Vaststelling subsidieregeling peuterspeelzaalwerk en voorschoolse educatie (VVE) 2015 en subsidieregeling inzet HBO ers en VVE-thuisprogramma s 2015

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Vaststelling subsidieregeling peuterspeelzaalwerk en voorschoolse educatie (VVE) 2015 en subsidieregeling inzet HBO ers en VVE-thuisprogramma s 2015"

Transcriptie

1 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Amsterdam. Nr oktober 2014 Vaststelling subsidieregeling peuterspeelzaalwerk en voorschoolse educatie (VVE) 2015 en subsidieregeling inzet HBO ers en VVE-thuisprogramma s 2015(3B, 2014, 153) Afdeling 3B Nummer 153 Publicatiedatum 17 september 2014 Onderwerp Vaststelling subsidieregeling peuterspeelzaalwerk en voorschoolse educatie (VVE) 2015 en subsidieregeling inzet HBO ers en VVE-thuisprogramma s 2015 Burgemeester en wethouders van Amsterdam Brengen ter algemene kennis dat zij in hun vergadering van 26 augustus 2014 hebben besloten: 1. tot het vaststellen van: a. de Subsidieregeling peuterspeelzaalwerk en voorschoolse educatie 2015 ; b. een subsidieplafond van 47,5 mln voor de realisatie van het aantal plaatsen en bereik doelgroep 2015 onder voorbehoud van goedkeuring van de begroting 2015 door de gemeenteraad; en c. een stedelijk maximumtarief ter hoogte van per jaar voor het aanbod van voorschoolse educatie op kinderdagverblijven. d. de Subsidieregeling vve-thuisprogramma s en inzet hbo ers ; en e. de vaststelling van subsidieplafonds van 3,4 mln voor de inzet van hbo ers en 1,2 mln voor de inzet van vve-thuisprogramma s in 2015 onder voorbehoud van goedkeuring van de begroting 2015 door de raad. 2. tot het intrekken van: a. de nadere (subsidie)regelingen van de stadsdelen, te weten: - Stadsdeel Zuid: Subsidieregeling Peuterspeelzalen en Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE), vastgesteld op 14 juni 2013; en - Stadsdeel Oost: Subsdieregeling voor- en vroegschoolse educatie als onderdeel van de Nadere regels subsidies versterking sociaal domein stadsdeel Oost 2014, vastgesteld op 27 juni 2013; en - Stadsdeel West: Nadere regels subsidie voor- en vroegschoolse educatie en Ouderbetrokkenheid, vastgesteld op 18 juli 2013; en - Stadsdeel Nieuw West: Subsidieregeling Voor- en vroegschoolse educatie als onderdeel van de Nadere regels subsidieverlening 2014, vastgesteld op 14 mei 2013; en b. de subsidieregeling vve-thuisprogramma s en inzet hbo ers, vastgesteld op 9 april Burgemeester en wethouders voornoemd, A.H.P. Van Gils, secretaris E.E. van der Laan, burgemeester Bijlage 1 Subsidieregeling peuterspeelzaalwerk en voorschoolse educatie 2015 Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1. Begripsomschrijvingen In deze subsidieregeling wordt verstaan onder: 1

2 a. besluit: Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie; b. Big Five: de vijf belangrijkste voorwaarden voor een goede kwaliteit in peuterspeelzalen en kindercentrum c. college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam; d. doelgroepkind: kinderen van 2,5 tot 4 jaar met een risico op (taal)achterstand, vastgesteld door de opvoedadviseur op het Ouder- en Kindcentrum (OKC); e. houder: degene aan wie een onderneming als bedoeld in de Handelsregisterwet 2007 toebehoort en die met die onderneming een kindercentrum of een peuterspeelzaal exploiteert; f. kindercentrum: een voorziening waar kinderopvang plaatsvindt, anders dan gastouderopvang; g. Landelijk Register Kinderdagverblijven en Peuterspeelzalen (LRKP): landelijk registratiesysteem van de rijksoverheid waarin alle kinderopvangvoorzieningen en peuterspeelzalen die na een inspectie door de GGD en na de positieve beschikking van de gemeente worden geregistreerd; h. peuterspeelzaalwerk: peuterspeelzaalwerk als bedoeld in artikel 2.1 van de wet; i. verordening: Amsterdamse Verordening kwaliteitseisen peuterspeelzalen en voorschoolse educatie; j. voorschoolse educatie: uitvoering van een door het college van burgemeester en wethouders gesubsidieerd programma dat gericht is op het verbeteren van de voorwaarden voor het met succes instromen in het basisonderwijs voor kinderen die nog niet tot een school kunnen worden toegelaten. k. wet: Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Artikel 2. Doel subsidieregeling Het doel van deze subsidieregeling is het bestrijden en voorkomen van onderwijsachterstanden bij kinderen tussen 2,5 en 4 jaar door een kwalitatief hoogwaardig aanbod van peuterspeelzaalwerk en voorschoolse educatie te realiseren, dat is gericht op de stimulering van de ontwikkeling van peuters. Artikel 3. Subsidiabele activiteiten 1. Het college kan een eenmalige subsidie verlenen voor: a. het aanbieden van peuterspeelzaalwerk; b. het aanbieden van voorschoolse educatie in een peuterspeelzaal of een kindercentrum; c. het inzetten van medewerkers en activiteiten ter bevordering van de ouderbetrokkenheid in peuterspeelzalen en kindercentra die voorschoolse educatie aanbieden: d. activiteiten ter voorbereiding op het aanbieden van voorschoolse educatie in een peuterspeelzaal of een kindercentrum; Hoofdstuk 2 Subsidieplafond Artikel 4. Subsidieplafond Het college stelt voor de subsidiabele activiteiten per soort activiteit jaarlijks het subsidieplafond vast. Hoofdstuk 3 Subsidieaanvraag Artikel 5. De aanvrager 1. Subsidie kan uitsluitend worden aangevraagd door een houder van een peuterspeelzaal of kindercentrum in Amsterdam welke is opgenomen in het Landelijk Register Kinderdagverblijven en Peuterspeelzalen (LRKP). 2. Subsidie voor peuterspeelzaalwerk en de inzet van medewerkers ouderbetrokkenheid kunnen uitsluitend worden aangevraagd door houders die hiervoor ook in 2014 van de gemeente subsidie hebben ontvangen. Hoofdstuk 4 Verlening en weigering van de subsidie Artikel 6. Voorwaarde om voor subsidie in aanmerking te komen Om voor subsidie in aanmerking te komen voldoet de aanvraag aan de voorwaarde dat het aanbod voorschoolse educatie bijdraagt aan het vergroten van het bereik van doelgroepkinderen in een specifiek gebied. Hierbij wordt prioriteit gegeven aan die gebieden waar het gerealiseerde bereik van de doelgroepkinderen beneden het stedelijk gemiddelde ligt. Artikel 7. Weigeringsgronden 2

3 In aanvulling op artikel 9, eerste lid, van de ASA 2013 weigert het college een subsidie te verlenen als: a. in een onderzoek van de GGD een overtreding is geconstateerd op een van de Big Five voorwaarden ten aanzien van de wettelijke basiskwaliteit peuterspeelzaal en kindercentrum, zoals geformuleerd door de gemeente Amsterdam waarvan niet is vastgesteld dat deze overtreding is hersteld; b. in een onderzoek van de GGD een overtreding is geconstateerd ten aanzien van de wettelijke vveeisen, zoals opgenomen in het besluit waarvan niet is vastgesteld dat deze overtreding is hersteld; c. in een onderzoek van de GGD een overtreding is geconstateerd (score 1) ten aanzien van enkele aanvullende kwaliteitseisen van de gemeente Amsterdam, zoals opgenomen in de verordening, waarvan niet is vastgesteld dat deze overtreding is hersteld; d. de aanvraag niet voldoet aan de voorwaarde in artikel 6. Hoofdstuk 5 Overige bepalingen Artikel 8. Inwerkingtreding en geldingsduur Deze regels treden in werking op 1 januari 2015 en gelden tot en met 31 december Artikel 9. Citeertitel Deze regels worden aangehaald als Subsidieregeling peuterspeelzaalwerk en voorschoolse educatie Toelichting Deze subsidieregeling heeft de vorm van nadere regels als bedoeld in artikel 3 onder 2 van de Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013 (verder de ASA). Dit betekent dat op de subsidies die op grond van deze regeling worden verstrekt tevens de ASA en de Algemene wet bestuursrecht ( Awb ) van toepassing zijn. Deze regeling vormt een aanvulling op hetgeen in de ASA is geregeld. Waar dat noodzakelijk is wordt verwezen naar het betreffende artikel uit de ASA. In deze toelichting wordt voor zover noodzakelijk per artikel nadere uitleg gegeven. Subsidieregeling als overgangsregeling voor 2015 Tot 2014 waren taken en bevoegdheden voor voor- en vroegschoolse educatie verdeeld over de centrale stad en de stadsdelen. Met ingang van 1 januari 2014 zijn de taken en bevoegdheden van de stadsdelen met betrekking tot voor- en vroegschoolse educatie overgegaan naar de centrale stad. Voor het kalenderjaar 2014 hebben de voorschoolaanbieders in Amsterdam van het dagelijks bestuur van het stadsdeel nog een subsidie ontvangen op basis van de stadsdeel specifieke nadere regels vve danwel op basis van de ASA. Vanaf 2015 vervangt deze geharmoniseerde stedelijke subsidieregeling de stadsdeelspecifieke regelingen is een overgangsjaar omdat vanaf 2016 landelijk de wetgeving in het kader van de harmonisering kinderopvang en peuterspeelzalen wordt gewijzigd. Daarnaast zal het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen nieuwe financiële kaders vaststellen voor de vve voor de periode 2016 en verder. Dit zal ertoe leiden dat in Amsterdam de verordening vve en het subsidiekader voor 2016 opnieuw moet worden herzien. Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1. Begripsomschrijvingen Voor de begripsomschrijvingen in deze nadere regels is zoveel mogelijk aangesloten bij de begrippen uit de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen, de Wet op het primair onderwijs en het Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie. Artikel 2. Doel subsidieregeling De gemeente Amsterdam streeft ernaar om ieder kind succesvol te laten zijn op school, op een wijze die past bij de capaciteiten van het kind. De gemeente hecht grote waarde aan kwalitatief hoogwaardige voorschoolse voorzieningen gericht op de ontwikkelingsstimulering van jonge kinderen, zodat elk kind een goede start kan maken in het basisonderwijs. 3

4 De voor- en vroegschoolse educatie (vve) heeft als doel onderwijsachterstanden bij jonge kinderen te voorkomen en waar nodig te bestrijden. Voorschoolse educatie is gericht op peuters van 2,5 tot 4 jaar en vindt plaats in peuterspeelzalen en kindercentra. Aansluitend is er vroegschoolse educatie voor kleuters van 4 tot en met 6 jaar in groep 1 en 2 van het basisonderwijs. De Wet op het primair onderwijs (Wpo) draagt de gemeente op dat zij alle kinderen die dat nodig hebben voorschoolse educatie aanbiedt: dekkend aanbod voor alle kinderen uit de doelgroep. De gemeente draagt zorg voor voldoende kwalitatief goede voorzieningen in aantal en spreiding en heeft een inspanningsverplichting om alle doelgroepkinderen te laten deelnemen aan voorschoolse educatie. Op 12 maart 2012 hebben het Rijk en de G4/33 bestuursafspraken ondertekend over het effectief benutten van voor- en vroegschoolse educatie (vve) en extra leertijd voor jonge kinderen. Het doel van deze subsidieregeling is om uitvoering te geven aan de wettelijke taak die voortvloeit uit de Wet op het Primair Onderwijs (Wpo) en de aanvullende bestuursafspraken tussen Rijk en de G4/G33. Artikel 3. Subsidiabele activiteiten Deze bepaling regelt voor welke activiteiten een subsidie kan worden aangevraagd. Subsidie kan worden aangevraagd voor de voortzetting van bestaand aanbod peuterspeelzaalwerk, voorschoolse educatie en ouderbetrokkenheid. Het gaat om activiteiten die de houder al langer uitvoert en waar in het verleden subsidie voor kon worden aangevraagd bij het stadsdeel waarin de betreffende locatie gevestigd is. Ook kan subsidie worden aangevraagd voor het starten met het aanbieden van voorschoolse educatie op een nieuwe locatie of het uitbreiden van het aanbod op een bestaande locatie. Hoofdstuk 2 Subsidieplafond Artikel 4. Subsidieplafond Het subsidieplafond bepaalt het bedrag dat per jaar beschikbaar is voor de verschillende soorten activiteiten die volgens deze regels voor subsidie in aanmerking komen. De toelichting bij de Algemene subsidie verordening Amsterdam 2013 (ASA) bevat verdere uitleg over het subsidieplafond (artikel 4). De aanvragen worden beoordeeld op volgorde van binnenkomst (artikel 7 lid 1 ASA). Indien de aanvraag voldoet aan de criteria in deze regeling wordt deze gehonoreerd totdat het subsidieplafond is bereikt. Hoofdstuk 3 Subsidieaanvraag Artikel 5. De aanvrager Het eerste lid bepaalt dat subsidie uitsluitend kan worden aangevraagd door een houder van een peuterspeelzaal of kindercentrum in Amsterdam welke is opgenomen in het Landelijk Register Kinderdagverblijven en Peuterspeelzalen (LRKP). In lid 2 is geregeld dat het college in 2015 alleen subsidie voor peuterspeelzaalwerk en medewerkers ouderbetrokkenheid verleent voor bestaand aanbod. Dit betekent dat de activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd al in 2014 gestart moeten zijn met subsidie van de gemeente Amsterdam. De reden hiervoor is dat het Rijk naar verwachting in 2016 de wet- en regelgeving en de beschikbare financiering ingrijpend zal wijzigen. Het college wil hierop anticiperen en ziet 2015 daarom als een overgangsjaar. Hoofdstuk 4 Verlening en weigering van de subsidie Artikel 6. Voorwaarden om voor subsidie in aanmerking te komen Het college bekijkt bij het beoordelen van de aanvragen in hoeverre de activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd passen binnen de doelstelling van deze subsidieregeling. Het college heeft hiervoor een voorwaarde opgesteld waaraan de aanvraag in ieder geval moet voldoen. De voorwaarde heeft betrekking op de wettelijke taak van de gemeente om voldoende aanbod voorschoolse educatie te realiseren voor doelgroepkinderen en de inspanningsverplichting om doelgroepkinderen ook daadwerkelijk deel te laten nemen aan de voorschoolse educatie. Amsterdam heeft in het kader van de bestuursafspraken met het rijk de ambitie vastgelegd om eind 2015 minimaal voorschoolplaatsen te realiseren en 90% van de doelgroepkinderen te bereiken. De gemeente dient het aanbod te spreiden over de stad. 4

5 Voor het bepalen van vraag en aanbod in het gebied wordt in eerste instantie het stadsdeel bekeken, maar waar nodig wordt een verdere verfijning gemaakt naar buurtcombinatieniveau en wordt de situatie in aangrenzende gebieden bij de beoordeling betrokken. Bij de beoordeling wordt gekeken naar het aantal doelgroepkinderen dat in een gebied woont, het percentage doelgroepkinderen dat deelneemt aan voorschoolse educatie, de bestaande capaciteit aan voorschoolplaatsen en de gegevens over de bezetting, de wachtlijsten en de aanmeldingen in het gebied. Bij de uitbreidingen wordt prioriteit gegeven aan die gebieden waar veel doelgroepkinderen wonen, het aanbod nog onvoldoende is en het bereik van de doelgroep nog achterblijft op het stedelijk bereikpercentage. Starten met voorschoolse educatie vergt een forse investering. Amsterdam streeft naar gemengde groepen waarin doelgroep en niet-doelgroepkinderen samen kunnen deelnemen aan de voorschoolse educatie. Om dit te realiseren wordt ook gekeken naar de verhouding van het aantal doelgroep en niet-doelgroepkinderen in de voorschoolgroep en in hoeverre die een afspiegeling is van de verhouding in het gebied. Artikel 7. Weigeringsgronden Dit artikel bevat de gronden waarop een aanvraag kan worden geweigerd. Het college heeft besloten alleen subsidie te verlenen als de basiskwaliteit op orde is. De gemeente heeft als uitwerking bepaald dat de volgende constateringen door de GGD leiden tot weigering van de subsidie: 1. Indien in een onderzoek van de GGD een overtreding is geconstateerd op een van de Big Five voorwaarden ten aanzien van de wettelijke basiskwaliteit peuterspeelzaal en kindercentrum, zoals geformuleerd door de gemeente Amsterdam waarvan niet is vastgesteld dat deze overtreding is hersteld en naar verwacht mag worden hersteld blijft of; 2. Indien in een onderzoek van de GGD een overtreding is geconstateerd ten aanzien van de wettelijke vve -eisen, zoals opgenomen in het besluit waarvan niet is vastgesteld dat deze overtreding is hersteld en hersteld blijft of; 3. Indien in een onderzoek van de GGD een overtreding is geconstateerd (score 1) ten aanzien van enkele aanvullende kwaliteitseisen van de gemeente Amsterdam, zoals opgenomen in de verordening, waarvan niet is vastgesteld dat deze overtreding is hersteld en hersteld blijft; 4. Als niet voldaan wordt aan de voorwaarde in artikel 6. Ad. 1. Basiskwaliteit: Big Five Eén kwaliteitscriterium van de Big Five omvat meerdere voorschriften en voorwaarden uit de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Deze Big Five bestaat uit de vijf belangrijkste voorwaarden voor een goede kwaliteit in peuterspeelzaal en kindercentrum, en omvat de volgende voorwaarden: 1.Voldoende gekwalificeerd personeel (artikel 3, lid 1 en lid 2 Besluit, en artikel 5, lid 7 Regeling, en artikel 6, lid 3 en 4 Regeling en artikel 1.50, lid 3 WKo) 2.Goed pedagogisch klimaat (Artikel 7, eerste lid, sub a Regeling, en artikel 1.49, lid 1 Wko, en artikel 1.50, eerste lid Wko en artikel 5, lid 1 en 3 Besluit) 3.Veilige situatie (Artikel 1.49, eerste lid Wko, en Artikel 1.51 Wko, en artikel 2, lid 1, sub b en lid 2 Besluit) 4.Gezonde omgeving (Artikel 1.49, eerste lid Wko, en artikel 1.51 Wko, en artikel 2, lid 1, sub b Besluit) 5.Goede accommodatie (Artikel 6, lid 1 Besluit, en artikel 8, lid 1 Regeling, en artikel 8, lid 2 Regeling) De GGD heeft deze voorwaarden geoperationaliseerd in voorschriften en specifieke voorwaarden in het inspectierapport. 5

6 Ad 2. Basiskwaliteit voorschoolse educatie Deze wettelijke eisen betreffen: Omvang voorschoolse educatie; Verhouding aantal beroepskrachten en aanwezige kinderen; Groepsgrootte; Diploma vooropleiding beroepskrachten Aanvullende scholing specifiek gericht op het vroegtijdig bestrijden van achterstanden bij jonge kinderen of het werken met vve-programma s; Opleidingsplan 8.4 Gebruik voorschoolse educatieprogramma op locatie. Ad 3. Aanvullende kwaliteitseisen voorschoolse educatie De geselecteerde aanvullende kwaliteitseisen betreffen: het gemiddeld aantal uren dat per week per doelgroepkind aan voorschoolse educatie wordt aangeboden bedraagt minimaal 12 uur in groepen van 50% of meer doelgroepkinderen (artikel 11 Verordening); de beroepskrachten voldoen aan de Amsterdamse taalnorm; zij beschikken voor de mondelinge taalvaardigheid en de leesvaardigheid over niveau B2 en voor de schriftelijke taalvaardigheid over niveau B1 (artikel 12 Verordening); de vaste beroepskrachten zijn gecertificeerd voor het werken met het vve- programma dat op locatie wordt gebruikt (artikel 12 Verordening); Het college kan de subsidie tevens weigeren omdat de aanvrager niet voldoet aan artikel 6. Hoofdstuk 5 Overige bepalingen Artikel 8. Inwerkingtreding en geldingsduur Dit artikel behoeft geen toelichting. Artikel 9. Citeertitel Dit artikel behoeft geen toelichting. Bijlage 2 Subsidieregeling vve-thuisprogramma s en inzet hbo ers Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsbepaling In deze subsidieregeling wordt verstaan onder: a. doelgroepkind: kind met een indicatie op taalachterstand, vastgesteld door de opvoedadviseur op het Ouder- en Kindcentrum (OKC); b. hbo er: een beroepskracht met een hbo-diploma of die het Programma erkenning verworven competenties succesvol heeft doorlopen; c. houder: degene aan wie een onderneming als bedoeld in de Handelsregisterwet 2007 toebehoort en die met die onderneming een kindercentrum of een peuterspeelzaal exploiteert; d. kindercentrum: een voorziening waar kinderopvang plaatsvindt, anders dan gastouderopvang; e. Landelijk Register Kinderdagverblijven en Peuterspeelzalen (LRKP): landelijk registratiesysteem van de Rijksoverheid waarin alle kinderopvangvoorzieningen en peuterspeelzalen die na een inspectie door de GGD en na de positieve beschikking van de gemeente worden geregistreerd; f. ontwikkelingsstimulerende activiteiten: activiteiten die de (taal)ontwikkeling van het kind stimuleren; 6

7 g. opvoedadviseur: pedagogisch adviseur werkend op het Ouder- en Kindcentrum (OKC); h. ouder: bloed- of aanverwant in opgaande lijn of de pleegouder van een kind op wie het peuterspeelzaalwerk betrekking heeft, met dien verstande dat bij de beoordeling of sprake is van pleegouderschap een subsidie op grond van de Wet op de jeugdzorg buiten beschouwing blijft; i. peuterspeelzaal: voorziening waar peuterspeelzaalwerk plaatsvindt, anders dan gastouderopvang of kinderopvang in een kindercentrum; j. thuisprogramma vve: programma waarbij ouders handvatten krijgen om thuis met hun kind activiteiten te ondernemen die de (taal)ontwikkeling van hun kind stimuleren; k. verordening: de Verordening Kwaliteitseisen Peuterspeelzalen en Voorschoolse Educatie 2014; l. voorschool: een kindercentrum of peuterspeelzaal waar voorschoolse educatie wordt uitgevoerd; m. voorschoolse educatie: uitvoering van een door het college van burgemeester en wethouders gesubsidieerd programma dat gericht is op het verbeteren van de voorwaarden voor het met succes instromen in het basisonderwijs voor kinderen die nog niet tot een school kunnen worden toegelaten; n. vroegschool: groep 1 en 2 van de basisschool. De vroegschool is gekoppeld aan een voorschool; o. vroegschoolse educatie: uitvoering van een door het college van burgemeester en wethouders gesubsidieerd programma dat gericht is op het bestrijden en tegengaan van taalachterstanden bij kinderen in de groep 1 en 2 van de basisschool; p. vve-locatie: een locatie waar voor- en/ of vroegschoolse educatie wordt uitgevoerd; q. wet: Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Artikel 2 Doel van de subsidieregels Het doel van de regeling is het meer betrekken van ouders bij de (taal)ontwikkeling van hun kind(eren) en het bevorderen van de kwaliteit van de voor- en vroegschoolse educatie. Deze regeling biedt de mogelijkheid om voor twee soorten activiteiten eenmalig subsidie aan te vragen. De eerste activiteit is het gebruik van thuisprogramma s waarmee ouders in staat zijn om hun kind te begeleiden in hun (taal)ontwikkeling. De tweede activiteit is het inzetten van hbo ers op voorscholen waardoor het opbrengstgericht werken en de kwaliteit op de werkvloer wordt bevorderd. Artikel 3 Subsidieplafond Het college stelt voor de activiteiten die volgens deze subsidieregels voor subsidie in aanmerking komen per soort activiteit jaarlijks een subsidieplafond vast. Artikel 4 Het indienen van een aanvraag 1. Een aanvraag in het kader van deze subsidieregeling wordt voor 1 september van het jaar voorafgaand aan het jaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd ingediend. 2. De aanvraag wordt ingediend op het daarvoor bestemde formulier. Artikel 5 Voorschotten Vooruitlopend op de vaststelling van de subsidie bevoorschot het college 100% van het verleende bedrag aan subsidie. Hoofdstuk 2 Subsidie voor de inzet van thuisprogramma s op voor- en vroegscholen Artikel 6 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen Het college kan een eenmalige subsidie verlenen voor de aanschaf en uitvoering van een thuisprogramma op een vve-locatie. Artikel 7 De aanvrager De aanvrager is een door de gemeente erkende houder van een peuterspeelzaal of kindercentrum in Amsterdam welke is opgenomen in het Landelijk Register Kinderdagverblijven en Peuterspeelzalen (LRKP). Artikel 8 Subsidiebedrag Het college bepaalt de hoogte van het subsidiebedrag op basis van de in de aanvraag opgenomen kosten voor de aanschaf van het thuisprogramma en de kosten die met de uitvoering van het programma gepaard gaan, waaronder in ieder geval inbegrepen kosten voor aanschaf van materiaal, inhuur van 7

8 deskundigheid en huur van ruimten voor zover naar het oordeel van het college deze noodzakelijk zijn voor het bereiken van het beoogde resultaat van het betreffende thuisprogramma. Artikel 9 De subsidieaanvraag In aanvulling op artikel 5 van de ASA 2013 bevat de subsidieaanvraag de volgende informatie en documenten: a. een beschrijving van het gekozen thuisprogramma met aandacht voor de additionele waarde van het programma, de doelen die de aanvrager met het inzetten van het thuisprogramma wil bereiken en een overzicht van de bestaande werkwijze voor het stimuleren van thuisactiviteiten; b. het totaal aantal ouders (of verzorgers) dat met de thuisprogramma s wordt bereikt en hoeveel daarvan als ouders van een doelgroepkind kunnen worden aangemerkt; c. het moment waarop het thuisprogramma start en eindigt en hoe de effecten van het thuisprogramma worden gemeten; d. een verklaring dat de aanvrager medewerking verleent aan een praktijkonderzoek door een door de gemeente vastgestelde wetenschapper naar de effecten van thuisprogramma s; e. een sluitende begroting met daarin opgenomen: i. een overzicht van de kosten die met de aanschaf en uitvoering van het thuisprogramma gepaard gaan, uitgesplitst naar structurele kosten en incidentele kosten; ii. een uitsplitsing van kosten per voor- en vroegschool indien van toepassing. Artikel 10 Weigeringsgronden In aanvulling op artikel 9 van de ASA weigert het college een subsidie te verlenen als: a. met het beoogde thuisprogramma nog geen ervaring is opgedaan in Nederland; b. het gekozen thuisprogramma niet in de databank effectieve jeugdinterventies van het Nederlands Jeugdinstituut is opgenomen op het moment van aanvraag en de aanvrager naar het oordeel van het college niet voldoende aannemelijk heeft kunnen maken dat dit binnen een jaar na aanvraag alsnog zal zijn gebeurd; c. de keuze voor het in te zetten thuisprogramma naar het oordeel van het college onvoldoende is onderbouwd; d. naar het oordeel van het college onvoldoende duidelijk is op welke wijze het gekozen thuisprogramma aansluit op het vve-programma dat de houder hanteert, de bestaande thuisactiviteiten en de ouders die de houder met het gekozen thuisprogramma wil bereiken; e. de ingediende begroting niet sluitend is; f. naar het oordeel van het college onvoldoende sprake is van een heldere weergave van hoe de effecten worden gemeten van het thuisprogramma en het starten en eindigen van het thuisprogramma; g. naar het oordeel van het college onvoldoende afspraken zijn gemaakt tussen de voor- en vroegschool om duurzame resultaten te kunnen boeken. Artikel 11 Wijze van verdelen De aanvragen die voldoen aan artikel 7 en 9 en waarop niet een van de weigeringsgronden in artikel 10 van toepassing zijn, worden vervolgens gehonoreerd, in volgorde waarop de aanvragen zijn binnengekomen totdat het subsidieplafond is bereikt. Artikel 12 Subsidieverplichtingen Het college verbindt aan de verleende subsidie de volgende verplichtingen: a. het thuisprogramma wordt uitgevoerd conform de eisen die zijn vastgesteld door de ontwikkelaar van het thuisprogramma; b. de vve-houder levert een eindrapportage aan met daarin de vermelding van de behaalde resultaten afgezet tegen de voorafgestelde doelen; c. in aanvulling op artikel 13, 14 en 15 van de ASA neemt de vve-houder in zijn verantwoording van de subsidie een weergave van de incidentele kosten en de structurele kosten op die bij de uitvoering van de gesubsidieerde activiteiten gerealiseerd zijn. Hoofdstuk 3 Subsidie voor de inzet van hbo ers op voorscholen Artikel 13 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen 8

9 Het college kan per groep kinderen (voorschoolgroep) een eenmalige subsidie verlenen voor de inzet van een hbo er. De hbo er kan op één van de twee volgende wijzen worden ingezet: a. als pedagogisch medewerker op een voorschoolgroep voor 680 directe uren voor voorschoolse educatie per jaar (waarvan per week 12 uur op de voorschoolgroep) of; b. als bestaande coach van de pedagogisch medewerkers van een voorschoolgroep voor 160 directe uren per jaar. Artikel 14 De aanvrager De aanvrager is een door de gemeente erkende houder van een peuterspeelzaal of kindercentrum in Amsterdam welke is opgenomen in het Landelijk Register Kinderdagverblijven en Peuterspeelzalen (LRKP) en die in het jaar voorafgaand aan het jaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd reeds hbo ers in dienst had conform de condities in artikel 19 of 20 van deze regeling. Artikel 15 Subsidiebedrag 1. Het college verstrekt voor de inzet van een hbo er op de groep per jaar maximaal een bedrag van 4.249,- per groep, hierbij uitgaande van een inzet van in totaal 680 directe uren per groep per jaar. 2. Het college verstrekt voor de inzet van een hbo er als coach per jaar maximaal een bedrag van 6.574,- per groep, hierbij uitgaande van een inzet van in totaal 160 directe uren per groep per jaar. Artikel 16 De subsidieaanvraag In aanvulling op artikel 5 van de ASA 2013 bevat de subsidieaanvraag de volgende informatie en documenten: a. een begroting van de beoogde inzet van hbo ers, gebaseerd op het bepaalde in artikel 15; b. een plan voor de inzet van de hbo er, waarin minimaal is opgenomen: i. het aantal gewenste hbo ers en het aantal weken dat de hbo er wordt ingezet; ii. volgens welke variant als bedoeld in artikel 13 de hbo er wordt ingezet voor de uitvoering van de activiteiten, vergezeld van een korte motivering van de gemaakte keuze; iii. een opsomming van de beoogde activiteiten en resultaten die de aanvrager daarmee wil bereiken. Artikel 17 Weigeringsgronden In aanvulling op artikel 9 van de ASA weigert het college een subsidie te verlenen als: a. de houder reeds subsidie ontvangt voor de betreffende voorschoolgroep onder de Subsidieregeling pilots startgroepen voor peuters van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap; b. naar het oordeel van het college de keuze voor de variant volgens welke de hbo er wordt ingezet en de motivering op welke wijze dit past bij de situatie op de voorschool onvoldoende is onderbouwd; c. naar het oordeel van het college onvoldoende uiteen is gezet wat de beoogde activiteiten zijn en welke resultaten daarmee beoogd worden; d. de ingediende begroting niet sluitend is. Artikel 18 Wijze van verdelen De aanvragen die voldoen aan artikel 14 en 16 en waarop niet een van de weigeringsgronden in artikel 17 van toepassing is, worden vervolgens gehonoreerd in volgorde waarop de aanvragen zijn binnengekomen totdat het subsidieplafond is bereikt. Artikel 19 Subsidieverplichtingen hbo er als pedagogisch medewerker op de groep 1. Het college verbindt aan de verleende subsidie de volgende verplichtingen: a. de door de aanvrager in te zetten medewerker heeft bij aanvang van de gesubsidieerde activiteiten een relevante hbo-opleiding op pedagogisch en/of didactisch gebied afgerond of heeft het Programma erkenning verworven competenties (EVC) doorlopen en; b. de door de aanvrager in te zetten medewerker heeft bij aanvang van de gesubsidieerde activiteiten een opleiding in een van de erkende vve-programma s zoals bepaald in de verordening afgerond of is daarmee gestart en; 9

10 c. de door de aanvrager in te zetten medewerker heeft bij aanvang van de gesubsidieerde activiteiten de gemeentelijke vve-module voor hbo ers op de groep afgerond of start hier binnen drie maanden mee en; d. de door de aanvrager in te zetten medewerker verricht de gesubsidieerde activiteiten tussen 1 januari en 31 december in het kalenderjaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd. 2. De aanvrager zendt na afloop van de bestedingsperiode een afschrift van het bewijs van scholing als bedoeld in lid 1 of verwerkt de controle hiervan in de controleverklaring door de accountant. 3. In aanvulling op artikel 13, 14 en 15 van de ASA neemt de aanvrager in de verantwoording een rapportage op met een beschrijving van de inzet van hbo ers en de wijze waarop dit heeft bijgedragen aan opbrengstgericht werken en verhoging van kwaliteit op de werkvloer. De verantwoording van de aanvrager wordt ingediend op het daarvoor bestemde formulier. Artikel 20 Subsidieverplichtingen hbo er als coach 1. Het college verbindt aan de verleende subsidie de volgende verplichtingen: a. de door de aanvrager in te zetten medewerker heeft bij aanvang van de gesubsidieerde activiteiten een relevante hbo-opleiding op pedagogisch en/of didactisch gebied afgerond of heeft het Programma erkenning verworven competenties (EVC)doorlopen en; b. de door de aanvrager in te zetten medewerker heeft bij aanvang van de gesubsidieerde activiteiten de gemeentelijke vve-module voor hbo ers als coach afgerond of start hier binnen drie maanden mee en; c. de door de aanvrager in te zetten medewerker verricht de gesubsidieerde activiteiten tussen 1 januari en 31 december in het kalenderjaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd. 2. De aanvrager zendt na afloop van de bestedingsperiode een afschrift van het bewijs van scholing als bedoeld in lid 1 of verwerkt de controle hiervan in de controleverklaring door de accountant. 3. In aanvulling op artikel 13, 14 en 15 van de ASA neemt de aanvrager in de verantwoording een rapportage op met een beschrijving van de inzet van hbo ers en de wijze waarop dit heeft bijgedragen aan opbrengstgericht werken en verhoging van kwaliteit op de werkvloer. De verantwoording van de aanvrager wordt ingediend op het daarvoor bestemde formulier. Hoofdstuk 4 Overige bepalingen Artikel 21 Inwerkingtreding De nadere regels treden in werking op 1 januari Artikel 22 Citeertitel Deze regels kunnen worden aangehaald als Subsidieregeling vve-thuisprogramma s en inzet hbo ers. Toelichting bij de subsidieregeling Deze subsidieregeling heeft de vorm van nadere regels als bedoeld in artikel 1 onder d van de ASA 2013 (verder de ASA). Dit betekent dat op de subsidies die op grond van deze regeling worden verstrekt eveneens de ASA van toepassing is. Deze regeling vormt een aanvulling op hetgeen in de ASA is geregeld. Waar dat noodzakelijk is wordt verwezen naar het betreffende artikel uit de ASA. In deze toelichting wordt voor zover noodzakelijk per artikel nadere uitleg gegeven. Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsbepaling Voor de begripsbepaling in deze nadere regels is zoveel mogelijk aangesloten bij de begrippen uit de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen en de verordening van de gemeente Amsterdam. Artikel 2 Doel van de subsidieregels Op 12 maart 2012 hebben het Rijk en de G4/33 bestuursafspraken ondertekend over het effectief benutten van voor- en vroegschoolse educatie (VVE) en extra leertijd voor jonge kinderen. Hierin zijn ook afspraken opgenomen over het gebruik van thuisprogramma s en de inzet van hbo ers in de voorschoolse sector. 10

11 Om te zorgen dat het doel wordt bereikt, heeft het Rijk extra middelen aan de gemeenten ter beschikking gesteld. De gemeente Amsterdam zet deze middelen onder andere in voor de subsidiëring van thuisprogramma s en inzet van hbo ers. Deze subsidie voor instellingen die voorschoolse educatie aanbieden betreft een aanvulling op de subsidie die de gemeente Amsterdam verstrekt aan deze instellingen voor uitvoering van voorschoolse educatie. Uitgangspunt bij het gebruik van thuisprogramma s is het bevorderen van ontwikkelingsstimulerende activiteiten thuis. De subsidiëring van vve-thuisprogramma s start in 2013 en loopt door tot en met In de bestuursafspraken is voor dit onderdeel opgenomen: Ouders zijn de belangrijkste partners bij de ontwikkeling van jonge kinderen. Amsterdam wil voor het deel van de doelgroep die dat nodig heeft extra inzetten op ontwikkelingsstimulerende activiteiten en onderwijsondersteunende activiteiten thuis in aanvulling op het centrumgerichte vve-programma. De doelstelling en het resultaat voor dit onderdeel zijn als volgt geformuleerd: - Doel: Het doel van de subsidiering van thuisprogramma s is ouders van doelgroepkinderen in staat te stellen om hun kind te begeleiden in hun (taal)ontwikkeling. Doelgroepkinderen zijn kinderen met een indicatie op taalachterstand, vastgesteld door de opvoedadviseur op het Ouderen Kindcentrum (OKC). - Resultaat: In de bestuursafspraken is vastgesteld dat in % van de vve-locaties minimaal een score drie behalen bij de GGD inspecties op het aspect ouders. Het aspect ouders valt uiteen in zeven subaspecten. Ontwikkelingsstimulerende activiteiten thuis is een van de zeven subaspecten, waarbij 80% van de vve-locatie score drie moeten behalen. Uitgangspunt bij de inzet van hbo ers op voorscholen is dat hbo ers kunnen zorgen voor een belangrijke kwaliteitsinput op de voorscholen. Door het Rijk is de rol van de hbo ers als volgt geformuleerd: De hbo-gekwalificeerde begeleiders in VVE zijn nodig om het opbrengstgericht werken op de groep verder vorm te geven en de kwaliteit op de werkvloer te verhogen. In de bestuursafspraken is afgesproken dat de voorschoolse instellingen het aantal hbo ers gefaseerd uitbreiden. Artikel 3 Subsidieplafond Het subsidieplafond bepaalt het bedrag dat per jaar beschikbaar is voor de activiteiten die volgens de subsidieregeling voor subsidie in aanmerking komen. De toelichting bij de Algemene Subsidie verordening Amsterdam 2013 (ASA) bevat verdere uitleg over het subsidieplafond (artikel 4). Artikel 4 Het indienen van een aanvraag Aanvragen voor subsidie dienen voor 1 september ingediend te worden. Aanvragen die na de termijn worden ingediend worden niet in behandeling genomen. Artikel 5 Voorschotten Van het bedrag dat als subsidie wordt verleend, wordt de volledige 100% bevoorschot. Hoofdstuk 2 Subsidie voor het gebruik van thuisprogramma s op de voor- en vroegschool Artikel 6 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen Deze bepaling behoeft geen nadere toelichting. Artikel 7 De aanvrager De subsidie voor thuisprogramma s is alleen beschikbaar voor houders van een VVE locatie die door de gemeente Amsterdam zijn erkend zoals geregeld in de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. De aanvraag voor de subsidie wordt ingediend door de houder van de voorschool. De houder kan naast subsidie voor de eigen voorschool, ook subsidie aanvragen voor de gekoppelde basisschool (vroegschool). De houder draagt samen met de gekoppelde basisschool zorg dat het thuisprogramma zowel op de voor- als vroegschool ingezet wordt. 11

12 Artikel 8 Subsidiebedrag Deze bepaling regelt waar het als subsidie te verstrekken bedrag uit kan bestaan. Onder de kosten voor de aanschaf van een thuisprogramma moet worden verstaan de kosten die door de leverancier van het programma in rekening worden gebracht bij de aankoop van het programma. Onder kosten die met de uitvoering van het thuisprogramma gepaard gaan, wordt verstaan de kosten die de houder in redelijkheid moet maken om te realiseren dat ouders met het thuisprogramma in aanraking kunnen komen. Hierbij kan gedacht worden aan voorlichtingsmateriaal (folders, posters, digitale media), kosten voor de voorbereiding van personeel en kosten voor ondersteunend materiaal dat ten behoeve van het thuisprogramma op de voorschool aanwezig moet zijn. Tevens kunnen kosten voor (informatie)bijeenkomsten met ouders onderdeel uitmaken van de subsidie. Indien de houder niet de capaciteit in huis heeft om het thuisprogramma uit te voeren, kan er -na overleg met DMO- externe deskundigheid ingehuurd worden. Indien de houder van een voorschool genoodzaakt is om voor de bijeenkomst(en) een ruimte buiten de voorschool te huren, dient gezocht te worden naar een ruimte die wat betreft huurprijs in verhouding is met het doel van deze subsidieregeling. De kosten van aanschaf van het thuisprogramma en de eventuele kosten voor de uitvoering bij elkaar opgeteld, levert het totaal als subsidie te verlenen bedrag op. De hoogte van het bedrag bepaalt welk verantwoordingsregime uit de Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013 (ASA 2013) van toepassing is. Dit is geregeld in artikel 13 en 14 en van de ASA. Artikel 9 De subsidieaanvraag Het thuisprogramma is bedoeld als een aanvullend programma voor ouders bovenop de huidige activiteiten die er vanuit het opgestelde ouderbeleid worden ondernomen om ouderbetrokkenheid te stimuleren. In de aanvraag dient de aanvullende functie van het thuisprogramma naar voren te komen. Hierbij is het belangrijk dat er inzicht wordt geboden waarom er voor het bepaalde thuisprogramma is gekozen, hoe het thuisprogramma aansluit op de bestaande activiteiten die worden ondernomen om thuisactiviteiten te stimuleren en waarom het thuisprogramma het beste aansluit op de ouders die de houder met dit thuisprogramma wilt bereiken. Bovendien dienen de doelen die de houder met het thuisprogramma wil behalen in de aanvraag te zijn opgenomen en wordt er een weergave van de wijze waarop de effecten van het thuisprogramma worden gemeten in de aanvraag opgenomen. Daarnaast wordt het totaal aantal ouders dat met het thuisprogramma wordt bereikt vermeld en wordt er weergegeven hoeveel ouders van het totaal aantal ouders zijn van doelgroepkinderen. In de aanvraag staat een financiële paragraaf, waarin wordt vermeld wat de kosten zijn voor de aanschaf van het thuisprogramma en wat de kosten zijn voor de uitvoering van het thuisprogramma. Verder worden de kosten in de aanvraag uitgesplitst naar structurele en incidentele kosten. Indien het thuisprogramma op de voor- en vroegschool wordt ingezet, wordt er in de aanvraag een overzicht gegeven van de kosten voor de voorschool en de kosten voor de vroegschool. De inzet van het thuisprogramma op de vroegschool wordt bekrachtigd met een handtekening van de verantwoordelijke van de vroegschool. Artikel 10 Weigeringsgronden Dit artikel bevat de gronden waarop een aanvraag kan worden geweigerd. In de aanvraag dient de keuze voor het gekozen thuisprogramma voldoende zijn te onderbouwd. Dit betekent dat de houder in de aanvraag aangeeft op welke wijze het thuisprogramma een toevoeging is op het vve-programma dat door de houder wordt gehanteerd, waarom en hoe dit specifieke thuisprogramma het beste aansluit op de ouders die de houder met dit gekozen thuisprogramma wil bereiken, hoeveel ouders de houder met het thuisprogramma wil bereiken (uitgesplitst naar ouders van doelgroepkinderen en ouders van niet doelgroepkinderen) en hoe het thuisprogramma aansluit op de bestaande activiteiten die worden ondernomen om de ontwikkelingsstimulering thuis te bevorderen. Wanneer het thuisprogramma zowel op de voor- als vroegschool wordt ingezet, dient in de aanvraag te worden vermeld hoe de taakverdeling tussen de voor- en vroegschool bij de uitvoering van het programma is opgebouwd, hoe de doorlopende lijn in het bereiken van ouders wordt gewaarborgd en wat de verdeling is van het aantal deelnemende ouders per voor- en vroegschool. 12

13 Aanvragen waarvan het beoogde thuisprogramma niet in Nederland wordt uitgevoerd en waarvan niet aangenomen kan worden dat het binnen een jaar na aanvraag opgenomen is in de NJI databank effectieve jeugdinterventies, komen niet voor honorering in aanmerking. Artikel 11 Wijze van verdelen Deze bepaling behoeft geen nadere toelichting. Artikel 12 Subsidieverplichtingen Dit artikel schrijft voor dat de houder verplicht is een eindrapportage aan te leveren. In de eindrapportage staat vermeld wat de resultaten zijn, afgezet tegen de voorafgestelde doelen van het thuisprogramma. Ook wordt vermeld hoeveel ouders er zijn bereikt, uitgesplitst naar ouders van doelgroepkinderen en ouders van niet doelgroepkinderen. In de eindrapportage worden de sterke en zwakke punten bij de uitvoering van het thuisprogramma vermeld. Bovendien worden in de eindrapportage de resultaten van de effectmeting getoond. Tevens bevat de eindrapportage een financiële paragraaf waarin een overzicht staat van de werkelijke baten en lasten, waarbij de werkelijke kosten uitgesplitst worden naar structurele en incidentele kosten. Indien het thuisprogramma ook op de vroegschool heeft plaatsgevonden wordt er een splitsing gemaakt in de kosten tussen de voor- en vroegschool. Indien het thuisprogramma al voor de subsidieverlening is gestart, worden er nadere afspraken gemaakt over de effectmeting. Hoofdstuk 3 Subsidie voor de inzet van hbo ers op voorscholen Artikel 13 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen In dit artikel worden de twee varianten voor de inzet van een hbo er omschreven. De hbo er kan voor een van beide varianten ingezet worden, niet voor allebei. Daarnaast kan per groep in totaal maximaal één hbo er worden ingezet. Bij de hbo er als pedagogisch medewerker op de groep dient er sprake te zijn van functiedifferentiatie met de mbo er die eveneens op de groep staat. De hbo er als pedagogisch medewerker op de groep zal zich met name bezig houden met het: - op kwalitatief hoogwaardige wijze uitvoeren van een vve-programma; - implementeren en monitoren van opbrengstgericht werken op de groep; - maken van analyses van toets- en observatiegegevens; - opstellen van de handelingsplannen per kind; - begeleiden van / feedback geven aan andere pedagogisch medewerker op de groep; - bewaken en versterken van de doorgaande leerlijn met het basisonderwijs; - stimuleren van ouderbetrokkenheid; - vervullen van een voorbeeldrol op de groep; - signaleren van knelpunten en het initiëren van verbetertrajecten. Het is de bedoeling dat de hbo er één van de twee huidige pedagogisch medewerkers op de groep vervangt. Het is niet toegestaan om de hbo er als 3e persoon op de groep te laten werken. Het totaal aantal aanstellingsuren bij een pedagogisch medewerker op de groep is bepaald op gemiddeld 17 uren per week, voor onder andere voorbereiding, teamoverleg, openingstijden en opleidingen naast de 12 uren voorschoolse educatie per week. Per jaar gaat het in totaal om maximaal 680 directe aanstellingsuren; in de vaststelling van het subsidiebedrag wordt daarnaast rekening gehouden met 10% indirecte uren. De hbo er als coach zal zich met name bezighouden met het: - coachen van pedagogisch medewerkers op de groep; - observeren en terugkoppelen van opbrengsten aan de leiding van de voorschoollocatie; - (verder) vorm geven van opbrengstgericht werken op de voorschoolgroep; - versterken van de doorgaande leerlijn van voorschool naar vroegschool; - bewerkstelligen dat het aanbod aan de kinderen opklimt in moeilijkheidsgraag en zorgen dat het aanbod gedifferentieerd is; - verbeteren van de interne kwaliteitszorg. 13

14 Het totaal aantal aanstellingsuren bij een hbo er als coach is bepaald op gemiddeld 4 uren per week. Per jaar gaat het in totaal om maximaal 160 directe aanstellingsuren; in de vaststelling van het subsidiebedrag wordt daarnaast rekening gehouden met 10% indirecte uren. Artikel 14 De aanvrager De subsidie voor de inzet van hbo ers is alleen beschikbaar voor houders van een vve-locatie die door de gemeente Amsterdam zijn erkend zoals geregeld in de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Daarnaast dienen aanbieders al in het jaar voorafgaand aan het jaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd hbo ers in dienst te hebben gehad conform de condities geformuleerd in artikel 19 of 20 van deze regeling. Artikel 15 Subsidiebedrag In dit artikel is geregeld welk bedrag de houder als subsidie kan aanvragen voor de inzet van een hbo er als pedagogisch medewerker op de groep of een hbo er als coach. Het college hanteert hierbij normbedragen per jaar. In het geval dat de hbo er als pedagogisch medewerker op de groep wordt ingezet, bedraagt het subsidiebedrag het verschil in salaris tussen een mbo er en hbo er, omdat dit veelal ingehuurde medewerkers betreft. Voor de inzet van een hbo er als coach wordt het volledige salaris op hbo-niveau vergoed, omdat dit veelal een nieuwe functie betreft. De normbedragen voor beide varianten zijn als volgt: - voor de inzet van een hbo er als pedagogisch medewerker op de groep voor 680 directe uren per jaar kan de houder maximaal 4.249,- per jaar per voorschoolgroep aanvragen. - voor de inzet van een hbo er als coach voor 160 directe uren per jaar kan de houder maximaal 6.574,- per voorschoolgroep per jaar aanvragen. Deze bedragen zijn als volgt tot stand gekomen: - Het bedrag voor de inzet van een hbo er als pedagogisch medewerker op de groep is berekend aan de hand van de eindbedragen van de salarisschalen 6 en 8 van de CAO Welzijn en Maatschappelijke Dienstverlening Daarnaast is rekening gehouden met een percentage werkgeverslasten van 33%, een toeslag overhead van 30% en met 10% indirecte uren (vakantie, verlof en ziekte). Dit bedrag is naar rato omgerekend, uitgaande van 680 directe aanstellingsuren per jaar voor de hbo er als pedagogisch medewerker op de groep. - Het bedrag voor de inzet van een hbo er als coach is berekend aan de hand van het eindbedrag van salarisschaal 8 van de CAO Welzijn en Maatschappelijke Dienstverlening Daarnaast is rekening gehouden met een percentage werkgeverslasten van 33%, een toeslag overhead van 30% en met 10% indirecte uren (vakantie, verlof en ziekte). Dit bedrag is naar rato omgerekend, uitgaande van 160 directe uren per jaar voor de hbo er als coach. De hoogte van het als subsidie te verlenen bedrag wordt derhalve bepaald door vermenigvuldiging van het aantal hbo ers dat wordt ingezet voor de twee varianten. De hoogte van het als totaal te verlenen bedrag bepaalt welk verantwoordingsregime uit de Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013 (ASA 2013) van toepassing is. Dit is geregeld in artikel 13 en 14 van de ASA. Artikel 16 De subsidieaanvraag In dit artikel wordt een beknopte samenvatting gegeven van de onderdelen van het aanvraagformulier. Artikel 17 Weigeringsgronden Dit artikel bevat de gronden waarop een aanvraag kan worden geweigerd. De eerste weigeringsgrond verwijst naar de Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) van 6 juni 2011 en 2 december 2011, nr. WJZ/ en nr. WJZ/ (2774) op basis waarvan instellingen subsidie kunnen ontvangen ten behoeve van pilots met startgroepen voor peuters. Onderdeel van deze OCW-regeling is subsidie voor de inzet van een hbo er. Om dubbele subsidiëring van hbo ers voorkomen is deelname aan de OCW-regeling opgenomen als weigeringsgrond. 14

15 Artikel 18 Wijze van verdelen Dit artikel behoeft geen toelichting. Artikel 19 Subsidieverplichtingen hbo er als pedagogisch medewerker op de groep In dit artikel worden de subsidieverplichtingen voor de inzet van een hbo er als pedagogisch medewerker op de groep beschreven. Het verschil in functie met de mbo-geschoolde pedagogisch medewerker is beschreven in de toelichting van artikel 13. Omdat deze hbo-medewerker net als de mbo-geschoolde pedagogisch medewerker op de groep zal werken, is een scholing in een van de vier erkende vve-programma s vereist, conform de verordening. Daarnaast moet deze medewerker de gemeentelijke vve-module voor hbo ers op de groep hebben afgerond of hier binnen drie maanden mee starten. De in te zetten medewerker dient bij aanvang werkzaamheden wel reeds in het bezit te zijn van een relevante hbo-opleiding op pedagogisch en didactisch gebied, of heeft het Programma erkenning verworven competenties succesvol doorlopen. De aanvrager laat de accountant in zijn controleverklaring de opleidingseisen meenemen of zendt de bewijzen hiervoor mee bij de verantwoording van de subsidie in DMO indien een accountantsverklaring niet van toepassing is. Indien de bewijzen niet of niet binnen de gestelde termijn worden overgelegd kan dit gevolgen hebben voor de subsidieverstrekking. Het college kan gebruik maken van de bevoegdheid om de subsidie in te trekken. Artikel 20 Subsidieverplichtingen hbo er als coach De taakomschrijving van de hbo er als coach is opgenomen in de toelichting bij artikel 13. Hbo ers die ingezet worden als coach hoeven niet geschoold te zijn in één van de erkende vve-programma s zoals opgenomen in de verordening, maar dienen wel de gemeentelijke vve-module voor hbo ers als coach afgerond te hebben, danwel hier binnen drie maanden mee te starten. De aanvrager laat de accountant in zijn controleverklaring de opleidingseisen meenemen of zendt de bewijzen hiervoor mee bij de verantwoording van de subsidie in DMO indien een accountantsverklaring niet van toepassing is. Indien de bewijzen niet of niet binnen de gestelde termijn worden overgelegd kan dit gevolgen hebben voor de subsidieverstrekking. Het college kan gebruik maken van de bevoegdheid om de subsidie in te trekken. Hoofdstuk 4 Overige bepalingen Artikel 21 Inwerkingtreding Dit artikel behoeft geen toelichting. Artikel 22 Citeertitel Dit artikel behoeft geen toelichting. 15

Brengen ter algemene kennis dat zij in hun vergadering van 23 juni 2015 hebben besloten:

Brengen ter algemene kennis dat zij in hun vergadering van 23 juni 2015 hebben besloten: GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Amsterdam. Nr. 64291 15 juli 2015 In te stemmen met het intrekken en vaststellen van subsidieregelingen en subsidieplafonds 2016 voor peuterspeelzaalwerk en

Nadere informatie

Subsidieregeling individuele voorschoolplaatsen kindercentra 2014-2015 Vastgesteld op 6 mei 2014

Subsidieregeling individuele voorschoolplaatsen kindercentra 2014-2015 Vastgesteld op 6 mei 2014 Subsidieregeling individuele voorschoolplaatsen kindercentra 2014-2015 Vastgesteld op 6 mei 2014 Burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam; gelet op de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen

Nadere informatie

Tijdelijke Subsidieregeling harmonisatie peuterspeelzaalwerk en kinderopvang

Tijdelijke Subsidieregeling harmonisatie peuterspeelzaalwerk en kinderopvang Tijdelijke Subsidieregeling harmonisatie peuterspeelzaalwerk en kinderopvang Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsomschrijvingen In deze subsidieregeling wordt verstaan onder: a. ASA 2013:

Nadere informatie

Brengen ter algemene kennis dat zij in hun vergadering van 9 januari 2018 hebben besloten:

Brengen ter algemene kennis dat zij in hun vergadering van 9 januari 2018 hebben besloten: GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Amsterdam Nr. 34899 19 februari 2018 Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam houdende regels omtrent voorzieningen

Nadere informatie

Regeling Peuteropvang en Voorschoolse Educatie gemeente Waalwijk 2019

Regeling Peuteropvang en Voorschoolse Educatie gemeente Waalwijk 2019 Regeling Peuteropvang en Voorschoolse Educatie gemeente Waalwijk 2019 Het college van de gemeente Waalwijk; gelet op de Wet kinderopvang, de Wet harmonisatie kinderopvang en peuterspeelzaalwerk en de Algemene

Nadere informatie

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zutphen,

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zutphen, GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Zutphen Nr. 223687 21 december 2017 Regeling van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zutphen houdende bepalingen over het subsidiëren

Nadere informatie

SUBSIDIEREGELING TEGEMOETKOMING KOSTEN PEUTEROPVANG DEN HAAG 2017

SUBSIDIEREGELING TEGEMOETKOMING KOSTEN PEUTEROPVANG DEN HAAG 2017 RIS298646 SUBSIDIEREGELING TEGEMOETKOMING KOSTEN PEUTEROPVANG DEN HAAG 2017 Het college van burgemeester en wethouders van Den Haag, overwegende dat: - op 1 januari 2018 de Wet harmonisatie kinderopvang

Nadere informatie

Gemeente Baarn - subsidieregeling Peuteropvang en Voorschoolse educatie gemeente Baarn (gewijzigd)

Gemeente Baarn - subsidieregeling Peuteropvang en Voorschoolse educatie gemeente Baarn (gewijzigd) GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Baarn Nr. 54737 15 maart 2018 Gemeente Baarn - subsidieregeling Peuteropvang en Voorschoolse educatie gemeente Baarn (gewijzigd) Collegebesluit Zaaknummer

Nadere informatie

Subsidieregeling peuteropvang en voorschoolse educatie

Subsidieregeling peuteropvang en voorschoolse educatie CVDR Officiële uitgave van Nijkerk. Nr. CVDR336051_5 22 mei 2018 Subsidieregeling peuteropvang en voorschoolse educatie Het college van de gemeente Nijkerk; gelezen het voorstel van 3 september 2013, gelet

Nadere informatie

1. Kinderopvang: opvang vanuit een landelijk geregistreerd Kinderdagverblijf in de zin van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen.

1. Kinderopvang: opvang vanuit een landelijk geregistreerd Kinderdagverblijf in de zin van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Deelverordening Peuteropvang en voorschoolse educatie, gemeente Achtkarspelen 2014. Hoofdstuk 1 Inleidende bepalingen Artikel 1. Begripsbepalingen In deze verordening wordt verstaan onder: 1. Kinderopvang:

Nadere informatie

Subsidieregeling Peuteropvang en Voor- en Vroegschoolse Educatie

Subsidieregeling Peuteropvang en Voor- en Vroegschoolse Educatie Subsidieregeling Peuteropvang en Voor- en Vroegschoolse Educatie Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Heerhugowaard; gelet op de Wet Kinderopvang de Algemene subsidieverordening Heerhugowaard

Nadere informatie

Subsidieregeling Kinderopvang gemeente Haren 2018

Subsidieregeling Kinderopvang gemeente Haren 2018 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Haren Nr. 107361 23 mei 2018 Subsidieregeling Kinderopvang gemeente Haren 2018 Subsidieregeling van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente

Nadere informatie

Verordening tegemoetkoming kosten peuteropvang in Midden-Delfland

Verordening tegemoetkoming kosten peuteropvang in Midden-Delfland Verordening tegemoetkoming kosten peuteropvang in Midden-Delfland De raad van de gemeente Midden-Delfland: gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 29 januari 2015; gelet op artikel 147,

Nadere informatie

Verordening tegemoetkoming kosten (VVE-)peuteropvang in Tiel

Verordening tegemoetkoming kosten (VVE-)peuteropvang in Tiel GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Tiel Nr. 164245 21 september 2017 Verordening tegemoetkoming kosten (VVE-)peuteropvang in Tiel De raad van de gemeente Tiel: gelezen het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

besluiten vast te stellen: de Subsidieregeling kindgebonden financiering peuteropvang en voorschoolse educatie gemeente Gouda.

besluiten vast te stellen: de Subsidieregeling kindgebonden financiering peuteropvang en voorschoolse educatie gemeente Gouda. CVDR Officiële uitgave van Gouda. Nr. CVDR468650_2 10 oktober 2018 Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Gouda houdende regels omtrent subsidie voor kindgebonden financiering

Nadere informatie

Aanvullende voorziening Combinatiefunctie Voor- en Vroegschool aan de Verordening op het Lokaal Onderwijsbeleid in de gemeente Amsterdam 2014

Aanvullende voorziening Combinatiefunctie Voor- en Vroegschool aan de Verordening op het Lokaal Onderwijsbeleid in de gemeente Amsterdam 2014 Aanvullende voorziening Combinatiefunctie Voor- en Vroegschool aan de Verordening op het Lokaal Onderwijsbeleid in de gemeente Amsterdam 2014 Burgemeester en wethouders van Amsterdam Brengen ter algemene

Nadere informatie

Uitvoeringsregeling subsidies Peuteropvang Voorschoolse educatie gemeente Haarlem 2019

Uitvoeringsregeling subsidies Peuteropvang Voorschoolse educatie gemeente Haarlem 2019 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Haarlem Nr. 76478 1 april 2019 Uitvoeringsregeling subsidies Peuteropvang Voorschoolse educatie gemeente Haarlem 2019 Het college van Burgemeester en Wethouders

Nadere informatie

De Tijdelijke subsidieverordening Peuteropvang en VVE gemeente Zaanstad 2019

De Tijdelijke subsidieverordening Peuteropvang en VVE gemeente Zaanstad 2019 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Zaanstad Nr. 232894 1 november 2018 Tijdelijke subsidieverordening peuteropvang en VVE gemeente Zaanstad 2019 De raad van de gemeente Zaanstad, Gelet op de

Nadere informatie

1. Kinderopvang: opvang vanuit een landelijk geregistreerd Kinderdagverblijf in de zin van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen.

1. Kinderopvang: opvang vanuit een landelijk geregistreerd Kinderdagverblijf in de zin van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Deelverordening Peuteropvang en voorschoolse educatie, gemeente Achtkarspelen 2014. Hoofdstuk 1 Inleidende bepalingen Artikel 1. Begripsbepalingen In deze verordening wordt verstaan onder: 1. Kinderopvang:

Nadere informatie

Ve rordening peuteropvang e n voorschoolse e ducatie gemeente Vijfheerenlanden (i.o.) 2019

Ve rordening peuteropvang e n voorschoolse e ducatie gemeente Vijfheerenlanden (i.o.) 2019 Ve rordening peuteropvang e n voorschoolse e ducatie gemeente Vijfheerenlanden (i.o.) 2019 De raden van de gemeenten Zederik, Vianen en Leerdam; gelet op de bepalingen in de Wet kinderopvang (Wko) en artikel

Nadere informatie

overwegende dat het hiervoor noodzakelijk is om regels te stellen omtrent de tegemoetkoming in de kosten van (VVE-)peuteropvang;

overwegende dat het hiervoor noodzakelijk is om regels te stellen omtrent de tegemoetkoming in de kosten van (VVE-)peuteropvang; Verordening tegemoetkoming kosten (VVE-)peuteropvang in Tiel De raad van de gemeente Tiel: gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 13 juni 2017; overwegende dat het wenselijk is om peuteropvang

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Ede (Gelderland)

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Ede (Gelderland) SUBSIDIEREGEL PEUTEROPVANG EN VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE Het college van burgemeester en wethouders van Ede; gelet op de artikelen 3, 7, vierde lid, en 10 van de Algemene subsidieverordening Ede 2015

Nadere informatie

Subsidieregeling Onderwijs en Kinderopvang Weert 2017

Subsidieregeling Onderwijs en Kinderopvang Weert 2017 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Weert. Nr. 21810 10 februari 2017 Subsidieregeling Onderwijs en Kinderopvang Weert 2017 Burgemeester en wethouders van Weert; gelet op artikel 3 van de Algemene

Nadere informatie

Aanvulling van de Verordening op het Lokaal Onderwijsbeleid in de gemeente Amsterdam 2014 met de voorziening Combinatiefunctie Voor- en Vroegschool.

Aanvulling van de Verordening op het Lokaal Onderwijsbeleid in de gemeente Amsterdam 2014 met de voorziening Combinatiefunctie Voor- en Vroegschool. GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Amsterdam Nr. 215562 11 oktober 2018 Aanvulling van de Verordening op het Lokaal Onderwijsbeleid in de gemeente Amsterdam 2014 met de voorziening Combinatiefunctie

Nadere informatie

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tiel;

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tiel; Subsidieregeling (VVE-)peuteropvang Tiel Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tiel; gelet op artikel 5 van de Verordening tegemoetkoming kosten (VVE-)peuteropvang in Tiel overwegende

Nadere informatie

Het college van burgemeester en wethouders van Vlaardingen,

Het college van burgemeester en wethouders van Vlaardingen, GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Vlaardingen Nr. 51207 30 maart 2017 Het college van burgemeester en wethouders van Vlaardingen, Overwegende dat het wenselijk is om op grond van artikel 4

Nadere informatie

Subsidieregeling VVE gemeente Maasdriel 2018

Subsidieregeling VVE gemeente Maasdriel 2018 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Maasdriel Nr. 283502 31 december 2018 Subsidieregeling VVE gemeente Maasdriel 2018 Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Maasdriel; gelezen

Nadere informatie

Subsidieregeling Onderwijsachterstanden

Subsidieregeling Onderwijsachterstanden Subsidieregeling Onderwijsachterstanden 2020-2022 Burgemeester en wethouders van de gemeente Roosendaal; gelet op artikel 2, eerste lid, onder e, en tweede lid, van de Algemene subsidieverordening Roosendaal;

Nadere informatie

REGELING TOT WIJZIGING VAN DE SUBSIDIEREGELING INTEGRALE PLANNEN PRIMAIR ONDERWIJS EN VOORSCHOLEN DEN HAAG 2016

REGELING TOT WIJZIGING VAN DE SUBSIDIEREGELING INTEGRALE PLANNEN PRIMAIR ONDERWIJS EN VOORSCHOLEN DEN HAAG 2016 RIS300293 REGELING TOT WIJZIGING VAN DE SUBSIDIEREGELING INTEGRALE PLANNEN PRIMAIR ONDERWIJS EN VOORSCHOLEN DEN HAAG 2016 Het college van burgemeester en wethouders van Den Haag, gelet op: - artikel 5

Nadere informatie

Regeling subsidie onderwijsstimulering gemeente Oisterwijk 2015

Regeling subsidie onderwijsstimulering gemeente Oisterwijk 2015 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Oisterwijk. Nr. 86 0 oktober 0 Regeling subsidie onderwijsstimulering gemeente Oisterwijk 0 WAT WILLEN WE BEREIKEN? Wij willen dat kinderen hun talenten optimaal

Nadere informatie

BESLUIT NADERE REGELS SUBSIDIES PEUTEROPVANG EN VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE GEMEENTE VENRAY 2018

BESLUIT NADERE REGELS SUBSIDIES PEUTEROPVANG EN VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE GEMEENTE VENRAY 2018 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Venray Nr. 16055 24 januari 2018 BESLUIT NADERE REGELS SUBSIDIES PEUTEROPVANG EN VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE GEMEENTE VENRAY 2018 Het college van burgemeester

Nadere informatie

Subsidieregeling peuteropvanggroepen met voorschoolse educatie gemeente Schiedam. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Schiedam;

Subsidieregeling peuteropvanggroepen met voorschoolse educatie gemeente Schiedam. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Schiedam; GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Schiedam. Nr. 186191 28 december 2016 Subsidieregeling peuteropvanggroepen met voorschoolse educatie gemeente Schiedam Het college van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Model Subsidieregeling kinderopvang

Model Subsidieregeling kinderopvang Model Subsidieregeling kinderopvang Leeswijzer modelbepalingen - [ ] of (bijvoorbeeld) [iets] = door gemeente in te vullen, zie bijvoorbeeld artikel 3. - [iets OF iets] = door gemeente te kiezen, zie bijvoorbeeld

Nadere informatie

Subsidieregeling voorschoolse educatie en peuterspeelzaalwerk 2016 en Subsidieregeling individuele voorschoolplaatsen kindercentra

Subsidieregeling voorschoolse educatie en peuterspeelzaalwerk 2016 en Subsidieregeling individuele voorschoolplaatsen kindercentra GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Amsterdam. Nr. 43800 11 april 2016 Subsidieregeling voorschoolse educatie en peuterspeelzaalwerk 2016 en Subsidieregeling individuele voorschoolplaatsen kindercentra

Nadere informatie

Subsidieregeling Kindgebonden financiering Peuteropvang gemeente Assen

Subsidieregeling Kindgebonden financiering Peuteropvang gemeente Assen GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Assen Nr. 167246 27 september 2017 Subsidieregeling Kindgebonden financiering Peuteropvang gemeente Assen Het college van Assen, gelet op: de Algemene subsidieverordening

Nadere informatie

Nadere regels peuteropvang en voorschoolse educatie gemeente Rheden Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rheden;

Nadere regels peuteropvang en voorschoolse educatie gemeente Rheden Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rheden; GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Rheden Nr. 234199 29 december 2017 Nadere regels peuteropvang en voorschoolse educatie gemeente Rheden 2018 Het college van burgemeester en wethouders van

Nadere informatie

Burgemeester en wethouders van Gouda

Burgemeester en wethouders van Gouda Burgemeester en wethouders van Gouda Gelet op artikel 7 Algemene Subsidieverordening Gouda 2003; Overwegende dat: - aan alle kinderopvangorganisaties in de gemeente Gouda de mogelijkheid wordt geboden

Nadere informatie

Verordening tegemoetkoming kosten voorschoolse voorzieningen in Midden- Delfland

Verordening tegemoetkoming kosten voorschoolse voorzieningen in Midden- Delfland Concept Verordening tegemoetkoming kosten voorschoolse voorzieningen in Midden- Delfland Hoofdstuk I Algemene bepalingen Artikel 1 Definities 1. In deze verordening wordt verstaan onder: Het college: het

Nadere informatie

Beleidsregel Peuteropvang Koggenland 2017.

Beleidsregel Peuteropvang Koggenland 2017. Beleidsregel Peuteropvang Koggenland 2017. Inleiding Algemeen Deze beleidsregel is een uitwerking van de Algemene Subsidieverordening Koggenland (ASV). Zij wordt (ingevolge artikel 2 lid 4 ASV) vastgesteld

Nadere informatie

Onderwerp: Subsidieregeling tegemoetkoming kosten kinderopvang gemeente Overbetuwe 2017

Onderwerp: Subsidieregeling tegemoetkoming kosten kinderopvang gemeente Overbetuwe 2017 Onderwerp: Subsidieregeling tegemoetkoming kosten kinderopvang gemeente Overbetuwe 2017 Ons kenmerk: 16BWB00022 Burgemeester en wethouders van de gemeente Overbetuwe; gelezen het advies van de Participatieraad

Nadere informatie

Subsidieregeling Voorschoolse Educatie Amsterdam Begripsomschrijvingen

Subsidieregeling Voorschoolse Educatie Amsterdam Begripsomschrijvingen Subsidieregeling Voorschoolse Educatie Amsterdam 2018 Hoofdstuk 1 Artikel 1 Algemene bepalingen Begripsomschrijvingen In deze subsidieregeling wordt verstaan onder: a. ASA 2013: Algemene Subsidieverordening

Nadere informatie

Subsidieregeling Voorschools aanbod gemeente Arnhem

Subsidieregeling Voorschools aanbod gemeente Arnhem GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Arnhem. Nr. 32815 24 maart 2016 Subsidieregeling Voorschools aanbod gemeente Arnhem Op 8 december 2015 heeft het college van burgemeester en wethouders de 'Subsidieregeling

Nadere informatie

SUBSIDIEVERORDENING PEUTERPROGRAMMA GEMEENTE ECHT-SUSTEREN 2013

SUBSIDIEVERORDENING PEUTERPROGRAMMA GEMEENTE ECHT-SUSTEREN 2013 CVDR Officiële uitgave van Echt-Susteren. Nr. CVDR311130_1 23 november 2016 SUBSIDIEVERORDENING PEUTERPROGRAMMA GEMEENTE ECHT-SUSTEREN 2013 De raad van de gemeente Echt-Susteren, gezien het voorstel van

Nadere informatie

UITVOERINGSREGELING VOORSCHOOLSE EDUCATIE IN DE PEUTEROPVANG Burgemeester en Wethouders van de gemeente Boxtel:

UITVOERINGSREGELING VOORSCHOOLSE EDUCATIE IN DE PEUTEROPVANG Burgemeester en Wethouders van de gemeente Boxtel: UITVOERINGSREGELING VOORSCHOOLSE EDUCATIE IN DE PEUTEROPVANG Burgemeester en Wethouders van de gemeente Boxtel: overwegende dat: - het gewenst is activiteiten te stimuleren die bijdragen aan het gemeentelijke

Nadere informatie

Subsidieregeling Voorschoolse Educatie Amsterdam 2018 en Tijdelijke Subsidieregeling Harmonisatie peuterspeelzaalwerk en kinderopvang

Subsidieregeling Voorschoolse Educatie Amsterdam 2018 en Tijdelijke Subsidieregeling Harmonisatie peuterspeelzaalwerk en kinderopvang GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Amsterdam Nr. 126208 20 juli 2017 Subsidieregeling Voorschoolse Educatie Amsterdam 2018 en Tijdelijke Subsidieregeling Harmonisatie peuterspeelzaalwerk en

Nadere informatie

ONTWERP Subsidieregeling peuteropvanggroepen met voorschoolse educatie gemeente Schiedam 2018

ONTWERP Subsidieregeling peuteropvanggroepen met voorschoolse educatie gemeente Schiedam 2018 ONTWERP Subsidieregeling peuteropvanggroepen met voorschoolse educatie gemeente Schiedam 2018 Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie gemeente Schiedam Officiële naam regeling Subsidieregeling peuteropvanggroepen

Nadere informatie

SUBSIDIEREGELING KLEINE VERBOUWINGEN, TIJDELIJKE HUISVESTING EN INRICHTING LOKALEN VOORSCHOOLPEUTERSPEELZALEN DEN HAAG 2016

SUBSIDIEREGELING KLEINE VERBOUWINGEN, TIJDELIJKE HUISVESTING EN INRICHTING LOKALEN VOORSCHOOLPEUTERSPEELZALEN DEN HAAG 2016 RIS294909 SUBSIDIEREGELING KLEINE VERBOUWINGEN, TIJDELIJKE HUISVESTING EN INRICHTING LOKALEN VOORSCHOOLPEUTERSPEELZALEN DEN HAAG 2016 HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS, overwegende dat: - in de

Nadere informatie

gelet op de Algemene wet bestuursrecht en de Algemene Subsidieverordening van de gemeente Amersfoort;

gelet op de Algemene wet bestuursrecht en de Algemene Subsidieverordening van de gemeente Amersfoort; Burgemeester en wethouders van gemeente Amersfoort; gelezen de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen, het Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie, de Wet op het primair

Nadere informatie

Subsidieregeling Voorschoolse voorzieningen Gemeente Krimpenerwaard 2019

Subsidieregeling Voorschoolse voorzieningen Gemeente Krimpenerwaard 2019 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Krimpenerwaard Nr. 64679 28 maart 2018 Subsidieregeling Voorschoolse voorzieningen Gemeente Krimpenerwaard 2019 Inleiding Subsidie is een bijdrage van de

Nadere informatie

Vaststellen Subsidieregeling gebiedsgebonden kunst- en cultuuractiviteiten

Vaststellen Subsidieregeling gebiedsgebonden kunst- en cultuuractiviteiten GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Amsterdam Nr. 187447 26 oktober 2017 Vaststellen Subsidieregeling gebiedsgebonden kunst- en cultuuractiviteiten Burgemeester en wethouders van Amsterdam Brengen

Nadere informatie

Gemeente Bergen op Zoom - Subsidieregels Peuteropvang Bergen op Zoom Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bergen op Zoom;

Gemeente Bergen op Zoom - Subsidieregels Peuteropvang Bergen op Zoom Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bergen op Zoom; GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Bergen op Zoom. Nr. 119466 11 december 2015 Gemeente Bergen op Zoom - Subsidieregels Peuteropvang Bergen op Zoom 2016 Het college van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Subsidieregels Peuteropvang gemeente Steenbergen 2017

Subsidieregels Peuteropvang gemeente Steenbergen 2017 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Steenbergen. Nr. 184473 27 december 2016 Subsidieregels Peuteropvang gemeente Steenbergen 2017 Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Steenbergen,

Nadere informatie

Beleidsregel subsidie Peuteropvang en Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE)

Beleidsregel subsidie Peuteropvang en Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) CVDR Officiële uitgave van Bronckhorst. Nr. CVDR467596_1 1 mei 2018 Beleidsregel Subsidie Peuteropvang en Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) Het College van burgemeester en wethouders van de gemeente

Nadere informatie

Onderwerp: Vaststellen subsidieregeling peuteropvang en voorschoolse educatie Ommen

Onderwerp: Vaststellen subsidieregeling peuteropvang en voorschoolse educatie Ommen GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Ommen. Nr. 131339 26 september 2016 Onderwerp: Vaststellen subsidieregeling peuteropvang en voorschoolse educatie Ommen Burgemeester en wethouders van de gemeente

Nadere informatie

Bijzondere subsidieverordening peuteropvang gemeente Purmerend 2019

Bijzondere subsidieverordening peuteropvang gemeente Purmerend 2019 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Purmerend Nr. 214081 9 oktober 2018 Bijzondere subsidieverordening peuteropvang gemeente Purmerend 2019 De raad van de gemeente Purmerend; - gelet op de artikelen

Nadere informatie

Beleidsregels peuteropvang en voorschoolse educatie, gemeente Tytsjerksteradiel

Beleidsregels peuteropvang en voorschoolse educatie, gemeente Tytsjerksteradiel Beleidsregels peuteropvang en voorschoolse educatie, gemeente Tytsjerksteradiel Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tytsjerksteradiel overwegende, dat de raad op 25 juni 2015 heeft

Nadere informatie

Verordening kwaliteitseisen peuterspeelzalen en voorschoolse educatie 2014

Verordening kwaliteitseisen peuterspeelzalen en voorschoolse educatie 2014 CVDR Officiële uitgave van Amsterdam. Nr. CVDR461761_1 30 januari 2018 Verordening kwaliteitseisen peuterspeelzalen en voorschoolse educatie 2014 Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Nadere informatie

Gemeente Rhenen - Subsidieregelingen 2017: Reguliere peuteropvang en voor- en vroegschoolse educatie

Gemeente Rhenen - Subsidieregelingen 2017: Reguliere peuteropvang en voor- en vroegschoolse educatie GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Rhenen. Nr. 1350 3 oktober 016 Gemeente Rhenen - Subsidieregelingen 017: Reguliere peuteropvang en voor- en vroegschoolse educatie Het college van Burgemeester

Nadere informatie

Subsidieregeling voorschoolse educatie Amersfoort 2017

Subsidieregeling voorschoolse educatie Amersfoort 2017 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Amersfoort. Nr. 165633 30 november 2016 Subsidieregeling voorschoolse educatie Amersfoort 2017 Burgemeester en wethouders van gemeente Amersfoort; gelezen de

Nadere informatie

SUBSIDIEREGELING VOORSCHOOLSE EDUCATIE AMERSFOORT 2017

SUBSIDIEREGELING VOORSCHOOLSE EDUCATIE AMERSFOORT 2017 Burgemeester en wethouders van gemeente Amersfoort; gelezen de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen, het Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie, de Wet op het primair

Nadere informatie

Subsidieregeling Kindgebonden financiering peuteropvang en voorschoolse educatie gemeente Alblasserdam 2019

Subsidieregeling Kindgebonden financiering peuteropvang en voorschoolse educatie gemeente Alblasserdam 2019 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Alblasserdam Nr. 268196 13 december 2018 Subsidieregeling Kindgebonden financiering peuteropvang en voorschoolse educatie gemeente Alblasserdam 2019 Het college

Nadere informatie

Wijzigen van de Verordening op het Lokaal Onderwijsbeleid in de gemeente Amsterdam 2014 met de voorziening Ouderbetrokkenheid voortgezet onderwijs.

Wijzigen van de Verordening op het Lokaal Onderwijsbeleid in de gemeente Amsterdam 2014 met de voorziening Ouderbetrokkenheid voortgezet onderwijs. GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Amsterdam. Nr. 26958 20 februari 2017 Wijzigen van de Verordening op het Lokaal Onderwijsbeleid in de gemeente Amsterdam 2014 met de voorziening Ouderbetrokkenheid

Nadere informatie

Gemeente Rhenen - Subsidieregelingen 2018 Reguliere peuteropvang en vooren vroegschoolse educatie

Gemeente Rhenen - Subsidieregelingen 2018 Reguliere peuteropvang en vooren vroegschoolse educatie GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Rhenen Nr. 170227 2 oktober 2017 Gemeente Rhenen - Subsidieregelingen 2018 Reguliere peuteropvang en vooren vroegschoolse educatie Gemeente Rhenen Subsidieregels

Nadere informatie

Uitvoeringsregels gemeentetoeslag voor peuteropvang en VVE Hardinxveld-Giessendam

Uitvoeringsregels gemeentetoeslag voor peuteropvang en VVE Hardinxveld-Giessendam GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Hardinxveld-Giessendam Nr. 259131 7 december 2018 Uitvoeringsregels gemeentetoeslag voor peuteropvang en VVE Hardinxveld-Giessendam Burgemeester en wethouders

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Nr Subsidieregeling peuteropvang en VVE 2018 HOOFDSTUK 1: ALGEMEEN

GEMEENTEBLAD. Nr Subsidieregeling peuteropvang en VVE 2018 HOOFDSTUK 1: ALGEMEEN GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Dronten Nr. 208397 27 november 2017 Subsidieregeling peuteropvang en VVE 2018 Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Dronten, gelet opde

Nadere informatie

Verordening kwaliteitseisen peuterspeelzalen en voorschoolse educatie 2014

Verordening kwaliteitseisen peuterspeelzalen en voorschoolse educatie 2014 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Amsterdam. Nr. 5180 4 februari 2014 Verordening kwaliteitseisen peuterspeelzalen en voorschoolse educatie 2014 Afdeling 3A Nummer 3/14 Publicatiedatum 24 januari

Nadere informatie

Gezien de voordracht van burgemeester en wethouders van 28 november 2017 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1568);

Gezien de voordracht van burgemeester en wethouders van 28 november 2017 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1568); GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Amsterdam Nr. 7005 11 januari 2018 Vaststellen van het beleidsplan Kansenaanpak Primair Onderwijs en Wijzigen van de Verordening op het lokaal onderwijsbeleid

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 21 mei 2013 (nummer BV13000339);

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 21 mei 2013 (nummer BV13000339); De raad van de gemeente Enschede; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 21 mei 2013 (nummer BV13000339); gelet op artikel 149 van de Gemeentewet, titel 4.2 van de Algemene

Nadere informatie

B en W. nr d.d

B en W. nr d.d B en W. nr. 12.0803 d.d. 18-9-2012 Onderwerp Vaststellen deelverordening subsidieregeling peuterspeelzaalwerk Leiden 2013 voor de inspraak Besluiten: Behoudens advies van de commissie 1. de deelverordening

Nadere informatie

Verordening tegemoetkoming kosten voorschoolse voorzieningen

Verordening tegemoetkoming kosten voorschoolse voorzieningen Gemeenteblad Texel 2014 nr 7 21-05-2014 Verordening tegemoetkoming kosten voorschoolse voorzieningen Verordening tegemoetkoming kosten voorschoolse voorzieningen Voor peuterplaatsen en vve-peuterplaatsen

Nadere informatie

Het COLLEGE van BURGEMEESTER en WETHOUDERS van de gemeente DORDRECHT;

Het COLLEGE van BURGEMEESTER en WETHOUDERS van de gemeente DORDRECHT; Gemeentebestuur Spuiboulevard 300 3311 gr DORDRECHT Het COLLEGE van BURGEMEESTER en WETHOUDERS van de gemeente DORDRECHT; gelet op het raadsbesluit d.d. 24 april 2012 betreffende harmonisering en integratie

Nadere informatie

Verordening op het lokaal onderwijsbeleid in de gemeente Amsterdam Bijlage 17: Voorziening Ouderbetrokkenheid in het voortgezet onderwijs

Verordening op het lokaal onderwijsbeleid in de gemeente Amsterdam Bijlage 17: Voorziening Ouderbetrokkenheid in het voortgezet onderwijs Verordening op het lokaal onderwijsbeleid in de gemeente Amsterdam 2014 Bijlage 17: Voorziening Ouderbetrokkenheid in het voortgezet onderwijs Artikel 1 Begripsomschrijvingen In deze subsidieregeling wordt

Nadere informatie

Nadere regels Peuteropvang Hellevoetsluis 2018

Nadere regels Peuteropvang Hellevoetsluis 2018 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Hellevoetsluis Nr. 275820 20 december 2018 Nadere regels Peuteropvang Hellevoetsluis 2018 gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 13 november

Nadere informatie

Vaststellen van de subsidieregeling Gehandicaptensport(3B, 2015, 118)

Vaststellen van de subsidieregeling Gehandicaptensport(3B, 2015, 118) GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Amsterdam. Nr. 52053 12 juni 2015 Vaststellen van de subsidieregeling Gehandicaptensport(3B, 2015, 118) Afdeling 3B Nummer 118 Publicatiedatum 9 juni 2015 Onderwerp

Nadere informatie

gelet op artikel 4 lid 2 en artikel 6 lid 2 van de Algemene subsidieverordening (ASV) Boxtel 2010 besluiten

gelet op artikel 4 lid 2 en artikel 6 lid 2 van de Algemene subsidieverordening (ASV) Boxtel 2010 besluiten Burgemeester en Wethouders van de gemeente Boxtel: overwegende dat: - het gewenst is activiteiten te stimuleren die bijdragen aan het gemeentelijke beleid op het terrein van peuterspeelzaalwerk en voorschoolse

Nadere informatie

Gemeenteraad van Zaltbommel - Verordening peutertoeslag en vve gemeente Zaltbommel 2018 vastgesteld

Gemeenteraad van Zaltbommel - Verordening peutertoeslag en vve gemeente Zaltbommel 2018 vastgesteld GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Zaltbommel Nr. 190612 1 november 2017 Gemeenteraad van Zaltbommel - Verordening peutertoeslag en vve gemeente Zaltbommel 2018 vastgesteld De raad van de gemeente

Nadere informatie

BELEIDSREGEL. Subsidieregeling voorschoolse educatie opvang gemeente Aalten 2018

BELEIDSREGEL. Subsidieregeling voorschoolse educatie opvang gemeente Aalten 2018 Subsidieregeling voorschoolse educatie opvang gemeente Aalten 2018 Auteur M. Lettink Functie Beleidsmedewerker Welzijn en Onderwijs Datum 17 oktober 2017 BELEIDSREGEL 2 SUBSIDIEREGELING VOORSCHOOLSE EDUCATIE

Nadere informatie

Subsidieregeling peuterspeelzaalwerk en voorschoolse voorzieningen op peuterspeelzalen Edam-Volendam

Subsidieregeling peuterspeelzaalwerk en voorschoolse voorzieningen op peuterspeelzalen Edam-Volendam Subsidieregeling peuterspeelzaalwerk en voorschoolse voorzieningen op peuterspeelzalen Edam-Volendam Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Edam-Volendam, gelet op artikel 3, eerste

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Nr

GEMEENTEBLAD. Nr GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Heemskerk Nr. 151399 13 juli 2018 Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Heemskerk houdende regels omtrent kinderopvang Verordening kinderopvang

Nadere informatie

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Roermond;

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Roermond; GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Roermond Nr. 232725 6 november 2018 Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Roermond houdende regels omtrent voor- en

Nadere informatie

Subsidieregeling Wmo vernieuwende activiteiten Weert 2017

Subsidieregeling Wmo vernieuwende activiteiten Weert 2017 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Weert. Nr. 22014 10 februari 2017 Subsidieregeling Wmo vernieuwende activiteiten Weert 2017 Burgemeester en wethouders van Weert; gelet op artikel 3 van de Algemene

Nadere informatie

Inspectierapport Kinderdagverblijf De Pepermolen Peperstraat 57 1794 AJ OOSTEREND NH Registratienummer 106786970

Inspectierapport Kinderdagverblijf De Pepermolen Peperstraat 57 1794 AJ OOSTEREND NH Registratienummer 106786970 Inspectierapport Kinderdagverblijf De Pepermolen Peperstraat 57 1794 AJ OOSTEREND NH Registratienummer 106786970 Toezichthouder: GGD Hollands Noorden In opdracht van gemeente: Texel Datum inspectie: 18

Nadere informatie

Nadere regels subsidies Peuterspeelzaalwerk en Voorschoolse Educatie 2018

Nadere regels subsidies Peuterspeelzaalwerk en Voorschoolse Educatie 2018 CVDR Officiële uitgave van Bodegraven-Reeuwijk. Nr. CVDR459263_1 6 maart 2018 Nadere regels subsidies Peuterspeelzaalwerk en Voorschoolse Educatie 2018 Het college van burgemeester en wethouders van de

Nadere informatie

Vaststellen Subsidieregeling aanpak Jeugdwerkloosheid (3B, 2016, 160)

Vaststellen Subsidieregeling aanpak Jeugdwerkloosheid (3B, 2016, 160) GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Amsterdam. Nr. 101228 25 juli 2016 Vaststellen Subsidieregeling aanpak Jeugdwerkloosheid (3B, 2016, 160) Afdeling 3B Nummer 160 Publicatiedatum 20 juli 2016

Nadere informatie

Artikel 1 Begripsomschrijving

Artikel 1 Begripsomschrijving UITVOERINGSREGELING VERGOEDING VOOR PEUTEROPVANG GEMEENTE BOXTEL. Burgemeester en Wethouders van de gemeente Boxtel: overwegende dat het wenselijk is om peuteropvang voor alle peuters in de gemeente Boxtel

Nadere informatie

Verordening Wet Kinderopvang Gemeente Echt-Susteren 2006

Verordening Wet Kinderopvang Gemeente Echt-Susteren 2006 CVDR Officiële uitgave van Echt-Susteren. Nr. CVDR73749_1 25 november 2015 Verordening Wet Kinderopvang Gemeente Echt-Susteren 2006 De raad van de gemeente Echt-Susteren, gezien het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

Besluit van de gemeenteraad d.d. 12 december 2011, nr. 14B/B, tot vaststelling van de Algemene subsidieverordening Tubbergen

Besluit van de gemeenteraad d.d. 12 december 2011, nr. 14B/B, tot vaststelling van de Algemene subsidieverordening Tubbergen Gemeenteblad Elektronisch uitgegeven van de gemeente Tubbergen Jaargang: 2011 Nummer: 35 Uitgifte: 23 december 2011 Besluit van de gemeenteraad d.d. 12 december 2011, nr. 14B/B, tot vaststelling van de

Nadere informatie

Nadere regels en beleidsregel incidentele subsidie voor culturele activiteiten

Nadere regels en beleidsregel incidentele subsidie voor culturele activiteiten Nadere regels en beleidsregel incidentele subsidie voor culturele activiteiten Inhoud Pagina 2 Nadere regels en beleidsregel incidentele subsidie voor culturele activiteiten tot 5.000 Pagina 4 Nadere regels

Nadere informatie

Subsidieregeling voorschoolse voorzieningen 2020

Subsidieregeling voorschoolse voorzieningen 2020 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Krimpenerwaard Nr. 96693 19 april 2019 Subsidieregeling voorschoolse voorzieningen 2020 Inleiding Subsidie is een bijdrage van de gemeente aan een organisatie

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL Rv. nr.: B en W-besluit d.d.: B en W-besluit nr.:

RAADSVOORSTEL Rv. nr.: B en W-besluit d.d.: B en W-besluit nr.: RAADSVOORSTEL 12.0095 Rv. nr.: 12.0095 B en W-besluit d.d.: 18-9-2012 B en W-besluit nr.: 12.0802 Naam programma: Jeugd en onderwijs Onderwerp: Beleidsuitgangspunten voorschoolse voorzieningen en de relatie

Nadere informatie

REGELING BEWONERSINITIATIEVEN 2019

REGELING BEWONERSINITIATIEVEN 2019 BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN MAASTRICHT, gelet op artikel 15,vierde lid van de Verordening Subsidies Vrijwilligersactiviteiten Welzijn en Zorg 2017. BESLUITEN tot vaststelling van de volgende Regeling

Nadere informatie

Besluit nr.: Onderwerp: Verordening sociaal-medische indicatie kinderopvang Albrandswaard

Besluit nr.: Onderwerp: Verordening sociaal-medische indicatie kinderopvang Albrandswaard RAADSBESLUIT Besluit nr.: 131248 Onderwerp: Verordening sociaal-medische indicatie kinderopvang Albrandswaard De raad van de gemeente Albrandswaard; Overwegende dat het gewenst is de verlening, de voorschotverlening

Nadere informatie

Nadere regel tot wijziging van de nadere regels subsidies gemeente Groningen

Nadere regel tot wijziging van de nadere regels subsidies gemeente Groningen GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Groningen Nr. 274412 19 december 2018 Nadere regel tot wijziging van de nadere regels subsidies gemeente Groningen (voorschoolse educatie) Het college van

Nadere informatie

Beleidsregels Tegemoetkoming kosten kinderopvang voor ouders met een sociaal medische indicatie Den Haag 2018

Beleidsregels Tegemoetkoming kosten kinderopvang voor ouders met een sociaal medische indicatie Den Haag 2018 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente 's-gravenhage Nr. 55266 16 maart 2018 Beleidsregels Tegemoetkoming kosten kinderopvang voor ouders met een sociaal medische indicatie Den Haag 2018 Algemene

Nadere informatie

Verordening voorschoolse educatie en kinderopvang SMI gemeente Hollands Kroon

Verordening voorschoolse educatie en kinderopvang SMI gemeente Hollands Kroon Verordening voorschoolse educatie en kinderopvang SMI gemeente Hollands Kroon Inhoud 1. Algemene bepalingen 2 Artikel 1. Definities 2 2. Bepalingen over de vergoeding 3 Artikel 2. Doel en toepassingsbereik

Nadere informatie

Inspectierapport Nader onderzoek

Inspectierapport Nader onderzoek Inspectierapport Nader onderzoek Peuterspeelzaal De Paperclip Van Eedenplein 9 1702 GW HEERHUGOWAARD Toezichthouder: GGD Hollands Noorden In opdracht van gemeente: Heerhugowaard Datum inspectie: 01 juni

Nadere informatie

CVDR. Nr. CVDR600886_1

CVDR. Nr. CVDR600886_1 CVDR Officiële uitgave van Hengelo. Nr. CVDR600886_1 23 december 2016 Uitvoeringsregeling subsidie Voorschool Hengelo 2017 Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hengelo; gelet op titel

Nadere informatie

CVDR. Nr. CVDR406257_1. Subsidieregeling Voorschools aanbod. Subsidieregeling Voorschools aanbod gemeente Duiven

CVDR. Nr. CVDR406257_1. Subsidieregeling Voorschools aanbod. Subsidieregeling Voorschools aanbod gemeente Duiven CVDR Officiële uitgave van Duiven. Nr. CVDR406257_1 31 oktober 2017 Subsidieregeling Voorschools aanbod Subsidieregeling Voorschools aanbod gemeente Duiven Artikel 1 Begripsbepaling 1.ASV De Algemene Subsidieverordening

Nadere informatie

Subsidieregeling Peuteropvang en Voor en Vroegschoolse Educatie gemeente Zeist Burgemeester en wethouders van de gemeente Zeist besluiten,

Subsidieregeling Peuteropvang en Voor en Vroegschoolse Educatie gemeente Zeist Burgemeester en wethouders van de gemeente Zeist besluiten, GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Zeist Nr. 126026 20 juli 2017 Subsidieregeling Peuteropvang en Voor en Vroegschoolse Educatie gemeente Zeist 2018 Burgemeester en wethouders van de gemeente

Nadere informatie

Toelichting bij de Subsidieregeling Voorschoolse Educatie Amersfoort 2016

Toelichting bij de Subsidieregeling Voorschoolse Educatie Amersfoort 2016 Toelichting bij de Subsidieregeling Voorschoolse Educatie Amersfoort 2016 Inleiding Veel kinderen groeien van huis uit niet op in een taalrijke omgeving. Deze kinderen beginnen daarom met een taalachterstand

Nadere informatie