Hydraulische belasting op golfbrekers in haven Wemeldinge

Transcriptie

1 Hydraulische belasting op golfbrekers in haven Wemeldinge Berekeningen ten behoeve van het ontwerp Definitief Grontmij Nederland B.V. De Bilt, 25 oktober 2011

2

3 Inhoudsopgave 1 Inleiding en samenvatting advies Randvoorwaarden en uitgangspunten Rekenmethode Maximale windbelasting Maximale waterstand Aangeleverde gegevens Golfcondities Optredende windsnelheid Representatieve Diepte Strijklengte en golfkarakteristiek Belastingen door windgolven in de haven Diffractieberekeningen Golftransmissie onder de golfbreker door Stroming in de haven Manoeuvreren Normering en conclusie Bijlage 2: Bijlage 3: Bijlage 4: Bijlage 5: Ontwerpvarianten haven Effectieve strijklengte Golfgroei Rekenpunten diffractie Pagina 3 van 15

4 1 Inleiding en samenvatting advies Het aantal aanlegplaatsen in de haven van Wemeldinge wordt uitgebreid. Hierbij is een nieuw havenontwerp tot stand gekomen met gewenste hoeveelheid aanlegplaatsen. Naast de drijvende aanlegsteigers is er ook een drijvende golfbreker voorzien. Voor het nieuwe ontwerp van de jachthavenuitbreiding is Grontmij gevraagd antwoord te geven op de volgende vragen: Krijgen de in- en uitvarende jachten geen last van hinderlijke stroming en golven? Vervult de geplande drijvende golfbreker juist zijn functie in het creëren van optimaal golfklimaat binnen de jachthaven en bij het in- en uitvaren? (In het verlengde van voorgaande vraag) krijgen de aangemeerde vaartuigen geen last van hinderlijke golven? En indien ja, wat is dan de mogelijke maatregel? Kunnen de in- en uitvarende vaartuigen in de haven veilig manoeuvreren? Is de steiger/golfbreker aan de lange zijde van de haven efficiënt genoeg om het acceptabele golfklimaat in de jachthaven te borgen? Indien niet, wat zijn dan de oplossingsrichtingen? In de Grontmij-rapportage : Hydraulische belasting op golfbrekers in haven Wemeldinge. Berekeningen ten bate van het Ontwerp van 23 juni 2011 zijn voor het eerst de bevindingen vastgelegd voor het dan voorliggende ontwerp, genoemd ontwerpvariant H. In het Grontmij-rapport zijn de hydraulische randvoorwaarden vastgelegd en de golfbelasting bepaald in de haven en knelpunten met betrekking tot de golfhoogte, stroming en nautische veiligheid in kaart gebracht. Naar aanleiding van de rapportage van Grontmij zijn wijzigingen aangebracht in het ontwerp. In deze rapportage worden de gewijzigde navolgende ontwerpen varianten L en M beoordeeld. Deze ontwerpen zijn opgenomen in Bijlage 1 van dit rapport. Pagina 4 van 15

5 Inleiding en samenvatting advies De antwoorden op de vragen zijn onderbouwd in de volgende hoofdstukken van dit document. Hier is het overzicht van de antwoorden voor de herziene ontwerpen, variant L en M. Vraag Krijgen de in- en uitvarende jachten geen last van hinderlijke stroming en golven? Antwoord De in- en uitvarende jachten krijgen geen hinder van de stroming in de havenopening noch in de haven zelf. In de stormcondities, met mate van voorkomen 1x per jaar, zijn ook de golven in de haven niet hinderlijk voor veilig in- en uitvaren en veilig liggen in de haven. In de stormcondities met frequentie van 1x per 100 jaar zal alleen direct achter de drijvende golfbreker de golfhoogte nog 0,84 m kunnen bedragen, echter het golfpatroon (geen korte hoge golf) is niet hinderlijk voor het in- of uitvaren (niet zeilend!). Dit geldt voor alle ontwerpvarianten (H, L en M). Varen onder stormcondities wordt normaal gesproken niet gedaan. Vervult de geplande drijvende golfbreker juist zijn functie in het creëren van optimaal golfklimaat binnen de jachthaven en bij het in- en uitvaren? Functie is vervuld vanuit de optiek van het golfklimaat bij het in- en uitvaren. In verlengde van voorgaande vraag: krijgen de aangemeerde vaartuigen geen last van hinderlijke golven? En indien ja, wat is dan de mogelijke maatregel? Kunnen de in- en uitvarende vaartuigen in de haven veilig manoeuvreren? In ontwerpvariant H zouden de aangemeerde vaartuigen bij steiger N nog wel enige hinder kunnen ervaren. Deze steiger is in de herziene ontwerpvarianten L en M komen te vervallen. Daarbij is ook de golfbreker beter gepositioneerd. De schepen hebben in de herziene ontwerpvarianten L en M geen last van hinderlijke golven. In de herziene ontwerpvariant L en M faciliteert de inrichting van de haven in voldoende mate het veilig manoeuvreren in het havenbassin Is de steiger/golfbreker aan de lange zijde van de haven efficiënt genoeg om het acceptabele golfklimaat in de jachthaven te borgen? Indien niet wat zijn dan de oplossingsrichtingen Deze steiger is in het herziene ontwerp korter dan in ontwerp H, maar ook in de herziene ontwerpen vervult deze de golfremmende functie in voldoende mate. N.v.t. Pagina 5 van 15

6 2 Randvoorwaarden en uitgangspunten 2.1 Rekenmethode De golfbelasting in de haven wordt veroorzaakt door windgolven. Om de golfcondities te bepalen wordt gebruik gemaakt van windgegevens en de rekenmethode van Bretschneider zoals gebruikt in de Technische Adviescommissie voor de Waterkeringen, s-gravenhage, 1985 en genoemd in Rijkswaterstaat Leidraad voor het ontwerp van rivierdijken deel 2. De verspreiding van golven in de haven na het passeren van de golfbreker wordt door middel van een diffractieberekening bepaald met de methode van Cornu zoals toegepast in Rijkswaterstaat Waterbouw; rekenregels voor waterbouwkundig ontwerpen, Mogelijke stromingsproblemen worden bepaald op basis van expert judgement. 2.2 Maximale windbelasting Bij de berekening van de windbelasting wordt uitgegaan van de langetermijnmeetgegevens van het KNMI voor de Oosterschelde. Als maatgevende situatie worden eens per jaar en eens per honderd jaar optredende windkrachten genomen vanuit het noorden. 2.3 Maximale waterstand Voor de waterstand wordt een worstcasescenario gehanteerd. Dit is een hoge waterstand waarbij de hoogste golven kunnen ontstaan. 2.4 Aangeleverde gegevens In de opdracht worden de volgende documenten, aangeleverd door opdrachtgever, gebruikt: Situatietekening van de huidige situatie van ontwerpbureau Van Steenbergen, d.d. 13 april Situatietekening voor Uitbreiding Jachthaven Wemeldinge van gewijzigde toestand, variant H, door ontwerpbureau Van Steenbergen, d.d. 17 januari 2011 Situatietekening voor Uitbreiding Jachthaven Wemeldinge van gewijzigde toestand, variant L, door ontwerpbureau Van Steenbergen, d.d. 15 september 2011 Situatietekening voor Uitbreiding Jachthaven Wemeldinge van gewijzigde toestand, variant M, door ontwerpbureau Van Steenbergen, d.d. 20 oktober 2011 Dieptekaart op basis van metingen door het waterschap in Pagina 6 van 15

7 3 Golfcondities 3.1 Optredende windsnelheid De optredende golfcondities zijn afhankelijk van de optredende windsnelheden. Uit windstatistieken van het KNMI blijkt dat een jaarlijks maximum windsnelheid uit het noorden (maatgevende windrichting) (350 tot 10 graden) gemiddeld 14,8 m/s bedraagt en bij een eens in honderd jaar storm 21,8 m/s. De gegevens zijn gegeven in Tabel 3-1. Tabel 3-1 Frequentie tabel van potentiële windsnelheden (m/s) in de Oosterschelde. Meetperiode Cumulatieve percentages (%) per windrichting (graden) Tret (j) Cum, ,5 13,4 12,3 11,1 10, ,6 17,1 18,3 17,9 16,4 14,9 14,1 19,4 1 14,8 13,7 12, ,2 15,8 18,2 19,5 19,2 17,8 16,5 15,7 20,6 2 16,2 14,8 13, ,1 16,7 19,2 20,7 20, ,7 16,9 21,7 5 17,5 16,3 14,8 14,2 15,3 17,8 20,6 22,1 21,8 20,5 19,2 18, ,5 17,2 15, ,2 18,7 21, ,9 21,5 20,2 19, ,5 18,1 16,6 15,9 16,9 19,6 22, ,8 22,5 21,2 20,4 24, ,8 19,2 17,6 16,8 17,9 20,7 23,5 25,1 24,9 23,6 22,4 21,7 25, ,8 20,1 18,3 17,5 18,7 21,5 24,4 25,9 25,7 24,4 23,3 22,7 26, , ,1 18,2 19,4 22,3 25,2 26,7 26,5 25,1 24,1 23,6 27, ,1 20,1 19,2 20,4 23,4 26,2 27,8 27, ,7 28, , ,8 19,9 21,2 24, ,5 28,1 26,6 25,7 25, ,7 23,8 21,5 20,6 21, ,8 29,2 28,7 27,2 26,4 26,4 29, ,8 24,9 22,5 21,5 22, ,7 30,1 29,5 27,9 27,2 27,3 30, ,5 25,7 23,2 22,2 23,7 26,7 29,5 30, ,4 27, ,1 3.2 Representatieve Diepte In de berekeningen van de strijklengte is ervan uitgegaan dat de wind golven kan genereren vanaf de oever aan de noordkant van de Oosterschelde tot aan de havenmonding. De aanname daarbij is dat de platen die aanwezig zijn onder water staan en geen belemmering vormen (qua diepte) voor het vormen van golven. Naarmate de golven zich verder over de Oosterschelde verplaatsen in de richting van de havenmonding, neemt de golfhoogte toe. De diepte bij de havenmonding is ongeveer 7 meter op basis van de dieptemetingen van het waterschap in Uitgaande van hoogwaterpeil van 2 meter boven NAP wordt de waterdiepte 9 meter. Pagina 7 van 15

8 Golfcondities 3.3 Strijklengte en golfkarakteristiek De effectieve strijklengte is bepaald volgens de methode-bretschneider 1. Hiervoor is niet alleen de strijklengte bepaald uit noordelijke richting, maar ook de bijdragen die wind levert op de golfgroei onder hoeken tot 42 graden. De effectieve strijklengte is 4966 meter ofwel 5 km. De berekening en de kaart zijn gegeven in Bijlage 1 en Bijlage 2. In de berekening is ervan uitgegaan dat de noordelijk gelegen ondiepten onder water staan zodat ook daar al golven worden gevormd die verder zuidwaarts steeds groter worden. Tabel 3-2 Golfgroei volgens methode-bretschneider (diep water) Windsnelheid (m/s) Representatieve Waterdiepte (m) Golfhoogte (m) Golflengte 1 x per jaar scenario 14,8 9 0,76 12,78 1 x per honderd jaar scenario 21,8 9 1,08 16,09 (m) 1 Technische Adviescommissie voor de Waterkeringen, s-gravenhage, 1985 Pagina 8 van 15

9 4 Belastingen door windgolven in de haven 4.1 Diffractieberekeningen Als gevolg van diffractie verandert de golfbelasting in de haven. Door de aanwezigheid van al bestaande golfbrekers (steen) rondom de haven worden de golven tegengehouden. Op de hoeken van deze golfbrekers treedt diffractie op. Hierdoor komen golven ook achter de golfbrekers terecht. De golfhoogten in de haven zijn berekend met de methode van Cornu 2 en gegeven in Tabel 4-1 De berekeningen zijn uitgevoerd voor ontwerpvariant H en gegeven in Figuur 4-1 en in Bijlage 4. P3 P2 P1 Figuur 4-1 Rekenpunten voor golfhoogte als gevolg van diffractie ( punt A t/m D) en bijhorende afstanden vanaf de golfbrekers rondom de haven. P1 en P2 zijn de hoekpunten van de golfbrekers vanwaar diffractie optreedt. P 3 is een alternatieve locatie voor de golfbreker P2. de berekening is uitgevoerd voor ontwerpvariant H. 2 Rijkswaterstaat. Waterbouw; rekenregels voor waterbouwkundig ontwerpen, Pagina 9 van 15

10 Belastingen door windgolven in de haven Tabel 4-1 Rekenpunt Inkomende golfhoogte op verschillende punten in de haven (zie Figuur 4-1) bij inkomende golven van 0,76 m (eens per jaar scenario) Afstand P1 (m) Hoek P1 ( ) Afstand P2 (m) Hoek P2 ( ) Golfhoogte A ,02 B ,09 C ,18 D ,01 E , ,08 F ,19 G , ,10 (m) Uit Tabel 4-1 blijkt dat langs de zuidelijke steiger bij de punten C en F (zie Figuur 4-1) de golfhoogten het grootst zijn met 18 en 19 cm en nabij de kade het laagst met 1 à 2 cm. Voor het bepalen van de gevoeligheid van de positionering van de golfbreker is ook de golfhoogte doorgerekend voor de punten C en F met een golfbreker verder zeewaarts geplaatst zoals te zien in Figuur 4-1(P3). De golfhoogte als gevolg van diffractie wordt dan zoals gegeven in Tabel 4-2. De golfbelasting wordt hoger in punt C, omdat dit minder beschut ligt tegen golven. De golfbelasting in punt F blijft gelijk. Tabel 4-2 Golfhoogten bij de steiger bij een alternatieve golfbreker (zie Figuur 4-1). rekenpunt Afstand P1 (m) Hoek P1 ( ) Afstand P3 (m) Hoek P3 ( ) Golfhoogte (m) C ,21 F ,19 Tabel 4-3 Rekenpunt Inkomende golfhoogte op verschillende punten in de haven (zie Figuur 4-1) bij inkomende golven van 1,2 m (eens per 100 jaar scenario) Afstand P1 (m) Hoek P1 ( ) Afstand P2 (m) Hoek P2 ( ) Golfhoogte A ,04 B ,06 C ,23 D ,04 E , ,17 F ,48 G , ,07 (m) In ontwerpvarianten L en M, van 15 september en 20 oktober is de golfbreker opnieuw gepositioneerd. Dit is weergegeven in Figuur 4-2. Uit de gevoeligheidsanalyse blijkt dat het verder landwaarts plaatsen van de golfbreker een licht positief effect heeft in de orde van 0-5 cm. In ontwerpvariant L is dit uitgevoerd. Deze is daardoor iets gunstiger. Variant M heeft een vergelijkbare locatie als variant H. Het diffractiepatroon zal daarom nagenoeg hetzelfde zijn. Het opnieuw uitvoeren van diffractieberekeningen heeft in deze fase geen toegevoegde waarde. Pagina 10 van 15

11 Belastingen door windgolven in de haven Nieuwe golfbreker ontwerpvariant M P1, ontwerpvariant H Nieuwe golfbreker ontwerpvariant L Figuur 4-2: De locatie van de steigers en golfbreker in ontwerpvarianten L en M. Ter vergelijking is de golfbreker uit variant H gegeven 4.2 Golftransmissie onder de golfbreker door Drijvende golfbrekers houden niet alle golven tegen. De mate van reductie wordt bepaald door de grootte en het gewicht van de drijver en de golfbelasting. De transmissie van golven onder de golfbreker en de diffractie bepalen de uiteindelijke golfhoogte in de haven. De reductiecoëfficiënt is indicatief gegeven voor betonnen drijvende golfbrekers van Inter Boat Marinas als onderdeel van de uitvraag. Hierbij wordt uitgegaan van plaatsing loodrecht op de golven zoals het geval is in ontwerpvariant H. Het grootste model drijvende golfbreker (type 3800) is 3,7 meter breed en 1,7 m diep met variërende lengte. Het golfafbrekende vermogen is gegeven in Figuur 4-3 van een golfbreker type 3800 en is bij een eens-per-jaar golf ongeveer 63 %. Bij een eens-in-honderd-jaar situatie is de golftransmissie rond de 30%. De golfdoordringing direct achter de golfbreker wordt dan voor een eens-per-jaar storm 0,28 cm en bij een eens-per-honderd-jaar storm 0,84 m. Voor Ontwerpvariant L is een golfbreker voorzien die diagonaal in de haven ligt ten opzichte van de inkomende golven. Hierdoor wordt de golfreductie nog iets beter. Ook is de transmissie van golfenergie onder de golfbreker door in variant M minder groot, door de dubbele plaatsing van golfbrekers naast elkaar. Dit is gunstiger voor reductie van de golfhoogte. Pagina 11 van 15

12 Belastingen door windgolven in de haven Figuur 4-3 Golfafbrekend vermogen van drijvende golfbrekers van Inter Boat Marinas ( Pagina 12 van 15

13 5 Stroming in de haven Op basis van de dieptegegevens is niet te verwachten dat er complexe stromingpatronen in de haven aanwezig zijn. De diepte loopt gradueel toe naar het midden van de haven en naar de monding. Er komen geen kanalen of rivieren uit in de haven die invloed kunnen hebben op de stroming. De haven zal vooral rekening moeten houden met stroming als gevolg van getij bij de monding. Met een geschatte havengrootte van m 2 en een stijging of daling van 30 cm in een half uur, zal er in de havenmonding alsnog een stroomsnelheid aanwezig zijn van minder dan 0,05 m/s. Doorgaans is in havenmondingen een circulair stromingpatroon aanwezig in de monding als gevolg van het langsstromende water. De golfbreker zal hier weinig effect op hebben. Een drijvende golfbreker zal de stroming gedeeltelijk door de monding stuwen. Een gedeelte van de stroming gaat onder de golfbeker door. Het voordeel van een drijvende golfbreker is dat de stroming niet door een kleinere monding hoeft te stromen waarbij een hogere stroomsnelheid optreedt. Hoge stroomsnelheden zullen in de haven niet optreden, er zijn hiervoor geen aandrijvende krachten aanwezig. Pagina 13 van 15

14 6 Manoeuvreren Het passeren van de golfbreker, hoogte en richting van de inkomende golven zal naar verwachting geen knelpunt opleveren voor de in- en uitvarende (zeil)boten. Dit geldt ook voor zeilend binnenvaren. De beschikbare ruimte voor het veilig manoeuvreren aan het oostelijke einde van de steiger N is in ontwerpvariant H klein. Dit is opgelost in ontwerpvariant L en M. In deze ontwerpvarianten is voldoende ruimte aanwezig om veilig te manoeuvreren. In de buitenhaven (ruimte tussen de steiger W en de kant-westoever) is voldoende ruimte aanwezig om veilig te manoeuvreren voorafgaand aan het invaren in de haven. Pagina 14 van 15

15 7 Normering en conclusie De golven in de haven hebben een effect op de beweging van de schepen (deinen, rollen, stampen). De maximaal toegestane golfhoogte verschilt per haven. In Tabel 7-1 worden suggesties gedaan voor de maximaal toegestane golfhoogten. Doorgaans wordt 30 cm in de haven als acceptabel gehouden voor een eens per jaar storm. Bij de storm met lagere frequentie zal ook grotere golfhoogte in de haven getolereerd kunnen worden. Tabel 7-1 Acceptabele significante golfhoogte in marina's (m) (Marina Developments - W.R. Blain,1992) De gekozen positie van de drijvende golfbreker is in ontwerpvariant H acceptabel. In het herziene ontwerp L is zelfs een sterkere golfreductie mogelijk. De lange steiger waar de rijksvaartuigen aangemeerd kunnen worden heeft ook golfremmende functie, waardoor het golfklimaat in de haven verbetert ten opzichte van de situatie in ontwerpvariant H. Voor aanleg van deze lange steiger zal de reeds in de haven bestaande drijvende steiger hergebruikt worden. De combinatie van drijvende steiger en golfbreker werkt sterk golfreducerend. De golfbelasting op de steiger is laag, omdat de golven onder een hoek de steiger naderen en niet haaks erop. De gevolgen van diffractie worden hiermee effectief tegengegaan. De golfreductie van de drijvende golfbreker volgens modeltype 3800 (zoals hier berekend) is zodanig, dat bij maatgevende stormcondities direct achter de golfbreker een resterende golf van 0,84 m hoog overblijft in ontwerpvariant H en lager in ontwerpvarianten L en M. Deze golfhoogte neemt in de haven verder af door diffractie. Voor extreme stormsituaties is de golfhoogte acceptabel. Er is geen reden om aan te nemen dat stroming een nautisch of ander risico is voor de veiligheid van de in- en uitvarende boten in de haven. N.B. De dieptemeting is inmiddels tien jaar oud en het is zeer wel mogelijk dat de dieptes inmiddels veranderd zijn. Voor het nader ontwerpen van de golfbreker is een recentere meting aanbevolen. Pagina 15 van 15

16 Bijlage 1 Ontwerpvarianten haven

17 Bijlage 1 : Ontwerpvarianten haven

18 Bijlage 1 : Ontwerpvarianten haven Ontwerpvariant H, 17 januari 2011

19 Bijlage 1 : Ontwerpvarianten haven Herziene ontwerpvariant L, 15 september 2011

20 Bijlage 1 : Ontwerpvarianten haven Herziene ontwerpvariant M, 20 oktober 2011

21 Bijlage 2 : Effectieve strijklengte Bijlage 2 Effectieve strijklengte

22 Bijlage 2 : Effectieve strijklengte Effectieve Strijklengte Conform: Methode Bretschneider Leidraad voor het ontwerpen van Rivierdijken deel 1 - Bovenrivierengebied Uitgangspunten Locatie Wemeldinge Punt: Maatgevende Windrichting: 0 t.o.v. Noord Gebruikte formules Fe = cos(ө) / (R(Ө)cos^2(Ө)) Gebruikte symbolen Ө = Richting t.o.v. windrichting R = Strijklengte vanuit richting Ө Ө cos (Ө) cos^2 (Ө) R(Ө) R(Ө)cos^2(Ө) [ graden ] [ - ] [ - ] [ m ] [ m ] -42 0,743 0, ,809 0, ,866 0, ,914 0, ,951 0, ,978 0, ,995 0, ,000 1, ,995 0, ,978 0, ,951 0, ,914 0, ,866 0, ,809 0, ,743 0, , Resultaten Effectieve Strijklengte Fe = 4966 Afdeling : Werk: Uitbreiding jachthaven Wemeldinge Projectnummer: Waterbouw Onderdeel: Berekening Effectieve Strijklengte Kust & Rivieren Blad : 1 Opsteller: HRi Controle: SvR Par : Print:

23 Bijlage 2 : Effectieve strijklengte (Vervolg 1)

24 Bijlage 3 Golfgroei

25 Bijlage 3 : Golfgroei GOLFGROEI, verschillende methoden lit. Leidraad voor het ontwerp van rivierdijken deel 2, p.50; Handleiding Hydra-BT. Bijlage D Invoer: gravitatie constante g 9,81 [m/s 2 ] windsnelheid (op 10 m hoogte) u 14,8 [m/s] waterdiepte d 9 [m] strijklengte (fetch) F 5000 [m] Gebruikte formules: Voor diep water geldt: Voor ondiep water geldt: Bretschneider H 1/3 = 0,283 (u 2 /g) tanh (0,0125 (gf/u 2 ) 0,42 ) H 1/3 = 0,283 (u 2 /g) tanh (0,530 (gd/u 2 ) 0,75 ) T 1/2 = 2,4p(u/g) tanh (0,077 (gf/u 2 ) 0,25 ) T 1/2 = 2,4p(u/g) tanh (0,833 (gd/u 2 ) 0,375 ) L 0 = gt m 2 /2p L = T m (gd) Young en Verhagen H 1/3 = 0,241 (u 2 /g) (tanh (0, (gf/u 2 ) 0,575 )) 0,87 H 1/3 = 0,241 (u 2 /g) (tanh (0,493 (gf/u 2 ) 0,,747 ) T 1/2 = 7,519(u/g) tanh (0, (gf/u 2 ) 0,73 ) 0,37 T 1/2 = 7,519(u/g) tanh (0,331 (gd/u 2 ) 1,014 ) Wilson H 1/3 = 0,3 (u 2 /g) (1-(1+0,004(gF/u 2 ) 0,5 ) -2 T 1/2 = 2,74 π (u/g) (1-(1+0,008 (gf/u 1/3 ) -5 ) Uitvoer: Bretschneider Diep water Ondiep water Combinatie significante golfhoogte H s 0,76 [m] H s 1,65 [m] H s 0,72 [m] significante golfperiode T s 3,29 [s] T s 6,05 [s] T s 3,07 [s] gemiddelde golfperiode T m 2,86 [s] T m 5,26 [s] T m 2,67 [s] piek golfperiode T p 3,55 [s] T p 6,53 [s] T p 3,32 [s] golflengte L 0 12,78 [m] L 49,41 [m] L 11,14 [m] voorwaarde d/l > 0,50 d/l < 0,05 0,05 < d/l < 0,50 Voldoet! Voldoet niet N.v.t. Young en Verhagen Diep water Ondiep water Combinatie significante golfhoogte H s 0,53 [m] H s 1,32 [m] H s 0,52 [m] significante golfperiode T s 2,76 [s] T s 1,35 [s] T s 2,75 [s] gemiddelde golfperiode T m 2,40 [s] T m 1,18 [s] T m 2,39 [s] piek golfperiode T p 2,98 [s] T p 1,46 [s] T p 2,97 [s] golflengte L 0 9,01 [m] L 11,07 [m] L 8,92 [m] voorwaarde d/l > 0,50 d/l < 0,05 0,05 < d/l < 0,50 Voldoet! Voldoet niet N.v.t. Wilson Diep water significante golfhoogte H s 0,74 [m] significante golfperiode T s 2,74 [s] gemiddelde golfperiode T m 2,38 [s] piek golfperiode T p 2,96 [s] golflengte L 0 8,87 [m] voorwaarde d/l > 0,50 Afdeling : Werk: Jachthaven Wemeldinge Ordernummer: Waterbouw Onderdeel: Golfgroei Blad: 1/1 Opsteller: SvR Par : Datum: 9-mei-2011

26 Bijlage 4 Rekenpunten diffractie

27 Bijlage 4 : Rekenpunten diffractie