HANDLEIDING GEBRUIK VAN DSI GEGEVENS. Versies. Handtekeningen. Distributie lijst

Transcriptie

1 HANDLEIDING GEBRUIK VAN DSI GEGEVENS Versies Reden voor verandering Versie.rev Herzien door Datum Initieel document 1.0 Departement Omgeving Wijziging 1.1 Departement Omgeving Wijziging 1.2 Departement Omgeving Handtekeningen Auteur Herzien door Goedgekeurd door Verantwoordelijke uitgever Distributie lijst Organisatie Departement Omgeving Naam 1/32

2 Inhoudstafel 1 Inleiding Context: wat is DSI? Welke data is beschikbaar via DSI? Overzicht van de verschillende dossiertypes Overzicht van de mogelijke dossierfasen Overzicht van de mogelijke dossierstukken Overzicht van de mogelijke geodata (bestanden) Overzicht van de mogelijke legendebestanden Overzicht van de mogelijke optionele dossierstukken DSI data gebruiken in een desktop-gis omgeving Gebruik van DSI informatie in QGIS (2.16) Verbinding maken met de DSI WMS/WFS Toevoegen van geodatalagen uit WMS / WFS het toevoegen van een WMS / WFS van een specifiek dossier Navigeren in QGIS (QGIS) Informatie opvragen in QGIS (QGIS) Gebruik van DSI informatie in ArcGIS Verbinding maken met de DSI WMS Toevoegen van geodatalagen uit WMS WMS van een specifiek dossier toevoegen Navigeren in ArcGIS Informatie opvragen in ArcGIS Raadplegen en downloaden van DSI-info Raadplegen DSI-info via GeoPunt Zoeken in catalogus Bekijken, downloaden en metadata van gegevens Raadplegen van DSI-info in het Omgevingsloket Raadplegen van DSI-info via een viewer /32

3 1 INLEIDING Dit document geeft een overzicht van de mogelijkheden voor het raadplegen van gegevens die in het Digitaal uitwisselplatform voor Stedenbouwkundige Informatie (DSI) zitten. Het is de bedoeling om dit document bij te werken naarmate de gebruiksmogelijkheden uitbreiden of wijzigen. 1.1 Context: wat is DSI? Het Departement Omgevingvan de Vlaamse overheid heeft een systeem opgezet voor de uitwisseling van Digitale Stedenbouwkundige Informatie (DSI). Het systeem omvat een infrastructuur voor het samenbrengen van deze gegevens, afkomstig van verschillende overheden, in één authentieke centrale bron en voor het uitwisselen ervan met de verschillende stakeholder en gebruikers. Deze infrastructuur omvat zowel organisatorische als technische componenten. 2 WELKE DATA IS BESCHIKBAAR VIA DSI? Het basisconcept van het DSI-datamodel is georganiseerd rond een Dossier. Een dossier groepeert alle procesfases (dossierfases) van een type dossier dat op het DSI platform wordt aangeleverd. Voor meer details hierover wordt er verwezen naar het DSI richtlijnenboek. Dit is te vinden op de website van Departement Omgeving: In DSI zitten zowel geodata (GIS-gegevens) als dossierstukken (documenten). In dit hoofdstuk volgt een overzicht van alle mogelijke plantypes, dossierfasen, geodata en dossierstukken. 2.1 Overzicht van de verschillende dossiertypes Van volgende plantypes zijn gegevens beschikbaar via DSI: Plandossiers Verordening dossiers DossierType code rubriek Gewestplan GWP 222 Ruimtelijk uitvoeringsplan (gewestelijk) gewrup 212 Ruimtelijk uitvoeringsplan (provinciaal) prorup 213 Ruimtelijk uitvoeringsplan (gemeentelijk) gemrup 214 Algemeen plan van aanleg APA 223 Bijzonder plan van aanleg BPA 224 Onteigeningsplan RO (gewestelijk) gewont 252 Onteigeningsplan RO (provinciaal) proont 252 Onteigeningsplan RO (gemeentelijk) gemont 252 Rooilijnplan RO (gewestelijk) gewroo 241 Rooilijnplan RO (provinciaal) proroo 242 Rooilijnplan RO (gemeentelijk) gemroo 243 Bouwverordening (gewestelijk) gewbvo 231 Bouwverordening (gemeentelijk) gembvo 231 Stedenbouwkundige verordening (gewestelijk) gewsvo 233 Stedenbouwkundige verordening (provinciaal) prosvo 233 Stedenbouwkundige verordening (gemeentelijk) gemsvo 233 Het concept Plan is gegeneraliseerd op basis van het plantype RUP, gezien de gegevens horende bij dit plantype het meest uitgebreid zijn. Het concept Plan is enkel bedoeld voor de ruimtelijk verordenende plannen stricto sensu, zoals RUP, gewestplan, BPA. 3/32

4 De (financiële) instrumenten die voortvloeien uit het plan, zoals planbaten, recht van voorkoop RO, noemen we in deze context planafgeleiden en zijn altijd gekoppeld aan het eigenlijke plan. Deze vormen geen dossier op zich, maar maken deel uit van het dossier met het plan waarvan het is afgeleid. Volgende tabel geeft een overzicht van deze afgeleide types: PlanAfgeleide AfgeleideType code Rubriek plannenregister RPC Dit is de samenvoeging van rubrieken: (mogelijke) 216 (code PBT - planbaten) Plancompensaties 217 (code PSC - planschade) 218 (code KGS - kapitaalschade/gebruikersschade) 219 (code ZPC - zonder plancompensatie) PlanAfgeleide Verordening OVO 220 PlanAfgeleide Verbintenis VBS Overzicht van de mogelijke dossierfasen Van elk plan kunnen gegevens worden bijgehouden voor verschillende dossierfasen. De tabel hierna bevat een overzicht: DossierFase Start Scoping Plenaire Vergadering Voorlopige Vaststelling Definitieve Vaststelling Besluit tot Goedkeuring Natraject 1 Code ST SP PV VV DV BG NA 2.3 Overzicht van de mogelijke dossierstukken De tabel hierna bevat de mogelijke DossierStukken die in DSI kunnen voorkomen. De linkerkolom bevat de codering voor elk DossierStuk. DossierStuk omschrijving Naamgeving (best practice) 2 formaat DossierStuk.BS goedkeuringsbesluit <algplanid>_bs_<dossierfase> pdf DossierStuk.SN startnota <algplanid>_sn_<dossierfase> pdf DossierStuk.PN procesnota <algplanid>_pn_<dossierfase> pdf DossierStuk.VPM verslag participatiemoment <algplanid>_vpm_<dossierfase> pdf DossierStuk.SCN scopingsnota <algplanid>_scn_<dossierfase> pdf DossierStuk.VOV verordeningsvoorschriften <algplanid>_vov_<dossierfase> pdf DossierStuk.VBS verbintenis <algplanid>_vbs_<dossierfase> pdf DossierStuk.SV stedenbouwkundige voorschriften <algplanid>_sv_<dossierfase> pdf DossierStuk.GP bestemmingsplan <algplanid>_gp_<dossierfase> pdf DossierStuk.TN toelichtingsnota <algplanid>_tn_<dossierfase> pdf DossierStuk.TNK kaart bij toelichtingsnota <algplanid>_tnk_<dossierfase> pdf DossierStuk.RPC register plancompensaties <algplanid>_rpc_<dossierfase> pdf DossierStuk.ONT onteigeningsplan (kaart en tabel) <algplanid>_ont_<dossierfase> pdf DossierStuk.ONDMER onderzoek tot MER <algplanid>_ondmer_<dossierfase> pdf 1 Met natraject wordt bedoeld: arresten (schorsing en vernietiging) van de Raad van State en intrekkingen van plannen. 2 De best-practice naamgeving gebeurt volgens principe <algplanid>_<code DossierStuk>_<code DossierFase> 4/32

5 DossierStuk.PLNMER plan-mer <algplanid>_plnmer_<dossierfase> pdf DossierStuk.ONTMER MER-ontheffing <algplanid>_ontmer_<dossierfase> pdf DossierStuk.VR veiligheidsrapport <algplanid>_vr_<dossierfase> pdf DossierStuk.NA documenten natraject 3 <algplanid>_na_<dossierfase> pdf DossierStuk.SC schorsing door deputatie of Vlaamse Regering <algplanid>_sc_<dossierfase> DossierStuk.VL documenten verval 4 <algplanid>_vl_<dossierfase> pdf DossierStuk.AD additionele dossierstukken <algplanid>_ad_<dossierfase> pdf pdf 2.4 Overzicht van de mogelijke geodata (bestanden) geodata omschrijving Naamgeving (best practice) type Plan.CT plancontour <algplanid>_ct_<dossierfase> shp PlanDeelgebied.DG plandeelgebied 5 <algplanid>_dg_<dossierfase> shp PlanElement.GV grondvlakken <algplanid>_gv_<dossierfase> shp PlanElement.OV overdrukken <algplanid>_ov_<dossierfase> shp PlanElement.OVIA indicatieve aanduidingen (overdruk) <algplanid>_ovia_<dossierfase> shp PlanElement.LN lijnelementen <algplanid>_ln_<dossierfase> shp PlanElement.LNIA indicatieve aanduidingen (lijn) <algplanid>_lnia_<dossierfase> shp PlanElement.PT puntelementen <algplanid>_pt_<dossierfase> shp PlanElement.PTIA indicatieve aanduidingen (punt) <algplanid>_ptia_<dossierfase> shp PlanAfgeleide.OVO verordening <algplanid>_ovo_<dossierfase> shp PlanAfgeleide.VBS verbintenis <algplanid>_vbs_<dossierfase> shp PlanAfgeleideElement.RPC register met plancompensaties <algplanid>_rpc_<dossierfase> shp PlanNatraject.NA contour met arrest Raad van State of intrekking <algplanid>_na_<dossierfase> shp PlanSchorsing.SC contour die schorsing aangeeft door deputatie of VR <algplanid>_sc_<dossierfase> shp 2.5 Overzicht van de mogelijke legendebestanden geodata omschrijving Naamgeving voorbeeld (best practice) DossierStuk.SLD_GV legende grondvlakken <algplanid>_gv_sld sld DossierStuk.SLD_OV legende overdrukken < algplanid >_OV_SLD sld DossierStuk.SLD_OVIA legende indicatieve aanduidingen (overdruk) < algplanid >_OVIA_SLD sld DossierStuk.SLD_LN legende lijnelementen < algplanid >_LN_SLD sld DossierStuk.SLD_LNIA legende indicatieve aanduidingen (lijn) < algplanid >_LNIA_SLD sld DossierStuk.SLD_PT legende puntelementen < algplanid >_PT_SLD sld DossierStuk.SLD_PTIA legende indicatieve aanduidingen (punt) < algplanid >_PTIA_SLD sld type 2.6 Overzicht van de mogelijke optionele dossierstukken Het gaat hierbij in essentie om gegeorefereerde of verrasterde plannen. 3 Met natraject wordt bedoeld: arresten (schorsing en vernietiging) van de Raad van State en intrekkingen van plannen. 4 Met verval wordt bedoeld: de brief van Ruimte Vlaanderen naar de provincie/gemeente met de melding dat hun RUP vervallen is. Het uitsturen van deze brief wordt gezien als goede praktijk, maar is niet verplicht volgens de procedure. 5 Geodata van het type PlanDeelgebied (DG) komt in essentie voor bij RUPs die bvb. zonevreemde bedrijven of woningen zoneëigen maken en waarvan dus delen van het RUP verspreid liggen over het grondgebied van de gemeente. 5/32

6 geodata omschrijving Naamgeving voorbeeld (best practice) DossierStuk.GR georaster 6 <algplanid>_gr_<dossierfase> tiff DossierStuk.LB legende <algplanid>_lb_<dossierfase> tiff DossierStuk.GS geoscan 7 <algplanid>_gs_<dossierfase> tiff DossierStuk.LYR layerfile (ArcGIS) <algplanid>_<dossierfase> lyr type 3 DSI DATA GEBRUIKEN IN EEN DESKTOP-GIS OMGEVING Er zijn verschillende manieren waarop de DSI data kan gebruikt worden. In deze handleiding wordt toegelicht hoe de data via de Open GIS Standaarden WMS of WFS web service gebruikt kunnen worden in desktop GIS applicaties QGIS en ArcGIS. Afhankelijk van de noden kan er gekozen worden om één van beide services te gebruiken: WMS Web Map Service: dit is een web service waarbij de data als een afbeelding wordt ingelezen (ongeacht de brondata) en als dusdanig ook behandeld wordt. Informatie over individuele objecten kan geraadpleegd worden. WFS Web Feature Service: dit is een web service die data inleest als vectorgegevens (onder de vorm van GML). De service biedt daarbij de gelegenheid om allerlei GIS-analyse functies te gebruiken zoals inhoudelijke en ruimtelijke bevragingen, selecties op kaart, etc. In tegenstelling tot een WMS, is bij een WFS ook de attributentabel van de gegevens beschikbaar. Let op: Het raadplegen van de DSI gegevens via de WFS doe je via QGIS. ArcGIS heeft deze functionaliteit niet, tenzij de Data Interoperability Extentie beschikbaar is. Een WMS kan zowel in QGIS als in ArcGIS geraadpleegd worden. 3.1 Gebruik van DSI informatie in QGIS (2.16) Verbinding maken met de DSI WMS/WFS In de balk aan de linkerkant van het QGIS scherm kunnen kaartlagen van verschillende formaten ingeladen worden. De DSI data is als WMS en WFS in te laden in QGIS. Onderstaande figuur toont de knop om een WMS (zie figuur links) en WFS (zie figuur rechts) toe te voegen. 6 verrasterd vectorbeeld 7 gegeorefereerd ingescand plan 6/32

7 figuur 1 - Toevoegen van WMS/WFS (QGIS) Voer de volgende stappen uit voor het maken van een nieuwe verbinding naar de DSI WMS / WFS: Klik op de knop WMS / WFS laag toevoegen (zie figuur 1). Een dialoogvenster voor het beheren van de WMS / WFS connecties wordt geopend. Klik op de knop Nieuw voor het toevoegen van een nieuwe connectie (zie figuur 2). Vul de volgende gegevens in: o Naam: DSI WMS (vrij te kiezen) o URL (igv WMS): o URL (igv WFS): o In de overige velden hoeft er niets ingevuld te worden. Klik op OK. De nieuwe connectie wordt bovenaan in de lijst toegevoegd. Kies de nieuwe connectie uit de lijst en klik op Verbinden (zie figuur 3). De lijst met kaartlagen die via deze connectie worden aangeboden, verschijnt in het dialoogvenster. 7/32

8 figuur 2 - Connectie maken met WMS/WFS (QGIS) 8/32

9 figuur 3 - Lagen in de DSI WMS/WFS (QGIS) Toevoegen van geodatalagen uit WMS / WFS Zodra er verbinding is met de WMS of WFS-service verschijnt er een lijst met alle aanwezige kaartlagen. De kolommen Naam, Titel en Abstract (of Beschrijving in het geval van een WMS) geven meer informatie over de inhoud van elke laag. In het geval van een WFS kan er indien gewenst een Filter uitgevoerd worden op de kolom Titel, om een bepaalde laag snel terug te vinden (zie figuur 3). Door een laag aan te duiden en vervolgens op Toevoegen te klikken zal de laag aan het kaartblad toegevoegd worden (zie figuur 3). Let op: zorg ervoor dat het Coordinate Reference System (CRS) bij het inlezen correct is ingesteld. Standaard staat dit (bij WMS) op WGS84, maar indien er wordt gewerkt met een ander CRS (e.g. Belgisch Lambert 72) dient dit nog aangepast te worden: Selecteer de gewenste laag in de lagenlijst Klik onder Ruimtelijk Referentie Systeem op de knop Wijzigen (zie figuur 3). Kies het juiste CRS (voor Vlaanderen is dit ESPG:31370 ) Hierna kan de laag toegevoegd worden aan de kaart in QGIS. De kaartlagen die aangeboden worden in de DSI web services zijn opgesteld zodat elke combinatie van dossiertype, plantype en dossierfase (zie hoofdstuk 2) geraadpleegd kan worden. Daarnaast zijn er ook overkoepelende lagen beschikbaar die alle dossiers per planonderdeel groeperen. Hieronder twee voorbeeld bevragingen: vb1 - het visualiseren van de contouren van alle definitief goedgekeurde verordende gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen Dossiertype = Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan (gewrup) Planonderdeel (geodata) = Plancontour (CT) Dossierfase = Besluit tot Goedkeuring (BG) werkwijze: Voeg de service toe in QGIS: o o WFS: WMS: Kies bij title : Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan BG - plancontour Deze service heeft als naam dsi:lu_gewrup_bg_ct vb2 - het visualiseren van de grondvlakken van alle aanwezige dossiers, ongeacht het dossiertype en de dossierfase Dossiertype = nvt Planonderdeel (geodata) = Plangrondvlak (GV) Dossierfase = nvt werkwijze: Voeg de service toe in QGIS: o o WFS: WMS: Kies bij title : plangrondgrondvlak De service heeft als naam dsi:plangrondvlak 9/32

10 vb3 - het visualiseren van alle contouren in vectorformaat van gemeentelijke RUPs in de fase besluit tot goedkeuring of definitieve vaststelling van de stad Antwerpen werkwijze: Voeg WFS ( toe in QGIS Kies de service met als titel plancontour Plaats een filter op de service. Als je op Filter klikt, verschijnt de mogelijkheid om een query in te voeren. Voer volgende query in: ["algplanid" LIKE 'RUP_11002%' AND ( "procstap" = 'BG' OR "procstap" = 'DV' )] Kies toevoegen Nu verschijnen alle contouren van gemeentelijke RUPs van de stad Antwerpen in de fase besluit tot goedkeuring of definitieve vaststelling. Je kan hetzelfde doen voor bvb. plangrondvlakken, overdrukken enz. en het project in QGIS nadien opslaan. Op die manier heb je steeds de vector-geodata van de goedgekeurde RUPs van een bepaalde gemeente bij de hand. De symbologie van een WMS wordt meegeleverd via de web service en kan dus niet gewijzigd worden. Voor de Gewestelijke Ruimtelijke Uitvoeringsplannen (gewrup) en het Gewestplan (GWP) is een specifieke legende opgesteld. Voor de andere dossiertypes is de legende niet gestandaardiseerd, waardoor er hiervoor een vereenvoudigde algemene symbologie wordt toegepast. In het geval van een WFS kent QGIS een random symbologie toe aan de vector data. Deze kan in QGIS zelf aangepast worden indien gewenst het toevoegen van een WMS / WFS van een specifiek dossier Het is ook mogelijk om enkel de gegevens van een specifiek dossier toe te voegen. Dit kan, voor de vectorgegevens, door het toevoegen van WFS-services met toepassing van een filter. Het nadeel hier is dat voor alle planelementen (grondvlakken, overdrukken enz.) telkens een WFS moet worden toegevoegd (zie voorbeeld in paragraaf 3.1.2). Om een specifiek dossier (bvb. RUP of BPA) integraal toe te voegen, inclusief symbologie, kan gebruik worden gemaakt van de WMS-services. Voorwaarde voor een correcte weergave van de symbologie is wel dat er een SLD-bestand werd toegevoegd aan het DSI-plandossier (door de dossiereigenaar) Opzoeken van het dossier-id van een plan Om het (plan)dossier toe te voegen moet het unieke nummer van het DSI-dossier (i.e. het dossier-id) gekend zijn. Let op: het dossier-id is niet hetzelfde als het algplanid. Het DSI dossier-id kan terug gevonden worden in de laag PlanContour van de algemene WFS ( Connecteer in QGIS naar de algemene WFS (zoals eerder beschreven). Voeg de laag plancontour toe aan de kaart (zie figuur 4). 10/32

11 figuur 4 - Inladen van de plancontour WFS laag (QGIS) Klik met de rechtermuisknop op de laag en kies vervolgens in het menu de optie Open attributentabel (zie figuur 5). figuur 5 - Openen attributentabel van de WFS laag (QGIS) 11/32

12 Indien het algplanid niet gekend is, scroll door de lijst naar het juiste dossier, om het dossierid te vinden. Er kan hierbij bijvoorbeeld ook gesorteerd worden op dossiertype, naam, enz. Indien het algplanid wel gekend is: klik op de query knop (zie figuur 6) om een bevraging op de tabel uit te voeren. Het is ook mogelijk om te zoeken op andere velden zoals dossiertype, naam, enz. figuur 6 - Attributentabel van de WFS laag (QGIS) Voer de gewenste query uit in het linkervenster via het tabblad Expression. De query om een dossier met een specifieke algplanid te selecteren ziet er uit als volgt: algplanid = AAA_00000_000_00000_00000 In de figuur hieronder (zie figuur 7) wordt een voorbeeld gegeven van een dergelijke query. figuur 7 - Query op een algplanid (QGIS) Klik rechtsonder op Selecteren om de contour met het desbetreffende algplanid te selecteren in de attributentabel en op de kaart (zie figuur 8). 12/32

13 figuur 8 - Selectie in de attributentabel op basis van een query (QGIS) Let op: in de tabel zal er na het uitvoeren van de query niet automatisch genavigeerd worden naar de geselecteerde contour. Je kan scrollen totdat je de geselecteerde contour tegenkomt. Het is ook mogelijk om linksonder te klikken op de knop Alle objecten tonen en hier te kiezen voor Geselecteerde objecten weergeven. Dit zal enkel de selectie zichtbaar maken in de tabel. Uit het geselecteerde (of opgezochte) element, horende bij de algplanid, kan het dossierid afgelezen worden uit de tabel. Dit dossierid wordt vervolgens gebruikt om te connecteren naar de WFS/WMS van dit specifieke dossier. Hiervoor wordt opnieuw de procedure gevolgd voor het toevoegen van een WMS/WFS (i.e. knop WFS/WMS inlezen en knop Nieuw kiezen. Zie paragraaf 3.1.1). De connectie-url s met bijhorende connectieparameters zijn in dit geval: Waarbij: Naam: DSI_dossierid (de naam mag bvb. de naam van het betrokken plan zijn) URL WMS: URL WFS: dsi-geoserver.ruimteinfo.be/drodsigeoserverproxy/servicehandler/<dossierid>/<dossierfase>/wfs de parameter <dossierid> vervangen wordt door de effectieve waarde van het dossierid; de parameter <dossierfase> vervangen wordt door de effectieve waarde van de opgezochte fase vb.1 - het toevoegen van een specifiek plan (WFS) in het voorbeeld hierna wordt aangegeven hoe een specifiek plan kan worden gevisualiseerd als WFS-service. Het plan heeft als dossierid DSI_ en zit in dossierfase besluit tot goedkeuring (BG) De WFS wordt geconfigureerd zoals hierna weergegeven. 13/32

14 figuur 9 - WFS verbinding voor een specifiek dossier (QGIS) Klik op OK om de connectie te bewaren. Deze connectie komt nu bij in de lijst te staan en kan gebruikt worden om de gegevens van dit specifieke dossier toe te voegen aan de kaart vb. 2 - het toevoegen van een specifiek dossier (WMS) Het voordeel van het gebruik van WMS is dat indien aan een plandossier een SLD-bestand werd gekoppeld het plan kan worden gevisualiseerd met de bijbehorende legende. Aangezien elk type planelement een eigen voorstelling heeft, dienen alle respectievelijke planelement lagen toegevoegd te worden aan het kaartbeeld om een volledig beeld te verkrijgen.. Het plan heeft als dossierid DSI_ en zit in dossierfase besluit tot goedkeuring (BG) De WMS wordt geconfigureerd zoals hierna opgebouwd. figuur 10 - WMS verbinding voor een specifiek dossier (QGIS) Klik op OK om de connectie te bewaren. Deze connectie komt nu bij in de lijst te staan en kan gebruikt worden om de gegevens van dit specifieke dossier toe te voegen aan de kaart. Om de WMS te visualiseren kies je de benodigde planelementen uit de lijst. o o Voor de grondvlakken: de laag met als naam lu_gemrup_bg_gv Voor de overdrukken: de laag met als naam lu_gemrup_bg_ov 14/32

15 o o o o o Voor de lijnelementen: de laag met als naam lu_gemrup_bg_ln Voor de puntelementen: de laag met als naam lu_gemrup_bg_pt Voor indicatieve aanduidingen van overdrukken: de laag met als naam lu_gemrup_bg_ovia Voor indicatieve aanduidingen van lijnelementen: de laag met als naam lu_gemrup_bg_lnia Voor indicatieve aanduidingen van lijnelementen: de laag met als naam lu_gemrup_bg_ptia Visualiseren van de verschillende planelementen gebeurt als volgt: figuur 11 - toevoegen WMS (QGIS) Connecteer (via verbinden ) met de WMS die zojuist werd geconfigureerd Om bvb. de grondvlakken van het plan (gemrup) op te halen kies je de laag met als naam lu_gemrup_bg_gv Kies de juiste projectie: EPSG:31370 (Belge 1972 / Belgian Lambert 72) 15/32

16 figuur 12 - na toevoeging WMS (QGIS) vb. 3 - het toevoegen van een gegeorefereerd ingescand plan of een verrasterd vectorplan (WMS) Indien aan een plan geen SLD-bestand werd gekoppeld, zou het kunnen dat dit plan in DSI nog beschikbaar is als ingescand gegeorefereerd plan of als verrasterd vectorplan. Het is mogelijk om uit de WMS-services deze plannen op te roepen en te visualiseren in QGIS. Zoek het dossierid van het plan op zoals beschreven in paragraaf De scan of het verrasterd beeld kan ook worden opgezocht op algplanid. Als het dossierid of algplanid bekend is, kan dit worden opgezocht door verbinding te leggen met de WMS: Sorteer na connecteren op kolom titel. Navigeer naar het plan waarvan je inmiddels het dossierid of algplanid kent, bvb. geotiff_bpa_34027_224_00117_00001_gs_bg Let er op dat bij het toevoegen aan het dataframe het projectiesysteem juist staat: EPSG:31370 (Belge 1972 / Belgian Lambert 72). 16/32

17 figuur 13 - na toevoeging WMS (QGIS) Navigeren in QGIS (QGIS) Eenmaal een kaartlaag is toegevoegd aan de kaart, kan er genavigeerd worden door het kaartblad. Dit gebeurt met de navigatie werkbalk bovenaan. Onderstaande figuur geeft de functionaliteiten van deze werkbalk weer (zie figuur 14). figuur 14 - Navigatie functionaliteiten in QGIS (QGIS) 1. Zoom/Pan voor touchscreen 2. Pannen (kaart verschuiven) 3. Pan (verschuif) naar selectie 4. Inzoomen: klikken of rechthoek tekenen. Inzoomen kan ook met muiswiel 5. Uitzoomen: klikken of rechthoek tekenen. Uitzoomen kan ook met muiswiel 6. Zoom naar pixelresolutie - voor rasterbeelden 7. Zoom naar volledige bereik - toon de volledige kaart 8. Zoom naar selectie 9. Op kaartlaag inzoomen: Zoom naar bereik van de actieve laag (zoom to layer) 10. Vorige zoom 11. Volgende zoom 12. Bijwerken (refresh) Informatie opvragen in QGIS (QGIS) Het is mogelijk om informatie op te vragen over de ingeladen kaartlagen (zie figuur 15). Voor een WMS is deze opvraging beperkt tot het ophalen van de attribuutwaarden voor een specifieke locatie (ahv de XY coördinaat van de aangeklikte locatie). Voor een WFS kan de attributentabel van de gehele datalaag geraadpleegd worden en kunnen er selecties en query s gedaan worden op basis van alle aanwezige informatie. 17/32

18 figuur 15 - Bevragingsfunctionaliteiten (QGIS) 1. Objecten identificeren (opvragen van object of locatie informatie voor WMS en WFS). Bij het identificeren verschijnt het resultaat in het venster Identificatieresultaten. Bij een WMS kan alle informatie geraadpleegd worden door het object in dit kader uit te klappen. Vervolgens zal er een tabel met een kolom per attribuut weergegeven worden (zie figuur 16). figuur 16 - Identificatieresultaat WMS (QGIS) Bij een WFS wordt een overzicht getoond van de verschillende attributen en hun bijhorende waarden (zie figuur 17). figuur 17 - Identificatieresultaat WFS (QGIS) 2. Object-actie uitvoeren (niet van toepassing) 3. Objecten selecteren per gebied (enkel voor WFS) 4. Objecten de-selecteren (enkel voor WFS) 5. Selectie door een reguliere expressie (enkel voor WFS): met deze functie kunnen via een query één of meerdere elementen in de WFS geselecteerd worden. Er kan bijvoorbeeld gezocht worden op naam of dossierid. 6. Attributentabel openen van laag (enkel voor WFS) 18/32

19 Uit de attributentabel kan alle informatie gehaald worden die beschikbaar is in de geodata. Naast de vaak gebruikte attributen zoals algplanid, naam en dossierid zijn er ook attributen die verwijzen naar een link: svlink en tnlink. Door deze link in te geven in een webbrowser zal de pdf geopend worden van respectievelijk het SV- (Stedenbouwkundige Voorschiften) of TN- (toelichtingsnota) document. Wanneer deze links regelmatig geraadpleegd moeten kunnen worden vanuit de attributentabel van een bepaalde laag kan hiervoor een actie gedefinieerd worden. Dit kan als volgt (zie figuur 18): 1. Klik met de rechtermuisknop op de laag in het lagenpaneel en kies Eigenschappen 2. Kies het tabblad Acties 3. Selecteer bij Type Open 4. Kies een Naam voor de actie. Deze kan best zodanig gekozen worden zodat de naam de desbetreffende actie benoemt (bv: Open svlink) 5. Geef onderaan bij de dropdown het gewenste attribuut mee waarop de actie moet uitgevoerd worden 6. Klik op Voer veld in 7. In het Actie kader zal de aangemaakt actie vervolgens verschijnen. Klik op Toevoegen aan actielijst om de actie te laten verschijnen in de Actielijst 8. Klik op OK figuur 18 - Aanmaken van actie voor WFS laag (QGIS) Wanneer er nadien in de attributentabel op een cel met de rechtermuisknop wordt geklikt, zal de optie Open svlink verschijnen (zie figuur 19). Door hierop te klikken wordt de svlink van het element waar de cel bij hoort, automatisch geopend in de standaard webbrowser. 19/32

20 figuur 19 - Uitvoeren van actie voor WFS laag (QGIS) Dezelfde procedure kan ook toegepast worden voor bijvoorbeeld tnlink. 3.2 Gebruik van DSI informatie in ArcGIS Verbinding maken met de DSI WMS In ArcGIS wordt standaard enkel het gebruik van WMS ondersteund. Voor het gebruik van WFS services moet gebruik worden gemaakt van een data-interoperability licentie. Voor het raadplegen van een WMS service ga je als volgt te werk: 1. Open het catalog venster. 2. Dubbelklik op Add WMS Server. Dit opent een dialoogvenster (zie figuur 20). figuur 20 - Toevoegen van een WMS (ArcGIS) 3. Vul de volgende connectieparameters in: URL: De overige velden hoeven niet te worden ingevuld 4. Klik op Ok om de link toe te voegen aan het Catalog venster (zie figuur 21). 20/32

21 figuur 21 - Verbinding maken met een WMS (ArcGIS) Toevoegen van geodatalagen uit WMS Nadat de verbinding met de WMS tot stand is gekomen zal deze zichtbaar worden in de Catalog (zie figuur 22). Van hieruit kunnen alle beschikbare lagen geraadpleegd worden. 21/32

22 figuur 22 - WMS lagen (ArcGIS) Selecteer de gewenste laag en sleep deze naar het kaartblad om de laag aan het kaartblad toe te voegen WMS van een specifiek dossier toevoegen Het is ook mogelijk om de WMS van een specifiek dossier toe te voegen. Hiervoor moet het dossierid gekend zijn (let op: het dossierid is niet dezelfde code als de algplanid). Indien het dossierid niet gekend is, zal deze moeten opgezocht worden. Dit kan via de WFS met een ander GIS programma zoals QGIS (zie paragraaf 3.1.3) of indien de locatie gekend is, via een identificatie in de contourenlaag uit de WMS van het respectievelijke dossiertype. Dit laatste gebeurt als volgt: 1. Voeg de WMS van de contourenlaag van het gewenste dossiertype toe aan de kaart (zie paragraaf 3.1.2). 2. Navigeer naar de locatie van het dossier (zie paragraaf 3.2.4). 3. Identificeer de contour (zie paragraaf 3.2.5). 4. Lees het dossierid af uit het resultaat van de identificatie. Als het dossierid gekend is, moet er een nieuwe connectie gemaakt worden met de volgende connectieparameters: URL WMS: waarbij: de parameter dossierid vervangen wordt door de effectieve waarde van het dossierid; de parameter dossierfase vervangen wordt door de effectieve waarde van de opgezochte fase. Hieronder wordt een voorbeeld gegeven (zie figuur 23). 22/32

23 figuur 23 - WMS verbinding van een specifiek dossier (ArcGIS) Klik op OK om alle lagen van het dossier in te lezen Navigeren in ArcGIS Eénmaal een kaartlaag is ingeladen, kan er genavigeerd worden door het kaartblad. Dit gebeurt met de navigatie werkbalk bovenaan. Onderstaande figuur (zie figuur 24) geeft de functionaliteiten van deze werkbalk weer. figuur 24 - Navigatie (ArcGIS) 1. Inzoomen: rechthoek tekenen. Inzoomen kan ook met muiswiel 2. Uitzoomen: rechthoek tekenen. Uitzoomen kan ook met muiswiel 3. Pannen (kaart verschuiven) 4. Zoom naar volledige bereik toon de volledige kaart 5. Fixed zoom in: zoom in naar het centrum van de kaart 6. Fixed zoom out: zoom uit het centrum van de kaart 7. Terug naar vorige zoom 8. Terug naar volgende zoom Informatie opvragen in ArcGIS Het is ook mogelijk om informatie op te vragen over de ingeladen kaartlagen. Voor een WMS is deze opvraging beperkt tot het extraheren van bepaalde waarden voor een specifieke locatie. Dit gebeurt door het i icoontje te selecteren en vervolgens te klikken op de kaart op de plaats waar informatie over moet opgehaald worden. Bij het identificeren zal het resultaat verschijnen in het Identify venster (zie figuur 25). 23/32

24 figuur 25 - Identificatieresultaat WMS (ArcGIS) 24/32

25 4 RAADPLEGEN EN DOWNLOADEN VAN DSI-INFO Planinformatie kan ook worden geraadpleegd via GeoPunt de RO-Viewer. Wellicht zullen deze gegevens in een latere fase ook raadpleegbaar worden in andere toepassingen. Naast GIS-info is het ook mogelijk om de dossierstukken te downloaden die bij de plannen hoort. 4.1 Raadplegen DSI-info via GeoPunt Planinformatie uit DSI kan op verschillende manieren benaderd worden via GeoPunt ( Zoeken in catalogus Een ruimtelijk verordenend plan kan worden opgezocht via de catalogus van GeoPunt. Zie ook gebruikershandleiding voor gebruik van GeoPunt figuur - 26 GeoPunt 25/32

26 figuur 27 - GeoPunt - opzoeken BPA dossiers Het resultaat zijn meerdere datasets waarvan er enkele overbodig zijn. Om dit te voorkomen kan de zoekopdracht specifieker worden gemaakt met door bvb. de NIS-code van de gemeente er aan toe te voegen met een sterretje als achtervoegsel. Bvb. BPA_24009* om alle BPA s van gemeente Bertem op te zoeken. Het is ook mogelijk om op naam te zoeken van een bepaald plan Bekijken, downloaden en metadata van gegevens Als voorbeeld wordt gewerkt met het gemeentelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan Klein Boom in Putte. Zoekopdracht in GeoPunt Catalogus is RUP Klein Boom. figuur 28 - GeoPunt - opzoeken gegevens Naast de samenvattende informatie kan meer detailinfo worden opgevraagd. Dit kan d.m.v. de 3 volgende opties: Bekijk op kaart, Download en Metadata. 26/32

27 Bekijk op kaart figuur 29 - bekijk op kaart Hierdoor wordt het RUP getoond in Geopunt. Door op de kaart te klikken verschijnt meer informatie over de aangeklikte locatie. figuur 30 - opvragen info op kaart Info over stedenbouwkundige voorschriften kan worden bekeken via svlink. De toelichtingsnota kan worden geraadpleegd via tnlink. De voorschriften kunnen worden opgevraagd voor alle planelementen (grondvlakken, overdrukken, lijnelementen, indicatieve aanduidingen, ). Voorwaarde is wel dat van het plan in kwestie de planelementen ook zijn opgeladen Download Via de download-knop kunnen geodata en dossierstukken van een plan worden opgehaald. 27/32

28 Bij het kiezen van de optie Download verschijnt onderaan het scherm het venster om uw gegevens te openen of op te slaan figuur 31 - downloaden planinformatie uit GeoPunt Afhankelijk van de gegevens die werden opgeladen kan ook gebruik worden gemaakt van bijgeleverde legendebestanden om het plan in een desktop-gis te visualiseren Metadata Hier zit alle info over bvb. contactgegevens, eigenaar / beheerder, verwijzing naar wms en wfs-services, objectencatalogus enz. Hier kan ook nagegaan worden of de vectorgegevens van het plan gebaseerd zijn op de oorspronkelijke ondergrond waarop het plan werd goedgekeurd of niet (zgn. herinterpretatie). 4.2 Raadplegen van DSI-info in het Omgevingsloket Via het omgevingsloket / omgevingscheck ( kan worden genavigeerd naar een adres of perceel en daar de planinformatie worden opgevraagd (enkel mogelijk na ingave van een dossier in het omgevingsloket). Info van ruimtelijk verordenende plannen die in DSI werd opgeladen en gepubliceerd stroomt automatisch door naar het omgevingsloket. Figuur 32 - selectie van een perceel via omgevingscheck Als na selectie van een perceel wordt geklikt op omgevingscheck uitvoeren verschijnt alle beschikbare planinformatie voor dit perceel. 28/32

29 figuur 33 - na omgevingscheck Om informatie over ruimtelijk verordenende plannen te krijgen moet aan de rechterkant het tabblad Ruimtelijke Planning worden gekozen. figuur 34 - na omgevingscheck - info BPA Binnen het tabblad Ruimtelijke planning kan bvb. worden gekozen voor info over het BPA dat gevonden werd op de gekozen locatie. Er verschijnt algemene info over het BPA. Als de planelementen werden opgeladen in DSI verschijnt er ook een overzicht van alle bestemmingen die van toepassing zijn op dit perceel (in het voorbeeld zijn het er vrij veel omdat het over een erg groot perceel gaat). Per bestemming wordt aangegeven voor hoeveel % er overlap is met het perceel. Er is ook een link naar het voorschrift. 29/32

30 4.3 Raadplegen van DSI-info via een viewer Ruimtelijk verordenende plannen die in DSI zitten kunnen ook via de publieksviewer van Departement Omgeving worden geraadpleegd. Ga naar Er kan worden gezocht op locatie Gewestelijke plannen kunnen worden bevraagd tot op het niveau van de voorschriften Bijbehorende documenten kunnen worden gedownload Via de knoppen snel van start en help&faq kan een handleiding worden geraadpleegd en worden alle mogelijkheden van de viewer toegelicht. figuur 36 - viewer - basisscherm Er kan in de toepassing worden gezocht op een specifieke locatie (adres, perceel of aanduiding op kaart). figuur 37 - viewer - zoeken op adres Nadien kunnen de details worden opgevraagd van een plan op de gekozen locatie. 30/32

31 figuur 38 - viewer - details plan ophalen Er opent zich een nieuw venster met de details van - in dit geval - het gewestplan. Nu kunnen bvb. de gewestplan-voorschriften worden bekeken voor de betrokken locatie. figuur 39 - viewer - raadplegen details plan Via de knop Documenten in het resultaatsvenster verschijnt tevens een overzicht van alle beschikbare documenten voor het bevraagde plan op een specifieke locatie zoals bvb. het goedkeuringsbesluit of de toelichtingsnota van een RUP. De documenten kunnen worden gedownload. Via de Identify-knop kan ook basisinformatie worden opgevraagd zonder eerst een specifieke locatie te bepalen. 31/32

32 figuur 40 - viewer - identify 32/32