Baalderdienst Zondag 27 maart 2016

Transcriptie

1 Baalderdienst Zondag 27 maart 2016 Welkom! Opgebloeid! 1

2 Lyza & Tess Ouders; Maurice Oostenbrink & Maureen Borneman Boet Jurgens Ouders; Patrick & Tineke Jurgens 2

3 Nadine Boelens Ouders; Sander Boelens & Franciska Oostingh Ouders; Sebastiaan & Janine van der Kamp Luuk van der Kamp 3

4 Orde voor de Baalderdienst Voorganger: Organist: Muziek: ds. Wim van der Wel Jan Sickman Het Koperensemble Voor de dienst: Muziek Te zingen liederen in de dienst: Lied 624 Lied 630 Lied 637 Lied 642 Lied 978 Lied 939 Lied 634 4

5 Met Pasen wens ik jou.. Een kaartje met bovenstaande tekst ligt op uw/jouw stoel. Het is de bedoeling dat u op dit kaartje een tekst schrijft van wat u een ander toewenst. Deze kaartjes worden opgehaald en aan het eind van de dienst willekeurig, samen met een bloem meegegeven. De tekst wordt dus geschreven voor iemand die hier aanwezig is, maar u/jij weet nog niet bij wie uw/jouw kaartje terecht komt. Pen graag delen met uw buren en aan het eind van de dienst verzamelen in de mandjes 5

6 Zingen; Lied 624; 6

7 7

8 8

9 Zingen; Lied 630; 9

10 10

11 11

12 12

13 13

14 Welkomstwoord Binnendragen van de nieuwe paarskaars

15 Zingen; Lied

16 16

17 Stil gebed 17

18 Vg: Bemoediging en groet: Onze hulp is de Naam van de Heer Allen: die hemel en aarde heeft gemaakt Vg: Allen: Nooit laat Hij Zijn schepping in de steek Sterker dan de dood is Zijn trouw. 18

19 Vg: De Heer zij met u, met jullie Allen: Ook met u zij de Heer. (we gaan weer zitten) Het verhaal van de paaskaars en het liturgisch bloemstuk 19

20 - Het kruis - Vijf wierooknagels - Vijf werelddelen De tuin Het liturgisch bloemstuk. 20

21 Rond de Bijbel, Rond het altijd weer mooie verhaal Gebed Zingen; De Heer is waarlijk opgestaan 21

22 Refrein: De Heer is waarlijk opgestaan, halleluja! Jezus deed de dood te-niet. Zing daarom het hoogste lied. Refrein: De Heer is waarlijk opgestaan, halleluja! Vrouwen uit Jeruzalem, kwamen vroeg en zochten Hem. 22

23 Refrein: De Heer is waarlijk opgestaan, halleluja! Maar hoe groot was hun verdriet, want zij vonden Jezus niet. Refrein: De Heer is waarlijk opgestaan, halleluja! Maar een engel sprak hen aan: Die je zoekt is opgestaan. 23

24 Refrein: De Heer is waarlijk opgestaan, halleluja! Denk toch aan zijn eigen woord, Dat je vroeger hebt gehoord. Refrein: De Heer is waarlijk opgestaan, halleluja! Hij de grote mensenzoon, Gaat door t graf heen naar zijn troon. 24

25 Refrein: De Heer is waarlijk opgestaan, halleluja! Zoekt Hem bij de doden niet, Maar zingt mee het hoogste lied. Refrein: De Heer is waarlijk opgestaan, halleluja! 25

26 Kinderen naar de TOZ Mirjam leest met ons: Het verhaal van Maria van Magdala 26

27 Vroeg op de eerste dag van de week, toen het nog donker was, kwam Maria uit Magdala bij het graf. Ze zag dat de steen van de opening van het graf was weggehaald. Ze liep snel terug naar Simon Petrus en de andere leerling, van wie Jezus veel hield, en zei: Ze hebben de Heer uit het graf weggehaald en we weten niet waar ze hem nu neergelegd hebben. Petrus en de andere leerling gingen op weg naar het graf. 27

28 Ze liepen beiden snel, maar de andere leerling rende vooruit, sneller dan Petrus, en kwam als eerste bij het graf. Hij boog zich voorover en zag de linnen doeken liggen, maar hij ging niet naar binnen. Even later kwam Simon Petrus en hij ging het graf wel in. Ook hij zag de linnen doeken, en hij zag dat de doek die Jezus gezicht bedekt had niet bij de andere doeken lag, maar apart opgerold op een andere plek. 28

29 Toen ging ook de andere leerling, die het eerst bij het graf gekomen was, het graf in. Hij zag het en geloofde. Want ze hadden uit de Schrift nog niet begrepen dat hij uit de dood moest opstaan. De leerlingen gingen terug naar huis. Maria stond nog bij het graf en huilde. Huilend boog ze zich naar het graf, en daar zag ze twee engelen in witte kleren zitten, een bij het hoofdeind en een bij het voeteneind van de plek waar het lichaam van Jezus had gelegen. 29

30 Waarom huil je? vroegen ze haar. Ze zei: Ze hebben mijn Heer weggehaald en ik weet niet waar ze hem naartoe gebracht hebben. Na deze woorden keek ze om en zag ze Jezus staan, maar ze wist niet dat het Jezus was. Waarom huil je? vroeg Jezus. Wie zoek je? Maria dacht dat het de tuinman was en zei: Als u hem hebt weggehaald, vertel me dan waar u hem hebt neergelegd, dan kan ik hem meenemen. 30

31 Jezus zei tegen haar: Maria! Ze draaide zich om en zei: Rabboeni! (Dat betekent meester.) Houd me niet vast, zei Jezus. Ik ben nog niet opgestegen naar de Vader. Ga naar mijn broeders en zusters en zeg tegen hen dat ik opstijg naar mijn Vader, die ook jullie Vader is, naar mijn God, die ook jullie God is. Maria uit Magdala ging naar de leerlingen en zei tegen hen: Ik heb de Heer gezien! En ze vertelde alles wat hij tegen haar gezegd had. 31

32 Kinderen van groep 1-6 naar hun ruimte Zingen; Lied 642; 1, 2, 3, 4 en 8 32

33 33

34 34

35 Overdenking Opgebloeid! 35

36 Zingen; Lied

37 37

38 38

39 39

40 De Doop! 40

41 De kinderen worden binnengedragen. Terwijl dat feestelijk gebeurt klinkt het liedje van Marcel en Lydia Zimmer. Wie hem kent: Zing maar mee! Zingen; Je mag er zijn 41

42 We stellen de ouders en de kinderen voor Lyza & Tess Ouders; Maurice Oostenbrink & Maureen Borneman 42

43 Boet Jurgens Ouders; Patrick & Tineke Jurgens Ouders; Sander Boelens & Franciska Oostingh Nadine Boelens 43

44 Ouders; Sebastiaan & Janine van der Kamp Luuk van der Kamp Wij lezen: Marcus 10:

45 13 De mensen probeerden kinderen bij hem te brengen om ze door hem te laten aanraken, maar de leerlingen berispten hen. 14 Toen Jezus dat zag, wond hij zich erover op en zei tegen hen: Laat de kinderen bij me komen, houd ze niet tegen, want het koninkrijk van God behoort toe aan wie is zoals zij. 45

46 15 Ik verzeker jullie: wie niet als een kind openstaat voor het koninkrijk van God, zal er zeker niet binnengaan. 16 Hij nam de kinderen in zijn armen en zegende hen door hun de handen op te leggen. 46

47 Een dankgebed én een gebed We stellen vragen aan de ouders 47

48 Omdat God de bondgenoot wil zijn van ons en onze kinderen mogen ze worden gedoopt. Omdat ze niet voor zichzelf kunnen spreken vraag ik jullie als ouders: Geloven jullie in God de Vader, onze Schepper en Verlosser? Geloven jullie in Jezus Christus, zijn Zoon, onze gekruisigde en opgestane Heer? Geloven jullie in de Heilige Geest die ons leven vernieuwt? Verlangen jullie daarom dat jullie kind gedoopt wordt in de Naam van deze drieënige God, Vader, Zoon en Geest? Beloven jullie jullie kind voor te gaan in woord en daad en op te voeden volgens de waarden en normen die Jezus ons in de bijbel leert? 48

49 Zingen; Je mag er zijn 49

50 De Doop! We geven de doopouders cadeaus! 50

51 Zingen; Lied 939; 1 en 3 51

52 52

53 Dankgebed en voorbeden 53

54 Collecte 1 e ; Diaconie 2 de ; Jeugdwerk JOP 3 de ; Onderhoudsfonds Slotzang; Lied

55 55

56 56

57 Uitzending en zegen Er is koffie, thee en limonade! Iedereen een fijne zondag gewenst! Volgende dienst: 10 april 57