MILIEUJAARVERSLAG 2008 DU PONT DE NEMOURS (NEDERLAND) B.V.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "MILIEUJAARVERSLAG 2008 DU PONT DE NEMOURS (NEDERLAND) B.V."

Transcriptie

1 MILIEUJAARVERSLAG 2008 DU PONT DE NEMOURS (NEDERLAND) B.V.

2

3 INHOUDSOPGAVE 1 MILIEUZORG DUPONT Inleiding Doelstellingen Milieuzorgsysteem Meten en registreren MILIEUPRESTATIES Beschrijving milieusituatie naar aspecten en thema s Emissies naar lucht Emissies naar water Energie en Klimaat Afval Bodem Geur Geluid Externe Veiligheid Grond- en hulpstoffen / duurzame bedrijven terrein Product Stewardship Incidenten Klachten MILIEUVERGUNNINGEN EN CONVENANTEN Vergunningen Vergunningsrevisie Wet Milieubeheer en Wet Verontreiniging Oppervlaktewateren Natuurbeschermingswet CO 2 - en NO x -emissiehandel Kernenergiewet Vergunningseisen Vergunningeisen Wm Vergunningeisen Wvo Milieuconvenanten Doelgroepenbeleid/Bedrijfsmilieuplan Convenant Benchmarking energie-efficiency Handhaving en Inspecties Controles door provincie Controle door de Nederlandse Emissieautoriteit Controle door VROM-inspectie...24 COLOFON...25 BIJLAGEN OVERHEIDSVERSLAG: BIJLAGE I Uitdraai Electronisch Milieujaarverslag 2008 BIJLAGE II Voortgang maatregelen uit het BMP-4 BIJLAGE III Overzicht luchtemissies 2008 in vergelijking met de vergunninglimieten Du Pont de Nemours 1

4 1 MILIEUZORG DUPONT 1.1 Inleiding In dit jaarverslag wordt verantwoording afgelegd over de milieuprestaties van DuPont over het jaar Als basis voor deze rapportage is het Besluit milieujaarverslaglegging en de nieuwe Europese EPRTR-richtlijn gehanteerd. De milieumaatregelen zijn weergegeven in de voortgangstabel van het BMP-4. Waar relevant wordt een nadere verklaring gegeven in het tekstuele gedeelte bij de verklaring van de emissies. Omdat in 2008 veel aandacht is geschonken aan het revisievergunningproces wordt in hoofdstuk 3 van dit jaarverslag ook daaraan aandacht geschonken. Vanwege de economische situatie is de vraag naar de producten in het vierde kwartaal behoorlijk teruggelopen. Dit betekent dat er in 2008 minder geproduceerd is. Gekoppeld daaraan is ook milieubelasting van de vestiging gedaald. In 2008 is binnen de vestiging een continu verbeterprogramma gestart onder de naam DuPont Productie Systeem (DPS). Dit is een wereldwijd programma binnen DuPont gericht op effeciënter produceren. Sleutelwoord daarbij is het reduceren van waste in de breedste zin des woord. 1.2 Doelstellingen Een belangrijk uitgangspunt van het milieubeleid van DuPont is haar milieu belasting steeds verder te reduceren. In het kader van een vernieuwde visie en strategie op het vlak van duurzame ontwikkeling heeft DuPont wereldwijd doelstellingen geformuleerd met de titel 2015 Sustainability Goals. Een greep uit de concrete milieudoelstellingen: In 2015 moet de uitstoot van broeikasgassen wereldwijd met 15% zijn teruggebracht ten opzichte van het basisjaar 2004, dit bovenop de 72% reductie die sinds 1990 al is bereikt; Het waterverbruik moet in 2015 met 30% zijn gedaald in gebieden waar drinkwater schaars is, bij de overige vestigingen mag het waterverbruik in elk geval niet stijgen; In 2015 moet 10% van de totale energiebehoefte worden gevoed uit duurzame bronnen; De milieuzorgsystemen bij alle productielocaties van DuPont worden door onafhankelijke organisaties geverifieerd. 1.3 Milieuzorgsysteem Het milieubeleid binnen DuPont Dordrecht wordt in praktijk gebracht door middel van een milieuzorgsysteem. De Site Milieucoördinator stuurt de uitvoering op beleidsniveau aan. Samen met de coördinatoren van de verschillende afdelingen wordt concrete invulling gegeven aan het systeem. Maandelijks wordt door de coördinatoren de voortgang in het milieunetwerk besproken en afgestemd op de programma s op het gebied van kwaliteit en veiligheid. Het milieuzorgsysteem van DuPont voldoet aan de eisen van ISO en is voor de hele site in Dordrecht als zodanig gecertificeerd. In 2008 heeft een omvangrijke gecombineerde audit plaatsgevonden van het milieuzorgsysteem. De driejaarlijkse 2nd party audit vanuit het moederbedrijf is gecombineerd met de audit van Lloyd s register. 2 Du Pont de Nemours

5 1.4 Meten en registreren DuPont heeft een meet- en registratiesysteem voor emissies van stoffen. In protocollen is vastgelegd welke emissiebronnen naar lucht en water regelmatig worden gemeten. Deze gegevens worden opgenomen in het meet- en registratiesysteem. Voor de registratie van luchtemissies wordt er bij de berekening zoveel mogelijk gebruik gemaakt van een koppeling met de procescomputers van de fabrieken. Door de koppeling is het mogelijk om op elk moment de emissie te bepalen en bij eventuele afwijkingen direct te reageren. In 2008 heeft er verbetering plaatsgevonden in het meeten registratiesysteem van de lucht emissies van de Freon fabriek. De registratie van afvalstromen vindt plaats met behulp van een systeem waarbij bevestiging van ontvangst door de afvalverwerker een belangrijk element vormt. Du Pont de Nemours 3

6 2 MILIEUPRESTATIES Beschrijving milieusituatie naar aspecten en thema s Het productievolume van DuPont Dordrecht is in 2008 met ruim 18% gedaald ten opzicht van vorig jaar. Omdat een aantal emissies gekoppeld zijn aan de productie heeft deze productie daling zijn weerslag in de milieubelasting van het bedrijf. In het vervolg van dit hoofdstuk wordt verantwoording afgelegd over de resultaten die DuPont Dordrecht in 2008 op milieugebied heeft behaald. In het overzicht van de emissies in dit verslag is een indeling naar relevante milieuaspecten gehanteerd, met een verwijzing naar de zeven thema s die in het Nationaal Milieubeleidsplan II worden onderscheiden Emissies naar lucht Het totaal aan luchtemissies van DuPont Dordrecht is in 2008 met 16% gedaald ten opzichte van Deze daling wordt vooral bepaald door de verminderderde productie in Ten gevolge van een grote onderhoudsstop bij Delrin en met name het kenterende economisch tij aan het einde van het jaar is de productie ruim 18% gedaald. In onderstaande tabel 1 zijn de luchtemissies in de periode weergegeven. Tabel 1: Emissies naar lucht Emissies in ton/jaar Relevante milieuthema s NO x Verzuring CO Klimaatverandering CO Verspreiding Anorganische stoffen Verspreiding Organische stoffen Verspreiding/ Klimaatverandering gehalogeneerd Organische stoffen niet-gehalogeneerd Verspreiding Methyleenchloride Verspreiding Totaal Du Pont de Nemours

7 NO x De uitstoot van NO x ontstaat voor meer dan 90% tijdens de energieopwekking in de warmtekrachtcentrale en de stoomketels. In figuur 1 is het verloop van de NO x -emissie over de afgelopen vijf jaar weergegeven. De NO x -uitstoot is in 2008 met 13% gedaald. Figuur 1: Verloop totale NOx-emissies in ton/jaar Emissies , , , , , ,000 50,000 Productie NOx NOx-gecor Productie 0 In bovenstaande grafiek is de productie weergegeven van de hele inrichting, dat wil zeggen de productie van DuPont en INVISTA samen omdat beide bedrijven gebruik maken van de energievoorziening die de bedrijven samen verzorgen. De NO x -gecorrigeerd is het deel van de emissie wat aan DuPont en INVISTA kan worden toegerekend (op basis van de hoeveelheid elektriciteit voor eigen gebruik en de hoeveelheid geleverd aan het elektriciteitsnet). De NO x emissie gerelateerd aan eigen gebruik is toegenomen, doordat er in totaal minder door de WKK aan energie is geproduceerd en tevens minder elektriciteit is teruggeleverd aan het net. In verband met onderhoud is één van de WKK-units (Cogen 1) langere tijd uit bedrijf geweest, wat een effect heeft op het energierendement en de NO x uitstoot. Du Pont de Nemours 5

8 Vluchtige organische stoffen (NMVOS) De emissie van vluchtige organische stoffen (NMVOS) is gestegen ten opzichte van het voorafgaande jaar (zie figuur 2 hieronder). Figuur 2: Verloop NMVOS-emissies in ton/jaar , ,000 Emissies , ,000 Productie 150, ,000 NMVOS Productie De productie in figuur 2 is de totale productie van alle DuPont fabrieken. De vluchtige organische stoffen (NMVOS) bij DuPont bestaan uit gehalogeneerde en nietgehalogeneerde organische stoffen. De stijging in NMVOS wordt vooral veroorzaakt door de toename van de berekende emissie van HCFK22 van de Freon 22 fabriek. Diffuse bronnen De massabalans methode is de best beschikbare methode om de diffuse emissies te bepalen voor deze fabriek. Op basis van deze methode is er een toename berekend van 53,6 ton in 2007 naar 71,6 ton in Daarmee ligt de diffuse emissies van HCFK 22 op 0,3% van de totale jaarproductie, terwijl de onnauwkeurigheid van de debietmeters rond de 1% ligt. In de shutdown van 2007 zijn de instrumenten gekalibreerd. De massabalans methode is een krachtig middel voor trend bewaking. Lekverliezen na de shutdown van 2007 zijn hiermee snel gesignaleerd en met behulp van Photo Ionisatie Detectie apparatuur (PID) opgespoord en verholpen. Puntbronnen In 2008 zijn de berekeningen voor de HCFK 22 emissie van de puntbronnen FL2 (crude HCFK22 analyser), FL10 (Titrator), en FL 11 (Alkali Sep) aangepast. Deze zijn nu gebaseerd op een berekening op basis van de oplosbaarheid van HCFK 22 in water. Hierdoor wordt de worst case situatie beschouwd en zijn de emissies van de puntbronnen toegenomen van 25,6 ton in 2007 naar 38 ton in Maatregelen 2008 Om de emissies van vluchtige organische stoffen verder terug te dringen zijn er meerdere maatregelen genomen in 2008 die een bijdrage hebben geleverd aan de daling van de emissie zoals die hierboven is beschreven. Hieronder volgt een korte beschrijving van die maatregelen: 6 Du Pont de Nemours

9 Daling methyleen chloride De methyleen chloride verliezen zijn door het feit dat er in 2008 geen shutdown was lager dan in Tijdens en na de shutdown is veel inspanning gedaan om de lekverliezen van MeCl2 te minimaliseren. Maatregelen in de afdeling Loading en Blending Een bijdrage aan de reductie van VOS emissies is geleverd door de Fluoroproducts Loading en Blending afdeling door het installeren van dedicated leidingen zodat verliezen bij product wisselingen zijn geminimaliseerd. Tevens worden waar nodig gas/vloeistof vacuümpompen toegepast om vul- en losslangen leeg te maken voordat deze worden losgekoppeld. Er wordt maandelijkse gemonitored op mogelijke verliezen op basis van een massabalans. Studies 2008 In 2008 zijn studies verricht naar de mogelijkheden om sommige emissies verder te verminderen. IPPC studies Fluorproducts Bij Freon 22 is een onderzoek uitgevoerd naar de mogelijkheden om de afgasluchtscrubber van het Freon recovery systeem aan te sluiten op de afvalzuurscrubber. De emissiereductie betreft voornamelijk HCFK 22, maar ook enigszins HF (waterstoffluoride) dat in lage concentratie meegevoerd wordt. De luchtstroom zal dan via de naverbrander kunnen worden verwerkt. De waterige stroom zal uiteindelijk via het afvalzuursysteem op de rivier worden geloosd. De voorgestelde oplossing is technisch moeilijk en te duur. Er is ook geconcludeerd dat de reeds bestaande voorzieningen voldoen aan IPPC. Er is een onderzoek gestart naar het verminderen van de HFP- en TFE-luchtemissies bij FEP. In 2008 is een deel van de maatregelen genomen, namelijk het aanpassen van de procesomstandigheden. De overige hardware matige aanpassingen zijn technisch moeilijk uitvoerbaar en te duur. Er is ook geconcludeerd dat de reeds bestaande voorzieningen voldoen aan IPPC. IPPC studies Delrin Bij Delrin is in navolging van eerdere studies onderzoek naar de mogelijkheden om verschillende luchtemissies gezamenlijk te behandelen. Geconcludeerd is dat geen van de maatregelen op een kosten effectieve manier zijn te implementeren (zie BMP tabel maatregelen 6, 7 en 15). Stofmetingen bij Delrin Finishing hebben aangetoond dat alle emissies van deze fabriek voldoen aan de Ner en daarmee aan de IPPC. Onderzoek naar dedusting equipment heeft aangetoond dat een toe te passen installatie aan het eind van het productie proces te vermindering van stof emissies geen verbetering heeft op de stof emissie naar de buitenlucht. Indien de instellingen voor het afvangen van stof fijner worden afgesteld wordt er meer product afgevangen en zal dit resulteren in meer afval. Om die reden wordt afgezien van een nadere maatregel. Viton Er is een project opgestart voor de terugwinning van grondstoffen in het Viton productieproces. De bedoeling is om de niet gereageerde gassen te hergebruiken in plaats van te verbranden. Verwachting is implementatie van de maatregelen in Du Pont de Nemours 7

10 2.1.2 Emissies naar water Lozingssituatie DuPont/INVISTA In onderstaande figuur wordt de afvalwaterstromen schematisch weergegeven. DuPont fabrieken DuPont zuivering anaëroob DuPont vijvers DuPont afvalwaterzuivering aëroob (zoet) AWZI Dordrecht (WSHD) Zuurriool Procesriool DuPont grondwater - zuivering DuPont koeltoren FLRP Beneden Merwede (RWS) m3 INVISTA fabriek INVISTA afvalwaterzuivering (zout) Beneden Merwede (RWS) Figuur 3: afvalwaterstromen gehele inrichting DuPont bezit een anaërobe waterzuivering en een aërobe waterzuivering (het zoete systeem), welke via het gemeenteriool loost op de AWZI Dordrecht. De omvang van de lozingen vanuit de zoete waterzuivering zijn in zijn geheel opgenomen in dit milieujaarverslag. INVISTA bezit een aërobe waterzuivering (het zoute systeem). Via dit systeem wordt met name het zoute Terathane -procesafvalwater en een deel van het procesafvalwater vanuit de vijvers van Fluoroproducts van DuPont gezuiverd. In 2008 heeft de INVISTA waterzuivering 2076 m 3 vanuit de vijvers van DuPont behandeld, terwijl in 2008 nog m3 werd behandeld. De directe lozing vanuit het INVISTA systeem vindt plaats op de rivier de Beneden Merwede. De lozing van het totale effluent van de zoute waterzuivering van INVISTA wordt gerapporteerd in het milieujaarverslag van INVISTA. Hierin wordt dus de milieubelasting, inclusief de verwijdering van gecentrifugeerd aëroob slib, van het DuPont deel meegenomen. Om eventuele misverstanden en/of dubbeltelling te voorkomen is de indirecte lozing van DuPont op de waterzuivering van INVISTA buiten het milieujaarverslag van DuPont gelaten. Zuur- en procesriool Fluoroproducts Een gedeelte van het afvalwater van DuPont wordt via het procesriool en het zuurriool van Fluoroproducts direct op het oppervlaktewater geloosd (directe lozing). Via kwartaalrapportages wordt Rijkswaterstaat hiervan op de hoogte gehouden. De toename van de fluoride emissie in 2008 wordt voornamelijk toegeschreven aan de toename van de lozing via het in het zuurriool. De lozing via het procesriool is in orde grootte gelijk gebleven. Reden voor de toename is het vaker regenereren van de HF-absorbers ten gevolge van de veranderde operatie van het TFE- en HFP-monomeren proces, welke eind 2007 is doorgevoerd. 8 Du Pont de Nemours

11 Ruwe TFE kan nu worden gevoed aan het HFP-proces. Dit heeft een capaciteitsvergroting tot gevolg en daardoor een hoger belasting van de HF-absorbers in de fornuis-kringloop. Via de stackscrubber worden de fluorides afgevoerd naar het zuurriool. GWZI Het effluent van de Grondwaterzuiveringsinstallatie is aangesloten op de koeltorens van Fluoroproducts. Een deel van het GWZI-water wordt op deze manier nuttig toegepast met het doel drinkwater te besparen. In 2008 is hiermee circa m 3 drinkwater bespaard. In 2008 is het beheer van de GWZI verbeterd. Daardoor zijn er geen overschrijdingen van de vergunning geweest dit jaar. Procesemissies In dit onderdeel worden de procesemissies naar het water toegelicht. Het gaat om indirecte emissies die geloosd worden op de AWZI Dordrecht en om directe emissies die geloosd worden op de Beneden Merwede (zuurriool, procesriool en de GWZI samen). Het afvalwater dat door DuPont is geloosd op respectievelijk het gemeenteriool en het oppervlaktewater laat wat emissies van stikstof betreft in totaliteit een lichte daling zien ten opzichte van (figuur 4). Figuur4: Directe en indirecte lozing van stikstof 25,0 20,0 15,0 10,0 5,0 0, Stikstof op riool- indirect [ton] 20,9 19,0 17,6 Stikstof op oppervlaktew ater - direct [ton] 0,8 0,8 0,3 De hoeveelheid CZV is gedaald ten opzichte van Dit komt mede door een beter beheer van de zuivering en verminderde afloop vanuit de Anaerobe installatie als gevolg van de verminderde productie van Delrin. Naast de reguliere lozingen van het effluent van de aërobe waterzuivering hebben er in overleg met het Waterschap ook dit jaar lozingen plaatsgevonden op het gemeenteriool buiten deze zuivering om. Omdat dit dit jaar op kleinere schaal heeft plaatsgevonden is de lozing van formaldehyde gedaald. De lozing van dispergeermiddel is als gevolg van het nemen van diverse maatregelen (APFO voorzuivering) wederom verder gedaald van 975 naar 449 kg. Du Pont de Nemours 9

12 Figuur 5: Directe en indirecte lozing van CZV 120,0 100,0 80,0 60,0 40,0 20,0 0, CZV op riool - indirect [ton] 43,7 100,5 68,5 CZV op oppervlaktew ater - direct [ton] 7,1 13,4 6,3 De lozing van zwevende stof is in 2008 gedaald door het preventief schoonmaken van de lamellenseparatoren (zie figuur 6) en het plaatsen van een zeefbochtfilter voor het afvangen van houtmeel bij de voorzuivering voor de APFO verwijdering. Figuur 6: Indirecte lozing zwevende delen [ton] 80,0 zwevende delen 60,0 40,0 20,0 0, zw evende delen [ton] 28,8 59,4 32,2 10 Du Pont de Nemours

13 De lozing van fosfor is licht gedaald doordat er in 2008 verdere fosfaat beperkende maatregelen genomen zijn bij Viton (zie figuur 7). Figuur 7: Indirecte lozing van fosfor 3,0 2,5 2,0 1,5 1,0 0,5 0, Fosforlozing via het riool [ton] 2,4 2,8 2,6 Maatregelen 2008 In 2008 zijn er een aantal maatregelen getroffen die een positief milieueffect hebben in relatie tot de emissies naar het water: Procesemissies In 2007 is het dispergeermiddel bevattende afvalwater van de FEP-fabriek en de PTFE installaties aangesloten op de vaste stof/actieve kool zuiveringsinstallatie. De installatie is in 2008 verder verbeterd. Het effluent van deze voorzuivering wordt nu beter gefilterd. Het wordt vanwege de aanwezige stikstof nog nabehandeld op de biologische waterzuivering. Er is onderzoek uitgevoerd en om het alcoholhoudende afvalwater van VITON op de aërobe waterzuivering te verwerken. Dit heeft een negatief effect gegeven op de zuivering, omdat het te belastend was. Eventueel gespreid aanbod via tussenbuffering is waarschijnlijk wel mogelijk. De test om fosfaatgebruik te verminderen bij Viton is succesvol uitgevoerd. Operationeel beheer Waterzuivering In 2008 zijn ph meters en DO-meters dubbel uitgevoerd en verder verbeterd,om een goed proces te waarborgen. Er is een verbeterde opstart-, en productie voorschrift gemaakt voor de Anaërobe zuivering. Door het plaatsen van bandfilters in de Teflon Polymer afdeling bevat het afvalwater minder vaste deeltjes (solids). De hoeveelheid afgevoerd drijvend aërobe slib is sterk verminderd. Door beter bezinking van het slib ontstaat er minder drijvend slib. Du Pont de Nemours 11

14 Plannen 2009 De volgende maatregelen in projecten voor het komende jaar worden onderzocht: Procesemissies Houtmeel, dat dienst doet als coating op het vacuümfilter bij de FEP-fabriek, leidt tot verstoring van de Waterzuivering. Daarom zal er in 2009 extra aandacht aan de bandfilters worden besteed zodat het houtmeel met paraffine wax voortijdig uit het afvalwater gehaald kan worden. Bij Viton wordt een verbeterd meetplan opgezet om een deel van afvalwaterstromen te meten. Met deze gegevens kan beter ingespeeld worden op het aanbod van afvalwater. Onderzoek naar optimalisatie van de Impex voorzuivering. Waterzuivering In het verleden zijn er afspraken gemaakt tussen DuPont en het waterschap (WSHD) om meer gebruik te maken van de uitgebreide zuiveringscapaciteit van de nieuwe AWZI Dordrecht. Zoals eerder genoemd in dit verslag is sinds afgelopen jaar de capaciteit van de AWZI Dordrecht daadwerkelijk uitgebreid en wordt er sinds 2007 door DuPont gebruik gemaakt van de verruimde mogelijkheden. Aansluitend bij deze ontwikkeling is een project gestart om de aërobe waterzuivering van DuPont buiten gebruik te stellen en via een pijpleiding een directe aansluiting te creëren op de AWZI Dordrecht. Door de de huidige financiële ontwikkelklingen, is dit project tijdelijk op hold gezet. Door de voorgenomen sluiting van Invista wordt onderzocht of de overname van de zoute zuivering een alternatief kan zijn om de zoete zuivering uit te breiden. Operationeel beheer Waterzuivering In 2009 zal opnieuw onderzocht worden of het besturingssysteem van de zuiveringsinstallatie worden voorbereid voor een overzetting van het Honeywell systeem naar het Bailey systeem, zodat het proces vanuit de Delrin controlekamer bestuurd kan worden Energie en Klimaat Uitstoot van broeikasgassen DuPont besteedt al lange tijd aandacht aan het terugdringen van de uitstoot van broeikasgassen. Een onderwerp wat met de huidige inzichten op het gebied van klimaatverandering zeer actueel is. Als we de verschillende broeikasgassen omrekenen naar CO 2 equivalenten en op een rij zetten van de afgelopen vijf jaar, geeft dit het beeld getoond in figuur 8. Figuur 8: CO2 - equivalenten [kton] Du Pont de Nemours

15 De dalende trend die DuPont sinds eind jaren negentig heeft weten te behalen wordt ook dit jaar weer enigszins doorgezet. CO 2 en energie Het aardgasverbruik en de CO 2 -uitstoot zijn in 2008 gedaald. Energie voor de productieprocessen wordt bij DuPont Dordrecht opgewekt door middel van warmtekrachtcentrales. Het overschot aan elektriciteit wordt geleverd aan het elektriciteitsnet. De binnen dit thema gerapporteerde CO 2 - emissies ontstaan bij de energieopwekking bij Power en bij de procesfornuizen van Delrin en Fluoroproducts. De hoeveelheid CO 2 die is ontstaan bij de productie van de verkochte elektriciteit is afgetrokken van de totale emissie (middelste lijn in figuur 9). De onderste lijn geeft de gecorrigeerde waarde weer, dus de CO 2 -emissie die het gevolg is van de productieprocessen van de hele inrichting. Figuur 9: Verloop totale CO2-emissies in ton/jaar 300, , ,000 Emissies 250, , , , , , ,000 50,000 Productie 100, CO2 CO2-gecor Productie 0 De productiecijfers die in deze figuur worden getoond beslaan de volledige productie van de inrichting, dus cijfers van DuPont en INVISTA samen. Voor deze weergave is gekozen omdat de energievoorziening, die de grootste basis is voor de emissiecijfers, door beide bedrijven wordt gebruikt. De CO2 emissie gerelateerd aan de energieproductie voor eigen gebruik is toegenomen, doordat er in totaal minder door de WKK aan energie is geproduceerd en tevens minder is teruggeleverd aan het net. In verband met onderhoud is één van de WKK units (Cogen 1) langere tijd uit bedrijf geweest, wat een effect heeft op het energierendement en de CO2 uitstoot. Energie-efficiency Index Met energie-efficiency (EEI) wordt bedoeld de hoeveelheid energie die gebruikt wordt per eenheid product. Gebruikmakend van een index wordt het energieverbruik vergeleken en ontstaat een duidelijker beeld of het bedrijf op een energie efficiëntere manier de producten heeft gefabriceerd. De energie die nodig is in de productieprocessen wordt geleverd door verbranding van aardgas in de warmtekrachtcentrale, wat resulteert in elektriciteit en warmte (in de vorm van stoom). Hoe minder energie wordt verbruikt, hoe lager de uitstoot van broeikasgassen zoals CO 2 en NO x. Om de Du Pont de Nemours 13

16 voorraad fossiele brandstoffen zo efficiënt mogelijk te benutten, heeft de overheid in een energieconvenant met de chemische industrie afspraken gemaakt. Voor de berekening van de efficiency worden sinds 2006 de nieuwe WKK-regels toegepast. Hierdoor is de EEI niet meer vergelijkbaar met de EEI over de periode is als nieuw basisjaar vastgesteld en de index is daarmee weer op 100 gezet. De index voor het jaar 2008 is hoger dan Deze verhoging komt voornamelijk door lagere productie van de fabrieken door verminderde vraag van onze producten. Bij een lagere productie zijn onze processen minder energie-efficiënt. Tevens is ten gevolge vanwege de leveringsplicht van elektriciteit overtollig stoom afgeblazen. Maatregelen in 2008 Voor de vestiging Dordrecht is een Energy Champion aangesteld om de energie initiatieven te coordineren. Enkele initiatieven zijn inmiddels gestart om de energie efficiency te verbeteren, zoals: het optimaliseren van het aardgas verbruik op de Delrin oven. de stoomverliezen van de WKK s te beperken; er is een nieuwe regeling ingevoerd om de vraag c.q. de verkoop van elektriciteit beter af te stemmen op lokale stoomvraag Afval DuPont streeft ernaar om afval zoveel mogelijk aan de bron te voorkomen. Als dit niet mogelijk blijkt wordt er gekeken of de stoffen hergebruikt kunnen worden in het productieproces door ze weer in te zetten als grondstof. In bepaalde gevallen kan het echter alleen worden verbrand (met terugwinning van energie) of worden gestort. Het storten van afval wordt door DuPont gezien als een belasting voor het milieu die zoveel mogelijk moet worden voorkomen. In de Wet Milieubeheer worden de termen niet-gevaarlijk en gevaarlijk afval onderscheiden. In onderstaande tabel is een overzicht weergegeven van de totalen van de afvalstromen op basis van euralcodes gerangschikt naar niet-gevaarlijk en gevaarlijk afval. Voor de genoemde stromen is aangegeven welke hoeveelheid is afgevoerd voor hergebruik/nuttige toepassing, voor verbranding, voor stort of voor de afvalscheidinginstallatie. De totale hoeveelheid afval die in 2008 is afgevoerd is circa 6% verminderd ten opzichte van de hoeveelheid afval in Ten opzichte van 2005 is een daling van ca 57% bewerkstelligd. Gesteld kan worden dat DuPont slaagt in een continue vermindering van de hoeveelheid bedrijfsafval. Alhoewel dit jaar ook een deel verklaard kan worden door de vermindering van de productie. Tabel 2: Omvang en verloop van de afvalstromen (in ton/jaar) in 2007 en h/n i V s As totaal h/n i v s as totaal Niet-gevaarlijk afval * Gevaarlijk afval Totaal h/n = hergebruik/nuttige toepassing; i = inzet als brandstof; v = verbranden; s = storten; as = afvalscheidinginstallatie * Dit getal is naar boven afgerond van 1669,4 naar 1670 om het subtotaal h/n en totaal te laten overeenkomen met de monitoring Hierna is voor de categorieën niet-gevaarlijk afval en gevaarlijk een korte toelichting op enkele ontwikkelingen in 2008 gegeven. 14 Du Pont de Nemours

17 Niet gevaarlijk afval De hoeveelheid niet-gevaarlijk afval is in 2008 met circa 7,5% gedaald ten opzichte van De grootste oorzaak voor de daling is dat in 2008 geen verontreinigde grond is afgevoerd. In Viton is over % meer polymeer afval gestort dan over Deze verhoging is een combinatie van een toename van het aantal produkt transities en de verhoogde kwaliteitseisen. Een onderzoek is gestart om polymeer afval te verminderen. Figuur 10: Niet gevaarlijk afval [ton] Hergebruik/nuttige toepassing Inzet brandstof Verbrand Gestort Afvalscheidingsinstallatie Gevaarlijk afval De totale hoeveelheid gevaarlijk afval is dit jaar met circa 5% afgenomen (tabel 2). De daling wordt met name veroorzaakt door een daling in de hoeveelheid Viton afvalwater. Hiervan is minder afgevoerd als gevolg van een proef met interne verwerking. Ook is er opnieuw een daling in de hoeveelheid afgevoerd drijvend zuiveringslib. Door beter bezinking van het slib ontstaat er minder drijvend slib. De volgende detailaspecten op het gebied van gevaarlijk afval zijn verder vermeldenswaardig:. De voorzuivering bij APFO heeft ook in 2008 twee gevaarlijke afvalstromen tot gevolg had. Omdat dit proces in 2007 slechts vier maanden besloeg en in 2008 het gehele jaar is er een stijging geweest van het Houtmeel ex vacuumfilter (bulk) Eural * dat verbrand moest worden (stijging van 94 naar 406 ton). Du Pont de Nemours 15

18 Verder is er een verschuiving opgetreden van afval wat naar een afvalscheidingsinstallatie is afgevoerd naar hergebruik en/of nuttige toepassing. Teerhoudend asfalt afval (Euralcode *) was in 2007 in de categorie Storten opgevoerd. Dit afval wordt echter thermisch gereinigd en is daarom in 2008 geplaatst in de categorie Hergebruik/Nuttige toepassing. Dit heeft tot gevolg dat de hoeveelheid gevaarlijk afval onder Hergebruik/Nuttige toepassing met 78% is gestegen en de hoeveelheid Gestort gevaarlijk afval met 81% is gedaald. In de loop van 2007 is een stroom afval van Delrin Chemical (granulaat fluff verontreinigd Eural * en ongestabiliseerde fluff/raw polymeer Eural *) omgebogen van verbranden naar inzet brandstof. In 2008 was dit voor het hele jaar waardoor er een stijging is van 21 ton naar 68 ton. De hoeveelheid Teflon dispersie die verbrand is gestegen van 142 ton in 2007 naar 303 ton in Dit is te verklaren door een te laat ingetrokken order van een klant. Figuur 11: Gevaarlijk afval [ton] Hergebruik/nuttige toepassing Inzet brandstof Verbrand Gestort Afvalscheidingsinstallatie Du Pont de Nemours

19 2.1.5 Bodem Grondwaterbescherming Geen bijzonderheden Grondwaterbeheersysteem De bestaande bodemverontreiniging op het terrein wordt beheerst door grondwater op te pompen en te behandelen in een zuiveringsinstallatie. Om de verplaatsing van de vervuiling via grondwaterstroming te voorkomen wordt er ook water opgepompt en teruggebracht in de bodem om deze stromen naar het bedrijf gericht te houden. Uit het eerste watervoerend pakket en de ophooglaag wordt water opgepompt wat in de grondwaterzuiveringsinstallatie (GWZI) wordt behandeld en vervolgens geloosd op het oppervlaktewater. In 2008 is ca m 3 ( m3) opgepompt. Een deel van het gezuiverde grondwater wordt ingezet als koelwater. Deze hoeveelheid van circa m 3 is vermeld als grondwater voor koeling. Deze hoeveelheid wordt dus niet specifiek opgepompt voor koeling maar is een nuttige toepassing van het GWZI-effluent. Verder wordt de bestaande bodemverontreiniging beheerst door het oppompen van grondwater uit het derde watervoerende pakket (WVP) en dit terug te brengen in het tweede watervoerende pakket ( m3 in 2008 versus ca m 3 in 2007). Hiermee wordt ervoor gezorgd dat het water in het eerste WVP niet kan doorlopen naar dat tweede pakket. Vervanging van de onttrekkingsput van het 3 e watervoerende (PP-3-3) van het oostelijke infiltratie cluster heeft in juni 2008 plaatsgevonden. In oktober is een infiltratieput (IP-2-3) door een storing onder water gelopen en tot eind december uit bedrijf geweest. Details zullen in het bodemoverleg met de gemeente Dordrecht worden besproken. Bodemsanering Ter plekke van de voormalige Lycra fabriek zou in 2008 een lokale spotsanering starten door gestimuleerde natuurlijke afbraak van gechloreerde organische stoffen (PCE). Dit is uitgesteld in verband met de mogelijke sloop van de Lycra fabriek door INVISTA. Deze sloop zou het mogelijk maken de spotsanering via afgraving aan te pakken. Zoals het er nu uitziet zal INVISTA de sloop voorlopig niet uitvoeren. Daarom zal het plan van gestimuleerde afbraak wederom in 2009 ter hand genomen worden. In 2009 zal een kleine olieverontreiniging ter plaatse van een hoogspanningstrafo worden gesaneerd Geur In 2008 hebben zich geen geurproblemen en klachten voorgedaan Geluid Ter beperking van de geluidemissie heeft DuPont een aantal maatregelen getroffen. Dit om de overheden tegemoet bij het aanpassen van de geluidzone. Strikt genomen is er ten aanzien van de Wm-vergunning geen noodzaak tot het treffen van deze maatregelen, want DuPont voldoet aan de geluidvoorschriften op de vergunde referentiepunten uit de vergunning. Du Pont de Nemours 17

20 Maatregelen die in 2008 zijn genomen: Bij Delrin Finishing het tweede deel van het project uitgevoerd voor het treffen van diverse geluidwerende maatregelen (zoals het plaatsen van dempers, omkastingen en isoleren van leidingen). Bij Viton is een geluidmaatregel uitgevoerd door het plaatsen van een omkasting bij het stoffilter emissiepunt van VSOP In 2008 zijn er metingen verricht ter vaststellingen van de bereikte geluidsreductie van de inrichting. Op basis hiervan is in overeenstemming met het bevoegd gezag besloten dat het treffen van aanvullende maatregelen niet noodzakelijk is Externe Veiligheid In samenwerking met de provincie is in 2008 gewerkt aan het overzetten van de QRA van SAVE model naar het SAFETI NL model Grond- en hulpstoffen / duurzame bedrijven terrein In 2008 is er verder gewerkt aan de voorbereidingen van het project om stoom te betrekken van het buurbedrijf HVC. Door uitbreidingsplannen wordt de verkoop van stoom realiseerbaar. Door deze samenwerking kan er een stoominstallatie bij één van de stookinstallaties van DuPont uitgeschakeld worden wat een flinke energiebesparing zal opleveren. Tevens zullen daarmee de CO 2 en NO x emissies vanuit de inrichting afnemen. Een dergelijke oplossing sluit aan bij het delen van en efficiënter gebruik maken van voorzieningen op bedrijfsterreinen. Beide bedrijven hebben de intentie uitgesproken om dit project te realiseren in In samenwerking met General Electric is een onderzoek opgestart naar de waterbesparingsmogelijkheden. In 2008 zijn alle waterstromen van de locatie in kaart gebracht en daarna zijn kansgebieden voor waterreductie geselecteerd. Bij positieve kansgebieden worden projectvoorstellen gedaan. Rapportage zal plaatsvinden in Bij de Delrin fabriek is een ander type Foamtroll in gebruik genomen. Het oude middel met een waterbezwaarlijkheid A is vervangen door een nieuwer type met waterbezwaarlijkheid B Product Stewardship Product Stewardship is een programma van DuPont dat aansluit bij de wereldwijde ontwikkeling van het bedrijf naar duurzaam produceren. Product Stewardship wordt gedefinieerd als de verantwoordelijkheid voor de totale levenscyclus van een product vanaf de grondstof tot en met de uiteindelijke afvoer als afval. Op elk moment tijdens de levensduur van een product wordt geprobeerd de milieubelasting tot een minimum te beperken. Dat kan als je product- en milieuzorg zo ver mogelijk integreert, met een kringloop als maximaal resultaat (gebruikmakend van recycling). De meest optimale vorm van Product Stewardship is een product dat volledig is gemaakt uit hernieuwbare grondstoffen die niets aan de aarde onttrekken en op geen enkele wijze een belasting vormen voor mens en milieu. Deze vergaande doelstellingen stimuleren DuPont tot innovatieve ontwikkelingen. Om deze Corporate doelstellingen te ondersteunen heeft DuPont Dordrecht aandacht aan deze aanpak gegeven in het Bedrijfsmilieuplan. 18 Du Pont de Nemours

21 Logistieke verbeteringen In 2007 is een project gestart om de logistiek van goederen op de lokatie als geïntegreerd vraagstuk aan te pakken. Uitgangspunten zijn de logistieke stromen zo efficiënt mogelijk te behandelen. De projecten genoemd in het milieujaarverslag van 2006 (Grondstoffenvervoer over water en Railvervoer voor containers) maken onderdeel uit van dit project. In 2008 is samen met de gemeente Dordrecht, Rijkswaterstaat en het havenbedrijf Dordrecht een onderzoek gestart naar de subsidie mogelijkheden voor de aan- en afvoer over water van goederen. Onderdeel daarvan is het baggeren van de bestaande haven en aanleg van ontvangstfaciliteiten. In 2008 is een deel van de zoutzuurtransporten (650 transporten) omgezet van vrachtwagens naar spoorketelwagens. Vervanging dispergeermiddel Eén van de projecten die hiermee verband houdt en waaraan in 2007 concreet is werkt is de doelstelling om in 2015 geen APFO meer te gebruiken als dispergeermiddel bij de productie van polymeren. Om dit te realiseren vinden er testen plaats op fabrieksschaal met een alternatief. De resultaten hiervan zijn hoopgevend. De testen zijn in 2008 gecontinueerd in nauw overleg met de klanten. Overgang naar commercieel gebruik zal plaatsvinden in de periode Fosfaat reduktie Onderzoek heeft aangetoond dat het fosfaatgebruik kan worden verminderd door deze in een deel van het Viton proces te vervangen door natronloog. Dit heeft in 2008 tot een fosfaat emissie reduktie van 4100 kg geleid (60 %) Incidenten Belangrijk onderdeel van het veiligheidmanagementsysteem is lering trekken uit incidenten. Daarom wordt elk incident gerapporteerd en onderzocht. Vervolgens worden maatregelen genomen om de oorzaak weg te nemen en herhaling van soortgelijke incidenten te voorkomen. Het rapport met een verslag van onderzoek en aanbevelingen wordt besproken met het management en daarna gecommuniceerd binnen de organisatie. Op de locatie worden incidenten geclassificeerd naar de ernst van het incident. De statistieken daarvan worden bijgehouden volgens een DuPont richtlijn die wereldwijd geldt. De indeling wordt gemaakt met behulp van een puntensysteem, waarbij diverse omstandigheden meetellen. Dit zijn: de omvang van de lozing, eigenschappen van de betrokken stof, grootte van de betrokken fabriek, het aantal betrokken medewerkers, eventuele verwondingen, effecten op en buiten het fabrieksterrein en de door het incident veroorzaakte schade. Milieu-incidenten worden volgens de richtlijn verdeeld in drie soorten: A. groot milieu-incident met extern effect; B. klein milieu-incident met extern effect; C. klein milieu-incident zonder potentieel gevaar buiten de inrichting. Naast deze indeling van incidenten kent DuPont wereldwijd sinds 2006 ook een andere indeling van milieuafwijkingen (environmental deviations). Als een wettelijke verplichting niet wordt nagekomen dan spreekt men van een afwijking. Daaronder vallen niet alleen vergunning overschrijdingen, maar ook fouten in verplichte rapportages en fouten in documenten (bijvoorbeeld bij afvaltransporten). Du Pont de Nemours 19

22 In 2008 hebben zich geen milieu-incidenten in de categorieën A en B voorgedaan. Het totale aantal C incidenten is in 2008 gedaald ten opzichte van 2007 (56 in 2008 versus 82 in 2007 ). Dit geldt ook voor het aantal meldingen aan de provincie/alarmcentrale. Deze zijn gedaald van 39 naar 16. De daling is grotendeels te wijten aan een ander regime van melden per 1 januari 2008 bij PFIB alarmen. De PFIB analysers zijn zeer gevoelig. Er wordt een alarm gegenereerd als er meer dan 5 ppb wordt gemeten. Voorheen werd van alle alarmen een incidentrapport opgesteld. Tegenwoordig alleen nog maar van de alarmen boven de 20 ppb. Van de alarmen onder de 20 ppb wordt nog wel een informatieve melding gedaan aan de meldkamer in verband met activeren van de zwaailichten. De milieuafwijkingen bestaan voornamelijk uit vergunningoverschrijdingen. Ze zijn in 2008 gedaald van 25 naar 11. Dit is gebeurd door een verhoogde aandacht bij het beheer van de grondwaterzuivering en de aërobe waterzuivering. Onderstaande tabel geeft een overzicht weer van het verloop van het aantal milieu-incidenten tussen 2004 en Voor de laatste drie jaren zijn ook de environmental deviations weergegeven. Tabel 3: Aantal milieu-incidenten per categorie in de periode Milieu-incidentcategorie Categorie A Categorie B Categorie C Gemeld alarmcentrale/bevoegd gezag Environmental deviations De meeste incidenten worden veroorzaakt door relatief kleine lekkages binnen spill containment. Zonder volledig te willen zijn, zijn de onderstaande incidenten vermeldenswaardig. Een uitputtend overzicht van de incidenten wordt hier niet mee beoogd. Zoutzuurlozingen In 2006 waren er 10 overschrijdingen van de zoutzuurlimiet uit de vergunning. In de loop van 2007 is geconstateerd dat de overschrijdingen onvoldoende werden opgemerkt tijdens de controle en monstername van de zoutzuuremissies. Na deze constatering is er volgens het veiligheidmanagementsysteem een incidentenonderzoek uitgevoerd. De uitkomsten hiervan hebben ertoe geleid dat de procedures ten aanzien van de monstername en controle van de zoutzuuremissies verder zijn aangescherpt en beter worden geborgd binnen de operationele teams. Door deze verhoogde aandacht is het aantal overschrijdingen teruggebracht tot 4 dit jaar. Overschrijding van de chloroform limiet Deze emissie is ontstaan tijdens de katalysatorwissel van de Freon 22 fabriek van 8 tot 18 juni Bij het evacueren van de Freon 22 reactor is er een kans dat chloroform in het water komt. De waste acid stripper moet voorkomen dat de chloroform uit het afvalwater wordt gestript en wordt verwerkt in de thermal converter. Door het uitvallen van de striplucht is de lozing ontstaan. Doordat de Freon -fabriek uit bedrijf was, is door de veelheid aan alarmen dit alarm niet opgemerkt. Direct na dit incident is het alarm tevens toegevoegd aan de controlekamerschermen van de TFE- en HFP fabrieken, die vanuit dezelfde controlekamer worden bestuurd en bewaakt. Berekend is dat gedurende dit incident 5,7 kg chloroform is geloosd. Buiten dit incident zijn de chloroformconcentraties merendeels rond de detectiegrens van 1 µg/l gemeten. Op 21 januari is 124 µg/l geconstateerd, maar een dag later was de concentratie al weer gedaald tot 3 µg/l. 20 Du Pont de Nemours

23 Klachten In 2008 zijn er geen externe klachten bij DuPont binnen gekomen. DuPont streeft op het punt klachten een nullijn na en kijkt daarom met tevredenheid terug op dit resultaat. 3 MILIEUVERGUNNINGEN EN CONVENANTEN 3.1 Vergunningen Vergunningsrevisie Wet Milieubeheer en Wet Verontreiniging Oppervlaktewateren Conform de afspraken met het bevoegde gezag is in 2003 een vooroverleg gestart ten aanzien van het opstellen van Wm- en Wvo-vergunningaanvragen met als doel de vernieuwing van de vergunningen. Doel daarbij is het verankeren van de Europese IPPC wetgeving en het splitsen van de vergunningen voor DuPont en INVISTA. De vergunningsprocedure is een gecoördineerde procedure met drie bevoegde gezagen; de provincie Zuid-Holland, Rijkswaterstaat directie Zuid-Holland en het waterschap Hollandse Delta. De voorbereiding voor de aanvraag werd, buiten de invloed van DuPont en INVISTA, enkele jaren vertraagd door noodzakelijke wijzigingen van bestemmingsplannen. In juli 2007 zijn de vergunningaanvragen bij de overheden ingediend. Na indiening is door de provincie aangegeven dat, vanwege de aangevraagde productie capaciteitsuitbreidingen, het noodzakelijk is een MER beoordelingprocedure te doorlopen. Een MER-beoordelingsbesluit dient onderdeel uit te maken van de vergunningaanvraag. Om die reden is de vergunningaanvraag door de provincie buiten behandeling gesteld. De aanmeldingsnotitie voor een dergelijke MER beoordeling is in 2008 ingediend. De provincie heeft op basis hiervan besloten dat een MER niet noodzakelijk is. In 2008 heeft de provincie een ambtshalve wijziging van de Wm-vergunning opgesteld. In de beschikking worden onderzoeken geëist in het kader van de IPPC. De onderzoeken zijn uitgevoerd (zie ook de paragraaf omtrent luchtemissies) en ingediend. Per 1 januari 2009 expireert de vergunning voor de verwerking van afgedankte koelmiddelen uit de markt. In 2008 is een verlenging aangevraagd voor deze zogenaamde reclaimvergunning Natuurbeschermingswet In 2007 is DuPont door de provincie Noord Brabant benaderd in verband met een handhavingsverzoek omtrent de vergunningplicht in het kader van de Natuurbeschermingswet. Overleg heeft hierover plaatsgevonden. DuPont is van mening niet vergunningplichtig te zijn gezien de ligging van het bedrijf ten opzichte van het natuurgebied de Biesbosch (circa 1 km afstand) en de beperkte toename van de emissies sinds het referentiejaar In 2008 heeft de provincie Noord Brabant het besluit genomen dat vergunningplicht niet aan de orde is. Du Pont de Nemours 21

24 3.1.3 CO 2 - en NO x -emissiehandel DuPont heeft een vergunning in het kader van de CO 2 - en NO x -emissiehandel. Sinds 2005 registreert en rapporteert DuPont de emissies van CO 2 en NO x volgens de regels voor de emissiehandel. In 2007 zijn nieuwe monitoringsplannen opgesteld voor de 2 e ronde van de emissiehandel voor de periode Deze monitoringsplannen zijn goedgekeurd door de Nederlandse Emissieautoriteit (NEa) zodat de handel in emissierechten is toegestaan Kernenergiewet Er is een vergunning in het kader van de kernenergiewet. De terreingrens berekening laat zien dat er geen verhoogde stralingsbelasting optreedt buiten de terreingrens. In het kader van de vergunning wordt voor de radiologische activiteiten door de bedrijfstralings verantwoordelijke een Radiologisch Jaarverslag opgesteld. Dit verslag ligt binnen de inrichting ter inzage voor de verantwoordelijke instanties. 3.2 Vergunningseisen Du Pont heeft een hoge prioriteit om binnen de gestelde vergunninglimieten te opereren. Afwijkingen worden binnen de organisatie geregistreerd en oorzaakanalyse vindt plaats om herhaling in de toekomst te voorkomen. In 2007 hebben er een aantal overschrijdingen plaatsgevonden, die hieronder nader worden omschreven. Hierover is gecommuniceerd met de bevoegde gezagen. Gezien de geringe mate van de overschrijdingen heeft geen van de overschrijdingen geleid tot handhavingsacties Vergunningeisen Wm In bijlage III is een overzicht weergegeven van de luchtemissiebronnen, de in de vergunning gestelde limieten en de actuele emissies in Uit het overzicht kan opgemaakt worden welke emissielimieten overschreden zijn in Zoals al in eerdere milieujaarverslagen is aangegeven is er een aantal structurele overschrijdingen van de lucht emissielimieten van de Wm vergunning. Het betreft hier de componenten formaldehyde, dimeer, stof (C) en chloor. Deze overschrijdingen komen voort uit een verbeterde monitoring. Dit heeft een groter emissiegetal tot gevolg, wat niet wil zeggen dat er meer wordt geïmiteerd dan de voorgaande jaren. Met de provincie is afgesproken om eisen in de vergunning op te nemen gebaseerd op deze verbeterde inzichten. Hiervoor is in 2008 een vergunningaanvraag ingediend Vergunningeisen Wvo Lozing op het gemeentelijke riool (WSHD) In 2008 is ten opzichte van 2007 het totaal overschrijdingen gedaald van 4 naar 2. Alle overschrijdingen zijn aan het waterschap gemeld volgens de gangbare procedures. Lozingen op oppervlaktewater Beneden Merwede (RWS) De overschrijdingen op oppervlaktewater zijn in 2008 ten opzichte van 2007 gereduceerd van 12 tot 5. In 2008 zijn er vier overschrijdingen van de zoutzuurlozing op oppervlaktewater geweest Er is één incident geweest met als gevolg een chloroform overschrijding. 22 Du Pont de Nemours

25 3.3 Milieuconvenanten DuPont Dordrecht neemt al een aantal jaren deel aan verschillende milieuconvenanten, zoals het doelgroepenbeleid en het convenant Benchmarking energie-efficiency Doelgroepenbeleid/Bedrijfsmilieuplan Het Convenant Chemische Industrie bestaat uit emissiereductiedoelstellingen die overeenstemmen met de doelstellingen in het Nationaal Milieuplan II voor de doelgroep chemische industrie. In het convenant wordt geregeld dat een bedrijf een langetermijnplanning maakt, vastgelegd in een Bedrijfsmilieuplan en dat er een systeem voor bedrijfsinterne milieuzorg (BIM) wordt ingevoerd. Jaarlijks moet worden gerapporteerd over de actuele emissies en de voortgang van de maatregelen die in het eigen plan zijn opgenomen. Het Bedrijfsmilieuplan, de praktische invulling van het Convenant Chemische Industrie, is aan beland in de vierde en laatste fase. Deze fase loopt van 1 januari 2006 tot en met 31 december 2010, de einddatum van het convenant. In 2006 heeft DuPont het cijfermatig deel van het BMP 4 opgesteld en ingediend bij het bevoegd gezag. De tekstuele invulling van de voorgestelde maatregelen is in 2008 ingediend. De voortgangstabel van de maatregelen van BMP-4 is als bijlage bij dit milieujaarverslag opgenomen Convenant Benchmarking energie-efficiency DuPont is al vanaf 1999 aangesloten bij het Convenant Benchmarking energie-efficiency. Met dit convenant zijn de deelnemende bedrijven de resultaatsverplichting aangegaan om uiterlijk in 2012 toonaangevend te zijn op het gebied van energie-efficiency. De prestaties die bedrijven leveren via het benchmarkconvenant vormen in Nederland de basis voor de toewijzing van CO 2 - emissierechten. Daarvoor is een uitgebreide set rekenregels ontwikkeld. Als gevolg van de invoering van CO 2 -emissiehandel zullen bedrijven, die deelnemen aan het benchmarkconvenant, niet meer de verplichting hebben om een energie-efficiencyplan te ontwikkelen en uit te voeren. Daarvoor is de handel in CO 2 -emissierechten in de plaats gekomen. DuPont heeft aangetoond te behoren bij de wereldtop in energie-efficiency. Elk jaar wordt een voortgangsrapportage ingediend voor de Benchmark. 3.4 Handhaving en Inspecties Controles door provincie De provincie heeft in 2007 een aantal handhavingsinspecties uitgevoerd. Samen met de brandweer en de arbeidsinspectie is er een inspectie bij de Viton en de Surlyn -fabriek gehouden in het kader van het Besluit Risico Zware Ongevallen (BRZO). Er zijn enkele afwijkingen geconstateerd, maar geen overtredingen. Medewerkers van de afdeling Handhaving hebben inspectie uitgevoerd van de meet- en registratiesystemen. Speciaal aandacht had de emissie van PFIB. De conclusie was dat de emissies een getrouw beeld geven van de werkelijkheid. Er zijn daarom geen specifieke opmerkingen gemaakt. Du Pont de Nemours 23

Hoofdpunten Milieujaarverslag Utrecht Science Park Bilthoven 2018

Hoofdpunten Milieujaarverslag Utrecht Science Park Bilthoven 2018 Hoofdpunten Milieujaarverslag Utrecht Science Park Bilthoven 2018 Jaarlijks wordt van de hoofdpunten van het verplichte elektronische milieujaarverslag (e-mjv) een publiek milieujaarverslag gemaakt voor

Nadere informatie

Milieumonitoringrapportage 2014 Haven- en industrieterrein Moerdijk

Milieumonitoringrapportage 2014 Haven- en industrieterrein Moerdijk Milieumonitoringrapportage 2014 Haven- en industrieterrein Moerdijk Resultaten in vogelvlucht Gebaseerd op de Milieumonitoringrapportage Haven- en industrieterrein Moerdijk 2014 9 december 2015 Wat u vooraf

Nadere informatie

Bodemverontreiniging en grondwaterbeheerssysteem Chemours, Baanhoekweg Dordrecht.

Bodemverontreiniging en grondwaterbeheerssysteem Chemours, Baanhoekweg Dordrecht. Memo Dossier Zaaknummer 200433 Kenmerk D-16-1539473 Datum 17 maart 2016 Onderwerp Bodemverontreiniging en grondwaterbeheerssysteem Chemours, Baanhoekweg Dordrecht. Inleiding In deze memo wordt uitleg gegeven

Nadere informatie

Hoofdpunten Milieujaarverslag Utrecht Science Park Bilthoven 2017

Hoofdpunten Milieujaarverslag Utrecht Science Park Bilthoven 2017 Hoofdpunten Milieujaarverslag Utrecht Science Park Bilthoven 2017 Jaarlijks wordt voor het Utrecht Science Park Bilthoven (USP B, voorheen het Antonie van Leeuwenhoek terrein) een milieuverslag gemaakt.

Nadere informatie

Milieumanagementsysteem Avebe Foxhol

Milieumanagementsysteem Avebe Foxhol Milieumanagementsysteem Avebe Foxhol april 2017 2 Voorwoord Avebe wil continuïteit bieden voor haar leden en medewerkers door op een duurzame, kostenbewuste en innovatieve manier te werken. We werken elke

Nadere informatie

emissie broeikasgassen

emissie broeikasgassen Eco-efficiëntie van de industrie D index (=1) 12 11 1 9 8 7 6 5 21 22 23 24 26 27 26 bruto toegevoegde waarde totaal energiegebruik emissie fijn stof (M 2,5 ) emissie broeikasgassen emissie ozonprecursoren

Nadere informatie

VOETAFDRUK CONFORM DE CO 2 PRESTATIELADDER

VOETAFDRUK CONFORM DE CO 2 PRESTATIELADDER CO 2 VOETAFDRUK 2011 SHANKS NEDERLAND BV VOETAFDRUK CONFORM DE CO 2 PRESTATIELADDER R A P P O R T S N L _ C O 2 _ 2 0 1 1 D. D. 2 0 A P R I L 2 0 1 2 INHOUD INLEIDING...1 CO 2 VOETAFDRUK 2010 SHANKS NEDERLAND

Nadere informatie

Inhoud. Pagina 2 van 7

Inhoud. Pagina 2 van 7 Energie Audit 2014 Inhoud 1. Introductie... 3 2. Doelstelling... 3 3. Energie-aspecten... 3 Uitstoot door procesemissies... 3 Uitstoot door fabriek installaties... 3 Uitstoot vanuit de kantoorpanden...

Nadere informatie

5.B.1_1 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2015 H1 + H2. Conform Co₂-prestatieladder B.1 met 2.A A A B.

5.B.1_1 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2015 H1 + H2. Conform Co₂-prestatieladder B.1 met 2.A A A B. 5.B.1_1 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2015 H1 + H2 Conform Co₂-prestatieladder 3.0 Verantwoording Titel Voortgangsrapportage CO₂-emissies Periode Januari 2015 t/m december 2015 Revisie 1.0 Datum

Nadere informatie

CO2-reductieplan. Samen zorgen voor minder CO2. Rapportage M

CO2-reductieplan. Samen zorgen voor minder CO2. Rapportage M CO2-reductieplan Samen zorgen voor minder CO2 Rapportage 2016-6M 1 Inleiding Dit CO₂-reductieplan heeft, net zoals het volledige energiemanagementsysteem, zowel betrekking op de totale bedrijfsvoering

Nadere informatie

20140813.v2 2014 Q1/Q2

20140813.v2 2014 Q1/Q2 2014 Voortgang CO2-prestatieladder 2014 OFN heeft, samen met OFS, in het begin van niveau 5 bereikt op de CO 2 -prestatieladder. Dit is de hoogst haalbare trede op de ladder. Zoals gebruikelijk blikken

Nadere informatie

Energiezorgplan Van Dorp installaties bv 2011 2015. Versie 3.0 (Summary)

Energiezorgplan Van Dorp installaties bv 2011 2015. Versie 3.0 (Summary) Energiezorgplan Van Dorp installaties bv 2011 2015 Versie 3.0 (Summary) Auteurs: Van Dorp Dienstencentrum Datum: Update: Augustus 2013 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 2 2. Energiebeleid... 3 2.1 Continue

Nadere informatie

Energiezorgplan Van Dorp Installaties bv 2011 2015. Versie 2.0 (summary)

Energiezorgplan Van Dorp Installaties bv 2011 2015. Versie 2.0 (summary) Energiezorgplan Van Dorp Installaties bv 2011 2015 Versie 2.0 (summary) Auteurs: Van Dorp Dienstencentrum Datum: Februari 2012 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 2 2. Energiebeleid... 3 2.1 Continue verbetering...

Nadere informatie

ADVIES VOOR DE M.E.R.-BEOORDELING OVER DE PRODUCTIE VAN PRIMAIR ALUMINIUM BIJ ALUMINIUM DELFZIJL 28 MEI 2001 INHOUDSOPGAVE

ADVIES VOOR DE M.E.R.-BEOORDELING OVER DE PRODUCTIE VAN PRIMAIR ALUMINIUM BIJ ALUMINIUM DELFZIJL 28 MEI 2001 INHOUDSOPGAVE ADVIES VOOR DE M.E.R.-BEOORDELING OVER DE PRODUCTIE VAN PRIMAIR ALUMINIUM BIJ ALUMINIUM DELFZIJL 28 MEI 2001 INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING...1 2. ADVIES VAN DE COMMISSIE OVER DE M.E.R.-BEOORDELING...2 2.1

Nadere informatie

CO2-reductieplan 2015

CO2-reductieplan 2015 CO2-reductieplan 2015 Samen zorgen voor minder CO2 Rapportage 2015 1 Inleiding Dit CO₂-reductieplan heeft, net zoals het volledige energiemanagementsysteem, zowel betrekking op de totale bedrijfsvoering

Nadere informatie

Emissies naar lucht door de energievoorziening,

Emissies naar lucht door de energievoorziening, Indicator 1 mei 2012 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De emissies van vrijwel alle belangrijke

Nadere informatie

CO 2 -update H1 2014. versie 2, 16 maart 2015

CO 2 -update H1 2014. versie 2, 16 maart 2015 CO 2 -update H1 2014 versie 2, 16 maart 2015 INLEIDING De belangrijkste milieu-impact van Beelen is haar CO 2 -uitstoot. Daarom hebben wij reeds in 2011 reductiedoelstellingen voor onze CO 2 -uitstoot

Nadere informatie

5.B.1_2 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2016 H1. Conform Co₂-prestatieladder B.1 met 2.A A A B.2

5.B.1_2 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2016 H1. Conform Co₂-prestatieladder B.1 met 2.A A A B.2 5.B.1_2 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2016 H1 Conform Co₂-prestatieladder 3.0 Verantwoording Titel Voortgangsrapportage CO₂-emissies Periode Januari 2016 t/m juni 2016 Revisie 1.0 Datum 14 juli

Nadere informatie

Emissies naar lucht door de energievoorziening,

Emissies naar lucht door de energievoorziening, Indicator 29 april 2014 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De emissies van een aantal belangrijke

Nadere informatie

CO 2 -uitstootrapportage 2011

CO 2 -uitstootrapportage 2011 Programmabureau Klimaat en Energie CO 2 -uitstootrapportage 2011 Auteurs: Frank Diependaal en Theun Koelemij Databewerking: CE Delft, Cor Leguijt en Lonneke Wielders Inhoud 1 Samenvatting 3 2 Inleiding

Nadere informatie

Toelichting milieuneutrale verandering Abbott Healthcare Products B.V.

Toelichting milieuneutrale verandering Abbott Healthcare Products B.V. REPORT Weesp, The Netherlands Health, Safety & Environment Issue Date: 19 mei 2016 Toelichting milieuneutrale verandering Abbott Healthcare Products B.V. COPYRIGHT AND PROPERTY ABBOTT HEALTHCARE PRODUCTS

Nadere informatie

Westvoorne CO 2 - uitstoot

Westvoorne CO 2 - uitstoot Westvoorne CO 2 - uitstoot De grafiek geeft de CO 2-uitstoot verdeeld over de hoofdsectoren over de jaren 2010 tot en met 2013. Cijfers zijn afkomstig uit de Klimaatmonitor van RWS. Cijfers over 2014 zijn

Nadere informatie

Ecologische Duurzaamheid

Ecologische Duurzaamheid Ecologische Duurzaamheid GRI-data De scope van de gerapporteerde milieu-indicatoren is in de meeste gevallen beperkt tot de relevante O&O- en productievestigingen te Beerse, en Olen. De voetafdruk van

Nadere informatie

Dow Benelux OVERZICHT 2016

Dow Benelux OVERZICHT 2016 Dow Benelux OVERZICHT 6 Productie Het productievolume in Terneuzen is weer op niveau. Dit na een lichte afname in, door een grote onderhoudsstop bij een van de krakers. De locatie tekende in 6 voor ruim,

Nadere informatie

CO 2 footprint rapportage Uzin Utz

CO 2 footprint rapportage Uzin Utz CO 2 footprint rapportage 2018 Uzin Utz 1 januari 2018 t/m 31 december 2018 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1. Inleiding en samenvatting 1.1. Inleiding 1.2. Samenvatting 2. CO2 reductiebeleid 2.1. Visie 2.2.

Nadere informatie

Periodieke rapportage 2016 H1

Periodieke rapportage 2016 H1 Periodieke rapportage 2016 H1 28 september 2016 Datum:... Paraaf directie:... 1 Inhoudsopgave Inleiding 3 1. Basisgegevens 4 1.1 Beschrijving van de organisatie 4 1.2 Verantwoordelijkheden 4 1.3 Basisjaar

Nadere informatie

Periodieke rapportage 2 e helft 2016

Periodieke rapportage 2 e helft 2016 Periodieke rapportage 2 e helft 2016 1 Inhoudsopgave Inleiding 3 1. Basisgegevens 4 1.1 Beschrijving van de organisatie 4 1.2 Verantwoordelijkheden 4 1.3 Basisjaar 4 1.4 Rapportageperiode 4 1.5 Verificatie

Nadere informatie

CO 2 -Prestatieladder

CO 2 -Prestatieladder CO 2 -Prestatieladder Energiemanagement actieplan Schilderwerken De Boer Obdam B.V. 2015 Op basis van de internationale norm ISO 50001 4.4.3, 4.4.4, 4.4.5, 4.4.6, 4.6.1 en 4.6.4 Auteur(s): R. de Boer (Schilderwerken

Nadere informatie

Arnold Maassen Holding BV. Voortgangsrapportage scope 1 en 2 1e halfjaar 2014

Arnold Maassen Holding BV. Voortgangsrapportage scope 1 en 2 1e halfjaar 2014 Arnold Maassen Holding BV Voortgangsrapportage scope 1 en 2 1e halfjaar 2014 G.R.M. Maassen 24-10-2014 Inhoud 1 Inleiding... 3 2 Scope 1 en 2... 3 2.1 Voortgang in relatie tot reductiedoelstellingen....

Nadere informatie

Vergunningprocedure DuPont

Vergunningprocedure DuPont Vergunningprocedure DuPont Milieuvergunning in het kader van de Wet milieubeheer Historie Huidige milieuvergunning (24 september 1998) gevolgd door een groot aantal wijzigingen: onoverzichtelijk geheel

Nadere informatie

Periodieke rapportage 2014

Periodieke rapportage 2014 Periodieke rapportage 2014 Inhoudsopgave Inleiding 3 1. Basisgegevens 4 1.1 Beschrijving van de organisatie 4 1.2 Verantwoordelijkheden 4 1.3 Basisjaar 4 1.4 Rapportageperiode 4 1.5 Verificatie 4 2. Afbakening

Nadere informatie

Energiemanagement actieplan 2017

Energiemanagement actieplan 2017 Energiemanagement actieplan 2017 Energie Management Actieplan 2017 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Reductiedoelstellingen 4 2.1 Bedrijfsdoelstelling 4 2.2 Scope 1 4 2.3 Scope 2 4 3. Plan van Aanpak 5 3.1

Nadere informatie

Figuur 1 Zuiveringsinstallatie

Figuur 1 Zuiveringsinstallatie Richtlijn 91/271/EEG: Situatierapport ex artikel 16 Nederland, situatie op 31 december 1998 Inzameling, transport en behandeling van afvalwater in Nederland Bij allerlei activiteiten in huis en bedrijf

Nadere informatie

5.B.1_1 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2016 H1 + H2. Conform Co₂-prestatieladder B.1 met 2.A A A B.

5.B.1_1 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2016 H1 + H2. Conform Co₂-prestatieladder B.1 met 2.A A A B. 5.B.1_1 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2016 H1 + H2 Conform Co₂-prestatieladder 3.0 Verantwoording Titel Voortgangsrapportage CO₂-emissies Periode Januari 2016 t/m december 2016 Revisie 1.0 Datum

Nadere informatie

WATER- SCHAPPEN & ENERGIE

WATER- SCHAPPEN & ENERGIE WATER- SCHAPPEN & ENERGIE Resultaten Klimaatmonitor Waterschappen 2014 Waterschappen willen een bijdrage leveren aan een duurzame economie en samenleving. Hiervoor hebben zij zichzelf hoge ambities gesteld

Nadere informatie

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2014

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2014 Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2014 CO 2 Prestatieladder - Niveau 3 Datum: 1 november 2014 Versie: 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 1 2. Basisgegevens... 2 2.1 Beschrijving van de organisatie...

Nadere informatie

CO 2 -Footprint 2016 Conform de CO 2 -Prestatieladder Opgesteld door N. Deylius KAM- Coördinator

CO 2 -Footprint 2016 Conform de CO 2 -Prestatieladder Opgesteld door N. Deylius KAM- Coördinator CO 2 -Footprint 2016 Conform de CO 2 -Prestatieladder Opgesteld door N. Deylius KAM- Coördinator Goedgekeurd door R. Roffel Operationeel Directeur Datum opgesteld 31-01-2017 1 Inhoudsopgave Inleiding...

Nadere informatie

Periodieke Rapportage 2 e helft 2016

Periodieke Rapportage 2 e helft 2016 Periodieke Rapportage 2 e helft 2016 Datum: Paraaf directie: 1 Inhoudsopgave Inleiding 3 1. Basisgegevens 4 1.1 Beschrijving van de organisatie 4 1.2 Verantwoordelijkheden 4 1.3 Basisjaar 4 1.4 Rapportageperiode

Nadere informatie

CO2-reductiedoelstellingen + voortgang

CO2-reductiedoelstellingen + voortgang CO2-reductiedoelstellingen + voortgang Samen zorgen voor minder CO2 Boskoop 22-08-2018 P. van t Wout Akkoord directie: Datum: Handtekening: 1 Inleiding Dit CO 2 -reductieplan heeft, net zoals het volledige

Nadere informatie

sectorplan 2 Procesafhankelijk industrieel afval

sectorplan 2 Procesafhankelijk industrieel afval sectorplan Procesafhankelijk industrieel afval 1 Achtergrondgegevens 1. Belangrijkste afvalstoffen Resten van oliehoudende zaden, plantaardig afval, hoogovenslakken, grondtarra.. Belangrijkste bronnen

Nadere informatie

CO2 scope 3 verborgen Netto CO2-uitstoot 216 ton CO2 Tabel 1: CO 2-footprint Waalpartners 2016

CO2 scope 3 verborgen Netto CO2-uitstoot 216 ton CO2 Tabel 1: CO 2-footprint Waalpartners 2016 Projectgegevens Opdrachtgever Waalpartners bv Projectnaam Energie en CO2 management Projectnummer 9031.17 Memonummer Me01CvH9031.17 Onderwerp Energie- en CO2 beoordelingsrapportage 2016 Auteur Cisca van

Nadere informatie

CO 2 Nieuwsbrief

CO 2 Nieuwsbrief CO 2 Nieuwsbrief 1-2015 Inleiding Roelofs registreert en rapporteert zijn CO2-emissies conform de NEN-ISO 14064-1. Het energieverbruik en diens resulterende emissies zijn opgedeeld in drie groepen. Emissies

Nadere informatie

CO2-reductiedoelstellingen

CO2-reductiedoelstellingen CO2-reductiedoelstellingen Samen zorgen voor minder CO2 Boskoop 20-02-2017 P. van t Wout Akkoord directie: Datum: Handtekening: 1 Inleiding Dit CO 2 -reductieplan heeft, net zoals het volledige energiemanagementsysteem,

Nadere informatie

Reductiebeleid en (kwantitatieve) doelstellingen (3.B.1)

Reductiebeleid en (kwantitatieve) doelstellingen (3.B.1) Reductiebeleid en (kwantitatieve) doelstellingen (3.B.1) Directie: K.J. de Jong Handtekening: KAM-Coördinator: D.T. de Jong Handtekening: Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Het CO 2 -reductiebeleid van

Nadere informatie

referentiejaar Emissies aantal FTE 29,5125

referentiejaar Emissies aantal FTE 29,5125 Pagina 1 van 6 Inleiding Dit jaar is Speer Groep gestart met het monitoren en analyseren van haar energie-efficiency. In het kader hiervan is dit haar eerste halfjaarrapportage Energie-Efficiency. Doel

Nadere informatie

3.C.1 Voortgangsrapportage CO2 over het jaar 2018

3.C.1 Voortgangsrapportage CO2 over het jaar 2018 3.C.1 Voortgangsrapportage CO2 over het jaar 2018 Inleiding In het energie management actieplan zijn de reductiedoelstellingen beschreven. Tevens is hierin het plan van aanpak opgenomen waarin de maatregelen

Nadere informatie

Corus in IJmuiden TRUST. Corus bouwt aan moderne energievoorziening voor de toekomst

Corus in IJmuiden TRUST. Corus bouwt aan moderne energievoorziening voor de toekomst Corus in IJmuiden TRUST Corus bouwt aan moderne energievoorziening voor de toekomst TRUST Tata Power - corus - Tata Steel Corus in IJmuiden is van plan de komende jaren een nieuwe warmtekrachtcentrale

Nadere informatie

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2017

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2017 Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2017 CO 2 Prestatieladder - Niveau 3 Datum: 13 september 2017 Versie: 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 1 2. Basisgegevens... 2 2.1 Beschrijving van de organisatie...

Nadere informatie

2011 H2. Certificatie CO2-prestatieladder 2011 H1&H2 EMVI. Jaargang 2 NR. 3 24-02-12

2011 H2. Certificatie CO2-prestatieladder 2011 H1&H2 EMVI. Jaargang 2 NR. 3 24-02-12 2011 H2 2011 H1&H2 EMVI Certificatie CO2-prestatieladder Jaargang 2 NR. 3 24-02-12 Certificatie CO 2 -prestatieladder Halverwege 2011 is Baggerbedrijf de Boer Holding B.V. begonnen met het vaststellen

Nadere informatie

Periodieke rapportage 1 e helft 2016

Periodieke rapportage 1 e helft 2016 Periodieke rapportage 1 e helft 2016 1 Inhoudsopgave Inleiding 3 1. Basisgegevens 4 1.1 Beschrijving van de organisatie 4 1.2 Verantwoordelijkheden 4 1.3 Basisjaar 4 1.4 Rapportageperiode 4 1.5 Verificatie

Nadere informatie

Periodieke rapportage 2016 September 2016

Periodieke rapportage 2016 September 2016 Periodieke rapportage 2016 September 2016 Periodieke rapportage 2016 Pagina 1 Inhoudsopgave Inleiding 3 1. Basisgegevens 4 1.1 Beschrijving van de organisatie 4 1.2 Verantwoordelijkheden 4 1.3 Basisjaar

Nadere informatie

Emissies naar lucht door de industrie,

Emissies naar lucht door de industrie, Indicator 25 maart 2019 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De industrie levert voor alle

Nadere informatie

CO 2 emissie scope 3. Emissie-soort Scope 2010 2011 2012 2013 2014 reductie 2014-2013. Totaal 2.815 2.677 2.370 2.383 2.214 7,1% Reductie 169

CO 2 emissie scope 3. Emissie-soort Scope 2010 2011 2012 2013 2014 reductie 2014-2013. Totaal 2.815 2.677 2.370 2.383 2.214 7,1% Reductie 169 Werk Bewust! Antea Group en Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen projectnr. 080365 Onderdeel CO2 prestatieladder 12 juni 2015 Bijlage bij - 3.B.2 Energiemanagementsprogramma Monitoring scope 3 1 Periode:

Nadere informatie

Periodieke rapportage 2 de half jaar 2016 Juni 2017

Periodieke rapportage 2 de half jaar 2016 Juni 2017 Periodieke rapportage 2 de half jaar 2016 Juni 2017 Periodieke rapportage 2016 Pagina 1 Inhoudsopgave Inleiding 3 1. Basisgegevens 4 1.1 Beschrijving van de organisatie 4 1.2 Verantwoordelijkheden 4 1.3

Nadere informatie

Inhoudsopgave: 1. Inleiding 3. 2. Reductiedoelstellingen 4 2.1 Algemeen 2.2 Per scope

Inhoudsopgave: 1. Inleiding 3. 2. Reductiedoelstellingen 4 2.1 Algemeen 2.2 Per scope Energie management actieplan Conform 3.B.2 Op basis van de internationale norm ISO 50001 4.4.3, 4.4.4, 4.4.5, 4.4.6, 4.6.1 en 4.6.4 CO 2 -prestatieladder Niveau 3 Auteur(s): F. Reijm () A.T. Zweers (A.T.

Nadere informatie

LUCHTVERONTREINIGING EN -ZUIVERING

LUCHTVERONTREINIGING EN -ZUIVERING INHOUD Voorwoord 13 Inleiding 15 Indeling van milieuproblemen 19 Indeling van dit boek 19 Inleiding tot de Vlaamse milieuwetgeving voor bedrijven 19 Deel 1. LUCHTVERONTREINIGING EN -ZUIVERING 21 1. Inleiding

Nadere informatie

CO2-reductiedoelstellingen + voortgang

CO2-reductiedoelstellingen + voortgang CO2-reductiedoelstellingen + voortgang Samen zorgen voor minder CO2 Boskoop 18-08-2017 P. van t Wout Akkoord directie: Datum: Handtekening: 1 Inleiding Dit CO 2 -reductieplan heeft, net zoals het volledige

Nadere informatie

Evaluatie en Voortgangsrapportage BRANDWIJK PROMO

Evaluatie en Voortgangsrapportage BRANDWIJK PROMO 2013 Evaluatie en Voortgangsrapportage BRANDWIJK PROMO Inhoud Inhoud... 2 1 Inleiding... 3 2 Energieverbruik en CO 2 -footprint... 3 2.1 Referentiejaar... 3 2.2 CO 2 Footprint, doelstellingen en trendanalyse...

Nadere informatie

Energiemanagement actieplan

Energiemanagement actieplan Energiemanagement actieplan 2019 14-02-2019 Energie Management Actieplan 2019 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Reductiedoelstellingen 4 2.1 Bedrijfsdoelstelling 4 2.2 Scope 1 4 2.3 Scope 2 4 3. Plan van

Nadere informatie

Emissies door de zeescheepvaart,

Emissies door de zeescheepvaart, Indicator 26 maart 2019 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Het betreft hier de feitelijke

Nadere informatie

Energiezorgplan 2011-2015 Van Dorp CO 2 Prestatieladder. Versie 4.0

Energiezorgplan 2011-2015 Van Dorp CO 2 Prestatieladder. Versie 4.0 Energiezorgplan 2011-2015 Van Dorp CO 2 Prestatieladder Versie 4.0 Auteurs: Van Dorp Dienstencentrum Datum: Update: oktober 2015 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 2 2. Energiebeleid... 3 2.1 Continue verbetering...

Nadere informatie

Vermeden broeikaseffect door recycling van e-waste

Vermeden broeikaseffect door recycling van e-waste Vermeden broeikaseffect door recycling van e-waste 29-214 Datum: 27 juli 215 Versie: 1.1 In opdracht van: Opgesteld door: Hendrik Bijker Wecycle Laura Golsteijn Marisa Vieira Dit rapport is geschreven

Nadere informatie

Periodieke rapportage 2 e helft 2014. 18 maart 2015 versie definitief

Periodieke rapportage 2 e helft 2014. 18 maart 2015 versie definitief Periodieke rapportage 2 e helft 18 maart 2015 versie definitief Inhoudsopgave Inleiding 3 1. Basisgegevens 4 1.1 Beschrijving van de organisatie 4 1.2 Verantwoordelijkheden 4 1.3 Basisjaar 4 1.4 Rapportageperiode

Nadere informatie

Energie uit afvalwater

Energie uit afvalwater Energie uit afvalwater 15 november 2011 Giel Geraeds en Ad de Man Waterschapsbedrijf Limburg is een samenwerkingsverband van Waterschap Peel en Maasvallei en Waterschap Roer en Overmaas Onderwerpen Introductie

Nadere informatie

38,6. CO 2 (ton/jr) 2014

38,6. CO 2 (ton/jr) 2014 Carbon footprint Op basis van de diverse soorten CO 2 -emissies is de totale CO 2 -emissie van Den Ouden Groep berekend. 9,8 38,6 51,6 Diesel personenwagens Diesel combo's en busjes Hybride personen wagens

Nadere informatie

Periodieke rapportage 2016 H1

Periodieke rapportage 2016 H1 Periodieke rapportage 2016 H1 03-10-2016 Periodieke rapportage 2016 H1 Inhoudsopgave Inleiding 3 1. Basisgegevens 4 1.1 Beschrijving van de organisatie 4 1.2 Verantwoordelijkheden 4 1.3 Basisjaar 4 1.4

Nadere informatie

Vergunningprocedure DuPont

Vergunningprocedure DuPont Vergunningprocedure DuPont Milieuvergunning in het kader van de Wet milieubeheer Historie Huidige milieuvergunning (24 september 1998) gevolgd door een groot aantal wijzigingen: onoverzichtelijk geheel

Nadere informatie

Duurzame groei mogelijk door waterhergebruik

Duurzame groei mogelijk door waterhergebruik Duurzame groei mogelijk door waterhergebruik Waterhergebruik bij FrieslandCampina Aalter Door: Gert Snijders Datum: 19 maart 2015 Inhoud Informatie over site FrieslandCampina Aalter Projecten Condensaat

Nadere informatie

Omgevingsvergunning. Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg. voor het milieuneutraal veranderen. Sappi Maastricht B.V.

Omgevingsvergunning. Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg. voor het milieuneutraal veranderen. Sappi Maastricht B.V. Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg. Omgevingsvergunning voor het milieuneutraal veranderen. Sappi Maastricht B.V. te Maastricht Zaaknummer: 2017-206587 Kenmerk: 2018/2142 d.d. 11 januari 2018

Nadere informatie

Energie Management Actieplan

Energie Management Actieplan Energie Management Actieplan Conform niveau 3 op de CO 2 -prestatieladder 3.0 Auteur: Mariëlle de Gans - Hekman Datum: 5 september 2017 Versie: 2.0 Status: Concept Inhoudsopgave 1 Inleiding... 2 2 Reductiedoelstellingen...

Nadere informatie

Periodieke rapportage 2016 H2

Periodieke rapportage 2016 H2 Periodieke rapportage 2016 H2 Datum: 7 maart 2017 Paraaf directie: 1 Inhoudsopgave Inleiding 3 1. Basisgegevens 4 1.1 Beschrijving van de organisatie 4 1.2 Verantwoordelijkheden 4 1.3 Basisjaar 4 1.4 Rapportageperiode

Nadere informatie

Periodieke rapportage 2 e helft September 2016

Periodieke rapportage 2 e helft September 2016 Periodieke rapportage 2 e helft 2015 September 2016 Inhoudsopgave Inleiding 3 1. Basisgegevens 4 1.1 Beschrijving van de organisatie 4 1.2 Verantwoordelijkheden 4 1.3 Basisjaar 4 1.4 Rapportageperiode

Nadere informatie

Referentiejaar 2009 NTP INFRA BV

Referentiejaar 2009 NTP INFRA BV CO 2 -uitstoot / reductie Rapportage 2011 Referentiejaar 2009 NTP INFRA BV Colofon Onderwerp CO 2 -uitstoot / reductie 2011 Referentiejaar 2009 Auteur S. Rademaker Gecontroleerd door Directie NTP Datum

Nadere informatie

CO2-prestatieladder Periodieke voortgangsrapportage 1e helft 2014

CO2-prestatieladder Periodieke voortgangsrapportage 1e helft 2014 CO2-prestatieladder Periodieke voortgangsrapportage 1e helft 2014 Verheij Infra b.v. Prisma 89 3364 DJ Sliedrecht Tel : 0184-433095 Getekend: Email Site : info@verheijsliedrecht.nl : www.verheijsliedrecht.nl

Nadere informatie

5.B.1_2 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2017 H1. Conform Co₂-prestatieladder B.1 met 2.A A A B.2

5.B.1_2 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2017 H1. Conform Co₂-prestatieladder B.1 met 2.A A A B.2 5.B.1_2 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2017 H1 Conform Co₂-prestatieladder 3.0 Verantwoording Titel Voortgangsrapportage CO₂-emissies Periode Januari 2017 t/m juni 2017 Revisie 1.0 Datum 20 juli

Nadere informatie

CO 2 emissie scope e helft e helft 2011

CO 2 emissie scope e helft e helft 2011 Werk Bewust! Antea Group en Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen projectnr. 080365 Onderdeel CO2 prestatieladder 16 dec 2015 Bijlage bij - 3.B.2 Energiemanagementsprogramma Monitoring scope 3 1 Periode:

Nadere informatie

Versie: 3. CO2 Reductiedoelstellingen Van Vulpen & Energiemanagement actieplan. Datum: Van Vulpen B.V. Pagina 1 van 8

Versie: 3. CO2 Reductiedoelstellingen Van Vulpen & Energiemanagement actieplan. Datum: Van Vulpen B.V. Pagina 1 van 8 Van Vulpen B.V. Pagina 1 van 8 Verantwoording Titel : CO2 Reductiedoelstellingen Van Vulpen & Energiemanagement Versie : 3.0 Datum : 16-10-2013 Opgesteld door : Afdeling P&O en KAM Gecontroleerd en goedgekeurd

Nadere informatie

Voortgangsrapportage Carbon Footprint 1 e helft 2018

Voortgangsrapportage Carbon Footprint 1 e helft 2018 1 e helft 2018 Orona the Netherlands B.V. Pagina 2/7 Voortgangsrapportage Carbon footprint 1 e helft 2018 l versie 1.0 Verantwoording Titel : 1 e helft 2018 Revisie : 1.0 Datum : 15 februari 2019 Auteur(s)

Nadere informatie

Periodieke rapportage 2015 H2. 20 januari 2016

Periodieke rapportage 2015 H2. 20 januari 2016 20 januari 2016 Inhoudsopgave Inleiding 3 1. Basisgegevens 4 1.1 Beschrijving van de organisatie 4 1.2 Verantwoordelijkheden 4 1.3 Basisjaar 4 1.4 Rapportageperiode 4 1.5 Verificatie 4 2. Afbakening 5

Nadere informatie

Door: Vincent Damen Ninja Hogenbirk Roel Theeuwen

Door: Vincent Damen Ninja Hogenbirk Roel Theeuwen Door: Vincent Damen Ninja Hogenbirk Roel Theeuwen 31 mei 2012 INHOUDSOPGAVE Inleiding... 3 1. Totale resultaten... 4 1.1 Elektriciteitsverbruik... 4 1.2 Gasverbruik... 4 1.3 Warmteverbruik... 4 1.4 Totaalverbruik

Nadere informatie

Periodieke rapportage 2015 H1 + H2

Periodieke rapportage 2015 H1 + H2 Periodieke rapportage 2015 H1 + H2 17-02-2016 Periodieke rapportage 2015 H2 Inhoudsopgave Inleiding 3 1. Basisgegevens 4 1.1 Beschrijving van de organisatie 4 1.2 Verantwoordelijkheden 4 1.3 Basisjaar

Nadere informatie

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Ons kenmerk C2140613/3540209 op aanvraag om een omgevingsvergunning ingevolge de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) van Van Gansewinkel

Nadere informatie

sectorplan 27 Industrieel afvalwater

sectorplan 27 Industrieel afvalwater sectorplan Industrieel afvalwater 1 Achtergrondgegevens 1. Belangrijkste afvalstoffen Industriële afvalwaterstromen (niet reinigbaar in biologische afvalwaterzuiveringsinstallaties) 2. Belangrijkste bronnen

Nadere informatie

Wet milieubeheer. Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg. Melding artikel ENCI te Maastricht. Zaaknummer:

Wet milieubeheer. Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg. Melding artikel ENCI te Maastricht. Zaaknummer: Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg Wet milieubeheer Melding artikel 8.19 ENCI te Maastricht Zaaknummer: 2015-0968 Kenmerk: 2015/48998 d.d. 16 juli 2015 Verzonden: INHOUDSOPGAVE 1 Melding 3 1.1

Nadere informatie

Actieve deelname aan keteninitiatief maart tussentijdse rapportage. Inhoudsopgave

Actieve deelname aan keteninitiatief maart tussentijdse rapportage. Inhoudsopgave 3.D.1 Keteninitiatief 2016-2019 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Initiatief 1: door samenwerking meer efficiency... 3 Doel van het initiatief... 3 Het initiatief... 3 Meerwaarde m.b.t. maatschappelijke betrokkenheid,

Nadere informatie

MER-Evaluatie. E.ON Energy from Waste Delfzijl BV. Datum 24 juli 2012 Versie 1.0

MER-Evaluatie. E.ON Energy from Waste Delfzijl BV. Datum 24 juli 2012 Versie 1.0 MER-Evaluatie E.ON Energy from Waste Delfzijl BV Datum 24 juli 2012 Versie 1.0 Inhoud Inleiding... 2 Aanleiding... 2 Omschrijving van de MER evaluatieprogramma... 2 MER Evaluatie... 3 Luchtemissies...

Nadere informatie

Watervergunning. Inhoudsopgave

Watervergunning. Inhoudsopgave Watervergunning Datum: Veendam, 25 oktober 2018 Nummer: HAS2018_Z11430 Onderwerp: Coöperatie AVEBE U.A., locatie Ter Apelkanaal; wijziging van de vergunning op grond van de Waterwet voor het brengen van

Nadere informatie

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 2013

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 2013 Voortgangsrapportage CO 2 reductie 2013 CO 2 Prestatieladder - Niveau 3 Datum: 17 maart 2014 Versie: 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 1 2. Basisgegevens... 2 2.1 Beschrijving van de organisatie... 2 2.2

Nadere informatie

CO 2 reductiedoelstellingen Conform niveau 3 op de CO 2 -prestatieladder 2.1

CO 2 reductiedoelstellingen Conform niveau 3 op de CO 2 -prestatieladder 2.1 CO 2 reductiedoelstellingen 2015 Conform niveau 3 op de CO 2 -prestatieladder 2.1 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1. Doelstellingen 3 2 Subdoelstellingen 4 2.1. Subdoelstelling kantoren 4 2.2. Subdoelstelling

Nadere informatie

Periodieke rapportage 2 de half jaar 2017

Periodieke rapportage 2 de half jaar 2017 Periodieke rapportage 2 de half jaar 2017 Mei 2018 Periodieke rapportage 2017 Pagina 1 Inhoudsopgave Inleiding 3 1. Basisgegevens 4 1.1 Beschrijving van de organisatie 4 1.2 Verantwoordelijkheden 4 1.3

Nadere informatie

Sectorplan 2 Procesafhankelijk industrieel afval

Sectorplan 2 Procesafhankelijk industrieel afval Sectorplan 2 Procesafhankelijk industrieel afval 1 Achtergrondgegevens 1. Belangrijkste afvalstoffen Resten van oliehoudende zaden, plantaardig afval, hoogovenslakken, grondtarra. 2. Belangrijkste bronnen

Nadere informatie

CO2-reductieplan 2015

CO2-reductieplan 2015 CO2-reductieplan 2015 Samen zorgen voor minder CO2 Tussentijdse rapportage januari juni 2015 1 Inleiding Dit CO₂-reductieplan heeft, net zoals het volledige energiemanagementsysteem, zowel betrekking op

Nadere informatie

Emissie inventaris 2018

Emissie inventaris 2018 Emissie inventaris 2018 Versie 2018.1 Datum: 11-01-2019 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Bedrijfsvoering 4 2.1 Bedrijfssamenvatting 4 2.3 Verantwoordelijkheid 4 3. Scope 5 4. Energiestromen 6 4.1 Energiestromen

Nadere informatie

Doel van deze presentatie is : Akkoord op het energiemanagement actieplan voor 2017

Doel van deze presentatie is : Akkoord op het energiemanagement actieplan voor 2017 1 Doel van deze presentatie is : Akkoord op het energiemanagement actieplan voor 2017 Inhoud Samenvatting 1. Inleiding 2. Footprint 2016 3. Gerealiseerde reductie 4. Trends en ontwikkelingen 5. KPI 2017

Nadere informatie

INES meldingen 2016 Kerncentrale Borssele

INES meldingen 2016 Kerncentrale Borssele INES meldingen 2016 Kerncentrale Borssele INES, internationale graadmeter Binnen de nucleaire industrie geldt sinds 1990 de INES-schaal als maatstaf voor storingen en incidenten. De INESschaal is er voor

Nadere informatie

Helmonds Energieconvenant

Helmonds Energieconvenant Helmonds Energieconvenant Helmondse bedrijven slaan de handen ineen voor een duurzame en betrouwbare energievoorziening. Waarom een energieconvenant? Energie is de drijvende kracht Energie is de drijvende

Nadere informatie

energiemanagement & kwaliteitsmanagement

energiemanagement & kwaliteitsmanagement Energiemanagement Programma & managementsysteem Het beschrijven van het energiemanagement en kwaliteitsmanagementplan (zoals vermeld in de norm, voor ons managementsysteem). 1 Inleiding Maatschappelijk

Nadere informatie

Halfjaarlijkse rapportage footprint, doelstellingen en maatregelen

Halfjaarlijkse rapportage footprint, doelstellingen en maatregelen A. Hak Infranet - CO 2-emissies scope 1 en 2 - eerste helft 2018 Inleiding A. Hak Infranet was gecertificeerd op niveau 5 van de CO 2-Prestatieladder, en is in 2017 terug naar niveau 3. Onze nulmeting

Nadere informatie

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2013

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2013 Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2013 CO 2 Prestatieladder - Niveau 3 Datum: 1 november 2013 Versie: 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 1 2. Basisgegevens... 2 2.1 Beschrijving van de organisatie...

Nadere informatie

PERIODIEKE RAPPORTAGE 2015

PERIODIEKE RAPPORTAGE 2015 PERIODIEKE RAPPORTAGE 2015 Inhoud 1. INLEIDING... 2 2 BASISGEGEVENS... 3 2.1 Beschrijving de organisatie... 3 2.2 Verantwoordelijkheden... 3 2.3 Basisjaar... 3 2.4 Rapportageperiode... 3 2.5 Verificatie...

Nadere informatie