Handleiding presentatie toekomstig decreet sociaal-cultureel volwassenenwerk

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Handleiding presentatie toekomstig decreet sociaal-cultureel volwassenenwerk"

Transcriptie

1 1 Handleiding presentatie toekomstig decreet sociaal-cultureel volwassenenwerk

2 2 Slide 4: Bouwstenen van het decreet van 2003 Actualisering werksoorten: het decreet van 2003 betekende een grote vernieuwing in het vormingslandschap. De regionale volkshogescholen werden opgericht en diensten (zoals in het decreet van 1995), werden niet meer gesubsidieerd. De sociaal-culturele bewegingen kregen wel een plaats in het nieuwe decreet. Van kwantiteit naar kwaliteit: Voor 2003 werd de sector vooral gevat in kwantitatieve normen die objectief en neutraal konden worden benaderd: het minimum aantal deelnemers, het aantal afdelingen, het aantal vormingsuren etc. waren de enige maatstaf. Dit zorgde voor een (te) grote afstand tussen sector en overheid. Vier functies en de sociaal-culturele methodiek: het decreet van 2003 wilde het sociaal-cultureel werk duidelijker positioneren en de eigenheid van de sector versterken. De door academici geschreven sociaal-culturele methodiek, en de vier functies (maatschappelijke activering, gemeenschapsvorming, educatie en cultuur) vormen de vlaggen die de lading van de sociaalculturele praktijken moeten dekken. Het decreet van 2003 wees aan elke werksoort een aantal functies toe. Verantwoording via beleidsplannen: voortaan diende een erkende en gesubsidieerde organisatie om de vijf jaren een beleidsplan in te dienen met daarin een inhoudelijke en financiële planning. Tussentijds (jaarlijks) rapporteert men aan de administratie via de zogenaamde voortgangsrapporten. Beoordelingselementen: deze lijst van inhoudelijke criteria speelt in het huidige decreet een cruciale rol bij het beoordelen van de verantwoordingsstukken én de vijfjaarlijkse visitatie. Het aantal en de inhoud van de beoordelingselementen varieert per werksoort. Stabiliteit qua erkenning en subsidiëring: wanneer een organisatie de erkennings- en subsidiëringsprocedure succesvol heeft doorlopen, heeft ze recht op een zogenaamde enveloppe die voor vijf jaar wordt ingezet voor de sociaal-culturele werking. Vermindering was enkel mogelijk bij een negatieve visitatie, stopzetting bij het in gebreke blijven op vlak van erkenningscriteria. Meer vrijheid in besteden: dit hangt samen met de bovengenoemde enveloppefinanciering en beleidsplanning. Organisaties worden niet gefinancierd op basis van afzonderlijke realisaties, maar op basis van meerjarenplannen.

3 3 Slide 6: vier tendensen die het decreet van 2003 onder druk zetten Wat volgt is een korte omschrijving van een aantal tendensen die na verloop van tijd de kop opstaken in het denken over het decreet door verscheidene waarnemers (politici, academici, beleids- en veldwerkers, ) Functies en rollen: de opkomst van burgerinitiatieven (vb. Ringland, het succes van themagerichte werkingen (vb. voornamelijk bij de bewegingen en in toenemende mate ook bij de verenigingen wordt één thema centraal gezet, denk maar aan Velt, Vrede, EVA, Cavaria ) de steeds prominentere voorportaalfunctie (vb. de zeer laagdrempelige ondersteunings- en doorverwijsfunctie van etnischculturele federaties), de hybridisering (vb. beweging die met lokale groepen werken) leidde er toe dat men de verschijningsvorm van het sociaal-cultureel werk zoals die in het decreet van 2003 werd gedefinieerd steeds meer als een keurslijf ging beschouwen. Bovendien stelde men vast dat de SC

4 4 methodiek niet meer uniek was voor onze sector. Ook in andere domeinen heeft het SC denken zijn ingang gevonden. In- en uitstroom: voor sommige werksoorten was het aantal nieuwkomers gelimiteerd, voor andere niet. Verenigingen kenden een startsubsidie, anderen niet. Op korte termijn uit het decreet verdwijnen was enkel mogelijk wanneer niet meer aan de erkenningscriteria werd voldaan. Bij een negatieve beoordeling kon men immers max. 20% van de enveloppe verliezen. Hierdoor ontstond de indruk dat het decreet gebetonneerd was. Mensen en middelen: de omvang van de organisatie of het volume aan activiteiten, programma s of campagnes heeft in het decreet van 2003 geen enkele impact op de subsidie-enveloppes. Die enveloppes worden immers bij het binnenkomen in het decreet vastgeklikt. Dat er sinds 2003 ook enkele besparingsrondes zijn doorgevoerd door de Vlaamse Regering voerde de druk enkel op. Relatie met de overheid: ook hier is een evolutie vast te stellen tijdens het laatste decennium. De relatie tussen de overheid en gesubsidieerde middenveldorganisaties is vaak ambigu: enerzijds wil de overheid al te grote planlast voor organisaties vermijden ( vertrouwen boven verantwoording ), anderzijds tracht de overheid soms organisaties in te schakelen in haar beleid (instrumentalisering). Hierdoor ontstond de nood om de dynamiek tussen overheid en sector te herbekijken.

5 5

6 6 Slide : beleidsdocumenten De tendensen die hierboven werden opgesomd, gaven er mee aanleiding toe dat er in het beleid steeds meer stemmen opgingen om werk te maken van een nieuwe regelgeving voor het sociaalcultureel werk. Het regeerakkoord is de tekst waarin de regering haar voornemens voor een hele zittingsperiode uiteenzet. De tekst wordt opgesteld bij het begin van een zittingsperiode door de partijen die samen een meerderheid vormen in het parlement. Een beleidsnota: elke Vlaamse minister dient bij het begin van een nieuwe zittingsperiode een beleidsnota in. Daarin legt de minister uit hoe hij of zij zijn stukje van het regeerakkoord zal uitvoeren. Beleidsnota s worden in de commissies besproken. Een beleidsbrief: als de jaarlijkse begroting wordt ingediend, voegt elke Vlaamse minister daar één of meer beleidsbrieven bij over de domeinen waarvoor hij bevoegd is. In de beleidsbrief geeft de minister o.a. een overzicht van de nieuwe decreten die hij/zij wil voorstellen dat jaar. Slide 11: Nieuwe fundamenten van het toekomstig decreet sociaal-cultureel volwassenenwerk In de volgende slides worden de grote lijnen van het toekomstig decreet belicht. Vanaf slide 26 wordt er dieper ingegaan op de concrete regelgeving en de verplichtingen die het nieuwe decreet met zich meebrengt voor sociaal-culturele volwassenenorganisaties.

7 7 Slide 13: De functiegerichte benadering Volgens het huidig decreet wordt de sector sociaal-cultureel volwassenenwerk opgedeeld in volgende werksoorten: - Bewegingen - Vormingsinstellingen (Landelijke vormingsinstellingen en Volkshogescholen) - Verenigingen In het huidig decreet is er ook sprake van 4 functies van het sociaal-cultureel volwassenenwerk: educatieve, culturele, gemeenschapsvormende en maatschappelijk activerende functie. Het huidig decreet bepaalt ook rond welke functies je als organisatie een werking moet uitbouwen. Zo moet een vereniging een werking uitbouwen rond de 4 functies, een beweging daarentegen moet zich enkel verplicht focussen op educatie en maatschappelijke activering. De bestaande vier functies worden in het toekomstig decreet behouden, maar geactualiseerd: - leerfunctie - cultuurfunctie - maatschappelijke bewegingsfunctie - gemeenschapsvormende functie In het toekomstig decreet zal er ook geen sprake meer zijn van werksoorten, maar mogen organisaties zelf kiezen op welke functies ze willen inzetten. Het decreet schrijft voor dat je een functiemix van minstens twee functies kiest, maar dit mogen er ook 3 of 4 zijn. Het is ook mogelijk zelf reliëf aan te brengen in je functiemix en naast 2 prioritaire functies ook 1 of 2 ondersteunende functies aan te geven. Het decreet geeft ook aan dat de ontmoetings- en ontspanningsfunctie geen afzonderlijke functie is, maar eerder een gemeenschappelijke basis voor de andere 4 functies. Sociaal-culturele volwassenenorganisaties zetten dus nooit in op slechts één functie, maar werken altijd vanuit een combinatie van functies. Net die mix van functies is typerend voor het sociaal-

8 8 cultureel volwassenenwerk. Ze stelt dus een eigen mix van minimaal twee functies samen, die worden beschouwd als hun kernfuncties: dat zijn die functies waarvan kan aangenomen worden dat indien één van die functies zou wegvallen, het uitzicht en de realisatie van missie en visie fundamenteel zou veranderen. Slide 14: Twee niveaus Aangezien de werksoorten verdwijnen zal er in de toekomst niet meer gesproken worden over verenigingen, bewegingen of vormingsinstellingen. Je hebt enerzijds organisaties die op een landelijk niveau (Vlaanderen en/of Brussel) actief zien en deze worden aangeduid met de term: sociaalculturele volwassenenorganisatie (de vroegere verenigingen, bewegingen en landelijke vormingsinstellingen). Anderzijds heb je ook organisaties met een regionale werking en die worden aangeduid met de term: sociaal-culturele volwassenenorganisatie met een werking binnen specifieke regio s (de vroegere volkshogescholen).

9 9 Slide 15: Dynamisch financieel kader In vergelijking met het huidig decreet schept het toekomstig decreet een dynamischer financieel kader. Op het einde van elke beleidsperiode zal er een subsidieadvies gegeven worden door een beoordelingscommissie waarna de minister beslist over de uiteindelijke subsidie. Het is de combinatie van het resultaat van de visitatiecommissie (die in jaar 3 langskomt) en de beoordeling van je beleidsplan (dat je in jaar 4 hebt ingediend) die uiteindelijk zal bepalen welk subsidieadvies gegeven wordt. Het decreet somt de mogelijke combinaties op en de marge waarbinnen de subsidiebeslissingen telkens kunnen worden genomen. Mogelijke subsidieadviezen zijn: stopzetting van de subsidies, begrensd dalen (maximaal 25%), status quo of begrensd stijgen (maximaal 25%). Je kan als organisatie dus nooit meer dan 25% stijgen of dalen in subsidies indien je organisatie verder gesubsidieerd wordt. Voor organisaties waarvan de effectief toegekende subsidie-enveloppe voor het laatste werkjaar van de voorafgaande beleidsperiode kleiner of gelijk is aan euro, bedraagt de maximale stijging euro. Zij hebben dus de kans met meer dan 25 % te kunnen groeien. Een belangrijk uitgangspunt van dit decreet is het minimumsubsidiebedrag van euro waarop elke erkende organisatie recht heeft. Zelfs wanneer de beoordelingscommissie een daling in het aantal subsidies adviseert, kan een organisatie niet minder dan euro krijgen. Let op: het subsidiebedrag waarop de beoordelingscommissie zich baseert in 2020 is een samengesteld bedrag bestaande uit: - je huidige subsidie-enveloppe sociaal-cultureel volwassenenwerk - ex-gescomiddelen - ex-dacmiddelen - ex-provinciale middelen De stijging of daling in subsidies zal dus berekend worden op basis van dit samengestelde bedrag en niet enkel op basis van je huidige subsidie-enveloppe sociaal-cultureel volwassenenwerk. Dit samengestelde bedrag is vanaf dan ook je subsidiebedrag. Er zal in de toekomst geen onderscheid meer gemaakt worden tussen ex-gesco, ex-dac,

10 10 Slide 16: Vlottere in- en uitstroom Het toekomstige decreet legt geen kwantitatieve erkenningsvoorwaarden meer op (aantal vormingsuren, aantal afdelingen, ). Er is ook geen limiet op het aantal nieuwkomers. Elke vijf jaar kunnen nieuwe organisaties toetreden tot het decreet. Deze organisaties dienen, net zoals de erkende organisaties, een subsidieaanvraag in uiterlijk 31 december van het voorlaatste jaar van de beleidsperiode. Nieuwe organisaties moeten wel aan een aantal voorwaarden voldoen alvorens zij erkend en gesubsidieerd kunnen worden volgens het nieuwe decreet, onder meer: - een aantoonbare sociaal-culturele werking van minstens 2 jaar - een landelijke relevantie en uitstraling - een werking in de vrije tijd - In het toekomstig decreet zal de Vlaamse Regering in bepaalde gevallen ook kunnen beslissen om je organisatie niet verder te subsidiëren. (dit wordt later nog concreet toegelicht aan de hand van een combinatietabel) - Wanneer je als organisatie niet meer voldoet aan één of meerdere elementaire beoordelingselementen. (zie uitleg slide 33) - Wanneer de visitatiecommissie in jaar 3 je werking positief met aanbevelingen evalueert en je op het einde van de beleidsperiode een negatieve beoordeling krijgt van je subsidieaanvraag, kan de Vlaamse Regering beslissen je organisatie niet verder te subsidiëren. - Belangrijke opmerkingen van de visitatiecommissie kunnen leiden tot een negatief advies en de start van een remediëringstraject van maximaal 1 jaar in 2018 of 2 jaar vanaf de volgende beleidsperiode. Aan het einde ervan wordt deze organisatie opnieuw gevisiteerd op basis van een remediëringsrapport. Als de uitslag hiervan negatief is, stopt hier de decretale subsidie. Ook indien je remediëring positief wordt geëvalueerd, kan de Vlaamse Regering beslissen je subsidieaanvraag niet meer voor te leggen aan de beoordelingscommissie.

11 11 - wanneer je niet voldoet aan de subsidieverplichtingen (zie slide 39) - vanzelfsprekend: wanneer je geen activiteiten meer ontplooit. Slide 17: Sociaal-cultureel ondernemerschap Het vzw-statuut is in het ontwerp van decreet niet langer meer verplicht. Dit om conform te zijn met eventuele toekomstige wijzigingen in de vennootschapswetgeving. Organisaties dienen echter nog steeds rechtspersonen te zijn waarbij de winst uitsluitend naar niet- commerciële doelen gaat. Slide 18: Vrije tijd Het nieuwe decreet subsidieert organisaties voor een sociaal-culturele werking die zich richt op volwassenen in hun vrije tijd. Met vrije tijd wordt de tijd aangegeven die volwassenen niet hoeven te

12 12 besteden aan verplichte of noodzakelijke activiteiten zoals, betaalde arbeid, school- of beroepsopleiding. De formulering grotendeels binnen de vrije tijd biedt organisaties de ruimte om vanuit hun eigen maatschappelijke doelstelling hun werking buiten de vrije tijd te verantwoorden. Deze afwijking dient wel verantwoord te worden op basis van de missie en visie van de organisatie. Uiteraard staat het organisaties vrij om in het niet-gesubsidieerde deel van de werking andere activiteiten te ontplooien buiten de vrije tijd, bijvoorbeeld in de arbeidstijd of in het kader van een beroepsopleiding. De organisatie moet in het beleidsplan inhoudelijk en zakelijk op een transparante manier aantonen dat ze de subsidies die ze vanuit dit decreet aanvraagt en toegekend krijgt, hoofdzakelijk gebruikt voor haar werking en voor haar activiteiten waaraan mensen deelnemen in hun vrije tijd. Slide 19: Aangepaste verantwoordingsstukken In tegenstelling tot het decreet van 2003, ben je voortaan verplicht slechts één voortgangsrapport per beleidsperiode te schrijven. Dit telkens in het derde jaar (2018, 2023, 2028, ) Dit voortgangsrapport zal wel meer informatie moeten bevatten, aangezien je over een langere periode dient te rapporteren. Het belang van het document neemt ook toe, aangezien het de basis vormt voor de visitatie (die overigens plaatsvindt in hetzelfde jaar als waarin je je voortgangsrapport indient). Aan de samenstelling van het beleidsplan is ook gesleuteld. Voortaan moet er expliciet een afzonderlijk inhoudelijk én zakelijk deel worden in opgenomen. Welke onderdelen in beide delen aan bod dienen te komen, behandelen we in slide 30 en 31.

13 13 Slide 20: drie rollen Aangezien de sociaal-culturele methodiek wordt verlaten (wegens te complex en onvoldoende exclusief geworden), ontwikkelde het nieuwe beleid een kader dat organisaties en sector toelaat de eigen identiteit zichtbaar te maken en zich tegelijk ook maatschappelijk te legitimeren. Het doet dat op basis van twee elementen: enerzijds de functies (zie eerder) en anderzijds drie sociaal-culturele rollen. Hieronder volgt de omschrijving van de drie rollen (ze zijn ook opgenomen in de bijlage over de functies en rollen): De verbindende rol verwijst naar processen waarbij actoren (mensen, groepen, gemeenschappen) op elkaar betrokken geraken met wederzijdse erkenning, vertrouwen en wederkerigheid tot gevolg. In relatienetwerken, groepen en gemeenschappen kunnen individuen zich actief verhouden op anderen en de omgeving en er verantwoordelijkheid en eigenaarschap in opnemen. Individuen ontwikkelen zo hun relationeel burgerschap. Daarin ligt de maatschappelijke betekenis van de verbindende rol. De kritische rol verwijst naar processen van reflexieve waardering en stellingname ten aanzien van de heersende cultuur en samenleving. Mensen worden zich bewust van kwesties, betrekken er zich op en maken ze mee tot publieke kwestie. Individuen ontwikkelen zo hun kritisch burgerschap. Daarin ligt de maatschappelijke betekenis van de kritische rol. De laboratoriumrol verwijst naar processen van maatschappelijke verandering als antwoord op samenlevingskwesties. In maatschappelijk innoverende praktijken, zoeken en proberen mensen, groepen, organisaties en gemeenschappen al lerend antwoorden te vinden op maatschappelijke uitdagingen. Organisaties kunnen daartoe exploreren met nieuwe strategieën, methodes, thema s functiemixen, en mogen daar ook in mislukken. Individuen ontwikkelen zo hun ondernemend burgerschap. Daarin ligt de maatschappelijke betekenis van de laboratoriumrol

14 14 Slide 21: een decreet met een doel We citeren uit het decreet: Dit decreet heeft tot doel om in het domein van het sociaal-cultureel volwassenenwerk organisaties te subsidiëren die, vanuit een civiel perspectief en met respect voor de gemeenschappelijke sokkel van waarden, fundamentele rechten en vrijheden, een betekenisvolle bijdrage leveren aan de emancipatie en dialoog van mensen en groepen én aan de versterking van een duurzame, inclusieve, solidaire en democratische samenleving door sociaal-culturele participatie en gedeeld burgerschap van volwassenen te bevorderen en gedeelde samenlevingsvraagstukken tot publieke zaak te maken. Hiervoor ontwikkelen en verspreiden zij praktijken die hierop een werkend antwoord kunnen bieden.

15 15 Slide 24-25: een overzicht Deze slides geven een korte overzicht van de belangrijkste stappen die een organisatie dient te zetten in de huidige en de komende beleidsperiode(s). Indien er wegens tijdsgebrek niet kan worden ingegaan op de meer gedetailleerde slides die volgen, kan je van deze twee overzichtsslides gebruik maken om de belangrijkste elementen kort te bespreken. We verwijzen naar de volgende slides voor meer toelichting.

16 16 Slide 26: De deadline voor het voortgangsrapport De deadline voor het voortgangsrapport is 31/03/2018. Bij de opmaak van dit voortgangsrapport baseer je je nog op de huidige beoordelingselementen. Dit is tevens het laatste voortgangsrapport van de huidige beleidsperiode. In 2019 en 2020 hoef je geen voortgangsrapport in te dienen. Dit voortgangsrapport geeft een stand van zaken over de uitvoering van het beleidsplan in 2017 en biedt een vooruitblik op de geplande uitvoering van het beleidsplan van 2018 tot en met Slide 27: De visitatie In 2018 zal er ook een visitatiecommissie langskomen die op basis van je voortgangsrapporten, je beleidsplan ( ), je financiële verslagen, algemene informatie en kwantitatieve gegevens met betrekking tot je werking je huidige werking zal beoordelen. Voor de kwantitatieve gegevens zal de visitaiiecommissie zich baseren op de voortgangsrapporten van 04, 08, 12 en 16.

17 17 De visitatiecommissie zal je, net als in het huidige decreet, beoordelen aan de hand van de (huidige) beoordelingselementen. Ze gebruiken daarvoor echter een iets andere werkwijze, waarbij ze aan elk beoordelingselement de score voldoet-voldoet ten dele-onvoldoende zullen geven. Per werksoort werden deze beoordelingselementen gespecifieerd in onderliggende evaluatiecriteria. De evaluatie van de beoordelingselementen gebeurt aan de hand van deze criteria. Naast de beoordelingselementen werden ook enkele zakelijke elementen van het decreet van 2003 geconcretiseerd in evaluatiecriteria. (het overzicht van de inhoudelijke en zakelijke criteria wordt op papier uitgedeeld bij de start van de presentatie). De visitatiecommissies worden samengesteld door de Vlaamse Regering en bestaan telkens uit vier externe deskundigen en één deskundige van de administratie. Minstens twee van de vier externe deskundigen brengen samen met de deskundige van de administratie, een bezoek ter plaatse bij de organisatie. Net zoals in het verleden het geval was, zal worden samengewerkt met het steunpunt en de sectorfederatie om de lijst van externe deskundigen samen te stellen. Deze deskundigen zijn geselecteerd op basis van hun inhoudelijke en zakelijke expertise in het sociaal-cultureel werk. Het secretariaat van de visitatiecommissie wordt opgenomen door de administratie. Voor de verdeling van de dossiers over de visitatiecommissies zal rekening worden gehouden met de grootte van de subsidie van de organisaties. Zowel in de visitatiecommissies als in de beoordelings- en adviescommissie zijn ook deskundigen met expertise rond het werken met doelgroepen en kansengroepen aanwezig. Slide 28: Mogelijke evaluaties visitatiecommissie De visitatiecommissie kan tot volgende evaluaties komen: - Positieve evaluatie zonder aanbevelingen - Positieve evaluatie met aanbevelingen - Negatieve evaluatie met aanbevelingen

18 18 In tegenstellingen tot de visitaties in de volgende beleidsperiodes is er geen directe mathematische link tussen het aantal aanbevelingen en één van bovenstaande evaluaties. Je krijgt uiterlijk 35 kalenderdagen na de visitatie een voorlopig visitatieverslag waarop je binnen de termijn van 28 kalenderdagen kan reageren. De visitatiecommissie kan op basis daarvan het verslag nog aanpassen tot een definitief visitatieverslag. het definitief verslag ontvang je binnen een termijn van 49 werkdagen na het voorlopig verslag. Wanneer je een positieve evaluatie met aanbevelingen hebt gekregen, moet je een plan van aanpak schrijven waarin je aangeeft op welke manier je bent omgegaan met de aanbevelingen. Het plan van aanpak maakt deel uit van je beleidsplan voor de volgende beleidsperiode. Wanneer je een negatieve evaluatie hebt gekregen, start er een remediëringstraject van maximaal 12 maanden. Deze termijn begint te lopen van zodra het visitatieverslag met een negatieve evaluatie met aanbevelingen aan jouw organisatie is bezorgd. Hier wordt verder dieper op ingegaan. Slide 29: Subsidieaanvraag Alle organisaties, ook zij die in een remediëringstraject zitten, dienen ten laatste op 31/12/2019 elektronisch een subsidieaanvraag in. Deze bestaat uit een beleidsplan en de nodige documenten waaruit blijkt dat aan de ontvankelijkheidsvoorwaarden wordt voldaan. Het beleidsplan bestaat uit: - een inhoudelijk deel voor de volgende beleidsperiode - een zakelijk deel voor de volgende beleidsperiode - de omvang van de huidige werking + resultaten (kerngegevens en cijfers van het 2de en 3de jaar over financiën en van het 3de en 4de jaar over personeel en werking van de lopende beleidsperiode) - een zelfevaluatie van de werking van de voorbije jaren van de lopende beleidsperiode - het gevraagde subsidiebedrag op jaarbasis voor de komende beleidsperiode

19 19 - desgevallend een plan van aanpak - een managementsamenvatting: hier kan je de kern van je eigen verhaal nog eens kernachtig en overtuigend samenvatten. De managementsamenvatting bevat immers de belangrijkste inhoudelijke en zakelijke ambities en doelstellingen die de organisatie wil realiseren ten aanzien van de werking tijdens de vorige beleidsperiode. Slide 30: Het inhoudelijk deel Het inhoudelijk deel van het beleidsplan wordt getoetst aan de volgende beoordelingselementen: 1. De bijdrage van de missie en de visie van de sociaal-culturele organisatie tot het doel van het decreet. Je geeft op die manier aan dat je past binnen de sector van het sociaal-cultureel volwassenenwerk. Dat wil zeggen dat: - je een duidelijke en geëxpliciteerde missie en visie schrijft - je aangeeft hoe je de sociaal-culturele participatie van volwassenen bevordert - je aangeeft welke samenlevingsvraagstukken je wil behandelen en tot de publieke zaak maakt - je aangeeft hoe en welke maatschappelijke praktijken je zal ontwikkelen om hierop een werkend antwoord te bieden. De organisatie kan hier ook toelichten of en hoe ze een internationale werking vormgeeft. 2. De relatie van de missie en de visie van de sociaal-culturele organisatie tot de door de organisatie omschreven actuele maatschappelijke context. Dat wil zeggen dat: - je een maatschappelijke contextanalyse schrijft waarin je uitlegt welke ontwikkelingen voor jou als organisatie relevant zijn (in relatie tot je missie en visie). Ook hier kunnen de internationale aspecten aan bod komen. - je aangeeft welke maatschappelijke ontwikkelingen je effectief als uitdaging wil aangrijpen om een werking te ontplooien in de volgende beleidsperiode en welke impact je nastreeft.

20 20 3. De bijdrage van de sociaal-culturele organisatie tot de realisatie van de drie sociaal-culturele rollen (de verbindende rol, de kritische rol en de laboratoriumrol). Je schrijft je visie neer ten aanzien van de 3 sociaal-culturele rollen en geeft aan hoe je ze de komende jaren in je werking zal waarmaken. 4. De strategische en operationele doelstellingen van de sociaal-culturele organisatie; 5. De verduidelijking van de keuze voor een functiemix van minstens twee sociaal-culturele functies en de uitwerking daarvan in relatie tot de missie en de visie van de sociaal-culturele organisatie. In tegenstelling tot het huidige decreet wordt in het nieuwe decreet niet meer gesproken van werksoorten. Verenigingen, bewegingen, landelijke vormingsinstellingen worden allemaal sociaalculturele organisaties die een eigen functiemix kunnen samenstellen van 2, 3 of 4 functies. De 4 functies waaruit er kan gekozen worden zijn: (de omschrijving van deze functies wordt op papier uitgedeeld bij de start van de presentatie) - Leren - Maatschappelijk bewegen - Gemeenschap vormen - Cultuur 6. De werking met een relevantie en uitstraling voor het Nederlandse taalgebied en het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad of de werking met een relevantie en uitstraling voor het Nederlandse taalgebied. Je toont dit aan aan de hand van kerngegevens en cijfers over zichtbaarheid aanwezigheid, bereik en/of effect van je reeds eerder gerealiseerde werking. 7. Een gesubsidieerde werking die zich grotendeels afspeelt binnen de vrije tijd; (tijd die volwassenen niet hoeven te besteden aan verplichte of noodzakelijke activiteiten zoals betaalde arbeid, school of beroepsopleiding). Hoewel het decreet zich in eerste instantie richt tot volwassenen, kunnen organisaties ervoor kiezen om hier ook intergenerationele praktijken te ontwikkelen. Dus: - uit je beleidsplan blijkt dat de werking waarvoor je een subsidieaanvraag doet zich hoofdzakelijk en aantoonbaar afspeelt binnen de vrije tijd van volwassenen - je omschrijft en verantwoordt het (eventuele) gedeelte van je gesubsidieerde werking dat zich afspeelt buiten de vrije tijd vanuit je missie en visie. 8. De keuze tussen 8a of 8b a) De werking naar het brede publiek en de keuzes daarin naar gemeenschappen, doelgroepen of kansengroepen; Dat wil zeggen: - je legt in je beleidsplan uit hoe je werkt voor het brede publiek en welke keuzes je daarbinnen maakt om bepaalde doelgroepen, kansengroepen of gemeenschappen te bereiken. - binnen die keuzes leg je uit en verantwoord je je beleid en de manier waarop je zal nastreven dat iedereen sociaal-cultureel kan participeren.

21 21 b) De werking naar kansengroepen en de keuzes daarin naar gemeenschappen, doelgroepen of het brede publiek; Dat wil zeggen: - je legt in je beleidsplan uit hoe je werkt voor (een) specifieke kansengroep(en) en welke keuzes je daarbinnen maakt om bepaalde doelgroepen, gemeenschappen of het brede publiek te bereiken. - je legt uit en verantwoordt je beleid en de manier waarop je zal nastreven om de sociaal-culturele participatie van deze kansengroepen in de praktijk te brengen. 9. De plaats van vrijwilligers in de organisatie en de manier waarop ze betrokken en ondersteund worden in relatie tot de visie en missie van de organisatie; Dat wil zeggen: - je geeft in je beleidsplan aan welke taken en rollen vrijwilligers zullen opnemen in je organisatie of werking in de volgende beleidsperiode. - je legt uit hoe je je vrijwilligers zal ondersteunen (je beleid), hoe je ze zal betrekken, inspraak geven en laten participeren in de volgende beleidsperiode. De beoordelingselementen in het rood zijn elementaire beoordelingselementen. Indien je als organisatie hier onvoldoende op scoort, kom je niet in aanmerking voor subsidie. Slide 31: Het zakelijk deel Het zakelijk deel van het beleidsplan wordt getoetst aan de volgende beoordelingselementen: 1. Een geïntegreerd zakelijk kwaliteits- en financieel meerjarenbeleid. Dat wil zeggen: - je expliciteert een onderbouwd en realistisch financieel meerjarenbeleid voor de volgende beleidsperiode. - je expliciteert hoe je in de komende beleidsperiode een integraal kwaliteitsbeleid zal voeren

22 22 (kwaliteit van het leiderschap, de strategie en het beleid, het beleid ten aanzien van medewerkers en desgevallend freelancers, de ingezette middelen en de processen). 2. De toepassing van principes van goed bestuur Dat wil zeggen: - je geeft aan hoe je transparantie en verantwoording van en in het bestuur van je organisatie zal organiseren de komende beleidsperiode. - je expliciteert vanuit de missie en doelen van de organisatie de samenstelling van de bestuursorganen en hun rol- en bevoegdheidsverdeling. - je geeft aan hoe het bestuur interne en externe stakeholders betrokken heeft in strategische beslissingen die genomen zijn in het kader van het ingediende beleidsplan. 3.De afstemming tussen het inhoudelijke en zakelijke deel van het beleidsplan Dat wil zeggen: - je verantwoordt hoe de organisatie haar financiën, mensen en middelen zal inzetten de komende beleidsperiode ter realisatie van de strategische en operationele doelstellingen. Slide 32: ontvankelijkheidsvoorwaarden De administratie onderzoekt of je subsidieaanvraag voldoet aan de volgende ontvankelijkheidsvoorwaarden: - de subsidieaanvraag is uiterlijk op 31 december van het voorlaatste jaar van de beleidsperiode ingediend; - de aanvrager beschikt over rechtspersoonlijkheid met een niet-commercieel karakter; - de aanvrager is gevestigd in het Nederlandse taalgebied of in het tweetalige gebied Brussel- Hoofdstad; - de aanvrager beschikt over minstens een voltijds equivalent personeelslid of omschrijft hoe de aanwerving van een voltijds equivalent personeelslid zal gebeuren binnen de drie maanden na het

23 23 begin van de beleidsperiode; - de subsidieaanvraag is in het Nederlands opgesteld - de aanvrager toont een sociaal-culturele werking aan die beantwoordt aan het doel van dit decreet, vermeld in artikel 3 van minstens twee jaren onmiddellijk voorafgaand aan de aanvraag. Slide 33: De beoordelingscommissie Indien de subsidieaanvraag ontvankelijk wordt verklaard, bezorgt de administratie deze aan een beoordelingscommissie. De beoordelingscommissie is een samenvoeging van 2 visitatiecommissies. De administratie, die nog wel vertegenwoordigd was in de visitatiecommissie, maakt echter geen deel uit van de beoordelingscommissie. De beoordelingscommissie zal de werking en de plannen van een twintigtal sociaal-culturele organisaties beoordelen. In elke commissie zijn deskundigen met expertise rond het werken met doelgroepen en kansengroepen aanwezig. Voor de verdeling van de dossiers over de visitatie- en beoordelingscommissies, zal in de eerste plaats rekening worden gehouden met de grootte van de subsidie van de organisaties. De beoordelingscommissies beoordelen de inhoudelijke en zakelijke kwaliteit van de subsidieaanvraag en maken een advies op met een voorstel over de subsidie-enveloppe voor de volgende beleidsperiode. Zij doen dit aan de hand van: -het visitatieverslag, alle elementen vervat in het beleidsplan, algemene informatie en gegevens met betrekking tot de werking en desgevallend voor organisaties met een negatieve evaluatie een tweede visitatieverslag - op basis van de beoordelingselementen De beoordelingscommissie zal de verschillende beoordelingselementen beoordelen. Volgende uitkomsten zijn mogelijk: voldoet, voldoet ten dele of onvoldoende.

24 24 De beoordeling zal gebeuren aan de hand van beoordelingscriteria per beoordelingselement. Elk beoordelingselement bestaat uit verschillende criteria (het overzicht van deze criteria wordt op papier uitgedeeld bij de start van de presentatie). - Een beoordelingselement zou het oordeel voldoet krijgen als op alle onderliggende criteria voldoende is gescoord. - Een beoordelingselement zou het oordeel voldoet ten dele krijgen als op minstens één van de onderliggende criteria voor dat beoordelingselement voldoet ten dele is gescoord. - Een beoordelingselement zou het oordeel onvoldoende krijgen, als op minstens één van onderliggende criteria voor dat beoordelingselement onvoldoende is gescoord. Dit houdt in dat er een aanbeveling zal geformuleerd worden. Je zal dus per beoordelingselement een score voldoet, voldoet ten dele en onvoldoende krijgen. - Wanneer je op elk beoordelingselement voldoet of voldoet ten dele scoort, krijg je een positieve beoordeling. - Als de beoordelingscommissie één tot vier aanbevelingen formuleert, krijgt de organisatie een positieve beoordeling met aandachtspunten. - Van zodra de beoordelingscommissie vijf of meer aanbevelingen formuleert, krijgt de organisatie een negatieve beoordeling met aandachtspunten. Let op: Er zijn ook 4 elementaire beoordelingselementen. Indien je als organisatie hier op één of meerdere van deze elementen onvoldoende scoort, kom je niet in aanmerking voor subsidie. Deze elementaire beoordelingselementen zijn: - Werking in de vrije tijd - Keuze van de functiemix - Relevantie en uitstraling van de werking - Geïntegreerd zakelijk kwaliteitsbeleid

25 25 Slide 34-35: De optelsom De beoordelingscommissie maakt nu de match tussen je visitatie-oordeel en de beoordeling van je beleidsplan. Dit kan tot de volgende combinaties leiden: - begrensd stijgen (maximaal 25% stijgen ten opzichte van je huidige middelen) (een uitzondering hierop zijn organisaties waarvan de effectief toegekende subsidie-enveloppe voor het laatste werkjaar van de voorafgaande beleidsperiode kleiner of gelijk is aan euro. Voor hen bedraagt de maximale stijging euro.) - status quo

26 26 - begrensd dalen (maximaal 25% dalen ten opzichte van je huidige middelen) - stopzetting van de subsidies. Op basis daarvan adviseert de beoordelingscommissie een subsidiebedrag. (het overzicht van alle mogelijke combinaties zie je op slide 36) Hier sta je best even stil bij de combinatie positieve visitatie met aanbevelingen en negatieve beoordeling van je beleidsplan. Deze combinatie kan namelijk leiden tot een stopzetting van de subsidie. Een belangrijk uitgangspunt van dit decreet is het minimumsubsidiebedrag van euro waarop elke erkende organisatie recht heeft. Zelfs wanneer een begrensde daling door de beoordelingscommissie geadviseerd wordt, kan een organisatie niet minder dan euro krijgen. Het subsidiebedrag waarop de beoordelingscommissie zich baseert in 2020 is een samengesteld bedrag bestaande uit: - je huidige subsidie-enveloppe sociaal-cultureel volwassenenwerk - ex-gescomiddelen - ex-dacmiddelen - ex-provinciale middelen Slide 36: Schriftelijke reactie De beoordelingscommissie maakt per sociaal-culturele volwassenenorganisatie een gemotiveerd preadvies op. De administratie brengt in het preadvies de aanvrager van een subsidie op de hoogte van het subsidieadvies van de beoordelingscommissie. In het preadvies aan organisaties die de voorbije beleidsperiode al gesubsidieerd werden vanuit dit decreet of het decreet van 4 april 2003, wordt eveneens een indicatie van de evolutie van de subsidie-enveloppe voor de nieuwe beleidsperiode geadviseerd. In het preadvies aan nieuwe organisaties wordt geadviseerd inzake de al dan niet toekenning van een subsidie-enveloppe.

27 27 Een aanvrager van een subsidie kan een schriftelijke reactie indienen op het preadvies. De schriftelijke reactie is gebaseerd op het oorspronkelijk ingediende dossier. Deze schriftelijke reactie kan geen nieuwe inhoudelijke of zakelijke elementen bevatten. Een schriftelijke reactie op het positief preadvies van de beoordelingscommissie kan enkel betrekking hebben op feitelijke onjuistheden. Een schriftelijke reactie op een positief preadvies wordt voor definitief voorgelegd aan dezelfde beoordelingscommissie, uitgebreid met één bijkomend lid. Bij een schriftelijke reactie op het negatief preadvies wordt de subsidieaanvraag, het preadvies en de schriftelijke reactie op het preadvies voor definitief advies voorgelegd aan een andere beoordelingscommissie dan degene die de subsidieaanvraag oorspronkelijk behandelde. De administratie brengt de aanvrager van een subsidie op de hoogte van het definitieve advies van de beoordelingscommissie. De kennisgeving bevat een voorstel van subsidie-enveloppe van de beoordelingscommissie voor de sociaal-culturele volwassenenorganisatie. Dit voorstel houdt rekening met de totale subsidie-enveloppe zoals door de Vlaamse Regering is bepaald. Uiterlijk op 1 oktober 2020 beslist de Vlaamse Regering over je subsidie-enveloppe. Als de toegekende subsidie-enveloppe afwijkt van je gevraagde subsidie-enveloppe beschik je over de mogelijkheid om voor 1 april een geactualiseerd beleidsplan in te dienen, dat afgestemd is op de omvang van de toegekende subsidie-enveloppe. Slide 37: De adviescommissie De adviescommissie bewaakt de eenvormigheid van de beslissingen. Ze let er dus op dat iedereen op min of meer dezelfde manier beoordeeld wordt.

28 28 Concrete opdrachten: - een visie en methodiek ontwikkelen om het gemeenschappelijk beoordelings- en visitatiekader te verfijnen en kwaliteitsvol uit te voeren - het proces van de inhoudelijke en zakelijke beoordeling door visitatie- en beoordelingscommissies evalueren Slide 38: remediëring Organisaties in een remediëringstraject krijgen vanaf het definitief visitatieverslag maximaal 12 maanden de tijd om hun werking bij te sturen (let op: vanaf de visitatie in 2023 is de maximale remediëringstermijn 24 maanden). Na afloop van het remediëringstraject stellen zij een remediëringsrapport op. Hierin tonen zij aan hoe zij als organisatie met de aanbevelingen zijn omgegaan, welke processen en acties er uit zijn voortgevloeid en welke resultaten er gerealiseerd zijn. Na het verstrijken van de remediëringstermijn worden deze organisaties opnieuw gevisiteerd door de visitatiecommissie (bekend volk, want deze commissie heeft indien mogelijk dezelfde samenstelling als bij het eerste bezoek). De commissie focust zich deze keer op het remediëringsrapport. Ze onderzoekt de kwaliteit en de effectiviteit van de ondernomen processen en acties in het remediëringsrapport. Op basis hiervan formuleert de commissie een positief of negatief advies aan de Vlaamse Regering. In tegenstelling tot de eerste visitatie kan je deze keer niet reageren op het visitatieverslag en zal het visitatieverslag bijgevolg ook niet worden aangepast. - Bij een positief advies kan de Vlaamse Regering beslissen om de subsidieaanvraag van je organisatie voor te leggen aan de beoordelingscommissie. Op basis van het advies van de beoordelingscommissie beslist de Vlaamse Regering over je subsidie-enveloppe. Wanneer die beslissing valt, hangt af van wanneer je in 2018 werd gevisiteerd. In ieder geval verneem je in de loop

29 29 van 2019 of 2020 het antwoord van de Vlaamse Regering. Je subsidie-enveloppe zal maximum hetzelfde zijn als je subsidie in 2020, maar kan ook minder zijn. De Vlaamse Regering kan echter ook beslissen je organisatie niet verder te subsidiëren hoewel je remediëringstraject positief werd beoordeeld. Dit betekent automatisch ook de stopzetting van de erkenning. De stopzetting van de subsidie gaat in vanaf de start van de nieuwe beleidsperiode. (Let op: vanaf de volgende beleidsperiode gaat de stopzetting na een remediëringstraject in in het jaar volgend op de beslissing van de Vlaamse Regering). - Bij een negatief advies kan de Vlaamse Regering beslissen om de subsidie stop te zetten, wat automatisch ook de stopzetting van de erkenning betekent. De stopzetting van de subsidie gaat in vanaf de start van de nieuwe beleidsperiode. Onafhankelijk van je remediëringstraject dien je net als alle andere organisaties een subsidieaanvraag in op 31/12/2019. Het remediëren en dus ook de behandeling van het remediëringsrapport zal gebeuren in functie van de volgende beleidsperiode in een combinatie van verschillende sets van beoordelingselementen. Het lijkt de bedoeling dat de remediëring zich vooral toespitst op beoordelingselementen die nog relevant zullen zijn in het licht van het nieuwe decreet. Slide 39: Gesubsidieerde organisaties hebben een aantal verplichtingen - In het derde jaar van de beleidsperiode tijdig een volledig voortgangsrapport in het Nederlands indienen vóór 1 april. - Je dient jaarlijks vóór 1 april een financiële afrekening een balans, en bijhorende toelichting bij het voorbije werkjaar en een begroting voor het lopende jaar in op het sjabloon dat door de administratie wordt aangereikt, waaruit blijkt dat de sociaal-culturele volwassenenorganisatie sluitend of met batig saldo kan werken. Positieve financiële resultaten van de organisatie kunnen

30 30 uitsluitend naar het maatschappelijk doel van de organisatie gaan. - Jaarlijks alle nuttige en noodzakelijke gegevens in het Nederlands over de werking verstrekken in de gevraagde vorm. Dit betekent onder meer dat alle sociaal-culturele volwassenenorganisaties jaarlijks alle beleidsrelevante gegevens aanleveren via de webtoepassing Sisca. - Alle verantwoordelijken beschikken over een actieve kennis van het Nederlands - De subsidie gebruiken voor de uitvoering van het beleidsplan op basis waarvan de subsidie is toegekend. - Een boekhouding voeren volgens het genormaliseerde boekhoudkundige stelsel en die zo organiseren dat de financiële controle op de aanwending van de subsidies mogelijk is. - De principes van goed bestuur naleven. - De principes en de regels van de democratie en het Europees Verdrag inzake de Rechten van de Mens toepassen in de werking. De subsidie van je organisatie kan stopgezet, verminderd of teruggevorderd worden als aan één of meerdere van deze verplichtingen niet is voldaan. Slide 40: voortgangsrapport In het derde jaar van de beleidsperiode dien je als gesubsidieerde organisatie een voortgangsrapport in. In vergelijking met het huidige decreet wordt (omwille van de planlastvermindering) slechts 1 voortgangsrapport opgevraagd (je zal wel nog jaarlijks de financiële documenten moeten insturen). Inhoud van het voortgangsrapport: - Je geeft aan hoe de doelstellingen uit het beleidsplan in de eerste 2 jaar van de beleidsperiode vorm hebben gekregen. - Je werpt een kritische blik op de werking van de voorbije 2 jaar. - Je geeft aan op welke manier je in het lopende jaar en de komende 2 jaar het beleidsplan zal uitvoeren.

31 31 In welke maand je in 2023 het voortgangsrapport moet indienen is nog niet duidelijk. Slide 41: Visitatie De visitatiecommissie brengt in jaar 3 van de nieuwe beleidsperiode (2023) een bezoek aan je organisatie om je werking te evalueren. De commissie doet dit op basis van je lopende beleidsplan ( ), het voortgangsrapport, de begrotingen, de financiële verslagen, de algemene informatie en gegevens met betrekking tot de werking. Ze evalueren je huidige werking aan de hand van de beoordelingselementen die in het nieuwe decreet staan. De samenstelling van deze commissie bestaat net zoals vorige keer uit 4 externe deskundigen en 1 lid van de administratie. Minstens twee van de vier externe deskundigen brengen samen met de deskundige uit de administratie, een bezoek ter plaatse bij de organisatie. Voor de verdeling van de dossiers over de visitatiecommissies zal rekening worden gehouden met de grootte van de subsidie van de organisaties. De visitatiecommissie evalueert je werking aan de hand van de beoordelingselementen en -speciaal voor de visitatie- geformuleerde onderliggende evaluatiecriteria. (het overzicht van deze criteria wordt op papier uitgedeeld bij de start van de presentatie) Deze criteria verschillen van de beoordelingscriteria die gehanteerd werden door de beoordelingscommissie. Net zoals bij de beoordelingscommissie worden deze criteria gescoord met voldoet, voldoet ten dele en onvoldoende. - Een beoordelingselement zou het oordeel voldoet krijgen als op alle onderliggende criteria voldoende is gescoord. - Een beoordelingselement zou het oordeel voldoet ten dele krijgen als op minstens één van de onderliggende criteria voor dat beoordelingselement voldoet ten dele is gescoord. In beide gevallen kan de visitatiecommissie niet bindende verbetersuggesties formuleren die de organisatie kan opnemen om haar werking te versterken, beter te maken. - Een beoordelingselement zou het oordeel onvoldoende krijgen, als op minstens één van onderliggende criteria voor dat beoordelingselement onvoldoende is gescoord. In dat geval is het

32 32 de bedoeling om de visitatiecommissie een bindende, dwingende aanbeveling te laten formuleren over dat beoordelingselement. - Wanneer je op elk beoordelingselement voldoet of voldoet ten dele scoort, krijg je een positieve evaluatie. - Als de visitatiecommissie één tot vier aanbevelingen formuleert, krijgt de organisatie een positieve evaluatie met aanbevelingen. - Van zodra de visitatiecommissie vijf of meer aanbevelingen formuleert of je scoort onvoldoende op één of meerdere elementaire beoordelingselementen, dan krijg je een negatieve evaluatie met aanbevelingen. Let op: De evaluatie van de elementaire beoordelingselementen speelt een belangrijke rol voor de beoordelingscommissie in Indien je op 1 van deze 4 beoordelingselementen in 2023 voldoet ten dele of onvoldoende zou gescoord hebben, dan worden deze opnieuw beoordeeld in Scoorde je tijdens de visitatie in 2023 op alle 4 voldoet, dan worden deze niet meer beoordeeld in Slide 42: de rekenmachine van de commissie Volgens deze tabel wordt bepaald hoe de drie mogelijke evaluatieoordelen, die de visitatiecommissie kan formuleren, worden bepaald. Als alle beoordelingselementen voldoen of ten dele voldoen, geeft de visitatiecommissie een positieve evaluatie zonder aanbevelingen. Als één tot vier beoordelingselementen als onvoldoende worden beoordeeld, geeft de visitatiecommissie een positieve evaluatie met aanbevelingen.

33 33 Als één van de vier beoordelingselementen die als onvoldoende zijn geëvalueerd een elementair beoordelingselement is, geeft de visitatiecommissie een negatieve evaluatie met aanbevelingen. De visitatiecommissie geeft dus een negatieve evaluatie met aanbevelingen wanneer voor één van de elementaire beoordelingselementen een onvoldoende wordt gehaald of wanneer voor minstens vijf andere beoordelingselementen een onvoldoende wordt gehaald. Slide 43: Remediëring Organisaties in een remediëringstraject krijgen vanaf het definitief visitatieverslag maximaal 24 maanden de tijd om hun werking bij te sturen (let op: vorige beleidsperiode was de maximale remediëringstermijn nog 12 maanden). Na afloop van het remediëringstraject stellen zij een remediëringsrapport op. Hierin tonen zij aan hoe zij als organisatie met de aanbevelingen zijn omgegaan, welke processen en acties er uit zijn voortgevloeid en welke resultaten er gerealiseerd zijn. Na het verstrijken van de remediëringstermijn worden deze organisaties opnieuw gevisiteerd door de visitatiecommissie (bekend volk, want deze commissie heeft indien mogelijk dezelfde samenstelling als bij het eerste bezoek). De commissie focust zich deze keer op het remediëringsrapport. Ze onderzoekt de kwaliteit en de effectiviteit van de ondernomen processen en acties in het remediëringsrapport. Op basis hiervan formuleert de commissie een positief of negatief advies aan de Vlaamse Regering. In tegenstelling tot de eerste visitatie kan je deze keer niet reageren op het visitatieverslag en zal het visitatieverslag bijgevolg ook niet worden aangepast. - Bij een positief advies kan de Vlaamse Regering beslissen om je subsidieaanvraag door te spelen aan de beoordelingscommissie. Op basis van dit advies beslist de Vlaamse Regering uiterlijk op 31 december van het eerste jaar van de nieuwe beleidsperiode over je subsidie-enveloppe. Indien een eventuele negatieve beslissing valt in het eerste jaar van de nieuwe beleidsperiode behouden deze

34 34 organisaties in het eerste jaar van de nieuwe beleidsperiode hun subsidiebedrag van de vorige beleidsperiode. Indien die beslissing valt binnen de lopende beleidsperiode, dan verlies je je subsidie vanaf de start van het daaropvolgende jaar. De Vlaamse Regering kan echter ook beslissen je organisatie niet verder te subsidiëren hoewel je remediëringstraject positief werd beoordeeld. Dit betekent automatisch ook de stopzetting van de erkenning. De stopzetting van de subsidie gaat in in het jaar volgend op de beslissing van de Vlaamse Regering. - Bij een negatief advies kan de Vlaamse Regering beslissen om de subsidie stop te zetten, wat automatisch ook de stopzetting van de erkenning betekent. De stopzetting van de subsidie gaat in in het jaar volgend op de beslissing van de Vlaamse Regering. Hier wordt geen schriftelijke reactie voorzien. Onafhankelijk van je remediëringstraject dien je net als alle andere organisaties een subsidieaanvraag in op 31/12/2023. Slide 44: Projecten In het decreet wordt ook de mogelijkheid ingebouwd om projectsubsidies te geven voor een periode van maximaal drie jaar aan erkende organisaties. Dit gebeurt op basis van beleidsprioriteiten die de minister formuleert. Deze projectregeling start al in 2018, telkens voor een periode van maximaal drie opeenvolgende jaren. Zowel erkende en gesubsidieerde sociaal-culturele volwassenenorganisaties met een werking in het Nederlandse taalgebied (al dan niet inclusief een werking in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad) en sociaal-culturele volwassenenorganisaties met een werking binnen specifieke regio s als niet-erkende en niet-gesubsidieerde sociaal-culturele

35 35 volwassenenorganisaties of -initiatieven met een bovenlokaal karakter komen in aanmerking voor projectsubsidies. Via een projectregeling wil de Vlaamse Regering enerzijds de laboratoriumrol in het sociaal-cultureel volwassenenwerk stimuleren en anderzijds mogelijkheden voor het sociaal-cultureel volwassenenwerk creëren om in te spelen op zeer actuele maatschappelijke uitdagingen. Hierbij wordt bijvoorbeeld gedacht aan de vluchtelingencrisis in Er wordt gewerkt via een projectoproep zodat de Vlaamse Regering jaarlijks prioriteiten kan bepalen en in functie daarvan nadere regels kan vastleggen met betrekking tot de inhoudelijke en vormelijke voorwaarden waaraan het projectdossier moet voldoen, zoals ontvankelijkheidsvoorwaarden, beoordelingscriteria, de datum waarop projecten kunnen worden ingediend, de doorlooptijd van aanvragen, de manier waarop de aanvraag moet worden samengesteld en hoe de beoordeling en verantwoording moet gebeuren, het toezicht en de sancties. Om te bewaken dat projecten in de geest van het decreet passen, worden er in dit artikel al een aantal ontvankelijkheidsvoorwaarden en beoordelingscriteria vastgelegd. De gehanteerde beoordelingscriteria zijn als volgt: 1 De aanvrager draagt via het project bij tot het doel van het decreet; de aanvrager verantwoordt welke positie het project heeft in de sector van het sociaal-cultureel volwassenenwerk. 2 De aanvrager maakt een keuze voor minstens twee sociaal-culturele functies, licht deze toe en werkt deze uit in relatie tot het project. 3 De aanvrager geeft aan welke actuele maatschappelijke ontwikkelingen relevant zijn in relatie tot het project. 4 a) De aanvrager kan er voor opteren om een project in te dienen dat een bijdrage levert aan de invulling van de laboratoriumrol. De aanvrager kan daarbij een maatschappelijk innoverende praktijk voorop stellen die ofwel een eerder experimenteel karakter heeft ten opzichte van de reguliere werking van de organisatie dan wel eerder een experimenteel karakter heeft als sociaal-culturele praktijk in Vlaanderen b) De aanvrager kan er evenzeer voor opteren om een project in te dienen dat een bijdrage levert aan de door de Vlaamse overheid bepaalde prioriteiten, zoals vastgelegd in de projectoproep. 5 Het project overstijgt het lokaal, gemeentelijk belang en heeft minimaal een relevantie en uitstraling op bovenlokaal niveau. 6 Het project moet zich voornamelijk richten op volwassenen in hun vrije tijd. Met vrije tijd wordt de tijd aangegeven die volwassenen niet hoeven te besteden aan verplichte of noodzakelijke activiteiten zoals betaalde arbeid, school- of beroepsopleiding. De aanvrager moet inhoudelijk en zakelijk op een transparante manier aantonen dat ze de projectsubsidies die ze vanuit dit decreet aanvraagt en toegekend krijgt, hoofdzakelijk gebruikt voor activiteiten en acties binnen de vrije tijd van mensen. Uitzonderlijk en op een verantwoorde manier kan ze met de haar toegekende projectsubsidies ook activiteiten of acties organiseren buiten de vrije tijd van mensen.

36 36 Slide 45: fusies Organisaties kunnen tijdens de lopende beleidsperiodes fuseren met het behoud van hun subsidieenveloppes op voorwaarde dat de middelen worden aangewend voor de uitvoering van de doelstellingen zoals die in de beleidsplannen zijn goedgekeurd, De subsidiebedragen van organisaties die in de loop van fuseren worden samengeteld. Bij het bepalen van het subsidiebedrag voor de periode wordt uitgegaan van dit samengetelde bedrag. De stijging of daling is begrensd op 25% van dat samengetelde bedrag. Slide 47: Hoe gaat het nu verder?

37 37 Het voorontwerp van decreet werd een eerste keer principieel goedgekeurd op de Vlaamse Regering van 23 december De sociale partners en de Strategische Adviesraad Cultuur (SARC) brachten inmiddels een advies uit. De tweede principiële goedkeuring volgde op de Vlaamse Regering van 17 maart Vooraleer het voorontwerp een derde keer wordt goedgekeurd bekijkt ook de Raad van State het. De derde principiële goedkeuring vond plaats op 5 mei en vervolgens wordt het voorontwerp besproken in het parlement. Een definitieve goedkeuring vond plaats op 14 juli. Op die dag werd ook een eerste versie van het uitvoeringsbesluit goedgekeurd. De SARC sprak hierover begin september een advies uit. De goedkeuring van de definitieve versie wordt verwacht in de loop van oktober. Het traject rond het visitatieprotocol is gestart. Slide 48-49: Begin alvast na te denken over

organisatie kan hier bepalen en toelichten of en in welke mate ze een werking ontplooit in een internationale context.

organisatie kan hier bepalen en toelichten of en in welke mate ze een werking ontplooit in een internationale context. BEOORDELINGSELEMENTEN, BEOORDELINGSCRITERIA EN EVALUATIECRITERIA VAN DE SOCIAAL-CULTURELE VOLWASSENENORGANISATIES MET EEN WERKING VOOR HET NEDERLANDSE TAALGEBIED EN HET TWEETALIGE GEBIED BRUSSEL-HOOFDSTAD

Nadere informatie

volwassenen bevordert; 2) aan te geven welke samenlevingsvraagstukken

volwassenen bevordert; 2) aan te geven welke samenlevingsvraagstukken BEOORDELINGSELEMENTEN, BEOORDELINGSCRITERIA EN EVALUATIECRITERIA VAN DE SOCIAAL-CULTURELE VOLWASSENENORGANISATIES MET EEN WERKING VOOR HET NEDERLANDSE TAALGEBIED EN HET TWEETALIGE GEBIED BRUSSEL-HOOFDSTAD

Nadere informatie

VR DOC.0259/2

VR DOC.0259/2 VR 2017 1703 DOC.0259/2 Voorontwerp van decreet houdende de subsidiëring en erkenning van het sociaal-cultureel volwassenenwerk DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Cultuur, Media,

Nadere informatie

2 De organisatie geeft aan welke actuele maatschappelijke ontwikkelingen relevant zijn in relatie tot haar missie en visie.

2 De organisatie geeft aan welke actuele maatschappelijke ontwikkelingen relevant zijn in relatie tot haar missie en visie. BEOORDELINGSELEMENTEN, BEOORDELINGSCRITERIA EN EVALUATIECRITERIA VAN DE SOCIAAL- CULTURELE ORGANISATIES MET EEN WERKING BINNEN SPECIFIEKE REGIO DECREET EN MEMORIE VAN TOELICHTING ARTIKEL 35, UITVOERINGSBESLUIT

Nadere informatie

2 De organisatie geeft aan welke actuele maatschappelijke ontwikkelingen relevant zijn in relatie tot haar missie en visie.

2 De organisatie geeft aan welke actuele maatschappelijke ontwikkelingen relevant zijn in relatie tot haar missie en visie. BEOORDELINGSELEMENTEN, BEOORDELINGSCRITERIA EN EVALUATIECRITERIA VAN DE SOCIAAL- CULTURELE ORGANISATIES MET EEN WERKING BINNEN SPECIFIEKE REGIO DECREET EN MEMORIE VAN TOELICHTING ARTIKEL 35, UITVOERINGSBESLUIT

Nadere informatie

Nieuw decreet houdende de subsidiëring en erkenning van het sociaal-cultureel volwassenenwerk

Nieuw decreet houdende de subsidiëring en erkenning van het sociaal-cultureel volwassenenwerk Nieuw decreet houdende de subsidiëring en erkenning van het sociaal-cultureel volwassenenwerk Sofie Taghon Barbara Beausaert Gent, 10 november 2017 Mechelen, 18 december 2017 9u30-11u15:: presentatie 11u15-11u30:

Nadere informatie

Infosessie Nieuw decreet houdende de subsidiëring en erkenning van het sociaal-cultureel volwassenenwerk

Infosessie Nieuw decreet houdende de subsidiëring en erkenning van het sociaal-cultureel volwassenenwerk Infosessie Nieuw decreet houdende de subsidiëring en erkenning van het sociaal-cultureel volwassenenwerk Sofie Taghon Barbara Beausaert Gent, 10 november 2017 Mechelen, 18 december 2017 WELKOM 9u30-11u15::

Nadere informatie

VR DOC.1553/2BIS

VR DOC.1553/2BIS VR 2016 2312 DOC.1553/2BIS Voorontwerp van decreet houdende de subsidiëring en erkenning van het sociaal-cultureel volwassenenwerk DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Cultuur,

Nadere informatie

Tekst aangenomen door de plenaire vergadering. van het ontwerp van decreet

Tekst aangenomen door de plenaire vergadering. van het ontwerp van decreet ingediend op 1163 (2016-2017) Nr. 9 28 juni 2017 (2016-2017) Tekst aangenomen door de plenaire vergadering van het ontwerp van decreet houdende de subsidiëring en erkenning van het sociaal-cultureel volwassenenwerk

Nadere informatie

GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN 89629 GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN VLAAMSE GEMEENSCHAP COMMUNAUTE FLAMANDE VLAAMSE OVERHEID [C 2017/20648] 7 JULI 2017.

Nadere informatie

Nota Evaluatie remediëringsrapport & beoordeling plan van aanpak

Nota Evaluatie remediëringsrapport & beoordeling plan van aanpak Nota Evaluatie remediëringsrapport & beoordeling plan van aanpak Inhoud 1. Inleiding... 3 2. Regelgeving... 4 2.1. Bepalingen over het remediëringstraject en -rapport... 4 2.2. Bepalingen over het plan

Nadere informatie

De beoordelingselementen en -criteria voor de evaluatie in 2018

De beoordelingselementen en -criteria voor de evaluatie in 2018 De beoordelingselementen en -criteria voor de evaluatie in 2018 Voor de verenigingen: 1. De wijze waarop de vier functies, vermeld in De organisatie heeft een onderbouwde visie op de vier artikel 2, 8,

Nadere informatie

VR DOC.0782/2BIS

VR DOC.0782/2BIS VR 2017 1407 DOC.0782/2BIS Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de uitvoering van het decreet van (datum) houdende de subsidiëring en erkenning van het sociaal-cultureel volwassenenwerk DE VLAAMSE

Nadere informatie

OVERGANGSBEPALINGEN VOOR VERENIGINGEN VOORTGANGSRAPPORT 2018

OVERGANGSBEPALINGEN VOOR VERENIGINGEN VOORTGANGSRAPPORT 2018 OVERGANGSBEPALINGEN VOOR VERENIGINGEN VOORTGANGSRAPPORT 2018 Titel 8. Slotbepalingen Hoofdstuk 2. Overgangsbepalingen Art. 59. Voor de op grond van het decreet van 4 april 2003, zoals van kracht voor de

Nadere informatie

OVERGANGSBEPALINGEN VOOR BEWEGINGEN VOORTGANGSRAPPORT 2018

OVERGANGSBEPALINGEN VOOR BEWEGINGEN VOORTGANGSRAPPORT 2018 OVERGANGSBEPALINGEN VOOR BEWEGINGEN VOORTGANGSRAPPORT 2018 Titel 8. Slotbepalingen Hoofdstuk 2. Overgangsbepalingen Art. 59. Voor de op grond van het decreet van 4 april 2003, zoals van kracht voor de

Nadere informatie

DECREET UITVOERINGSBESLUIT MEMORIE VAN TOELICHTING

DECREET UITVOERINGSBESLUIT MEMORIE VAN TOELICHTING ROLLEN DECREET UITVOERINGSBESLUIT MEMORIE VAN TOELICHTING ALGEMENE TOELICHTING (zie onderaan) ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING Art. 2 In dit decreet wordt verstaan onder: 2 sociaal-culturele volwassenenorganisatie:

Nadere informatie

GOED BESTUUR. DECREET UITVOERINGSBESLUIT MEMORIE VAN TOELICHTING Titel 1. Inleidende bepalingen Art. 2: In dit decreet wordt verstaan onder: Artikel 2

GOED BESTUUR. DECREET UITVOERINGSBESLUIT MEMORIE VAN TOELICHTING Titel 1. Inleidende bepalingen Art. 2: In dit decreet wordt verstaan onder: Artikel 2 GOED BESTUUR Titel 1. Inleidende bepalingen Art. 2: In dit decreet wordt verstaan onder: 25 principes van goed bestuur: waarborgen van een samenhangend en transparant bestuur en toezicht binnen een organisatie,

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN Cultuur, Media, Jeugd en Brussel NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Principiële goedkeuring van het voorontwerp van besluit betreffende de uitvoering van het decreet houdende

Nadere informatie

BELEIDSPLAN ZAKELIJK DEEL LANDELIJKE SCVW-ORGANISATIES

BELEIDSPLAN ZAKELIJK DEEL LANDELIJKE SCVW-ORGANISATIES BELEIDSPLAN ZAKELIJK DEEL LANDELIJKE SCVW-ORGANISATIES DECREET UITVOERINGSBESLUIT MEMORIE VAN TOELICHTING Titel 1. Inleidende bepalingen Art. 2: In dit decreet wordt verstaan onder: 22 beleidsplan: een

Nadere informatie

BELEIDSPLAN ZAKELIJK DEEL KANDIDAAT-SCVW-ORGANISATIES

BELEIDSPLAN ZAKELIJK DEEL KANDIDAAT-SCVW-ORGANISATIES BELEIDSPLAN ZAKELIJK DEEL KANDIDAAT-SCVW-ORGANISATIES DECREET UITVOERINGSBESLUIT MEMORIE VAN TOELICHTING Titel 1. Inleidende bepalingen Art. 2: In dit decreet wordt verstaan onder: 22 beleidsplan: een

Nadere informatie

TABEL ZAKELIJKE BEOORDELING IN DE OVERGANGSPERIODE, GELDIG VOOR ALLE ORGANISATIES

TABEL ZAKELIJKE BEOORDELING IN DE OVERGANGSPERIODE, GELDIG VOOR ALLE ORGANISATIES TABEL ZAKELIJKE BEOORDELING IN DE OVERGANGSPERIODE, GELDIG VOOR ALLE ORGANISATIES De zakelijke elementen van het decreet van 4 april 2003, artikel 45, 2, 3 en 4 zijn voor alle werksoorten van toepassing.

Nadere informatie

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 20;

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 20; Besluit van de Vlaamse Regering van 6 december 2013 houdende de wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 september 2008 houdende de uitvoering van het decreet van

Nadere informatie

ZAKELIJKE BEOORDELING IN DE OVERGANGSPERIODE, GELDIG VOOR ALLE ORGANISATIES

ZAKELIJKE BEOORDELING IN DE OVERGANGSPERIODE, GELDIG VOOR ALLE ORGANISATIES ZAKELIJKE BEOORDELING IN DE OVERGANGSPERIODE, GELDIG VOOR ALLE ORGANISATIES De zakelijke elementen van het decreet van 4 april 2003, artikel 45, 2, 3 en 4 zijn voor alle werksoorten van toepassing. DECREET

Nadere informatie

BELEIDSPLAN ZAKELIJK DEEL REGIONALE SCVW-ORGANISATIES

BELEIDSPLAN ZAKELIJK DEEL REGIONALE SCVW-ORGANISATIES BELEIDSPLAN ZAKELIJK DEEL REGIONALE SCVW-ORGANISATIES DECREET UITVOERINGSBESLUIT MEMORIE VAN TOELICHTING Titel 1. Inleidende bepalingen Art. 2: In dit decreet wordt verstaan onder: Artikel 2 22 beleidsplan:

Nadere informatie

FUNCTIES EN FUNCTIEMIX

FUNCTIES EN FUNCTIEMIX FUNCTIES EN FUNCTIEMIX ALGEMENE TOELICHTING (zie onderaan) ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING Art. 2 In dit decreet wordt verstaan onder: 2 sociaal-culturele volwassenenorganisatie: een missie- en waarden gedreven

Nadere informatie

NOTA MET RICHTLIJNEN M.B.T. SUBSIDIEAANVRAAG

NOTA MET RICHTLIJNEN M.B.T. SUBSIDIEAANVRAAG ////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// NOTA MET RICHTLIJNEN M.B.T. SUBSIDIEAANVRAAG Sociaal-culturele

Nadere informatie

Vlaamse Regering. Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 20;

Vlaamse Regering. Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 20; D SCW-161-01 Vlaamse Regering Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering houdende de uitvoering van het decreet van 4 april 2003 betreffende het sociaal-cultureel volwassenenwerk Gelet op de bijzondere

Nadere informatie

Nieuw beleidskader sociaal-cultureel volwassenenwerk. Sectormoment Kaaitheater - 25/02/2016

Nieuw beleidskader sociaal-cultureel volwassenenwerk. Sectormoment Kaaitheater - 25/02/2016 Nieuw beleidskader sociaal-cultureel volwassenenwerk Sectormoment Kaaitheater - 25/02/2016 Welkom en inleiding Luc Delrue Secretaris-generaal Departement CJSM In gesprek met Sven Gatz Vlaams minister van

Nadere informatie

VR DOC.0259/1

VR DOC.0259/1 VR 2017 1703 DOC.0259/1 DE VLAAMSE MINISTER VAN Cultuur, Media, Jeugd en Brussel NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Voorontwerp van decreet houdende de subsidiëring en erkenning van het sociaal-cultureel

Nadere informatie

Visitatie- en beoordelingsprotocol sociaal-cultureel volwassenenwerk

Visitatie- en beoordelingsprotocol sociaal-cultureel volwassenenwerk Visitatie- en beoordelingsprotocol sociaal-cultureel volwassenenwerk Sociaal-culturele volwassenenorganisaties met een werking in het Nederlandse taalgebied (en het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad)

Nadere informatie

VR DOC.1263/2BIS

VR DOC.1263/2BIS VR 2018 0911 DOC.1263/2BIS Besluit van de Vlaamse Regering houdende de wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 7 september 2007 houdende de uitvoering van het decreet van 22 december 2000

Nadere informatie

Subsidiereglement voor ondersteuning van een. duurzame G-sportclubwerking

Subsidiereglement voor ondersteuning van een. duurzame G-sportclubwerking Subsidiereglement voor ondersteuning van een duurzame G-sportclubwerking Artikel 1: Situering Sport Vlaanderen wil zoveel mogelijk mensen op regelmatige tijdstippen aan het sporten krijgen. Ook mensen

Nadere informatie

Subsidiereglement voor ondersteuning van een. opstartende G-sportclubwerking

Subsidiereglement voor ondersteuning van een. opstartende G-sportclubwerking Subsidiereglement voor ondersteuning van een opstartende G-sportclubwerking Artikel 1: Situering Sport Vlaanderen wil zoveel mogelijk mensen op regelmatige tijdstippen aan het sporten krijgen. Ook mensen

Nadere informatie

Besluit van de Vlaamse Regering van 7 september 2007 tot uitvoering van het decreet van 5 mei 2006 houdende de erkenning van de Vlaamse Gebarentaal

Besluit van de Vlaamse Regering van 7 september 2007 tot uitvoering van het decreet van 5 mei 2006 houdende de erkenning van de Vlaamse Gebarentaal Besluit van de Vlaamse Regering van 7 september 2007 tot uitvoering van het decreet van 5 mei 2006 houdende de erkenning van de Vlaamse Gebarentaal Gecoördineerde versie Gewijzigd bij het besluit van de

Nadere informatie

HANDLEIDING PROJECTOPROEP VAN 15 MEI 2019 VOOR PROJECTEN DIE VAN START GAAN VANAF 1 JANUARI Decreet Bovenlokale Cultuurwerking

HANDLEIDING PROJECTOPROEP VAN 15 MEI 2019 VOOR PROJECTEN DIE VAN START GAAN VANAF 1 JANUARI Decreet Bovenlokale Cultuurwerking / handleiding HANDLEIDING PROJECTOPROEP VAN 15 MEI 2019 VOOR PROJECTEN DIE VAN START GAAN VANAF 1 JANUARI 2020 Decreet Bovenlokale Cultuurwerking 14.03.2019 cjm.vlaanderen.be INHOUD 1 Toelichting... 3

Nadere informatie

Subsidiereglement voor ondersteuning van een. duurzame G-sportclubwerking

Subsidiereglement voor ondersteuning van een. duurzame G-sportclubwerking Subsidiereglement voor ondersteuning van een duurzame G-sportclubwerking Artikel 1: Situering Sport Vlaanderen wil zoveel mogelijk mensen op regelmatige tijdstippen aan het sporten krijgen. Ook mensen

Nadere informatie

NOTA MET RICHTLIJNEN M.B.T. SUBSIDIEAANVRAAG

NOTA MET RICHTLIJNEN M.B.T. SUBSIDIEAANVRAAG //////////////////////////// NOTA MET RICHTLIJNEN M.B.T. SUBSIDIEAANVRAAG van sociaal-culturele volwassenenorganisaties met een werking binnen specifieke regio s 15.03.2019 ////////////////////////////

Nadere informatie

REGLEMENT INNOVATIEVE PARTNERPROJECTEN

REGLEMENT INNOVATIEVE PARTNERPROJECTEN / reglement REGLEMENT INNOVATIEVE PARTNERPROJECTEN /18.04.2019 cjm.vlaanderen.be INHOUD 1 SITUERING... 3 2 DOELSTELLING... 3 3 PROJECTSUBSIDIES VOOR INNOVATIEVE PARTNERPROJECTEN... 3 3.1 Definities 3 3.2

Nadere informatie

Decreet van 20 december 2013 tot wijziging van diverse bepalingen van het decreet van 22 december 2000 betreffende de amateurkunsten

Decreet van 20 december 2013 tot wijziging van diverse bepalingen van het decreet van 22 december 2000 betreffende de amateurkunsten Decreet van 20 december 2013 tot wijziging van diverse bepalingen van het decreet van 22 december 2000 betreffende de amateurkunsten Datum 20/12/2013 Art. 1. Dit decreet regelt een gemeenschapsaangelegenheid.

Nadere informatie

Experimenteel reglement: Innovatieve partnerprojecten

Experimenteel reglement: Innovatieve partnerprojecten Experimenteel reglement: Innovatieve partnerprojecten I. SITUERING Op 14 juli 2017 heeft de Vlaamse minister bevoegd voor Cultuur zijn conceptnota Een langetermijnvisie voor aanvullende financiering en

Nadere informatie

Besluit van de Vlaamse Regering houdende de uitvoering van het decreet van 22 december 2000 betreffende de amateurkunsten

Besluit van de Vlaamse Regering houdende de uitvoering van het decreet van 22 december 2000 betreffende de amateurkunsten Besluit van de Vlaamse Regering houdende de uitvoering van het decreet van 22 december 2000 betreffende de amateurkunsten Datum 07/09/2007 INHOUDSTAFEL TITEL I. Definities TITEL II. Erkenningen [TITEL

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN Cultuur, Media, Jeugd en Brussel NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van decreet van de Vlaamse Regering houdende de subsidiëring en erkenning van het sociaal-cultureel

Nadere informatie

Subsidiereglement voor ondersteuning van een. duurzame G-sportclubwerking

Subsidiereglement voor ondersteuning van een. duurzame G-sportclubwerking Subsidiereglement voor ondersteuning van een duurzame G-sportclubwerking Artikel 1: Situering Sport Vlaanderen wil zoveel mogelijk mensen op regelmatige tijdstippen aan het sporten krijgen. Ook mensen

Nadere informatie

Leidraad voor het indienen van een aanvraag voor structurele subsidiëring of erkenning als landelijk georganiseerde jeugdvereniging

Leidraad voor het indienen van een aanvraag voor structurele subsidiëring of erkenning als landelijk georganiseerde jeugdvereniging Agentschap Sociaal-Cultureel Werk voor Jeugd en Volwassenen Afdeling Jeugd Arenbergstraat 9 1000 Brussel E-mail: subsidiedossierjeugd@cjsm.vlaanderen.be Leidraad voor het indienen van een aanvraag voor

Nadere informatie

Uitvoeringsbesluit. sociaal-cultureel volwassenenwerk

Uitvoeringsbesluit. sociaal-cultureel volwassenenwerk Uitvoeringsbesluit sociaal-cultureel volwassenenwerk gecoördineerde versie december 2013 Besluit van de Vlaamse Regering houdende de uitvoering van het decreet van 4 april 2003 betreffende het sociaal-cultureel

Nadere informatie

Officieus gecoördineerde versie: oorspronkelijke tekst met opname van alle wijzigingen versie van kracht op DE VLAAMSE REGERING,

Officieus gecoördineerde versie: oorspronkelijke tekst met opname van alle wijzigingen versie van kracht op DE VLAAMSE REGERING, Opschrift Datum Gewijzigd bij Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 20 januari 2012 houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid 14 september 2012 Besluit van de Vlaamse

Nadere informatie

PROVINCIAAL REGLEMENT INZAKE DE TOEKENNING VAN SUBSIDIES AAN SOCIAAL-CULTURELE VERENIGINGEN, DIE ACTIEF ZIJN IN DE PROVINCIE VLAAMS-BRABANT

PROVINCIAAL REGLEMENT INZAKE DE TOEKENNING VAN SUBSIDIES AAN SOCIAAL-CULTURELE VERENIGINGEN, DIE ACTIEF ZIJN IN DE PROVINCIE VLAAMS-BRABANT PROVINCIAAL REGLEMENT INZAKE DE TOEKENNING VAN SUBSIDIES AAN SOCIAAL-CULTURELE VERENIGINGEN, DIE ACTIEF ZIJN IN DE PROVINCIE VLAAMS-BRABANT Artikel 1. Binnen de perken van de daartoe op de begroting van

Nadere informatie

FAQ. Decreet bovenlokale cultuurwerking Subsidie voor bovenlokale cultuurprojecten

FAQ. Decreet bovenlokale cultuurwerking Subsidie voor bovenlokale cultuurprojecten FAQ Decreet bovenlokale cultuurwerking Subsidie voor bovenlokale cultuurprojecten cjm.vlaanderen.be INHOUD 1 Wie kan aanvragen?... 4 1.1 Kan een feitelijke vereniging indienen? 4 1.2 Kan eenzelfde aanvrager

Nadere informatie

Transitiereglement voor de subsidiëring van culturele projecten met een regionale uitstraling

Transitiereglement voor de subsidiëring van culturele projecten met een regionale uitstraling Transitiereglement voor de subsidiëring van culturele projecten met een regionale uitstraling I. SITUERING Het decreet van 18 november 2016 houdende de vernieuwde taakstelling en gewijzigde financiering

Nadere informatie

DECREET. houdende de erkenning en de subsidiëring van organisaties voor volkscultuur en de oprichting van het Vlaams Centrum voor Volkscultuur

DECREET. houdende de erkenning en de subsidiëring van organisaties voor volkscultuur en de oprichting van het Vlaams Centrum voor Volkscultuur VLAAMS PARLEMENT DECREET houdende de erkenning en de subsidiëring van organisaties voor volkscultuur en de oprichting van het Vlaams Centrum voor Volkscultuur HOOFDSTUK I Algemene bepalingen Artikel 1

Nadere informatie

Subsidiereglement voor ondersteuning van. internationale sportevenementen

Subsidiereglement voor ondersteuning van. internationale sportevenementen Subsidiereglement voor ondersteuning van internationale sportevenementen Artikel 1: Situering Sport Vlaanderen wil zoveel mogelijk mensen aan het sporten krijgen, liefst op regelmatige basis, en levenslang.

Nadere informatie

CRITERIALIJST VOOR SUBSIDIEAANVRAGEN TER PROMOTIE VAN EEN BREED SPORTAANBOD DOOR EVENEMENTEN MET EEN BOVENLOKAAL EN COMPETITIEF KARAKTER

CRITERIALIJST VOOR SUBSIDIEAANVRAGEN TER PROMOTIE VAN EEN BREED SPORTAANBOD DOOR EVENEMENTEN MET EEN BOVENLOKAAL EN COMPETITIEF KARAKTER CRITERIALIJST VOOR SUBSIDIEAANVRAGEN TER PROMOTIE VAN EEN BREED SPORTAANBOD DOOR EVENEMENTEN MET EEN BOVENLOKAAL EN COMPETITIEF KARAKTER Voor meer informatie kan u steeds terecht bij Vlaamse overheid Agentschap

Nadere informatie

Tekst aangenomen door de plenaire vergadering. van het voorstel van decreet. houdende wijziging van het Kunstendecreet van 13 december 2013

Tekst aangenomen door de plenaire vergadering. van het voorstel van decreet. houdende wijziging van het Kunstendecreet van 13 december 2013 ingediend op 261 (2014-2015) Nr. 6 22 april 2015 (2014-2015) Tekst aangenomen door de plenaire vergadering van het voorstel van decreet van Jean-Jacques De Gucht, Marius Meremans, Caroline Bastiaens, Yamila

Nadere informatie

Provincieraadsbesluit

Provincieraadsbesluit 9e Directie Dienst 91 Kunst en Cultuur Provincieraadsbesluit betreft verslaggever SOCIAAL-CULTUREEL VOLWASSENENWERK Aangepast reglement met betrekking tot de toekenning van projectsubsidies in de sector

Nadere informatie

Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de uitvoering van het Circusdecreet van 1 maart 2019 DE VLAAMSE REGERING,

Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de uitvoering van het Circusdecreet van 1 maart 2019 DE VLAAMSE REGERING, Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de uitvoering van het Circusdecreet van 1 maart 2019 DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming van de instellingen,

Nadere informatie

68%6,',(6 DE PROVINCIERAAD VAN VLAAMS-BRABANT,

68%6,',(6 DE PROVINCIERAAD VAN VLAAMS-BRABANT, 3529,1&,$$/5(*/(0(17,1=$.('(72(.(11,1*9$1 68%6,',(6 $$162&,$$/(1&8/785(/(9(5(1,*,1*(1',($&7,()=,-1,1 '(3529,1&,(9/$$06%5$%$17 DE PROVINCIERAAD VAN VLAAMS-BRABANT, Gelet op het besluit van de provincieraad

Nadere informatie

Subsidiereglement voor ondersteuning van. sportevenementen met een bovenlokale uitstraling, met een recreatief karakter

Subsidiereglement voor ondersteuning van. sportevenementen met een bovenlokale uitstraling, met een recreatief karakter Artikel 1: Situering Subsidiereglement voor ondersteuning van sportevenementen met een bovenlokale uitstraling, met een recreatief karakter Sport Vlaanderen wil zoveel mogelijk mensen aan het sporten krijgen,

Nadere informatie

Subsidiereglement voor ondersteuning van. internationale sportevenementen

Subsidiereglement voor ondersteuning van. internationale sportevenementen Subsidiereglement voor ondersteuning van internationale sportevenementen Artikel 1: Situering Sport Vlaanderen wil zoveel mogelijk mensen aan het sporten krijgen, liefst op regelmatige basis, en levenslang.

Nadere informatie

VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD

VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD STUK 606 (2015-2016) Nr.3 VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD ZITTING 2015-2016 22 JANUARI 2016 ONTWERP VAN VERORDENING houdende het ondersteunen van sociaal-cultureel werk en praktijken AMENDEMENTEN

Nadere informatie

Verloop beoordeling opmaak overeenkomst

Verloop beoordeling opmaak overeenkomst Verloop beoordeling opmaak overeenkomst De Ambrassade 13 september 2016 Wat komt er aan bod in deze sessie? Beoordelingsfase + timing Verloop beoordeling, criteria en resultaat Subsidieovereenkomst: elementen

Nadere informatie

Bijzondere projectsubsidies socio-culturele projecten

Bijzondere projectsubsidies socio-culturele projecten Booischotseweg 1 2235 Hulshout Tel: 015 22 40 17 www.hulshout.be hulshout@bibliotheek.be Bijzondere projectsubsidies socio-culturele projecten Artikel 1. Doelstelling en definitie Onder de hierna bepaalde

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING,

DE VLAAMSE REGERING, Opschrift Datum Gewijzigd bij Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de toekenning van subsidies aan jeugdhuizen voor de uitvoering van een bovenlokaal project 5 juli 2013 Besluit van de Vlaamse Regering

Nadere informatie

Subsidieoproep voor groepsgericht aanbod opvoedingsondersteuning door vrijwilligers, gericht op gezinnen met kinderen of jongeren met specifieke

Subsidieoproep voor groepsgericht aanbod opvoedingsondersteuning door vrijwilligers, gericht op gezinnen met kinderen of jongeren met specifieke 08/04/2019 Subsidieoproep voor groepsgericht aanbod opvoedingsondersteuning door vrijwilligers, gericht op gezinnen met kinderen of jongeren met specifieke ondersteuningsbehoeften A. Situering In het kader

Nadere informatie

Interview met minister Joke Schauvliege

Interview met minister Joke Schauvliege Interview met minister Joke Schauvliege over de rol en de toekomst van etnisch-culturele federaties in Vlaanderen. Dertien etnisch-cultureel diverse federaties zijn erkend binnen het sociaalcultureel werk.

Nadere informatie

Decreet Bovenlokale Cultuurwerking

Decreet Bovenlokale Cultuurwerking 2020 Decreet Bovenlokale Cultuurwerking Van 15 juni 2018 Decreet Bovenlokale Cultuurwerking Traject besluitvorming: Goedkeuring Vlaamse Regering op 15 juni 2018 Uitvoeringsbesluit goedkeuring Vlaamse Regering

Nadere informatie

Ontwerp van decreet. houdende de stimulering van een inclusief Vlaams ouderenbeleid en de beleidsparticipatie van ouderen

Ontwerp van decreet. houdende de stimulering van een inclusief Vlaams ouderenbeleid en de beleidsparticipatie van ouderen stuk ingediend op 1716 (2011-2012) Nr. 6 28 november 2012 (2012-2013) Ontwerp van decreet houdende de stimulering van een inclusief Vlaams ouderenbeleid en de beleidsparticipatie van ouderen Tekst aangenomen

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 5 juli 2018;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 5 juli 2018; Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de uitvoering van het decreet van 22 december 2017 houdende de subsidiëring van bovenlokaal jeugdwerk, jeugdhuizen en jeugdwerk voor bijzondere doelgroepen DE

Nadere informatie

LEIDRAAD ERKENNINGSAANVRAAG

LEIDRAAD ERKENNINGSAANVRAAG Departement Cultuur, Jeugd en Media Afdeling Subsidiëren en erkennen Arenbergstraat 9 1000 Brussel E-mail: subsidiedossierjeugd@cjsm.vlaanderen.be LEIDRAAD ERKENNINGSAANVRAAG Leidraad voor het aanvragen

Nadere informatie

VR DOC.0439/2

VR DOC.0439/2 VR 2019 0504 DOC.0439/2 Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de uitvoering van het Circusdecreet van 1 maart 2019 DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het Circusdecreet van 1 maart 2019, artikel 8, eerste

Nadere informatie

Stedelijk reglement voor de subsidiëring van initiatieven ter bevordering van het interculturele en interlevensbeschouwelijke samenleven in Gent

Stedelijk reglement voor de subsidiëring van initiatieven ter bevordering van het interculturele en interlevensbeschouwelijke samenleven in Gent Stedelijk reglement voor de subsidiëring van initiatieven ter bevordering van het interculturele en interlevensbeschouwelijke samenleven in Gent Goedgekeurd in de gemeenteraad van 15 december 2009 Bekendgemaakt

Nadere informatie

Goedgekeurd op de gemeenteraad van 26.03.2015

Goedgekeurd op de gemeenteraad van 26.03.2015 GEMEENTELIJK REGLEMENT VOOR DE SUBSIDIËRING VAN INITIATIEVEN VAN VRIJWILLIGERSORGANISATIES IN DE ARMOEDEBESTRIJDING ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1: Wat is de doelstelling van deze subsidies? Met dit reglement

Nadere informatie

Decreet van 4 april 2003 betreffende het sociaal-cultureel volwassenenwerk

Decreet van 4 april 2003 betreffende het sociaal-cultureel volwassenenwerk [Officieus gecoördineerde versie] Decreet van 4 april 2003 betreffende het sociaal-cultureel volwassenenwerk Gewijzigd bij... Datum Opschrift Datum BS 19/12/2003 Decreet houdende bepalingen tot begeleiding

Nadere informatie

Werkingssubsidies voor intergemeentelijke samenwerking in het kader van het decreet bovenlokale cultuurwerking

Werkingssubsidies voor intergemeentelijke samenwerking in het kader van het decreet bovenlokale cultuurwerking Werkingssubsidies voor intergemeentelijke samenwerking in het kader van het decreet bovenlokale cultuurwerking Leidraad bij de voorbereiding van het aanvraagdossier Aanvraagronde 1 oktober 2019 INHOUD

Nadere informatie

TRANSITIEREGLEMENT VOOR DE SUBSIDIËRING VAN CULTURELE PROJECTEN MET EEN BOVENLOKALE UITSTRALING

TRANSITIEREGLEMENT VOOR DE SUBSIDIËRING VAN CULTURELE PROJECTEN MET EEN BOVENLOKALE UITSTRALING TRANSITIEREGLEMENT VOOR DE SUBSIDIËRING VAN CULTURELE PROJECTEN MET EEN BOVENLOKALE UITSTRALING Handleiding / 3.01.2018 cjm.vlaanderen.be Deze handleiding verleent concrete en praktische informatie over

Nadere informatie

Gecoördineerde tekst:

Gecoördineerde tekst: Gecoördineerde tekst: Decreet van 27 oktober 1998 houdende de erkenning en subsidiëring van organisaties voor volkscultuur en de oprichting van het Vlaams Centrum voor Volkscultuur (B.S.22-12-1998) Decreet

Nadere informatie

Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin; Na beraadslaging, Besluit:

Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin; Na beraadslaging, Besluit: 31 JANUARI 2014. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 25 maart 1997 tot uitvoering van het decreet van 24 juli 1996 houdende

Nadere informatie

TRANSITIEREGLEMENT VOOR CULTURELE PROJECTEN MET EEN BOVENLOKALE UITSTRALING

TRANSITIEREGLEMENT VOOR CULTURELE PROJECTEN MET EEN BOVENLOKALE UITSTRALING TRANSITIEREGLEMENT VOOR CULTURELE PROJECTEN MET EEN BOVENLOKALE UITSTRALING Versie / 3.01.2018 cjm.vlaanderen.be 1 SITUERING Het decreet van 18 november 2016 houdende de vernieuwde taakstelling en gewijzigde

Nadere informatie

LEIDRAAD ERKENNINGSAANVRAAG

LEIDRAAD ERKENNINGSAANVRAAG Departement Cultuur, Jeugd en Media Afdeling Subsidiëren en erkennen Arenbergstraat 9 1000 Brussel E-mail: subsidiedossierjeugd@cjsm.vlaanderen.be LEIDRAAD ERKENNINGSAANVRAAG Leidraad voor het aanvragen

Nadere informatie

SUBSIDIE VAN DE PROVINCIE ANTWERPEN VOOR EEN CULTUURPROJECT EN CULTUURWERKING: Intergemeentelijke culturele samenwerking

SUBSIDIE VAN DE PROVINCIE ANTWERPEN VOOR EEN CULTUURPROJECT EN CULTUURWERKING: Intergemeentelijke culturele samenwerking SUBSIDIEREGLEMENT DEPARTMENT CULTUUR Cultuurloket SUBSIDIE VAN DE PROVINCIE ANTWERPEN VOOR EEN CULTUURPROJECT EN CULTUURWERKING: Intergemeentelijke culturele samenwerking Goedgekeurd door de provincieraad

Nadere informatie

Reglement betreffende de erkenning en subsidiëring van instellingen voor sociaalcultureel voor volwassenenwerk in de provincie Limburg

Reglement betreffende de erkenning en subsidiëring van instellingen voor sociaalcultureel voor volwassenenwerk in de provincie Limburg Reglement betreffende de erkenning en subsidiëring van instellingen voor sociaalcultureel voor volwassenenwerk in de provincie Limburg BESLUIT VAN 18 MEI 1994 Gewijzigd: 16 juni 2004 De Provincieraad van

Nadere informatie

Ontwerp van decreet ( ) Nr maart 2014 ( ) stuk ingediend op

Ontwerp van decreet ( ) Nr maart 2014 ( ) stuk ingediend op stuk ingediend op 2318 (2013-2014) Nr. 3 12 maart 2014 (2013-2014) Ontwerp van decreet houdende wijziging van diverse bepalingen van het decreet van 18 januari 2008 houdende flankerende en stimulerende

Nadere informatie

Subsidiereglement voor socio-culturele verenigingen en socio-culturele projecten

Subsidiereglement voor socio-culturele verenigingen en socio-culturele projecten voor socio-culturele verenigingen en socio-culturele projecten Binnen het in het budget voorziene en goedgekeurde bedrag (1419/4/3/7/9 steun voor erkende socio-culturele verenigingen en 1419/4/3/6/4 Ondersteuning

Nadere informatie

LEIDRAAD ERKENNINGSAANVRAAG

LEIDRAAD ERKENNINGSAANVRAAG Departement Cultuur, Jeugd en Media Arenbergstraat 9 1000 Brussel E-mail: subsidiedossierjeugd@cjsm.vlaanderen.be ///// LEIDRAAD ERKENNINGSAANVRAAG Leidraad voor het aanvragen van een erkenning als vereniging

Nadere informatie

Opstellen van een beleidsplan

Opstellen van een beleidsplan Opstellen van een beleidsplan Leer- en deeldag eerstelijnszones Dinsdag 19 maart, Antwerpen Overzicht Waarom beleidsplanning Met wie Proces: wie initieert? Verhouden op maatschappelijke context + gegevens

Nadere informatie

Subsidiereglement ter ondersteuning van cultuurprojecten

Subsidiereglement ter ondersteuning van cultuurprojecten GEMEENTERAAD: 26-06-2015 BEKENDMAKING: 01-07-2015 Subsidiereglement ter ondersteuning van cultuurprojecten Artikel 1. Doel Met deze subsidie wil de stad Sint-Niklaas projecten mogelijk maken of versterken

Nadere informatie

LEIDRAAD ERKENNINGSAANVRAAG

LEIDRAAD ERKENNINGSAANVRAAG Afdeling Jeugd Arenbergstraat 9 1000 Brussel Contactpersoon: Hilde Van Dyck T 02 553 41 42 E-mail: subsidiedossierjeugd@cjsm.vlaanderen.be ///// LEIDRAAD ERKENNINGSAANVRAAG Leidraad voor het aanvragen

Nadere informatie

Algemene bepalingen. Artikel 1: Wat is de doelstelling van het toekennen van deze subsidies?

Algemene bepalingen. Artikel 1: Wat is de doelstelling van het toekennen van deze subsidies? Stedelijk reglement voor de subsidiëring van initiatieven ter bevordering van de maatschappelijke integratie en participatie van personen met een handicap Algemene bepalingen Artikel 1: Wat is de doelstelling

Nadere informatie

Subsidiereglement. 1 maart stad Antwerpen servicepunt verenigingen

Subsidiereglement. 1 maart stad Antwerpen servicepunt verenigingen Subsidiereglement Reglement voor de subsidiëring van initiatieven ter bevordering van de maatschappelijke integratie en participatie van personen met een handicap 1 maart 2014 stad Antwerpen servicepunt

Nadere informatie

Participatieprojecten voor. kansengroepen: cultuur, jeugd & sport. Mei Yves De Backer Lynn Moerenhout

Participatieprojecten voor. kansengroepen: cultuur, jeugd & sport. Mei Yves De Backer Lynn Moerenhout Participatieprojecten voor kansengroepen: cultuur, jeugd & sport Yves De Backer Lynn Moerenhout Departement Cultuur, Jeugd, Sport en Media: afdeling Sociaal-Cultureel Werk Mei 2016 Inhoud Regelgeving Wat

Nadere informatie

CRITERIALIJST VOOR SUBSIDIEAANVRAGEN TER PROMOTIE VAN EEN BREED SPORTAANBOD DOOR EVENEMENTEN MET EEN FOCUS OP PARTICIPATIE EN RECREATIE

CRITERIALIJST VOOR SUBSIDIEAANVRAGEN TER PROMOTIE VAN EEN BREED SPORTAANBOD DOOR EVENEMENTEN MET EEN FOCUS OP PARTICIPATIE EN RECREATIE CRITERIALIJST VOOR SUBSIDIEAANVRAGEN TER PROMOTIE VAN EEN BREED SPORTAANBOD DOOR EVENEMENTEN MET EEN FOCUS OP PARTICIPATIE EN RECREATIE Voor meer informatie kan u steeds terecht bij Vlaamse overheid Agentschap

Nadere informatie

Subsidiereglement ter ondersteuning van activiteiten in het kader van 800 jaar Sint- Niklaas

Subsidiereglement ter ondersteuning van activiteiten in het kader van 800 jaar Sint- Niklaas GEMEENTERAAD: 26-06-2015 BEKENDMAKING: 01-07-2015 Subsidiereglement ter ondersteuning van activiteiten in het kader van 800 jaar Sint- Niklaas Artikel 1. Doel In 1217 werd Sint-Niklaas, voorheen ondergeschikt

Nadere informatie

12 december 2012. Vormingsinstellingen. Infomoment visitatoren

12 december 2012. Vormingsinstellingen. Infomoment visitatoren 12 december 2012 Vormingsinstellingen Infomoment visitatoren Sociaal-culturele vormingsinstellingen Volkshogescholen of Vormingpluscentra Gespecialiseerde vormingsinstellingen Syndicale vormingsinstellingen

Nadere informatie

Financieringsreglement Projectsubsidie Opvoedingsondersteuning

Financieringsreglement Projectsubsidie Opvoedingsondersteuning Financieringsreglement Projectsubsidie Opvoedingsondersteuning Artikel 1 Wat is de doelstelling van een projectsubsidie? De stad Antwerpen kan, onder de voorwaarden bepaald in dit reglement en binnen de

Nadere informatie

Hoofdstuk 2. Voorwaarden voor de specifieke dienstverlening

Hoofdstuk 2. Voorwaarden voor de specifieke dienstverlening 1 Besluit van de Vlaamse Regering van 13 december 2013 (BS 22 januari 2014) houdende de regels voor de toekenning van een projectsubsidie aan pedagogische en taalondersteunende organisaties voor de pedagogische

Nadere informatie

INNOVATIEVE CULTUURPROJECTEN IN HET VOORDEEL VAN KINDEREN EN JONGEREN IN EEN MAATSCHAPPELIJKE KWETSBARE SITUATIE

INNOVATIEVE CULTUURPROJECTEN IN HET VOORDEEL VAN KINDEREN EN JONGEREN IN EEN MAATSCHAPPELIJKE KWETSBARE SITUATIE INNOVATIEVE CULTUURPROJECTEN IN HET VOORDEEL VAN KINDEREN EN JONGEREN IN EEN MAATSCHAPPELIJKE KWETSBARE SITUATIE Artikel 1. - Doel Goedgekeurd door de provincieraad op 25/09/2014 De provincie Antwerpen

Nadere informatie

Subsidiereglement voor ondersteuning van. sportevenementen met een bovenlokale uitstraling, met een recreatief karakter

Subsidiereglement voor ondersteuning van. sportevenementen met een bovenlokale uitstraling, met een recreatief karakter Subsidiereglement voor ondersteuning van sportevenementen met een bovenlokale uitstraling, met een recreatief karakter Artikel 1: Situering Sport Vlaanderen wil zoveel mogelijk mensen aan het sporten krijgen,

Nadere informatie

JEUGD. De provincieraad van Antwerpen,

JEUGD. De provincieraad van Antwerpen, 911 JEUGD Provincieraadsbesluit van 30 april 2014 in verband met de goedkeuring van het subsidiereglement "Bijzondere Bovenlokale Cultuurprojecten door jongeren" De provincieraad van Antwerpen, Gelet op

Nadere informatie

Subsidiereglement Internationale Solidariteit

Subsidiereglement Internationale Solidariteit Subsidiereglement Internationale Solidariteit Artikel 1 Algemeen Het bedrag voorzien in het gemeentelijk budget voor subsidies internationale solidariteit wordt als volgt verdeeld: 1. Werkingstoelage leden

Nadere informatie

Werkingssubsidies voor intergemeentelijke samenwerkingsverbanden. sverbanden in het kader van het decreet bovenlokale cultuurwerking

Werkingssubsidies voor intergemeentelijke samenwerkingsverbanden. sverbanden in het kader van het decreet bovenlokale cultuurwerking Werkingssubsidies voor intergemeentelijke samenwerkingsverbanden sverbanden in het kader van het decreet bovenlokale cultuurwerking Handleiding voor de aanvrager Aanvraagronde 1 oktober 2019 INHOUD 1 Toelichting...

Nadere informatie

Reglement betreffende de erkenning en de subsidiëring van het Nederlandstalig volksontwikkelingswerk in verenigingen

Reglement betreffende de erkenning en de subsidiëring van het Nederlandstalig volksontwikkelingswerk in verenigingen 9e Directie Dienst 91 Kunst en Cultuur Reglement betreffende de erkenning en de subsidiëring van het Nederlandstalig volksontwikkelingswerk in verenigingen HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 Binnen

Nadere informatie