INFO 204 JUNI Signum, dé standaard in de teelt van wortelen. Signum in wortelen. Signum

Transcriptie

1 204 JUNI INFO Signum, dé standaard in de teelt van wortelen Voor een geslaagde wortelenteelt is een goede bescherming van het loof van groot belang, maar zeker voor bewaarpeen moet de bescherming van het ondergrondse deel niet worden vergeten. Een wortelengewas kan namelijk worden aangetast door een aantal ziekten. De meestvoorkomende ziekten in wortelen zijn loofverbruining, echte meeldauw, rattenkeutelziekte en bladvlekkenziekte. Signum werkt tegen alle belangrijke schimmels in de wortelenteelt. Daarnaast is Signum het enige product in de teelt van wortelen dat meerdere werkzame stoffen bevat, welke qua werking elkaar grotendeels versterken en overlappen. Dit past uitstekend in een anti-resistentiestrategie. Rovral aquaflo heeft een goede preventieve werking op rattenkeutelziekte en loofverbruining. Signum Signum bevat 267 g/kg boscalid en 67 g/kg pyraclostrobin en is geformuleerd als een wateroplosbaar Signum in wortelen Zéér breed werkingsspectrum Positieve invloed op gewasontwikkeling Zeer zacht voor het gewas Preventief toepassen Ingebouwd antiresistentie management granulaat (WG). Het middel bevat twee werkzame stoffen waarvan boscalid tot de chemische groep van de carboxylanilide behoort, en pyraclostrobin tot de chemische groep van de strobilurinen. Signum is in de volgende gewassen toegelaten: aardappelen, wortelen, prei, sluitkool, bloemkool, broccoli, spruitkool, boerenkool, aardbeien, pruim, kers en morel, in de bedekte, niet-grondgebonden teelt van tomaat, paprika, aubergine, in greens van golfterreinen, in de teelt van karwij, crambe en graszoden. graszoden, Signum bedekte kent teelten géén beperkingen van sla, andijvie, meer veldsla, op het rettich gebieden vandaikon. nateelten. Een gezond wortelgewas

2 Boscalid belet de ademhaling van de schimmel en de vorming van aminozuren die essentiëel zijn voor de opbouw van de schimmelcel. Hiermee lijkt de werking op de werking van de strobilurinen met dit verschil dat boscalid aangrijpt op een andere plaats van het ademhalingsproces waardoor er geen kans op kruisresistentie bestaat. Boscalid wordt door de waslaag heen opgenomen en verplaatst zich systemisch door de plant. Bij pyraclostrobin daarentegen is de verplaatsing locaalsystemisch. Boscalid en pyraclostrobin verplaatsen zich translaminair via de intercellulaire ruimten over de membranen (celwanden) door het blad. Verder worden deze stoffen acropetaal (richting de bladpunt) getransporteerd. Beide actieve stoffen in Signum zijn preventief werkzaam en zeer effectief tegen een breed scala aan schimmels. Het is daarom zaak dat Signum vóór een infectie op het blad aanwezig is. Beide actieve stoffen in Signum hebben ook een synergistische werking, dit houdt in dat de stoffen elkaar versterken in werking. Signum heeft een goede tot zeer goede werking op loofverbruining, meeldauw en bladvlekkenziekte. Verder heeft Signum een nevenwerking op rattenkeutelziekte. Ook lijkt Signum in de proeven een duidelijke werking te hebben op bewaarschimmels. De dosering voor Signum in wortelen is 0,75 kg/ha. Anti-resistentiestrategie Beide actieve stoffen grijpen in op verschillende complexen in de ademhalingsketen waardoor er geen kans is op kruisresistentie tussen de actieve stoffen. De kans op het ontstaan van resistentie tegen beide groepen kan tóch niet worden uitgesloten vandaar dat een antiresistentiestrategie moet worden gevolgd. Voor de teelt van wortelen is deze als volgt: Gebruik de door de fabrikant geadviseerde dosering. Signum preventief toepassen. Afwisselen met effectieve middelen met een ander werkingsmechanisme. Maximaal 50% van het totaal aantal fungicide bespuitingen met Signum uitvoeren. Signum maximaal 3 keer per jaar toepassen. Wanneer maximaal 2 bespuitingen worden toegepast mogen beide bespuitingen met Signum worden uitgevoerd. Ten opzichte van producten met een enkel werkzame stof (strobilurine of EBR) is het uit antiresistentieoogpunt veiliger om met Signum te werken, omdat door de twee werkzame stoffen in het product er reeds een antiresistentiestrategie is ingebouwd. Rovral aquaflo Rovral aquaflo bevat 50% iprodion en is eveneens geformuleerd als een suspensie concentraat (SC). Iprodion heeft een goede vooral preventieve werking op loofverbruining. Verder heeft Rovral aquaflo een goede werking op rattenkeutelziekte. In de praktijk en uit recent onderzoek is weer eens gebleken dat iprodion een zeer brede werking heeft op allerlei. Daarom is het zeker voor wortelen die bewaard moeten worden van het grootste belang Rovral aquaflo bespuitingen in het spuitschema op te nemen. Maximaal vier bespuitingen per teeltseizoen mogen er met Rovral aquaflo worden uitgevoerd. De dosering voor Rovral aquaflo in wortelen is 1,5 l/ha. Rovral aquaflo is verder nog toegelaten in een groot aantal gewassen. Voor meer informatie hierover verwijzen we u naar info 117 (Rovral aquaflo in akkerbouw teelten) en info 206 (Rovral aquaflo in tuinbouw teelten). Loofverbruining (Alternaria spp) Alternaria dauci is de meestvoorkomende loofziekte van wortelen. Een aantasting van deze ziekte kan door verlies van assimilerend bladoppervlak tot aanzienlijke opbrengstreductie leiden. Wanneer de wortels Loofverbruining op het loof 2 DIVISIE AGRO

3 Door loofverbruining aangetast gewas Loofverbruining op de bladsteel machinaal aan het loof worden geoogst kan een groot gedeelte van de wortels in de grond blijven zitten omdat er te weinig stevig loof op staat om de wortelen te lichten. De schimmel sporuleert uitbundig onder vochtige omstandigheden bij een temperatuur tussen de 20 en 30 C, en tast voornamelijk oud blad aan. Ook onder koelere omstandigheden kan de schimmel sporuleren. Voor kieming van de sporen is vocht een voorwaarde. De incubatietijd (tijd tussen infectie en zichtbaar worden) is 10 tot 21 dagen, afhankelijk van de weersomstandigheden. De schimmel veroorzaakt onregelmatige, donkerbruine tot zwarte vlekken met een gele niet scherp omrande rand op het loof. Na de teelt kan de schimmel op plantenresten in de grond overwinteren. Alternaria dauci veroorzaakt geen zwarte vlekken op de wortel in de bewaring. Alternaria redicina daarentegen laat op het loof dezelfde symptomen zien, maar kan doordat er sporen op de wortel mee de bewaring in gaan wél uitval door zwarte vlekken geven. Echte meeldauw (Erisiphe heraclei) Vooral bij warm en vochtig weer zonder regen kan het loof aangetast worden door deze schimmel. Er is wel Door meeldauw aangetast gewas vocht nodig zodat de groei en ontwikkeling van de schimmel wordt bevorderd in perioden met een hoge luchtvochtigheid (mist) in de nacht en vroege ochtend. Aangetaste bladeren worden bedekt met een witte poederachtige laag (mycelium en sporen). Het blad wordt langzaam bruin en sterft af. De aantasting kan afhankelijk van de weersomstandigheden sterk en snel uitbreiden. Als het blad door meeldauw is aangetast, is hiermee een ideale invalspoort ontstaan voor loofverbruining. De schimmel overleeft op overwinterende wortelen of onkruiden uit dezelfde familie. De sporen kunnen over een grote afstand door de lucht worden verspreid. Rattenkeutelziekte (Sclerotinia sclerotium) Onder aanhoudende koele en natte omstandigheden kiemen de sclerotiën (rattenkeutels) die in de bodem zijn achtergebleven. Vanuit de paddestoelvormige vruchtlichamen (apotheciën) die hieruit groeien verspreidt de schimmel zijn sporen met behulp van de wind en regen. De schimmel is zeer polyfaag en kan bijna alle dicotyle gewassen aantasten. De eerste infecties worden Meeldauw in het loof Vruchtlichamen (apotheciën) van rattenkeutelziekte (Bron: Bejo) DIVISIE AGRO 3

4 gevonden aan de basis van de bladsteel, waarna het zich uitbreidt naar het loof. Geïnfecteerd blad is donkerbruin en wordt vaak overgroeid door een kenmerkend wit mycelium waarin ook op het veld na enige tijd zwarte sclerotiën (rattenkeutels) gevormd worden. De loofinplant raakt vaak ook geïnfecteerd. De wortel zelf blijft aanvankelijk symptoomloos, maar komt in de bewaring naar voren als zachtrot. Al snel wordt er op dit zachtrot het karakteristieke witte schimmelpluis gevormd, en na verloop van tijd de grote zwarte sclerotiën (rattenkeutels). Door bladvlekkenziekte aangetast gewas Bladvlekkenziekte-aantasting op de bladsteel Door rattenkeutelziekte Gewas aangetast door rattenkeutelziekte aangetaste wortel Bladvlekkenziekte (Cercospora carotae) De schimmel overwintert op wortelresten, in de grond en op wilde waardplanten. Kiemende sporen dringen het blad binnen via natuurlijke openingen zoals huidmondjes. Belangrijk voor de schimmel is een bladnatperiode van 24 tot 48 uur. De optimale temperatuur voor de ontwikkeling is 28 C. De incubatietijd is 10 tot 14 dagen afhankelijk van de weersomstandigheden. Een aantasting van Cercospora is te herkennen aan kleine ronde tot ovaalvormige scherp omrande vlekken die voor kunnen komen op de bladeren en de bladsteel. De kern van de vlek is stro-kleurig. Bij een ernstige aantasting gaan de vlekken in elkaar over, waardoor delen van het blad snel kunnen afsterven. De schimmel prefereert jong loof, dit in tegenstelling tot loofverbruining. Tabel 1: Werkingsspectrum van verschillende fungiciden Signum Rovral aquaflo loofverbruining Alternaria dauci echte meeldauw Erisiphe heracleï ++ - rattenkeutelziekte Sclerotinia sclerotium + ++ bladvlekkenziekte Cercospora carotae o.a. Alternaria redicina Thielaviopsis basicola Mycocentrospora Chalaropsis Effectiviteit: +++ = uitstekend ++ = goed + = matig - = geen DIVISIE AGRO 4

5 Tabel 2: Advies fungiciden-schema wortelen tijdstip product tegen 1e bespuiting Bij het sluiten van Rovral aquaflo rattenkeutelziekte het gewas 1,5 l/ha + Promotor 0,3 l/ha loofverbruining 2e bespuiting Zodra de eerste aan- Signum loofverbruining tasting zichtbaar is 0,75 kg/ha + echte meeldauw of op waarschuwing Promotor 0,3 l/ha bladvlekkenziekte 3e bespuiting Afh. gewasgroei en Signum loofverbruining infectie 2-3 weken na 0,75 kg/ha + echte meeldauw 2e bespuiting Promotor 0,3 l/ha bladvlekkenziekte 4e bespuiting Afh. gewasgroei en Rovral aquaflo loofverbruining infectie 2-3 weken 1,5 l/ha kg/ha + na 3e bespuiting Promotor 0,3 l/ha 5e bespuiting Afh. gewasgroei en Rovral aquaflo loofverbruining infectie 2 weken 1,5 l/ha kg/ha + na 4e bespuiting Promotor 0,3 l/ha Stabiliteit in water Beide actieve stoffen in Signum zijn over een groot bereik stabiel in water, namelijk tussen een ph van 4 tot een ph van 9. Rovral aquaflo is tot een ph van 7 stabiel in water. Bij een hogere ph wordt iprodion tamelijk snel afgebroken. Veiligheidstermijnen De termijn tussen de laatste bespuiting en de oogst mag niet korter zijn dan: Signum 4 weken Rovral aquaflo 4 weken 5 DIVISIE AGRO

6 Spuitschema wortelen Promotor, Rovral aquaflo en Signum zijn geregistreerde handelsmerken van BASF Lees voor het gebruik eerst het etiket BASF Nederland B.V. - Divisie Agro - Postbus MC ARNHEM - Telefoon (026)