VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTRONIC 200 VITOTRONIC 300. voor de vakman

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTRONIC 200 VITOTRONIC 300. voor de vakman"

Transcriptie

1 Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMANN Vironic 00 type GWB Vironic 300 type GWB Weersafhankelijke, digitale ketelcircuitregelingen Geldigheidsverwijzing zie laatste pagina VITOTRONIC 00 VITOTRONIC 300 8/0 Bewaren a.u.b.!

2 Veiligheidsvoorschriften Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel en materiële schade. Toelichting bij veiligheidsvoorschriften Gevaar Dit teken waarschuwt voor persoonlijk letsel.! Opgelet Dit teken waarschuwt voor materiële schade en schade aan het milieu. Opmerking Gegevens met het woord "Opmerking" bevatten aanvullende informatie. Doelgroep Deze handleiding is alleen bedoeld voor erkende installateurs. Werkzaamheden aan gasinstallaties mogen alleen door bevoegde installateurs worden uitgevoerd. Elektrische werkzaamheden mogen alleen door bevoegde elektromonteurs worden uitgevoerd. De eerste inbedrijfstelling moet door de installateur van de installatie of een door hem aangewezen vakman plaatsvinden. Voorschriften Let bij de werkzaamheden op de ARBO voorschriften, de wettelijke voorschriften inzake milieubescherming, Wat te doen bij een gaslucht Gevaar Ontsnappend gas kan explosies veroorzaken met zeer ernstige verwondingen als gevolg. Niet roken! Vermijd open vuur en vonkvorming. Nooit schakelaars van verlichting en elektrische toestellen bedienen. Gasafsluitkraan sluiten. Ramen en deuren openzetten. Personen verwijderen uit de gevarenzone. Het energiebedrijf buiten het gebouw waarschuwen. Wat te doen bij een rookgaslucht Gevaar Rookgassen kunnen levensbedreigende vergiftiging veroorzaken. Installatie spanningsvrij schakelen. Open ramen en deuren (buiten). Deuren van woonverblijven sluiten. Werkzaamheden aan de installatie Installatie spanningsvrij schakelen. Installatie beveiligen tegen opnieuw inschakelen. Bij gas als brandstof de gastoevoer afsluiten en beveiligen tegen onverhoeds openen.

3 Veiligheidsvoorschriften Veiligheidsvoorschriften (vervolg) Herstelwerkzaamheden Opgelet! De reparatie van onderdelen met een veiligheidstechnische functie brengt de veilige werking van de installatie in gevaar. Defecte onderdelen moeten door orginele onderdelen van Viessmann worden vervangen. Accessoires, en reserve-onderdelen Opgelet! Reserve-onderdelen en slijtende onderdelen die niet samen met de verwarmingsinstallatie zijn gekeurd, kunnen de werking van de installatie nadelig beïnvloeden. Het monteren van niet-toegelaten onderdelen en het uitvoeren van niet-goedgekeurde wijzigingen en montages kunnen de veiligheid in gevaar brengen en de garantie beperken. Bij vervanging uitsluitend originele reserve-onderdelen van Viessmann of door Viessmann goedgekeurde reserve-onderdelen gebruiken. 3

4 Inhoudsopgave Inhoudsopgave Montagehandleiding Montagehandleiding Keurmerken in de installatievoorbeelden... 7 Installatievoorbeeld, ID: Installatievoorbeeld, ID: Installatievoorbeeld 3, ID: Installatievoorbeeld 4, ID: Uitbreiding van de installatie Montageverloop Overzicht van de elektrische aansluitingen Kabels invoeren en voorzien van trekbelemmering Ketelcodeerstekker aansluiten Veiligheidstemperatuurbegrenzer omschakelen (indien nodig) Temperatuurregelaar omzetten (indien nodig) Sensoren aansluiten Pompen aansluiten Stelorganen aansluiten Meldinrichting voor algemene storingen aansluiten... 5 Externe vraag via schakelcontact... 5 Externe vraag via 0 0 V ingang... 5 Extern blokkeren via schakelcontact Extern Mengklep dicht / Mengklep open Extern omschakelen getrapte / modulerende brander Externe omschakeling werkingsprogramma Externe veiligheidsinrichtingen aansluiten Provisorische branderfunctie Wisselstroombrander aansluiten Draaistroombrander aansluiten Netaansluiting Netaansluiting in combinatie met Vitocrossal, type CT Voorste gedeelte regeling aanbrengen Regeling openen Servicehandleiding Inbedrijfstelling Taalkeuze... 7 Datum en tijd instellen... 7 Veiligheidstemperatuurbegrenzer controleren... 7 Codeeradressen aan de installatie-uitvoering aanpassen... 7 Actoren en sensoren controleren Stooklijnen instellen

5 Inhoudsopgave Inhoudsopgave Regeling in LON integreren Servicecontrole Servicemenu oproepen... 8 Service-menu verlaten... 8 Bedrijfsgegevens opvragen... 8 Korte info... 8 Indicator Onderhoud opvragen en terugstellen Storingen oplossen Storingsindicatie Functiebeschrijving Keteltemperatuurregeling... 0 CV-circuitregeling Boilertemperatuurregeling... 5 Codering Codeerniveau oproepen... Groep Algemeen... Groep Ketel... 4 Groep Warm water... 6 Groep Solar... 6 Groep CV-circuit, CV-circuit, CV-circuit Codering Codeerniveau oproepen Groep Algemeen Groep Ketel Groep Warm water Groep Solar Groep CV-circuit, CV-circuit, CV-circuit Schema's Aansluiting- en bedradingschema type GWB Aansluiting- en bedradingschema type GWB Componenten Ketelcodeerstekker Sensoren Stekkeradapter externe veiligheidsinrichtingen, bestelnummer Draadloze tijdmodule, bestelnummer Uitbreidingsset mengklep, bestelnummer

6 Inhoudsopgave Inhoudsopgave (vervolg) Mengklepmotor, bestelnr Mengklepmotor, bestelnr. Z Temperatuurbewaker voor begrenzing maximumtemperatuur... 9 Uitbreiding EA, bestelnummer Bijluchtinrichting Vitoair, bestelnr , Onderdelenlijsten Onderdelenlijst type GWB Onderdelenlijst type GWB Technische gegevens... 0 Index

7 Montagehandleiding Keurmerken in de installatievoorbeelden qe / /5M ee M /5M rr M qe / M /8 qw Montage / M, M qq /5 qr /5Sol 6/S /5 qq X M 5M 5M M,4 5 M M (5Sol) (6) In de volgende installatievoorbeelden is de Vironic 300, type GWB als regeling toegepast. De regeling van de CV-circuits bij Vironic 00, type GWB moet door een CV-circuitregeling Vironic 00-H plaatsvinden. 7

8 Montagehandleiding Installatievoorbeeld, ID: Installatie met één ketel: CV-ketel met Therm-Control Hydraulisch installatieschema /M /M3-- --/0M-- --/0M /5M-- --/5M WW 8 --/ / /5A /-- --/3/ /7A-- KW 6 --M3-- --M-- --5A KM-bus-- --7A-- --3/ V M-- --0M-- --5M M3-- Aanwijzing: Dit schema is een basisvoorbeeld zonder afsluit- en veiligheidsinrichtingen. Het vervangt niet de vakkundige planning ter plaatse. 8

9 Montagehandleiding Installatievoorbeeld, ID: (vervolg) Benodigde apparaten Pos. Aanduiding CV-ketel Vironic 3 Buitentemperatuursensor ATS 4 Keteltemperatuursensor KTS 5 Temperatuursensor Therm-Control rr Netschakelaar (van de installateur) 6 Warmwaterboiler 7 Boilertemperatuursensor STS 8 Circulatiepomp voor de boilerverwarming UPSB 9 Tapwatercirculatiepomp ZP qp CV-circuit (alleen bij Vironic 300, type GWB) qw CV-pomp M Uitbreidingsset mengklep: qq Aanvoertemperatuursensor M als klemtemperatuursensor en qe Mengklepmotor M of Aanvoertemperatuur M als qq Klemtemperatuursensor of Dompeltemperatuursensor en qe Mengklepmotor voor flensmengklep M qr CV-circuit 3 (alleen bij Vironic 300, type GWB) qz CV-pomp M3 Uitbreidingsset mengklep: qt Aanvoertemperatuursensor M3 als klemtemperatuursensor en qu Mengklepmotor M3 of Aanvoertemperatuursensor M3 als qt Klemtemperatuursensor of Dompeltemperatuursensor en qu Mengklepmotor voor flensmengklep M3 Montage 9

10 Montagehandleiding Installatievoorbeeld, ID: (vervolg) Pos. Aanduiding Accessoires qi Stekkeradapter voor externe veiligheidsinrichtingen qo Minimumdrukbewaker of -begrenzer SDB wp Maximaalpressostaat SDB wq Waterniveaubegrenzer (laagwaterstandbeveiliging) WB ww Verzamelstoringsmelder S we Rookgastemperatuursensor AGS wr Virol 00A of Virol 300A wt Draadloze tijdmodule wz Hulprelais wu Nageschakelde CV-circuitregelaar, schakelcontact gesloten: signaal voor mengklep Dicht ep Uitbreiding EA eq analoge ingang (0-0 V) Instelling van de gewenste aanvoertemperatuur ew Drie digitale ingangen Externe omschakeling werkingsprogramma gescheiden voor CV-circuits 3 instelbaar Externe vraag Extern blokkeren met storingsmelding Storingsmelding Kortstondige werking tapwatercirculatiepomp ee schakeluitgang (potentiaalvrij wisselcontact) Aansturing toevoerpomp naar een substation Aanduiding van verlaagde werking voor een CV-circuit Externe bijschakelingen er Externe vraag et Extern omschakelen getrapte / modulerende brander ez Extern blokkeren / mengklep dicht eu Externe werkingsprogramma-omschakeling / extern mengklep open eo Vitocom 00 rp KM-BUS-verdeler, bij meerdere KM-BUS-deelnemers rq Communicatiemodule LON voor communicatie met volgende onderdelen: Vironic 00-H Vitocom 00 en 300 Vitogate 00, type EIB 0

11 Montagehandleiding Installatievoorbeeld, ID: (vervolg) Elektrisch installatieschema Basisprintplaat 30 V 30 V / 50 Hz Basis-LP N L N L L N N L N L LP-ME P P SDB 9 SDB 0 WB 30 V / 50 Hz S Montage 0 A N L N 5 A N L M ~ UPSB 8 8 N L M ~ ZP 9

12 Basisprintplaat laagspanningaansluitingen Laagspanning STS LON AGS T 5 3/ KTS 5B 5A 7B 7A ATS 5 KM-bus A V DE DE 3 DE Basis-LP EA KM-bus-verdeler 39 KM-bus L N L N S P Ö Montagehandleiding Installatievoorbeeld, ID: (vervolg)

13 Montagehandleiding Installatievoorbeeld, ID: (vervolg) Printplaat mengklepuitbreiding LP-ME Laagspanning M VTS M M3 VTS M3 5 0 M N L M ~ HKP M 30 V / 50 Hz 0 M3 5 M 5 M3 N L N N M ~ M ~ M ~ HKP M3 6 M 3 M3 7 Montage 40 L N 56 Basis-LP Bedradingschema's Het sluiten van nageschakelde mengkleppen via temperatuursensor T in CV-installaties met CV-circuitregelingen die niet via LON op de ketelcircuitregeling worden aangesloten. N 0 L 0 A wz K dicht dicht dicht wu n 3

14 Montagehandleiding Installatievoorbeeld, ID: (vervolg) Vereiste codering 4C: Groep Algemeen Gebruik van stekker sö A voor het sluiten van de nageschakelde mengkleppen. 0d: Groep Ketel Temperatuursensor Therm-Control werkt op mengkleppen nageschakelde CV-circuits (aflevertoestand). 4

15 Montagehandleiding Installatievoorbeeld, ID: Installatie met één ketel: verwarmingsketel met bijmengpomp voor de retourtemperatuurverhoging Hydraulisch installatieschema /M /M /0M /0M /5M /5M3-- 9 Montage 0 --3/-- WW 6 --3/7B-- --3/ / /3/-- --3/7A /5A-- --3/-- KW 8 --M3-- --M-- --5A KM-bus-- --7A-- --3/-- --7B V M-- --0M-- --5M M Aanwijzing: Dit schema is een basisvoorbeeld zonder afsluit- en veiligheidsinrichtingen. Het vervangt niet de vakkundige planning ter plaatse. 5

16 Montagehandleiding Installatievoorbeeld, ID: (vervolg) Benodigde apparaten Pos. Aanduiding CV-ketel Keteltemperatuursensor KTS 3 Vironic 4 Buitentemperatuursensor ATS 5 Bijmengpomp BP 6 Temperatuursensor T Klemtemperatuursensor of Dompeltemperatuursensor 7 Temperatuursensor T Klemtemperatuursensor of Dompeltemperatuursensor rr Netschakelaar (van de installateur) 8 Warmwaterboiler 9 Boilertemperatuursensor STS qp Circulatiepomp voor de boilerverwarming UPSB qq Tapwatercirculatiepomp ZP qw CV-circuit (alleen bij Vironic 300, type GWB) qr CV-pomp M Uitbreidingsset mengklep: qe Aanvoertemperatuursensor M als klemtemperatuursensor en qt Mengklepmotor M of Aanvoertemperatuur M als qe Klemtemperatuursensor of Dompeltemperatuursensor en qt Mengklepmotor voor flensmengklep M qz CV-circuit 3 (alleen bij Vironic 300, type GWB) qi CV-pomp M3 Uitbreidingsset mengklep: qu Aanvoertemperatuursensor M3 als klemtemperatuursensor en qo Mengklepmotor M3 of Aanvoertemperatuursensor M3 als 6

17 Montagehandleiding Installatievoorbeeld, ID: (vervolg) Pos. Aanduiding qu Klemtemperatuursensor of Dompeltemperatuursensor en qo Mengklepmotor voor flensmengklep M3 Accessoires wp Stekkeradapter voor externe veiligheidsinrichtingen wq Minimumdrukbewaker of -begrenzer SDB ww Maximaalpressostaat SDB we Waterniveaubegrenzer (laagwaterstandbeveiliging) WB wr Verzamelstoringsmelder S wt Rookgastemperatuursensor AGS wz Virol 00A of Virol 300A wu Draadloze tijdmodule wi Hulprelais wo Nageschakelde CV-circuitregelaar, schakelcontact gesloten: signaal voor mengklep Dicht ep Uitbreiding EA eq analoge ingang (0-0 V) Instelling van de gewenste aanvoertemperatuur ew Drie digitale ingangen Externe omschakeling werkingsprogramma gescheiden voor CV-circuits 3 instelbaar Externe vraag extern blokkeren met storingsmelding Storingsmelding Kortstondige werking tapwatercirculatiepomp ee schakeluitgang (potentiaalvrij wisselcontact) Aansturing toevoerpomp naar een substation Aanduiding van verlaagde werking voor een CV-circuit Externe bijschakelingen er Externe vraag et Extern omschakelen getrapte / modulerende brander ez Extern blokkeren / mengklep dicht eu Externe werkingsprogramma-omschakeling / extern mengklep open eo Vitocom 00 Montage 7

18 Montagehandleiding Installatievoorbeeld, ID: (vervolg) Pos. rp rq Aanduiding KM-BUS-verdeler, bij meerdere KM-BUS-deelnemers Communicatiemodule LON voor communicatie met volgende onderdelen: Vironic 00-H Vitocom 00 en 300 Vitogate 00, type EIB Temperatuursensor T 7 Bij Vitoplex (niet type SX vanaf 535 kw) en Vitorond 00 (5 70 kw) kan de dompeltemperatuursensor worden gebruikt die de leveringsomvang behoort. De dompelhuls in de CV-ketel demonteren. Opening met een stop afsluiten. 8

19 Montagehandleiding Installatievoorbeeld, ID: (vervolg) Elektrisch installatieschema Basisprintplaat 30 V 3 30 V / 50 Hz Basis-LP N L N L L N N L N L LP-ME P P M ~ SDB SDB WB 3 30 V / 50 Hz S 4 BP 5 Montage 0 A N L N 5 A N L M ~ UPSB 0 8 N L M ~ ZP 9

20 0 Basisprintplaat laagspanningaansluitingen Laagspanning STS LON AGS T 7 3/ KTS 5B 5A 7B 7A 3 5 T ATS 7 KM-bus A V DE DE 3 DE Basis-LP EA KM-bus-verdeler 39 KM-bus L N L N S P Ö Montagehandleiding Installatievoorbeeld, ID: (vervolg)

21 Montagehandleiding Installatievoorbeeld, ID: (vervolg) Printplaat mengklepuitbreiding 3 LP-ME Laagspanning M VTS M 3 M3 VTS M3 7 0 M N L M ~ HKP M 4 30 V / 50 Hz 0 M3 5 M 5 M3 N L N N M ~ M ~ M ~ HKP M3 8 M 5 M3 9 Montage 40 L N 3 56 Basis-LP Bedradingschema's Het sluiten van nageschakelde mengkleppen via temperatuursensor T in CV-installaties met CV-circuitregelingen die niet via LON op de ketelcircuitregeling worden aangesloten. söa L N 0 K wo wi dicht dicht dicht... n Vereiste codering 4C: Groep Algemeen Gebruik van stekker sö A voor het sluiten van de nageschakelde mengkleppen. 0d: Groep Ketel Temperatuursensor T / Therm-Control werkt op mengkleppen nageschakelde CV-circuits (aflevertoestand).

22 Montagehandleiding Installatievoorbeeld 3, ID: Installatie met één ketel: verwarmingsketel met bijmengpomp en 3-weg mengklep voor de retourtemperatuurregeling Hydraulisch installatieschema /M /M /0M /0M /5M-- --3/5M WW --3/ /5A /7B-- --3/ / /3/-- --3/7A /5A-- --4/-- KW 9 --M3-- --M-- --5A KM-bus-- --7A-- --3/-- --7B V M-- --0M-- --5M M A Aanwijzing: Dit schema is een basisvoorbeeld zonder afsluit- en veiligheidsinrichtingen. Het vervangt niet de vakkundige planning ter plaatse.

23 Montagehandleiding Installatievoorbeeld 3, ID: (vervolg) Benodigde apparaten Pos. Aanduiding CV-ketel Keteltemperatuursensor KTS 3 Vironic 4 Buitentemperatuursensor ATS 5 Bijmengpomp BP 6 3-weg-mengklep 7 Temperatuursensor T Klemtemperatuursensor of Dompeltemperatuursensor 8 Temperatuursensor T Klemtemperatuursensor of Dompeltemperatuursensor rr Netschakelaar (van de installateur) 9 Warmwaterboiler qp Boilertemperatuursensor STS qq Circulatiepomp voor de boilerverwarming UPSB qw Tapwatercirculatiepomp ZP qe CV-circuit (alleen bij Vironic 300, type GWB) qt CV-pomp M Uitbreidingsset mengklep: qr Aanvoertemperatuursensor M als klemtemperatuursensor en qz Mengklepmotor M of Aanvoertemperatuur M als qr Klemtemperatuursensor of Dompeltemperatuursensor en qz Mengklepmotor voor flensmengklep M qu CV-circuit 3 (alleen bij Vironic 300, type GWB) qo CV-pomp M3 Uitbreidingsset mengklep: qi Aanvoertemperatuursensor M3 als klemtemperatuursensor en wp Mengklepmotor M3 of Montage 3

24 Montagehandleiding Installatievoorbeeld 3, ID: (vervolg) Pos. Aanduiding Aanvoertemperatuursensor M3 als qi Klemtemperatuursensor of Dompeltemperatuursensor en wp Mengklepmotor voor flensmengklep M3 Accessoires wq Stekkeradapter voor externe veiligheidsinrichtingen ww Minimumdrukbewaker of -begrenzer SDB we Maximaalpressostaat SDB wr Waterniveaubegrenzer (laagwaterstandbeveiliging) WB wt Verzamelstoringsmelder S wz Rookgastemperatuursensor AGS wu Virol 00A of Virol 300A wi Draadloze tijdmodule ep Uitbreiding EA eq analoge ingang (0-0 V) Instelling van de gewenste aanvoertemperatuur ew Drie digitale ingangen Externe omschakeling werkingsprogramma gescheiden voor CV-circuits 3 instelbaar Externe vraag Extern blokkeren met storingsmelding Storingsmelding Kortstondige werking tapwatercirculatiepomp ee schakeluitgang (potentiaalvrij wisselcontact) Aansturing toevoerpomp naar een substation Aanduiding van verlaagde werking voor een CV-circuit Externe bijschakelingen er Externe vraag et Extern omschakelen getrapte / modulerende brander ez Extern blokkeren / mengklep dicht eu Externe werkingsprogramma-omschakeling / extern mengklep open eo Vitocom 00 rp KM-BUS-verdeler, bij meerdere KM-BUS-deelnemers rq Communicatiemodule LON voor communicatie met volgende onderdelen: Vironic 00-H Vitocom 00 en 300 Vitogate 00, type EIB 4

25 Montagehandleiding Installatievoorbeeld 3, ID: (vervolg) Temperatuursensor T7 Bij Vitoplex (niet type SX vanaf 535 kw) en Vitorond 00 (5 70 kw) kan de dompeltemperatuursensor worden gebruikt die de leveringsomvang behoort. De dompelhuls in de CV-ketel demonteren. Opening met een stop afsluiten. Elektrisch installatieschema Basisprintplaat 30 V 3 Basis-LP N L 3 N LP-ME L P P SDB SDB WB 3 4 Montage 30 V / 50 Hz L N N L N L M ~ 30 V / 50 Hz S 5 BP 5 0 A N L 5 A N M ~ A 6 N L M ~ UPSB 8 N L M ~ ZP 5

26 6 Basisprintplaat laagspanningaansluitingen Laagspanning STS LON AGS T 8 3/ KTS 5B 5A 7B 7A 3 6 T ATS 8 KM-bus A V DE DE 3 DE Basis-LP EA KM-bus-verdeler 39 KM-bus L N L N S P Ö Montagehandleiding Installatievoorbeeld 3, ID: (vervolg)

27 Montagehandleiding Installatievoorbeeld 3, ID: (vervolg) Printplaat mengklepuitbreiding 3 LP-ME Laagspanning M VTS M 4 M3 VTS M3 8 0 M N L M ~ HKP M 5 30 V / 50 Hz 0 M3 5 M 5 M3 N L N N M ~ M ~ M ~ HKP M3 9 M 6 M3 0 Montage 40 L N 3 56 Basis-LP Vereiste codering 0C: Groep Ketel Permanente retourtemperatuurregeling. 4E: Groep Algemeen Aansluiting stekker gs A motor voor 3-wegmengklep voor de retourtemperatuurregeling. 7

28 Montagehandleiding Installatievoorbeeld 4, ID: Installatie met ketel Vitocrossal Hydraulisch installatieschema /M /M3-- --/0M-- --/0M /5M-- --/5M WW 8 --/ / /3/ /5A-- --/-- KW M3-- --M-- --5A KM-bus-- --3/ V M-- --0M-- --5M M3-- Aanwijzing: Dit schema is een basisvoorbeeld zonder afsluit- en veiligheidsinrichtingen. Het vervangt niet de vakkundige planning ter plaatse. 8

29 Montagehandleiding Installatievoorbeeld 4, ID: (vervolg) Benodigde apparaten Pos. Aanduiding CV-ketel Vironic 3 Buitentemperatuursensor ATS 4 Keteltemperatuursensor KTS 5 Neutraliseringinrichting rr Netschakelaar (van de installateur) 6 Warmwaterboiler 7 Boilertemperatuursensor STS 8 Circulatiepomp voor de boilerverwarming UPSB 9 Tapwatercirculatiepomp ZP qp CV-circuit (alleen bij Vironic 300, type GWB) qw CV-pomp M Uitbreidingsset mengklep: qq Aanvoertemperatuursensor M als klemtemperatuursensor en qe Mengklepmotor M of Aanvoertemperatuur M als qq Klemtemperatuursensor of Dompeltemperatuursensor en qe Mengklepmotor voor flensmengklep M qr CV-circuit 3 (alleen bij Vironic 300, type GWB) qz CV-pomp M3 Uitbreidingsset mengklep: qt Aanvoertemperatuursensor M3 als klemtemperatuursensor en qu Mengklepmotor M3 of Aanvoertemperatuursensor M3 als qt Klemtemperatuursensor of Dompeltemperatuursensor en qu Mengklepmotor voor flensmengklep M3 Montage 9

30 Montagehandleiding Installatievoorbeeld 4, ID: (vervolg) Pos. Aanduiding Accessoires qi Stekkeradapter voor externe veiligheidsinrichtingen qo Minimumdrukbewaker of -begrenzer SDB wp Maximaalpressostaat SDB wq Waterniveaubegrenzer (laagwaterstandbeveiliging) WB ww Verzamelstoringsmelder S we Rookgastemperatuursensor AGS wr Virol 00A of Virol 300A wt Draadloze tijdmodule ep Uitbreiding EA eq analoge ingang (0-0 V) Instelling van de gewenste aanvoertemperatuur ew Drie digitale ingangen Externe omschakeling werkingsprogramma gescheiden voor CV-circuits 3 instelbaar Externe vraag Extern blokkeren met storingsmelding Storingsmelding Kortstondige werking tapwatercirculatiepomp ee schakeluitgang (potentiaalvrij wisselcontact) Aansturing toevoerpomp naar een substation Aanduiding van verlaagde werking voor een CV-circuit Externe bijschakelingen er Externe vraag ez Extern blokkeren / mengklep dicht eu Externe werkingsprogramma-omschakeling / extern mengklep open eo Vitocom 00 rp KM-BUS-verdeler, bij meerdere KM-BUS-deelnemers rq Communicatiemodule LON voor communicatie met volgende onderdelen: Vironic 00-H Vitocom 00 en 300 Vitogate 00, type EIB 30

31 Montagehandleiding Installatievoorbeeld 4, ID: (vervolg) Elektrisch installatieschema Basisprintplaat 30 V 30 V / 50 Hz Basis-LP N L N L L N N L N L LP-ME P P SDB 9 SDB 0 WB 30 V / 50 Hz S Montage 0 A N L N 5 A N L M ~ UPSB 8 8 N L M ~ ZP 9 3

32 3 Basisprintplaat laagspanningaansluitingen Laagspanning STS LON AGS / KTS 5B 5A 7B 7A ATS 5 KM-bus A V DE DE 3 DE Basis-LP EA KM-bus-verdeler 39 KM-bus L N L N S P Ö Montagehandleiding Installatievoorbeeld 4, ID: (vervolg)

33 Montagehandleiding Installatievoorbeeld 4, ID: (vervolg) Printplaat mengklepuitbreiding LP-ME Laagspanning M VTS M M3 VTS M3 5 0 M N L M ~ HKP M 30 V / 50 Hz 0 M3 5 M 5 M3 N L N N M ~ M ~ M ~ HKP M3 6 M 3 M3 7 Montage 40 L N 56 Basis-LP Vereiste codering 0d:0 Groep Ketel Zonder temperatuursensor Therm-Control. Uitbreiding van de installatie Tapwaterverwarming met boilerlaadsysteem, ID: In installaties met tijdelijk grote warmwaterbehoefte en groot boilervolume met in tijd verschoven aftaptijden. 33

34 Montagehandleiding Uitbreiding van de installatie (vervolg) Hydraulisch installatieschema WW --/8-- --/5A /5B-- 6 -/- -/5A /7B KW V A-- --0A-- --7B-- --5A-- --5B-- --/0A-- Benodigde apparaten Pos. Aanduiding CV-ketel Vironic 3 Virans (warmtewisselaarset) 4 3-weg-mengklep (leverset menggroep, accessoires bij Virans) 5 Primaire pomp boilerlaadsysteem 6 Secundaire pomp in het boilerlaadsysteem UPSB 7 Temperatuursensor (leverset menggroep, accessoires bij Virans ) 8 Warmwaterboiler 9 Boilertemperatuursensor STS, onder (leverset menggroep, accessoires bij Virans ) qp Boilertemperatuursensor STS, boven (leverset regeling) qq Tapwatercirculatiepomp ZP 34

35 Montagehandleiding Uitbreiding van de installatie (vervolg) Elektrisch installatieschema Basis-LP L M M L 30 V/ 50 Hz 30 V/ 50 Hz 9 0 A M L M L M ~ 5 5 A M M L M ~ M ~ 4 UPSB 6 Montage 8 M L M ~ ZP Laagspanning 7B 7A 5B 5A STS 9 STS 0 3/

36 Montagehandleiding Uitbreiding van de installatie (vervolg) Vereiste codering 4C: Groep Algemeen Aansluiting primaire pomp op stekker sö A. 4E: Groep Algemeen Aansluiting motor voor 3-weg-mengklep op stekker gs A. 55:3 Groep Warm water Boilertemperatuurregeling boilerlaadsysteem. Looptijd stelaandrijving mengklep warmtewisselaarset: 6A:75 Groep Warm water Virans, 80 en 0 kw 6A:3 Groep Warm water Virans, 40 kw In combinatie met bijmengpomp voor de retourtemperatuurregeling (installatievoorbeeld ) L 9 N 9 M ~ Sensoringang ajb wordt voor de regeling van de Virans gebruikt. De bijmengpomp moet daarom door een aparte temperatuurregelaar worden geschakeld. Vereiste codering: 4d: in de groep Algemeen. E Aansluitdoos (door installateur te verzorgen) F Bijmengpomp G Temperatuurregelaar, bestelnummer Z In combinatie met constante retourtemperatuurregeling (installatievoorbeeld 3) Voor de regeling van de Virans moet een aparte Vironic 00-H worden gebruikt. De ketelcircuitregeling werkt op de permanente retourtemperatuurregeling. 36

37 Montagehandleiding Uitbreiding van de installatie (vervolg) Installatie met rookgas-/water-warmtewisselaar, ID: Hydraulisch installatieschema 4 3 Aanwijzing: Dit schema is een basisvoorbeeld zonder afsluit- en veiligheidsinrichtingen. Het vervangt niet de vakkundige planning ter plaatse. Benodigde apparaten Pos. Aanduiding CV-ketel Bijmengpomp BP 3 Virans Circulatiepomp 5 Hulprelais Montage 37

38 Montagehandleiding Uitbreiding van de installatie (vervolg) Bedradingschema's Aansluiting circulatiepomp van de rookgas-/water-warmtewisselaar 0 0 A N L Bij een stroomverbruik van de circulatiepomp van meer dan A hulprelais gebruiken. De circulatiepomp wordt parallel met de brander ingeschakeld. N L K6 M ~ Vereiste codering Groep Functie 4C:3 Algemeen Aansluiting circuitpomp rookgas-/waterwarmtewisselaar op stekker söa. Installatie-uitvoeringen waarvan de uitgang sö A al als schakelcontact of aansluiting CV-pomp is gepland, moeten uitbreiding AM A (accessoires) gebruiken. A [] A [] A f-]a sösask sösask L?N L?N L?N fö N? L Nominale stroomsterkte Aanbevolen Aansluitkabel 4() A~ H05VV-F3G 0,75 mm of H05RN-F3G 0,75 mm M ~ 4 Bij een stroomverbruik van de circulatiepomp van meer dan A hulprelais gebruiken. 38

39 Montagehandleiding Uitbreiding van de installatie (vervolg) Vereiste codering Groep Functie 33:3 Algemeen Functie uitgang A op de uitbreiding AM: circulatiepomp rookgas-/water-warmtewisselaar. Montage 39

40 Montageverloop Overzicht van de elektrische aansluitingen Opmerking Bij aansluiting van de stekkers avd, avh, sa, sk,? M/M3 en sö M/M3 de afzonderlijke aders van de kabels dicht bij de klemmen bundelen. Dat garandeert dat bij een storing (bijvoorbeeld bij het losraken van een ader), de aders niet tegen de ernaast liggende spanningvoerende delen aankomen. Type GWB / 5 A 5 B 7 A 7 B A 0 A

41 Montageverloop Overzicht van de elektrische aansluitingen (vervolg) Type GWB 5 M3 5 M 0 M3 0 M M3 M / 5 A 5 B 7 A 7 B A 0 A Montage Uitbreiding voor e en 3e CV-circuit met mengklep (uitsluitend bij type GWB)?M/M3 Aanvoertemperatuursensor söm/m3 CV-pomp gsm/m3 Mengklepmotor Basisprintplaat laagspanning! Buitentemperatuursensor /? Keteltemperatuursensor %A Boilertemperatuursensor %B. Boilertemperatuursensor bij boilerlaadsysteem (accessoires) ) Aanvoertemperatuursensor open-verdeler/verzamelaar (accessoires) ag Rookgastemperatuursensor (accessoires) 4

42 Montageverloop Overzicht van de elektrische aansluitingen (vervolg) aja ajb avd avg avh Temperatuursensor Therm- Control of Retourtemperatuursensor T (accessoires) Retourtemperatuursensor T (accessoires) of Temperatuursensor boilerlaadsysteem (accessoires) Externe bijschakeling KM-BUS-deelnemer (accessoires) Externe bijschakeling Bij de aansluiting van externe schakelcontacten respectievelijk componenten op de veiligheidslaagspanning van de regeling moet aan de eisen van beschermklasse II (dat wil zeggen 8,0 mm lucht- en lekwegen respectievelijk,0 mm isolatiedikte actieve delen) worden voldaan. Bij alle componenten van de installateur (hiertoe behoren ook PC/laptop) moet voor een veilige elektrische scheiding volgens EN respectievelijk IEC 65 worden gezorgd. sk Tapwatercirculatiepomp (installateur) sl Bijmengpomp respectievelijk ketelcircuitpomp (installateur) fö Aansluiting op het net fa Brander e trap gö Algemene storingsmelding gsa Motor voor 3-weg-mengklep retourluchttemperatuurregeling of Motor voor 3-weg-mengklep boilerlaadsysteem lö Brander e trap/mod. abö Externe aansluitingen, bijvoorbeeld extra veiligheidsinrichtingen aba Veiligheidscircuit spanningsloos abh Netaansluiting voor accessoires Basisprintplaat 30 V~ söa CV-pomp of Primaire pomp boilerlaadsysteem of Circulatiepomp rookgas-/waterwarmtewisselaar of schakeluitgang sa Circulatiepomp voor de boilerverwarming (accessoires) 4

43 Kabels invoeren en voorzien van trekbelemmering Montageverloop Regeling op de verwarmingsketel gemonteerd: Kabels van onderen door de ketelfrontplaat in de aansluitruimte van de regeling brengen. Regeling zijdelings aan de CV-ketel gemonteerd: Kabels van onderen uit het kabelkanaal naar de regeling brengen. A D Montage C D B A Kabels met aangespoten trekontlasting B Door de installateur te verzorgen kabels, kabels maximaal 00 mm ontmantelen. C Stekkeraansluitplaat 43

44 Montageverloop Kabels invoeren en voorzien van trekbelemmering (vervolg) D Nok voor stekkeraansluitplaat Ketelcodeerstekker aansluiten Uitsluitend de ketelcodeerstekker gebruiken die de leveringsomvang van de verwarmingsketel behoort (zie tabel in het hoofdstuk Onderdelen ). Ketelcodeerstekker door uitsparing in de afdekking op steekplaats X7 aansluiten. Veiligheidstemperatuurbegrenzer omschakelen (indien nodig) De veiligheidstemperatuurbegrenzer is bij levering op 0 C ingesteld. 44

45 Montageverloop Veiligheidstemperatuurbegrenzer omschakelen (vervolg) Omzetting op 00 C. 3.. Montage C Temperatuurregelaar omzetten (indien nodig) De temperatuurregelaar is bij levering op 95 C ingesteld. 45

46 Montageverloop Temperatuurregelaar omzetten (indien nodig) (vervolg) Omschakeling op 00 C! Opgelet Te hoge tapwatertemperaturen kunnen de warmwaterboiler beschadigen. Bij toepassing van een warmwaterboiler mag de max. toegestane watertemperatuur niet worden overschreden. Eventueel een geschikte veiligheidsinrichting aanbrengen. A.. 3. A C. Draaiknop R eruit nemen.. Met een punttang de in de afbeelding aangegeven nok A uit de aanslagplaat breken. 3. Draaiknop R zo monteren dat de markering zich in het midden van het gekozen gebied bevindt. Draaiknop R naar rechts de aanslag draaien. 46

47 Montageverloop Sensoren aansluiten / 5A 5B 7A 7B 5 9! Buitentemperatuursensor /? Keteltemperatuursensor %A. Boilertemperatuursensor %B. Boilertemperatuursensor bij boilerlaadsysteem (accessoires) aja Temperatuursensor Therm- Control of Retourtemperatuursensor T (accessoires) Montageplaats voor buitentemperatuursensor Noordelijke of noordwestelijke muur,,5 m boven de grond, bij gebouwen met meerdere etages op de bovenste helft van de e etage Niet boven ramen, deuren en luchtafvoeren ajb ag Retourtemperatuursensor T of Temperatuursensor boilerlaadsysteem (accessoires) Rookgastemperatuursensor (accessoires) ) Aanvoertemperatuursensor open-verdeler/verzamelaar (accessoires) Niet direct onder een balkon of dakgoot Niet bepleisteren Aansluiting buitentemperatuursensor -aderige kabel, kabellengte max. 35 m bij een kabeldiameter van,5 mm Montage 47

48 Montageverloop Pompen aansluiten Beschikbare pompaansluitingen sö A CV-pomp of Primaire pomp boilerlaadsysteem of Circulatiepomp rookgas-/waterwarmtewisselaar sa Circulatiepomp voor de boilerverwarming Pompen 30 V~ sk sl Tapwatercirculatiepomp Bijmengpomp respectievelijk ketelcircuitpomp M ~ A Nominale stroomsterkte Geadviseerde aansluitkabel 4() A~ H05VV-F3G 0,75 mm of H05RN-F3G 0,75 mm B A Pomp B Naar de regeling 48

49 Montageverloop Pompen aansluiten (vervolg) Pompen met stroomopname meer dan A N L L D N L N C B Extern AAN/UIT L N PE A Montage A Pomp B Naar de regeling C Relais D Aparte netaansluiting (fabrikantgegevens respecteren) Pompen 400 V~ N C L L L L3 N PE Voor de aansturing van de beveiliging Nominale stroomsterkte 4() A~ Aanbevolen Aansluitkabel H05VV-F3G 0,75 mm of H05RN-F3G 0,75 mm B A 3~ M A Pomp B Naar de regeling C Relais 49

50 Montageverloop Pompen aansluiten (vervolg) Pompen in het vloerverwarmingcircuit N L 0 sö B Thermostaat C Secundaire pomp (na systeemscheiding) De gemeenschappelijke stroomopname van beide pompen mag maximaal A bedragen. M ~ M ~ A B C sö Regeling A Primaire pomp Stelorganen aansluiten Beschikbare aansluitingen gsa Motor voor 3-weg-mengklep voor retourluchttemperatuurregeling of Motor voor 3-weg-mengklep boilerlaadsysteem 50

51 Montageverloop Stelorganen aansluiten (vervolg) M ~ Open Dicht 5 Nominale spanning Nominale stroomsterkte Aanbevolen Aansluitkabel 30 V~ maximaal 0, (0,) A~ H05VV-F4G 0,75 mm of H05RN-F4G 0,75 mm Looptijd 5 99 s, instelbaar via codeeradres 40 Montage Meldinrichting voor algemene storingen aansluiten L 50 N Nominale spanning Nominale stroomsterkte Geadviseerde aansluitkabel 30 V~ maximaal 4 () A~ H05VV-F3G 0,75 mm of H05RN-F3G 0,75 mm Externe vraag via schakelcontact Aansluitmogelijkheden: Stekker avh Uitbreiding EA (accessoire, zie pagina 93) 5

52 Montageverloop Externe vraag via schakelcontact (vervolg) Aansluiting! Opgelet Contacten die niet spanningsloos zijn leiden fase- of kortsluiting. De externe aansluiting moet spanningsloos zijn. Stekker avh Uitbreiding EA A [{A DE [{S DE B [{D DE 3 46 B A A Spanningsloos contact B Stekker avh van de regeling A Spanningsloos contact B Uitbreiding EA Bij gesloten contact wordt de brander lastafhankelijk gebruikt. Het ketelwater wordt verwarmd het in het codeeradres 9b in de groep Algemeen ingestelde gewenste waarde. De begrenzing van de ketelwatertemperatuur vindt plaats via deze ingestelde gewenste waarde en de elektronische maximumbegrenzing (codeeradres 06 in de groep Ketel ). Coderingen Stekker avh Geen coderingen nodig. Uitbreiding EA 5d, 5E of 5F in de groep Algemeen op zetten. Externe vraag via 0 0 V ingang Aansluiting aan ingang 0 0 V aan de uitbreiding EA (zie pagina 93). 5 Tussen minpool en de aardleiding van de door de installateur te verzorgen spanningsbron moet een galvanische scheiding zijn gegarandeerd.

53 Montageverloop Externe vraag via 0 0 V ingang (vervolg) [{{] abj 0-0V f-]a SÖ P L?N fö N? L 0 - V Geen instelling voor gewenste ketelwatertemperatuur beoordeeld V Gewenste waarde 0 C 0 V Gewenste waarde 00 C Codeeradres E in de groep Algemeen naleven. = 0-0 V + 30 V~ Montage Extern blokkeren via schakelcontact Aansluitmogelijkheden: Stekker abö Stekker avd Uitbreiding EA (accessoire, zie pagina 93) Aansluiting! Opgelet Contacten die niet spanningsloos zijn leiden fase- of kortsluiting. De externe aansluiting moet spanningsloos zijn. 53

54 Montageverloop Extern blokkeren via schakelcontact (vervolg) Stekker abö Stekker avd Uitbreiding EA A A [{A DE [{S DE B [{D DE 3 43 STB EIN EIN N STB TR TR B A Spanningsloos contact B Stekker avd van de regeling A A Spanningsloos contact B Uitbreiding EA B A Spanningsloos contact B Brug TR EIN/TR verwijderen Bij geopend contact vindt regeluitschakeling van de brander plaats. Een eventueel aangesloten bijmengof circulatiepomp wordt uitgeschakeld. Opmerking Op de klemmen alleen apparaten voor veiligheidsuitschakelingen (bijvoorbeeld een thermostaat) aansluiten. Bij gesloten contact vindt regeluitschakeling van de brander plaats. Een eventueel aangesloten bijmeng- of circulatiepomp wordt uitgeschakeld. 54

55 Montageverloop Extern blokkeren via schakelcontact (vervolg)! Opgelet Tijdens het blokkeren kent de verwarmingsinstallatie geen vorstbescherming. De CV-ketel wordt niet op de laagste ketelwatertemperatuur gehouden. Coderingen Stekker avd Codeeradres 99 in de groep Algemeen instellen. Uitbreiding EA 5d, 5E of 5F in de groep Algemeen op 3 of 4 zetten. Extern Mengklep dicht / Mengklep open Uitsluitend bij type GWB. Montage Aansluiting op stekker avd A! Opgelet Contacten die niet spanningsloos zijn, leiden fase- of kortsluiting. De externe aansluiting moet spanningsloos zijn. B 3 43 A Extern Mengklep open (spanningsloos contact) B Extern Mengklep dicht (spanningsloos contact) 55

56 Montageverloop Extern Mengklep dicht / Mengklep open (vervolg) Coderingen Extern Mengklep open Extern Mengklep dicht Via codeeradres 9A in de groep Algemeen wordt deze functie aan de CV-cirmeen wordt deze functie aan de CV-cir- Via codeeradres 99 in de groep Algecuits toegewezen. cuits toegewezen. Extern omschakelen getrapte / modulerende brander Aansluiting via stekker avh 46 A 3 A Extern omschakelen (spanningsloos contact) Contact geopend: modulerende werking Contact gesloten: tweetraps werking Opmerking Bij opvraging van de branderuitvoering verschijnt ook na externe omschakeling het adres voor modulerend (wordt niet overschreven).! Opgelet Contacten die niet spanningsloos zijn, leiden fase- of kortsluiting. De externe aansluiting moet spanningsloos zijn. Codering Codering 0: in de groep Ketel instellen. 56

57 Montageverloop Externe omschakeling werkingsprogramma Aansluitmogelijkheden: Stekker avd Uitbreiding EA (accessoire, zie hoofdstuk Onderdelen ) Aansluiting! Opgelet Contacten die niet spanningsloos zijn, leiden fase- of kortsluiting. De externe aansluiting moet spanningsloos zijn. Stekker avd A Uitbreiding EA De omschakeling kan voor de CV-circuits 3 gescheiden worden gerealiseerd. DE DE DE3 B Montage 3 43 B A A A A Spanningsloos contact B Stekker avd van de regeling A Spanningsloos contact B Uitbreiding EA 57

58 Montageverloop Externe omschakeling werkingsprogramma (vervolg) Gekozen werkingsprogramma (contact geopend) of of Kamerverwarming UIT / tapwaterverwarming UIT Kamerverwarming UIT / tapwaterverwarming AAN Kamerverwarming AAN / tapwaterverwarming AAN Codering d5:0 in groep CVcircuit... (Bij levering) d5: in groep CVcircuit... Omgeschakeld werkingsprogramma (contact gesloten) Permanente werking met verlaagde ruimtetemperatuur / tapwaterverwarming UIT Permanente werking met normale ruimtetemperatuur, tapwaterverwarming volgens codeeradres 64 in de groep Warmwater Coderingen Stekker avd Via codeeradres 9 in de groep Algemeen kan de functie aan de CV-circuits worden toegewezen. Uitbreiding EA 5d, 5E of 5F in de groep Algemeen op zetten. Via codeeradres d8 in de groep CV-circuit... kan de functie aan de CV-circuits worden toegewezen. Externe veiligheidsinrichtingen aansluiten Aansluiting via stekker abö. Voor de aansluiting van meerdere veiligheidsinrichtingen kan de stekkeradapter voor externe veiligheidsinrichtingen (accessoires, zie pagina Onderdelen ) worden gebruikt.! Opgelet Contacten die niet spanningsloos zijn, leiden kort- of fasesluiting. De externe aansluitingen moeten spanningsloos zijn. Opmerking Ook als geen aansluiting wordt gemaakt, moet stekker abö aangesloten blijven. 58

59 Montageverloop Externe veiligheidsinrichtingen aansluiten (vervolg) B P STB EIN EIN M STB TR TR A 50 C P Montage D P A Brug STB STB B Laagwaterniveaubeveiliging, minimumdrukbegrenzer C Maximumdrukbegrenzer D Overige veiligheidsinrichtingen. Brug STB STB verwijderen.. Externe veiligheidsinrichtingen op stekker abö in serie aansluiten. 59

60 Montageverloop Provisorische branderfunctie STB EIN EIN N STB TR TR Brug TR EIN/TR op TR EIN zetten. De verwarmingsketel wordt in de eerste brandertrap resp. met het laagste vermogen opgewarmd. De uitschakeling vindt plaats via de temperatuurregelaar. A A Brug TR EIN/TR Wisselstroombrander aansluiten Ventilatorbrander op olie of gas De branderkabels behoren de leveringsomvang van de verwarmingsketel. Branderaansluiting volgens DIN 479 uitvoeren. Max. stroomopname 6 (3) A. 60

61 Montageverloop Wisselstroombrander aansluiten (vervolg) L STB 4 L N T T S3 B4 PE N 4 TR Storing H BZ L N T T S3 B4 Aanduidingen van de klemmen L Fase via veiligheidstemperatuurbegrenzer op de brander PE Aardkabel naar de brander N Nulleider naar de brander T, T Regelkring S3 Aansluiting branderstoring B4 Aansluiting bedrijfsurenteller Signaalrichting: regeling brander Signaalrichting: brander regeling Toestelbenamingen STB Veiligheidstemperatuurbegrenzer van de regeling TR Temperatuurregelaar van de regeling H Storingssignaal brander BZ Bedrijfsurenteller Montage A Naar de regeling B Naar de brander Brander zonder stekker Contrastekker van Viessmann of van branderfabrikant monteren; branderkabel aansluiten. 6

62 Montageverloop Wisselstroombrander aansluiten (vervolg) T6 T7T8 90 BN BK BU Aanduidingen van de klemmen T6, T8 Regelkring tweede brandertrap Aan resp. modulatieregelaar Open T6, T7 Regelkring tweede brandertrap Uit resp. modulatieregelaar Dicht Signaalrichting: regeling brander Signaalrichting: brander regeling Kleurenlegende volgens DIN IEC BK zwart BN bruin BU blauw A Naar de regeling B Naar de brander Viessmann Unit-brander De branderkabels zijn bij de levering van de Vitocrossal inbegrepen. Max. stroomopname 6 (3) A. 6

63 Montageverloop Wisselstroombrander aansluiten (vervolg) A L N T T S3 B4 4 B4 S3T T N L Aanduidingen van de klemmen L Fase via veiligheidstemperatuurbegrenzer op de brander PE Aardkabel naar de brander N Nulleider naar de brander T, T Regelkring S3 Aansluiting branderstoring B4 Aansluiting bedrijfsurenteller Signaalrichting: regeling brander Signaalrichting: brander regeling Montage 4 B A Naar de regeling B Naar de brander 63

64 Montageverloop Wisselstroombrander aansluiten (vervolg) 90 T6T7T8 90 T6T7T8 A BN BK BU BN BK BU Aanduidingen van de klemmen T6, T8 Regelkring tweede brandertrap Aan resp. modulatieregelaar Open T6, T7 Regelkring tweede brandertrap Uit resp. modulatieregelaar Dicht Kleurenlegende volgens DIN IEC BK zwart BN bruin BU blauw B A Naar de regeling B Naar de brander Draaistroombrander aansluiten Veiligheidscircuit spanningsloos Opmerking Eventueel moet op de brander een aanwezige brug van een buitengeleider naar de stuurspanning worden verwijderd. Beslist de gegevens van de branderfabrikant respecteren! 64

65 Montageverloop Draaistroombrander aansluiten (vervolg) F TR K A T6 T7 T8 a Montage B C D E F G H K L A Regeling B Hoofdrelais (installateur) C Draaistroombrander D Draaistroom-spanningsvoeding brander E Aansturing hoofdrelais F Veiligheidscircuit (STB), spanningsloos G Regelkring trap /basislast H Storingsmelding brander K Bedrijfsurenteller trap L Basislast/vollast fö Netaansluiting van de regeling fa Brander, eerste trap lö Brander, tweede trap abö Stekker voor externe aansluitingen a Externe veiligheidsinrichtingen, bij aansluiting brug verwijderen aba Veiligheidscircuit, spanningsloos, bij aansluiting de brug verwijderen 65

66 Montageverloop Draaistroombrander aansluiten (vervolg) Veiligheidscircuit niet spanningsloos Opmerking Eventueel moet op de brander een aanwezige brug van een buitengeleider naar de stuurspanning worden verwijderd. Beslist de gegevens van de branderfabrikant respecteren! F TR K A T6 T7 T8 a B C D E F G H K A Regeling B Hoofdrelais (installateur) C Draaistroombrander D Draaistroom-spanningsvoeding brander E Aansturing hoofdrelais F Regelkring trap /basislast G Storingsmelding brander H Bedrijfsurenteller trap K Basislast/vollast 66 fö Netaansluiting van de regeling fa Brander, eerste trap lö Brander, tweede trap abö Stekker voor externe aansluitingen a Externe veiligheidsinrichtingen, bij aansluiting brug verwijderen aba Veiligheidscircuit (STB)

67 Montageverloop Netaansluiting Richtlijnen Voorschriften De netaansluiting en veiligheidsmaatregelen (bijv. aardlekschakelaar) moeten plaatsvinden conform NEN voorschriften, IEC en volgens de voorschriften van het plaatselijke energiebedrijf! De voedingskabel naar de regeling moet volgens de voorschriften gezekerd zijn. Geadviseerde netaansluitkabel 3-aderige kabel naar keuze: H05VV-F3G,5 mm H05RN-F3G,5 mm Bovendien raden wij u aan een veiligheidsvoorziening te installeren (aardlekschakelaar klasse B ) voor gelijkstroom die door energie-efficiënte bedrijfsmiddelen kan ontstaan. Montage L PE N. Controleren of de voedingskabel naar de regeling volgens de voorschriften is gezekerd.. Netaansluitkabel in het aansluitkastje en op stekker fö vastklemmen (installateur). BU GNYE BN N L 40 Gevaar Verkeerde aansluiting van draden kan ernstig letsel en materiële schade aan het toestel leiden. Aders L en N niet verwisselen: L BN (bruin) N BU (blauw) PE GNYE (groen/geel) A Netspanning 30 V~ B Zekering 67

68 Montageverloop Netaansluiting (vervolg) C Hoofdschakelaar, -polig (installateur) D Aansluitdoos (installateur) 3. Stekker fö op de regeling aansluiten. Netaansluiting in combinatie met Vitocrossal, type CT De netaansluiting vindt plaats aan de branderregeling van de CV-ketel. Montagehandleiding van de CVketel 68

69 Montageverloop Voorste gedeelte regeling aanbrengen.. A Montage De platte kabel door de houder A leiden. 69

70 Montageverloop Regeling openen

71 Inbedrijfstelling Taalkeuze Bij de eerste inbedrijfstelling verschijnt het volgende display (aflevertoestand Duits). Sprache Deutsch Bulgarski Cesky Dansk Wählen mit êç DE BG ê CZ ê DK ê ( Datum en tijd instellen Bij de eerste inbedrijfstelling of na langdurige stilstand moeten tijd en datum opnieuw worden ingesteld. Tijd en datum instellen Verder met OK Veiligheidstemperatuurbegrenzer controleren De min. circulatiehoeveelheid moet 0 % van de circulatiehoeveelheid bij nom. belasting bedragen. De warmte-onttrekking zover mogelijk verlagen.. TÜV -toets zolang ingedrukt houden de brander uitschakelt: De temperatuurregelaar wordt overbrugd. Der veiligheidstemperatuurbegrenzer moet uiterlijk bij het bereiken van de veiligheidstemperatuur de brander uitschakelen.. TÜV -toets loslaten. 3. Wachten de ketelwatertemperatuur circa 5 0 K onder de ingestelde beveiligingstemperatuur is gedaald. 4. Veiligheidstemperatuurbegrenzer door indrukken van de ontgrendelknop ontgrendelen. Gebruikershandleiding Service 7

72 Inbedrijfstelling Codeeradressen aan de installatie-uitvoering aanpassen Alle adressen van codering controleren en eventueel instellen. In codering de volgende codeeradressen controleren en navenant instellen: Groep Functie 0C Ketel Retourtemperatuurregeling 0d Ketel Therm-Control 4C Algemeen Functie stekker sö 4d Algemeen Functie stekker sl 4E Algemeen Functie stekker gs 98 Algemeen Viessmann installatienummer 9C Algemeen Bewaking LON-deelnemers Regeling aan tweetraps brander aanpassen Codeeradressen overeenkomstig de gebruikte brander aanpassen Adres Betekenis Instelling 03:... Type brandstof Gaswerking: 0 (bij levering) Oliestook: (niet omkeerbaar) 08:... Eenheden en tientallen van het maximale brandervermogen Voorbeeld: Maximaal brandervermogen: 5 kw hier instellen: 5 Opmerking Waarden en met 99 kw kunnen direct worden ingevoerd. 09:... Honderdtallen van het maximaal brandervermogen 0A:... Verhouding van vermogen eerste brandertrap maximaal brandervermogen in procenten Voorbeeld: Maximaal brandervermogen: 5 kw hier instellen: Voorbeeld: Vermogen eerste brandertrap 35 kw Maximaal brandervermogen: 5 kw (35 kw: 5 kw) 00 % = 60 % Regeling aan modulerende brander aanpassen Opmerking De brander moet ingeregeld zijn. Om een groot modulatiegebied te bereiken, moet u het minimale vermogen zo laag mogelijk instellen (schoorsteen respectievelijk rookgasinstallatie in acht nemen). 7

73 Codeeradressen aan de installatie-uitvoering (vervolg) Inbedrijfstelling Codeeradressen overeenkomstig de gebruikte brander aanpassen Adres Betekenis Instelling 03:... Type brandstof Gaswerking: 0 (toestand bij levering) Oliestook: (niet omkeerbaar) 08:... Eenheden en tientallen van het maximale brandervermogen Voorbeeld: maximaal brandervermogen: 5 kw hier instellen: 5 Opmerking Waarden en met 99 kw kunnen direct worden ingevoerd. 09:... Honderdtallen van het maximaal brandervermogen Voorbeeld: maximaal brandervermogen: 5 kw hier instellen: 5:... Looptijd modulatiebereik Looptijd (s) van de stelaandrijving tussen basislast en maximale brandervermogen bepalen 0A:... Verhouding van vermogen basislast maximaal brandervermogen in procenten 05:... Verhouding van deelvermogen bij ⅓ van de looptijd van de stelaandrijving maximaal brandervermogen in procenten Voorbeeld: Vermogen basislast 7 kw Maximaal brandervermogen: 5 kw (7 kw : 5 kw) 00% = 3% Voorbeeld: Deelvermogen 7 kw Maximaal brandervermogen: 5 kw (7 kw : 5 kw) 00% = 76% Actoren en sensoren controleren Relaistest uitvoeren. OK en gelijktijdig circa 4 s lang indrukken.. Actorentest Service 73

74 Inbedrijfstelling Actoren en sensoren controleren (vervolg) De volgende relaisuitgangen kunnen afhankelijk van de installatie-uitvoering worden aangestuurd: Display Verklaring Alle actoren Uit Alle actoren zijn uitgeschakeld. Basisbelasting AAN Modulerende brander werkt met minimaal vermogen. Brander AAN Brander wordt ingeschakeld. Brander e trap AAN. brandertrap wordt ingeschakeld. Vollast AAN Modulerende brander werkt met maximaal vermogen. Brander e+e trap AAN. en e brandertrappen worden ingeschakeld. Brander-moduleer. Open Modulerende brander. Brander-moduleer. Neutraal Modulerende brander. Brander-moduleer. Dicht Modulerende brander. Uitgang 0 AAN Uitgang 0 actief. Uitgang 5 Open Uitgang 5 Neutr. Uitgang 5 Dicht Boilerlaadpomp AAN Uitgang circulatiepomp voor boilerverwarming actief. Circulatiepomp AAN Uitgang tapwatercirculatiepomp actief. Uitgang 9 AAN Uitgang 9 actief. Algemene storingsmelding AAN CV-pomp VC AAN Uitgang CV-pomp actief (CV-circuit met mengklep M). Mengklep VC Open Uitgang Mengklep open actief (CV-circuit met mengklep M). Mengklep VC Dicht Uitgang Mengklep dicht actief (CV-circuit met mengklep M). Verwarm.circuitp. HK3 AAN Uitgang CV-pomp actief (CV-circuit met mengklep M3). Mengklep VC3 Open Uitgang Mengklep open actief (CV-circuit met mengklep M3). Mengklep VC3 Dicht Uitgang Mengklep dicht actief (CV-circuit met mengklep M3). EA uitgang AAN Contact P - S op stekker abj van de uitbreiding EA gesloten. AM uitgang AAN Uitgang actief. AM uitgang AAN Uitgang actief. Solarcircuitpomp AAN Uitgang solarcircuitpomp sf op de module solarregeling, type SM actief. 74

75 Inbedrijfstelling Actoren en sensoren controleren (vervolg) Display Verklaring Solarpomp min. AAN Uitgang solarcircuitpomp sf op de module solarregeling, type SM op minimumtoerental geschakeld. Solarpomp maximaal AAN Uitgang solarcircuitpomp sf op de module solarregeling, type SM op maximumtoerental geschakeld. SM uitgang AAN Uitgang ss op de module solarregeling, type SM actief. Opmerking Bij branderbedrijf worden de op de regeling aangesloten pompen ingeschakeld. Sensoren controleren. OK en gelijktijdig circa 4 s lang indrukken.. Diagnose 3. Groep kiezen (zie pagina 8). 4. Werkelijke temperatuur van de desbetreffende sensor opvragen. Stooklijnen instellen De stooklijnen tonen het verband tussen de buitentemperatuur en de ketelwaterof aanvoertemperatuur. Eenvoudiger gezegd: hoe lager de buitentemperatuur, hoe hoger de ketelwater- respectievelijk aanvoertemperatuur. Van de ketelwater- respectievelijk aanvoertemperatuur is vervolgens de kamertemperatuur afhankelijk. Ingesteld bij levering: Steilheid =,4 Niveau = 0 Service 75

76 Inbedrijfstelling Stooklijnen instellen (vervolg) Steilheid Ketelwater- resp. Aanvoertemperatuur in C Gew. ruimtetemperatuur in C 30 3,4 3, 3,0,8,6,4,,0,8,6,4,,0 0,8 0,6 0,4 0, C B A Buitentemperatuur in C Voorbeeld voor buitentemperatuur -4 C A Vloerverwarming, steilheid 0, 0,8 B Lagetemperatuurverwarming, steilheid 0,8,6 C Verwarmingsinstallaties met ketelwatertemperaturen van meer dan 75 C, steilheid groter dan,6 Gewenste ruimtetemperatuur instellen Voor elk CV-circuit apart instelbaar. De stooklijn wordt langs de as van de gewenste ruimtetemperatuur verschoven. Deze leidt bij geactiveerde CVpomplogica een gewijzigd in- en uitschakelgedrag van de CV-pomp. 76

77 Inbedrijfstelling Stooklijnen instellen (vervolg) Gewenste normale ruimtetemperatuur 0 A 6 C 0 C Gewenste gereduceerde ruimtetemperatuur 0 A 4 C C 6 0 B -0 C C B -0 D E D E Wijziging van de gewenste normale ruimtetemperatuur van 0 naar 6 C A Ketelwater- respectievelijk aanvoertemperatuur in C B Buitentemperatuur in C C Gewenste ruimtetemperatuur in C D CV-pomp uit E CV-pomp aan Wijziging van de gewenste normale kamertemperatuur Gebruikershandleiding Steilheid en niveau veranderen Voor elk CV-circuit apart instelbaar. Wijziging van de gewenste gereduceerde ruimtetemperatuur van 3 naar 4 C A Ketelwater- respectievelijk aanvoertemperatuur in C B Buitentemperatuur in C C Gewenste ruimtetemperatuur in C D CV-pomp uit E CV-pomp aan Wijziging van de gewenste gereduceerde kamertemperatuur Gebruikershandleiding Service 77

78 Inbedrijfstelling Stooklijnen instellen (vervolg) 0 3,4 Uitgebreid menu: Ketelwater- respectievelijk aanvoertemperatuur in C A +0-0 Buitentemperatuur in C B,4 0,.. Verwarming 3. CV-circuit kiezen. 4. Stooklijn 5. Steilheid of Niveau 6. Stooklijn volgens de installatie-eisen instellen. A Steilheid wijzigen B Niveau wijzigen (verticale parallelle verschuiving van de stooklijn) Voorbeeld: Stooklijninstelling met steilheid=,5: Verwarmingslijn VC 00 C 3 C 4 C 55 C 68 C 8 C Steilheid,5 Wijzigen met ( Regeling in LON integreren De communicatiemodule LON (accessoire) moet zijn aangebracht. Montagehandleiding Communicatiemodule LON Opmerking De gegevensoverdracht via het LONsysteem kan enkele minuten duren. 78

79 Inbedrijfstelling Regeling in LON integreren (vervolg) Installatie met één ketel met Vironic 00-H en Vitocom 00 (voorbeeld) LON-deelnemersnummers en overige functies via codering instellen (zie volgende tabel). Opmerking Binnen het LON-systeem mag hetzelfde deelnemersnummer niet tweemaal worden toegekend. Er mag slechts één Vironic als foutmanager worden gecodeerd. Ketelcircuitregeling Vironic 00-H Vironic 00-H Vitocom LON LON LON Deelnemersnummer Codering 77: Regeling is foutmanager Codering 79: Regeling zendt tijd Codering 7b:. Regeling verzendt buitentemperatuur Codering 97: instellen. Viessmann installatienummer Codering 98: Foutbewaking LONdeelnemer Codering 9C:0 Deelnemersnummer 0 Codering 77:0 Regeling is niet foutmanager Codering 79:0. Regeling ontvangt tijd Codering 8:3 instellen. Regeling ontvangt buitentemperatuur Codering 97: instellen. Viessmann installatienummer Codering 98: Foutbewaking LONdeelnemers Codering 9C:0 Deelnemersnummer Codering 77: instellen. Regeling is niet foutmanager Codering 79:0. Regeling ontvangt tijd Codering 8:3 instellen. Regeling ontvangt buitentemperatuur Codering 97: instellen. Viessmann installatienummer Codering 98: Foutbewaking LONdeelnemers Codering 9C:0 Deelnemersnummer 99 Toestel is foutmanager. Toestel ontvangt tijd. Service LON-deelnemerscontrole verrichten Met de deelnemerscontrole wordt van een installatie de communicatie van de toestellen gecontroleerd die op de foutmanager zijn aangesloten. 79

80 Inbedrijfstelling Regeling in LON integreren (vervolg) Voorwaarden: De regeling moet als foutmanager gecodeerd zijn (codering 79: ). In alle regelingen moet het LON-deelnemernummer zijn gecodeerd. LON-deelnemerslijst in de foutmanager moet actueel zijn. Deelnemerscontrole uitvoeren:. OK en å gelijktijdig circa 4 s lang indrukken.. Servicefuncties 3. Deelnemerscontrole 4. Deelnemer selecteren (bijvoorbeeld deelnemer 0). De deelnemerscontrole voor de geselecteerde deelnemers is gestart. Succesvol geteste deelnemers worden met OK gemarkeerd. Niet succesvol geteste deelnemers worden met Niet OK gemarkeerd. Opmerking Om een nieuwe deelnemerscontrole uit te voeren, met Lijst wissen? een nieuwe deelnemerslijst maken (deelnemerslijst wordt geactualiseerd). Opmerking Op het venster van de desbetreffende deelnemer wordt tijdens de deelnemerscontrole voor circa min het deelnemersnummer en Wink weergegeven. 80

81 Servicecontrole Servicemenu oproepen OK en å gelijktijdig circa 4 s lang indrukken. Overzicht servicemenu Service Diagnose Actorentest Codeerniveau Codeerniveau Foutenhistorie Servicefuncties Service beëindigen? Algemeen Verwarmingscircuit HK Verwarmingscircuit HK Verwarmingscircuit 3 HK3 Warm water Solar Korte info Gegevens terugzetten Deelnemerscontrole Service-pin Vitocom PIN-invoer Onderhoud reset Codeerniveau wordt alleen getoond als dit niveau wordt geactiveerd: gelijktijdig circa 4 s lang indruk- OK en ken. Service-menu verlaten. Service beëindigen? selecteren.. Ja selecteren. 3. Met OK bevestigen. Opmerking Het servicemenu wordt automatisch na 30 minuten verlaten. Service Bedrijfsgegevens opvragen Bedrijfsgegevens kunnen in zes bereiken worden opgevraagd (zie Diagnose in het overzicht servicemenu ). Bedrijfsgegevens van verwarmingscircuits met mengklep en solar kunnen alleen worden opgevraagd als de componenten in de installatie aanwezig zijn. Overige informatie over bedrijfsgegevens zie hoofdstuk Korte info. 8

82 Servicecontrole Bedrijfsgegevens opvragen (vervolg) Opmerking Als een opgevraagde sensor defect is, verschijnt op de display. Bedrijfsgegevens oproepen. OK en å gelijktijdig circa 4 s lang indrukken. 3. Gewenste groep selecteren, bijv. Algemeen.. Diagnose Bedrijfsgegevens terugzetten Opgeslagen bedrijfsgegevens (bijv. bedrijfsuren) kunnen op 0 worden teruggezet. De waarde Buitentemperatuur gecorrigeerd wordt teruggezet op de werkelijke waarde.. OK en å gelijktijdig circa 4 s lang indrukken.. Diagnose 3. Gegevens terugzetten 4. Gewenste waarde (bijvoorbeeld Brander ) of Alle gegevens selecteren. Korte info Met de korte opvraging kunnen bijvoorbeeld temperaturen, softwarestanden en aangesloten componenten worden opgevraagd.. OK en gelijktijdig circa 4 s lang indrukken.. Diagnose 3. Korte info. 4. OK indrukken. Op de display verschijnen regels met elk 6 velden. Diagnose korte info : : 3: 4: 0 0 A A 0 Kiezen met 0 A Ø 8

83 Servicecontrole Korte info (vervolg) Zie de volgende tabel voor de betekenis van de waarden op de verschillende regels: Regel Veld (korte opvraging) : Installatieschema 0 t/m 0 Softwareversie regeling Softwareversie bedieningseenheid : Brandertype 0: eentraps : tweetraps : modulerend 0 0 Toestelherkenning ZE-ID 3: 0 0 Aantal KM-BUS-deelnemers Softwarestand Solarregelingsmodule 4: : Softwarestand uitbreiding AM Softwarestand uitbreiding EA 6: : Subnetadres / installatienummer Node-adres 0 0 8: SNVTconfiguratie 0: Auto : Tool Softwarestand Commu- nic.- coproc. Softwarestand Neuron-chip Aantal LON-deelnemers Service 83

84 Servicecontrole Korte info (vervolg) Regel (korte opvraging) 9: Afstandsbediening 0: zonder : Virol 00A of Virol 00RF : Virol 300A of Vitohome 300 Veld CV-circuit VC CV-circuit VC CV-circuit VC3 Softwarestanstand Software- Afstandsbedieninbedie- Afstandsning Afstandsbediening 0: zonder : Virol 00A of Virol 00RF : Virol 300A of Vitohome 300 Afstandsbediening 0: zonder : Virol 00A of Virol 00RF : Virol 300A of Vitohome 300 Softwarestand Afstandsbediening 0: : 0 0 Softwarestand 0 Softwarestand 0 uit- breidings- set voor een tweede en derde CVcircuit met mengklep uit- breidings- set voor een tweede en derde CV-circuit met mengklep Opmerking De indicaties in de velden 3 en 5 zijn gelijk. 84

85 Servicecontrole Indicator Onderhoud opvragen en terugstellen Nadat met de codeeradressen F, en 3 in de groep Ketel grenswaarden worden bereikt, verschijnt op de display knipperend de indicatie Onderhoud en knippert. Opmerking Als er onderhoud wordt uitgevoerd voordat Onderhoud wordt aangegeven, codering 4: in de groep Ketel instellen, aansluitend codering 4:0. De ingestelde onderhoudsparameters voor bedrijfsuren en tijdsintervallen beginnen weer op 0. Onderhoud bevestigen Voor het accepteren van een onderhoudsmelding OK indrukken. Opmerking De onderhoudsmelding wordt in het menu opgenomen. Een bevestigde onderhoudsmelding die niet werd teruggezet, verschijnt de volgende maandag opnieuw. Na uitgevoerd onderhoud (onderhoud terugzetten). Codering 4: op 4:0 in de groep Ketel terugzetten. Opmerking Als codeeradres 4 niet wordt teruggezet, verschijnt op de volgende maandagmorgen opnieuw de indicatie Onderhoud.. OK en å gelijktijdig circa 4 s lang indrukken. 3. Servicefuncties 4. Onderhoud reset Opmerking De ingestelde onderhoudsparameters voor bedrijfsuren en tijdsinterval beginnen weer op 0. Geaccepteerde onderhoudsmelding oproepen Uitgebreid menu:. Service. Onderhoud 85

86 Storingen oplossen Storingsindicatie Bij een storing knippert de rode storingsindicatie op de regeling. Op het scherm verschijnt Storing en knippert. Met OK wordt de storingscode getoond. Opmerking Als een systeem voor algemene storingen is aangesloten, wordt dit ingeschakeld. Zie het hoofdstuk Storingscodes voor de betekenis van de storingscodes. Bij enkele storingen wordt het storingstype ook in volle tekst getoond. Storing accepteren Aanwijzingen op de display volgen. Opmerking De storingsmelding wordt in het menu opgenomen. Een eventueel aangesloten storingsmeldinrichting wordt uitgeschakeld. Als een geaccepteerde storing niet wordt opgeheven, verschijnt de storingsmelding de volgende dag opnieuw en de storingsmeldinrichting wordt weer ingeschakeld. Geaccepteerde storingsmelding oproepen Uitgebreid menu:.. Storing Storingscodes in het storingsgeheugen uitlezen (storingshistorie) De laatste 0 opgetreden storingen (ook opgeheven) worden opgeslagen en kunnen worden opgevraagd. De storingen zijn op actualiteit gerangschikt.. OK en å gelijktijdig circa 4 s lang indrukken.. Foutenhistorie 3. Tonen? 86

87 Storingen oplossen Storingsindicatie (vervolg) Storingscodes Storingscode op het scherm Gedrag van de installatie Storingsoorzaak 0F Regelwerking Onderhoud 0F wordt alleen in de storingshistorie getoond Maatregel Onderhoud uitvoeren Opmerking Na onderhoud codering 4:0 instellen. 0 Gaat naar 0 C buitentemperatuur 8 Gaat naar 0 C buitentemperatuur 9 Gaat naar 0 C buitentemperatuur. 30 Met warmwaterboiler: circulatiepomp naar boilerverwarming aan, CV-ketel wordt op gewenste boilertemperatuur gehouden. Zonder warmwaterboiler: CV-ketel regelt op temperatuurregelaar. Kortsluiting buitentemperatuursensor Onderbreking buitentemperatuursensor Communicatiefout buitentemperatuursensor RF Kortsluiting keteltemperatuursensor Buitentemperatuursensor controleren (zie pagina 84). Buitentemperatuursensor controleren (zie pagina 84). Radioverbinding controleren (buitentemperatuursensor RF in de buurt van de radiobasis plaatsen). Buitentemperatuursensor af- en weer aanmelden. Eventueel vervangen (zie afzonderlijke montage- en servicehandleiding). Keteltemperatuursensor controleren (zie pagina 83). Service 87

88 Storingen oplossen Storingsindicatie (vervolg) Storingscode op het scherm Gedrag van de installatie 38 Met warmwaterboiler: circulatiepomp naar boilerverwarming aan, CV-ketel wordt op gewenste boilertemperatuur gehouden. Zonder warmwaterboiler: CV-ketel regelt op temperatuurregelaar. Storingsoorzaak Onderbreking keteltemperatuursensor 40 Mengklep gaat dicht. Kortsluiting aanvoertemperatuursensor CV-circuit met mengklep M (CV-circuit ) 44 Mengklep gaat dicht. Kortsluiting aanvoertemperatuursensor CV-circuit met mengklep M3 (CV-circuit 3) 48 Mengklep gaat dicht. Onderbreking aanvoertemperatuursensor CV-circuit met mengklep MS (CV-circuit ) 4C Mengklep gaat dicht. Onderbreking aanvoertemperatuursensor CV-circuit met mengklep M3 (CV-circuit 3) Maatregel Keteltemperatuursensor controleren (zie pagina 83) Aanvoertemperatuursensor controleren (zie pagina 83). Aanvoertemperatuursensor controleren (zie pagina 83). Aanvoertemperatuursensor controleren (zie pagina 83). Aanvoertemperatuursensor controleren (zie pagina 83). 88

89 Storingen oplossen Storingsindicatie (vervolg) Storingscode op het scherm Gedrag van de installatie 50 Boilerlaadpomp Aan : gew. tapwatertemperatuur = gew. ketelwatertemperatuur Voorrangsschakelingen zijn opgeheven. of Met boilerlaadsysteem: Boilerverwarming wordt door boilertemperatuursensor inen uitgeschakeld. 5 Met boilerlaadsysteem: Boilerverwarming wordt door boilertemperatuursensor inen uitgeschakeld. Storingsoorzaak Kortsluiting boilertemperatuursensor Kortsluiting boilertemperatuursensor 58 Boilerlaadpomp Aan : gew. tapwatertemperatuur = gew. ketelwatertemperatuur Voorrangsschakelingen zijn opgeheven. of Met boilerlaadsysteem: Boilerverwarming wordt door boilertemperatuursensor inen uitgeschakeld. Onderbreking boilertemperatuursensor Maatregel Boilertemperatuursensor controleren (zie pagina 83). Boilertemperatuursensor controleren (zie pagina 83). 5 Regelwerking. Kortsluiting aanvoertemperatuursensor open verdeler Aanvoertemperatuursensor controleren (zie pagina 83). Boilertemperatuursensor controleren (zie pagina 83). Service 89

90 Storingen oplossen Storingsindicatie (vervolg) Storingscode op het scherm Gedrag van de installatie 59 Met boilerlaadsysteem: Boilerverwarming wordt door boilertemperatuursensor inen uitgeschakeld. Storingsoorzaak Onderbreking boilertemperatuursensor 60 CV-ketel met maximumtemperatuur, geen vermogensreductie, mengklep retourtemperatuurregeling Open. 68 CV-ketel met maximumtemperatuur, geen vermogensreductie, mengklep retourtemperatuurregeling Open. 70 Bijmengpomp permanent Aan. Met boilerlaadsysteem: Mengklep primair circuit Dicht, geen tapwaterbereiding. Kortsluiting temperatuursensor aja Onderbreking temperatuursensor aja Kortsluiting temperatuursensor ajb Maatregel Boilertemperatuursensor controleren (zie pagina 83). 5A Regelwerking. Onderbreking aanvoertemperatuursensor open verdeler Aanvoertemperatuursensor controleren (zie pagina 83). Zonder aanvoertemperatuursensor: Codering 5:0 in de groep Algemeen instellen. Temperatuursensor controleren (zie pagina 83). Temperatuursensor controleren (zie pagina 83). Zonder temperatuursensor: Codering 4A:0 in de groep Algemeen instellen. Temperatuursensor controleren (zie pagina 83). 90

91 Storingen oplossen Storingsindicatie (vervolg) Storingscode op het scherm Gedrag van de installatie 78 Bijmengpomp permanent Aan. Met boilerlaadsysteem: Mengklep primair circuit Dicht, geen tapwaterbereiding. Storingsoorzaak Onderbreking temperatuursensor ajb 90 Regelwerking. Kortsluiting temperatuursensor /, Aansluiting op de solarregelingsmodule. 9 Regelwerking. Kortsluiting temperatuursensor aö, Aansluiting op de solarregelingsmodule. 9 Geen tapwaterverwarming door zonneenergie. Kortsluiting collectortemperatuursensor, Aansluiting temperatuursensor & op de module solarregeling of sensor aan S van de Vitosolic. 93 Regelwerking. Kortsluiting temperatuursensor, aansluiting op S3 van de Vitosolic. Maatregel Temperatuursensor controleren (zie pagina 83). Zonder temperatuursensor: Codering 4b:0 in de groep Algemeen instellen. Temperatuursensor / controleren (zie aparte montage- en servicehandleiding). Temperatuursensor aö controleren (zie aparte montage- en servicehandleiding). Sensor aan de solarregeling controleren (zie aparte montage- en servicehandleiding). Sensor aan de solarregeling controleren (zie aparte montage- en servicehandleiding). Service 9

92 Storingen oplossen Storingsindicatie (vervolg) Storingscode op het scherm Gedrag van de installatie 94 Geen tapwaterverwarming door zonneenergie. Storingsoorzaak Kortsluiting boilertemperatuursensor, aansluiting temperatuursensor % op de module solarregeling of sensor aan S van de Vitosolic. 98 Regelwerking. Onderbreking temperatuursensor /, aansluiting op de solarregelingsmodule. 99 Regelwerking. Onderbreking temperatuursensor aö, aansluiting op de solarregelingsmodule. 9A Geen tapwaterverwarming door zonneenergie. Onderbreking collectortemperatuursensor, aansluiting temperatuursensor & op de module solarregeling of sensor aan S van de Vitosolic. 9b Regelwerking. Onderbreking temperatuursensor, aansluiting op S3 van de Vitosolic. Maatregel Sensor aan de solarregeling controleren (zie aparte montage- en servicehandleiding). Temperatuursensor / controleren (zie aparte montage- en servicehandleiding). Codeeradres 0 in de groep Solar controleren. Temperatuursensor aö controleren (zie aparte montage- en servicehandleiding). Codeeradres 0 in de groep Solar controleren. Sensor aan de solarregeling controleren (zie aparte montage- en servicehandleiding). Sensor aan de solarregeling controleren (zie aparte montage- en servicehandleiding). 9

93 Storingen oplossen Storingsindicatie (vervolg) Storingscode op het scherm 9C Gedrag van de installatie Geen tapwaterverwarming door zonneenergie. Storingsoorzaak Onderbreking boilertemperatuursensor, aansluiting temperatuursensor % op de module solarregeling of sensor aan S van de Vitosolic. 9E Regelwerking. Te weinig of geen debiet in het collectorcircuit of temperatuurbewaker is geactiveerd. 9F Regelwerking. Fout module solarregeling of Vitosolic. Wordt getoond als aan deze apparaten een fout optreedt, waarvoor geen storingscode in de Vironic is gedefinieerd. A0 CV-ketel koelt af. Fout veiligheidsinrichting aan X7 van de tweede steekadapter voor externe veiligheidsinrichtingen. A CV-ketel koelt af. Fout veiligheidsinrichting aan X3 van de tweede steekadapter voor externe veiligheidsinrichtingen. Maatregel Sensor aan de solarregeling controleren (zie aparte montage- en servicehandleiding). Solarcircuit controleren. Storingsmelding bevestigen (zie aparte montageen servicehandleiding). Solarregeling controleren (zie aparte montage- en servicehandleiding). Veiligheidsinrichting controleren, eventueel ontgrendelen. Veiligheidsinrichting controleren, eventueel ontgrendelen. Service 93

94 Storingen oplossen Storingsindicatie (vervolg) Storingscode op het scherm Gedrag van de installatie Storingsoorzaak A CV-ketel koelt af. Fout veiligheidsinrichting aan X van de tweede steekadapter voor externe veiligheidsinrichtingen. A3 CV-ketel koelt af. Fout veiligheidsinrichting aan X van de tweede steekadapter voor externe veiligheidsinrichtingen. AA Regelwerking. Configuratiefout Therm-Control: Stekker aja niet aangesloten. Ab Regelwerking, eventueel warmwaterboiler koud. Configuratiefout boilerlaadsysteem: Codering 55:3 is ingesteld, maar stekker aj B is niet aangesloten en / of codering 4C: en 4E: niet ingesteld. AC Regelwerking. Configuratiefout retourtemperatuurregeling: Codering 0C: is ingesteld, maar stekker aja is niet aangesloten en / of codering 4E: niet ingesteld. Maatregel Veiligheidsinrichting controleren, eventueel ontgrendelen. Veiligheidsinrichting controleren, eventueel ontgrendelen. Stekker aja aansluiten. Bij Vitocrossal moet codering 0d:0 zijn ingesteld. Stekker ajb aansluiten en coderingen controleren. Stekker aja aansluiten en coderingen controleren. 94

95 Storingen oplossen Storingsindicatie (vervolg) Storingscode op het scherm Gedrag van de installatie Storingsoorzaak Maatregel b0 Regelwerking. Kortsluiting rookgastemperatuursensor b Regelwerking. Communicatiefout bedieningseenheid Rookgastemperatuursensor controleren (zie pagina 84). Aansluitingen controleren, eventueel bedieningseenheid vervangen. b5 Regelwerking. Interne fout Elektronicaprintplaat (zie onderdelenlijst) op juiste insteekbevestigingen controleren. b6 Constantfunctie. Ongeldige hardwaredetectie Codeeradres 9 in de groep Algemeen controleren; 9:66 moet zijn ingesteld. Opmerking Codering 8A:76 in de groep Algemeen moet ingesteld worden, opdat codeeradres 9 wordt getoond. b7 CV-ketel regelt op temperatuurregelaar. Fout ketelcodeerstekker ba Mengklep Dicht. Communicatiefout printplaat uitbreidingsset voor tweede en derde CV-circuit met mengklep b8 Regelwerking. Onderbreking rookgastemperatuursensor Ketelcodeerstekker plaatsen of vervangen (zie pagina 44). Rookgastemperatuursensor controleren (zie pagina 84). Zonder rookgastemperatuursensor: Codering F:0 in de groep Ketel instellen. Insteekbevestigingen van de printplaat en platte kabel controleren, eventueel printplaat vervangen. Service 95

96 Storingen oplossen Storingsindicatie (vervolg) Storingscode op het scherm bc bd be bf 96 Gedrag van de installatie Regelwerking zonder afstandsbediening. Regelwerking zonder afstandsbediening. Regelwerking zonder afstandsbediening. Regelwerking. Geen communicatie via LON. Storingsoorzaak Communicatiefout afstandsbediening Virol CV-circuit zonder mengklep A (CV-circuit ) Communicatiefout afstandsbediening Virol CV-circuit met mengklep M (CV-circuit ) Communicatiefout afstandsbediening Virol met mengklep M3 (CV-circuit 3) Verkeerde communicatiemodule LON C CV-ketel koelt af. Externe veiligheidsinrichting aan stekker abö C Regelwerking. Onderbreking KM- BUS naar de solarregelingmodule of naar de Vitosolic C3 Regelwerking. Communicatiefout uitbreiding AM Maatregel Aansluitingen, kabel (zie afzonderlijke montage- en servicehandleiding) en codeeradres A0 in groep CV-circuit... controleren. Aansluitingen, kabel (zie afzonderlijke montage- en servicehandleiding) en codeeradres A0 in groep CV-circuit... controleren. Aansluitingen, kabel (zie afzonderlijke montage- en servicehandleiding) en codeeradres A0 in groep CV-circuit... controleren. Communicatiemodule LON vervangen. Aansluiting stekker en externe veiligheidsinrichting controleren (zie pagina 58) KM-BUS-kabel en apparaat controleren. Zonder solarregeling: Codering 54:0 in de groep Algemeen instellen. Aansluitingen controleren. Zonder uitbreiding AM: Codering 3:0 in de groep Algemeen instellen.

97 Storingen oplossen Storingsindicatie (vervolg) Storingscode op het scherm Gedrag van de installatie Storingsoorzaak C8 CV-ketel koelt af. Fout laagwaterniveaubeveiliging aan X7 van de eerste steekadapter voor externe veiligheidsinrichtingen (zie pagina 86). C9 CV-ketel koelt af. Fout maximaaldrukbegrenzer aan X3 van de eerste steekadapter voor externe veiligheidsinrichtingen (zie pagina 86). CA CV-ketel koelt af. Fout minimaaldrukbegrenzer of maximaaldrukbegrenzer aan X van de eerste steekadapter voor externe veiligheidsinrichtingen (zie pagina 86). Cb CV-ketel koelt af. Fout extra veiligheidstemperatuurbegrenzer of Thermostaat aan X van de eerste steekadapter voor externe veiligheidsinrichtingen (zie pagina 85). Maatregel Waterpeil van de installatie controleren, laagwaterstandbeveiliging ontgrendelen. Installatiedruk controleren, maximaalpressostaat ontgrendelen. Installatiedruk controleren, minimaalpressostaat of maximaalpressostaat ontgrendelen. Installatietemperatuur controleren, veiligheidstemperatuurbegrenzer ontgrendelen. Service 97

98 Storingen oplossen Storingsindicatie (vervolg) Storingscode op het scherm Gedrag van de installatie Storingsoorzaak Cd Regelwerking. Communicatiefout Vitocom 00 CE Regelwerking. Communicatiefout eerste stekkeradapter voor externe veiligheidsinrichtingen CF Regelwerking. Geen communicatie via LON. Communicatiefout LON-communicatiemodule van de regeling Maatregel Aansluitingen en Vitocom 00 controleren (zie aparte montage- en servicehandleiding). Zonder Vitocom 00: Codering 95:0 in de groep Algemeen instellen. Stekkeradapter controleren (zie pagina 85). Zonder stekkeradapter: Codering 30:0 in de groep Algemeen instellen. Communicatiemodule LON controleren, eventueel vervangen. Wanneer geen communicatiemodule LON aanwezig is, codering 76:0 in de groep Algemeen instellen. d CV-ketel koelt af. Branderstoring Brander controleren. d Regelwerking. Communicatiefout tweede stekkeradapter voor externe veiligheidsinrichtingen Stekkeradapter controleren (zie pagina 85). Zonder stekkeradapter: Codering 3:0 in de groep Algemeen instellen. d3 Regelwerking. Communicatiefout uitbreiding EA Aansluitingen controleren (zie pagina 93). Zonder uitbreiding EA: Codering 5b:0 in de groep Algemeen instellen. 98

99 Storingen oplossen Storingsindicatie (vervolg) Storingscode op het scherm Gedrag van de installatie Storingsoorzaak d4 CV-ketel koelt af. Veiligheidstemperatuurbegrenzer respectievelijk zekering F is geactiveerd d6 Regelwerking. Ingang DE aan uitbreiding EA meldt storing d7 Regelwerking. Ingang DE aan uitbreiding EA meldt storing d8 Regelwerking. Ingang DE3 aan uitbreiding EA meldt storing da db dc dd Regelwerking zonder kamerinvloed. Regelwerking zonder kamerinvloed. Regelwerking zonder kamerinvloed. Regelwerking zonder kamerinvloed. Kortsluiting ruimtetemperatuursensor CV-circuit zonder mengklep A (CVcircuit ) Kortsluiting ruimtetemperatuursensor CV-circuit met mengklep M (CVcircuit ) Kortsluiting ruimtetemperatuursensor CV-circuit met mengklep M3 (CVcircuit 3) Onderbreking ruimtetemperatuursensor CV-circuit zonder mengklep A (CV-circuit ) Maatregel Veiligheidstemperatuurbegrenzer respectievelijk brander, brandercircuit en zekering F controleren. Storing aan betreffende toestel verhelpen. Storing aan betreffende toestel verhelpen. Storing aan betreffende toestel verhelpen. Ruimtetemperatuursensor controleren (zie pagina 83). Ruimtetemperatuursensor controleren (zie pagina 83). Ruimtetemperatuursensor controleren (zie pagina 83). Ruimtetemperatuursensor controleren (zie pagina 83). Service 99

100 Storingen oplossen Storingsindicatie (vervolg) Storingscode op het scherm de df Gedrag van de installatie Regelwerking zonder kamerinvloed. Regelwerking zonder kamerinvloed. Storingsoorzaak Onderbreking ruimtetemperatuursensor CV-circuit met mengklep M (CV-circuit ) Onderbreking ruimtetemperatuursensor CV-circuit met mengklep M3 (CV-circuit 3) Maatregel Ruimtetemperatuursensor controleren (zie pagina 83). Ruimtetemperatuursensor controleren (zie pagina 83). Opmerking Bij storingen van de deelnemer wordt in het scherm Storing deeln.... weergegeven. 00

101 Functiebeschrijving Keteltemperatuurregeling Korte beschrijving De regeling van de ketelwatertemperatuur vindt plaats door in- en uitschakelen van de brander respectievelijk door modulatie. De gewenste ketelwatertemperatuur wordt door de volgende parameters bepaald: Gewenste aanvoertemperatuur van de CV-circuits, die aan de regeling zijn aangesloten en de via de LON- BUS aangesloten CV-circuits Externe vraag Gewenste tapwatertemperatuur Via de ketelcodeerstekker is een minimum ketelwatertemperatuur ingesteld die ter bescherming van de ketel moet worden aangehouden. In combinatie met Therm-Control: Bij een te lage gewenste temperatuur op de sensor van de Therm-Control wordt de gewenste ketelwatertemperatuur verhoogd. Bij het verwarmen van de warmwaterboiler wordt een gewenste ketelwatertemperatuur ingesteld die 0 K boven de gewenste tapwatertemperatuur ligt (wijziging via codeeradres 60 in de groep Warm water ). Functies De ketelwatertemperatuur wordt door de volgende apparaten geregistreerd: Veiligheidstemperatuurbegrenzer STB (vloeistofuitzetting) Temperatuurregelaar TR (vloeistofuitzetting) Keteltemperatuursensor NTC 0 kω Regelbereikgrenzen beneden Regeling van de ketelwatertemperatuur bij normale werking en ingeschakelde vorstbescherming is afhankelijk van de betreffende CV-ketel. Regelbereikgrenzen boven Veiligheidstemperatuurbegrenzer STB 0/00 ºC Temperatuurregelaar TR 95/00/0 ºC Elektronische begrenzing maximumtemperatuur: Instelbereik: 0 7 ºC Wijziging via codeeradres 06 in de groep Ketel. Service 0

102 Functiebeschrijving Keteltemperatuurregeling (vervolg) Schakelhysterese brander Vaste schakelhysterese Codering 04:0 Brander aan uit + tijd gew. - minder warmtebehoefte gemiddelde warmtebehoefte meer warmtebehoefte Warmteafhankelijke schakelhysterese De warmteafhankelijke schakelhysterese respecteert de belasting van de verwarmingsketel. Afhankelijk van de actuele warmtebehoefte wordt de schakelhysterese, d.w.z. de branderlooptijd gevarieerd. ERB50-functie Codering 04: Afhankelijk van de warmtebehoefte worden waarden tussen 6 en K ingesteld. Brander aan uit gew. -3 minder warmtebehoefte gemiddelde warmtebehoefte meer warmtebehoefte tijd ERB80-functie Codering 04: Afhankelijk van de warmtebehoefte worden waarden tussen 6 en 0 K ingesteld. 0

103 Functiebeschrijving Keteltemperatuurregeling (vervolg) Brander aan uit tijd gew. -3 minder warmtebehoefte gemiddelde warmtebehoefte meer warmtebehoefte Ketelbeschermfuncties Therm-Control (Opstartschakeling) Voor CV-installaties met verdeler in de buurt van de ketel. Voorwaarde: Ketelwaterdebiet moet in de startfase (bijvoorbeeld na weekenduitschakeling) minstens 50% kunnen worden geknepen. Werkt ook op de CV-circuits van een nageschakelde Vironic 00-H. Therm-Control in combinatie met verwarmingsinstallaties die niet via LON met de Vironic zijn verbonden Stekker söa van de Vironic wordt als schakelcontact voor Therm-Control gebruikt. Vereiste codering: 4C: in de groep Algemeen. Functie De sensor van de Therm-Control, in de buurt van de retouraansluiting gemonteerd, registreert de retourtemperatuur. Bij een lagere gewenste temperatuur dan fabrieksmatig is ingesteld (door de ketelcodeerstekker) wordt de brander op vollast gebracht. Het debiet wordt via de mengkleppen geknepen. Bij overschrijden van de gewenste temperatuur worden de mengkleppen geopend en wordt het debiet gestaag 00% verhoogd. Service 03

104 Functiebeschrijving Keteltemperatuurregeling (vervolg) 0 0 A N L A K dicht dicht dicht B n söa Sluiten van de mengkleppen A Hulprelais, bestelnummer B Nageschakelde CV-circuitregelaar, schakelcontact gesloten: signaal voor mengklep Dicht Retourtemperatuurverhoging via bijmengpomp Voor CV-installaties met verdeler in de buurt van de ketel. Voorwaarde: Ketelwaterdebiet moet minstens 50% kunnen worden geknepen. Bijmengpomp ontworpen voor circa 30% van het ale debiet. Werkt ook op de CV-circuits van een nageschakelde Vironic 00-H. Functie Bij een lagere minimum retourtemperatuur dan fabrieksmatig is ingesteld (door de ketelcodeerstekker) wordt via temperatuursensor T de bijmengpomp ingeschakeld. Als ondanks de retourtemperatuurverhoging de minimum retourtemperatuur, geregistreerd door temperatuursensor T, niet wordt bereikt, wordt via de mengkleppen het debiet geknepen. De temperatuursensoren T en T registreren de retourtemperatuur op verschillende meetpunten. 04

105 Functiebeschrijving Keteltemperatuurregeling (vervolg) Retourtemperatuurverhoging in combinatie met CV-installaties die niet via LON met de Vironic zijn verbonden 0 0 A Stekker söa van de Vironic wordt als schakelcontact gebruikt. Vereiste codering: 4C: in de groep Algemeen. N L A K dicht dicht dicht B n söa Sluiten van de mengkleppen A Hulprelais, bestelnummer B Nageschakelde CV-circuitregelaar, schakelcontact gesloten: signaal voor mengklep Dicht Retourtemperatuurregeling via bijmengpomp en 3-weg-mengklep Voor CV-installaties waarbij op de nageschakelde CV-circuits geen invloed kan worden uitgeoefend, bijvoorbeeld oudere installaties of kwekerijen. Functie De temperatuursensoren T en T registreren de retourtemperatuur op verschillende meetpunten. Regelverloop Bij een lagere minimum retourtemperatuur dan fabrieksmatig is ingesteld (door de ketelcodeerstekker) wordt via temperatuursensor T de bijmengpomp ingeschakeld. Als ondanks de retourtemperatuurverhoging de minimum retourtemperatuur, geregistreerd door temperatuursensor T, niet wordt bereikt, wordt via de 3- weg-mengklep het debiet geknepen. Service CV-ketel wordt koud (Gewenste waarde K) 05

106 Functiebeschrijving Keteltemperatuurregeling (vervolg) Het inschakelsignaal van de brander wordt bij een gewenste ketelwatertemperatuur minus K ingesteld en de brander start zijn eigen bewakingsprogramma. CV-ketel wordt warm Het uitschakelpunt van de brander wordt door het uitschakelverschil (codeeradres 3 in groep Ketel ) bepaald. Opmerking Afhankelijk van de extra schakelingen en stookwijze kan de branderinschakeling enkele minuten worden vertraagd. CV-circuitregeling Korte beschrijving Type GWB: De regeling omvat een regelkring voor een CV-circuit zonder mengklep A (CV-circuit ). Type GWB: De regeling omvat regelkringen voor een CV-circuit zonder mengklep A (CV-circuit ) en twee CV-circuits met mengklep M (CV-circuit ) en M3 (CV-circuit 3). De gewenste aanvoertemperatuur van elk CV-circuit wordt door de volgende parameters bepaald: Buitentemperatuur Gewenste ruimtetemperatuur Modus Steilheid en niveau van de stooklijn Via de ketelcodeerstekker is een minimum ketelwatertemperatuur ingesteld die ter bescherming van de ketel moet worden aangehouden. De aanvoertemperatuur van het CVcircuit zonder mengklep komt overeen met de ketelwatertemperatuur. De regeling van de aanvoertemperatuur van de CV-circuits met mengklep vindt plaats door stapsgewijs openen respectievelijk sluiten van de mengkleppen. De aansturing van de mengklepmotor verandert de regel- en pauzetijden in relatie het regelverschil (regelafwijking). Functies Het CV-circuit zonder mengklep is afhankelijk van de ketelwatertemperatuur en de begrenzingen hiervan. Het enige stelorgaan is de CV-pomp. 06 De aanvoertemperatuur van de CV-circuits met mengklep wordt door de aanvoertemperatuursensor van het desbetreffende CV-circuit geregistreerd.

107 Functiebeschrijving CV-circuitregeling (vervolg) Tijdprogramma De regeling schakelt overeenkomstig het tijdprogramma in het programma Verwarmen en warm water tussen ruimteverwarming met normale ruimtetemperatuur en ruimteverwarming met verlaagde ruimtetemperatuur. Elke modus heeft zijn eigen gewenste niveau. U kunt 4 tijdfasen per dag instellen. Buitentemperatuur Voor afstemming van de regeling op het gebouw en de CV-installatie moet een worden ingesteld. Het verloop van de stooklijn bepaalt de gewenste ketelwatertemperatuur in relatie de buitentemperatuur. Er wordt geregeld volgens de gemiddelde buitentemperatuur. Deze wordt samengesteld uit de werkelijke en gecorrigeerde buitentemperatuur. Ruimtetemperatuur In combinatie met afstandsbediening en ruimtetemperatuur-bijschakeling (codeeradres b0 in de groep CV-circuit... ): De ruimtetemperatuur heeft ten opzichte van de buitentemperatuur een grotere invloed op de gewenste ketelwatertemperatuur (wijziging via codeeradres b in de groep CV-circuit... ). In combinatie met CV-circuits met mengklep: Bij regelverschillen (afwijking van werkelijke waarde) van meer dan K ruimtetemperatuur kan de invloed nog eens worden versterkt (codeeradres b6 in de groep CV-circuit... ): Snelle opwarming De gewenste ruimtetemperatuur moet door de volgende maatregelen met minstens K worden verhoogd: Activeren van de partywerking Omschakelen van ruimteverwarming verlaagde temperatuur naar ruimteverwarming normale temperatuur Optimalisering inschakeltijd (codeeradres b7 in de groep CVcircuit... ) Bij het bereiken van de gewenste ruimtetemperatuur wordt de snelle opwarming beëindigd. Snelle daling De gewenste ruimtetemperatuur moet door de volgende maatregelen met ministens K worden verlaagd: Activeren van de spaarmodus Omschakelen van ruimteverwarming normale temperatuur naar ruimteverwarming verlaagde temperatuur Optimalisering uitschakeltijd (codeeradres C in de groep CVcircuit... ) Bij het bereiken van de gewenste ruimtetemperatuur wordt de snelle afkoeling beëindigd. Service 07

108 Functiebeschrijving CV-circuitregeling (vervolg) Tapwatertemperatuur Voorrangsschakeling Met voorrangsschakeling: (Codering A: in de groep CV-circuit... ): Tijdens de boilerverwarming wordt de gewenste aanvoertemperatuur op 0ºC gezet. De mengklep sluit en de CV-pomp wordt uitgeschakeld. Zonder voorrangsschakeling: De CV-pomp blijft met ongewijzigde instelling draaien. Met glijdende voorrangsschakeling, in combinatie met CV-circuits met mengklep: De CV-pomp blijft ingeschakeld. Zolang de gewenste ketelwatertemperatuur tijdens de boilerverwarming niet wordt bereikt, wordt de gewenste aanvoertemperatuur van het verw. circ. verlaagd. De gewenste aanvoertemperatuur wordt door de volgende parameters bepaald: Buitentemperatuur Verschil tussen gewenste en werkelijke ketelwatertemperatuur steilheid en niveau van de stooklijn Instelling van het codeeradres A in de groep CV-circuit... CV-pomplogica (spaarschakeling) De CV-pomp wordt uitgeschakeld (gewenste aanvoertemperatuur op 0 C gezet) als de buitentemperatuur de via codeeradres A5 in de groep CV-circuit... ingestelde waarde overschrijdt. Uitgebreide spaarschakeling De CV-pomp wordt uitgeschakeld (gewenste aanvoertemperatuur op 0 C gezet), indien aan een van de volgende criteria is voldaan: De gedempte buitentemperatuur overschrijdt de via codeeradres A6 in de groep CV-circuit... ingestelde waarde. De CV-pomp kan bij de overgang van de verwarmingsmodus naar de gereduceerde modus voor een door de regeling berekende tijd worden uitgeschakeld. Voorwaarde: Er is geen vorstgevaar. Codeeradres b0 in de groep CVcircuit... moet op 0 staan. De lengte van de stilstandtijd kan via het codeeradres A9 in de groep CVcircuit... individueel worden aangepast. Opmerking Wanneer tijdens de pompstilstandtijd in de verwarmingsmodus wordt gezet of de gewenste ruimtetemperatuur wordt verhoogd, wordt de CV-pomp ingeschakeld, ook wanneer de tijd nog niet is verstreken. De werkelijke ruimtetemperatuur overschrijdt de via codeeradres b5 in de groep CV-circuit... ingestelde waarde. De mengklep is gedurende minuten dichtgehouden (mengklep-spaarfunctie, codeeradres A7 in de groep CV-circuit... ). 08

109 Functiebeschrijving CV-circuitregeling (vervolg) Estrikfunctie In combinatie met verwarmingscircuit met mengklep. Voor het drogen van estriken (de gegevens van de estrikfabrikant moeten beslist gerespecteerd worden). De pomp van het CV-circuit met menger wordt ingeschakeld en de aanvoertemperatuur op het ingestelde profiel gehouden. Na beëindiging (30 dagen) wordt het mengklepcircuit automatisch met de ingestelde parameters geregeld. EN 64 respecteren. Het protocol dat door de verwarmingsmonteur wordt opgesteld, moet de volgende informatie over het opwarmen bevatten: Opwarmgegevens met de desbetreffende aanvoertemperaturen Bereikte maximale aanvoertemperatuur Bedrijfssituatie en buitentemperatuur bij overdracht van de CV-installatie Verschillende temperatuurprofielen zijn via het codeeradres F in de groep CV-circuit... instelbaar. Na stroomuitval of uitschakelen van de regeling wordt de functie gecontinueerd. Als de estrikfunctie is beëindigd of de codering F:0 handmatig wordt ingesteld, wordt het bedrijfsprogramma Verwarmen en warm water actief. Temperatuurprofiel : (EN 64-4) codering F: Aanvoertemperatuur C Dagen Service 09

110 Functiebeschrijving CV-circuitregeling (vervolg) Temperatuurprofiel : (ZV parket- en vloertechniek) codering F: Aanvoertemperatuur C Dagen Temperatuurprofiel 3: codering F:3 Aanvoertemperatuur C Dagen Temperatuurprofiel 4: codering F:4 Aanvoertemperatuur C Dagen Temperatuurprofiel 5: codering F:5 Aanvoertemperatuur C Dagen 0

111 Functiebeschrijving CV-circuitregeling (vervolg) Temperatuurprofiel 6: codering F:6 Aanvoertemperatuur C Dagen Temperatuurprofiel 7: codering F:5 Aanvoertemperatuur C Dagen Installatiedynamiek Het regelgedrag van de mengkleppen kan via codeeradres C4 in de groep CV-circuit... worden beïnvloed. Centrale bediening Via codeeradres 7A in de groep Algemeen kan voor een verwarmingscircuit centrale bediening worden gecodeerd. Bedrijfs- en vakantieprogramma geldt dan voor alle overige verwarmingscircuits van de installatie. Voor deze verwarmingscircuits verschijnt bij het activeren van het bedrijfsen vakantieprogramma Centrale bediening. Evt. ingestelde vakantieprogramma's worden gewist. Party- en spaarmodus zijn bij alle regelingen niet activeerbaar. Therm-Control Als de gewenste temperatuur op de sensor van de Therm-Control te laag wordt, volgt vermogensreductie. Daarbij worden de mengkleppen van de CV-circuits gesloten. Vorstbescherming De aanvoertemperatuur wordt overeenkomstig de stooklijn voor de gereduceerde gewenste ruimtetemperatuur, maar minstens op 0 C gehouden. Overeenkomstig codeeradres A3 in de groep CV-circuit... is een variabele vorstgrens instelbaar. Service

112 Functiebeschrijving CV-circuitregeling (vervolg) Aanvoertemperatuurregeling Ketelwater- resp. aanvoertemperatuur in C 0 +8K 87 A D 8K B C E +0-0 Buitentemperatuur in C A Max. ketelwatertemperatuur B Steilheid =,8 voor CV-circuit zonder mengklep C Steilheid =, voor CV-circuit met mengklep D Ketelwatertemperatuur (bij temperatuurverschil = 8 K) E Laagste ketelwatertemperatuur, ingesteld door ketelcodeerstekker Temperatuurverschil: Het temperatuurverschil is via codeeradres 9F in de groep Algemeen instelbaar, Toestand bij levering: 8 K. Het temperatuurverschil is de waarde die de ketelwatertemperatuur minimaal hoger moet zijn dan de hoogste momenteel benodigde aanvoertemperatuur van het CV-circuit met mengklep. Installatie met één verwarmingscircuit met mengklep: De gewenste ketelwatertemperatuur wordt automatisch op 8 K boven de gewenste aanvoertemperatuur geregeld. Installatie met CV-circuit zonder mengklep en met CV-circuit met mengklep: De gewenste ketelwatertemperatuur wordt volgens een eigen stooklijn aangehouden. Het temperatuurverschil van 8 K met de gewenste aanvoertemperatuur is bij levering ingesteld. Verhoging van de verlaagde ruimtetemperatuur Bij werking met verlaagde kamertemperatuur kan de gewenste verlaagde kamertemperatuur afhankelijk van de buitentemperatuur automatisch worden verhoogd. De temperatuurverhoging vindt plaats volgens de ingestelde stooklijn en maximaal de normale gewenste kamertemperatuur. De grenswaarden van de buitentemperatuur voor begin en einde van de temperatuurverhoging kunnen met de codeeradressen F8 en F9 in de groep CV-circuit... worden ingesteld.

113 Functiebeschrijving CV-circuitregeling (vervolg) Voorbeeld met de instellingen bij aflevering Ketelwater- resp. aanvoertemperatuur en C A B Gew. ruimtetemperatuur in C Buitentemperatuur in C A Stooklijn voor werking op normale kamertemperatuur B Stooklijn voor werking op verlaagde kamertemperatuur Verkorting opwarmtijd Bij de overgang van werking met verlaagde ruimtetemperatuur naar werking met normale ruimtetemperatuur wordt de ketelwater- respectievelijk aanvoertemperatuur conform de ingestelde stooklijn verhoogd. Deze verhoging van de ketelwater- respectievelijk aanvoertemperatuur kan automatisch plaatsvinden. De waarde en de duur voor de extra verhoging van de gewenste ketelwater- respectievelijk aanvoertemperatuur kan met de codeeradressen FA en Fb in de groep CV-circuit... worden ingesteld. Service 3

114 Functiebeschrijving CV-circuitregeling (vervolg) Voorbeeld met de instellingen bij aflevering Gewenste ketelwater- resp. aanvoertemperatuur in C C B A D Tijd in h A Begin van de werking op normale kamertemperatuur B Gewenste ketelwater- respectievelijk aanvoertemperatuur volgens de ingestelde stooklijn C Gewenste ketelwater- respectievelijk aanvoertemperatuur volgens codeeradres FA : 50 C + 0 % = 60 C D Periode van werking met gewenste verhoogde ketelwater- respectievelijk aanvoertemperatuur volgens codeeradres Fb : 60 min Regelverloop Mengklepcircuit Binnen de neutrale zone (± K) vindt geen aansturing van de mengklepmotor plaats. Aanvoertemperatuur daalt (Gewenste waarde K) De mengklepmotor krijgt het signaal Mengklep open. De tijdsduur van het signaal is langer bij toenemend regelverschil. De tijdsduur van de pauzes is korter bij toenemend regelverschil. 4

115 Functiebeschrijving CV-circuitregeling (vervolg) Aanvoertemperatuur stijgt (Gewenste waarde + K) De mengklepmotor krijgt het signaal Mengklep dicht. De tijdsduur van het signaal is langer bij toenemend regelverschil. De tijdsduur van de pauzes is korter bij toenemend regelverschil. Boilertemperatuurregeling Korte beschrijving De boilertemperatuurregeling is een constantregeling. Ze vindt plaats door de circulatiepomp voor de boilerverwarming aan en uit te schakelen. Het schakelverschil bedraagt ±,5 K. Bij het verwarmen van de warmwaterboiler wordt een gewenste ketelwatertemperatuur ingesteld die 0 K boven de gewenste tapwatertemperatuur ligt (wijziging via codeeradres 60 in de groep Warm water ). Service 5

116 Functiebeschrijving Boilertemperatuurregeling (vervolg) Functies Tijdprogramma Er kan een automatisch of een individueel tijdprogramma voor de tapwaterverwarming en de tapwatercirculatiepomp worden gekozen. Bij automatische werking wordt de tapwaterverwarming ten opzichte van de opwarmfase van het verwarmingscircuit 30 min vroeger ingesteld. In het individuele tijdprogramma kunnen vier periodes per dag voor de tapwaterverwarming en de tapwatercirculatiepomp voor iedere weekdag worden ingesteld. Een eenmaal begonnen boilerverwarming wordt onafhankelijk van het tijdprogramma het einde voltooid. Meergezinswoning Codering 7F:0 : automatische werking Bij installaties met twee resp. drie verwarmingscircuits worden de verwarmingstijden van het betreffende verw. circ. als basis genomen. individueel tijdprogramma De periodes voor de tapwaterverwarming en de omlooppomp kunnen voor elk verwarmingscircuit afzonderlijk worden ingesteld. In combinatie met codeeradres 7F in groep Algemeen Eengezinswoning Codering 7F: : Automatische werking Bij installaties met twee resp. drie verwarmingscircuits worden de verwarmingstijden van het verwarmingscircuit als basis genomen. individueel tijdprogramma De periodes voor de tapwaterverwarming en de omlooppomp zijn voor alle verwarmingscircuits hetzelfde. 6

117 Functiebeschrijving Boilertemperatuurregeling (vervolg) Voorrangsschakeling Met voorrangsschakeling: (Codering A: in de groep CV-circuit... ): Tijdens de boilerverwarming wordt de gewenste aanvoertemperatuur op 0ºC gezet. De mengklep sluit en de CV-pomp wordt uitgeschakeld. Zonder voorrangsschakeling: De CV-pomp blijft met ongewijzigde instelling draaien. Met glijdende voorrangsschakeling, in combinatie met CV-circuits met mengklep: De CV-pomp blijft ingeschakeld. Zolang de gewenste ketelwatertemperatuur tijdens de boilerverwarming niet wordt bereikt, wordt de gewenste aanvoertemperatuur van het verw. circ. verlaagd. De gewenste aanvoertemperatuur wordt door de volgende parameters bepaald: Buitentemperatuur Verschil tussen gewenste en werkelijke ketelwatertemperatuur steilheid en niveau van de stooklijn Instelling van het codeeradres A in de groep CV-circuit... Vorstbeschermingsfunctie Wanneer de tapwatertemperatuur lager wordt dan 5 ºC wordt de warmwaterboiler 0 C opgewarmd. Extra functie voor de tapwaterverwarming De functie wordt geactiveerd als via codeeradres 58 in de groep Warm water een tweede gewenste tapwatertemperatuur en de vierde warmwaterperiode voor de tapwaterverwarming wordt geactiveerd. Gewenste tapwatertemperatuur De gewenste tapwatertemperatuur is instelbaar van 0 60 C. Via codeeradres 56 in de groep Warm water kan het gewenste gebied 95 ºC worden vergroot. Via codeeradres 66 in de groep Warm water kan de gewenste instelling aan de bedieningseenheid en/of de afstandsbedieningen van de Virol 300A worden toegekend. Tapwatercirculatiepomp De circulatiepomp transporteert op instelbare tijden warm water naar de tappunten. Op de regeling kunnen vier periodes voor iedere weekdag worden ingesteld. Extra schakelingen Via de omschakeling van het werkingsprogramma kan de tapwaterverwarming in combinatie met de CV-circuits respectievelijk worden geblokkeerd en vrijgegeven (zie codeeradres d5 in de groep CV-circuit... ). Service 7

118 Functiebeschrijving Boilertemperatuurregeling (vervolg) Installatie met boilerlaadsysteem De genoemde functies gelden ook in combinatie met een boilerlaadsysteem. De volgende coderingen instellen: 55:3 in de groep Warm water, 4C:, 4E: in de groep Algemeen. Installatie met Vitosolic Via codeeradres 67 in de groep Warm water kan een derde gewenste tapwatertemperatuur worden ingesteld. De warmwaterboiler wordt alleen door de CV-ketel naverwarmd wanneer deze waarde niet wordt bereikt. Regelverloop Codering 55:0 in de groep Warm water, boilerverwarming. Warmwaterboiler wordt koud (gewenste waarde,5 K, wijziging via codeeradres 59 ): De gewenste ketelwatertemperatuur wordt 0 K hoger ingesteld dan de gewenste tapwatertemperatuur (wijziging via codeeradres 60 ). Pomp aan: Afhankelijk van de ketelwatertemperatuur inschakelen van de boilerlaadpomp voor de boilerverwarming (codering 6:0 ). De boilerlaadpomp schakelt in als de ketelwatertemperatuur 7 K hoger is dan de tapwatertemperatuur. Direct inschakelen van de boilerlaadpomp voor de boilerverwarming (codering 6: ). Warmwaterboiler is warm, (gewenste waarde +,5 K): De gewenste ketelwatertemperatuur wordt teruggezet op de weersafhankelijke gewenste waarde. Pompnaloop: Na de boilerverwarming draait de boilerlaadpomp zolang een van de volgende criteria is bereikt: Het verschil tussen ketelwater- en tapwatertemperatuur is minder dan 7 K. De weersafhankelijke gewenste ketelwaardetemperatuur is bereikt. De gewenste tapwatertemperatuur wordt 5 K overschreden. De ingestelde max. nalooptijd is bereikt (codeeradres 6 ). Zonder pompnaloop (codering 6:0 ). Codering 55: in de groep Warm water, adaptieve boilerverwarming Bij de adaptieve boilerverwarming wordt bij de tapwaterverwarming rekening gehouden met de snelheid van de temperatuurstijging. 8

119 Functiebeschrijving Boilertemperatuurregeling (vervolg) Warmwaterboiler wordt koud, (gewenste waarde,5 K, wijziging via codeeradres 59 ): De gewenste ketelwatertemperatuur wordt 0 K hoger ingesteld dan de gewenste tapwatertemperatuur (wijziging via codeeradres 60 ). Pomp aan: Afhankelijk van de ketelwatertemperatuur inschakelen van de boilerlaadpomp voor de boilerverwarming (codering 6:0 ): De boilerlaadpomp schakelt in als de ketelwatertemperatuur 7 K hoger is dan de tapwatertemperatuur. Direct inschakelen van de boilerlaadpomp voor de boilerverwarming (codering 6: ). Warmwaterboiler is warm: De regeling controleert of de verwarmingsketel na de boilerverwarming nog verwarming voor de ruimte moet leveren of dat de restwarmte van de ketel naar de warmwaterboiler moet worden afgevoerd. De regeling bepaalt het uitschakelpunt van de brander en de boilerlaadpomp zodat na de boilerverwarming de gewenste tapwatertemperatuur niet wezenlijk wordt overschreden. Codering 55: in de groep Warm water, boilertemperatuurregeling met twee boilertemperatuursensoren De e boilertemperatuursensor geeft de boilerlaadpomp voor de boilerverwarming vrij en wordt gebruikt voor het stoppen van de pompnaloop.. boilertemperatuursensor: Bij grote warmwaterafname wordt de boilerverwarming voortijdig ingeschakeld. Wanneer geen warmwaterafname plaatsvindt, wordt de boilerverwarming voortijdig afgebroken. Warmwaterboiler wordt koud: Gewenste waarde,5 K, wijziging via codeeradres 59 of Werkelijke tapwatertemperatuur van sensor <gewenste tapwatertemperatuur x factor voor inschakeltijdstip (instelling via codeeradres 69 ) Warmwaterboiler is warm: gewenste waarde +,5 K en Werkelijke tapwatertemperatuur van sensor > gewenste tapwatertemperatuur x factor voor uitschakeltijdstip (instelling via codeeradres 68 ) Codering 55:3 in de groep Warm water, boilertemperatuurregeling boilerlaadsysteem Warmwaterboiler wordt koud,(gewenste waarde,5 K, wijziging via codeeradres 59 ): De gewenste ketelwatertemperatuur wordt 0 K hoger ingesteld dan de gewenste tapwatertemperatuur (wijziging via codeeradres 60 ). De primaire pomp van het boilerlaadsysteem schakelt in. 9 Service

120 Functiebeschrijving Boilertemperatuurregeling (vervolg) De 3-weg-mengklep opent en regelt op de ingestelde gewenste waarde. De boilerlaadpomp voor de boilerverwarming wordt zolang kortstondig inen uitgeschakeld de gewenste aanvoertemperatuur (gewenste tapwatertemperatuur + 5 K) is bereikt. Daarna loopt deze continu. Als tijdens de verwarming de waarde lager wordt dan gewenst, draait de boilerlaadpomp voor de boilerverwarming tijdelijk weer periodiek. Warmwaterboiler is warm:. boilertemperatuursensor: Werkelijke waarde gewenste waarde en. boilertemperatuursensor: werkelijke waarde > gewenste waarde,5 K: De gewenste ketelwatertemperatuur wordt teruggezet op de weersafhankelijke gewenste waarde. De boilerlaadpomp voor de boilerverwarming wordt bij volledig geopende 3-weg-mengklep direct uitgeschakeld. of De boilerlaadpomp voor de boilerverwarming wordt volgens een via codering 6 instelbare nalooptijd uitgeschakeld. 0

121 Codering Codeerniveau oproepen Opmerking De coderingen worden in volle tekst aangegeven. Coderingen die door de uitvoering van de verwarmingsinstallatie of instelling van andere coderingen niet relevant zijn, worden niet getoond. Verwarmingsinstallaties met één verwarmingscircuit zonder mengklep en één of twee verwarmingscircuits met mengklep: Het verwarmingscircuit zonder mengklep wordt hierna Verwarmingscircuit en de verwarmingscircuits met mengklep worden Verwarmingscircuit of Verwarmingscircuit 3 genoemd. Als de verwarmingscircuits individueel worden genoemd, verschijnt in plaats daarvan de gekozen benaming en HK, HK of HK3. 4. Codeeradres selecteren. 5. Waarde volgens de volgende tabellen instellen en met OK bevestigen. 6. Als de coderingen weer in de aflevertoestand moeten worden teruggezet: Basisinstelling op Codeerniveau kiezen. Opmerking Ook de coderingen van codeerniveau worden weer teruggezet.. OK en å gelijktijdig circa 4 s lang indrukken.. Codeerniveau 3. Groep van het gewenste codeeradres selecteren: Algemeen Ketel Warm water Solar Verwarmingscircuit //3 Alle cod. Basistoestel In deze groep worden alle codeeradressen van codeerniveau (behalve de codeeradressen van de groep Solar ) in oplopende volgorde getoond. Service

122 Codering Groep Algemeen Coderingen Codering in uitlevertoestand Installatieschema 00: Eén CV-circuit zonder mengklep A (CV-circuit ), zonder tapwaterverwarming Mogelijke omstelling 00: 00:0 Installatieschema's zie volgende tabel. Opmerking Bij type GWB uitsluitend codering 00: en 00: instelbaar. Waarde Beschrijving adres 00:... Eén CV-circuit zonder mengklep A (CV-circuit ) Met tapwaterverwarming; wordt automatisch herkend. 3 Eén CV-circuit met mengklep M (CV-circuit ) Zonder tapwaterverwarming 4 Eén CV-circuit met mengklep M (CV-circuit ) Met tapwaterverwarming 5 Eén CV-circuit zonder mengklep A (CV-circuit ) Eén CV-circuit met mengklep M (CV-circuit ) Zonder tapwaterverwarming; wordt automatisch herkend. 6 Eén CV-circuit zonder mengklep A (CV-circuit ) Eén CV-circuit met mengklep M (CV-circuit ) Met tapwaterverwarming; wordt automatisch herkend. 7 Twee CV-circuits met mengklep M (CV-circuit ) en M3 (CV-circuit 3) Zonder tapwaterverwarming 8 Twee CV-circuits met mengklep M (CV-circuit ) en M3 (CV-circuit 3) Met tapwaterverwarming 9 Eén CV-circuit zonder mengklep A (CV-circuit ) Twee CV-circuits met mengklep M (CV-circuit ) en M3 (CV-circuit 3) Zonder tapwaterverwarming; wordt automatisch herkend. 0 Eén CV-circuit zonder mengklep A (CV-circuit ) Twee CV-circuits met mengklep M (CV-circuit ) en M3 (CV-circuit 3) Met tapwaterverwarming; wordt automatisch herkend.

123 Codering Groep Algemeen (vervolg) Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling Looptijd stelaandrijving 40:... Looptijd stelaandrijving op stekker gs A. Toestand bij levering door de ketelcodeerstekker ingesteld. 40:5 40:99 Functie interne circulatiepomp 53: Met open-verdeler/verzamelaar: ketelcirculatiepomp loopt op verzoek uitsluitend, als de brander in bedrijf is (met nalooptijd). Deelnemersnummer 77: LON-deelnemersnummer. 77: 77:99 Looptijd instelbaar van 5 99 s. 53:0 Ketelcircuitpomp loopt op verzoek altijd. LON-deelnemersnummer instelbaar van 99: = regeling CV-ketel 0-97 = Vironic 00-H 98 = Vitogate 99 = Vitocom Opmerking Elk nummer mag slechts eenmaal worden toegekend. Eengezinswoning / meergezinswoning 7F: Eengezinswoning 7F:0 Eengezinswoning Aparte instelling van vakantieprogramma en tijdprogramma voor de tapwaterverwarming mogelijk. Service 3

124 Codering Groep Algemeen (vervolg) Codering in uitlevertoestand Algemeen 8F:0 Bediening in het basismenu en in het uitgebreide menu vrijgegeven. Opmerking De betreffende codering wordt pas geactiveerd, wanneer u het servicemenu verlaat (zie pagina 8). Mogelijke omstelling 8F: Bediening in het basismenu en in het uitgebreide menu geblokkeerd. 8F: Bediening in het basismenu vrijgegeven, in het uitgebreide menu geblokkeerd. Gewenste waarde aanvoertemperatuur bij externe aanvraag 9b:70 Gewenste waarde minimale ketelwatertemperatuur bij externe aanvraag 70 C. 9b:0 9b:7 Gewenste waarde instelbaar van 0 7 C (begrensd door ketelspecifieke parameters). Groep Ketel Coderingen Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling Brandertype 0: Tweetraps brander. 0:0 Eentraps brander. 0: Modulerende brander. Gas-/oliestook 03:0 Gasstook. 03: Olie (kan niet worden teruggezet). 4

125 Codering Groep Ketel (vervolg) Codering in uitlevertoestand Branderkarakteristiek 05:... Modulerende brander: Branderkarakteristiek. Toestand bij levering door de ketelcodeerstekker ingesteld. Keteltemperatuur maximumbegrenzing 06:87 Ingesteld op 87 C. 06:0 06:7 Mogelijke omstelling 05:0 Branderkarakteristiek lineair. 05: Branderkarakteristiek niet lineair. 05:99 (P T : P max ) 00% P T in kw: deellastvermogen bij ⅓ van de looptijd van de stelaandrijving P max in kw: maximumvermogen Maximumbegrenzing instelbaar van 0 7 C. Opmerking Instelling van de temperatuurregelaar R respecteren (zie pagina 45). Rookgasbewaking F:0 Met rookgastemperatuursensor: geen bewaking van de rookgastemperatuur voor onderhoudsindicatie brander. F: F:50 C Onderhoud brander bedrijfsuren in 00 :0 Geen onderhoudsinterval (bedrijfsuren) ingesteld. : :00 Onderhoud tijdsinterval in maanden 3:0 Geen tijdsinterval voor onderhoud. 3: 3:4 Bij overschrijden van de grenswaarde voor de rookgastemperatuur verschijnt Onderhoud. Aantal bedrijfsuren van de brander het volgende onderhoud, instelbaar van uur; instelstap 00 uur Tijdsinterval instelbaar van 4 maanden. Service 5

126 Codering Groep Ketel (vervolg) Codering in uitlevertoestand Status onderhoud 4:0 Geen indicatie Onderhoud op de display. Mogelijke omstelling 4: Indicatie Onderhoud op de display (adres wordt automatisch geactiveerd, moet na onderhoud handmatig worden teruggezet). Groep Warm water Coderingen Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling Warm water 67:40 Bij solaire tapwaterverwarming: 67:0 Geen derde gewenste waarde. Gewenste tapwatertemperatuur 40 C. Boven de ingestelde gewenste waarde is de onderdrukking van de naverwarming actief (tapwaterverwarming door de verwarmingsketel uitsluitend, wanneer solarenergie niet voldoet). 67:0 67:95 Gewenste tapwatertemperatuur instelbaar van 0 95 C (begrensd door ketelspecifieke parameters). Let op opmerking bij codeeradres 56. Vrijgave circulatiepomp 73:0 Tapwatercirculatiepomp: Aan volgens tijdprogramma. 73: 73:6 Tijdens het tijdprogramma maal/h gedurende 5 min Aan 6 maal/h gedurende 5 min Aan. 73:7 Permanent Aan. Groep Solar Alleen in combinatie met solarregelingsmodule, type SM. 6

127 Codering Groep Solar (vervolg) Coderingen Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling Toerentalbesturing solarcircuitpomp 0:0 Solarcircuitpomp (getrapt) zonder toerentalbesturing door solarregelingsmodule 0: Zonnecircuitpomp (getrapt) toerentalgestuurd met aspakketbesturing. SM. 0: Solarcircuitpomp toeren- talgestuurd met PWM-aansturing. Maximumboilertemperatuur 08:60 De solarcircuitpomp wordt uitgeschakeld als de werkelijke tapwatertemperatuur de maximumboilertemperatuur 60 C bereikt. 08:0 08:90 De maximumboilertemperatuur is instelbaar van 0 90 C. Verlaging stagnatietijd 0A:5 Ter bescherming van installatiecomponenten en warmte overdrachtsmedia: het toerental van de solarcircuitpomp wordt verlaagd als de werkelijke tapwatertemperatuur met 5 K onder de maximumboilertemperatuur ligt. Debiet solarcircuit 0F:70 Debiet van het solarcircuit bij max. pomptoerental 7 l/min. 0A:0 Verlaging stagnatietijd niet actief. 0A: Waarde voor verlaging stagnatietijd instelbaar van 0A:40 40 K. 0F: 0F:55 Debiet instelbaar van 0, 5,5 l/min; instelstap 0, l/min. Service 7

128 Codering Groep Solar (vervolg) Codering in uitlevertoestand Uitgebreide solarregelingsfunties 0:0 Geen uitgebreide regelingsfunctie actief. Mogelijke omstelling 0: Extra functie voor tapwaterverwarming. 0:. Temperatuurverschilregeling. 0:3. Temperatuurverschilregeling en extra functie. 0:4. Temperatuurverschilregeling voor ondersteuning verwarming. 0:5 Thermostaatfunctie. 0:6 Thermostaatfunctie en extra functie. 0:7 Solaire verwarming via externe warmtewisselaar zonder extra temperatuursensor. 0:8 Solaire verwarming via externe warmtewisselaar met extra temperatuursensor. 0:9 Solaire verwarming van twee warmwaterboilers Groep CV-circuit, CV-circuit, CV-circuit 3 Coderingen Codering in uitlevertoestand Voorrang tapwaterverwarming A: Boilervoorrang op CVpomp en mengklep. Mogelijke omstelling A:0 Zonder boilervoorrang op CV-pomp en mengklep. A: Boilervoorrang alleen op mengklep. A:3 A:5 Glijdende voorrang op mengklep; dat wil zeggen: het CV-circuit krijgt een gereduceerde warmtehoeveelheid. 8

129 Groep CV-circuit, CV-circuit, CV-circuit 3 (vervolg) Codering Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling Spaarstand buitentemperatuur A5:5 Met functie voor CV-pomplogica A5:0 Zonder CV-pomplogica. (spaarschake- ling): CV-pomp Uit als buitentemperatuur (AT) K hoger is dan gewenste kamertemperatuur (RT Gewenst ) AT > RT Gew + K A5: A5:5 Met logisch systeem van de CV-pomp: CVpomp Uit zie volgende tabel. Parameter adres A5:... Met logisch systeem van de CV-pomp: CVpomp Uit AT > RT Gewenst + 5 K AT > RT Gewenst + 4 K 3 AT > RT Gewenst + 3 K 4 AT > RT Gewenst + K 5 AT > RT Gewenst + K 6 AT > RT Gewenst 7 AT > RT Gewenst - K 5 AT > RT Gewenst - 9 K Codering in uitlevertoestand Uitgebreide spaarstand mengklep A7:0 Uitsluitend voor CV-circuits met mengklep: Zonder mengklepspaarfunctie. Mogelijke omstelling A7: Met mengklepspaarfunctie (uitgebreide CV-pomplogica): CV-pomp bovendien Uit : Als de mengklep langer dan 0 minuten werd gesloten. CV-pomp Aan : Wanneer de mengklep met de regelwerking begint. Bij vorstgevaar. Service 9

130 Codering Groep CV-circuit, CV-circuit, CV-circuit 3 (vervolg) Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling Pompstilstandtijd overgang gereduceerd. Bedrijf A9:7 Met pompstilstandtijd A9:0 Zonder pompstilstandtijd. (CV-pomp Uit ). (zie functiebeschrijving pagina 08). A9: A9:5 Met pompstilstandtijd, instelbaar van 5. : korte stilstandtijd 5: lange stilstandtijd Weersafhankelijke ruimtetemperatuur-bijschakeling b0:0 Met afstandsbediening: * verwarming / gereduceerde werking: weersafhankelijk. Spaarstand ruimtetemperatuur b5:0 Met afstandsbediening: * geen CV-pomplogica afhankelijk van ruimtetemperatuur. 30 b0: Ruimteverwarming: weersafhankelijk Gereduceerde werking: met kamertemperatuur-bijschakeling b0: Ruimteverwarming: met kamertemperatuur-bijschakeling Gereduceerde werking: weersafhankelijk b0:3 verwarming / gereduceerde werking: met kamertemperatuur-bijschakeling b5: b5:8 CV-pomplogica zie volgende tabel. Parameteradres Met logisch systeem van de CV-pomp: b5:... CV-pomp Uit CV-pomp Aan RT Werkelijk > RT Gewenst + 5 K RT Werkelijk < RT Gewenst + 4 K RT Werkelijk > RT Gewenst + 4 K RT Werkelijk < RT Gewenst + 3 K 3 RT Werkelijk > RT Gewenst + 3 K RT Werkelijk < RT Gewenst + K 4 RT Werkelijk > RT Gewenst + K RT Werkelijk < RT Gewenst + K 5 RT Werkelijk > RT Gewenst + K RT Werkelijk < RT Gewenst 6 RT Werkelijk > RT Gewenst RT Werkelijk < RT Gewenst - K 7 RT Werkelijk > RT Gewenst - K RT Werkelijk < RT Gewenst - K 8 RT Werkelijk > RT Gewenst - K RT Werkelijk < RT Gewenst - 3 K * Codering alleen wijzigen van het CV-circuit zonder mengklep A bij ketels zonder laagste temperatuurbegrenzing of voor de CV-circuits met mengklep, als hierop een afstandsbediening is aangesloten.

131 Groep CV-circuit, CV-circuit, CV-circuit 3 (vervolg) Codering Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling Minimale aanvoertemperatuur CV-circuit C5:0 Elektronische minimumbegrenzing van de aanvoertemperatuur op 0 C (alleen bij modus met normale ruimtetemperatuur). C5: C5:7 Minimumbegrenzing instelbaar van 7 C (begrensd door ketelspecifieke parameters). Maximale aanvoertemperatuur CV-circuit C6:75 Elektronische maximumbegrenzing van de aanvoertemperatuur op 75 C. Werkingsprogramma-omschakeling d5:0 Met externe bedrijfsprogramma-omschakeling (instelling codeeradressen 5d, 5E en 5F in de groep Algemeen naleven). Werkingsprogramma schakelt over naar Permanente werking met verlaagde kamertemperatuur of Uitschakelwerking (afhankelijk van de instelling van de gereduceerde gewenste ruimtetemperatuur). C6:0 C6:7 Maximumbegrenzing instelbaar van 0 7 C (begrensd door ketelspecifieke parameters). d5: Werkingsprogramma schakelt om op Permanente werking op normale ruimtetemperatuur. Service 3

132 Codering Groep CV-circuit, CV-circuit, CV-circuit 3 (vervolg) Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling Externe werkingsprogramma-omschakeling op CV-circuit d8:0 Geen werkingsprogramma-omschakeling via uitbreiding EA. d8: Werkingsprogrammaomschakeling via ingang DE op de uitbreiding EA. d8: Werkingsprogrammaomschakeling via ingang DE op de uitbreiding EA. d8:3 Werkingsprogrammaomschakeling via ingang DE3 op de uitbreiding EA. Estrikfunctie F:0 Estrikfunctie niet actief. F: F:6 Partywerking tijdsbegrenzing F:8 Tijdelijke begrenzing voor partywerking of externe omzetting werkingsprogramma met knop: 8 h *. Opmerking Instelling codeeradressen 5d, 5E, 5F in de groep Algemeen en d5 en d8 in de groep CV-circuit... naleven. Uitsluitend voor CV-circuits met mengklep: Estrikfunctie instelbaar volgens zes selecteerbare temperatuur-tijd-profielen (zie pagina 09). F:5 Permanente aanvoertemperatuur 0 C (zie pagina 09). F:0 Geen tijdbegrenzing *. F: Begrenzing in tijd instelbaar van h *. F: * De partywerking eindigt in het programma Verwarmen en warm water automatisch bij het omschakelen naar werking op normale kamertemperatuur. 3

133 Groep CV-circuit, CV-circuit, CV-circuit 3 (vervolg) Codering Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling Begin temperatuurverhoging F8:-5 Temperatuurgrens voor het opheffen van de verlaagde F8:+0 werking -5 ºC, zie voorbeeld op pagina. Instelling codeeradres A3 respecteren. F8:-60 F8: C. Functie niet actief. Einde temperatuurverhoging F9:-4 Temperatuurgrens voor F9:+0 verhoging van verlaagde gewenste kamertemperatuur F9:-60-4 ºC, zie voor- beeld op pagina. Verhoging gewenste aanvoertemperatuur FA:0 Temperatuurverhoging van de gewenste ketelrespectievelijk aanvoertemperatuur bij de overgang van werking met verlaagde kamertemperatuur naar de werking met normale kamertemperatuur met 0%. Zie voorbeeld op pagina 3. FA:0 FA:50 Tijdsduur verhoging gewenste aanvoertemperatuur Fb:30 Periode voor de verhoging van de gewenste ketelwater- of aanvoertemperatuur (zie codeeradres FA ) 60 min. Zie voorbeeld op pagina 3. Fb:0 Fb:50 Temperatuurgrens instelbaar van Temperatuurgrens voor de verhoging van de gewenste ruimtetemperatuur naar de waarde bij normale werking instelbaar van C. Temperatuurverhoging instelbaar van 0 50%. Periode instelbaar van min; instelstap min. Service 33

134 Codering Codeerniveau oproepen Opmerking Op het codeerniveau zijn alle coderingen bereikbaar, ook de coderingen van het codeerniveau. Coderingen die door de uitvoering van de verwarmingsinstallatie of instelling van andere coderingen niet relevant zijn, worden niet getoond. Verwarmingsinstallaties met één verwarmingscircuit zonder mengklep en één of twee verwarmingscircuits met mengklep: Het verwarmingscircuit zonder mengklep wordt hierna Verwarmingscircuit en de verwarmingscircuits met mengklep worden Verwarmingscircuit of Verwarmingscircuit 3 genoemd. Als de verwarmingscircuits individueel worden genoemd, verschijnt in plaats daarvan de gekozen benaming en HK, HK of HK3.. OK en å gelijktijdig circa 4 s lang indrukken.. OK en ä gelijktijdig circa 4 s lang indrukken. 4. Groep van het gewenste codeeradres selecteren: Algemeen Ketel Warm water Solar Verwarmingscircuit //3 Alle cod. Basistoestel In deze groep worden alle codeeradressen (behalve de codeeradressen van de groep Solar ) in oplopende volgorde getoond. 5. Codeeradres selecteren. 6. Waarde volgens de volgende tabellen instellen en met OK bevestigen. 7. Als de coderingen weer in de aflevertoestand moeten worden teruggezet: Basisinstelling op Codeerniveau kiezen. Opmerking Ook de coderingen van codeerniveau worden weer teruggezet. 3. Codeerniveau Groep Algemeen Coderingen Codering in uitlevertoestand 00: Eén CV-circuit zonder mengklep A (CV-circuit ), zonder tapwaterverwarming. Mogelijke omstelling 00: Installatieschema's zie volgende tabel. 00:0 34

135 Codering Groep Algemeen (vervolg) Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling Opmerking Bij type GWB uitsluitend codering 00: en 00: instelbaar. Waarde Beschrijving adres 00:... Eén CV-circuit zonder mengklep A (CV-circuit ) Met tapwaterverwarming; wordt automatisch herkend. 3 Eén CV-circuit met mengklep M (CV-circuit ) Zonder tapwaterverwarming 4 Eén CV-circuit met mengklep M (CV-circuit ) Met tapwaterverwarming 5 Eén CV-circuit zonder mengklep A (CV-circuit ) Eén CV-circuit met mengklep M (CV-circuit ) Zonder tapwaterverwarming; wordt automatisch herkend. 6 Eén CV-circuit zonder mengklep A (CV-circuit ) Eén CV-circuit met mengklep M (CV-circuit ) Met tapwaterverwarming; wordt automatisch herkend. 7 Twee CV-circuits met mengklep M (CV-circuit ) en M3 (CV-circuit 3) Zonder tapwaterverwarming 8 Twee CV-circuits met mengklep M (CV-circuit ) en M3 (CV-circuit 3) Met tapwaterverwarming 9 Eén CV-circuit zonder mengklep A (CV-circuit ) Twee CV-circuits met mengklep M (CV-circuit ) en M3 (CV-circuit 3) Zonder tapwaterverwarming; wordt automatisch herkend. 0 Eén CV-circuit zonder mengklep A (CV-circuit ) Twee CV-circuits met mengklep M (CV-circuit ) en M3 (CV-circuit 3) Met tapwaterverwarming; wordt automatisch herkend. Service Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling :5 Met uitbreiding EA: : Looptijd instelbaar van 60 minuten 35

136 Codering Groep Algemeen (vervolg) Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling Looptijd tapwatercirculatiepomp :60 bij kortstondige werking: 5 min E:0 Met uitbreiding EA (analoge ingang 0-0 V): Temperatuuropvraag van 0 00 C: V 0 C 0 V 00 C 0:... Regelaarnasteltijd open 0: verdeler in s Toestand bij levering 0:99 door de ketelcodeerstekker ingesteld. Des te hoger de nasteltijd, des te nauwkeuriger, doch langzamer de regelaar. :... Regelaarvertraging : open-verdeler/verzamelaar in minuten. :99 Tijd tussen branderstart en bijschakelen van de regelaar. Toestand bij levering door de ketelcodeerstekker ingesteld. E:0 Zonder buitentemperatuursensor RF. F:0 Niet verstellen! 30:0 Zonder eerste stekkeradapter voor externe veiligheidsinrichting. 3:0 Zonder tweede stekkeradapter voor externe veiligheidsinrichting. 36 E: Temperatuuropvraag van 30 0 C: V 30 C 0 V 0 C Regelaarnasteltijd instelbaar van s; instelstap 0 s Regelaarvertraging instelbaar van 99 minuten. E: Met buitentemperatuursensor RF; wordt automatisch herkend. E: Buitentemperatuursensor RF wordt niet gebruikt. 30: Met eerste stekkeradapter voor externe veiligheidsinrichting; wordt automatisch herkend. 3: Met tweede stekkeradapter voor externe veiligheidsinrichting; wordt automatisch herkend.

137 Codering Groep Algemeen (vervolg) Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling 3:0 Zonder uitbreiding AM. 3: Met uitbreiding AM; wordt automatisch herkend. 33: Functie uitgang A op uitbreiding 33:0 Tapwatercirculatiepomp. AM: 33: Boilerlaadpomp. CV-pomp CV-circuit zonder mengklep A (CV-circuit ). 33:3 Circulatiepomp neutralisatie-inrichting rookgas-/ water-warmtewisselaar. 34: Functie uitgang A op uitbreiding AM: CV-pomp CV-circuit zonder mengklep A (CV-circuit ). 40:... Looptijd stelaandrijving op stekker gs A. Toestand bij levering door de ketelcodeerstekker ingesteld. 4A:0 Sensor aja niet aanwezig. 4b:0 Sensor ajb niet aanwezig. 4C:0 Aansluiting op stekker söa: Schakelcontact CVpomp. 4d: Aansluiting op stekker sl: Bijmengpomp. 4E: Aansluiting op stekker gs A: 34:0 Tapwatercirculatiepomp. 34: Boilerlaadpomp. 34:3 Circulatiepomp neutralisatie-inrichting rookgas-/ water-warmtewisselaar. 40:5 40:99 Looptijd instelbaar van 5 99 s. 4A: Sensor aja aanwezig (bijvoorbeeld temperatuursensor van Therm-Control); wordt automatisch herkend. 4b: Sensor ajb aanwezig (bijvoorbeeld temperatuursensor T); wordt automatisch herkend. 4C: Primaire pomp boilerlaadsysteem. 4C: Schakelcontact Therm- Control. 4C:3 circulatiepomp rookgas-/ water-warmtewisselaar. 4d: Ketelcircuitpomp. 4E: Motor voor 3-weg-mengklep boilerlaadsysteem. 37 Service

138 Codering Groep Algemeen (vervolg) Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling Motor voor 3-weg-mengklep voor de retourtemperatuurregeling. 4F:5 Nalooptijd van de bijmeng- 4F:0 Geen pompnaloop. respectievelijk ketelcircuitpomp 5 min. 4F: Nalooptijd instelbaar van 60 minuten. 4F:60 5:0 Zonder aanvoertemperatuursensor voor open verdeler. 5: Met aanvoertemperatuursensor voor open verdeler; wordt automatisch herkend. 53: Met open-verdeler/verzamelaar: ketelcirculatiepomp loopt op verzoek uitsluitend, als de brander in bedrijf is (met nalooptijd) :0 Ketelcircuitpomp loopt op verzoek altijd. 54:0 Zonder solarinstallatie. 54: Met Vitosolic 00; wordt automatisch herkend. 54: Met Vitosolic 00; wordt automatisch herkend. 54:3 Met module solarregeling, type SM, zonder extra functie; wordt automatisch herkend. 54:4 Met module solarregeling, type SM, met extra functie; bijvoorbeeld verwarmingsondersteuning; wordt automatisch herkend. 5b:0 Zonder uitbreiding EA. 5b: Met uitbreiding EA; wordt automatisch herkend. 5C:0 Functie uitgang abj op uitbreiding EA: Algemene storingsmelding. 5C: Toevoerpomp. 5C: Zonder functie. 5C:3 CV-pomp A wordt op een laag toerental geschakeld (gereduceerde werking). 5C:4 CV-pomp M wordt op een laag toerental geschakeld (gereduceerde werking).

139 Codering Groep Algemeen (vervolg) Codering in uitlevertoestand 5d:0 Functie ingang DE op uitbreiding EA: Zonder functie. 5E:0 Functie ingang DE op uitbreiding EA: Zonder functie. Mogelijke omstelling 5C:5 CV-pomp M3 wordt op een laag toerental geschakeld (gereduceerde werking). 5d: Werkingsprogrammaomschakeling. 5d: Extern opvragen met gewenste minimale ketelwatertemperatuur. Instelling van de gewenste waarde in codeeradres 9b. 5d:3 Extern blokkeren. 5d:4 Extern blokkeren met storingsmelding. 5d:5 Storingsmelding. 5d:6 kortstondige werking tapwatercirculatiepomp (toetsfunctie). Instelling looptijd tapwatercirculatiepomp in codeeradres in de groep Algemeen. 5E: Werkingsprogrammaomschakeling. 5E: Extern opvragen met gewenste minimale ketelwatertemperatuur. Instelling van de gewenste waarde in codeeradres 9b. 5E:3 Extern blokkeren. 5E:4 Extern blokkeren met storingsmelding. 5E:5 Storingsmelding. 5E:6 kortstondige werking tapwatercirculatiepomp (toetsfunctie). Instelling looptijd tapwatercirculatiepomp in codeeradres in de groep Algemeen. Service 39

140 Codering Groep Algemeen (vervolg) Codering in uitlevertoestand 5F:0 Functie ingang DE3 op uitbreiding EA: Zonder functie. 6C:0 Nalooptijd circulatiepomp neutralisatie-inrichting op uitgang A op uitbreiding AM: geen. 6d:0 Nalooptijd circulatiepomp neutralisatie-inrichting op uitgang A op uitbreiding AM: geen. 6E:50 Geen indicatiecorrectie buitentemperatuur. 76:0 Zonder communicatiemodule LON. 77: LON-deelnemersnummer. 40 Mogelijke omstelling 5F: Werkingsprogrammaomschakeling. 5F: Extern opvragen met gewenste minimale ketelwatertemperatuur. Instelling van de gewenste waarde in codeeradres 9b. 5F:3 Extern blokkeren. 5F:4 Extern blokkeren met storingsmelding. 5F:5 Storingsmelding. 5F:6 Kortstondige werking tapwatercirculatiepomp (toetsfunctie). Instelling looptijd tapwatercirculatiepomp in codeeradres in de groep Algemeen. 6C: Nalooptijd instelbaar van 55 s. 6C:55 6d: 6d:55 6E:0 6E:49 6E:5 6E:99 Nalooptijd instelbaar van 55 s. Indicatiecorrectie 5 K indicatiecorrectie 0, K Indicatiecorrectie +0, K indicatiecorrectie +4,9 K 76: Met communicatiemodule LON (wordt automatisch herkend). 77: 77:99 LON-deelnemersnummer instelbaar van 99: = regeling CV-ketel

141 Codering Groep Algemeen (vervolg) Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling 0-97 = Vironic 00-H 98 = Vitogate 99 = Vitocom 78: Communicatie LON vrijgegeven. 79: Met communicatiemodule LON: Regeling is foutmanager. 7A:0 Zonder centrale bediening van de CV-circuits. 7b: Met communicatiemodule LON: Regeling zendt tijd. Opmerking Elk nummer mag slechts eenmaal worden toegekend. 78:0 Communicatie LON geblokkeerd. 79:0 Regeling is niet foutmanager. 7A: Met centrale bediening (zie pagina ): CV-circuit zonder mengklep A (CV-circuit ). 7A: CV-circuit met mengklep M (CV-circuit ). 7A:3 CV-circuit met mengklep M3 (CV-circuit 3). 7b:0 Tijd niet verzenden. 7F: Eengezinswoning. 7F:0 Eengezinswoning. Aparte instelling van vakantieprogramma en tijdprogramma voor de tapwaterverwarming mogelijk. 80:6 Storing wordt gemeld zodra de storing minimaal 30 s aanwezig is. 8: Automatische omschakeling van zomer-/wintertijd. 80:0 Storingsmelding direct. 80: Minimumduur van de storing storingsmelding 80:99 volgt, instelbaar van s; instelstap 5 s 8:0 Handmatige omschakeling van zomer-/wintertijd. 8: Plaatsing van de draadloze tijdmodule (wordt automatisch herkend). 4 Service

142 Codering Groep Algemeen (vervolg) Codering in uitlevertoestand 8:3 Begin zomertijd: Maart 83:5 Begin zomertijd: Week 5 van de gekozen maand. 84:7 Begin zomertijd: laatste zondag van de gekozen maand. 85:0 Begin wintertijd: oktober. 86:5 Begin wintertijd: Week 5 van de gekozen maand. 87:7 Begin zomertijd: laatste zondag van de gekozen maand. 88:0 Temperatuurindicatie in ºC (Celcius). 8A:75 Niet verstellen! 8F:0 Bediening in het basismenu en in het uitgebreide menu vrijgegeven. Opmerking De betreffende codering wordt pas geactiveerd, wanneer u het servicemenu verlaat (zie pagina 8). Mogelijke omstelling 8:3 Met communicatiemodule LON: regeling ontvangt tijd. 8: Januari december 8: 83: 83:5 84: 84:7 85: 85: 86: 86:5 87: 87:7 Week week 5 van de gekozen maand Maandag zondag Januari december Week week 5 van de gekozen maand Maandag zondag 88: Temperatuurindicatie in ºF (Fahrenheit). 8F: Bediening in het basismenu en in het uitgebreide menu geblokkeerd. 8F: Bediening in het basismenu vrijgegeven, in het uitgebreide menu geblokkeerd. 4

143 Codering Groep Algemeen (vervolg) Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling 90:8 Tijdconstante voor de berekening van de gewijzigde buitentemperatuur,3 uur. 90: 90:99 Afhankelijk van de ingestelde waarde snelle (lagere waarden) respectievelijk langzame (hogere waarden) aanpassing van de aanvoertemperatuur bij wijziging van de buitentemperatuur. instelstap 0 min 9:0 Aansluiting op klemmen en van stekker avd inactief (externe omschakeling werkingsprogramma) 9: Contact werkt op de volgende CV-circuits: CV-circuit zonder mengklep A (CV-circuit ). (zie pagina 55). 9: CV-circuit met mengklep M (CV-circuit ). 9:3 CV-circuits zonder mengklep A (CV-circuit ) en CV-circuit met mengklep M (CV-circuit ). 9:4 CV-circuit met mengklep M3 (CV-circuit 3). 9:5 CV-circuits zonder mengklep A (CV-circuit ) en CV-circuit met mengklep M3 (CV-circuit 3). 9:6 CV-circuits met mengklep M (CV-circuit ) M3 (CVcircuit 3). 9:7 CV-circuit zonder mengklep A (CV-circuit ) en CV-circuits met mengklep M (CV-circuit ) en M3 (CV-circuit 3). 93:0 Algemene storingsmelding bij service-testfunctie / onderhoudsindicatie werkt niet op algemene storing. 95:0 Zonder communicatiepoort Vitocom : Algemene storingsmelding bij service-testfunctie / onderhoudsindicatie werkt niet op algemene storing. 95: Met communicatiepoort Vitocom 00; wordt automatisch herkend. 43 Service

144 Codering Groep Algemeen (vervolg) Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling 96: Met uitbreiding voor een tweede en derde CV-circuit met mengklep. 96:0 Zonder uitbreiding voor een tweede en derde CVcircuit met mengklep. 97: Met communicatiemodule LON: regeling zendt buitentemperatuur naar Vironic 97:0 Buitentemperatuur van op de regeling aangesloten sensor wordt alleen intern gebruikt. 00-H. 97: Regeling ontvangt buitentemperatuur van Vironic 00-H. 98: Met communicatiemodule LON: Viessmann-installatienummer (in combinatie met bewaking van meerdere installaties via Vitocom 300). 98: 98:5 Installatienummer instelbaar tussen en 5. 99:0 Aansluiting op klemmen en 3 van stekker avd inactief (extern blokkeren/extern Mengklep dicht ) (zie pagina 55) : Zonder functie. 99: Extern Mengklep dicht CV-circuit met mengklep M (CV-circuit ). 99:3 Zonder functie. 99:4 Extern Mengklep dicht CV-circuit met mengklep M3 (CV-circuit 3). 99:5 Zonder functie. 99:6 Extern Mengklep dicht CV-circuits met mengklep M (CV-circuit ) M3 (CVcircuit 3). 99:7 Zonder functie. 99:8 Extern blokkeren. 99:9 Zonder functie. 99:0 Extern blokkeren/ extern Mengklep dicht CV-circuits met mengklep M (CV-circuit ) M3 (CVcircuit 3). 99: Zonder functie. 99: Extern blokkeren/ extern Mengklep dicht

145 Codering Groep Algemeen (vervolg) Codering in uitlevertoestand 9A:0 Aansluiting op klemmen en van stekker avd inactief (externe Mengklep open ) (zie pagina 55). 9b:70 Gewenste waarde minimale ketelwatertemperatuur bij externe aanvraag 70 C. 9C:0 Met communicatiemodule LON: Bewaking LON-deelnemers. Wanneer een deelnemer niet antwoordt, worden na 0 minuten instelwaarden van de regeling gebruikt. Pas dan volgt een storingsmelding. 9d:0 Niet verstellen! 9F:8 Verschiltemperatuur 8 K; alleen in combinatie met M en M3. Mogelijke omstelling CV-circuit met mengklep M3 (CV-circuit 3). 99:3 Zonder functie. 99:4 Extern blokkeren/ extern Mengklep dicht CV-circuits met mengklep M (CV-circuit ) M3 (CVcircuit 3). 99:5 Zonder functie. 9A: Zonder functie. 9A: Extern Mengklep open CV-circuit met mengklep M (CV-circuit ). 9A:3 Zonder functie. 9A:4 Extern Mengklep open CV-circuit met mengklep M3 (CV-circuit 3). 9A:5 Zonder functie. 9A:6 Extern Mengklep open CV-circuits met mengklep M (CV-circuit ) M3 (CVcircuit 3). 9A:7 Zonder functie. 9b:0 9b:7 Gewenste waarde instelbaar van 0 7 C (begrensd door ketelspecifieke parameters). 9C:0 Geen bewaking. 9C:5 9C:60 9F:0 9F:40 Tijd instelbaar van 5 60 minuten. Verschiltemperatuur instelbaar van 0 40 K. Service 45

146 Codering Groep Ketel Coderingen Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling 0: Tweetraps brander. 0:0 Eentraps brander. 0: Modulerende brander. 03:0 Gaswerking Toestand bij levering 03: Olie (kan niet worden teruggezet) door de ketelcodeerstekker ingesteld. 03: Wordt automatisch ingesteld als een verkeerde of geen ketelcodeerstekker is aangesloten 04:... Schakelhysterese brander: Toestand bij levering door de ketelcodeerstekker ingesteld. 05:... Modulerende brander: Branderkarakteristiek. Toestand bij levering door de ketelcodeerstekker ingesteld. 06:87 Maximumbegrenzing van de ketelwatertemperatuur 87 ºC. Toestand bij levering door de ketelcodeerstekker ingesteld. 04:0 Schakelhysterese 4 K (zie pagina 0) 04: Schakelhysterese warmteafhankelijk (zie pagina 0) ERB50-functie (waarden van 6 K). 04: ERB80-functie (waarden van 6 0 K). 05:0 Branderkarakteristiek lineair. 05: 05:99 06:0 06:7 Branderkarakteristiek niet lineair. (P T : P max ) 00% P T in kw: deellastvermogen bij ⅓ van de looptijd van de stelaandrijving P max in kw: maximumvermogen Maximumbegrenzing instelbaar van 0 7 C. Opmerking Instelling van de temperatuurregelaar R respecteren (zie pagina 45). 08:... Maximumvermogen brander in kw. 08:0 08:99 Maximumvermogen instelbaar van 0 99kW. 46

147 Codering Groep Ketel (vervolg) Codering in uitlevertoestand Toestand bij levering door de ketelcodeerstekker ingesteld. 09:... Maximumvermogen brander in kw. Toestand bij levering door de ketelcodeerstekker ingesteld. 0A:... Basisvermogen brander in kw. Toestand bij levering door de ketelcodeerstekker ingesteld. Mogelijke omstelling 09:0 09:99 0A:0 0A:00 Maximumvermogen instelbaar van kw. instelstap 00 kw Branderkarakteristiek niet lineair. (P G :P max ) 00% P G in kw: basisvermogen P max in kw: maximumvermogen 0C:0 Zonder functie. 0C: Permanente retourtemperatuurregeling. Codeeradres 4E in de groep naleven. 0d: Met Therm-Control, werkt op mengkleppen van de nageschakelde CV-circuits. 0d:0 Zonder Therm-Control. 3:... Uitschakelverschil in K. De brander wordt bij het overschrijden van de gewenste ketelwatertemperatuur uitgeschakeld. Toestand bij levering door de ketelcodeerstekker ingesteld. 4:... Minimumlooptijd van de brander in minuten. Toestand bij levering door de ketelcodeerstekker ingesteld. 5:... Looptijd stelaandrijving mod. brander. Toestand bij levering door de ketelcodeerstekker ingesteld. 3:0 Zonder uitschakelverschil. 3: Uitschakelverschil instelbaar van 0 K. 3:0 4:0 4:5 5:5 5:99 Minimale looptijd instelbaar van 0 5 min. Looptijd instelbaar van 5 99 s. Service 47

148 Codering Groep Ketel (vervolg) Codering in uitlevertoestand 6:... Offset brander bij optimalisering van de start in K (tijdelijke verlaging van de gewenste ketelwatertemperatuur na branderstart). Toestand bij levering door de ketelcodeerstekker ingesteld. A:... Optimalisering start in minuten. Toestand bij levering door de ketelcodeerstekker ingesteld. b:... Tijd van het ontsteken van de brander het begin van de regeling. Toestand bij levering door de ketelcodeerstekker ingesteld. C:0 Het signaal B4 op stekker fa is niet beschikbaar: Compensatie van de signaalvertraging voor het tellen van bedrijfsuren. Tijd vanaf het moment dat het startsignaal van de brander op T in de stekker fa staat aan het openen van de magneetklep. Bij iedere branderstart worden 0 s van de bedrijfstijd afgetrokken. d:... Functie bijmengpomp. Toestand bij levering door de ketelcodeerstekker ingesteld. Mogelijke omstelling 6:0 6:5 A:0 A:60 b:0 b:99 C: C:99 Verstelling instelbaar van 0 5 K. Tijdsduur van de optimalisering tijdens de start van 0 60 minuten. Regelvertraging instelbaar van 99 s. Vertraging instelbaar van 99 s. Deze tijd wordt bij iedere branderstart van de bedrijfstijd afgetrokken. Bijvoorbeeld bedrijfssituaties, waarin de brander via de mechanische temperatuurregelaar wordt uitgeschakeld, maar verder een branderaanvraag bestaat (bedrijfsuren worden verder geteld). Eventueel codeeradres 06 veranderen. d:0 Functie volgens ketelcodeerstekker. d: Bijmengpomp loopt altijd, wanneer de brander in bedrijf is. 48

149 Codering Groep Ketel (vervolg) Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling F:0 Met rookgastemperatuursensor: geen bewaking van de rookgastemperatuur voor onderhoudsindicatie brander. F: F:50 C :0 Geen onderhoudsinterval : (bedrijfsuren) ingesteld. :00 3:0 Geen tijdsinterval voor onderhoud. 4:0 Geen indicatie Onderhoud op de display. 6:0 Brandstofverbruik van de brander (eerste trap): geen telling als 6:0 en 7:0 gecodeerd zijn. 3: 3:4 Bij overschrijden van de grenswaarde voor de rookgastemperatuur verschijnt Onderhoud. Aantal bedrijfsuren van de brander het volgende onderhoud instelbaar van uur; instelstap 00 h Tijdsinterval instelbaar van 4 maanden. 4: Indicatie Onderhoud op de display (adres wordt automatisch geactiveerd, moet na onderhoud handmatig worden teruggezet). 6: 6:99 Invoer van 0, 9,9; instelstap 0, l/h respectievelijk gallon/h Opmerking Waarden van codeeradressen 6 en 7 worden opgeteld. 7:0 Brandstofverbruik van de brander (eerste trap): geen telling als 6:0 en 7:0 gecodeerd zijn. 8:0 Geen intervalontsteking van de brander. 9:0 Brandstofverbruik van de brander (tweede trap); geen telling als 9:0 en A:0 gecodeerd zijn. 7: 7:99 8: 8:4 9: 9:99 Invoer van 0 990; instelstap 0 l/h respectievelijk gallon/h Tijdsinterval van 4 h instelbaar. Brander wordt telkens gedurende 30 s geforceerd ingeschakeld. Invoer van 0, 9,9; instelstap 0, l/h respectievelijk gallon/h Service 49

150 Codering Groep Ketel (vervolg) Codering in uitlevertoestand A:0 Brandstofverbruik van de brander (e trap); geen telling als 9:0 en A:0 gecodeerd zijn. d:0 Bijmengpomp uitsluitend bij vraag Aan. Mogelijke omstelling Opmerking Waarden van codeeradressen 9 en A worden opgeteld. A: A:99 Invoer van 0 990; instelstap 0 l/h respectievelijk gallon/h d: Bijmengpomp permanent Aan. Groep Warm water Coderingen Codering in uitlevertoestand 55:0 Boilerverwarming, Hysterese ±,5 K. 56:0 Gewenste tapwatertemperatuur instelbaar van 0 60 C. Mogelijke omstelling 55: Adaptieve boilerverwarming actief (zie pagina 8). 55: Boilertemperatuurregeling met twee boilertemperatuursensoren (zie pagina 9). 55:3 Boilertemperatuurregeling boilerlaadsysteem (zie pagina 9). 56: Gewenste tapwatertemperatuur instelbaar van 0 95 C. Opmerking Maximaal toegestane tapwatertemperatuur respecteren. Temperatuurregelaar R omzetten. 50

151 Codering Groep Warm water (vervolg) Codering in uitlevertoestand 58:0 Zonder extra functie voor tapwaterverwarming. 59:0 Boilerverwarming: Inschakelpunt gewenste waarde,5 K Uitschakelpunt gewenste waarde +,5 K 5A:0 Bij tapwateropwarming: De gewenste ketelwatertemperatuur is de hoogste aanvoertemperatuuraanvraag van de installatie. De temperatuur opvragen in het menu Diagnose, Algemeen ( Gemeens. opvraag.t. ), zie pagina 8. 60:0 Tijdens de tapwaterverwarming is de ketelwatertemperatuur maximaal 0 K hoger dan de gewenste tapwatertemperatuur. 6: Boilerlaadpomp voor de boilerverwarming wordt onmiddellijk ingeschakeld. 6:0 Boilerlaadpomp met maximaal 0 minuten naloop na boilerverwarming. Mogelijke omstelling 58:0 Invoer van een tweede gewenste tapwaterwaarde; instelbaar van 0 58:60 95 C (codeeradres 56 en 63 in acht nemen). 59: 59:0 Inschakelpunt instelbaar van 0 K onder gewenste waarde. 5A: Bij tapwateropwarming: De gewenste ketelwatertemperatuur is de aanvoertemperatuur-aanvraag van de warmwaterboiler. De temperatuur opvragen in het menu Diagnose, Algemeen ( Gemeens. opvraag.t. ), zie pagina 8. 60:0 60:50 Verschil tussen ketelwatertemperatuur en gewenste tapwatertemperatuur instelbaar van 0 50 K. 6:0 Boilerlaadpomp voor de boilerverwarming wordt afhankelijk van de ketelwatertemperatuur ingeschakeld. 6:0 Boilerlaadpomp zonder naloop. 6: 6:5 Nalooptijd instelbaar van 5 minuten. 5 Service

152 Codering Groep Warm water (vervolg) Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling 64: Tijdens de partywerking en na externe omschakeling bij werking met voortdurend normale ruimtetemperatuur: Voortdurende tapwateropwarming vrijgegeven en circulatiepomp Aan. 66:4 Invoer van de gewenste tapwatertemperatuur: op de bedieningseenheid van de regeling en alle aanwezige afstandsbedieningen Virol 300A. 67:40 Bij solaire tapwaterverwarming: 5 64:0 Geen tapwaterverwarming, circulatiepomp Uit. 64: Tapwateropwarming en circulatiepomp volgens tijdprogramma. 66:0 Aam de bedieningseenheid van de regeling. 66: Op bedieningseenheid van de regeling en afstandsbediening CV-circuit zonder mengklep A (CV-circuit ). 66: Op bedieningseenheid van de regeling en afstandsbediening CV-circuit met mengklep M (CV-circuit ). 66:3 Op bedieningseenheid van de regeling en afstandsbediening CV-circuit met mengklep M3 (CV-circuit 3). 66:5 Op de afstandsbediening CV-circuit zonder mengklep A (CV-circuit ). 66:6 Aan de afstandsbediening CV-circuit met mengklep M (CV-circuit ). 66:7 Aan de afstandsbediening CV-circuit met mengklep M3 (CV-circuit 3). 67:0 Geen derde gewenste waarde. 67:0 Gewenste tapwatertemperatuur instelbaar van 0 67:95 95 C (begrensd door ketelspecifieke parameters).

153 Codering Groep Warm water (vervolg) Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling Gewenste tapwatertemperatuur 40 C. Boven de ingestelde gewenste waarde is de onderdrukking van de naverwarming actief (tapwaterverwarming door de verwarmingsketel uitsluitend, wanneer solarenergie niet voldoet). 68:8 Met twee boilertemperatuursensoren 68: (code- ring 55: ): 68:0 uitschakelpunt van de boilerverwarming bij gewenste waarde x 0,8. 69:7 Met twee boilertemperatuursensoren 69: (code- ring 55: ): 69:9 Inschakelpunt van de boilerverwarming bij gewenste waarde x 0,7. 6A:75 Looptijd stelaandrijving 6A:0 mengklep warmtewisselaarset Virans, (80 6A:55 en 0 kw): 75 s. 55 s. 70:0 Tapwatercirculatiepomp bij vrijgegeven tapwaterverwarming volgens tijdprogramma Aan. 7:0 Tapwatercirculatiepomp: volgens tijdprogramma Aan. 7:0 Tapwatercirculatiepomp: Aan volgens tijdprogramma. Let op opmerking bij codeeradres 56. Factor instelbaar van 0, ; instelstap 0, Factor instelbaar van 0, 0,9; instelstap 0, Bij warmtewisselaarset Virans (40 kw): 3 s instellen. Looptijd instelbaar van 0 70: Tapwatercirculatiepomp volgens tijdprogramma Aan. 7: Uit tijdens de tapwateropwarming de eerste gewenste waarde. 7: Aan tijdens de tapwateropwarming de eerste gewenste waarde. 7: Uit tijdens de tapwateropwarming de tweede gewenste waarde. 53 Service

154 Codering Groep Warm water (vervolg) Codering in uitlevertoestand 73:0 Tapwatercirculatiepomp: Aan volgens tijdprogramma. 75:0 Tapwatercirculatiepomp tijdens de spaarwerking volgens tijdprogramma Aan. Mogelijke omstelling 7: Aan tijdens de tapwateropwarming de tweede gewenste waarde. 73: 73:6 Tijdens het tijdprogramma eenmaal/h gedurende 5 min Aan zesmaal/h gedurende 5 min Aan. 73:7 Permanent Aan. 75: Tapwatercirculatiepomp tijdens de spaarwerking Uit. Groep Solar Alleen in combinatie met solarregelingsmodule, type SM. Coderingen Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling 00:8 De solarcircuitpomp wordt ingeschakeld als de collectortemperatuur de werkelijke tapwatertemperatuur met 8 K overstijgt. 00: 00:30 0:4 De solarcircuitpomp 0: wordt uitgeschakeld als het verschil tussen collectortemperatuur 0:9 en werke- lijke tapwatertemperatuur minder dan 4 K bedraagt. 0:0 Solarcircuitpomp (getrapt) zonder toerentalregeling door solarregelingsmodule SM. 54 Het verschil tussen de werkelijke tapwatertemperatuur en het inschakelpunt van de solarcircuitpomp is instelbaar van 30 K. Het verschil tussen de werkelijke tapwatertemperatuur en het uitschakelpunt van de solarcircuitpomp is instelbaar van 9 K. 0: Solarcircuitpomp (getrapt) toerentalgestuurd met aspakketbesturing.

155 Codering Groep Solar (vervolg) Codering in uitlevertoestand 03:0 Het temperatuurverschil tussen collectortemperatuur en werkelijke tapwatertemperatuur wordt op 0 K geregeld. 04:4 Regelversterking van de toerentalregeling 4 %/K. 05:0 Minimale toerental van de solarcircuitpomp 0%van het maximale toerental. 06:75 Maximale toerental van de solarcircuitpomp 75%van het maximaal mogelijke toerental. 07:0 Intervalfunctie van de solarcircuitpomp uitgeschakeld. 08:60 De solarcircuitpomp wordt uitgeschakeld als de werkelijke drinkwatertemperatuur de maximumboilertemperatuur (60 C) bereikt. 09:30 De solarcircuitpomp wordt uitgeschakeld als de collectortemperatuur 30 C bereikt (maximum collectortemperatuur ter bescherming van de installatiecomponenten). Mogelijke omstelling 0: Solarcircuitpomp met toerentalregeling en PWMaansturing. 03:5 03:0 04: 04:0 05: 05:00 06: 06:00 Het temperatuurverschil tussen collectortemperatuur en werkelijke tapwatertemperatuur is instelbaar van 5 0 K. Regelversterking instelbaar van 0 %/K. Minimale toerental van de solarcircuitpomp is instelbaar van 00%. Maximale toerental van de solarcircuitpomp is instelbaar van 00%. 07: Intervalfunctie van de solarcircuitpomp ingeschakeld. Voor de preciezere registratie van de collectortemperatuur wordt de solarcircuitpomp cyclisch kortstondig ingeschakeld. 08:0 08:90 09:0 09:00 De maximumboilertemperatuur is instelbaar van 0 90 C. De temperatuur is instelbaar van Service

156 Codering Groep Solar (vervolg) Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling 0A:5 Als bescherming van installatieonderdelen en 0A:0 Reducering stagnatietijd niet actief. warmte overdrachtsmedia: Het toerental van de 0A: 0A:40 Waarde voor reducering stagnatietijd instelbaar van 40 K. solarcircuitpomp wordt verlaagd als de werkelijke boilertemperatuur 5 K onder de maximumboilertemperatuur ligt. 0b:0 Vorstbeschermingsfunctie voor solarcircuit uitgeschakeld. 0b: Vorstbescherming voor solarcircuit ingeschakeld (niet nodig bij warmte overdrachtsmedia van Viessmann). 0C: Delta-T-bewaking ingeschakeld. Er wordt te weinig of geen debiet in het solarcircuit geregistreerd. 0C:0 Delta-T-bewaking uitgeschakeld. 0d: Bewaking nachtcirculatie ingeschakeld. Ongewild debiet in het solarcircuit (bijvoorbeeld 's nachts) wordt geregistreerd. 0E: Bepaling van de solaropbrengst met warmte overdrachtsmedia van Viessmann. 0F:70 Het debiet van het solarcircuit bij maximaal pomptoerental 7 l/min. 0:0 Regeling richttemperatuur uitgeschakeld (zie codeeradres ). 56 0d:0 Bewaking nachtcirculatie uitgeschakeld. 0E: Bepaling van de solaropbrengst met water als warmte overdrachtsmedia (niet instellen omdat werking alleen met warmte overdrachtsmedia van Viessmann mogelijk is). 0E:0 Bepaling solaropbrengst uitgeschakeld. 0F: 0F:55 Volumestroom instelbaar van 0, 5,5 l/min. instelstap 0, l/min 0: Regeling richttemperatuur ingeschakeld.

157 Codering Groep Solar (vervolg) Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling :50 Gewenste tapwatertemperatuur solar 50 C. Regeling richttemperatuur ingeschakeld (codering 0: ): Temperatuur waarmee het solair verwarmde water in de warmwaterboiler moet worden toegelaten. Uitgebreide regelingsfuncties voor de verwarming van twee warmwaterboilers ingesteld (codering 0:8 ): Bij het bereiken van de gewenste tapwatertemperatuur van een warmwaterboiler wordt de tweede warmwaterboiler verwarmd. :0 :90 :0 Minimale collectortemperatuur 0 C. De solarcircuitpomp actief. wordt pas ingeschakeld : als de ingestelde minimum collectortempera- :90 tuur wordt overschreden. 0:0 Geen uitgebreide regelingsfunctie actief. Gewenste tapwatertemperatuur solar instelbaar van 0 90 C. :0 Functie van de minimale collectortemperatuur niet De minimum collectortemperatuur is instelbaar van 90 C. 0: Extra functie voor tapwaterverwarming. 0:. temperatuurverschilregeling. 0:3. temperatuurverschilregeling en extra functie. 0:4. temperatuurverschilregeling voor ondersteuning verwarming. 0:5 Thermostaatfunctie. 0:6 Thermostaatfunctie en extra functie. 57 Service

158 Codering Groep Solar (vervolg) Codering in uitlevertoestand 58 Mogelijke omstelling 0:7 Solaire verwarming via externe warmtewisselaar zonder extra temperatuursensor. 0:8 Solaire verwarming via externe warmtewisselaar met extra temperatuursensor. 0:9 Solaire verwarming van twee warmwaterboilers. : :30 3: 3:30 4:0 4:00 :8 Inschakeltemperatuurverschil bij ondersteuning verwarming: 8 K. De schakeluitgang ss wordt ingeschakeld als de temperatuur op sensor / de temperatuur op sensor aö met de ingestelde waarde overschrijdt. 3:4 Uitschakeltemperatuurverschil bij ondersteuning verwarming: 4 K. De schakeluitgang ss wordt uitgeschakeld als de temperatuur op sensor / lager wordt dan het uitschakelpunt. Het uitschakelpunt is de som van de temperatuur op sensor aö en de ingestelde waarde van het uitschakeltemperatuurverschil. 4:40 Inschakeltemperatuur voor thermostaatfunctie 40 C. Inschakeltemperatuur thermostaatfunctie uitschakeltemperatuur thermostaatfunctie: Inschakeltemperatuurverschil bij ondersteuning verwarming is instelbaar van 30 K. Uitschakeltemperatuurverschil bij ondersteuning verwarming is instelbaar van 9 K. Inschakeltemperatuur voor thermostaatfunctie is instelbaar van 0 00 K.

159 Codering Groep Solar (vervolg) Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling Thermostaatfunctie bijvoorbeeld voor naverwarming. De schakeluitgang ss wordt ingeschakeld als de temperatuur op sensor / lager wordt dan de inschakeltemperatuur thermostaatfunctie. Inschakeltemperatuur thermostaatfunctie > uitschakeltemperatuur thermostaatfunctie: Thermostaatfunctie bijvoorbeeld voor benutting van overtollige warmte. De schakeluitgang ss wordt ingeschakeld als de temperatuur op sensor / de inschakeltemperatuur thermostaatfunctie overschrijdt. 5:50 Uitschakeltemperatuur voor thermostaatfunctie 50. Inschakeltemperatuur thermostaatfunctie uitschakeltemperatuur thermostaatfunctie: Thermostaatfunctie bijvoorbeeld voor naverwarming. De schakeluitgang ss wordt uitgeschakeld als de temperatuur op sensor / de inschakeltemperatuur thermostaatfunctie overschrijdt. Inschakeltemperatuur thermostaatfunctie > uitschakeltemperatuur thermostaatfunctie: 5:0 5:00 Uitschakeltemperatuur voor thermostaatfunctie is instelbaar van 0 00 K. Service 59

160 Codering Groep Solar (vervolg) Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling Thermostaatfunctie bijvoorbeeld voor gebruik van overschotwarmte. De schakeluitgang ss wordt uitgeschakeld als de temperatuur op sensor / lager wordt dan de inschakeltemperatuur thermostaatfunctie. 6: Voorrang voor warmwaterboiler, met pendelverwarming. 6:0 Voorrang voor warmwaterboiler, zonder pendelverwarming. Alleen bij instelling codering 0:8. 6: Voorrang voor warmwaterboiler, zonder pendelverwarming. 6:3 Voorrang voor warmwaterboiler, met pendelverwarming. 6:4 Pendelverwarming zonder voorrang voor een warmwaterboiler. 7:5 Pendelverwarmingstijd 5 minuten. De warmwaterboiler zonder voorrang wordt maximaal gedurende de ingestelde pendelverwarmingstijd verwarmd als de warmwaterboiler met voorrang is verwarmd. 7:5 7:60 De pendelverwarmingstijd is instelbaar van 5 60 minuten. 8:3 Pendelpauzetijd 3 minuten. Na afloop van de ingestelde pendelverwarmingstijd voor de warmwaterboiler zonder voorrang wordt tijdens de pendelpauzetijd de stijging van de collectortemperatuur geregistreerd. 60 8: 8:60 De pendelpauzetijd is instelbaar van 60 minuten.

161 Codering Groep CV-circuit, CV-circuit, CV-circuit 3 Coderingen Codering in uitlevertoestand A0:0 Zonder afstandsbediening. A:0 Uitsluitend met Virol 00A of Virol 00RF: Alle aan de afstandsbediening mogelijke instelling kunnen worden uitgevoerd. A: Boilervoorrang op CVpomp en mengklep. A3: Buitentemperatuur onder C: CV-pomp Aan. Buitentemperatuur boven 3 C: CV-pomp Uit. Mogelijke omstelling A0: Met Virol 00A of Virol 00RF; wordt automatisch herkend. A0: Met Virol 300A of Vitohome 300; wordt automatisch herkend. A: Op de afstandsbediening kan alleen partywerking worden ingesteld. A:0 Zonder boilervoorrang op CV-pomp en mengklep. A: Boilervoorrang alleen op mengklep. A:3 A:5 A3:-9 A3:5 Glijdende voorrang op mengklep; dat wil zeggen: het CV-circuit krijgt een gereduceerde warmtehoeveelheid. CV-pomp Aan/Uit (zie volgende tabel).! Opgelet Bij instellingen onder C bestaat het gevaar dat leidingen die zich buiten de isolatie van het huis bevinden, bevriezen. Voorzichtigheid is vooral geboden in de uitschakelmodus, bijvoorbeeld tijdens vakantie. Service Parameters CV-pomp Adres A3:... Aan Uit -9-0 C -8 C -8-9 C -7 C -7-8 C -6 C -6-7 C -5 C 6

162 Codering Groep CV-circuit, CV-circuit, CV-circuit 3 (vervolg) Parameters CV-pomp Adres A3:... Aan Uit -5-6 C -4 C -4-5 C -3 C -3-4 C - C - -3 C - C - - C 0 C 0 - C C 0 C C C 3 C 5 4 C 6 C Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling A4:0 Met vorstbescherming. A4: Geen vorstbescherming, instelling alleen mogelijk als codering A3:-9 is ingesteld. Opgelet! Opmerking bij Codeeradres A3 respecteren. A5:5 Met functie voor CV-pomplogica (spaarschakeling): CV-pomp Uit als buitentemperatuur (AT) K hoger is dan gewenste kamertemperatuur (RT Gewenst ) AT > RT Gew + K. A5:0 Zonder CV-pomplogica. A5: Met logisch systeem van de CV-pomp: A5:5 CV-pomp Uit zie volgende tabel. Parameter adres A5:... Met logisch systeem van de CV-pomp: CVpomp Uit AT > RT Gewenst + 5 K AT > RT Gewenst + 4 K 3 AT > RT Gewenst + 3 K 4 AT > RT Gewenst + K 5 AT > RT Gewenst + K 6

163 Groep CV-circuit, CV-circuit, CV-circuit 3 (vervolg) Codering Parameter adres A5:... 6 AT > RT Gewenst 7 AT > RT Gewenst - K 5 AT > RT Gewenst - 9 K Met logisch systeem van de CV-pomp: CVpomp Uit Codering in uitlevertoestand A6:36 Uitgebreide spaarschakeling niet actief. A7:0 Uitsluitend voor CV-circuits met mengklep: Zonder mengklepspaarfunctie. A9:7 Met pompstilstandtijd (CV-pomp Uit ) (zie functiebeschrijving pagina 08). Mogelijke omstelling A6:5 Uitgebreide spaarschakeling actief, dat wil zeggen: A6:35 bij een variabele instelbare waarde tussen 5 en 35 C vermeerderd met C worden de brander en CVpomp uitgeschakeld en wordt de mengklep gesloten. Basis is de gecorrigeerde buitentemperatuur. Deze is samengesteld uit de werkelijke buitentemperatuur en een tijdconstante die rekening houdt met de afkoeling van een gemiddeld gebouw. A7: Met mengklepspaarfunctie (uitgebreide CV-pomplogica): CV-pomp bovendien Uit : Als de mengklep langer dan minuten werd gesloten. CV-pomp Aan : Wanneer de mengklep met de regelwerking begint. Bij vorstgevaar. A9:0 Zonder pompstilstandtijd. A9: A9:5 Met pompstilstandtijd, instelbaar van 5. : korte stilstandtijd 5: lange stilstandtijd Service 63

164 Codering Groep CV-circuit, CV-circuit, CV-circuit 3 (vervolg) Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling AA: Met vermogensreductie door temperatuursensor AA:0 Zonder vermogensreductie. aja. AA: Zonder functie. b0:0 Met afstandsbediening: * Verwarming / gereduceerde werking: weersafhankelijk. b0: Ruimteverwarming: weersafhankelijk Gereduceerde werking: met kamertemperatuur-bijschakeling b0: Ruimteverwarming: met kamertemperatuur-bijschakeling Gereduceerde werking: weersafhankelijk b0:3 Verwarming / gereduceerde werking: met kamertemperatuur-bijschakeling b:8 Met afstandsbediening b:0 Zonder kamerinvloed. en voor het CV-circuit moet de werking met kamertemperatuur-bijschakeling gecodeerd zijn: * Ruimte-invloedfactor 8. b: b:64 Ruimte-invloedfactor instelbaar tussen en 64. b5:0 Met afstandsbediening: * geen CV-pomplogica afhankelijk van ruimtetemperatuur. 64 b5: b5:8 CV-pomplogica zie volgende tabel. Parameteradres Met logisch systeem van de CV-pomp: b5:... CV-pomp Uit CV-pomp Aan RT Werkelijk > RT Gewenst + 5 K RT Werkelijk < RT Gewenst + 4 K RT Werkelijk > RT Gewenst + 4 K RT Werkelijk < RT Gewenst + 3 K 3 RT Werkelijk > RT Gewenst + 3 K RT Werkelijk < RT Gewenst + K 4 RT Werkelijk > RT Gewenst + K RT Werkelijk < RT Gewenst + K 5 RT Werkelijk > RT Gewenst + K RT Werkelijk < RT Gewenst 6 RT Werkelijk > RT Gewenst RT Werkelijk < RT Gewenst - K * Codering alleen wijzigen van het CV-circuit zonder mengklep A bij ketels zonder laagste temperatuurbegrenzing of voor de CV-circuits met mengklep, als hierop een afstandsbediening is aangesloten.

165 Groep CV-circuit, CV-circuit, CV-circuit 3 (vervolg) Codering Parameteradres b5:... Met logisch systeem van de CV-pomp: CV-pomp Uit CV-pomp Aan 7 RT Werkelijk > RT Gewenst - K RT Werkelijk < RT Gewenst - K 8 RT Werkelijk > RT Gewenst - K RT Werkelijk < RT Gewenst - 3 K Codering in uitlevertoestand b6:0 Met afstandsbediening: * Zonder snelle opwarming / snelle afkoeling. b7:0 Met afstandsbediening en voor het CV-circuit moet de werking met kamertemperatuur-bijschakeling gecodeerd zijn: * Zonder optimalisering inschakeltijd. b8:0 Met afstandsbediening en voor het CV-circuit moet de werking met kamertemperatuur-bijschakeling gecodeerd zijn: * Opwarmgradiënt optimalisering inschakeltijd 0 min/k. b9:0 Met afstandsbediening en voor het CV-circuit moet de werking met kamertemperatuur-bijschakeling gecodeerd zijn: * Zonder aanleren van de optimalisering inschakeltijd. Mogelijke omstelling b6: Met snelle opwarming / snelle afkoeling (zie functiebeschrijving pagina 07). b7: Met optimalisering inschakeltijd, maximale verschuiving van de opwarmtijd uur 30 minuten. b7: Met optimalisering inschakeltijd, maximale verschuiving van de opwarmtijd 5 uur 5 minuten. b8: Regelversterking instelbaar van 55 min/k. b8:55 b9: Met aanleren van de optimalisering van de inschakeltijd. Service * Codering alleen wijzigen van het CV-circuit zonder mengklep A bij ketels zonder laagste temperatuurbegrenzing of voor de CV-circuits met mengklep, als hierop een afstandsbediening is aangesloten. 65

166 Codering Groep CV-circuit, CV-circuit, CV-circuit 3 (vervolg) Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling C0:0 Met afstandsbediening: * Zonder optimalisering uitschakeltijd. C0: Met optimalisering uitschakeltijd (maximale verschuiving van de verlagingtijd h. C0: Met optimalisering uitschakeltijd (maximale verschuiving van de verlagingtijd h. C:0 Met afstandsbediening: * Zonder optimalisering uitschakeltijd. C: C: Met uitschakeloptimalisering van de verschuiving van de verlagingtijd, instelbaar van 0 0 min; instelstap 0 min C:0 Met afstandsbediening: * Zonder aanleren optimalisering uitschakeltijd. C3:5 Uitsluitend voor CV-circuits met mengklep: Looptijd van de mengklep 5 s. C4: Installatiedynamiek: Regelgedrag van de mengklep C5:0 Elektronische minimumbegrenzing van de aanvoertemperatuur op 0 C (alleen bij modus met normale ruimtetemperatuur). C: Met aanleren van de optimalisering van de uitschakeltijd. C3:0 C3:55 C4:0 C4:3 C5: C5:7 Looptijd instelbaar van 0 55 s. Regelaar werkt te snel (pendelt tussen Open en Dicht ): een lagere waarde instellen. Regelaar werkt te langzaam (onvoldoende handhaving temperatuur): een hogere waarde instellen. Minimumbegrenzing instelbaar van 7 C (begrensd door ketelspecifieke parameters). * Codering alleen wijzigen van het CV-circuit zonder mengklep A bij ketels zonder laagste temperatuurbegrenzing of voor de CV-circuits met mengklep, als hierop een afstandsbediening is aangesloten. 66

167 Groep CV-circuit, CV-circuit, CV-circuit 3 (vervolg) Codering Codering in uitlevertoestand C6:75 Elektronische maximumbegrenzing van de aanvoertemperatuur op 75 C. C8:3 Met afstandsbediening en voor het CV-circuit moet de werking met kamertemperatuur-bijschakeling gecodeerd zijn: * geen begrenzing ruimteinvloed. d5:0 Met externe bedrijfsprogramma-omschakeling (instelling codeeradressen 5d, 5E, 5F en 9 in groep Algemeen naleven): Werkingsprogramma schakelt over naar Permanente werking met verlaagde kamertemperatuur of Uitschakelwerking (afhankelijk van de instelling van de gereduceerde gewenste ruimtetemperatuur). d8:0 Geen werkingsprogramma-omschakeling via uitbreiding EA. Mogelijke omstelling C6:0 Maximumbegrenzing instelbaar van 0 C6:7 7 C (begrensd door ketelspecifieke parameters). C8: C8:30 Begrenzing ruimte-invloed instelbaar van 30 K. d5: Werkingsprogramma schakelt om op Permanente werking op normale ruimtetemperatuur. d8: Werkingsprogrammaomschakeling via ingang DE op de uitbreiding EA. d8: Werkingsprogrammaomschakeling via ingang DE op de uitbreiding EA. Service * Codering alleen wijzigen van het CV-circuit zonder mengklep A bij ketels zonder laagste temperatuurbegrenzing of voor de CV-circuits met mengklep, als hierop een afstandsbediening is aangesloten. 67

168 Codering Groep CV-circuit, CV-circuit, CV-circuit 3 (vervolg) Codering in uitlevertoestand E: Met afstandsbediening Virol 00 en 300: Gewenste dagwaarde op de afstandsbediening instelbaar van 0 30 C. E:50 Met afstandsbediening: Geen indicatiecorrectie werkelijke ruimtetemperatuur. Mogelijke omstelling d8:3 Werkingsprogrammaomschakeling via ingang DE3 op de uitbreiding EA. E:0 Dagelijkse gewenste waarde instelbaar van 3 3 C. E: Dagelijkse gewenste waarde instelbaar van 7 37 C. E:0 E:49 E:5 E:99 F:0 Estrikfunctie niet actief. F: F:6 F:8 Tijdelijke begrenzing voor partywerking of externe omzetting werkingsprogramma met knop: 8 h *. Opmerking Instelling codeeradressen 5d, 5E, 5F in de groep Algemeen en d5 en d8 in de groep CV-circuit... naleven. Indicatiecorrectie 5 K indicatiecorrectie 0, K Indicatiecorrectie +0, K indicatiecorrectie +4,9 K Uitsluitend voor CV-circuits met mengklep: Estrikfunctie instelbaar volgens zes selecteerbare temperatuur-tijd-profielen (zie pagina 09). F:5 Permanente aanvoertemperatuur 0 C (zie pagina 09). F:0 Geen tijdbegrenzing *. F: F: Begrenzing in tijd instelbaar van h *. * De partywerking eindigt in het programma Verwarmen en warm water automatisch bij het omschakelen naar werking op normale kamertemperatuur. 68

169 Groep CV-circuit, CV-circuit, CV-circuit 3 (vervolg) Codering Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling F8:-5 Temperatuurgrens voor het opheffen van de verlaagde F8:+0 werking -5 ºC, zie voorbeeld op pagina. Instelling codeeradres A3 respecteren. F8:-60 F8: C. Functie niet actief. F9:-4 Temperatuurgrens voor F9:+0 verhoging van de gewenste verlaagde F9:-60 ruimtetemperatuur -4 ºC, zie voorbeeld op pagina. van C. FA:0 Temperatuurverhoging FA:0 van de gewenste ketelrespectievelijk aanvoer- FA:50 temperatuur bij de overgang van werking met verlaagde ruimtetemperatuur naar de werking met normale ruimtetemperatuur 0%, zie voorbeeld op pagina 3. Fb:60 Periode voor de verhoging Fb:0 van de gewenste ketelwater- of aanvoertemperatuur Fb:50 (zie codeer- adres FA ) 60 min. Zie voorbeeld op pagina 3. Temperatuurgrens instelbaar van Temperatuurgrens voor de verhoging van de gewenste ruimtetemperatuur naar de waarde bij normale werking instelbaar Temperatuurverhoging instelbaar van 0 50%. Periode instelbaar van min; instelstap min. Service 69

170 Schema's Aansluiting- en bedradingschema type GWB Overzicht 70

171 Schema's Aansluiting- en bedradingschema type GWB (vervolg) A A3 A6 A7 A8 Printplaat laagspanning Printplaat 30 V Bedieningseenheid Printplaat Optolink / service-testschakelaar Elektronicaprintplaat A9 Ketelcodeerstekker A0 Communicatiemodule LON (accessoires) A Printplaat voor voedingseenheid A Bedieningsgedeelte netschakelaar X Elektrische poorten Service 7

172 Schema's Aansluiting- en bedradingschema type GWB (vervolg) Printplaat 30 V 7

173 Schema's Aansluiting- en bedradingschema type GWB (vervolg) sö sa sk sl fö fa gö gs CV-pomp of Primaire pomp boilerlaadsysteem of Circulatiepomp rookgas-/ water-warmtewisselaar of schakeluitgang Circulatiepomp voor de boilerverwarming (accessoires) Tapwatercirculatiepomp (installateur) Bijmengpomp of ketelcircuitpomp (installateur) Netaansluiting, 30 V / 50 Hz Olie-/gasbrander Uitgang voor algemene storing Motor voor 3-weg-mengklep retourluchttemperatuurregeling of Motor voor 3-weg-mengklep boilerlaadsysteem lö Brander e trap/modulerend abö Externe aansluitingen (bij aansluiting brug verwijderen) a Externe veiligheidsinrichtingen b Extern blokkeren aba Veiligheidscircuit (spanningsloos) abh Netaansluiting voor accessoires F, F Zekering F6 Veiligheidstemperatuurbegrenzer 0 C (00 C) F7 Temperatuurregelaar 95 C (00 C, 0 C) K-K0 Relais S Aan/uit-schakelaar S TÜV-testtoets X Elektrische poorten Service 73

174 Schema's Aansluiting- en bedradingschema type GWB (vervolg) Printplaat laagspanning! Buitentemperatuursensor/draadloze tijdmodule Keteltemperatuursensor %A Boilertemperatuursensor %B. boilertemperatuursensor bij boilerlaadsysteem aja Temperatuursensor Therm-Control of Retourtemperatuursensor T 74

175 Schema's Aansluiting- en bedradingschema type GWB (vervolg) ajb Retourtemperatuursensor T of Temperatuursensor boilerlaadsysteem ag Rookgastemperatuursensor ) Aanvoertemperatuursensor open verdeler avd Externe bijschakeling avg KM-BUS-deelnemer avh Externe bijschakeling LON Verbindingskabel voor gegevensuitwisseling van de regelingen (accessoires) S3 Service-testschakelaar V Storingsindicator (rood) V Werkingsindicator (groen) X Elektrische poorten Service 75

176 Schema's Aansluiting- en bedradingschema type GWB Overzicht 76

177 Schema's Aansluiting- en bedradingschema type GWB (vervolg) A A A3 A6 A7 Printplaat uitbreiding voor een tweede en derde CV-circuit met mengklep Printplaat laagspanning Printplaat 30 V Bedieningseenheid Printplaat Optolink / service-testschakelaar A8 Elektronicaprintplaat A9 Ketelcodeerstekker A0 Communicatiemodule LON (accessoires) A Printplaat voor voedingseenheid A Bedieningsgedeelte netschakelaar X Elektrische poorten Service 77

178 Schema's Aansluiting- en bedradingschema type GWB (vervolg) Printplaat 30 V 78

179 Schema's Aansluiting- en bedradingschema type GWB (vervolg) sö sa sk sl fö fa gö gs CV-pomp of Primaire pomp boilerlaadsysteem of Circulatiepomp rookgas-/ water-warmtewisselaar of schakeluitgang Circulatiepomp voor de boilerverwarming (accessoires) Tapwatercirculatiepomp (installateur) Bijmengpomp of ketelcircuitpomp (installateur) Netaansluiting, 30 V / 50 Hz Olie-/gasbrander Uitgang voor algemene storing Motor voor 3-weg-mengklep retourluchttemperatuurregeling of Motor voor 3-weg-mengklep boilerlaadsysteem lö Brander e trap / modulerend abö Externe aansluitingen (bij aansluiting brug verwijderen) a Externe veiligheidsinrichtingen b Extern blokkeren aba Veiligheidscircuit (spanningsloos) abh Netaansluiting voor accessoires F, F Zekering F6 Veiligheidstemperatuurbegrenzer 0 C (00 C) F7 Temperatuurregelaar 95 C (00 C, 0 C) K-K0 Relais S Aan/uit-schakelaar S TÜV-testtoets X Elektrische poorten Service 79

180 Schema's Aansluiting- en bedradingschema type GWB (vervolg) Printplaat laagspanning 80

181 Schema's Aansluiting- en bedradingschema type GWB (vervolg)! Buitentemperatuursensor / draadloze tijdmodule Keteltemperatuursensor %A Boilertemperatuursensor %B. boilertemperatuursensor bij boilerlaadsysteem aja Temperatuursensor Therm-Control of Retourtemperatuursensor T ajb Retourtemperatuursensor T of Temperatuursensor boilerlaadsysteem ag Rookgastemperatuursensor ) Aanvoertemperatuursensor open verdeler avd Externe bijschakeling avg KM-BUS-deelnemer avh Externe bijschakeling LON Verbindingskabel voor gegevensuitwisseling van de regelingen (accessoires) S3 Service-testschakelaar V Storingsindicator (rood) V Werkingsindicator (groen) X Elektrische poorten Service 8

182 Schema's Aansluiting- en bedradingschema type GWB (vervolg) Printplaat uitbreiding voor tweede en derde CV-circuit met mengklep? Aanvoertemperatuursensoren sö CV-pompen fö Aansluiting op het net gs Servomotoren K-K6 Relais X Elektrische poorten 8

183 Componenten Ketelcodeerstekker CV-ketel Kenmerk Ketelcodeerstekker Weergave in het Service-menu Diagnose groep Algemeen Bestelnummer onderdeel Vitocrossal 300, type CT Vitocrossal 00, type CM Vitocrossal 300, type CR3, CR3B Vitocrossal 300, type CM Vitocrossal 00, type CT Vitomax 300-LT Vitoplex 00, type SXA Vitoplex 300, type TX3A Vitoradial 300-T Vitorond 00, type VD, VDA Sensoren Ketel-, buffer-, toevoer-, retour- (sensor Therm-Control) en ruimtetemperatuursensor Opmerking De toevoertemperatuursensor kan als klemtemperatuursensor- of dompeltemperatuursensor worden gebruikt. Opmerking De toevoertemperatuursensor van de uitbreidingsset mengklep is een klemtemperatuursensor. Service De ruimtetemperatuursensor wordt aan de klemmen 3 en 4 van de Virol 300A aangesloten. Montage- en servicehandleiding Virol 300A 83

184 Componenten Sensoren (vervolg) Viessmann NTC 0 kω(blauwe markering) Weerstand in kω ,8 0,6 0, Temperatuur in C. Overeenkomstige stekker los trekken.. Weerstand van de sensor meten en met karakteristiek vergelijken. 3. Bij sterke afwijking montage controleren en eventueel sensor vervangen. Buitentemperatuursensor Viessmann NTC 0 kω Weerstand in kω Temperatuur in C. Stekker! eraf trekken.. Weerstand van de sensor op klemmen en van de stekker meten en vergelijken met de karakteristiek. 3. Bij sterke afwijking van de karakteristiek aders op de sensor afklemmen, meting op de sensor herhalen. 4. Afhankelijk van het meetresultaat de kabel of de buitentemperatuursensor vervangen. Rookgastemperatuursensor, bestelnummer Bij het bereiken van een ingevoerde grenswaarde (zie codeeradres F in de groep Ketel ) verschijnt een onderhoudsindicatie. 84

185 Componenten Sensoren (vervolg) Viessmann NTC 0 kω(oranje markering) Weerstand in kω 0, Temperatuur in C. Stekker ag eraf trekken.. Weerstand van de sensor meten en met karakteristiek vergelijken. 3. Bij sterke afwijking montage controleren en eventueel sensor vervangen. Stekkeradapter externe veiligheidsinrichtingen, bestelnummer Aansluiting van een steekadapter De stekkeradapter wordt door de regeling automatisch als KM-BUS-deelnemer herkend. De volgende externe veiligheidsinrichtingen kunnen volgens EN 88 worden aangesloten: Laagwaterbeveiliging Maximaalpressostaat Minimaalpressostaat Extra veiligheidstemperatuurbegrenzer Externe uitschakeling branderregeling Externe brandervraag (eerste trap) Service 85

186 Componenten Stekkeradapter externe veiligheidsinrichtingen, (vervolg) B B B B D D D C 50 E X7 Ein TR Ein TR 50 E X3 Ein TR Ein TR 50 E X Ein TR Ein TR X8 50 F X Ein TR Ein TR STB STB STB STB N N N N X6 STB X4 STB X5 STB STB H G A A Aansluitruimte B Externe veiligheidsinrichtingen X Extra veiligheidstemperatuurbegrenzer of thermostaat X Minimaal- of maximaalpressostaat X3 Maximaalpressostaat X7 Laagwaterstandbeveiliging of Stekker abö van een e stekkeradapter De volgorde van de aansluitingen zoals weergegeven in de afbeelding aanhouden. C Externe branderinschakeling (e trap) D Externe uitschakeling regeling E Stekker abö F Stekker abö van de regeling G Aansluiting voor kabel met stekker abö voor de regeling H Naar de schakelkast of meldinrichting Bij aansluiting van de externe veiligheidsinrichtingen de betreffende brug in de stekker abö verwijderen. 86

187 Componenten Stekkeradapter externe veiligheidsinrichtingen, (vervolg) Opmerking In elke bus X, X, X3 en X7 moet een stekker abö gestoken zijn. Aansluiting van twee steekadapters Afzonderlijke montagehandleiding De aansluitingen in de eerste steekadapter uitvoeren zoals beschreven in het voorgaande hoofdstuk. In de tweede steekadapter is de volgorde van de aansluitingen vrij te kiezen. Instelling draaischakelaar De draaischakelaar bevindt zich in het bovenste gedeelte van de steekadapter. Toestand bij levering: stand. Stekkeradapter: stand. Stekkeradapter: stand Draadloze tijdmodule, bestelnummer Via de draadloze tijdmodule wordt de tijd op de regeling en eventueel aangesloten afstandsbedieningen volautomatisch ingesteld. A B E Service 3 C D A Buitentemperatuursensor B Draadloze tijdmodule 87

188 Componenten Draadloze tijdmodule, bestelnummer (vervolg) C Groene LED D Rode LED E Antenne Aansluiting -aderige kabel, maximaal 35 m lengte bij een kabeldiameter van,5 mm. Ontvangst controleren Bij ontvangst knippert de groene LED van de draadloze tijdmodule. Wanneer de rode LED brandt, antenne zo draaien door knipperen van de groene LED de ontvangst wordt bevestigd. Technische gegevens Beschermingsgraad IP 43 Toegest. omgevingstemperatuur bij werking, opslag 40 en transport 70 C Uitbreidingsset mengklep, bestelnummer Onderdelen: Mengklepmotor, met aansluitkabel, 4,0 m lang (niet voor flensmengklep) Stekker voor aansluiting van de CVpomp Aanvoertemperatuursensor als klemtemperatuursensor voor de registratie van de aanvoertemperatuur, met aansluitkabel 5,8 m lang. 88

189 Draairichting wijzigen (indien nodig). 3-polige stekker A in de mengklepmotor eraf trekken en 80 gedraaid erop steken.. Draairichting controleren. Componenten Uitbreidingsset mengklep, bestelnummer (vervolg) A Mengklep Open Mengklep Dicht Handmatig verstellen van de mengklep Motorhendel optillen, mengklepgreep loskoppelen en stekker A los trekken. Technische gegevens mengklepmotor Nominale spanning 30 V~ Nominale frequentie 50 Hz Opgenomen vermogen 4 W Beschermingsklasse II Beschermingsgraad IP 4 volgens EN 60 59, door opbouw / inbouw te garanderen Toegestane omgevingstemperatuur in bedrijf C bij opslag en transport C Service 89

190 Componenten Mengklepmotor, bestelnr Voor verwarmingsmengklep DN 40 en 50. Y Y N 5? N AUTO M ~ MAN A Mengklepmotor B Koppelingsschakelaar Draairichting wijzigen Aders op klemmen Y en Y verwisselen. Draairichting controleren Met de relaistest van de regeling wordt de mengklep geopend en gesloten. Mengklep open Mengklep dicht Technische gegevens Nom. spanning 30 V Nominale frequentie 50 Hz Opg. vermogen 3 W Beschermingsgraad IP 4 Draaimoment 5 Nm Looptijd voor s Manueel verstellen van de mengklep Koppelingsschakelaar B in stand MAN. 90

191 Componenten Mengklepmotor, bestelnr. Z Voor verwarmingsmengklep DN 65 en 00. Y Y N 00% 0% M ~ 5? N AUTO A Mengklepmotor B Koppelingsschakelaar Draairichting wijzigen MAN Mengklep open Mengklep dicht Technische gegevens Aders op klemmen Y en Y verwisselen. Draairichting controleren Met de relaistest van de regeling wordt de mengklep geopend en gesloten. Manueel verstellen van de mengklep Koppelingsschakelaar B in stand MAN. Nom. spanning 30 V Nominale frequentie 50 Hz Opg. vermogen 4 W Beschermingsgraad IP 4 Draaimoment Nm Looptijd voor 90 5 s Service 9

192 Componenten Temperatuurbewaker voor begrenzing maximumtemperatuur Dompeltemperatuurregelaar, bestelnr Klemtemperatuurregelaar, bestelnr C L? N L? N Elektromechanische temperatuurbewaker volgens het principe van vloeistofuitzetting. Schakelt bij overschrijden van de instelwaarde de CV-pomp uit. De aanvoertemperatuur daalt in deze situatie maar langzaam, d.w.z. het automatisch opnieuw inschakelen kan enkele uren duren. B Technische gegevens Instelbereik Schroefklemmen voor Aansluitklemmen,5 mm Schakelverschil Dompeltemperatuurregelaar max. K Klemtemperatuurregelaar max. 4 K A M ~ A CV-pomp B Temperatuurregelaar (-bewaker) C Stekker sö van de temperatuurregelaar (-bewaker) voor de regeling 9

193 Componenten Uitbreiding EA, bestelnummer DE Digitale ingang DE Digitale ingang DE3 Digitale ingang V 0-0 V-ingang fö Aansluiting op het net fö A abj avg Netaansluiting voor accessoires Schakelcontact (spanningvrij) KM-bus Service 93

194 Componenten Uitbreiding EA, bestelnummer (vervolg) Digitale gegevensingangen DE DE3 Functies: Externe omschakeling werkingsprogramma gescheiden voor de CV-circuits 3 Extern blokkeren Extern blokkeren met storingsmelding Extern vragen met minimale ketelwatertemperatuur Storingsmelding Kortstondige werking van de tapwatercirculatiepomp Bij aansluiting van externe contacten moeten de vereisten van veiligheidsklasse II worden nageleefd; dat wil zeggen: een lucht- en kruiptraject van 8,0 mm respectievelijk een isolatiedikte van,0 mm de actieve delen. Functietoekenning van de ingangen De functie van de ingangen wordt via de volgende coderingen in groep Algemeen op de regeling van de verwarmingsketel geselecteerd: DE: codeeradres 5d DE: codeeradres 5E DE3: codeeradres 5F Toekenning van de functie werkingsprogramma-omschakeling aan de CV-circuits De toekenning van de functie werkingsprogramma-omschakeling voor het betreffende CV-circuit wordt via codering d8 in groep CV-circuit... geselecteerd: Codering d8: : Omschakeling via ingang DE Codering d8: : Omschakeling via ingang DE Codering d8:3 : omschakeling via ingang DE3 De werking van de omschakeling van het werkingsprogramma wordt via codeeradres d5 in de groep CV-circuit... gekozen. Duur van de omschakeling Contact permanent gesloten: De omschakeling is zolang actief als het contact gesloten is. Contact via knop slechts kortstondig gesloten: De omschakeling is voor de in codeeradres F in de groep CV-circuit... ingestelde tijd actief. Looptijd tapwatercirculatiepomp bij kortstondige werking: De looptijd wordt via codeeradres in de groep Algemeen ingesteld. 94

195 Componenten Uitbreiding EA, bestelnummer (vervolg) Analoge ingang 0-0 V De 0-0 V-bijschakeling geeft een extra gewenste ketelwatertemperatuur: 0 - V wordt als geen instelling voor gewenste ketelwatertemperatuur beoordeeld. Opmerking Tussen minpool en de aardleiding van de door de installateur te verzorgen spanningsbron moet een galvanische scheiding zijn gegarandeerd. Codeeradres E in de groep Algemeen : E:0 temperatuuropvraag in het bereik van 0 00 C instelbaar V 0 C verandering gewenste waarde 0 V 00 C verandering gewenste waarde E: temperatuuropvraag in het bereik van 30 0 C instelbaar V 30 C verandering gewenste waarde 0 V 0 C verandering gewenste waarde Uitgang abj Aansluiting van een meldinrichting algemene storing of signalering van de verlaagde werking (reducering van het toerental van de CV-pompen). De functie van de uitgang abj wordt via codeeradres 5C in de groep Algemeen geselecteerd. Service 95

196 Componenten Bijluchtinrichting Vitoair, bestelnr , A Naar de brander B Naar de regeling Kleurenlegende volgens DIN IEC BK zwart GN/YE groen/geel Functiecontrole Draaiknop op de motor indrukken en gelijktijdig in middenstand draaien. Brander door de regeling vrijgegeven Draaiknop moet in richting 3 gaan. Branderstilstand Draaiknop moet in richting 5 gaan. Noodbedrijf Draaiknop op de motor indrukken en naar rechts via stand 3 de aanslag draaien. 96

197 Onderdelenlijsten Onderdelenlijst type GWB Bestelling van onderdelen De volgende gegevens zijn nodig: Serienummer (zie typeplaatje A) Positienummer van het onderdeel (in deze onderdelenlijst) Courante onderdelen zijn in de plaatselijke vakhandel verkrijgbaar. Onderdelen 000 Scharnier 0004 Draaiknop temperatuurregelaar 0006 Aanslagring temperatuurregelaar 0008 Stelsteun 00 Veiligheidsonderdeel met bedrading 003 Voorste gedeelte behuizing met frame 004 Afdekking printplaat 005 Frontklep 006 Achterste gedeelte behuizing 008 Bedieningseenheid 009 Kap links 000 Kap rechts 00 Flat-cable, 4-polig 003 Aansluitkabel service-testschakelaar 004 Schroefdop voor zwakstroomzekering 005 Zekeringhouder voor zwakstroomzekering 0030 Veiligheidstemperatuurbegrenzer 003 Temperatuurregelaar 0037 Testschakelaar, eenpolig 0038 Netschakelaar, -polig 0039 Testtoets TÜV, eenpolig 0040 Buitentemperatuursensor! 004 Temperatuursensor met stekker 0045 Klemtemperatuursensor met stekker (Aanvoertemperatuursensor) 0049 Printplaat laagspanning 0050 Elektronicaprintplaat 005 Printplaten Optolink en servicetestschakelaar 005 Printplaat 30 V 0054 Printplaat voor voedingseenheid 0056 Communicatiemodule LON 0057 Verbindingskabel LON 0058 Afsluitweerstand ( stuks) 0065 Branderaansluitkabel met stekker fa (voor CV-ketel met olie-/gasventilatorbrander) en branderaansluitkabel met stekker lö 0066 Branderaansluitkabel met stekker fa en branderaansluitkabel met stekker lö für Vitocrossal 0074 Verbindingsleiding 0080 Montage- en servicehandleiding 008 Gebruikershandleiding 009 Zekering T 6,3 A/50 V 000 Stekker voor laagspanning (7 stuks) 00 Stekker voor pompen (3 stuks) 00 Stekker gs (3 stuks) 003 Stekker abh (3 stuks) 004 Stekker netaansluiting fö (3 stuks) 005 Stekker abö 006 Stekker gö (3 stuks) 008 Stekker avd, avg, avh (3-polig) 009 Branderstekker fa, lö, aba en a:a Service 97

198 Onderdelenlijsten Onderdelenlijst type GWB (vervolg) A

199 Onderdelenlijsten Onderdelenlijst type GWB Bestelling van onderdelen De volgende gegevens zijn nodig: Serienummer (zie typeplaatje A) Positienummer van het onderdeel (in deze onderdelenlijst) Courante onderdelen zijn in de plaatselijke vakhandel verkrijgbaar. Onderdelen 000 Scharnier 0004 Draaiknop temperatuurregelaar 0006 Aanslagring temperatuurregelaar 0008 Stelsteun 00 Veiligheidsonderdeel met bedrading 003 Voorste gedeelte behuizing met frame 004 Afdekking printplaat 005 Frontklep 006 Achterste gedeelte behuizing 008 Bedieningseenheid 009 Kap links 000 Kap rechts 00 Flat-cable, 4-polig 00 Aansluitkabel voor uitbreiding voor tweede en derde CV-circuit met mengklep 003 Aansluitkabel service-testschakelaar 004 Schroefdop voor zwakstroomzekering 005 Zekeringhouder voor zwakstroomzekering 0030 Veiligheidstemperatuurbegrenzer 003 Temperatuurregelaar 0037 Testschakelaar, eenpolig 0038 Netschakelaar, tweepolig 0039 Testtoets TÜV, eenpolig 0040 Buitentemperatuursensor! 004 Temperatuursensor met stekker 0045 Klemtemperatuursensor met stekker (Aanvoertemperatuursensor) 0048 Elektronicaprintplaat uitbreiding e en 3e CV-circuit met afdekking 0049 Printplaat laagspanning 0050 Elektronicaprintplaat 005 Printplaten Optolink en servicetestschakelaar 005 Printplaat 30 V 0054 Printplaat voor voedingseenheid 0056 Communicatiemodule LON 0057 Verbindingskabel LON 0058 Afsluitweerstand ( stuks) 0065 Branderaansluitkabel met stekker fa (voor CV-ketel met olie-/gasventilatorbrander) en branderaansluitkabel met stekker lö 0066 Branderaansluitkabel met stekker fa en branderaansluitkabel met stekker lö für Vitocrossal 0074 Verbindingsleiding 0080 Montage- en servicehandleiding 008 Gebruikershandleiding 009 Zekering T 6,3 A / 50 V 000 Stekker voor laagspanning (7 stuks) 00 Stekker voor pompen (3 stuks) 00 Stekker gs (3 stuks) 003 Stekker abh (3 stuks) 004 Stekker netaansluiting fö (3 stuks) 005 Stekker abö 006 Stekker gö (3 stuks) 008 Stekker avd, avg, avh (3-polig) 009 Branderstekker fa, lö, aba en a:a 99 Service

200 Onderdelenlijsten Onderdelenlijst type GWB (vervolg) A

201 Technische gegevens Technische gegevens Nominale spanning 30 V Nominale frequentie 50 Hz Nominale stroomsterkte x 6 A Opgenomen vermogen 0 W Beschermingsklasse I Beschermingsgraad IP 0 D volgens EN 6059, door opbouw/inbouw te garanderen Werkwijze Type B conform EN Toegest. omgevingstemperatuur in bedrijf C Gebruik in woningen en verwarmde ruimtes (normale omgevingsvoorwaarden) bij opslag en transport C Nominale belasting van de relaisuitgangen bij 30 V sö CV-pomp of Primaire pomp boilerlaadsysteem of Circulatiepomp rookgas-/water-warmtewisselaar of schakeluitgang 4 () A *3 sa Circulatiepomp voor de boilerverwarming 4 () A *3 sk Tapwatercirculatiepomp 4 () A *3 sl Bijmengpomp / ketelcircuitpomp 4 () A *3 gö Algemene storingsmelding 4 () A *3 gs Motor 3-weg-mengklep retourluchttemperatuurregeling of motor 3-weg mengklep boilerlaadsysteem 0, (0,) A *3 of Mengklepmotor uitbreidingsset mengklep fa Brander 6 (3) A lö Branderstekker (tweetraps) (0,5) A lö Brander (modulerend) 0, (0,) A Service *3 Totaal maximaal 6 A~ 0

202 Index Index A Aansluiting- en bedradingschema type GWB...70 type GWB...76 Aanvoertemperatuurregeling... Accepteren van een storingsindicatie 86 Actoren controleren...73 Adaptieve boilerverwarming...8 Algemene storingsmelding...43 automatische werking...6 B Basisprintplaat 30 V~...4 Laagspanning...4 Bedradingschema type GWB...76 Typ GWB...70 Bijluchtinrichting Vitoair...96 boilerlaadsysteem...9 Boilerlaadsysteem...33, 8 Boilertemperatuurregeling...5 Boilertemperatuursensor...47, 83 Boilervoorrangsschakeling...08, 7, 8, 6 Brander aansluiten...60 basisvermogen...47 maximumvermogen...46 minimumlooptijd...47 offset...48 Schakelhysterese...0 uitschakelverschil...47 Branderkarakteristiek...5 Brandstofverbruik...49 Buffertemperatuursensor...47, 83 Buitentemperatuur...07 Buitentemperatuursensor...47, 84 C Centrale bediening... Codeeradressen aanpassen...7 Codering Codeeradressen... oproepen... Codering Codeeradressen...34 oproepen...34 Coderingen terugzetten..., 34 Communicatiemodule LON...78 Componenten...83 CV-circuitregeling...06 CV-pomplogica...08 CV-pomplogica-functie...08 D Datum instellen...7 Draadloze tijdmodule...87 Draairichting mengklepmotor...90, 9 Draaistroombrander veiligheidscircuit niet spanningsloos...66 veiligheidscircuit spanningsloos...64 E Eengezinswoning...6 Elektrische aansluitingen, overzicht...40 ERB50-functie...0 ERB80-functie...0 Estrikdroging...09 Estrikfunctie...09 Extern blokkeren...53 Externe omschakeling werkingsprogramma...57 Externe uitschakeling regeling...86 Externe veiligheidsinrichtingen aansluiten...58 Externe vraag via 0 0 V ingang...5 Via schakelcontact...5 Extern mengklep dicht...55 Extern mengklep open

203 Index Index (vervolg) Extern omschakelen getrapte / modulerende brander...56 Extra functie voor tapwaterverwarming...7 F Foutmanager...79 G Getrapte brander...56 Gewenste gereduceerde ruimtetemperatuur...77 Gewenste normale ruimtetemperatuur...77 Gewenste ruimtetemperatuur instellen...76 Gewenste tapwatertemperatuur...7 I Inbedrijfstelling...7 Installatiedynamiek... Installatiedynamiek mengklep...66 Installatieschema's... K Ketelcodeerstekker...44, 83 Keteltemperatuurregeling...0 Keteltemperatuursensor...47, 83 Korte info...8 L Laagwaterniveaubeveiliging...59 Laagwaterstandbeveiliging...86 LON...78 deelnemersnummer instellen...79 foutbewaking...79 LON-deelnemerscontrole...79 M Maximaalpressostaat...86 Meergezinswoning...6 Meldinrichting voor algemene storingen...5 Mengklep aansluiten...50 Mengklepmotor 90, 9 aansluiten...50 Mengklep-spaarfunctie...08 Minimaalpressostaat...86 Minimumdrukbegrenzer...59 Modulerende brander...56 Modulerende brander, regeling aanpassen...7 N Netaansluiting...67 Netaansluitkabel...67 Niveau stooklijn...77 Noodbedrijf...96 O Omschakeling werkingsprogramma...57 Onderdelenlijst type GWB...97 type GWB...99 Onderhoudsweergave opvragen...85 terugstellen...85 Optimalisering inschakeltijd...65 Optimalisering start...48 Optimalisering uitschakeltijd...66 Opwarmtijd verkorten...3 P Pompen aansluiten...48 Naloop...8 Printplaat mengklepuitbreiding...4 Printplaten...4, 4 type GWB...70 type GWB...76 Provisorische branderfunctie

204 Index Index (vervolg) R Regeling openen...70 samenstellen...69 Relaistest...73 Retourtemperatuurregeling...47 Rookgastemperatuursensor...47, 84 Ruimtetemperatuur...07 Ruimtetemperatuursensor...83 S Schakelhysterese vast...0 warmteafhankelijk...0 Sensoren...47 Sensoren controleren...75 Service beëindigen...8 Servicemenu oproepen...8 Serviceniveau oproepen...8 verlaten...8 Snelle daling...07 Snelle opwarming...07 Solarregeling...8 Solarregelingsmodule...8 Spaarschakeling...08 Steilheid stooklijn...77 Stekker abö...86 Stekkeradapter voor externe veiligheidsinrichtingen...85 Stelaandrijving mengklep warmtewisselaarset...53 Stelaandrijving mod. brander...47 Stelorganen aansluiten...50 stooklijn...07 Stooklijn...75 Storingcodes...87 Storingsgeheugen...86 Storingshistorie...86 Storingsindicatie...86 Storingsmelding oproepen...86 T Taalkeuze...7 Tapwatercirculatiepomp...7 Tapwatertemperatuur...08 Tapwaterverwarming...6, 7 Technische gegevens...0 Temperatuurbewaker...9 Temperatuurregelaar omzetten...45 Temperatuurverschil... Therm-Control...03,, 47 Tijd instellen...7 Tijdprogramma Ruimteverwarming...07 Tapwaterverwarming...6 Toevoertemperatuursensor...83 Trekbelemmering...43 Tweetraps brander, regeling aanpassen...7 U Uitbreiding EA...93 Uitbreidingsset mengklep...88 Uitbreiding voor e en 3e CV-circuit, printplaat...4 Uitgebreide spaarschakeling...08 V Veiligheidstemperatuurbegrenzer controleren...7 extra...86 omschakelen...44 Verbergen van een storingsindicatie..86 Verhoging van de verlaagde ruimtetemperatuur... Verlaagde ruimtetemperatuur, verhoging... Vitoair...96 Vitocom Vitosolic...8 Vironic 00-H...79 Voorrangsschakeling...08, 7 Vorstbescherming... 04

205 Index Index (vervolg) W Wisselstroombrander

206 06

207 07

208 Gedrukt op milieuvriendelijk, chloorvrij gebleekt papier Geldig voor Artikel nr.: Viessmann Nederland B.V. Postbus AH Capelle a/d IJssel Tel. : Fax : info-nl@viessmann.com Technische wijzigingen voorbehouden.

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTRONIC 100 VITOTRONIC 300-K. voor de vakman

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTRONIC 100 VITOTRONIC 300-K. voor de vakman Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMA Vironic 00 type GCB Digitale ketelcircuitregeling Vironic 00-K type MWB Weersafhankelijke, digitale cascaderegeling Geldigheidsverwijzing zie laatste

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTRONIC 100. voor de vakman. Vitotronic 100 type GC1B Digitale ketelcircuitregeling

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTRONIC 100. voor de vakman. Vitotronic 100 type GC1B Digitale ketelcircuitregeling Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMA Vitotronic 00 type GCB Digitale ketelcircuitregeling Geldigheidsverwijzing zie laatste pagina VITOTROIC 00 7/0 Bewaren a.u.b.! Veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTRONIC 100. voor de vakman. Vitotronic 100 type GC1 Digitale ketelcircuitregeling

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTRONIC 100. voor de vakman. Vitotronic 100 type GC1 Digitale ketelcircuitregeling Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMANN Vitotronic 100 type GC1 Digitale ketelcircuitregeling Geldigheidsverwijzing zie laatste pagina VITOTRONIC 100 10/2007 Bewaren a.u.b.! Veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. Uitbreidingsset mengklep. Veiligheidsvoorschriften. Productbeschrijving. voor de vakman

VIESMANN. Montagehandleiding. Uitbreidingsset mengklep. Veiligheidsvoorschriften. Productbeschrijving. voor de vakman Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Uitbreidingsset mengklep Open Therm voor Vitodens 100-W en 111-W Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. Uitbreiding EA1. Veiligheidsvoorschriften. voor de vakman

VIESMANN. Montagehandleiding. Uitbreiding EA1. Veiligheidsvoorschriften. voor de vakman Montagehandleiding voor de vakman VIESMNN Uitbreiding E1 Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel en materiële schade. Toelichting

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTRONIC 300-K VITOTRONIC 100. voor de vakman

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTRONIC 300-K VITOTRONIC 100. voor de vakman Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMANN Vironic 300-K type MW1B Weersafhankelijke cascaderegeling Vironic 100 type GC1B en GC4B Ketelcircuitregeling Geldigheidsverwijzing zie laatste pagina

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. Uitbreiding EA1. Veiligheidsvoorschriften. voor de vakman. Bestelnr

VIESMANN. Montagehandleiding. Uitbreiding EA1. Veiligheidsvoorschriften. voor de vakman. Bestelnr Montagehandleiding voor de vakman VIESMNN Uitbreiding E1 Bestelnr. 7429 151 Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel en materiële

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. Uitbreiding AM1. Veiligheidsvoorschriften. voor de vakman. Bestelnr

VIESMANN. Montagehandleiding. Uitbreiding AM1. Veiligheidsvoorschriften. voor de vakman. Bestelnr Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Uitbreiding AM1 Bestelnr. 7429 152 Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel en materiële

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTRONIC 200-H. voor de vakman. Vitotronic 200-H type HK1B en HK3B

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTRONIC 200-H. voor de vakman. Vitotronic 200-H type HK1B en HK3B Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMANN Vironic 200-H type HK1B en HK3B Weersafhankelijke, digitale CV-circuitregelingen Geldigheidsverwijzing zie laatste pagina VITOTRONIC 200-H 8/2011

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTROL 300A. voor de vakman. Vitotrol 300A. Afstandsbediening, bestelnr

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTROL 300A. voor de vakman. Vitotrol 300A. Afstandsbediening, bestelnr Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMANN Vitotrol 300A Afstandsbediening, bestelnr. 7438 364 VITOTROL 300A 3/2010 Bewaren a.u.b.! Veiligheidsvoorschriften Veiligheidsvoorschriften Volg deze

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. Uitbreidingsset. voor de vakman. Uitbreidingsset. voor één verwarmingscircuit met mengklep Bestelnr.

VIESMANN. Montagehandleiding. Uitbreidingsset. voor de vakman. Uitbreidingsset. voor één verwarmingscircuit met mengklep Bestelnr. Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Uitbreidingsset voor één verwarmingscircuit met mengklep Bestelnr. 7424 958 Uitbreidingsset 1/2010 Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTROL 200A. voor de vakman. Vitotrol 200A. Afstandsbediening, bestelnr

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTROL 200A. voor de vakman. Vitotrol 200A. Afstandsbediening, bestelnr Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMANN Vitotrol 200A Afstandsbediening, bestelnr. 7438 363 VITOTROL 200A 3/2010 Bewaren a.u.b.! Veiligheidsvoorschriften Veiligheidsvoorschriften Volg deze

Nadere informatie

VIESMANN. Installatievoorbeelden Middelgrote en grote ketels. Ontwerphandleiding. Installatievoorbeelden. Functie Hydraulica Componenten Elektra

VIESMANN. Installatievoorbeelden Middelgrote en grote ketels. Ontwerphandleiding. Installatievoorbeelden. Functie Hydraulica Componenten Elektra VIESA Installatievoorbeeld iddelgrote grote ketels Ontwerphandleiding Installatievoorbeeld Functie Hydraulica Compont Elektra 589 /0 Inhoudsopgave Inhoudsopgave. Inhoud... 5. CV-ketel, 0000 kw. Overzicht

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTRONIC 300. voor de vakman. Vitotronic 300 type GW4B. Geldigheidsverwijzing zie laatste pagina

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTRONIC 300. voor de vakman. Vitotronic 300 type GW4B. Geldigheidsverwijzing zie laatste pagina Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMANN Vironic 300 type GW4B Geldigheidsverwijzing zie laatste pagina VITOTRONIC 300 9/2012 Bewaren a.u.b.! Veiligheidsvoorschriften Veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTRONIC 200-H. voor de vakman. Vitotronic 200-H type HK1B en HK3B

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTRONIC 200-H. voor de vakman. Vitotronic 200-H type HK1B en HK3B Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMANN Vironic 200-H type HK1B en HK3B Weersafhankelijke, digitale CV-circuitregelingen Geldigheidsverwijzing zie laatste pagina VITOTRONIC 200-H 4/2011

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTROL 300A. voor de vakman. Vitotrol 300A. afstandsbediening. Geldigheidsverwijzing zie laatste pagina

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTROL 300A. voor de vakman. Vitotrol 300A. afstandsbediening. Geldigheidsverwijzing zie laatste pagina Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMANN Vitotrol 300A afstandsbediening Geldigheidsverwijzing zie laatste pagina VITOTROL 300A 4/2011 Bewaren a.u.b.! Veiligheidsvoorschriften Veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. Uitbreiding EA1. Veiligheidsvoorschriften. voor de vakman. Bestelnr

VIESMANN. Montagehandleiding. Uitbreiding EA1. Veiligheidsvoorschriften. voor de vakman. Bestelnr Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Uitbreiding EA1 Bestelnr. 7452 091 Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel en materiële

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. Uitbreiding EA1. Veiligheidsvoorschriften. voor de vakman. Bestelnr

VIESMANN. Montagehandleiding. Uitbreiding EA1. Veiligheidsvoorschriften. voor de vakman. Bestelnr Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Uitbreiding EA1 Bestelnr. 7452 091 Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel en materiële

Nadere informatie

Installatievoorbeelden 2015 op de grond staande verwarmingsketel vanaf 90 kw blokverwarmingscentrales

Installatievoorbeelden 2015 op de grond staande verwarmingsketel vanaf 90 kw blokverwarmingscentrales Verwarmingssystem Industriële system Koelsystem Installatievoorbeeld 05 op de grond staande verwarmingsketel vanaf 90 kw met functie, hydraulica, compo nt elektra blokverwarmingsctrales A Versie 5/05 Inhoudsopgave

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. Vitotronic als vervangingsregeling. Veiligheidsvoorschriften. voor de vakman

VIESMANN. Montagehandleiding. Vitotronic als vervangingsregeling. Veiligheidsvoorschriften. voor de vakman Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Vitotronic als vervangingsregeling Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel en materiële

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTRONIC 300. voor de vakman

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTRONIC 300. voor de vakman Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMANN Vitotronic 300 type GW2 Weersafhankelijke, digitale ketel- en verwarmingscircuitregeling Geldigheidsverwijzing zie laatste pagina VITOTRONIC 300 10/2007

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en serviceaanwijzing VITOTRONIC 300-K VITOTRONIC 100. voor de vakman

VIESMANN. Montage- en serviceaanwijzing VITOTRONIC 300-K VITOTRONIC 100. voor de vakman Montage- en serviceaanwijzing voor de vakman VIESMANN Vironic 300-K Type MW1B Weersafhankelijke casaderegeling Vironic 100 Type GC1B en GC4B Ketelcircuitregeling Geldigheidsaanwijzingen zie laatste pagina

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding DIVICON. voor de vakman. Divicon. Verwarmingscircuit-verdeling

VIESMANN. Montagehandleiding DIVICON. voor de vakman. Divicon. Verwarmingscircuit-verdeling Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Divicon Verwarmingscircuit-verdeling DIVICON 1/2010 Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. Basisstation. voor de vakman. Basisstation

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. Basisstation. voor de vakman. Basisstation Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMANN Basisstation Voor de communicatie tussen de Vitotronic regeling en afstandsbedieningen en draadloze buitentemperatuursensor Geldigheidsverwijzing

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTRONIC 100 VITOTRONIC 300-K. voor de vakman

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTRONIC 100 VITOTRONIC 300-K. voor de vakman Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMANN Vironic 100 type HC1B Digitale ketelcircuitregeling Vironic 300-K type MW2B Weersafhankelijke, digitale cascaderegeling Geldigheidsverwijzing zie

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTROL 200 RF. voor de vakman. Vitotrol 200 RF. Radiografische afstandsbediening voor één CV-circuit

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTROL 200 RF. voor de vakman. Vitotrol 200 RF. Radiografische afstandsbediening voor één CV-circuit Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMANN Vitotrol 200 RF Radiografische afstandsbediening voor één CV-circuit Geldigheidsverwijzing zie laatste pagina VITOTROL 200 RF 2/2012 Bewaren a.u.b.!

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. Radiobasis. voor de vakman. Radiobasis

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. Radiobasis. voor de vakman. Radiobasis Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMANN Radiobasis Voor aansluiting van Vitotrol 200 RF en buitentemperatuursensor aan een Vitotronic-regeling Geldigheidsverwijzing zie laatste pagina Radiobasis

Nadere informatie

Blokverwarmingscentrale (WKK) Vitobloc 200 (vervolg)

Blokverwarmingscentrale (WKK) Vitobloc 200 (vervolg) Blokverwarmingscentrale (WKK) Vitobloc 00 (vervolg). Vitobloc 00 vanaf type E-50/8 met twee verwarmingscircuits met mengklep, verwarmingswaterbuffer, installatie met meerdere ketels (twee condensatieketels)

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTRONIC 100. voor de vakman. Vitotronic 100 type GC4B Digitale ketelcircuitregeling

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTRONIC 100. voor de vakman. Vitotronic 100 type GC4B Digitale ketelcircuitregeling Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMA Vitotronic 00 type GCB Digitale ketelcircuitregeling Geldigheidsverwijzing zie laatste pagina VITOTROIC 00 9/0 Bewaren a.u.b.! Veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTROL 200 RF. voor de vakman. Vitotrol 200 RF. Afstandsbediening voor één verwarmingscircuit

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTROL 200 RF. voor de vakman. Vitotrol 200 RF. Afstandsbediening voor één verwarmingscircuit Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMANN Vitotrol 200 RF Afstandsbediening voor één verwarmingscircuit Geldigheidsverwijzing zie laatste pagina VITOTROL 200 RF 3/2011 Bewaren a.u.b.! Veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. Radiobasis. voor de vakman. Radiobasis

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. Radiobasis. voor de vakman. Radiobasis Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMANN Radiobasis Voor de verbinding van Vitotrol 200 RF en buitentemperatuursensor RF met een Vitotronic-regeling Geldigheidsverwijzing zie laatste pagina

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. Uitbreiding EA1. Veiligheidsvoorschriften. voor de installateur. Functie-uitbreiding

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. Uitbreiding EA1. Veiligheidsvoorschriften. voor de installateur. Functie-uitbreiding Montage- en servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Uitbreiding EA1 Functie-uitbreiding Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk

Nadere informatie

VIESMANN. VITOCAL 300-G/350-G Type BW/BWS 301.A21 tot A45 Type BW/BWS 351.A18. Installatievoorbeelden. Geselecteerde installatievoorbeelden

VIESMANN. VITOCAL 300-G/350-G Type BW/BWS 301.A21 tot A45 Type BW/BWS 351.A18. Installatievoorbeelden. Geselecteerde installatievoorbeelden VIESMANN VITOCAL 300-G/350-G Type BW/BWS 30.A tot A45 Type BW/BWS 35.A8 Installatievoorbeelden Geselecteerde installatievoorbeelden 3/03 Inhoudsopgave Inhoudsopgave. Vitocal 300-G / 350-G, tweetraps, een

Nadere informatie

voor de vakman Zonneregelingsmodule type Type SM1 Geldigheidsverwijzing zie laatste pagina Bewaren a.u.b.!

voor de vakman Zonneregelingsmodule type Type SM1 Geldigheidsverwijzing zie laatste pagina Bewaren a.u.b.! ontage- en servicehandleiding voor de vakman VIESA Zonneregelingsmodule type Type S voor wandmontage, bestelnr. 79 07 Geldigheidsverwijzing zie laatste pagina Zonneregelingsmodule 577 5 0/0 Bewaren a.u.b.!

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en serviceaanwijzing VITOTRONIC 300. voor de vakman

VIESMANN. Montage- en serviceaanwijzing VITOTRONIC 300. voor de vakman Montage- en serviceaanwijzing voor de vakman VIESMANN Vitotronic 300 Type GW2 Weersafhankelijke, digitale ketel- en verwarmingscircuitregeling Geldigheidsaanwijzingen zie laatste pagina VITOTRONIC 300

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. Vervanging gasbranderautomaat. voor de vakman. Vervanging gasbranderautomaat. Type MPA51 door MPA5113

VIESMANN. Montagehandleiding. Vervanging gasbranderautomaat. voor de vakman. Vervanging gasbranderautomaat. Type MPA51 door MPA5113 Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Vervanging gasbranderautomaat Type MPA51 door MPA5113 Vervanging gasbranderautomaat 1/2014 Veiligheidsinstructies Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig

Nadere informatie

VIESMANN VITODENS 200-W Type B2HA 49 tot 150 kw HR-wandtoestel op gas

VIESMANN VITODENS 200-W Type B2HA 49 tot 150 kw HR-wandtoestel op gas VIESA VITODES 00-W Type BHA 9 tot 0 kw HR-wandtoestel op gas Installatievoorbeelden Geselecteerde installatievoorbeelden 77 89 /06 Inhoudsopgave. Eén verwarmingscircuit zonder mengklep, met open verdeler...

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. Verwarmingswater-doorstroomtoestel. Veiligheidsinstructies. voor de installateur

VIESMANN. Montagehandleiding. Verwarmingswater-doorstroomtoestel. Veiligheidsinstructies. voor de installateur Montagehandleiding voor de installateur VIESMANN Verwarmingswater-doorstroomtoestel Veiligheidsinstructies Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel en materiële

Nadere informatie

VIESMANN VITOLIGNO 300-C Verwarmingsketel voor houtpellets

VIESMANN VITOLIGNO 300-C Verwarmingsketel voor houtpellets VIESA VITOIGO 00-C Verwarmingsketel voor houtpellets Installatievoorbeelden Geselecteerde installatievoorbeelden 9 70 /0 Inhoudsopgave Inhoudsopgave. Vitoligno 00-C met twee verwarmingscircuits met mengklep,

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTROL 100. voor de vakman

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTROL 100. voor de vakman Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMANN Vitotrol 100 type UTDB-RF2 Ruimtetemperatuurregelaar met digitale schakelklok en draadloze ontvanger voor Vitodens 100-W, type WB1C Geldigheidsverwijzing

Nadere informatie

Vitocal 300-G/350-G (vervolg)

Vitocal 300-G/350-G (vervolg) Vitocal 00-G/50-G (vervolg).9 Vitocal 00-G/50-G, tweetraps, een verwarmingscircuit zonder mengklep, twee verwarmingscircuits met mengklep, tapwateropwarming, verwarmingswaterbuffer en externe warmtegenerator

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en serviceaanwijzing VITOTRONIC 100. voor de vakman. Vitotronic 100 Type KC3 Ketelcircuitregeling voor verhoogde werking

VIESMANN. Montage- en serviceaanwijzing VITOTRONIC 100. voor de vakman. Vitotronic 100 Type KC3 Ketelcircuitregeling voor verhoogde werking Montage- en serviceaanwijzing voor de vakman VIESMANN Vitotronic 100 Type KC3 Ketelcircuitregeling voor verhoogde werking Geldigheidsaanwijzingen zie laatste pagina VITOTRONIC 100 3/2005 Veiligheidsaanwijzingen

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTRONIC 100. voor de installateur

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTRONIC 100. voor de installateur Montage- en servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 100 type CC1E Regeling voor de werking met constante ketelwatertemperatuur in een installatie met een ketel Regeling voor de werking

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding VITOTROL 100. voor de vakman. Vitotrol 100 type UTDB. Kamertemperatuurregelaar met digitale schakelklok

VIESMANN. Montagehandleiding VITOTROL 100. voor de vakman. Vitotrol 100 type UTDB. Kamertemperatuurregelaar met digitale schakelklok Montagehandleiding voor de vakman VIESMNN Vitotrol 100 type UTD Kamertemperatuurregelaar met digitale schakelklok VITOTROL 100 5/2014 Veiligheidsinstructies Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding VITOLIGNO 300-P. voor de vakman. Vitoligno 300-P type VL3B Verwarmingsketel voor houtpellets

VIESMANN. Montagehandleiding VITOLIGNO 300-P. voor de vakman. Vitoligno 300-P type VL3B Verwarmingsketel voor houtpellets Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Vitoligno 300-P type VL3B Verwarmingsketel voor houtpellets VITOLIGNO 300-P 1/2010 Na montage deze handleiding recyclen! Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding VITOLIGNO 300-P. voor de vakman. Vitoligno 300-P type VL3B Verwarmingsketel voor houtpellets

VIESMANN. Montagehandleiding VITOLIGNO 300-P. voor de vakman. Vitoligno 300-P type VL3B Verwarmingsketel voor houtpellets Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Vitoligno 300-P type VL3B Verwarmingsketel voor houtpellets VITOLIGNO 300-P 4/2009 Na montage deze handleiding recyclen! Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. MatriX-stralingsbrander. voor de vakman

VIESMANN. Montagehandleiding. MatriX-stralingsbrander. voor de vakman Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN MatriX-stralingsbrander type VMIII Gas-ventilatorbrander voor Vitocrossal 300, type CM3 Nominaal vermogen 87 tot 142 kw MatriX-stralingsbrander 11/2014 Na montage

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. solarregelingsmodule, type SM1. Veiligheidsvoorschriften. voor de vakman. voor Vitocell 100-U, type CVUA

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. solarregelingsmodule, type SM1. Veiligheidsvoorschriften. voor de vakman. voor Vitocell 100-U, type CVUA Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMANN solarregelingsmodule, type SM1 voor Vitocell 100-U, type CVUA Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding VITOTROL 100. voor de vakman. Vitotrol 100 type UTDB-RF

VIESMANN. Montagehandleiding VITOTROL 100. voor de vakman. Vitotrol 100 type UTDB-RF Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Vitotrol 100 type UTDB-RF Ruimtetemperatuurregelaar met digitale schakelklok en draadloze ontvanger Bestelnr.: 7426 466, 7426 539 VITOTROL 100 10/2009 Veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

VIESMANN VITOTRANS 353 Type PBS, PZS, PBM, PZM en PBL

VIESMANN VITOTRANS 353 Type PBS, PZS, PBM, PZM en PBL VIESA VITOTRAS 353 Type PBS, PZS, PB, PZ en PB Installatievoorbeelden Geselecteerde installatievoorbeelden 4/014 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1. Tapwateropwarming verswatermodule Vitotrans 353, type PZS/PZ

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding VITOTROL 100. voor de vakman

VIESMANN. Montagehandleiding VITOTROL 100. voor de vakman Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Vitotrol 100 type UTD-RF Klokthermostaat met digitale schakelklok en draadloze ontvanger Bestelnr.: 7160 432 VITOTROL 100 12/2007 Na montage deze handleiding

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. MatriX-stralingsbrander. voor de vakman

VIESMANN. Montagehandleiding. MatriX-stralingsbrander. voor de vakman Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN MatriX-stralingsbrander type VMIII Ventilatorbrander op gas voor Vitocrossal 300, type CT3B Nominaal vermogen 187 tot 314 kw MatriX-stralingsbrander 2/2012 Na

Nadere informatie

Vitocal 200-G. 3.1 Overzicht van de toepassingsvoorbeelden

Vitocal 200-G. 3.1 Overzicht van de toepassingsvoorbeelden Vitocal 200-G.1 Overzicht van de toepassingsvoorbeelden Verwarmingscircuit zonder mengklep, met tapwaterverwarming en koelfunctie natural cooling met NC-Box (met mengklep) via het vloerverwarmingscircuit

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. Regeling vervangen. Veiligheidsvoorschriften. Vitodens openen. voor de vakman. voor Vitodens 100-W

VIESMANN. Montagehandleiding. Regeling vervangen. Veiligheidsvoorschriften. Vitodens openen. voor de vakman. voor Vitodens 100-W Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Regeling vervangen voor Vitodens 100-W Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel en materiële

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding VITOTRANS 300. voor de vakman. Vitotrans 300

VIESMANN. Montagehandleiding VITOTRANS 300. voor de vakman. Vitotrans 300 Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Vitotrans 300 rookgas-/water-warmtewisselaar voor Vitoplex met 575 tot 2000 kw nom. vermogen en voor Vitorond met 630 tot 1080 kw nom. vermogen. VITOTRANS 300

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. Verwarmingswater-doorstroomtoestel. Veiligheidsinstructies. voor de installateur

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. Verwarmingswater-doorstroomtoestel. Veiligheidsinstructies. voor de installateur Montage- en servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Verwarmingswater-doorstroomtoestel Veiligheidsinstructies Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. Onderbouwkit met thermostatische mengklep. Veiligheidsvoorschriften. Montagevereisten.

VIESMANN. Montagehandleiding. Onderbouwkit met thermostatische mengklep. Veiligheidsvoorschriften. Montagevereisten. Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Onderbouwkit met thermostatische mengklep CV-circuitverdeling voor Vitodens 100-W, type WB1C Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. CO-bewaking. Veiligheidsvoorschriften. voor de vakman

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. CO-bewaking. Veiligheidsvoorschriften. voor de vakman Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMA CO-bewaking voor aansluiting op verwarmingsketel op olie/gas Bestelnr.: 7499 330 Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding VITODENS 200-W. voor de vakman. Vitodens 200-W type WB2B, 80en105kW HR-gaswandketel

VIESMANN. Montagehandleiding VITODENS 200-W. voor de vakman. Vitodens 200-W type WB2B, 80en105kW HR-gaswandketel Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Vitodens 200-W type WB2B, 80en105kW HR-gaswandketel VITODENS 200-W 1/2008 Na montage deze handleiding recyclen! Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. MatriX-stralingsbrander. voor de vakman

VIESMANN. Montagehandleiding. MatriX-stralingsbrander. voor de vakman Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN MatriX-stralingsbrander type VMIII Ventilator-gasbrander voor Vitocrossal 300, type CT3 Nominaal vermogen 187 tot 314 kw MatriX-stralingsbrander 8/2011 Na montage

Nadere informatie

VIESMANN VITOTRONIC 100. Technische gegevens Bestelnr. en prijzen: zie prijsblad van de betreffende verwarmingsketel VITOTRONIC 100

VIESMANN VITOTRONIC 100. Technische gegevens Bestelnr. en prijzen: zie prijsblad van de betreffende verwarmingsketel VITOTRONIC 100 VIESMANN VITOTRONIC 100 Elektronische ketelregeling Bestelnr. en prijzen: zie prijsblad van de betreffende verwarmingsketel Map Vitotec, register 18 VITOTRONIC 100 Type KC4 Voor de werking met verhoogde

Nadere informatie

Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel en materiële schade. & 3-weg omschakelklep verwarmen/

Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel en materiële schade. & 3-weg omschakelklep verwarmen/ Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Uitbreidingsset natural cooling Bestelnr. 7179 172 Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. Vitotrol 300. Veiligheidsvoorschriften. Montageplaats. voor de vakman

VIESMANN. Montagehandleiding. Vitotrol 300. Veiligheidsvoorschriften. Montageplaats. voor de vakman Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Vitotrol 300 Afstandsbediening voor één verwarmingscircuit Bestelnr. 7248 907 Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming

Nadere informatie

Voor grond/water-warmtepompen in combinatie met Vitotronic 200, type HC1

Voor grond/water-warmtepompen in combinatie met Vitotronic 200, type HC1 Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMANN Uitbreiding ijsaccumulator Voor grond/water-warmtepompen in combinatie met Vitotronic 200, type HC1 Veiligheidsinstructies Volg deze veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding VITOTROL 100. voor de vakman. Vitotrol 100 type UTDB

VIESMANN. Montagehandleiding VITOTROL 100. voor de vakman. Vitotrol 100 type UTDB Montagehandleiding voor de vakman VIESMNN Vitotrol 100 type UTD Ruimtetemperatuurregelaar met digitale schakelklok estelnr.: 7426 465, 7426 538 VITOTROL 100 7/2009 Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. Regeling vervangen. Veiligheidsvoorschriften. Vitodens openen. voor de vakman. voor Vitodens 100-W, type WB1C

VIESMANN. Montagehandleiding. Regeling vervangen. Veiligheidsvoorschriften. Vitodens openen. voor de vakman. voor Vitodens 100-W, type WB1C Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Regeling vervangen voor Vitodens 100-W, type WB1C Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel

Nadere informatie

Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel en materiële schade. Lengte van de dompelhuls

Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel en materiële schade. Lengte van de dompelhuls Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Temperatuurregelaar Dubbel-thermostaat 30 tot 110 C Bestelnummer 7494 435 en 7494 436 Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding VITOLIGNO 300-P. voor de vakman. Vitoligno 300-P type VL3B Verwarmingsketel voor houtpellets

VIESMANN. Montagehandleiding VITOLIGNO 300-P. voor de vakman. Vitoligno 300-P type VL3B Verwarmingsketel voor houtpellets Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Vitoligno 300-P type VL3B Verwarmingsketel voor houtpellets VITOLIGNO 300-P 4/2013 Na montage deze handleiding recyclen! Veiligheidsinstructies Volg deze veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

Aanstuurmodule verwarmingswaterdoorstroomtoestel

Aanstuurmodule verwarmingswaterdoorstroomtoestel Handleiding voor de vakman VIESMANN Aanstuurmodule verwarmingswaterdoorstroomtoestel Voor buiten geplaatste warmtepompen Best.nr. 7296 454 Veiligheidsinstructies Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. Uitbreidingsmodule verwarmingscircuits. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. voor Vitoligno 200-S

VIESMANN. Montagehandleiding. Uitbreidingsmodule verwarmingscircuits. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. voor Vitoligno 200-S Montagehandleiding voor de vakman VIESMA Uitbreidingsmodule verwarmingscircuits voor Vitoligno 200-S Veiligheidsinstructies Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk

Nadere informatie

Viesmann. Montage- en servicehandleiding. Blusinrichting. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. voor Vitoligno 300-H

Viesmann. Montage- en servicehandleiding. Blusinrichting. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. voor Vitoligno 300-H Montage- en servicehandleiding voor de vakman Viesmann Blusinrichting voor Vitoligno 300-H Veiligheidsinstructies Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding VITODENS 300. voor de vakman

VIESMANN. Montagehandleiding VITODENS 300. voor de vakman Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Vitodens 300 type WB3B, 6,6 tot 35,0 kw HR-gasketel als wandtoestel Uitvoering voor aardgas en propaan VITODENS 300 1/2006 Na montage deze handleiding recycleren!

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOSOLIC 200. voor de vakman. Elektronische temperatuurverschilregeling Vitosolic 200 type SD4

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOSOLIC 200. voor de vakman. Elektronische temperatuurverschilregeling Vitosolic 200 type SD4 Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMANN Elektronische temperatuurverschilregeling Vitosolic 200 type SD4 Geldigheidsverwijzing zie laatste pagina VITOSOLIC 200 1/2012 Bewaren a.u.b.! Veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

Rookgascollector voor een installatie met 2 ketels

Rookgascollector voor een installatie met 2 ketels Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Rookgascollector voor een installatie met 2 ketels voor Vitocrossal 200, type CM2 en type CT2 Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. Divicon. voor de installateur. Divicon. Verwarmingscircuit-verdeling

VIESMANN. Montagehandleiding. Divicon. voor de installateur. Divicon. Verwarmingscircuit-verdeling Montagehandleiding voor de installateur VIESMNN Divicon Verwarmingscircuit-verdeling Divicon 4/2017 Veiligheidsinstructies Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk

Nadere informatie

VIESMANN VITOSOLIC 100 Type SD1

VIESMANN VITOSOLIC 100 Type SD1 VIESA VITOSOIC 00 Type SD Installatievoorbeelden VITOSOIC 00 type SD Geselecteerde installatievoorbeelden 5675 07 /05 Inhoudsopgave. ID: 6059_50_0, tapwaterverwarming met bivalente warmwaterboiler, met

Nadere informatie

VIESMANN VITOTWIN 300-W Type C3HC VITOTWIN 350-F

VIESMANN VITOTWIN 300-W Type C3HC VITOTWIN 350-F VIESA VITOTWI 00-W Type CHC VITOTWI 50-F Installatievoorbeelden Geselecteerde installatievoorbeelden 577 885 /0 Inhoudsopgave. icro-wkk Vitotwin 00-W met multivalente verwarmingswaterbuffer met geïntegreerde

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. Communicatiemodule. Veiligheidsvoorschriften. Toepassing. voor de vakman. Bestelnr ,

VIESMANN. Montagehandleiding. Communicatiemodule. Veiligheidsvoorschriften. Toepassing. voor de vakman. Bestelnr , Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Communicatiemodule Bestelnr. 7510 526, 7838 065 Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding VITOTROL 100. voor de vakman

VIESMANN. Montagehandleiding VITOTROL 100. voor de vakman Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Vitotrol 100 type UTD-RF Kamerthermostaat met twee digitale schakelklokken en draadloze ontvanger voor Vitodens 100-W, type WB1B Bestelnr.: 7296 065 VITOTROL

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding VITODENS 200-W. voor de vakman

VIESMANN. Montagehandleiding VITODENS 200-W. voor de vakman Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Vitodens 200-W type WB2C, 4,8 tot 35,0 kw HR-wandtoestel op gas Uitvoering voor aardgas en propaan VITODENS 200-W 5/2010 Na montage deze handleiding recycl en!

Nadere informatie

Rookgascollector voor een installatie met 2 ketels

Rookgascollector voor een installatie met 2 ketels Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Rookgascollector voor een installatie met 2 ketels voor Vitocrossal type CM2 vanaf 400 kw en type CT3U Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTRONIC 200. voor de installateur. Vitotronic 200 type CO1E Regeling voor weersafhankelijke werking

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTRONIC 200. voor de installateur. Vitotronic 200 type CO1E Regeling voor weersafhankelijke werking Montage- en servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type CO1E Regeling voor weersafhankelijke werking Geldigheidsverwijzing zie laatste pagina VITOTRONIC 200 5/2017 Bewaren a.u.b.!

Nadere informatie

VIESMANN. Servicehandleiding VITOCELL 300-B VITOCELL 300-V. voor de vakman

VIESMANN. Servicehandleiding VITOCELL 300-B VITOCELL 300-V. voor de vakman Servicehandleiding voor de vakman VIESMANN Vitocell 300-B type EVB Warmwaterboiler, 300 en 500 liter Vitocell 300-V type EVI Warmwaterboiler, 200 tot 500 liter VITOCELL 300-B VITOCELL 300-V 7/2009 Bewaren

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. CO-bewaker. Veiligheidsvoorschriften. voor de vakman

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. CO-bewaker. Veiligheidsvoorschriften. voor de vakman Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMA O-bewaker voor aansluiting op V-ketel op olie/gas estelnummer: 7499 330 Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. Invoer. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. voor Vitoligno 300-H, 80 tot 101 kw

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. Invoer. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. voor Vitoligno 300-H, 80 tot 101 kw Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMANN Invoer voor Vitoligno 300-H, 80 tot 101 kw Veiligheidsinstructies Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk

Nadere informatie

Verwarmingscircuitverdeling voor Vitodens 200-W tot 35 kw, Vitodens 300-W en Vitopend 200-W, type WH2B

Verwarmingscircuitverdeling voor Vitodens 200-W tot 35 kw, Vitodens 300-W en Vitopend 200-W, type WH2B Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Onderbouwset Verwarmingscircuitverdeling voor Vitodens 200-W tot 35 kw, Vitodens 300-W en Vitopend 200-W, type WH2B Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

Veiligheidsopmerkingen

Veiligheidsopmerkingen Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Vitodens 300 type WB3A, 49en66kW HR-ketel als wandtoestel Uitvoering voor aardgas en propaan VITODENS 300 10/2006 Na montage deze handleiding recycleren! Veiligheidsopmerkingen

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding VITOTROL 100. voor de vakman

VIESMANN. Montagehandleiding VITOTROL 100. voor de vakman Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Vitotrol 100 type UTA-RF Kamerthermostaat met analoge schakelklok en draadloze ontvanger voor Vitodens 100-W, type WB1B Bestelnr.: 7296 064 VITOTROL 100 2/2008

Nadere informatie

CV-circuitverdeling voor Vitodens 200, Vitodens 300 tot 35 kw en Vitopend, type WH2A, WHKA en WHEA

CV-circuitverdeling voor Vitodens 200, Vitodens 300 tot 35 kw en Vitopend, type WH2A, WHKA en WHEA Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Onderbouwkit CV-circuitverdeling voor Vitodens 200, Vitodens 300 tot 35 kw en Vitopend, type WH2A, WHKA en WHEA Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

VIESMANN. Zonneregelingsmodule Type SM1. Installatievoorbeelden. Geselecteerde installatievoorbeelden

VIESMANN. Zonneregelingsmodule Type SM1. Installatievoorbeelden. Geselecteerde installatievoorbeelden VIESA Zonneregelingsmodule Type S Installatievoorbeelden Geselecteerde installatievoorbeelden /0 Inhoudsopgave 0. Een verwarmingscircuit met mengklep, tapwaterverwarming met bivalente warmwaterboiler,

Nadere informatie

Viesmann. Montage- en servicehandleiding. Invoer. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. voor Vitoligno 300-H, 80 tot 101 kw

Viesmann. Montage- en servicehandleiding. Invoer. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. voor Vitoligno 300-H, 80 tot 101 kw Montage- en servicehandleiding voor de vakman Viesmann Invoer voor Vitoligno 300-H, 80 tot 101 kw Veiligheidsinstructies Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOSOLIC 200. voor de vakman. Elektronische temperatuurverschilregeling Vitosolic 200 type SD4

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOSOLIC 200. voor de vakman. Elektronische temperatuurverschilregeling Vitosolic 200 type SD4 Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMANN Elektronische temperatuurverschilregeling Vitosolic 200 type SD4 Geldigheidsverwijzing zie laatste pagina VITOSOLIC 200 4/2010 Bewaren a.u.b.! Veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding VITOCROSSAL 300. voor de vakman. Vitocrossal 300 type CM3 HR-ketel met MatriX-stralingsbrander

VIESMANN. Montagehandleiding VITOCROSSAL 300. voor de vakman. Vitocrossal 300 type CM3 HR-ketel met MatriX-stralingsbrander Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Vitocrossal 300 type CM3 HR-ketel met MatriX-stralingsbrander VITOCROSSAL 300 10/2011 Na montage deze handleiding recycl en! Veiligheidsvoorschriften Volg deze

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding VITODENS 200-W. voor de vakman

VIESMANN. Montagehandleiding VITODENS 200-W. voor de vakman Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Vitodens 200-W type WB2C, 45 en 60 kw HR-gasketel als wandtoestel Uitvoering voor aardgas en propaan VITODENS 200-W 1/2010 Na montage deze handleiding recyclen!

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. Uitvoer met veerbladen. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. voor Vitoligno 300-H

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. Uitvoer met veerbladen. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. voor Vitoligno 300-H Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMANN Uitvoer met veerbladen voor Vitoligno 300-H Veiligheidsinstructies Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding VITOTRANS 300. voor de vakman. Vitotrans 300

VIESMANN. Montagehandleiding VITOTRANS 300. voor de vakman. Vitotrans 300 Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Vitotrans 300 Rookgas-/water-warmtewisselaar voor Vitoplex 200, Vitoplex 300 en Vitorond 200 met 80 tot 560 kw nom. vermogen. VITOTRANS 300 5/2011 Na montage

Nadere informatie

VIESMANN VITOCAL 200-S type AWB 201.B04 tot B13, C10, C13 type AWB-AC 201.B04 tot B13, C10, C13

VIESMANN VITOCAL 200-S type AWB 201.B04 tot B13, C10, C13 type AWB-AC 201.B04 tot B13, C10, C13 VIESMA VITOCA 00-S type AWB 0.B04 tot B, C0, C type AWB-AC 0.B04 tot B, C0, C Installatievoorbeelden Geselecteerde installatievoorbeelden 578 444 /0 Inhoudsopgave Inhoudsopgave. Vitocal 00 S, type AWB,

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTWIN GATEWAY. voor de vakman

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTWIN GATEWAY. voor de vakman Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMANN Vitotwin Gateway type BATI BATI/LON-gateway voor de aansluiting van Vitotwin 300-W op Vitocom 100, type LAN1 Geldigheidsverwijzing zie laatste pagina

Nadere informatie

VIESMANN VITOTWIN 300-W Type C3HB

VIESMANN VITOTWIN 300-W Type C3HB VIESA VITOTWI 00-W Type CHB Installatievoorbeelden Geselecteerde installatievoorbeelden 58 090 5/0 Inhoudsopgave Inhoudsopgave. icro-kwk met multivalent CV-waterbuffer met geïntegreerde tapwateropwarming

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding VITOPLEX 200. Voor meer informatie: www.kuiperzn.nl. voor de vakman

VIESMANN. Montagehandleiding VITOPLEX 200. Voor meer informatie: www.kuiperzn.nl. voor de vakman Montagehandleiding voor de vakman Voor meer informatie: www.kuiperzn.nl VIESMANN Vitoplex 200 type SX2A, 700 tot 1950 kw Olie-/gasketel VITOPLEX 200 5/2011 Na montage deze handleiding recyclen! Veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie