Pluslessen. Lesbrief 37. Het rijexamen. Wat leert u in deze les? Succes! 0 Woorden over autorijden
|
|
- Koenraad van de Berg
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Pluslessen Lesbrief 37. Het rijexamen Wat leert u in deze les? 0 Woorden over autorijden 0 Informatie over het rijexamen begrijpen Succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den Haag en Gemeente Amsterdam
2 HET GESPREK Opdracht 1. Lees het gesprek deel 1. U kunt het gesprek ook beluisteren via de website. Kojo heeft rijlessen gehad en mag nu rijexamen gaan doen. Zij zit in de lesauto samen met haar instructeur Erwin. Erwin: Zo Kojo, ben je klaar voor je examen? Kojo: Ja, maar ik ben wel een beetje zenuwachtig! Erwin: Dat geeft niet hoor, iedereen is zenuwachtig als hij zijn rijexamen moet doen. Heb je al je documenten bij je? Je paspoort en het bewijs dat je bent geslaagd voor je theorie-examen? Kojo: Ja, die heb ik bij me. Erwin: Prima. Dan gaan we nu naar de examinator. Examinator: Goedemorgen, ik ben Joan Verburg, de examinator. Kojo: Goedemorgen. Ik ben Kojo en dit is Erwin, mijn instructeur. Examinator: Ja, Erwin ken ik al. Die heb ik hier al vaak gezien. Wilt u dat hij meegaat tijdens uw examen? Kojo: Ja, dat lijkt me wel fijn! Examinator: Goed. We kunnen gaan rijden. We hebben de auto al gecontroleerd dus we kunnen gelijk gaan. U mag eerst rustig de parkeerplaats afrijden en dan naar rechts gaan. Kojo: Oké! Examinator: Bent u niet iets vergeten? Kojo: Volgens mij niet Examinator: En de gordel dan? Moet die niet om? Kojo: O ja, wat stom! Die vergeet ik nooit! Dat komt zeker door de zenuwen. Examinator: Dat kan gebeuren. Doe de gordel snel om en trap het gaspedaal maar rustig in. Dan gaan we! Dus de parkeerplaats af en dan naar rechts. Kojo: Oké! 2
3 DE WOORDEN Opdracht 2. Lees de woorden. Lees de woorden hieronder. Zoek de woorden op in het gesprek op pagina 2. Zet een streep onder de woorden in de tekst. U kunt de woorden ook beluisteren via de les op de website. De woordenlijst deel 1 de examinator De examinator is de persoon die het rijexamen afneemt. De examinator bepaalt of je goed genoeg hebt gereden om te slagen. Bijvoorbeeld: De examinator is heel streng, hij beoordeelt alles heel precies. het rijexamen Het rijexamen bestaat uit twee onderdelen. Het theorie-examen en het praktijkexamen. Als je allebei de onderdelen goed hebt gedaan, dan ben je geslaagd. Dan krijg je je rijbewijs. Bijvoorbeeld: Ik ben zo blij als ik mijn rijexamen heb gehaald; dan kan ik eindelijk alleen autorijden. de rijles Tijdens een rijles oefen je met het rijden in het verkeer. Je zit samen met een instructeur in de auto. Hij leert je hoe je moet rijden. Bijvoorbeeld: Morgen heb ik mijn eerste rijles, dan ga ik echt oefenen met autorijden. de instructeur Als je rijles hebt dan is de instructeur de persoon die jou leert rijden. Een instructeur is een docent voor het rijden. Bijvoorbeeld: Mijn instructeur vertelt mij altijd precies wat ik goed doe en wat ik fout doe. het theorie-examen Het theorie-examen is een onderdeel van het rijexamen. Je krijgt een toets met vragen over verkeersregels. Bijvoorbeeld: Ik had bijna geen fouten bij mijn theorie-examen, dus ik ben geslaagd voor mijn theorie-examen. 3
4 het praktijkexamen Het praktijkexamen is een onderdeel van het rijexamen. Je moet een eind rijden met een examinator. Die kijkt hoe je rijdt. Bijvoorbeeld: Ik ben door rood gereden tijdens mijn praktijkexamen. Ik ben dus niet geslaagd. de parkeerplaats Een parkeerplaats is een stukje weg waar je je auto voor een tijd stil kan zetten. Meestal ligt een parkeerplaats naast een weg of voor een huis. Bijvoorbeeld: Wij hebben onze auto op de parkeerplaats gezet en zijn verder gaan lopen. de gordel In een auto of bus zitten gordels. Dat zijn veiligheidsriemen die je beschermen. Bijvoorbeeld: Ze heeft het ongeluk overleefd omdat ze haar gordel om had. de richtingaanwijzer Een richtingaanwijzer is een lampje aan de zijkant van een auto. Het lampje knippert aan één kant van het voertuig om te laten zien welke kant je op gaat. Bijvoorbeeld: Als ik naar rechts of links ga doe ik mijn richtingaanwijzer aan. Tip: Gebruik een woordenboek. Kent u het Van Dale NT2-woordenboek? Dat is speciaal gemaakt voor mensen die Nederlands als tweede taal leren, met duidelijke omschrijvingen, voorbeeldzinnen, illustraties en een cd-rom met uitspraak. 4
5 VRAGEN BIJ HET GESPREK Opdracht 3. Waar of niet waar? Zet een kruisje. Waar Niet waar 1. Kojo is erg nerveus. 2. Kojo geeft haar paspoort en het bewijs dat zij is geslaagd voor haar theorie-examen aan Erwin. 3. Erwin gaat mee in de auto tijdens het examen. 4. Kojo vergeet altijd haar gordel om te doen. Daarom, gordels om Op vind je alle informatie over autogordels. Waarom is het belangrijk om altijd je gordel om te hebben, en hoe hoog is de boete als je het een keer vergeet? Bekijk nu de antwoorden op p
6 HET GESPREK Opdracht 4. Lees het gesprek Deel 2 U kunt het gesprek ook beluisteren via de website. Kojo is bezig met zijn rijexamen. Zij luistert goed naar de instructies van de examinator. Examinator: Bij het volgende kruispunt links. Kojo: Oké. Richtingaanwijzer naar links. Dan ga ik nu al voorsorteren. Examinator: We gaan zo invoegen op de snelweg. Volg de borden Amstelveen maar. Kojo: Dit stuk heb ik al eens eerder gereden. Hier is toch die bocht waar je altijd goed moet uitkijken voor tegenliggers? Examinator: Ik mag natuurlijk niets voorzeggen, maar je moet hier inderdaad goed opletten. Kojo: Gelukkig is het vandaag niet druk op de weg. Kojo: Welke afslag moet ik nemen? Examinator: De volgende afslag nemen we. Daarna mag je over de rotonde rechtdoor. Kojo: Oké, dus eerst hier de afslag nemen, dan kijk ik in mijn achteruitkijkspiegel voordat ik rem Ik moet voorrang verlenen aan deze witte auto die al op de rotonde rijdt En nu mag ik. Examinator: Nou, keurig hoor om alles zo precies te benoemen. Het lijkt mij wel duidelijk U mag terugrijden naar de parkeerplaats waar we zijn begonnen. Erwin: Examinator: Kojo: Zo, dat heb je mooi gedaan. Nu even afwachten. De examinator komt je zo vertellen of je geslaagd bent. Maar ik heb er een goed gevoel over. Nou Kojo, U heeft het heel goed gedaan. Probeer wel iets zelfverzekerder te zijn, dan wordt u volgens mij een prima chauffeur. Gefeliciteerd, u bent geslaagd. U mag het rijbewijs volgende week ophalen. Echt? Wow! Super, bedankt! 6
7 DE WOORDEN Opdracht 5. Lees de woorden. Lees de woorden hieronder. Zoek de woorden op in het gesprek op pagina 6. Zet een streep onder de woorden in de tekst. U kunt de woorden ook beluisteren via de les op de website. De woordenlijst deel 2 het kruispunt Een kruispunt is een punt waar twee wegen elkaar kruisen. Bijvoorbeeld: Wees heel voorzichtig op het kruispunt, want het verkeer komt van alle kanten! voorsorteren Als je met de auto voorsorteert,dan ga je met je auto vast aan een bepaalde kant van de weg rijden. Je kiest de baan in de richting die je op wilt gaan. Bijvoorbeeld: We moeten bijna naar links, wil je alvast links voorsorteren? invoegen Als je met je auto op een weg invoegt, dan ga je met je auto op een weg rijden waar al andere auto s rijden. Je gaat met je auto tussen de andere auto s in rijden. Bijvoorbeeld: Als het druk is op de snelweg dan is het lastig om in te voegen. Er is bijna nergens een plekje om er tussen te komen. de snelweg De snelweg is een verkeersweg die alleen bedoeld is voor snel verkeer. Fietsers en voetgangers mogen daar niet komen. Op een snelweg zijn verschillende rijbanen naast elkaar. Bijvoorbeeld: Op de snelweg mag je 120 km per uur rijden. de tegenligger Een tegenligger is iemand die in tegenovergestelde richting rijdt. Alle bestuurders die u tegemoet komen zijn tegenliggers. Bijvoorbeeld: Pas op, er komt een tegenligger aan die heel hard rijdt. 7
8 de rotonde Een rotonde is een soort rond plein waar meerdere wegen op uit komen. Bijvoorbeeld: Ik wist niet welke kant ik op moest, dus ik heb drie rondjes over de rotonde gereden. Toen had ik de juiste afslag gevonden. de achteruitkijkspiegel Een achteruitkijkspiegel is een spiegel in een auto of op een fiets. In de achteruitkijkspiegel kun je zien wat er achter je gebeurt. Bijvoorbeeld: Voordat ik rem, kijk ik in mijn achteruitkijkspiegel om te zien of er iemand achter mij rijdt. voorrang Als je voorrang hebt op een weg dan heb je het recht om als eerste te gaan. Als je voorrang verleent aan een ander, dan mag de ander eerst gaan. Bijvoorbeeld: Ik heb voorrang, dus de andere auto s moeten wachten tot ik de weg op ben gereden. Voorrangsborden 8
9 VRAGEN BIJ HET GESPREK Opdracht 6. Waar of niet waar? Zet een kruisje. Waar Niet waar 1. De examinator mag niets voorzeggen. 2. Het is druk op de weg. 3. Kojo moet bij de rotonde rechtsaf. 4. Kojo mag het rijbewijs morgen ophalen. Kijk voor de antwoorden op pagina 22 SAMENVATTING Opdracht 7. Maak een korte samenvatting. Schrijf in een paar zinnen op waar het gesprek over gaat. Schrijf alleen de belangrijkste dingen op. Vraag aan uw (taal)vriend of hij uw samenvatting kan controleren. 9
10 GRAMMATICA Opdracht 8. Voegwoorden van tijd Voordat, nadat, terwijl en toen zijn voegwoorden van tijd. Deze woorden zeggen iets over wanneer iets is gebeurd, of gaat gebeuren. Kijk naar de zinnen: Voordat ik ga eten, ga ik sporten. Dit betekent: Ik ga eerst sporten. Dan ga ik eten. Nadat ik heb schoongemaakt, ga ik een film kijken. Dit betekent: Ik ga eerst schoonmaken. Daarna ga ik een film kijken. Terwijl ik aan het koken was, belde ik met mijn moeder. Dit betekent: Ik was aan het koken én ik belde met mijn moeder. Dit deed ik tegelijkertijd. Toen ik jong was, had ik een dikke bos haar. Nu ben ik kaal. Dit betekent: Vroeger had ik veel haar, maar nu heb ik helemaal geen haar meer. Nog een paar voorbeelden: Toen ik bij de winkel kwam, ging hij net sluiten. Terwijl ik televisie kijk, schrijf ik nieuwe woorden op. Nadat mijn kind naar de crèche ging, ben ik weer begonnen met werken. Voordat ik naar de bruiloft ga, ga ik naar de kapper. Opdracht: Welke woorden betekenen ongeveer hetzelfde? Trek een lijn. Kijk voor de antwoorden op pagina
11 Opdracht: Vul de zinnen in. Gebruik: voordat, nadat, terwijl en toen. 1. Ga je nog gauw even naar de supermarkt, hij dicht is? 2. Er is bij mijn buren ingebroken zij op vakantie waren. 3. Mijn broer is heel sportief. hij een hele dag heeft gewerkt, gaat hij elke avond nog een uur hardlopen. 4. Sommige mensen kunnen wel drie dingen tegelijk. ze aan de telefoon zijn kunnen ze ook nog een schrijven en hun kind eten geven. 5. ik een half uur op hem had gewacht, ben ik naar huis gegaan. 6. ik nog geen kinderen had, sliep ik elk weekend uit. 7. je het rijexamen mag doen, moet je eerst je theorie-examen gehaald hebben. 8. Mohammed geslaagd was voor zijn rijexamen, moest hij nog een week wachten voor zijn rijbewijs klaar was. 9. ik mijn favoriete acteur op straat zag lopen, wist ik niet meer wat ik moest zeggen. 10. de hele stad nog slaapt, sta ik al op om naar mijn werk te gaan. Kijk voor de antwoorden op pagina 22 Maria vindt de achteruitkijkspiegel ontzettend handig! Terwijl ze belt met haar vriendin, borstelt ze haar haren en maakt ze zichzelf op. Hopelijk is ze op haar werk voordat een politieagent haar een bekeuring geeft, anders raakt ze haar rijbewijs kwijt! 11 1
12 WOORDEN Opdracht 9. De woordrotonde U ziet een rotonde met vier afslagen. Bij elke afslag staat een kernwoord. Schrijf de woorden die te maken hebben met dat kernwoord bij die afslag.. Schrijf de woorden bij het goede kernwoord. Twee woorden staan er al. autorijden, afslaan, de achteruitkijkspiegel, de afslag, de examinator, het theorieexamen, de rotonde, de tegenligger, het kruispunt, het rijbewijs, de richtingaanwijzer, de snelweg, invoegen, voorrang, voorsorteren. Het rijexamen De weg Rijden autorijden voorsorteren De auto Weet u nog meer woorden? Schrijf die er ook bij. Kijk voor het antwoord op pagina
13 SPREKEN Opdracht 10. UU en OE In de Edusom-les hebben we geluisterd naar het verschil tussen UU en OE. Woorden met OE zijn bijvoorbeeld: oefening, toets, invoegen. Woorden met UU zijn bijvoorbeeld: stuur, duur, zenuwen (Let op: soms schrijf je u en hoor je uu!) Soms lijken woorden met UU en OE erg veel op elkaar. Kijk maar: stuur - stoer vuur - voer muur - moer Het is daarom belangrijk dat u goed het verschil leert tussen UU en OE. 1. Op de website kunt u de Edusom-les opnieuw beluisteren. Als u kunt, luister dan nog een keer naar de oefening. U kunt de oefening ook doen met uw taalvriend of iemand anders die goed Nederlands spreekt. Vraag dan of hij (of zij) de woorden voor u voorleest. Luister naar de woorden. Hoort u het verschil? Oefening Proef Gevoel Toets Voertuig Natuurlijk Bestuurder Buurt Duur Stuur 2. Zeg nu de woorden na. Vraag uw taalvriend te controleren of u het goed doet. 3. Lees nu de zinnen. Zeg ze daarna hardop. 1. De rijles duurt een uur. 2. Hij moest invoegen op de snelweg. 3. Hij rijdt erg goed. 4. Het praktijkexamen duurt 50 minuten 5. Mijn rijlessen zijn duur. Tip: controleer uzelf. Neem uw stem op met een voice recorder (veel mobiele telefoons hebben deze functie) of met een microfoon op de computer. Luister de opname af. Klinkt u zoals u wilt klinken? Hoort u bij uzelf al het verschil tussen UU en OE? Dit is een goede manier om uzelf te controleren! 13 3
14 SCHRIJVEN Opdracht 11. Een kort verhaal schrijven Zenuwachtig Erwin, de instructeur van Kojo, zegt dat iedereen zenuwachtig is voor zijn rijexamen. Klopt dat? Heeft u wel eens een rijexamen gedaan, en was u toen zenuwachtig? Misschien heeft u nog nooit auto gereden. Maar ook voor andere examens kun je erg zenuwachtig zijn, zoals een toets op school, of een toets voor Nederlandse les! U gaat nu een kort verhaal schrijven over een dag waarop u examen moest doen. Kies uit één van deze onderwerpen: Rijexamen Examen op school Nederlandse toets Of een ander examen Hoe vond u het? Was u zenuwachtig, ging het goed, heeft u een grote fout gemaakt? En het belangrijkste: bent u geslaagd? 1. Bedenk eerst wat u wilt vertellen. 2. Kent u alle woorden? Zoek de woorden die u niet kent op in een woordenboek. 3. Schrijf uw tekst op. 4. Laat de tekst door iemand controleren, bijvoorbeeld door uw taalvriend. Succes! 14 4
15 OEFENING Opdracht 12. En toen, en toen Op deze illustratie zie je 50 foto s. Dit zijn foto s van belangrijke mensen en dingen in Nederland. Het zijn 50 dingen die iedere Nederlander moet kennen, vinden sommige mensen. Op de eerste foto staat een hunebed. Hunebedden vind je in de provincie Drenthe en ze zijn al vijfduizend jaar oud. Op de laatste foto zie je de euro. Voordat Nederland in 2002 de euro kreeg, betaalde je hier met guldens. Welke mensen en dingen kent u op deze illustratie? Kijk op om de plaat duidelijker te zien. Schrijf de woorden naast de tekening. De foto s op de illustratie staan geordend op tijd: de hunebedden zijn het oudst, de euro is het nieuwst. Kunt u met deze foto s een paar zinnen maken, met de woorden toen, voordat en nadat? Bijvoorbeeld: Lang voordat Nederland de euro kreeg, waren er al hunebedden. Op de website vindt u een heleboel informatie over deze plaat. Elke foto wordt uitgelegd en er staan links met meer informatie en tips. 15 5
16 DE WOORDEN Opdracht 13. Samenstelling Veel Nederlandse woorden zijn een combinatie van twee woorden. Dat noem je samenstellingen. Bijvoorbeeld: praktijkexamen theorie-examen parkeerplaats Dit is een combinatie van de woorden praktijk en examen. Het betekent: een examen in de praktijk. Dit is een combinatie van de woorden theorie en examen. Het betekent: een examen van de theorie. Dit is een combinatie van de woorden parkeren en plaats. Het betekent: een plaats om te parkeren. 1. Wat betekenen deze woorden: autopapieren fietslicht radioles rijbewijs rijles snelheidsmeter verkeersregel 2. Verbind de woorden en maak de goede samenstellingen. achteruitkijk richting kruis praktijk tussen verkeers aanwijzer examen punt spiegel tijds veiligheid 3. Kent u nog meer samenstellingen? Schrijf ze op. Nederland is ook een samenstelling! Neder is een oud woord voor laag. Nederland betekent dus eigenlijk laag land! Kijk voor de antwoorden op pagina
17 SPREKEN Opdracht 14. Spreek samen! Doe deze opdracht samen met iemand die goed Nederlands spreekt. Eén van jullie is A, de ander is B. Lees de tekst hardop voor. Draai daarna de rollen om. A: Heb je het al gehoord? A: Heb je het al gehoord? B: Wat bedoel je? B: Wat bedoel je? A: Ik ben weer gezakt. A: Ik ben weer gezakt. B: Het is niet waar! B: Het is niet waar! A: Echt, weer gezakt. A: Echt, weer gezakt. B: Hoe kan dat nou? B: Hoe kan dat nou? A: Ik reed door rood. A: Ik reed door rood. B: Je meent het niet! B: Je meent het niet! A: Maar dat s niet alles A: Maar dat s niet alles B: O nee, wat dan? B: O nee, wat dan? A: Ik reed iemand aan. A: Ik reed iemand aan. B: O echt, wat erg! B: O echt, wat erg! A: Het was mijn schuld. A: Het was mijn schuld. B: Wat een verhaal, zeg. En wat doe je nu? B: Wat een verhaal, zeg. En wat doe je nu? A: Eerst nog wat lessen. Dan nog eens proberen. A: Eerst nog wat lessen. Dan nog eens proberen. B: Heel veel succes! En kijk maar goed uit! B: Heel veel succes! En kijk maar goed uit! 17 7
18 SPREKEN Opdracht 15. Spreek samen! Doe deze opdracht samen met iemand die goed Nederlands spreekt, bijvoorbeeld een taalvriend of uw buurman. 1. Lees de vragen. Stel elkaar om de beurt een vraag. Is het antwoord ja, volg dan de lijn met JA. Is het antwoord nee, volg dan de lijn met NEE. 2. Praat met elkaar over het rijbewijs en rijles nemen. Leert u nieuwe woorden? Schrijf ze op in uw woordschrift! Heeft u een Heeft u een Hoe ging uw rijbewijs? JA Nederlands JA examen? rijbewijs? Bent u in één keer geslaagd? NEE NEE Wilt u uw Heeft u al Als u rijles rijbewijs JA rijlessen NEE gaat nemen nog halen? genomen? hoe kiest u dan uw rijschool? NEE JA Waarom niet? Wat heeft u op uw rijles al allemaal geleerd? 18 8
19 LEZEN Opdracht 16. Lees de tekst. Lees de informatietekst over het rijexamen. Beantwoord daarna de vraag van de les. Het rijexamen. In Nederland wil iedereen het liefst zo snel mogelijk zijn rijexamen halen. Als je 18 jaar bent, dan mag je zelf een auto besturen. Als je je rijbewijs hebt natuurlijk. Als je 16 bent, dan mag je al een scooterrijbewijs halen. Er zijn verschillende soorten rijbewijzen die je kunt halen in Nederland. Elk rijbewijs heeft een aparte letter of code gekregen. Bromfietscertificaat Motorrijbewijs Personenautorijbewijs Vrachtwagenrijbewijs Busrijbewijs Aanhangwagen AM A B C D E De meeste mensen hebben een autorijbewijs. Om een rijbewijs te halen moet er een theorie-examen gemaakt worden en er moet een praktijkexamen gedaan worden. Allebei de onderdelen moeten voldoende zijn afgerond om een rijbewijs te krijgen. Om te testen of je al goed genoeg bent, kun je een tussentijdse toets afleggen. Bij deze toets wordt gekeken of een kandidaat al voldoende heeft geleerd om te slagen voor het rijexamen. Als het niet lukt om het examen te halen dan kan de kandidaat het nog een keer proberen. Het examen en de rijlessen zijn wel erg duur. Veel mensen moeten dus een tijd sparen voordat ze kunnen beginnen met rijlessen. Maar dat vergeet je vaak snel als je uiteindelijk je rijbewijs hebt en zelfstandig een auto mag besturen. VRAAG VAN DE LES Om je rijbewijs te halen moet je een theorie-examen en een praktijkexamen leggen. Je kunt ook nog een tussentijdse toets doen. Wat is een tussentijdse toets? Kijk voor het antwoord op pagina
20 PRAKTIJK Opdracht 17. Kijk in de praktijk. Op zoek gaan naar een rijschool Niet alle rijscholen zijn hetzelfde. Op de website van het CBR (het Centraal Bureau Rijbewijzen) kan je informatie vinden over alle rijscholen van Nederland. Je kunt bijvoorbeeld zien hoe hoog het slagingspercentage van een rijschool is. Dat betekent het aantal cursisten dat in één keer slaagt voor het rijexamen. Maar je kunt er ook zien wat voor soort lessen een rijschool aanbiedt. Sommige rijscholen bieden bijvoorbeeld een speciaal lessenpakket aan, of je mag er net zo vaak examen doen tot je slaagt, zonder extra lessen te betalen. Ga naar de site en zoek rijscholen bij jou in de buurt. Welke rijschool zou u kiezen? Waarom? Wat vindt u het allerbelangrijkst voor een rijschool? En wat vindt u niet zo belangrijk? MEER INFORMATIE ZOEKEN Samenstellingen Op de website vind je informatie over de Nederlandse grammatica. Wilt u meer oefenen met samenstellingen?
21 HOE GAAT HET? Opdracht 18. Evaluatie. Nieuwe woorden. Kent u de woorden? Kruis aan. de achteruitkijkspiegel de examinator de gordel de instructeur de parkeerplaats de richtingaanwijzer de rijles de rotonde de snelweg de tegenligger het kruispunt het praktijkexamen het rijexamen het theorie-examen invoegen voorrang voorsorteren Opdracht 19. Evaluatie. Kunt u dit nu? Deze les ging over Kojo. Zij moest rijexamen doen. Zij is zenuwachtig en vergeet door de zenuwen haar gordel om te doen. Maar verder doet zij het goed. Zij is geslaagd. Volgende week kan zij haar rijbewijs ophalen bij de gemeente. En u? Kent u de woorden over autorijden en rijexamen doen? Kunt u daar nu een gesprek over begrijpen? Gaat dat goed? Of een beetje? Of vindt u het nog erg moeilijk? Zet een kruisje. Woorden over de auto en Autorijden Een gesprek begrijpen over het rijbewijs en rijles nemen. Informatie lezen over het rijexamen Goed Een beetje Moeilijk 21 1
22 ANTWOORDBLAD Opdracht 3 1. Waar. 2. Waar. 3. Waar. 4. Niet waar. Opdracht 6 1. Waar. 2. Niet waar. 3. Niet waar. 4. Niet waar. Opdracht 7 (voorbeeld) Dit is een voorbeeld. Vraag een vriend of vriendin om je eigen samenvatting te controleren. Deze les ging over Kojo. Ze moest rijexamen doen. Ze vergeet door de zenuwen tijdens haar examen haar gordel om te doen, maar verder doet ze het goed. Ze is geslaagd. Volgende week kan ze haar rijbewijs ophalen bij de gemeente. Opdracht 8 lijnen trekken Nadat - Later dan iets anders Terwijl - Op hetzelfde moment Toen - Vroeger Voordat - Eerder dan iets anders vul de zinnen in 1. voordat 2. terwijl of toen 3. Nadat (je kunt hier ook zeggen: Als) 4. Terwijl 5. Nadat 6. Toen 7. Voordat 8. Nadat 9. Toen 10. Terwijl Opdracht 9 Het rijexamen: de examinator, het theorie-examen, het rijbewijs. De weg: de afslag, de rotonde, het kruispunt, de snelweg De auto: de achteruitkijkspiegel, het gaspedaal, de richtingaanwijzer Rijden: autorijden, voorsorteren, afslaan, remmen, invoegen 22 2
23 Opdracht 13 wat betekenen de samenstellingen? autopapieren dit zijn de papieren die bij een auto horen. fietslicht dit is het licht op een fiets. radioles dit is een les op de radio. rijbewijs dit is een bewijs dat u kunt rijden. rijles dit is een les om te leren rijden. snelheidsmeter dit is een meter die de snelheid laat zien. verkeersregel dit is een regel in het verkeer. lijnen trekken maak de goede samenstellingen achteruitkijkspiegel richtingaanwijzer kruispunt praktijkexamen tussentijds verkeersveiligheid voorbeelden van andere samenstellingen woordenboek boekenkast voordeur theelepel koffiekopje menukaart sollicitatiebrief Vraag van de les De tussentijdse toets is een soort proefexamen. Je doet deze toets als je bijna klaar bent voor je echte examen. Een examinator zegt dat wat je al goed doet en wat je nog niet goed doet. Als je de speciale vaardigheden, zoals parkeren en een heuvel oprijden, goed doet op de tussentijdse toets, hoef je die niet meer te doen op je echte rijexamen. Dit scheelt voor sommige mensen een boel zenuwen! 23 3
24 Hoe leer je Nederlands? Door veel te oefenen in de praktijk. Door de lessen van Edusom te volgen op radio, tv en internet. Door met deze lesbrieven te werken. En met Station Nederlands. Kijk ook eens op Leef & Leer. En op Oefenen.nl. Daar vindt u programma s over taal, maar ook over rekenen, gezondheid en nog veel meer. Zoek een taalvriend om spreken en schrijven te oefenen. Een taalvriend is iemand die goed Nederlands spreekt. Een vriend. Of misschien iemand van uw werk. Of uw buurman. Het is handig als u een taalvriend heeft om samen de oefeningen mee te doen En zoek een taalcursus om nog meer te leren. U kunt ook naar het Taalspreekuur van de OBA gaan. Veel leerplezier! Luister & kijk naar Edusom Oefen in de praktijk Oefen met de lesbrieven Ga naar een cursus & taalspreekuur OBA Oefen met stationnederlands.nl Oefen met Oefenen.nl en Leef & Leer 24 4
Beginnerslessen. Lesbrief 42. Het inburgeringsexamen
Beginnerslessen Lesbrief 42. Het inburgeringsexamen Wat leert u in deze les? Gesprekken over het inburgeringsexamen begrijpen. Welke examens bij het inburgeringsexamen horen. Waar u kunt oefenen met de
Nadere informatieThema Op het werk. Lesbrief 16. Herhaling thema.
http://www.edusom.nl Thema Op het werk Lesbrief 16. Herhaling thema. Wat leert u in deze les? De woorden van les 12, 13, 14 en 15. Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den Haag
Nadere informatieLesbrief 35. AOW aanvragen.
http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Lesbrief 35. AOW aanvragen. Wat leert u in deze les? Informatie over AOW begrijpen. Uitleg vragen. Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den
Nadere informatieThema Informatie vragen bij een instelling
http://www.edusom.nl Thema Informatie vragen bij een instelling Lesbrief 30. Herhaling thema. Wat leert u in deze les? De woorden uit les 27, 28 en 29. Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van:
Nadere informatieLesbrief 14. Naar personeelszaken.
http://www.edusom.nl Thema Op het werk Lesbrief 14. Naar personeelszaken. Wat leert u in deze les? Wanneer u zeggen en wanneer jij zeggen. Je mening geven en naar een mening vragen. De voltooide tijd gebruiken.
Nadere informatiePluslessen Les 36. Verkeersregels 0 Informatie zoeken over verkeersregels en verkeersveiligheid
http://www.edusom.nl Pluslessen Les 36. Verkeersregels Wat leert u in deze les? 0 Een gesprek met een agent begrijpen 0 Een bekeuring lezen 0 Informatie zoeken over verkeersregels en verkeersveiligheid
Nadere informatieVERLENGEN KOPEN RUILEN BETALEN
http://www.edusom.nl Thema In en om het huis VERLENGEN KOPEN RUILEN BETALEN Lesbrief 26. Herhaling thema Wat leert u in deze les? De woorden uit les 22, 23, 24 en 25. Veel succes! Deze les is ontwikkeld
Nadere informatieThema In en om het huis.
http://www.edusom.nl Thema In en om het huis. Les 22. Een huis zoeken Wat leert u in deze les? Praten over uw huis Informatie over het vinden van een nieuwe woning Praten over wat afgelopen is Veel succes!
Nadere informatieThema Gezondheid. Lesbrief 2. Naar het ziekenhuis.
Thema Gezondheid Lesbrief 2. Naar het ziekenhuis. Wat leert u in deze les? De weg vragen. Om herhaling en verduidelijking vragen. Je naam spellen. Vragen stellen en beantwoorden. Veel succes! 1 HET GESPREK
Nadere informatieLes 35. Een nieuw paspoort
http://www.edusom.nl Thema Het stadhuis Les 35. Een nieuw paspoort Wat leert u in deze les? Informatie over het aanvragen en verlengen van uw paspoort of identiteitskaart. Vragen stellen bij het loket.
Nadere informatieThema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine?
Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine? is op het werk. moet aan de machine werken. De chef vertelt eerst hoe de machine werkt. Dan werkt met de machine. De machine doet het niet. roept een
Nadere informatieLes 3. Familie, vrienden en buurtgenoten
www.edusom.nl Opstartlessen Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten Wat leert u in deze les? Een gesprek voeren over familie, vrienden en buurtgenoten. Antwoord geven op vragen. Veel succes! Deze les
Nadere informatieThema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine?
Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine? is op het werk. moet aan de machine werken. De chef vertelt eerst hoe de machine werkt. Dan werkt met de machine. De machine doet het niet. roept een
Nadere informatieThema Kinderen en school
http://www.edusom.nl Thema Kinderen en school Lesbrief 18. Het 10-minutengesprek. Wat leert u in deze les? Vergelijkingen maken. Zeggen hoe vaak iets gebeurt. Verkleinwoordjes. Veel succes! Deze les is
Nadere informatieThema Informatie vragen bij een instelling
http://www.edusom.nl Thema Informatie vragen bij een instelling Lesbrief 28. De belastingaanslag. Wat leert u in deze les? Informatie over uw inkomsten begrijpen. Informatie over uw uitgaven begrijpen.
Nadere informatieThema Kinderen en school. Demet TV. Lesbrief 9. De kinderopvang
Thema Kinderen en school. Demet TV Lesbrief 9. De kinderopvang zoekt opvang voor haar kind. belt naar een kinderdagverblijf. Is er plaats? Is de peuterspeelzaal misschien een oplossing? Gaat inschrijven
Nadere informatieThema Informatie vragen bij een instelling
http://www.edusom.nl Thema Informatie vragen bij een instelling Lesbrief 29. Bent u goed verzekerd? Wat leert u in deze les? Informatie begrijpen over verzekeringen. Van één woord twee woorden maken. Verleden
Nadere informatieThema Op zoek naar werk
http://www.edusom.nl Thema Op zoek naar werk Lesbrief 8. Opbellen naar een bedrijf. Wat leert u in deze les? Een telefoongesprek naar een bedrijf begrijpen. Een gesprek over een advertentie begrijpen.
Nadere informatieThema Op zoek naar werk. Les 7. Naar het uitzendbureau.
http://www.edusom.nl Thema Op zoek naar werk Les 7. Naar het uitzendbureau. Wat leert u in deze les? Een gesprek bij het uitzendbureau begrijpen. Hoe je je kunt inschrijven bij het uitzendbureau. Wat u
Nadere informatieThema Gezondheid. Lesbrief 33. In gesprek met de leerkracht.
http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Lesbrief 33. In gesprek met de leerkracht. Wat leert u in deze les? Een gesprek voeren met de leerkracht. Zinnen maken met omdat. Hulp vragen. Veel succes! Deze les
Nadere informatieLes 2. Naar het ziekenhuis.
http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Les 2. Naar het ziekenhuis. Wat leert u in deze les? De weg vragen. Om herhaling en verduidelijking vragen. Je naam spellen. Vragen stellen en beantwoorden. Veel succes!
Nadere informatieThema Op het werk. Lesbrief 15. Het functioneringsgesprek.
http://www.edusom.nl Thema Op het werk Lesbrief 15. Het functioneringsgesprek. Wat leert u in deze les? Moeten en hoeven gebruiken. Vragen hoe het met uw kind gaat. Veel succes! Deze les is ontwikkeld
Nadere informatieThema Gezondheid. Lesbrief 5. De tandarts
Thema Gezondheid Lesbrief 5. De tandarts Inleiding Deze les gaat over praten bij de tandarts. Meneer Wong komt voor controle bij de tandarts. De tandarts kijkt of alle tanden en kiezen goed zijn. Wat leert
Nadere informatieThema Informatie vragen bij een instelling
http://www.edusom.nl Thema Informatie vragen bij een instelling Lesbrief 27. De vakopleiding. Wat leert u in deze les? Praten over het verleden, het heden en de toekomst. Een gesprek voeren met de studieadviseur.
Nadere informatieThema In en om het huis
http://www.edusom.nl Thema In en om het huis Lesbrief 23. Een praatje met de buren. Wat leert u in deze les? Een praatje maken met de buren. Informatie over een rijbewijs begrijpen. Veel succes! Deze les
Nadere informatieThema Op zoek naar werk. Lesbrief 6. Het sollicitatiegesprek Antwoord geven op vragen
Thema Op zoek naar werk. Lesbrief 6. Het sollicitatiegesprek Antwoord geven op vragen Inleiding heeft een afspraak met de manager voor een sollicitatiegesprek. Deze les gaat over het eerste deel van het
Nadere informatieLes 33. Zwangerschap
http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Les 33. Zwangerschap Wat leert u in deze les? Informatie begrijpen over zwanger zijn. Zeggen dat u zwanger bent of dat u zich niet lekker voelt. Woorden die hetzelfde
Nadere informatieThema Informatie vragen bij een instelling
http://www.edusom.nl Thema Informatie vragen bij een instelling Les 30. Herhaling thema Wat leert u in deze les? De woorden uit les 27, 28 en 29. Informatie vragen bij een instelling. Veel succes! Deze
Nadere informatieThema Op het werk. Lesbrief 15. Vrij vragen
Thema Op het werk. Lesbrief 15. Vrij vragen Kofi is op het werk. Hij wil een dag vrij. Hij vraagt het aan de vrouw op het kantoor. Zou het Kofi lukken? Souad komt op kantoor. Zij wil ook een dag vrij.
Nadere informatieThema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer
Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer Deze les gaat over praten in de wachtkamer. Een man, meneer Wong, gaat naar de huisarts. Hij moet even wachten. Hij zit in de wachtkamer. Er zitten veel mensen.
Nadere informatieThema Op zoek naar werk
Thema Op zoek naar werk Lesbrief 8. Praten en bellen over een baantje Inleiding Deze les gaat verder over het zoeken naar werk. De vrouw,, gaat weer naar de winkel om over werk te praten. Ze wil de manager
Nadere informatieThema Gezondheid. Lesbrief 5. De tandarts
Thema Gezondheid Lesbrief 5. De tandarts Inleiding Deze les gaat over praten bij de tandarts. De man (meneer Onuso / Bashir) komt voor controle bij de tandarts. De tandarts kijkt of alle tanden en kiezen
Nadere informatieThema Nederlandse cultuur en gewoontes
http://www.edusom.nl Thema Nederlandse cultuur en gewoontes Lesbrief 32. Mag ik even uitpraten? Wat leert u in deze les? Eén lange zin maken van twee korte zinnen. Je mening geven. Veel succes! Deze les
Nadere informatieThema In en om het huis.
http://www.edusom.nl Thema In en om het huis. Les 23. Veilig verkeer Wat leert u in deze les? Hoe kinderen veilig kunnen spelen op straat Praten met de buren over de buurt en het verkeer Woorden met een
Nadere informatieThema Op zoek naar werk
http://www.edusom.nl Thema Op zoek naar werk Lesbrief 10. Het eindgesprek. Wat leert u in deze les? Een eindgesprek voeren. Informatie vragen en geven. Het verschil tussen werk en vrijwilligerswerk. De
Nadere informatieOpstartlessen. Les 1. Kennismaken
www.edusom.nl Opstartlessen Les 1. Kennismaken Wat leert u in deze les? Uzelf voorstellen Kennismaken Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den Haag en DWI Amsterdam HET GESPREK
Nadere informatiePluslessen. Lesbrief 38. Het werkoverleg. Wat leert u in deze les? Succes! http://www.edusom.nl
http://www.edusom.nl Pluslessen Lesbrief 38. Het werkoverleg Wat leert u in deze les? D D D Woorden over het werk en het werkoverleg Hoe een werkoverleg gaat Afspraken maken met zinnen met als Succes!
Nadere informatieThema Op zoek naar werk. Lesbrief 5. Werk vragen in een winkel
Thema Op zoek naar werk. Lesbrief 5. Werk vragen in een winkel Inleiding Deze les gaat over het zoeken naar werk. Over hoe je een baan kunt vinden. In deze les gaat een vrouw, Maria, naar een winkel om
Nadere informatieThema Op zoek naar werk. Les 9. Het sollicitatiegesprek Antwoord geven op vragen
http://www.edusom.nl Thema Op zoek naar werk. Les 9. Het sollicitatiegesprek ntwoord geven op vragen Inleiding Maria heeft een afspraak met de manager voor een sollicitatiegesprek. Deze les gaat over het
Nadere informatieThema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer
Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer Deze les gaat over praten in de wachtkamer. Meneer Bashir gaat naar de huisarts. Hij moet even wachten. Hij zit in de wachtkamer. Er zitten veel mensen. Ze praten.
Nadere informatieThema In en om het huis
http://www.edusom.nl Thema In en om het huis Lesbrief 24. Een wasmachine kopen. Wat leert u in deze les? Wat u kunt zeggen als u een wasmachine wilt kopen. Zeggen hoe groot iets is. Vergelijkingen. Veel
Nadere informatieThema Op zoek naar werk. Lesbrief 8. Praten en bellen over een baantje
Thema Op zoek naar werk Lesbrief 8. Praten en bellen over een baantje Inleiding Deze les gaat verder over het zoeken naar werk. De vrouw,, gaat weer naar de winkel om over werk te praten. Ze wil de manager
Nadere informatieThema Op het werk. Lesbrief 14. Opdrachten
Thema Op het werk. Lesbrief 14. Opdrachten Kofi is op het werk. De chef geeft opdrachten: zij zegt wat Kofi moet doen. De eerste opdracht is de rommel opruimen. Kofi moet de vloer vegen. Het is weer netjes
Nadere informatieActielessen. Lesbrief 3. Leren in de bibliotheek. Wat leert u in deze les? Veel succes! http://www.edusom.nl
http://www.edusom.nl Actielessen Lesbrief 3. Leren in de bibliotheek Wat leert u in deze les? Hoe je kunt leren in de bibliotheek en op het internet Grammatica: voltooide tijd Veel succes! Deze les is
Nadere informatieLes 4. Naar de apotheek.
http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Les 4. Naar de apotheek. Wat leert u in deze les? Waarschuwen. Een bijsluiter lezen. Informatie vragen en om hulp vragen. Wat u kunt zeggen als u iets niet weet of
Nadere informatieThema In en om het huis
http://www.edusom.nl Thema In en om het huis Lesbrief 25. Een jurk ruilen. Wat leert u in deze les? Wat u kunt zeggen als u een jurk gaat ruilen. Verleden tijd gebruiken. Vragen stellen. Veel succes! Deze
Nadere informatieThema Op zoek naar werk. Demet TV. Lesbrief 7. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken
Thema Op zoek naar werk. Demet TV Lesbrief 7. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken Inleiding Maria heeft een sollicitatiegesprek met de manager. Deze les gaat over het tweede deel van het gesprek. Maria
Nadere informatieThema Gezondheid. Les 5. De tandarts
http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Les 5. De tandarts Inleiding Deze les gaat over praten bij de tandarts. Meneer Bashir komt voor controle bij de tandarts. De tandarts kijkt of alle tanden en kiezen
Nadere informatieThema Op het werk. Lesbrief 12. In de pauze.
http://www.edusom.nl Thema Op het werk Lesbrief 12. In de pauze. Wat leert u in deze les? Iemand gelijk geven. Nee zeggen. Uw mening geven. Van twee woorden één woord maken. Veel succes! Deze les is ontwikkeld
Nadere informatieLes 1. Bij de huisarts
http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Les 1. Bij de huisarts Wat leert u in deze les? Een gesprek voeren met de huisarts. Uw klachten beschrijven. Vragen stellen aan de huisarts. Vragen van de huisarts
Nadere informatieThema Op zoek naar werk
http://www.edusom.nl Thema Op zoek naar werk Lesbrief 9. Het sollicitatiegesprek. Wat leert u in deze les? Een sollicitatiegesprek voeren. De voltooide tijd gebruiken. Vragen naar interesse stellen en
Nadere informatieThema Op het werk. Demet TV. Lesbrief 8. De eerste werkdag
Thema Op het werk. Demet TV Lesbrief 8. De eerste werkdag Deze les gaat over de eerste werkdag. gaat voor het eerst werken bij een snoepfabriek. Hij komt binnen en maakt kennis met de chef. De chef vertelt
Nadere informatieHerhalingsles van het thema Op zoek naar werk
http://www.edusom.nl Herhalingsles van het thema Op zoek naar werk Les 11. Herhaling Inleiding Deze les is een herhalingsles van de vier gesprekken van les 7 tot en met 10. Wat leert u in deze les? Vragen
Nadere informatieThema Op zoek naar werk. Lesbrief 10. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken
Thema Op zoek naar werk. Lesbrief 10. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken Inleiding Maria heeft een sollicitatiegesprek met de manager. Deze les gaat over het tweede deel van het gesprek. Maria en
Nadere informatiePluslessen. Les 42. Contact met elkaar. Wat leert u in deze les? Succes! 0 Een praatje beginnen met onbekenden.
http://www.edusom.nl Pluslessen Les 42. Contact met elkaar Wat leert u in deze les? 0 Een praatje beginnen met onbekenden. 0 Praten over uw persoonlijke situatie. 0 Vriendelijk zeggen wat iemand moet doen.
Nadere informatieAlles onder de knie? 1 Herhalen. Intro. Met de docent. 1 Werk samen. Lees het begin van de gesprekjes. Maak samen de gesprekjes af.
Intro Met de docent Wat ga je doen in dit hoofdstuk? 1 Herhalen: je gaat herhalen wat je hebt geleerd in hoofdstuk 7, 8 en 9. 2 Toepassen: je gaat wat je hebt geleerd gebruiken in een situatie over werk.
Nadere informatieThema Kinderen en school. Lesbrief 19. Samen naar de bibliotheek
Thema Kinderen en school. Lesbrief 19. Samen naar de bibliotheek Taban gaat met zijn dochter voor het eerst naar de bibliotheek. Hij schrijft haar in bij de bibliotheek. Dan laat Soumiya aan Taban en Ama
Nadere informatieAUTORIJSCHOOL JOHN VAN DEN KIEBOOM VLAMINGVAART 49 4651 GR STEENBERGEN
Op het examen worden natuurlijk wel eens fouten gemaakt. In de loop der jaren hebben wij al verschillende fouten gezien en daarom hebben wij besloten deze fouten, samen met enkele tips, op papier te zetten.
Nadere informatieLesbrief 1. Bij de huisarts
Thema Gezondheid Lesbrief 1. Bij de huisarts Wat leert u in deze les? Een gesprek voeren met de huisarts. Uw klachten beschrijven. Vragen stellen aan de huisarts. Vragen van de huisarts beantwoorden. Veel
Nadere informatieThema Informatie vragen bij een instelling
http://www.edusom.nl Thema Informatie vragen bij een instelling Les 28. Geld lenen Wat leert u in deze les? Een gesprek voeren met een bank over geld lenen. Woorden en zinnen gebruiken die gaan over het
Nadere informatieThema Informatie vragen bij een instelling
http://www.edusom.nl Thema Informatie vragen bij een instelling Les 29. Bellen over een probleem Wat leert u in deze les? Een gesprek voeren over een probleem op het werk. Woorden die aangeven hoe vaak
Nadere informatieU leert in deze les "toestemming vragen". Toestemming vragen is vragen of u iets mag doen.
TOESTEMMING VRAGEN les 1 spreken inleiding en doel U leert in deze les "toestemming vragen". Toestemming vragen is vragen of u iets mag doen. Bij toestemming vragen is het belangrijk dat je het op een
Nadere informatieThema Op het werk. Les 16. Herhaling thema. Wat leert u in deze les? Veel succes! www.edusom.nl
www.edusom.nl Thema Op het werk. Les 16. Herhaling thema Dit is een herhalingsles. U heeft vier gesprekken van Kofi gelezen. In deze gesprekken was Kofi op zijn werk. U heeft in les 12, 13, 14 en 15 veel
Nadere informatieThema Op zoek naar werk
http://www.edusom.nl Thema Op zoek naar werk Lesbrief 11. Herhaling thema. Wat leert u in deze les? De woorden uit les 7, 8, 9 en 10. Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den Haag
Nadere informatieThema Gezondheid. Les 3. De huisarts
http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Les 3. De huisarts Inleiding Deze les gaat over praten bij de huisarts. Een man, meneer Bashir, is aan de beurt. Hij praat met de huisarts over zijn probleem. Wat
Nadere informatieThema In en om het huis
http://www.edusom.nl Thema In en om het huis Les 26. Herhaling thema Wat leert u in deze les? De woorden uit les 22, 23, 24 en 25 Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den Haag
Nadere informatieRIJSCHOOL. Wat moet je doen?
RIJSCHOOL Christina, Alfonso, Tai en Linda willen leren autorijden. Ze hebben het theoretische examen al afgelegd. Nu willen ze oefenen voor het praktijkexamen. Ze zoeken een rijschool. Jij helpt hen.
Nadere informatieLes 5. In het ziekenhuis.
http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Les 5. In het ziekenhuis. Wat leert u in deze les? Een gesprek in het ziekenhuis begrijpen. Woorden omschrijven. Welke vragen u kunt stellen in het ziekenhuis. Vragen
Nadere informatieThema Kinderen en school
http://www.edusom.nl Thema Kinderen en school Lesbrief 20. Het adviesgesprek. Wat leert u in deze les? Advies vragen. / woorden die hetzelfde betekenen. Advies geven. / woorden die hetzelfde betekenen.
Nadere informatieThema In en om het huis
http://www.edusom.nl Thema In en om het huis Les 24. Boodschappen doen in de supermarkt Wat leert u in deze les? Welke zinnen en woorden u kunt gebruiken tijdens het boodschappen doen. Welke producten
Nadere informatieThema Gezondheid. Lesbrief 3. De huisarts
Thema Gezondheid Lesbrief 3. De huisarts Inleiding Deze les gaat over praten bij de huisarts. Een man, meneer Wong, is aan de beurt. Hij praat met de huisarts over zijn probleem. Wat leert u in deze les?
Nadere informatieVoormeting kandidaat
K1 Voormeting kandidaat Beste kandidaat, Het CBR is aan het onderzoeken of het nieuwe faalangstexamen voldoet aan de verwachtingen en aan de eisen van de minister van Verkeer en Waterstaat. Dit onderzoek
Nadere informatieLes 34. Meedoen in het verpleeghuis
http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Les 34. Meedoen in het verpleeghuis Wat leert u in deze les? Informatie over de activiteiten in het verpleeghuis begrijpen Van twee woorden één lang woord maken Vragen
Nadere informatieMelkweg. Mijn eerste rijles. Lezen van Alfa B naar Alfa C. Participatie: Het rijbewijs. Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann
Melkweg Lezen van Alfa B naar Alfa C Mijn eerste rijles Participatie: Het rijbewijs Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann Colofon Melkweg: Mijn eerste rijles, 06 Dit boekje is een uitgave
Nadere informatieMonica is jarig. Iemand vertelt over haar sollicitatiegesprek. Monica en Arend praten over opleiding, werken en een eigen bedrijf.
Les 1 Werk en inkomen (1) Monica is jarig. Iemand vertelt over haar sollicitatiegesprek. Monica en Arend praten over opleiding, werken en een eigen bedrijf. Evert en Monica -2 Rijbewijs Monica is jarig.
Nadere informatieLes 6. Herhaling thema.
http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Les 6. Herhaling thema. Wat leert u in deze les? De woorden uit les 1, 2, 3, 4 en 5. Vragen beantwoorden. Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente
Nadere informatiePluslessen. Lesbrief 40. Budgetbeheer
http://www.edusom.nl Pluslessen Lesbrief 40. Budgetbeheer Wat leert u in deze les? 0 Woorden over geldzaken 0 Wat budgetbeheer is 0 Waar u meer informatie kunt vinden voor budgetbeheer Succes! 1 Deze les
Nadere informatieThema Gezondheid. Lesbrief 2. De huisarts
Thema Gezondheid Lesbrief 2. De huisarts Inleiding Deze les gaat over praten bij de huisarts. Een man, meneer Kaya, is aan de beurt. Hij praat met de huisarts over zijn probleem. Wat leert u in deze les?
Nadere informatieThema Op het werk. Les 13. Hoe werkt de machine?
www.edusom.nl Thema Op het werk Les 13. Hoe werkt de machine? Kofi is op het werk. Kofi moet aan de machine werken. De chef vertelt Kofi eerst hoe de machine werkt. Dan werkt Kofi met de machine. De machine
Nadere informatieNico bleef altijd rustig, legde dingen goed en duidelijk uit en nam de tijd, net zolang tot je het begreep.
Review van Denice: Beste Nico, Voordat ik bij Nico kwam lessen, zat ik bij een andere rijschool. Bij deze rijschool lukte het maar niet om verbetering te krijgen in mijn rijden. Dit was frustrerend en
Nadere informatieHallo mogen wij ons even voorstellen
Hallo mogen wij ons even voorstellen Wij zijn Verkeersschool Janssen en bedanken je voor het benaderen van informatie over jou rijopleiding. Denk je nog steeds dat het behalen van je rijbewijs duur en
Nadere informatieActielessen. Les 5. Feest in de buurt! Wat leert u in deze les? Veel succes! http://www.edusom.nl
http://www.edusom.nl Actielessen Les 5. Feest in de buurt! Wat leert u in deze les? Nieuwe woorden Grammatica: werkwoorden in de verleden tijd Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente
Nadere informatieLesbrief 40. Een nieuwe woning zoeken
http://www.edusom.nl Beginnerslessen Lesbrief 40. Een nieuwe woning zoeken Wat leert u in deze les? Waar u op kunt letten als u een nieuwe woning zoekt. Een gesprek voeren over een nieuwe woning. Uitdrukkingen!
Nadere informatieThema Kinderen en school. Lesbrief 19. Samen naar de bibliotheek
www.edusom.nl Thema Kinderen en school. Lesbrief 19. Samen naar de bibliotheek Taban gaat met zijn dochter voor het eerst naar de bibliotheek. Hij schrijft haar in bij de bibliotheek. Daarna laat Soumiya
Nadere informatieLesbrief 37. Aangifte doen bij politie
http://www.edusom.nl Beginnerslessen Lesbrief 37. Aangifte doen bij politie Wat leert u in deze les? Wat u kunt zeggen als u aangifte gaat doen. De voltooide tijd. Praten over iets dat gestolen is. Veel
Nadere informatieThema Gezondheid. Lesbrief 1. Een afspraak maken
Thema Gezondheid. Lesbrief 1. Een afspraak maken Deze les gaat over een afspraak maken. Een afspraak met de dokter. U gaat naar de huisarts. Eerst moet u een afspraak maken. U praat met de assistente.
Nadere informatiePluslessen. Lesbrief 39. Donor worden
http://www.edusom.nl Pluslessen Lesbrief 39. Donor worden Wat leert u in deze les? 0 Woorden over organen en donor worden 0 Informatie lezen over donor worden 0 Praten over donor worden Veel succes! Deze
Nadere informatieThema Kinderen en school. Les 17. De kinderopvang
www.edusom.nl Thema Kinderen en school. Les 17. De kinderopvang zoekt opvang voor haar kind. Ze belt naar een kinderdagverblijf. Is er een plaats vrij? Is de peuterspeelzaal misschien een oplossing? Gaat
Nadere informatieWat is PDD-nos? VOORBEELDPAGINA S. Wat heb je dan? PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen.
Wat is PDD-nos? 4 PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen. Eigenlijk vind ik stoornis een heel naar woord. Want zo lijkt het net of er iets niet goed aan me
Nadere informatieHandboek NT2 in het volwassenenonderwijs
Handboek NT2 in het volwassenenonderwijs Lesmateriaal hoofdstuk 4 Spreken Oefeningen uit Voorbereiding op Werk De volgende tien oefeningen zijn afkomstig van de website behorende bij: Verboog, M. & Adèr,
Nadere informatieHerhalingsles van het thema Op zoek naar werk
Herhalingsles van het thema Op zoek naar werk Lesbrief 11. Herhaling Inleiding Deze les is een herhalingsles van de vier gesprekken van het thema. Wat leert u in deze les? Vragen naar werk. Je voorstellen.
Nadere informatieThema Op zoek naar werk. Les 10. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken
http://www.edusom.nl Thema Op zoek naar werk Les 10. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken Inleiding Maria heeft een sollicitatiegesprek met de manager. Deze les gaat over het tweede deel van het gesprek.
Nadere informatieThema Op zoek naar werk
http://www.edusom.nl Thema Op zoek naar werk Les 8. Praten en bellen over een baantje Inleiding Deze les gaat verder over het zoeken naar werk. De vrouw, Maria, gaat weer naar de winkel om over werk te
Nadere informatieOpstartlessen. Les 2. Wonen. Wat leert u in deze les? Veel succes! Een gesprek voeren over wonen. Zeggen hoe u woont.
www.edusom.nl Opstartlessen Les 2. Wonen Wat leert u in deze les? Een gesprek voeren over wonen. Zeggen hoe u woont. Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den Haag en DWI Amsterdam
Nadere informatiehttp://www.edusom.nl Sterlessen Lesbrief 5. Naturalisatie
http://www.edusom.nl Sterlessen Lesbrief 5. Naturalisatie Sidel en Ana gaan voor hun cursus NT2 een presentatie houden over naturalisatie. Ze zoeken naar informatie op de website van de gemeente Amsterdam.
Nadere informatieKinderfolder ALS JE EEN GELEIDEHOND TEGENKOMT
Kinderfolder ALS JE EEN GELEIDEHOND TEGENKOMT ROOS Roos (27) is zeer slechtziend. Ze heeft een geleidehond, Noah, een leuke, zwarte labrador. Roos legt uit hoe je het beste met geleidehond en zijn baas
Nadere informatieThema Op zoek naar werk
http://www.edusom.nl Thema Op zoek naar werk Les 7. Werk vragen in een winkel Inleiding Deze les gaat over het zoeken naar werk. Over hoe je een baan kunt vinden. In deze les gaat een vrouw, Maria, naar
Nadere informatieManoeuvres en bewegingen, struikelblok bij theoretisch proefexamen op www.vabrijbewijs.be
Manoeuvres en bewegingen, struikelblok bij theoretisch proefexamen op www.vabrijbewijs.be Dit is de belangrijkste conclusie van VAB-Rijschool die de resultaten evalueert van de 5000 laatst afgelegde proefexamens
Nadere informatieDe Grote Verkeerstoets - 2014 07/08/2014. 1. Ja. 2. Neen, want ik mag hier niet links afslaan. 3. Neen, want ik heb mijn arm niet uitgestoken.
100082: Welk voorwerp houd je hier boven je hoofd? 1. Een rood voorwerp. 2. Een map. 3. Een voetbal. 100081: Je slaat af naar links. Gebeurt dat hier helemaal veilig? 1. Ja. 2. Neen, want ik mag hier niet
Nadere informatieThema Kinderen en school
http://www.edusom.nl Thema Kinderen en school Lesbrief 21. Herhaling thema. Wat leert u in deze les? De woorden uit les 17, 18, 19 en 20. Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den
Nadere informatie