MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID"

Transcriptie

1 MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID I-SZW Nr Bijvoegsel Stcrt. d.d , nr. 39 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR DE GROOTHANDEL IN LEVENSMIDDELEN, ZOETWAREN, TABAK EN/OF TABAKSPRODUKTEN De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Gelezen het verzoek van het Sociaal Comité voor de Groothandel in Levensmiddelen en/of Zoetwaren namens de Federatie van de Groothandel in Levensmiddelen en de Vereniging voor de Zoetwarengroothandel als partijen te ener zijde mede namens de FNV Dienstenbond, de Dienstenbond CNV en de Unie BLHP, vakbond voor administratief, technisch en commercieel personeel als partijen te anderer zijde bij de collectieve arbeidsovereenkomst voor de Groothandel in Levensmiddelen, Zoetwaren, Tabak en/of Tabaksprodukten, strekkende tot algemeen verbindendverklaring van bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst; Overwegende, dat genoemde collectieve arbeidsovereenkomst in werking is getreden; dat van het verzoek tot algemeen verbindendverklaring mededeling is gedaan in de Nederlandse Staatscourant; dat naar aanleiding van dit verzoek geen schriftelijke bezwaren zijn ingebracht; dat de bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst gelden voor een belangrijke meerderheid van de in de bedrijfstak werkzame personen; Gelet op de artikelen 2, 4 en 5 van de Wet op het algemeen verbindend Sdu Uitgeverij Plantijnstraat, s-gravenhage W

2 en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten; Gezien het advies van de Stichting van de Arbeid; Besluit: I. Verklaart algemeen verbindend tot en met 1 oktober 1995 de navolgende bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst voor de Groothandel in Levensmiddelen, Zoetwaren, Tabak en/of Tabaksprodukten, zulks met inachtneming van hetgeen onder II, III, IV, V en VI is bepaald: ALGEMENE DEFINITIES Artikel 1 Werkgever Werkgever: Iedere natuurlijke of rechtspersoon die zich uitsluitend of in belangrijke mate bezighoudt met de uitoefening van de groothandel in: levensmiddelen en/of zoetwaren en/of tabak en/of tabaksprodukten en/of aanverwante artikelen: Van de werking van deze Collectieve Arbeidsovereenkomst worden de navolgende ondernemingen uitgesloten: Albert Heijn Grootverbruik B.V. Horeca Inkoop Centrale B.V. Instel B.V. Evers Horeca Totaal B.V. Kok Ede B.V. Deze uitzondering geldt indien met de werkgeversorganisaties, partij bij de onderhavige Collectieve Arbeidsovereenkomst, voor de genoemde onderneming(en) één of meer vervangende Collectieve Arbeidsovereenkomsten zijn overeengekomen, waarin de onderwerpen uit de onderhavige cao op gelijkwaardige wijze zijn geregeld. Bij de vaststelling van de gelijkwaardigheid worden ook de andere arbeidsvoorwaarden betrokken, die bij genoemde onderneming(en) gelden. Artikel 2 Groothandel in Levensmiddelen, Zoetwaren, Tabak en/of Tabaksprodukten 1. Onder groothandel in levensmiddelen wordt verstaan de onderneming die 2

3 a. het bedrijf uitoefent van het kopen en verkopen aan wederverkopers b. van een assortiment kruidenierswaren bestaande uit één of meer artikelen uit ten minste acht van de onder I, of zeven van de onder I en drie van de onder II genoemde groepen. Categorie I grutterswaren; gedroogde zuidvruchten, gedroogde vruchten van binnenlandse oorsprong, noten, grondnoten, specerijen en kruiden; zeep en was-, poets- en reinigingsmiddelen; suikersoorten; jam, limonadesiroop, keukenstroop, honing, kunsthoning en sausen; margarine, spijsoliën, oliehoudende produkten en plantaardige en dierlijke vetten; chocolade, chocoladewerken, suikerwerken, koek, banket, biscuits, wafels, beschuit, cacao en boterhamstrooisels en -smeersels; groenteconserven, fruitconserven, vlees- en visconserven en comestibles; gedroogde peulvruchten; bouillonblokjes, juspasta, soeppasta, soepen en aroma s, zout, azijn, mosterd en andere tafelzuren, spiritus, lucifers, kaarsen, theelichten, borstelwerken en papierwaren; koffie en thee; alcoholvrije dranken, bier en zwakalcoholische dranken. Categorie II vleeswaren; zuivelprodukten; kramerijen, drogerijen; tabak en tabaksprodukten; medicinale artikelen; voeder voor pluimvee, kleine huisdieren en dergelijke; kosmetische artikelen; farmaceutische artikelen. c. en hiermee meer dan 50% van de totale omzet behaalt. 2. Onder groothandel in zoetwaren wordt verstaan de onderneming die a. het bedrijf uitoefent van het kopen en verkopen aan wederverkopers b. van een assortiment zoetwaren bestaande uit één of meer artikelen uit één of meer van de volgende groepen: 3

4 Chocolade repen; candybars; chocolade, bonbons; dragees; seizoenartikelen. Suikerwerk drop; kauwgum; pepermunt en dragees; overig suikerwerk; seizoenartikelen. Biskwie, banket en snijkoek biskwie en wafels; koekjes; chocoladebiskwie; stuksartikelen; stuksartikelen en banket; gebak; diepvriesgebak; snijkoek; seizoenartikelen. Hartige versnaperingen pinda s en noten; zoute biskwies; onderleggers; chips en frietsticks; overige cocktailsnacks. c. en hiermee meer dan 50% van de totale omzet behaalt. 3. Onder groothandel in tabak en/of tabaksprodukten wordt verstaan de onderneming die a. het bedrijf uitoefent van het kopen en verkopen aan wederverkopers; b. van tabak en/of tabaksprodukten; c. en hiermee meer dan 50% van de totale omzet behaalt. 4. Onder het kopen wordt mede verstaan het verkrijgen van artikelen van enige andere van het concern deel uitmakende onderneming, waarin een ander bedrijf wordt uitgeoefend. 5. Onder het verkopen aan wederverkopers wordt mede verstaan het verkopen van artikelen aan instellingen of aan personen, die deze in een door hen gedreven onderneming aanwenden. 4

5 Artikel 3 Werknemer Onder werknemer wordt verstaan ieder die in dienst van de werkgever werkzaamheden verricht, met dien verstande dat op werknemers die werkzaamheden verrichten die niet vallen onder de in artikel 24 genoemde funktiegroepen de artikelen 14, 15, 23 t/m 27, 29, 30, 31 en 47 niet van toepassing zijn. In afwijking hiervan zijn voor vertegenwoordigers de artikelen 15, lid 1 sub c en 29, lid 1 sub f en g wel van toepassing. Artikel 4 Salaris/Inkomen 1. Waar in deze overeenkomst wordt gesproken van,,salaris, wordt daaronder in voorkomende gevallen mede verstaan,,loon, alsmede voor vertegenwoordigers het,,inkomen. 2. Inkomen: salaris en eventuele provisie. 3. Voor de toepassing van de artikelen 41, 42 en 43 wordt onder loon of salaris verstaan het aan de werknemer uitbetaalde bedrag, met uitzondering van overwerkbeloning, vakantietoeslag, winstdelingsuitkeringen en andere uitkeringen hoe ook genaamd. 4. Voor de toepassing van artikel 33 wordt onder loon of salaris verstaan het aan de werknemer uitbetaalde bedrag, met inbegrip van de beloning die de werknemer ontvangt voor regelmatig weerkerend overwerk 1 ), met uitzondering van vakantietoeslag, winstdelingsuitkeringen en andere uitkeringen, hoe ook genaamd. 1) Toelichting van cao-partijen: Onder het begrip,,regelmatig weerkerend overwerk dient te worden verstaan: overwerk dat met een zekere regelmaat wordt verricht, waarbij het aantal uren per dag of per week kan variëren en waarvan verondersteld mag worden dat het ook verricht zou zijn indien de werknemer niet arbeidsongeschikt zou zijn geweest. 5

6 VERPLICHTINGEN Artikel 5 Algemene verplichtingen 2. Werkgevers en werknemers zijn verplicht de in deze overeenkomst vastgelegde bepalingen op een redelijke wijze naar hun beste vermogen na te komen. Artikel 6 Werkgelegenheid en structuurwijziging 2. Op ondernemingsniveau zullen de volgende uitgangspunten dienen te worden gehanteerd bij alle voorgenomen activiteiten, waarvan belangrijke gevolgen uitgaan voor de werkgelegenheid in kwantitatieve en kwalitatieve zin, dan wel de bestaande rechtspositie van de werknemers aantasten. a. In alle gevallen waarin plannen tot liquidatie, afstoting van activiteiten, fusering met een of meer andere ondernemingen, verplaatsing van een onderneming of een deel daarvan, alsmede voornemens ten aanzien van nieuwe investeringen, waaronder in het bijzonder die verband houden met automatiseringsprojecten, die belangrijke nadelige gevolgen hebben voor de werkgelegenheid in kwantitatieve en/of kwalitatieve zin of een aantasting van de bestaande rechtspositie van een belangrijk aantal werknemers met zich brengen, zal een tijdige melding van deze gegevens noodzakelijk zijn. b. Deze voorgenomen activiteiten dienen tijdig, desgewenst vertrouwelijk, te worden gemeld aan de vakverenigingen en wel op zodanig tijdstip, dat deze voorgenomen activiteiten nog door de vakvereniging kunnen worden beïnvloed. Met de vakverenigingen zal per situatie overleg worden gepleegd over het tijdstip waarop en de wijze van het ter kennis brengen van de voorgenomen activiteiten aan de werknemers. c. De melding aan de vakverenigingen betreffende automatiseringsprojecten strekt zich uit tot: I. De motieven die aan de voorgenomen activiteiten ten grondslag liggen, de aard ervan, omvang en plaats. II. De belangrijkste sociale aspecten in kwantitatieve en kwalitatieve zin van projecten. Daarbij wordt gedacht aan: werkgelegenheid; rechtspositie; inhoud en niveau van de functies in het kader van de bestaande dan wel te wijzigen organisatiestructuur; arbeidsomstandigheden; zoals werkomgeving, gezondheid en veiligheid; 6

7 opleidingen. d. Ingeval een eerder genoemde activiteit leidt tot negatieve effecten op de werkgelegenheid, zullen de werkgever en de vakverenigingen regelingen moeten uitwerken die er op gericht zijn om de voor de werknemers uit deze activiteiten voortvloeiende nadelige gevolgen zoveel mogelijk te beperken. e. Bij de toepassing van dit artikel blijft het bepaalde in de Wet op de Ondernemingsraden, S.E.R.-besluit Fusiegedragsregels 1975 en de Wet Melding Collectief Ontslag onverminderd van kracht. 3. Op ondernemingsniveau zal aan vakverenigingen desgewenst informatie worden gegeven over sociale kengetallen. Tevens zal desgewenst met vakverenigingen overlegd worden over het aantal uitzendkrachten in de onderneming. Artikel 7 Sociaal beleid a. Indien vacatures niet binnen de eigen onderneming kunnen worden vervuld, zal het R.B.A. w.o. de onderneming ressorteert worden ingeschakeld, onder vermelding van de inhoud der functie (aard, functie, werkomstandigheden, werktijden e.d.) en welke eisen aan de werknemer worden gesteld qua opleiding en ervaring. b. Indien lid a. toegepast wordt, dienen de werknemers van de betrokken onderneming gelijktijdig in de gelegenheid te worden gesteld naar de vacante functie te solliciteren. c. Uitsluitend in gevallen waarin zich de noodzaak voordoet tot personeelsvoorziening op korte termijn (bijvoorbeeld ten gevolge van ziekte, vakantie of onvermijdelijke piekvorming in het werk) of indien niet tijdig op de normale wijze in een vacature kan worden voorzien, zal de werkgever gebruik maken van uitzendbedrijven die hiertoe vergunning verkregen hebben van het Ministerie van Sociale Zaken. d. De werkgever zal de ondernemingsraad op verzoek inlichten over het aantal te werk gestelde uitzendkrachten in verhouding tot het totale personeelsbestand. 7

8 e. Voor werknemers als bedoeld in de WAGW 1 ) zullen binnen de onderneming voorzieningen worden getroffen waardoor de instroom van deze werknemers wordt bevorderd, zulks in overleg met de ondernemingsraad. Ten aanzien van de aanstelling van bedoelde werknemers zal door de werkgever een aktief beleid worden gevoerd. f. Werkgevers zullen, met inachtneming van objectief aan de functie verbonden eisen, werknemers gelijke kansen op arbeid en gelijke kansen in de arbeidsorganisatie bieden, ongeacht factoren als leeftijd, sexuele geaardheid, burgerlijke staat, levens- of geloofsovertuiging, huidskleur, ras of etnische afkomst, nationaliteit, politieke keuze en vakbondskeuze. g. Werkgevers verklaren zich bereid tot een beleid waardoor ongewenste intimiteiten worden voorkomen. Artikel 8 Werkgelegenheidsbevorderende maatregelen 1. Ter financiering van maatregelen om de instroom van werknemers uit de groepen langdurige werklozen, etnische minderheden, (gedeeltelijk) arbeidsongeschikten en herintredende vrouwen te bevorderen, hebben werkgevers afgesproken 0,6% van de loonsom aan te wenden ten behoeve van opleiding en training. De opleiding en training zal gericht zijn op het opleiden en in dienst nemen van langdurig werklozen en het behoud van werkgelegenheid van reeds aanwezige medewerkers, waarvoor de CAO van toepassing is. De kosten van dit studie- en bijscholingsfonds komen boven op de in de ondernemingen te maken kosten van het reguliere trainings- en opleidingspakket. Toetsing vindt plaats door de ondernemingsraad. Voortgang en toepassing worden gerapporteerd aan vakorganisaties. 2. Gedurende de looptijd van de CAO zullen werkgevers bevorderen dat de verhouding fulltime/parttime arbeid zich ten gunste van parttime wijzigt. Streven hierbij is te komen tot een gemiddelde verhouding van 80% fulltime en 20% parttime arbeid. Rapportage over de voortgang zal aan OR en/of vakorganisaties plaatsvinden. Inzake deeltijdarbeid zal op basis van het advies van de Stichting voor de Arbeid gehandeld worden: Binnen de ondernemingen zullen regelingen worden getroffen om zoveel mogelijk tegemoet te komen aan wensen van werknemers met betrekking tot de (tijdelijke dan wel definitieve) aanpassing van hun 1) Ingevolge artikel 3 van de Wet arbeid gehandicapte werknemers kan een werkgever bij algemene maatregel van bestuur verplicht worden tussen de 3% en 7% gehandicapten in dienst te nemen. 8

9 arbeidsduur in de zin van deeltijdarbeid, onder gelijktijdig erkenning dat zwaarwegende redenen van bedrijfsbelang zich tegen het honoreren daarvan kunnen verzetten. Zo zal een verzoek van de werknemer in beginsel worden gehonoreerd, tenzij dit redelijkerwijs op grond van zwaarwegende bedrijfsbelangen niet van de werkgever kan worden gevergd. Uitgangspunt bij deze regeling is, dat in beginsel iedere functie op ieder functie-niveau en in iedere sector in een van de gebruikelijke (voltijd) arbeidsduur afwijkende omvang kan worden vervuld. Dit betekent overigens niet bij voorbaat, dat iedere functie in iedere omvang vervuld kan worden. Toetsing van de toepassing van deze regeling vindt plaats op basis van rapportage door de werkgever aan de OR, of bij het ontbreken daarvan aan de vakorganisaties, indien zij daartoe een verzoek doen. 3. Ter bevordering van de werkgelegenheid en/of kinderopvang wordt per onderneming een eigen bedrijfsintern fonds gevormd. Hierin wordt door de onderneming een éénmalige bijdrage gestort ter grootte van 0,25% van het premieplichtig loon ZW. Peildatum hiervoor is het premieplichtig loon ZW per 1 april Op ondernemingsnivo kan aan de Ondernemingsraad of werknemersvertegenwoordiging inzage in de besteding van het gevormde interne fonds gegeven worden. Artikel 10 Werknemersverplichting De werknemer is verplicht de hem door of vanwege de werkgever redelijkerwijze opgedragen werkzaamheden naar zijn beste vermogen te verrichten en dient zich daarbij te gedragen naar de aanwijzingen welke hem door of namens de werkgever worden verstrekt. ARBEIDSTIJDEN Artikel 11 Arbeidsduur 1. De gemiddelde arbeidstijd bedraagt 144 uur per periode van 4 weken. De arbeidstijden dienen volgens rooster verdeeld te zijn over een 4- of 5-daagse werkweek op maandag t/m vrijdag tussen

10 en uur. Zelfbedieningsgroothandels en verscentrales mogen volgens rooster ook op zaterdag werken mits geen afbreuk wordt gedaan aan een 4- of 5-daagse werkweek. 2. Inroostering van deze gemiddelde arbeidsduur kan met inachtneming van het in lid 3 gestelde door middel van de volgende varianten plaatsvinden: a. inroostering van 144 uur per periode van 4 weken; b. inroostering van een combinatie van meer dan 144 uur, doch ten hoogste 160 uur en zoveel hele of halve roostervrije dagen dat het gemiddelde daarvan 144 uur per periode van 4 weken is. Roosters worden opgesteld door de leiding in goed overleg met betrokkenen en behoeven instemming van O.R. (conform art. 27 lid 1 W.O.R.) c.q. personeelsvertegenwoordiging. Indien de keuze voor variant b. gevolgen heeft voor de toepassing van de artikelen (thans 14, 15 en 29: overwerk en arbeid op onaangename uren) behoeft deze regeling de instemming van de Vaste Commissie. 3. In afwijking van het eerste lid kunnen direktie en O.R. c.q. personeelsvertegenwoordiging ook roosters opstellen waarbij de arbeidstijdsverkorting in hele of halve roostervrije dagen wordt opgenomen. Indien dit gevolgen heeft voor toepassing van de artikelen 14, 15 en 29 (overwerk) behoeft deze regeling de instemming van de Vaste Commissie. Indien de arbeidstijdverkorting voor vertegenwoordigers in hele of halve roostervrije dagen wordt gerealiseerd heeft de werknemer recht op doorbetaling van de gemiddelde provisie over deze hele of halve dag naar analogie van artikel 43, lid In afwijking van het eerste lid kunnen direktie en O.R. c.q. personeelsvertegenwoordiging ook roosters opstellen, waarbij 12 weken van 39 uur wordt gewerkt en 1 week van 36 uur roostervrij wordt genoten. Invoering is afhankelijk van de volgende voorwaarden: a. er is een vast rooster voor een jaar; b. vakorganisaties 1 ) en O.R. dienen op ondernemingsniveau in te stemmen; c. er vindt melding plaats aan de Vaste Commissie; d. in de roostervrije week is er geen verplichting tot overwerk. 5. In afwijking van het eerste lid kunnen directie en O.R. c.q. personeelsvertegenwoordiging ook roosters opstellen die buiten de in lid 1 gedefinieerde normale arbeidstijd liggen. Invoering is afhankelijk van de volgende voorwaarden: a. er is een vast rooster voor een jaar; 1) Bedoeld wordt partijen te anderer zijde bij deze cao. 10

11 b. met vakorganisaties 1 ) is op ondernemingsniveau overeenstemming bereikt over de beloning en roosters; c. de O.R. dient in te stemmen met de roosters; d. er vindt melding plaats aan de Vaste Commissie. 6. Indien de openstellingstijden en werkroosters in een zelfbedieningsgroothandel wijzigen als gevolg van ruimere wettelijke mogelijkheden zal indien de werkroosters blijven binnen de in lid 1 gedefinieerde normale arbeidstijd, melding aan de vakorganisaties 1 ) plaatsvinden; indien de werkroosters buiten de in lid 1 gedefinieerde normale arbeidstijd liggen, overleg plaatsvinden als bedoeld in lid Inroostering van de arbeidsduur, alsmede wijzigingen hierop worden tenminste 4 weken voor ingangsdatum aan de werknemer medegedeeld. 8. Rustpauzes van minder dan 15 minuten worden geacht te behoren tot de arbeidstijd. 9. De werknemer die de leeftijd van 59 jaar of ouder heeft bereikt en volgens de voor hem vastgestelde gemiddelde arbeidstijd werkt, kan op zijn verzoek, voor 20% extra arbeidstijdverkorting per week kiezen. Zijn brutosalaris bedraagt dan 90% van het tot dan toe verdiende salaris. Op de hoogte van de uitkering wegens vervroegd uittreden en de (premie van de) pensioenverzekering heeft deze verlaging geen invloed. Wel wordt het aantal vakantiedagen met 1 5 deel (20%) verlaagd. Artikel 12 Arbeid op zondagen Arbeid op zondagen dient zoveel mogelijk te worden beperkt. Bij het doen verrichten van arbeid op zondagen zal de werkgever zoveel mogelijk rekening houden met de belangen van de werknemers, die tegen zondagsarbeid principiële bezwaren hebben. 1) Bedoeld wordt partijen te anderer zijde bij deze cao. 11

12 Artikel 13 Arbeid op feestdagen 1. Over Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag, eerste en tweede Kerstdag, tenzij deze op zaterdag en/of zondag vallen, zal, indien op deze dagen geen arbeid wordt verricht, het normale loon worden doorbetaald. 2. Op de dag die als Koninginnedag wordt gevierd, zal geen arbeid worden verricht. Het verrichten van arbeid op Koninginnedag is wel toegestaan indien: a. de O.R. hiermee instemt; b. de betrokkenen op basis van vrijwilligheid op deze Koninginnedag arbeid verrichten; c. de honorering van de gewerkte tijd plaatsvindt, overeenkomstig artikel 29: algemeen erkende christelijke feestdagen. 3. Indien de regering een dag aanwijst waarop de bevrijding zal worden gevierd en deze dag als nationale feestdag wordt erkend, zal op deze dag geen arbeid worden verricht. Deze dag zal vallen onder één van de drie dagen genoemd in artikel 37, lid 2 van deze cao. Artikel 14 Overwerk 1. Onder overwerk wordt verstaan de meeruren boven 144 uur per periode, die binnen een voortschrijdende periode van 4 weken waarin zij zijn gemaakt, niet gecompenseerd zijn in vrije tijd. 2. Overwerk/extra werk wordt zoveel mogelijk voorkomen, doch is, indien dit naar het oordeel van de werkgever in het bedrijfsbelang noodzakelijk is, verplicht. 3. Werknemers, die de leeftijd van 58 jaar hebben bereikt, alsmede zwangere werknemers, kunnen in afwijking van het in lid 2 bepaalde niet worden verplicht tot het verrichten van overwerk/extra werk. Artikel 15 Arbeid op onaangename uren 1. Onder arbeid op onaangename uren wordt verstaan: a. Werk verricht op de uren op maandag t/m vrijdag gelegen voor uur en na uur. b. werk verricht op zaterdag; 12

13 c. werk verricht op zondag alsmede algemeen erkende Christelijke feestdagen. d. voor zelfbedieningsgroothandels alsmede dagverscentrales, werk verricht buiten de uren gelegen voor uur en na uur op maandag t/m zaterdag. Indien in dagverscentrales tevens andere dan verse produkten of goederen worden verwerkt is lid 1 sub a van toepassing 1 ). 2. Arbeid op onaangename uren wordt zoveel mogelijk voorkomen, doch is, indien dit naar het oordeel van de werkgever in het bedrijfsbelang noodzakelijk is, verplicht. 3. Werknemers, die de leeftijd van 55 jaar hebben bereikt, alsmede zwangere werknemers, kunnen in afwijking van het in lid 2 bepaalde niet worden verplicht tot het verrichten van arbeid op onaangename uren c.q. ploegendienst. DIENSTVERBAND Artikel 16 Aanstelling 1. De aanstelling kan geschieden voor onbepaalde of voor bepaalde tijd. 2. De duur van een arbeidsoveenkomst voor bepaalde tijd zal totaal maximaal 1 jaar bedragen, behoudens in geval van vervanging wegens ziekte of ongeval, militaire dienstplicht of in geval van calamiteiten. Dit laatste ter beoordeling van de Vaste Commissie. 3. Indien een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd wordt aangegaan zal aan de werknemer vóórdat 4 5 van de tijd is verstreken duidelijkheid worden gegeven over voortzetting of beëindiging van het dienstverband. 4. Aanstelling van werknemers kan slechts plaatsvinden op basis van één van de volgende overeenkomsten: 1) Toelichting van cao-partijen: Op de chauffeur van de dagverscentrale die naast verse produkten bijvoorbeeld DKWemballage vervoert is lid 1 sub a van toepassing 13

14 a. overeenkomst voor volledige normale arbeidstijd (fulltime); b. overeenkomst voor een gedeelte van de volledige normale arbeidstijd (parttime). De parttime-overeenkomst kan worden aangegaan voor een vast aantal uren per week of voor een variabel aantal uren per week. In beide gevallen geldt een minimum aantal uren per periode van 20. Ingeval van een variabel aantal uren per week mag het maximum aantal uren per week niet meer dan 125% van het minimum aantal uren bedragen. Indien over een jaar gerekend meer dan 20% meer uren wordt gewerkt dan het overeengekomen aantal uren, danwel het maximum, dient de arbeidsovereenkomst hieraan te worden aangepast. 5. Het is niet toegestaan 0-uren contracten overeenkomsten die geen bepalingen bevatten ten aanzien van het te werken aantal uren af te sluiten tenzij werkgever en werknemer uitdrukkelijk een dergelijk contract wensen. Bestaande 0-uren contracten dienen behoudens in het bovenvermelde geval te worden omgezet in parttime contracten. Artikel 17 Bevestiging van aanstelling 1. De werknemer ontvangt van de werkgever bij aanstelling een schriftelijk bevestiging daarvan, waarin wordt vermeld: a. de datum van indiensttreding; b. bij aanstelling op proef, de duur van de proeftijd, welke maximaal 2 maanden bedraagt; c. bij aanstelling in tijdelijke dienst: dat zo n dienstverband van tijdelijke aard zal zijn, alsmede de duur van het dienstverband, hetzij door het noemen van een termijn, hetzij door het vermelden van de werkzaamheden van aflopend karakter, waarvoor dit dienstverband wordt aangegaan; d. de functiegroep, waarin de aanstelling plaatsvindt, alsmede een omschrijving van de werkzaamheden; e. het salaris en het schaalgetal, waarop de indeling plaatsvindt; f. of tijdens koopavond binnen de voor de werknemer geldende normale arbeidstijd per week arbeid moet worden verricht en zo ja, welke daarvoor geldende vergoeding wordt toegekend. 2. Indien uit de aanstellingsbrief niet uitdrukkelijk anders blijkt, geldt het dienstverband als te zijn aangegaan zonder proeftijd en voor onbepaalde tijd. 3. Van een wijziging in de arbeidsovereenkomst, waaronder mede wordt verstaan een wijziging van zijn indeling in een functiegroep, ontvangt de werknemer van de werkgever schriftelijk mededeling, on- 14

15 der vermelding van het nieuwe schaalgetal en het daarbij behorende salaris. 4. Een beding in de arbeidsovereenkomst dat de dienstbetrekking eindigt bij huwelijk van de werknemer is nietig. 5. Een beding in de arbeidsovereenkomst dat de dienstbetrekking van rechtswege eindigt wegens zwangerschap of bevalling is nietig. Artikel 18 Ouderschapsverlof De werknemer heeft het recht om in de eerste vier jaar na de komst van een kind gedurende een aaneengesloten periode van maximaal 6 maanden korter te werken onder evenredige aanpassing van de beloning. De overige rechten blijven gehandhaafd. De opbouw van pensioen wordt voortgezet op basis van het oude urenaantal en de oude premieverdeling. Na afloop van de periode wordt de werknemer voor het oude aantal uren in dezelfde functie aangesteld, danwel in een gelijke of tenminste gelijkwaardige functie met een tenminste gelijke beloning. Artikel 19 Gegevens salarisbetaling 1. De werkgever is verplicht bij elke salarisbetaling aan de werknemer een duidelijk leesbare specificatie te verstrekken, waarin vermeld moet zijn: a. de naam van de werknemer; b. het bruto-salarisbedrag over de week respectievelijk maand, respectievelijk periode waarover de specificatie wordt verstrekt, onderscheiden naar vast salaris, provisie, toeslagen, overwerkgeld en andere beloningen; c. de inhouding van loonbelasting en de premies voor de sociale verzekeringswetten; d. andere toegepaste kortingen, nauwkeurig gespecificeerd. 15

16 Artikel 20 Opzeggingstermijn 1. In aanvulling op het bepaalde in artikel 1639i van het Burgerlijk Wetboek bedraagt de termijn van opzegging: a. voor de werkgever: tenminste een week voor elk jaar dat de dienstbetrekking na de meerderjarigheid van de werknemer heeft geduurd, evenwel met een maximum van 18 weken. Voor werknemers van 45 jaar of ouder wordt voor elk jaar dat de dienstbetrekking na het bereiken van het 45ste levensjaar heeft voortgeduurd deze termijn met 1 week tot een maximum van 13 weken verlengd, met dien verstande, dat de opzeggingstermijn voor werknemers van 50 jaar of ouder, die tenminste 1 jaar in dienst van de werkgever zijn geweest, nimmer korter dan 3 weken zal duren, terwijl de totale opzeggingstermijn ten hoogste 26 weken zal bedragen. b. voor de werknemer: tenminste een week voor elk tijdvak van twee jaren, dat de dienstbetrekking na zijn meerderjarigheid heeft geduurd, evenwel met een maximum van 9 weken. 2. In afwijking van het bepaalde in het vorige lid van dit artikel geldt met betrekking tot de opzeggingstermijn voor vertegenwoordigers bovendien het art. 75s, 2e lid van het Wetboek van Koophandel. Artikel 21 Ontslag 1. Behoudens wanneer van een dringende reden tot ontslag sprake is, zal opzegging van de dienstverhouding slechts kunnen plaatshebben met inachtneming van de daarvoor door de overheid gegeven voorschriften en van de bij artikel 20 voorgeschreven opzeggingstermijn. 2. Het is de werkgever niet toegestaan de werknemer te ontslaan wegens huwelijk. 3. Het is de werkgever niet toegestaan het dienstverband te beëindigen tijdens zwangerschap of wegens bevalling; evenmin tussen de 7e en 12e week na de bevalling, als de werknemer zijn werk niet heeft hervat 1 ). 4. De werkgever zal niet overgaan tot ontslag bij gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid van langer dan 2 jaar, dan na een uiterste inspanning tot herplaatsing. 1) Het vierde lid van artikel 1639h van het Burgerlijk Wetboek blijft onverminderd van kracht. 16

17 Artikel 22 Uitkering bij overlijden Ingevolge het bepaalde in artikel 1639 I van het Burgerlijk Wetboek wordt bij overlijden van een werknemer aan de nagelaten betrekkingen, over een periode vanaf de dag na overlijden tot en met de laatste dag van de 2e maand na die waarin het overlijden plaatsvond, een uitkering verleend ten bedrage van het brutoloon dat de werknemer laatstelijk rechtens toekwam. BELONING Artikel 23 Indeling van functies 1. Er is een lijst van functiegroepen. 2. Aan de hand van deze lijst deelt de werkgever de werknemer in een functiegroep in. 3. Aan iedere werknemer wordt schriftelijk mededeling gedaan van de functiegroep waarin hij wordt ingedeeld onder vermelding van het van toepassing zijnde schaalgetal en het daarbij behorende salaris. 4. Indien de werknemer bezwaar heeft tegen de door de werkgever doorgevoerde indeling, legt hij binnen één maand dit bezwaar voor aan de chef van de personeelsdienst, respectievelijk degene die in onderneming met deze functie belast is. 17

18 Artikel 24 Funktiegroepen Bij de indeling van de werknemers in de hierna vermelde functiegroepen is bepalend de voor iedere functiegroep in de aanhef gegeven algemene omschrijving 1 ). Groep I Werknemers, die een functie uitoefenen, welke bestaat uit eenvoudige werkzaamheden van voornamelijk repeterende aard, zoals bijvoorbeeld: het verzamelen en inruimen van goederen het sorteren en verwerken van retouremballage het verpakken van artikelen factureerwerk, al dan niet m.b.v. eenvoudige apparatuur eenvoudig archiefwerk postkamerwerk eenvoudig typewerk serveren van koffie en thee schoonhouden van gebouwen en terreinen bediening van eenvoudige telefooncentrale het maken/verzorgen van etiketten in magazijnen van zelfbedieningsgroothandelsbedrijven. Groep II Werknemers die een functie uitoefenen, welke bestaat uit werkzaamheden van eenvoudige aard, waarbij een beperkte kennis en/of ervaring vereist is, zoals bijvoorbeeld: het verzamelen en inruimen van goederen het verzorgen van een artikelgroep in een magazijn van een zelfbedieningsgroothandelsbedrijf het verrichten van kassa-werkzaamheden in een zelfbedieningsgroothandelsbedrijf het verrichten van factureerwerkzaamheden met behulp van minder eenvoudige apparatuur het verrichten van codeerwerkzaamheden het verrichten van minder eenvoudig typewerk het bedienen van een telexapparaat/minder eenvoudige telefooncentrale het maken van eenvoudige calculaties het opnemen van telefonische orders 1) Toelichting van cao-partijen: Deze algemene omschrijving is dus bepalend voor de indeling! De opsomming van werkzaamheden, welke in elk der groepen onder de algemene omschrijving wordt gegeven draagt derhalve slechts het karakter van het vermelden van een aantal voorbeelden. Deze opsomming bedoelt dus allerminst volledig te zijn. 18

19 het bedienen en/of besturen van eenvoudige mechanische hulpmiddelen voor het verplaatsen van goederen het besturen van een bestel- en/of vrachtauto het verrichten van controlewerkzaamheden, voornamelijk van constaterend karakter het verrichten van eenvoudig onderhoudswerk. Groep III Werknemers, die een functie uitoefenen, welke bestaat uit werkzaamheden van betrekkelijk eenvoudige aard, waarbij een redelijke mate van kennis en/of ervaring vereist is en waarbij een beperkt inzicht in de werkorganisatie is vereist, zoals bijvoorbeeld: het inruimen en verzamelen van goederen, waarbij enige artikelkennis noodzakelijk is het verzorgen van een artikelgroep in een Z.B.-magazijn, waarbij enige artikelkennis noodzakelijk is het besturen van motorische transportmiddelen zoals: vorkhef-trucks of vrachtauto s het controleren van kasstaten het zelfstandig verrichten van typewerk (het voeren van een eenvoudige correspondentie) het behandelen van facturen van administratieve goederen het bedienen van een omvangrijke telefooncentrale en het ontvangen van bezoekers het opnemen van telefonische orders het verrichten van teken- en/of schilderwerk voor reclamefolders e.d. het bedienen van eenvoudige apparatuur voor automatische informatieverwerking/tekstverwerking het verrichten van onderhoudswerkzaamheden waarbij enige vakkennis vereist is. Groep IV Werknemers, die een functie uitoefenen, welke bestaat uit werkzaamheden van minder eenvoudige aard, waarbij een behoorlijke mate kennis en/of ervaring vereist is, waarbij inzicht is vereist, die in enige mate bepalend is voor de voortgang van de werkorganisatie, zoals bijvoorbeeld: het verrichten van sub-administratieve werkzaamheden het verrichten van steno-typewerk en het zelfstandig voeren van een eenvoudige correspondentie het verzorgen en/of inrichten van winkels het bedienen van apparatuur voor automatische informatieverwerking 19

20 het leidinggeven aan/organiseren van de uitgaande goederenstroom het besturen van zware vrachtauto s het verkopen vanuit een auto het bedienen van een gedecentraliseerd klein tot middelgroot automatiseringssysteem. Groep V Werknemers, die een functie uitoefenen, welke bestaat uit werkzaamheden van betrekkelijk ingewikkelde aard, waarbij een zekere mate van specialistische kennis is vereist en/of die in grote mate zelfstandig worden verricht en/of waarvoor een inzicht is vereist, dat in redelijke mate bepalend is voor de voortgang van de werkorganisatie, zoals bijvoorbeeld: het zelfstandig voeren van een sub-administratie het assisteren bij de inkoop van specialistische goederen het zelfstandig maken van eenvoudige computer programma s het zelfstandig bedienen van gecompliceerde apparatuur voor automatische informatieverwerking het verrichten van controlewerkzaamheden (waarbij een zekere mate van vakkennis vereist is) het verrichten van onderhoudswerkzaamheden (waarbij een zekere mate van vakkennis vereist is) Groep VI Werknemers, die een functie uitoefenen, welke bestaat uit werkzaamheden, waarvoor een aanzienlijke mate van specialistische kennis en/of ervaring, dan wel waarbij leiding wordt gegeven aan een grotere groep van minder specialistische medewerkers, dan wel waarbij een geheel zelfstandige werkuitvoering en een geheel eigen verantwoordelijkheid met betrekking tot de voortgang van de werkorganisatie vereist is danwel waarbij het beheer van een klein tot middelgroot automatiseringssysteem is opgedragen. Artikel 25 Salarissen 1. Aan de werknemer dient een salaris te worden uitbetaald op grond van de in art. 24 vermelde functiegroepen en met inachtneming van de overige bepalingen in bijlage I. De bijlage wordt geacht deel uit te maken van deze cao. De werknemer ingedeeld in groep I, wordt uiterlijk 6 maanden na zijn indiensttreding ingedeeld in groep II. 2. Het salaris voor een kalenderjaar wordt bepaald op 1 januari van dat jaar, indien in de onderneming geen andere datum gebruikelijk is. 3. Op grond van het feit, dat bij het bereiken van de leeftijd van 65 jaar 20

21 een aantal verplichte premie-inhoudingen ingevolge de sociale verzekeringswetten komt te vervallen, zal bij het bereiken van deze leeftijd het brutosalaris worden aangepast en wel zodanig, dat het onmiddellijk voor die datum van toepassing zijnde nettosalaris ongewijzigd blijft. De algemene salarisverhogingen, die nadien worden doorgevoerd, blijven onverkort gelden voor deze groep van werknemers. Artikel 26 Berekening uur-/weeksalaris 1. De in bijlage 1 lid 2 vermelde salarissen zijn bruto-maand-, brutoperiode- en bruto-weeksalarissen. 2. Het bruto-uursalaris wordt berekend door het voor de betrokken werknemer vastgestelde bruto-weeksalaris te delen door 36 en het vastgestelde bruto-maandsalaris te delen door In voorkomende gevallen wordt het bruto-weeksalaris berekend door het voor de betrokken werknemer vastgestelde normale bruto-maandsalaris te delen door Artikel 27 Bevoegdheden werkgever met betrekking tot beloning 1. a. Een werknemer mag in een jaar een extra schaalgetal worden toegekend. b. Een werknemer die het maximum van zijn schaal bereikt heeft mag een waarderingstoeslag van maximaal 10% worden toegekend. 2. b. Het is de werkgever toegestaan in één jaar af te wijken van het bepaalde onder artikel 25 lid 1, laatste volzin, indien de werknemer onvoldoende functioneert. Hiervan dient de werkgever gemotiveerd schriftelijk de werknemer te berichten. c. De betrokken werknemer is bevoegd om binnen 30 dagen na dagtekening van de kennisgeving het oordeel van de Vaste Commissie te vragen. d. Indien er voor de werkgever in het daarop volgende jaar wederom aanleiding bestaat om te handelen als vermeld onder b, is vergunning van de Vaste Commissie vereist, daar er dan sprake 21

22 zal zijn van het afwijken van de arbeidsvoorwaarden van deze cao. Artikel 28 Vertegenwoordigers 1. Aan verkopers en verkoopadviseurs in de buitendienst, die de leeftijd van 26 jaar hebben bereikt, zal aan salaris en eventuele provisie tenminste gemiddeld bruto worden uitbetaald het maximumsalaris van schaal VI. 2. Vertegenwoordigers hebben recht op vergoeding van onkosten die gemaakt zijn voor de uitoefening van de functie. 3. De werkgever is verplicht om zorg te dragen voor een ongevalleninzittendenverzekering. Artikel 29 Betaling van overuren en onaangename uren 1. Voor overwerk en arbeid op onaangename uren worden de volgende toeslagen betaald: a. De eerste 16 uren volgend op het aantal uren zoals genoemd in het eerste lid van artikel 11: 25% Alle uren hierboven: 50% b. De uren voor uur en na uur 25% c. Zaterdag tussen uur en uur 50% d. Zaterdag tussen uur en uur 100% e. Zaterdag tussen uur en uur 200% f. Zondag tussen en uur 200% g. Algemeen erkende christelijke feestdagen, zover zij niet vallen op zaterdag en/of zondag: (Zie tevens art.11). 200% 2. Indien de werkgever op grond van de bepalingen van deze cao gehouden is een toeslag te betalen vanwege arbeid op onaangename uren, dan bestaat er geen verplichting over diezelfde uren tevens een toeslag vanwege overwerk uit te betalen. 3. Indien overwerk samenvalt met arbeid op onaangename uren, dan zal bij de beoordeling van de te betalen toeslag worden uitgegaan van het in het onderhavige geval geldende hoogste percentage. 4. Indien in een onderneming voor een bepaalde categorie van het personeel een normale arbeidsduur van minder dan 144 uur geldt, is de in artikel 14 en 15 en dit artikel vermelde overwerkregeling en rege- 22

23 ling voor arbeid op onaangename uren van toepassing, voorzover de gemiddelde arbeidsduur van 144 uur per periode wordt overschreden en binnen een voortschrijdende periode van 4 weken waarin ze gemaakt zijn, niet gecompenseerd zijn in vrije tijd. 5. Werknemers, met wie een arbeidstijd is overeengekomen, minder dan de in art. 11 lid 1 vermelde gemiddelde arbeidstijd, ontvangen over de meeruren (tot 144 uur per periode) boven de overeengekomen arbeidstijd, een vakantietoeslag, vakantiedagen alsmede winstdelingsuitkeringen en andere uitkeringen hoe dan ook genaamd. 6. De in lid 5 vermelde aanvullingen worden niet toegekend, indien in overleg met de werknemer een regeling is overeengekomen inhoudende dat een gegarandeerd maand-/ jaarsalaris zal worden toegekend, op basis van in het verleden gewerkte uren. 7. De toeslagen zoals bedoeld in het eerste lid van dit artikel kunnen, in onderling overleg met de werknemer, worden uitgekeerd in geld of in vrije tijd. N.B. Deze toeslagen gelden ongeacht of de gewerkte uren in tijd dan wel in geld worden gecompenseerd. Artikel 30 Chauffeurs 1. Aan chauffeurs kan een toeslag worden betaald. Indien deze toeslag wordt betaald bedraagt deze f 15,- bruto per week. 2. Het is de werkgever toegestaan een premie aan chauffeurs te betalen op grond van een premieregeling wegens schadevrij rijden door chauffeurs. Deze premieregeling moet aan de chauffeurs bekend zijn en aangeven welke premie verdiend kan worden en waardoor het recht op premie geheel of gedeeltelijk verloren gaat. 3. Chauffeurs hebben recht op vergoeding van de onkosten die zijn gemaakt voor de uitoefening van de functie. 23

24 Artikel 31 Minimuminkomen 1. a. Voor volwaardige werknemers van 23 tot en met 64 jaar, die in volledige dienstbetrekking gedurende de normale arbeidsduur werkzaam zijn, bedraagt het minimuminkomen nooit minder dan het in enig wettelijk of anderszins van overheidswege getroffen maatregel vastgestelde bedrag. b. Voor volwaardige werknemers van 65 jaar of ouder, die in volledige dienstbetrekking gedurende de normale arbeidsduur werkzaam zijn, wordt het bedrag, als bedoeld in lid a van dit artikel, verminderd met de niet meer verschuldigd zijnde premie krachtens de sociale verzekeringswetten. c. Voor jeugdige werknemers, die in volledige dienstbetrekking gedurende de normale arbeidsduur werkzaam zijn, bedraagt het minimum-inkomen nooit minder dan het in enig wettelijk of anderszins van overheidswege getroffen maatregel vastgestelde bedrag, een bedrag dat gevonden wordt door de onderstaande percentages toe te passen op het wettelijk minimumloon zoals dat van toepassing is op de in lid 1 a. omschreven categorie werknemers. voor 22-jarigen 85% voor 18-jarigen 45,5% voor 21-jarigen 72,5% voor 17-jarigen 39,5% voor 20-jarigen 61,5% voor 16-jarigen 34,5% voor 19-jarigen 52,5% voor 15-jarigen 30% Bij een kortere dan normale arbeidsduur is het minimumjeugdloon, overeenkomstig de Wet minimumloon en minimum-vakantiebijslag, naar evenredigheid lager. 2. Voor de toepassing van dit artikel wordt onder minimuminkomen verstaan: alle uit de arbeidsverhouding voortvloeiende inkomensbestanddelen, met uitzondering van overwerkverdiensten, vakantietoeslagen, winstuitkeringen en van vergoedingen voor zover zij geacht kunnen worden te strekken tot bestrijding van noodzakelijke kosten, die de werknemer in verband met zijn dienstbetrekking heeft te maken. Artikel 32 Bijdrage particuliere ziektekostenverzekering 1. De werknemer die niet verplicht verzekerd is ingevolge de Ziekenfondswet ontvangt van de werkgever een bijdrage in de kosten van een door de werkgever af te sluiten particuliere ziektekostenverzekering. Werkgever kan daarbij kiezen voor: 24

25 een vaste vergoeding van f 200,- per periode van 4 weken danwel 50% van de totale kosten inclusief de wettelijke bijdragen met een maximum van f 200,- per periode van 4 weken. 2. De werkgeversbijdrage zal niet worden toegekend, indien deze reeds deel uitmaakt van het aan de werknemer uit te keren salaris. ARBEIDSONGESCHIKTHEID Artikel 33 Arbeidsongeschikt wegens ziekte, ongeval of zwangerschap 1 ) 1. Met uitsluiting van het bepaalde in artikel 1638c, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek, is de werkgever verplicht indien de werknemer tengevolge van ziekte of ongeval geheel of gedeeltelijk verhinderd is zijn werkzaamheden te verrichten, gedurende 52 weken aan de werknemer het voor betrokkene geldende nettosalaris door te betalen. 2. De werkgever is verplicht met ingang van 1 juli ) een aktief flankerend, aantoonbaar en registrerend ziekteverzuimbeleid te voeren. De werkgever is verplicht voor de ziekteverzuimbegeleiding reeds nu een gecertificeerde ARBO-dienst in te schakelen. Bij aanwezigheid van dit beleid heeft de werknemer, die tengevolge van ziekte of ongeval ongeschikt is arbeid te verrichten, met ingang van 1 juli ), of zoveel later als het beleid ingevoerd wordt, te beginnen met de tweede ziektemelding per ziektemeldingsperiode, zoals hieronder gedefinieerd, gedurende de eerste dag van de arbeidsongeschiktheid geen recht op doorbetaling van het voor betrokkene geldende nettosalaris. Deze bepaling kan slechts éénmaal worden toegepast in die gevallen waarin ziekmeldingen elkaar met een onderbreking van minder dan een maand opvolgen. De eerste ziekmeldingsperiode loopt van tot en met De volgende van tot en met enzovoort. 3. De werknemer die na 26 januari 1993 ziek wordt en daarna gedeel- 1) Noot van cao-partijen: Voor de toepassing van dit artikel zie ook artikel 4, lid 4. 2) Algemeen verbindendverklaring heeft geen terugwerkende kracht. 25

26 telijk of volledig arbeidsongeschikt blijft ontvangt tot de voor hem geldende pensioenleeftijd een aanvulling op de WAO-uitkering: Arbeidsongeschikt van % : tot 70% Arbeidsongeschikt van 65 80% : tot 50,75% Arbeidsongeschikt van 55 65% : tot 42% Arbeidsongeschikt van 45 55% : tot 35% Arbeidsongeschikt van 35 45% : tot 28% Arbeidsongeschikt van 25 35% : tot 21% Arbeidsongeschikt van 15 25% : tot 14% Deze aanvulling op de uitkering zal jaarlijks met 2% worden verhoogd. De werkgever dient op ondernemingsnivo dusdanige voorzieningen te treffen dat bovenvermelde uitkering te allen tijde gewaarborgd is ten behoeve van alle in het bedrijf werkzame personen op wie dit artikel van toepassing is. De jaarpremies voor de WAO-uitkeringen worden door de werknemers tot maximaal 3,75% van het WAO-gat-loon (=geldende salaris incl. vakantiegeld tot een maximum van f , minus het voor de werknemer geldende minimumsalaris incl. vakantiegeld tot een maximum van fl , )betaald. Eventuele meerkosten komen voor rekening van de werkgever. Werknemerskosten zullen niet meer bedragen dan de werkelijk door de werkgever aan deze voorziening betaalde kosten. De Ondernemingsraad en/of de werknemer heeft het recht zich van een juiste doorbelasting te vergewissen. Voor werknemers zonder WAO-gat is dit lid niet van toepassing. 4. De werknemer die tenminste vijf jaar bij de werkgever in dienst is geweest en gedeeltelijk of volledig arbeidsongeschikt is verklaard krachtens de WAO/AAW, ontvangt gedurende maximaal één jaar een extra aanvulling op zijn uitkering ingevolge de WAO/AAW respectievelijk WW van 20% van het voor hem geldende brutosalaris tot een maximum van 90% van dit salaris. 5. De in lid 4 bedoelde werknemer, die aansluitend aan de in dit lid vermelde periode gedeeltelijk of volledig arbeidsongeschikt blijft ontvangt gedurende maximaal één jaar op analoge wijze een aanvulling van 10% van het voor hem geldende brutosalaris tot een maximum van 80% van dit salaris. 6. De werknemer, die tengevolge van ziekte of ongeval ongeschikt is arbeid te verrichten, is verplicht zich te onderwerpen aan een door of namens de werkgever ingestelde controle. 7. Het in lid 1, 3, 4 en 5 bepaalde is niet van kracht indien en voorzover de werknemer jegens derden een vordering tot schade vergoeding wegens loonderving kan doen gelden terzake van arbeidsongeschiktheid. Niettemin zal de werkgever de in dit artikel bepaalde uitkering 26

27 verstrekken, doch bij wijze van voorschot op deze schadevergoeding. De werknemer is verplicht zijn recht op schadevergoedingen ten belope van het bedrag van de in lid 1, 3, 4 en 5 van dit artikel bepaalde uitkering schriftelijk aan de werkgever over te dragen. De werkgever zal de door hem aan de werknemer verstrekte voorschotten slechts met de ontvangen schadevergoeding verrekenen. a. indien de verhindering tot het verrichten van arbeid het gevolg is van een ongeval terzake waarvan te zijner behoeve een particuliere verzekering ter dekking van de tengevolge van dat ongeval door de werknemer gederfde inkomsten is afgesloten heeft de werknemer geen aanspraken als bedoeld in lid 1, 3, 4 en 5 van dit artikel. b. indien de uitkering aan de werknemer krachtens een dergelijke verzekering lager is dan de uitkering waarop de werknemer krachtens lid 1, 3, 4 en 5 van dit artikel tegenover de werkgever aanspraak zou kunnen maken is de werkgever gehouden een aanvulling te verstrekken tot het bedrag van laatstgenoemde uitkering. 8. De aanvulling, respectievelijk betaling, bedoeld in de leden 1, 3, 4 en 5 van dit artikel wordt voor de vertegenwoordiger berekend op basis van het inkomen over de laatste 12 maanden of zoveel korter de dienstbetrekking heeft geduurd onmiddellijk voorafgaande aan de arbeidsongeschiktheid. Indien een vertegenwoordiger op grond van de tussen hem en zijn werkgever gesloten overeenkomst tijdens zijn periode van arbeidsongeschiktheid aanspraak verwerft op provisie, blijft de in de leden 1, 3, 4 en 5 van dit artikel bedoelde aanvulling respectievelijk betaling achterwege, met dien verstande dat: a. indien het provisiebedrag even groot of groter is dan de in de leden 1, 3, 4 en 5 bedoelde aanvulling, respectievelijk betaling, zou hebben bedragen, dit volle provisiebedrag wordt uitgekeerd; b. indien het provisiebedrag kleiner is dan de aanvulling, respectievelijk betaling, zou hebben bedragen, door de werkgever bovendien het verschil wordt bijbetaald; c. de in de leden 1, 3, 4 en 5 bedoelde uitkering, respectievelijk aanvulling die krachtens de bepalingen van lid 8 sub a en b achterwege, respectievelijk gedeeltelijk achterwege blijft, dient te worden aangewend om het inkomen van de vertegenwoordiger voor de periode na zijn arbeidsongeschiktheid tot het gemiddelde maandinkomen aan te vullen. 9. De in dit artikel genoemde aanvullingen zullen niet worden verstrekt 27

28 als de arbeidsongeschiktheid het gevolg is van een lichaamsgebrek, waaromtrent de werknemer bij het aangaan van het dienstverband opzettelijk valse inlichtingen heeft verstrekt. VERZUIM Artikel 34 Kort Verzuim 1. Met uitsluiting van het bepaalde in het derde en vierde lid van artikel 1638c van het Burgerlijk Wetboek wordt bij verzuim, voor zover dit binnen de arbeidstijd noodzakelijk is, en hiervan tijdig aan de werkgever mededeling is gedaan, het loon doorbetaald in de hierna te noemen gevallen en tot de daarbij vermelde maximum duur: a. bij ondertrouw een halve dag; b. bij huwelijk van de werknemer twee dagen; c. bij huwelijk van eigen kinderen van de werknemer, mits de plechtigheid wordt bijgewoond, één dag; d. bij bevalling der echtgenote van de werknemer één dag; e. bij hertrouwen van één der ouders of schoonouders of bij huwelijk van pleegkinderen, broers, zusters, zwagers en schoonzusters, één dag, mits de plechtigheid wordt bijgewoond; f. bij overlijden van de echtgenoot/echtgenote of van een eigen inwonend kind van de dag van overlijden tot en met de dag van de begrafenis, tot een maximum van vijf dagen; g. bij overlijden van één der ouders of schoonouders en nietinwonende kinderen één dag, alsmede één dag voor het bijwonen van de begrafenis, mits de plechtigheid wordt bijgewoond; h. bij overlijden van broers, zusters, zwagers, schoonzusters en grootouders, één dag; i. bij het vervullen van, van overheidswege opgelegde verplichtingen, welke de werknemer persoonlijk moet vervullen, met uitzondering van het vervullen der militaire dienstplicht en de daaruit voortvloeiende verplichtingen, gedurende de daarvoor benodigde uren en voor zover generlei vergoeding hiervoor kan worden ontvangen; j. bij noodzakelijk bezoek aan een huisarts, specialist, ziekenhuis en voor bloeddonatie, dat behoudens in spoedgevallen vooraf is medegedeeld aan de werkgever, de benodigde tijd; k. voor het zoeken van een nieuwe werkgever, na opzegging van de arbeidsovereenkomst door de werkgever, indien de werknemer gedurende tenminste vier weken, onmiddellijk aan de opzegging voorafgaande, onafgebroken bij de werkgever in dienst is geweest, ten hoogste vijf uren, aaneengesloten of in gedeelten; l. bij herdenking van het 25- en 40-jarig huwelijksfeest van de werknemer, mits tenminste een week tevoren daarvan aan de 28

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID A-I Nr. 8609 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 17-10-1996 nr. 201 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR DE GROOTHANDEL

Nadere informatie

CAO STICHTING FONDS KOLLEKTIEVE BELANGEN VOOR DE GROOTHANDEL IN LEVENSMIDDELEN

CAO STICHTING FONDS KOLLEKTIEVE BELANGEN VOOR DE GROOTHANDEL IN LEVENSMIDDELEN CAO STICHTING FONDS KOLLEKTIEVE BELANGEN VOOR DE GROOTHANDEL IN LEVENSMIDDELEN 1 januari 2007 COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST INZAKE FONDS KOLLEKTIEVE BELANGEN VOOR DE GROOTHANDEL IN LEVENSMIDDELEN Tussen

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 8639 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 14-11-1996, nr. 221 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VRIJWILLIG

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID BESLUIT VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID VAN 15 AUGUSTUS 2006 TOT WIJZIGING VAN HET BESLUIT TOT VERBINDENDVERKLARING VAN BEPALINGEN VAN

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID I-SZW Nr. 8446 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 04-01-1996, nr. 3 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST IN

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 9370 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 15-06-2000, nr. 113 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 8640 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 18-11-1996, nr. 223 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID I-SZW Nr. 8559 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 04-06-1996, nr. 104 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI nr. 8642 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 18-11-1996, nr. 223 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 9091 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 29-10-1998, nr. 207 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR

Nadere informatie

HOOFDSTUK 5 - VAKANTIE

HOOFDSTUK 5 - VAKANTIE HOOFDSTUK 5 - VAKANTIE Artikel 5.1 Omschrijving 1. Algemene bepalingen 1. Als vakantie worden beschouwd de dagen, welke door de werkgever als zodanig met inachtneming van artikel 5.7 zijn vastgesteld.

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID BESLUIT VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID VAN 15 FEBRUARI 2006 TOT WIJZIGING VAN HET BESLUIT TOT VERBINDENDVERKLARING VAN BEPALINGEN VAN

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID I-SZW Nr. 8495 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 29-02-1996, nr. 43 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST IN

Nadere informatie

4 BELONING. 4.1 Beloning en inschaling

4 BELONING. 4.1 Beloning en inschaling 14 4 BELONING 4.1 Beloning en inschaling 4.1.1 Inschaling Artikel 28 1. Het niveau van de functie bij de werkgever wordt bepaald aan de hand van het systeem van functiewaardering dat is overeengekomen

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Tuincentrumbranche Sociaal Fonds 2000/2004 Verbindendverklaring gewijzigde CAO-bepalingen MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 9363 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 26-04-2000, nr. 81 ALGEMEEN

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 8924 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 29-12-1997, nr. 249 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID I SZW Nr. 8298 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 18-07-1995, nr. 136 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Wonen Vervroegd Uittreden 2005 Verbindendverklaring gewijzigde CAO-bepalingen MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Gevestigde Bloemendetailhandel inzake Vervroegd Uittreden 2001/2002 Verbindendverklaring gewijzigde CAO-bepalingen MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 9594 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 18-07-2001,

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID BESLUIT VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID VAN 31 AUGUSTUS 2006 TOT WIJZIGING VAN HET BESLUIT TOT VERBINDENDVERKLARING VAN BEPALINGEN VAN

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 8884 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 20-11-1997, nr. 224 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR

Nadere informatie

Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding Gist-Brocades. VUT Reglement

Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding Gist-Brocades. VUT Reglement Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding Gist-Brocades VUT Reglement Uitgave februari 2006 REGLEMENT VRIJWILLIG VERVROEGDE UITTREDING DSM GIST SERVICES B.V. Inhoudsopgave blz. Artikel 1 Definities...

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID I-SZW Nr. 8560 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 4-6-1996, nr. 104 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST INZAKE

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Doktersassistenten Verbindendverklaring CAO-bepalingen MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 8580 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 31-7-96 nr. 145 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN BEPALINGEN VAN

Nadere informatie

19. REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019

19. REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019 19. REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019 Artikel 1 a Toepassing Dit reglement is van toepassing op de Groothandel in Bloembollen zoals bedoeld in artikel 1 sub C. lid 2 cao Colland.

Nadere informatie

Centraal Overleg Arbeidsvoorwaarden Openbare Bibliotheken

Centraal Overleg Arbeidsvoorwaarden Openbare Bibliotheken Cao Openbare Bibliotheken 2015-2019 Centraal Overleg Arbeidsvoorwaarden Openbare Bibliotheken Gewijzigde artikelen met terugwerkende kracht per 1 januari 2018 Hoofdstuk II Salariëring en vergoedingen Artikel

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 8913 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 23-12-1997, nr. 247 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 8627 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 6-11-1996, nr. 215 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST FONDS KOLLEKTIEVE

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID I-SZW Nr. 8558 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 21-05-1996, nr. 95 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR HET PERSONEEL

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 8726 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 10-2-1997, nr. 28 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST INZAKE

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 8579 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 31 juli 1996, nr. 145 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VRIJWILLIG VERVROEGD

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 9705 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 16-01-2002, nr. 11 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Metaal en Techniek Goud- en Zilvernijverheid 2006/2007 Verbindendverklaring gewijzigde CAO-bepalingen MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID BESLUIT VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Nadere informatie

REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019

REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019 REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019 Artikel 1 a Toepassing Dit reglement is van toepassing op de Groothandel in Bloembollen zoals bedoeld in artikel 1 sub C. lid 2 cao Colland en

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 46193 28 september 2016 Metaal en Techniek Goud- en Zilvernijverheid 2016/2017 Verbindendverklaring gewijzigde CAO-bepalingen

Nadere informatie

Dit is een voorbeeld van Arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd zoals gegenereerd met de Arbeidsovereenkomst generator van ICTRecht:

Dit is een voorbeeld van Arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd zoals gegenereerd met de Arbeidsovereenkomst generator van ICTRecht: Dit is een voorbeeld van Arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd zoals gegenereerd met de Arbeidsovereenkomst generator van ICTRecht: https://ictrecht.nl/diensten/juridische- generatoren/arbeidsovereenkomst-

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 8763 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 16-4-1997, nr. 73 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID ALGEMEEN VERBINDEND VERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST IN HET SCHOONMAAK- EN GLAZENWASSERSBEDRIJF INZAKE VRIJWILLIG

Nadere informatie

AFSPRAKEN CAO VOOR DE FOODSERVICE EN DE GROOTHANDEL IN LEVENSMIDDELEN EN SUBSECTORAAL GIL

AFSPRAKEN CAO VOOR DE FOODSERVICE EN DE GROOTHANDEL IN LEVENSMIDDELEN EN SUBSECTORAAL GIL Utrecht, 8 april 2016 AFSPRAKEN CAO VOOR DE FOODSERVICE EN DE GROOTHANDEL IN LEVENSMIDDELEN EN SUBSECTORAAL GIL Looptijd Expiratie GHP (1 juli 2016) c.q. GIL (1 juni 2016) tot 1 juli 2017. Praktisch betekent

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Schoendetailhandel 2001/2002 Vervroegd Uitreden Verbindendverklaring gewijzigde CAO-bepalingen MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 9605 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 07-08-2001, nr. 150 ALGEMEEN

Nadere informatie

Fulltime arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd

Fulltime arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd BIJLAGE 17 Fulltime arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd De ondergetekenden,... gevestigd te... hierna te noemen "werkgever" te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door...,directeur en... wonende te...

Nadere informatie

Collectieve arbeidsovereenkomst Albron CP Nederland B.V.

Collectieve arbeidsovereenkomst Albron CP Nederland B.V. Collectieve Arbeidsovereenkomst 1 januari 2014 tot en met 31 december 2015 De ondergetekenden: als partij ter ener zijde en FNV Horecabond En CNV Vakmensen Elk als partij ter andere zijde, zijn de navolgende

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Groothandel in Levensmiddelen, Zoetwaren, Tabaksproducten, Aanverwante Produkten 2002/2004 Verbindendverklaring CAO-bepalingen MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 9860 Bijvoegsel Stcrt.

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID BESLUIT VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID VAN 15 MAART 2007 TOT WIJZIGING VAN HET BESLUIT TOT ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN BEPALINGEN

Nadere informatie

BIJLAGE 3. RELEVANTE WETTELIJKE BEPALINGEN Aan deze bijlage kunnen geen rechten worden ontleend. 3-A Burgerlijk Wetboek 7 Titel 10

BIJLAGE 3. RELEVANTE WETTELIJKE BEPALINGEN Aan deze bijlage kunnen geen rechten worden ontleend. 3-A Burgerlijk Wetboek 7 Titel 10 43 BIJLAGE 3 RELEVANTE WETTELIJKE BEPALINGEN Aan deze bijlage kunnen geen rechten worden ontleend. 3-A Burgerlijk Wetboek 7 Titel 10 Goed werkgever en goed werknemer - Artikel 7: 611 BW (geldt voor alle

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Metaal en Techniek Goud- en Zilvernijverheid 2006/2007 Verbindendverklaring gewijzigde CAO-bepalingen MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID BESLUIT VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST. Voor de Groothandel in Levensmiddelen (GIL) voor de periode 1 januari 2015 tot 1 juni 2016

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST. Voor de Groothandel in Levensmiddelen (GIL) voor de periode 1 januari 2015 tot 1 juni 2016 COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST Voor de Groothandel in Levensmiddelen (GIL) voor de periode 1 januari 2015 tot 1 juni 2016 INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk I: Algemene definities 1. Werkgever 4 2. Groothandel in

Nadere informatie

Minimumloon, jeugdloon januari 2016 - juni 2016 plus Uurloon

Minimumloon, jeugdloon januari 2016 - juni 2016 plus Uurloon Minimumloon, jeugdloon januari 2016 - juni 2016 plus Uurloon Het wettelijk minimum loon of wettelijk minimum jeugdloon is het loon of het salaris dat je minimaal uitbetaald hoort te krijgen. Werknemers

Nadere informatie

Werktijden 2 Vaststelling van werkroosters geschiedt voor voltijders met inachtneming van de volgende voorwaarden:

Werktijden 2 Vaststelling van werkroosters geschiedt voor voltijders met inachtneming van de volgende voorwaarden: HOOFDSTUK 3 ARBEIDSDUUR EN ARBEIDSTIJDEN ARTIKEL 8 ARBEIDSDUUR, WERKTIJDEN EN COMPENSATIE-UREN Arbeidsduur 1 Op kalenderjaarbasis bedraagt de arbeidsduur van een voltijdwerknemer gemiddeld 36 uur per week.

Nadere informatie

RELEVANTE BEPALINGEN VAN HET BOEK 7 VAN HET B.W. BETREFFENDE DE ARBEIDSOVEREENKOMST ALSMEDE ARTIKEL 6 VAN HET BBA 1945

RELEVANTE BEPALINGEN VAN HET BOEK 7 VAN HET B.W. BETREFFENDE DE ARBEIDSOVEREENKOMST ALSMEDE ARTIKEL 6 VAN HET BBA 1945 TER INFORMATIE RELEVANTE BEPALINGEN VAN HET BOEK 7 VAN HET B.W. BETREFFENDE DE ARBEIDSOVEREENKOMST ALSMEDE ARTIKEL 6 VAN HET BBA 1945 Hieronder zijn opgenomen een aantal relevante bepalingen van boek 7

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID BESLUIT VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID VAN 21 MAART 2007 TOT WIJZIGING VAN HET BESLUIT TOT ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN BEPALINGEN

Nadere informatie

Overeenkomst voor het verrichten van dienstverlening aan huis

Overeenkomst voor het verrichten van dienstverlening aan huis Ondergetekenden, Overeenkomst voor het verrichten van dienstverlening aan huis De hulpvrager hierna te noemen, de werkgever (graag alle gegevens hieronder volledig invullen) Voorletters en achternaam :

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 9660 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 06-11-2001, nr. 215 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST IN

Nadere informatie

Reglement Vakantiefonds

Reglement Vakantiefonds Reglement Vakantiefonds voor het Schilders,- Afwerkings- en Glaszetbedrijf HOOFDSTUK I ALGEMEEN Artikel 1 Begripsbepaling In dit reglement wordt verstaan onder: het Fonds: de Stichting Vakantiefonds voor

Nadere informatie

Voorbeeld Arbeidsovereenkomst. Werkboek BB Bladzijde 111 opdracht 2.4

Voorbeeld Arbeidsovereenkomst. Werkboek BB Bladzijde 111 opdracht 2.4 Voorbeeld Arbeidsovereenkomst Werkboek BB Bladzijde 111 opdracht 2.4 Arbeidsovereenkomst Onbepaalde Tijd Ondergetekenden: 1. Bloemenwinkel het tuinhekje De Balkan 16, 8303 GZ, Emmeloord, hierna te noemen

Nadere informatie

ARBEIDSOVEREENKOMST (voor bepaalde tijd) I., gevestigd te, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer/mevrouw,

ARBEIDSOVEREENKOMST (voor bepaalde tijd) I., gevestigd te, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer/mevrouw, ARBEIDSOVEREENKOMST (voor bepaalde tijd) De ondergetekenden: I., gevestigd te, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer/mevrouw, hierna te noemen: de werkgever ; en II. de heer/mevrouw, geboren

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 8665 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 11-12-1996 nr. 240 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST. Voor de Groothandel in Levensmiddelen (GIL) voor de periode 1 oktober 2010 tot 1 april 2012

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST. Voor de Groothandel in Levensmiddelen (GIL) voor de periode 1 oktober 2010 tot 1 april 2012 COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST Voor de Groothandel in Levensmiddelen (GIL) voor de periode 1 oktober 2010 tot 1 april 2012 INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk I: Algemene definities 1. Werkgever 2. Groothandel in

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD 2002 nr. 121

GEMEENTEBLAD 2002 nr. 121 GEMEENTEBLAD 2002 nr. 121 Burgemeester en wethouders van de gemeente Maassluis; gezien de instemming van de plaatselijke commissie voor georganiseerd overleg; besluiten: vast te stellen de volgende: VERORDENING,

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST Voor de Groothandel in Levensmiddelen (GIL) voor de periode 1 juli 2004 tot 1 juli 2007 COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST Voor de Groothandel in Levensmiddelen, Zoetwaren,

Nadere informatie

3 Salaris per uur: 1/156 van het salaris bij een volledige werktijd.

3 Salaris per uur: 1/156 van het salaris bij een volledige werktijd. III.1 BEZOLDIGINGSREGELING 1997 - Besluit van de gemeenteraad van Voorst 24 maart 1997. BEGRIPSBEPALINGEN Artikel 1 Deze regeling verstaat onder: 1 Ambtenaar: hij, die overeenkomstig de bepalingen van

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Vervoer van personen met personenauto s Sociaal Fonds 1996/1997 Verbindendverklaring gewijzigde CAO-bepalingen MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 8622 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 28-10-1996,

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 9911 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 14-04-2003, nr. 73 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST INZAKE

Nadere informatie

REGLEMENT AANVULLEND ARBEIDSONGESCHIKTHEIDSPENSIOEN VAN STICHTING PENSIOENFONDS IMTECH

REGLEMENT AANVULLEND ARBEIDSONGESCHIKTHEIDSPENSIOEN VAN STICHTING PENSIOENFONDS IMTECH REGLEMENT AANVULLEND ARBEIDSONGESCHIKTHEIDSPENSIOEN VAN STICHTING PENSIOENFONDS IMTECH Inhoudsopgave Artikel Titel 1. Algemene bepalingen 1 2. Deelnemers 1 3. Jaarsalaris 2 4. Arbeidsongeschiktheidspensioengrondslag

Nadere informatie

Bezoldigingsverordening gemeente Leeuwarderadeel 2005.

Bezoldigingsverordening gemeente Leeuwarderadeel 2005. Gemeente Leeuwarderadeel Burgemeester en Wethouders van Leeuwarderadeel; gelet op het bepaalde in artikel 3:1 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Leeuwarderadeel; gehoord de Commissie voor Georganiseerd

Nadere informatie

VERKLAREN DE VOLGENDE ARBEIDSOVEREENKOMST TE SLUITEN:

VERKLAREN DE VOLGENDE ARBEIDSOVEREENKOMST TE SLUITEN: DE ONDERGETEKENDEN: a. WERKGEVER naam: adres: woonplaats: en b. WERKNEMER naam: adres: woonplaats: VERKLAREN DE VOLGENDE ARBEIDSOVEREENKOMST TE SLUITEN: 1. Indiensttreding De werkgever neemt de werknemer

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Architectenbureaus Aanvullingsregeling en afwikkeling vrijwillig vervroegd uittreden 2008/2010 Verbindendverklaring gewijzigde CAO-bepalingen MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID BESLUIT VAN

Nadere informatie

VUT-CAO STICHTING VRIJWILLIG VERVROEGDE UITTREDING VOOR HET BIOSCOOPBEDRIJF

VUT-CAO STICHTING VRIJWILLIG VERVROEGDE UITTREDING VOOR HET BIOSCOOPBEDRIJF VUT-CAO STICHTING VRIJWILLIG VERVROEGDE UITTREDING VOOR HET BIOSCOOPBEDRIJF Artikel 1 Werkingssfeer Deze overeenkomst is van toepassing op werkgevers en werknemers zoals gedefinieerd in artikel 3 sub d

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST CAO-I AKZONOBEL NEDERLAND

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST CAO-I AKZONOBEL NEDERLAND COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST CAO-I AKZONOBEL NEDERLAND (versie juli 2013) De werkingssfeer van de CAO-I AkzoNobel Nederland omvat: (stand per 1 januari 2013) - Akzo Nobel Nederland B.V. De ondergetekenden:

Nadere informatie

Reglement Seniorenregeling Dierhouderij 2018

Reglement Seniorenregeling Dierhouderij 2018 Reglement Seniorenregeling Dierhouderij 2018 Artikel 1 a Toepassing Dit reglement is van toepassing op de Dierhouderij zoals bedoeld in artikel 1 sub C. lid 8 cao Colland en geldt uitsluitend voor aanmeldingen

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 23393 18 mei 2018 Glastuinbouw 2018 Verbindendverklaring gewijzigde CAO-bepalingen MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Nadere informatie

c. Werknemers die werkelijk in drieploegendienst werkzaam zijn hebben recht op een verlofdag extra.

c. Werknemers die werkelijk in drieploegendienst werkzaam zijn hebben recht op een verlofdag extra. Artikel 15 Vakantie 1. Het vakantiejaar loopt gelijk met het kalenderjaar. 2. De werknemer heeft per vakantiejaar recht op 25 verlofdagen / diensten met behoud van salaris. 3. Jeugdigen tot en met 18 jaar

Nadere informatie

CAO Groothandel in Levensmiddelen in het kort

CAO Groothandel in Levensmiddelen in het kort CAO Groothandel in Levensmiddelen in het kort de hoofdpunten van de collectieve arbeidsovereenkomst Bakkerijgrondstoffen, Horecabenodigdheden, Specerijen, Vleeswaren, CAO in het kort de hoofdpunten van

Nadere informatie

gelet op het resultaat van het overleg in de commissie van georganiseerd overleg (GO) van 22 november 2000;

gelet op het resultaat van het overleg in de commissie van georganiseerd overleg (GO) van 22 november 2000; De raad van de gemeente Menaldumadeel; overwegende dat VNG een voorbeeld bezoldigingsverordening heeft ontworpen als handreiking voor gemeenten die hun locale verordening willen aanpassen; dat het aanbeveling

Nadere informatie

1. [bedrijf], gevestigd [adres] te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door mevrouw/heer [naam], hierna te noemen werkgever;

1. [bedrijf], gevestigd [adres] te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door mevrouw/heer [naam], hierna te noemen werkgever; Min-Max overeenkomst VOOR BEPAALDE TIJD De ondergetekenden: 1. [bedrijf], gevestigd [adres] te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door mevrouw/heer [naam], hierna te noemen werkgever; 2. [naam] geboren

Nadere informatie

AANGEPASTE CAO TEKST Op de volgende pagina s staat de vanaf 1 januari 2017 geldende cao artikelen in dit verband.

AANGEPASTE CAO TEKST Op de volgende pagina s staat de vanaf 1 januari 2017 geldende cao artikelen in dit verband. AANGEPASTE CAO TEKST Op de volgende pagina s staat de vanaf 1 januari 2017 geldende cao artikelen in dit verband. Artikel 3.3 Binnendienst Tot de categorie Binnendienst behoren de werknemers die uitsluitend

Nadere informatie

CAO UITVAARTBRANCHE Aangepaste cao tekst inzake werkdruk, roosters en beschikbaarheid geldend vanaf 1 januari 2017

CAO UITVAARTBRANCHE Aangepaste cao tekst inzake werkdruk, roosters en beschikbaarheid geldend vanaf 1 januari 2017 CAO UITVAARTBRANCHE Aangepaste cao tekst inzake werkdruk, roosters en beschikbaarheid geldend vanaf 1 januari 2017 INLEIDING De bonden ontvangen vanuit hun achterban signalen over werkdruk in relatie tot

Nadere informatie

BEZOLDIGINGSREGELING

BEZOLDIGINGSREGELING BEZOLDIGINGSREGELING Algemene bepaling Artikel 1 Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder: a. medewerker De ambtenaar als bedoeld in artikel 1:1, lid 1onder a van de CAR b. werkgever

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 9552 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 08-05-2001, nr. 88 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR

Nadere informatie

Artikel 7: 610b B.W. Artikel 7: 628a B.W.

Artikel 7: 610b B.W. Artikel 7: 628a B.W. TER INFORMATIE RELEVANTE BEPALINGEN VAN HET BOEK 7 VAN HET B.W. BETREFFENDE DE ARBEIDSOVEREENKOMST ALSMEDE ARTIKEL 6 VAN HET BBA 1945 Hieronder zijn opgenomen een aantal relevante bepalingen van boek 7

Nadere informatie

CAO ZOETWAREN. ADDENDUM voor de Collectieve Arbeidsovereenkomst voor de Zoetwarenindustrie Looptijd 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014

CAO ZOETWAREN. ADDENDUM voor de Collectieve Arbeidsovereenkomst voor de Zoetwarenindustrie Looptijd 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014 ZOETWAREN CAO ADDENDUM voor de Collectieve Arbeidsovereenkomst voor de Zoetwarenindustrie Looptijd 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014 1 4001517_VBZ ADDendum CAO.indd 1 19-08-14 13:32 2 4001517_VBZ

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Fonds Kollektieve Belangen voor Groothandel in Levensmiddelen, Zoetwaren, Tabak en/of Tabaksprodukten, 1998/1999 Verbindendverklaring CAO-bepalingen MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr.

Nadere informatie

3 Salaris en vergoedingsregelingen. Bezoldiging

3 Salaris en vergoedingsregelingen. Bezoldiging 3 Salaris en vergoedingsregelingen Bezoldiging Artikel 3:1 1 Met inachtneming van artikel 1:2:1 wordt aan de ambtenaar binnen het kader van een lokaal vast te stellen bezoldigingsregeling een bezoldiging

Nadere informatie

ADDENDUM NBBU-CAO VOOR UITZENDKRACHTEN 1 JUNI MEI (8e druk: juli 2018) Addendum: januari 2019

ADDENDUM NBBU-CAO VOOR UITZENDKRACHTEN 1 JUNI MEI (8e druk: juli 2018) Addendum: januari 2019 ADDENDUM NBBU-CAO VOOR UITZENDKRACHTEN 1 JUNI 2014 31 MEI 2019 >>> (8e druk: juli 2018) Addendum: januari 2019 Wijziging artikel 22 lid 6 sub b 6. a. In afwijking van lid 2 kan de uitzendonderneming met

Nadere informatie

Oproepovereenkomst m.u.p. onbepaalde tijd

Oproepovereenkomst m.u.p. onbepaalde tijd BIJLAGE 20 Oproepovereenkomst m.u.p. onbepaalde tijd De ondergetekenden: De besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid (of een andere rechtsvorm)... gevestigd te..., kantoorhoudende te... aan

Nadere informatie

VERSTREKKINGENREGLEMENT REGELING MINDER WERKEN VOOR OUDERE WERKNEMERS IN DE SECTOR OPEN TEELTEN 2018

VERSTREKKINGENREGLEMENT REGELING MINDER WERKEN VOOR OUDERE WERKNEMERS IN DE SECTOR OPEN TEELTEN 2018 VERSTREKKINGENREGLEMENT REGELING MINDER WERKEN VOOR OUDERE WERKNEMERS IN DE SECTOR OPEN TEELTEN 2018 Artikel 1 a Toepassing Dit reglement is van toepassing op de Open Teelten zoals bedoeld in artikel 1

Nadere informatie

De wetteksten huidig en nieuw Afdeling 3 Boek 7 Burgerlijk Wetboek: Vakantie en Verlof

De wetteksten huidig en nieuw Afdeling 3 Boek 7 Burgerlijk Wetboek: Vakantie en Verlof De wetteksten huidig en nieuw Afdeling 3 Boek 7 Burgerlijk Wetboek: Vakantie en Verlof Leeswijzer: De officiële wettekst is nog niet beschikbaar. Onderstaande wettekst is op basis van de kamerstukken samengesteld.

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Contractcateringbranche Vrijwillig Vervroegd Uittreden 2004/2008 Verbindendverklaring gewijzigde CAO-bepalingen MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID BESLUIT VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN

Nadere informatie

CAO. Arbeidstijden. 18 jaar en ouder. Jonger dan 18 jaar

CAO. Arbeidstijden. 18 jaar en ouder. Jonger dan 18 jaar CAO Wat is een CAO? De afkorting CAO staat voor collectieve arbeidsovereenkomst. De CAO komt tot stand door overleg tussen vakbonden en werkgeversorganisaties. Alle genomen besluiten, met betrekking tot

Nadere informatie

partijen zijn op de hoogte van de Richtlijn/Adviesregeling Arbeidsvoorwaarden Bestuurder kinderopvang van de NVTK (hierna: de Richtlijn).

partijen zijn op de hoogte van de Richtlijn/Adviesregeling Arbeidsvoorwaarden Bestuurder kinderopvang van de NVTK (hierna: de Richtlijn). MODEL ARBEIDSOVEREENKOMST BESTUURDER KINDEROPVANG DE ONDERGETEKENDEN: 1. [NAAM RECHTSPERSOON], gevestigd te [PLAATS], ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door [NAAM], in zijn/haar hoedanigheid van [FUNCTIE],

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID BESLUIT VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID VAN 13 APRIL 2007 TOT WIJZIGING VAN HET BESLUIT TOT ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN BEPALINGEN

Nadere informatie

REGLEMENT. Toeslagregeling per

REGLEMENT. Toeslagregeling per REGLEMENT Toeslagregeling per STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR DE HOUTHANDEL Juni 2007 ARTIKEL 1 Begripsbepalingen: In dit reglement gelden de begrippen als omschreven in de Cao Toeslagregeling.

Nadere informatie

In deze brochure vindt u een uitleg van de belangrijkste bepalingen van de cao Groothandel in Bloemen en Planten.

In deze brochure vindt u een uitleg van de belangrijkste bepalingen van de cao Groothandel in Bloemen en Planten. MIJN CAO In deze brochure vindt u een uitleg van de belangrijkste bepalingen van de cao Groothandel in Bloemen en Planten. In dit hoofdstuk Mijn Cao wordt uitgelegd wanneer de cao van toepassing is en

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Wonen Vervroegd Uittreden 2000 Verbindendverklaring gewijzigde CAO-bepalingen MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 9348 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 14-03-2000, nr. 52 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING

Nadere informatie

Collectieve arbeidsovereenkomst voor zaterdagbestellers

Collectieve arbeidsovereenkomst voor zaterdagbestellers Collectieve arbeidsovereenkomst voor zaterdagbestellers 1 juli 2013 tot en met 31 december 2015 Uitgave: juli 2013 Group HR INHOUDSOPGAVE PAGINA Considerans 3 Hoofdstuk 1 Algemeen 4 Artikel 1 Definities

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID BESLUIT VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID VAN 8 MAART 2005 TOT WIJZIGING VAN HET BESLUIT TOT VERBINDENDVERKLARING VAN BEPALINGEN VAN DE

Nadere informatie

REGLEMENT. per 1 januari 2006. Stichting VUT fonds ECI

REGLEMENT. per 1 januari 2006. Stichting VUT fonds ECI REGLEMENT per 1 januari 2006 van Stichting VUT fonds ECI houdende de regeling vrijwillig vervroegde uittreding. Bladnummer 1 van 6 DEFINITIES Artikel 1 1. In,dit reglement wordt verstaan onder: Stichting:

Nadere informatie

2.6 model arbeidsovereenkomst voor de duur van een bepaald werk of bepaald project 1

2.6 model arbeidsovereenkomst voor de duur van een bepaald werk of bepaald project 1 2.6 model arbeidsovereenkomst voor de duur van een bepaald werk of bepaald project 1 ARBEIDSOVEREENKOMST De ondergetekenden: 1. hierna te noemen: "de werkgever"; en 2. hierna te noemen "de werknemer";

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Gevestigde Bloemendetailhandel Inzake Sociaal Fonds 2003 Verbindendverklaring gewijzigde CAO-bepalingen MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 9871 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 21-01-2003, nr.

Nadere informatie

Inleiding. Kijk ook in onze kennisbank arbeid voor meer informatie over het werken met een BBL er. Arbeidsovereenkomst BBL 1

Inleiding. Kijk ook in onze kennisbank arbeid voor meer informatie over het werken met een BBL er. Arbeidsovereenkomst BBL 1 Inleiding Het in dienst nemen van leerlingen in het kader van de Wet Educatie en Beroepsonderwijs dient zorgvuldig te gebeuren. Een leerling is werkzaam op basis van een arbeidsovereenkomst, waarbij slechts

Nadere informatie