt afgesloten. We zingen het projectlied. Mededelingen door de ouderling van dienst Dankgebed en voorbeden - Stil gebed - Onze Vader Refrein: Van buiten naar binnen, naar links en naar rechts zo groot is de wereld zo wijd is het leven en God brengt de mensen terecht. Couplet: Het graf is leeg, de dood wint het niet. Er is nieuwe hoop ons gegeven. Nu is het Pasen, er klinkt een nieuw lied: hier is de bron van het leven. Collecten. 1. Kerk in actie (zending) 2. Wijkkerk. Tijdens de collecte: Orgel-trompet-dwarsfluit Tevens komen de kinderen uit de crèche binnen We zingen staande als slotlied: Evangelische Liedbundel 140 : Kroon Hem met gouden kroon, het Lam op zijnen troon! Hoor, hoe het hemels loflied al verwint in heerlijk schoon. Ontwaak, mijn ziel, en zing van Hem, die voor u stierf. En prijs Hem in all eeuwigheên, die t heil voor u verwierf. 2. Kroon Hem, der liefde Heer! Aanschouw Hem, hoe Hij leed. Zijn wonden tonen t gans heelal wat Hij voor t mensdom deed. De eng len om Gods troon, all overheid en macht, zij buigen dienend zich ter neer voor zulke wond re pracht. 3. Kroon Hem, de Vredevorst, wiens macht eens heersen zal van pool tot pool, van zee tot zee, t klinke over berg en dal. Als alles voor Hem buigt en vrede heerst alom, wordt d aarde weer een paradijs. Kom, Here Jezus, kom! 5

6 Slotwoord en zegen We zingen staande na de zegen: Evangelische Liedbundel 132 : U zij de glorie, opgestane Heer! Ziet Hem verschijnen, Jezus onze Heer! Hij brengt al de zijnen in zijn armen weer. Uit een blinkend stromen daald een engel af, Weest dan volk des Heren, blijd en welgezind, heeft de steen genomen van t verwonnen graf. en zegt telken kere: Christus overwint! U zij de glorie, opgestane Heer! U zij de glorie, opgestane Heer, 3. Zou ik nog vrezen, nu Hij eeuwig leeft, die mij heeft genezen, die mij vrede geeft? In zijn godd lijk wezen is mijn glorie groot, niets heb ik te vrezen in leven en dood. U zij de glorie, opgestane Heer, De uitgangscollecte is bestemd voor: Centraal Kerkenwerk Na de dienst is er koffie, thee en limonade. Gezegende Paasdagen en een goede week gewenst! Hij kan zomaar naast je lopen (Elise Mannah) er liepen eens twee mannen vlakbij Jeruzalem hun vriend was net gestorven ze treurden over hem opeens was daar een vreemde die met hen mee wou gaan ze wisten niet dat Hij het was dat Hij was opgestaan en vertellen wie je bent en je had Hem niet herkend en vertellen wie je bent en je had Hem niet herkend uit het niets vandaan je ziet pas dat je blind was als je ogen opengaan als God soms heel ver weg lijkt als alles is mislukt en niemand weet waarom je bedroefd bent en bedrukt sta dan niet gek te kijken wanneer Hij naast je staat en met je mee wil lopen totdat het wel weer gaat 6

7 7