Het resocialisatiebeginsel in internationaal perspectief
|
|
- Dirk Kuiper
- 5 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 HOOFDSTUK 1 Het resocialisatiebeginsel in internationaal perspectief 1.1 Inleiding Resocialisatie is een veelgebruikt en zeker ook een veelzijdig begrip. Internationaalrechtelijk zijn er zowel bindende als niet-bindende instrumenten die uitdrukking geven aan het resocialisatiebeginsel in al zijn facetten. De instrumenten en regelgeving zullen allereerst in paragraaf 1.2 kort worden uiteengezet. Vervolgens zal in paragraaf 1.3 relevante jurisprudentie worden besproken waarmee invulling wordt gegeven aan de regelgeving. In paragraaf 1.4 zullen de heersende visies uit de internationale literatuur aan bod komen. 1.2 Regelgeving De Verenigde Naties De Standard Minimum rules (Mandela rules) De Verenigde Naties hebben in 1955 de Standard Minimum Rules for the Treatment of Prisoners (hierna: de SMR) opgesteld. 12 Tot die tijd bestond er geen regelgeving die specifiek betrekking had op gedetineerden. Met de SMR is beoogd de behandeling van gedetineerden en de organisatie van gevangenissen te stroomlijnen door het vastleggen van algemeen geaccepteerde beginselen en ervaringsregels. 13 Op 15 december 2015 is de herziene versie van de SMR unaniem aangenomen door de Algemene Vergadering van de VN onder de naam de Nelson Mandela Rules 14 (hierna: de Mandela Rules). Regel 4 In regel 4 van de Mandela Rules wordt in algemene zin aandacht besteed aan het doel van straffen en aan de resocialisatie. De vrijheidsbenemende 12 Standard Minimum Rules for the Treatment of Prisoners at Geneva in SMR, preliminary observation htps:// standards-on-the-treatment-of-prisoners-enhanced-for-the-21st-century.html. 5
2 Resocialisatie van gedetineerden straf moet in het teken staan van de re-integratie van de gedetineerde in de samenleving zodat hij de wet kan gehoorzamen en zichzelf kan onderhouden. 15 In lid 2 van regel 4 wordt een opsomming gegeven van programma s, activiteiten en services die detentiecentra en betrokken instanties zouden moeten ( should ) aanbieden aan gedetineerden om re-integratie te bevorderen. Het kan daarbij gaan om het aanbieden van onderwijs, loopbaan oriëntatie, arbeidsmogelijkheden en andere vormen van (beschikbare en passende) hulp zoals educatieve, morele, spirituele, sociale, gezondheids- en sport-gerelateerde programma s, zolang deze de individuele behandeling van gedetineerden ten goede komen. 16 Regel 4 wordt verder ingevuld door de daaropvolgende regels 58, 63 en 64. Deze regels gelden voor alle personen die van hun vrijheid zijn beroofd, dus ook voor diegenen in voorarrest. 17 In regel 58 is een onderdeel van de resocialisatie vervat, namelijk het recht op communicatie met de familie en vrienden op regelmatige basis. Voorts moet ernaar worden gestreefd gedetineerden in een detentiecentrum te plaatsen dat het dichtst bij hun huis of de verblijfplaats van hun familie is gelegen. Ook het bijhouden van (belangrijk) nieuws en kranten is vastgelegd in de Mandela Rules: gedetineerden moeten op de hoogte blijven van de ontwikkelingen in de wereld. 18 Aannemelijk is dat deze regel met het oog op de resocialisatie is opgesteld. Ook moet elke gedetineerde worden aangemoedigd gebruik te maken van de bibliotheek met daarin zowel recreatieve als non-recreatieve boeken. 19 Naast regel 4 zijn er in het tweede deel van de Mandela Rules, die enkel gelden voor gevangenen die al zijn veroordeeld, nadere regels opgesteld ten aanzien van de resocialisatie. 20 In guiding principle wordt de resocialisatie expliciet genoemd: de behandeling van gedetineerden moet gericht zijn op hun terugkeer in de maatschappij. De wil om de wet te gehoorzamen en zichzelf te kunnen onderhouden zijn speerpunten van de behandeling: de behandeling zou het zelfrespect van de gedetineerden moeten aanwakkeren en hun verantwoordelijkheidsgevoel moeten ontwikkelen. 22 Om dit te bereiken wordt in regel 92 opgesomd welke programma s, activiteiten en services daarbij een rol kunnen spelen. Deze 15 Regel 4 van de MR, onder Regel 4 van de MR, onder Preliminairy observation 3 onder 1 van de MR. 18 Regel 63 van de MR. 19 Regel 64 van de MR. 20 Regel 87 e.v. van de MR. 21 Regel 88 van de MR. 22 Regel 91 van de MR. 6
3 HET RESOCIALISATIEBEGINSEL IN INTERNATIONAAL PERSPECTIEF opsomming lijkt op de voornoemde opsomming van regel 4 lid 2. Er is nog aan toegevoegd dat er moet worden gekeken naar de individuele behoeften van de gedetineerde en dat daarbij sociale, criminologe en psychologische factoren in aanmerking moeten worden genomen. Van deze informatie moet een persoonlijk dossier worden aangemaakt dat beschikbaar is voor het detentiepersoneel. 23 Regel 90 schrijft voor om ook ná de detentie begeleiding aan te bieden in het kader van de social rehabilitation. Hierbij zou bijvoorbeeld kunnen worden gedacht aan begeleiding door de reclassering. Soft law Ondanks dat de Mandela Rules vaak worden aangehaald in internationale en nationale uitspraken 24 betreffen de regels soft law. Zij zijn derhalve als zodanig niet bindend. 25 De Mandela Rules zijn echter van groot belang bij de interpretatie van internationale mensenrechteninstrumenten zoals de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens (UVRM), het IVBPR en het Verdrag tegen foltering en andere wrede, onmenselijke en onterende behandeling of bestraffing. 26 Het Internationale Verdrag voor Burgerrechten en Politieke Rechten (IVBPR) Het Internationale Verdrag voor Burgerrechten en Politieke Rechten (IVBPR, ook wel BUPO-verdrag genoemd) is op initiatief van de VN ontstaan. Het is aangenomen door de Algemene Vergadering op 16 december 1966 en op 11 maart 1979 in werking getreden in Nederland 27. Het IVBPR is bindend voor de lidstaten. 28 In dit onderzoek zijn met name de artikelen 7 en 10 van het IVBPR interessant. Artikel 7 IVBPR In artikel 7 IVBPR is het folterverbod neergelegd. Het artikel is opgesteld met het doel de waardigheid en de fysieke en mentale integriteit van het individu te beschermen. 29 De staat moet zich daarbij onthouden van foltering en ervoor zorgen middels wetgeving en andere middelen dat 23 Regel 92 van de MR. 24 Abels, p Abels, p Van Zyl Smith and Snacken, Principles of European Prison Law and Policy, p Trb. 1978, Artikel 2 IVBPR. 29 VN Mensenrechtencomité, General Comment No. 20(7), article 7, 10 maart 1992, par. 2 7
4 Resocialisatie van gedetineerden het individu ook daadwerkelijk wordt beschermd. Het bevat derhalve een negatieve verplichting voor de lidstaten. Het verbod kent geen uitzonderingen of beperkingen. Het is derhalve een absoluut recht. 30 Nadere invullingen worden noch door het Verdrag, noch door de Commissie gegeven. Bij het beoordelen of er sprake is van een verbodssituatie volgens art. 7 IVBPR moet worden gekeken naar de aard, het doel en de ernst van de behandeling. 31 Het hoeft hierbij niet te gaan om fysieke pijn, het kan ook gaan om mentaal lijden. 32 In de general comment wordt in verschillende paragrafen de nadruk gelegd op het belang van bescherming van individu tijdens de detentiesituatie. 33 Het is dan ook van belang dat de Staat zich voldoende inspant om het individu te blijven beschermen tijdens de detentie. Artikel 10 IVBPR Artikel 10 IVBPR is van belang omdat dit artikel specifiek ziet op de detentiesituatie. In lid 1 van artikel 10 IVBPR is vervat dat diegenen die beroofd zijn van hun vrijheid moeten worden behandeld op een menswaardige manier. De lidstaten hebben de positieve verplichting om te zorgen voor deze menswaardige en humane behandeling. Het artikel is hiermee een aanvulling op artikel 7 IVBPR. Daarnaast genieten gedetineerden alle in het Verdrag vervatte rechten, behalve rechten waarbij een beperking onvermijdelijk is gezien het karakter van de vrijheidsbeneming. 34 In lid 3 van artikel 10 IVBPR wordt aandacht besteed aan de resocialisatie van gedetineerden, immers wordt voorgeschreven dat de inrichting van de detentie gericht dient te zijn op their reformation and social rehabilitation. Het penitentiair systeem van de lidstaten dient niet (enkel) gericht te zijn op vergelding, maar zal ook voor een belangrijk deel de reformation and social rehabilitation van de gedetineerde moeten nastreven. De invulling van de weinig gespecificeerde begrippen reformation and social rehabilitation is aan de lidstaten zelf, zij worden daarin vrijgelaten. Van belang is wel dat de in artikel 10 lid 1 IVBPR omschreven humane behandeling en respect voor de menselijke waardigheid essentiële 30 VN Mensenrechtencomité, General Comment No. 20(7), article 7, 10 maart 1992, par VN Mensenrechtencomité, General Comment No. 20(7), article 7, 10 maart 1992, par VN Mensenrechtencomité, General Comment No. 20(7), article 7, 10 maart 1992, par Inter alia, paragraaf 6, 7, 10, VN Mensenrechtencomité, General Comment No. 21(44), article 10, 13 maart 1992, par. 3. 8
5 HET RESOCIALISATIEBEGINSEL IN INTERNATIONAAL PERSPECTIEF onderdelen zijn van een succesvolle social rehabilitation. 35 Hieruit blijkt ook de samenhang tussen een humane en menswaardige behandeling en de resocialisatie. Het VN Mensenrechtencomité (HRC) Toezicht op het IVBPR geschiedt middels het VN Mensenrechtencomité (Human Rights Committee) waarin afgevaardigden van de lidstaten plaatsnemen. 36 De lidstaten hebben de verplichting verslag uit te brengen aan het comité over de nationale uitvoering van het verdrag. 37, 38 Het comité bekijkt de ingekomen rapporten en stelt vervolgens een concluding opinion op, waarin eventuele verbeterpunten en aanbevelingen worden benoemd. Deze concluding opinion wordt aan de lidstaat aangeboden. 39 Naast de toezichthoudende taak van het comité stelt het comité eveneens de zogeheten General comments op, waarin zij de verdragsbepalingen interpreteert en uitlegt. Daarnaast heeft het comité de bevoegdheid om haar oordeel uit te brengen over eventuele schendingen van het verdrag. 40 Individuen kunnen met hun klacht naar het comité stappen. 41 Het comité bestudeert de zaak en brengt haar overwegingen uit aan de lidstaat en aan de klager. 42 Het Subcomité ter Preventie van Foltering (SPT) In navolging van het Verdrag tegen foltering en andere wrede, onmenselijke en onterende behandeling of bestraffing (CAT), 43 dat in 1987 in werking trad, is op 22 juni 2006 het Facultatieve Protocol bij het Folteringsverdrag in werking getreden. 44 Het doel van het Facultatieve Procotol is het voorkomen van foltering en onmenselijke behandelingen van gedetineerden door 35 M. Nowak, U.N. Convenant on Civil and Political Rights CCPR Commentary, Kehl am Rein: Engel Publisher 2005, p. 253 en Artikel 28 IVBPR. 37 Artikel 40 lid 1 IVBPR. 38 Zie ook de General Comment No. 21(44), article 10 van het comité van 13 maart 1992, par. 10/11, waarin het comité de lidstaten verzoek om informatie te geven omtrent de nationale resocialisatiemaatregelen die er genomen worden en de structuur van het nationale penitentiaire systeem. Hier wordt later dieper op ingegaan. 39 Artikel 40 lid 2-5 IVBPR. 40 Facultatieve protocol bij het IVBPR, preambule. 41 Facultatieve protocol bij het IVBPR, artikel Facultatieve protocol bij het IVBPR, artikel 5 lid Verdrag tegen foltering en andere wrede, onmenselijke en onterende behandeling of bestraffing, New York, 10 december 1984, GA Res 39/46 van 10 december 1984, 39 UN GAOR Supp (No 51) 197, UN Doc A/39/51 (1984). 44 Optional Protocol to the Convention against Torture and other Cruel, Inhuman or Degrading Treatment or Punishment, Adopted on 18 December 2002 at the fifty-seventh session of the General Assembly of the United Nations by resolution A/ RES/57/199, entered into force on 22 June 2006 (OPCAT). 9
6 Resocialisatie van gedetineerden een nieuw beschermingsmechanisme te introduceren: 45 het Subcomité ter preventie van foltering en andere wrede, onmenselijke of onterende behandeling of bestraffing 46 (hierna: het Subcomité). Het Subcomité brengt bezoeken aan detentiecentra in de lidstaten en brengt naar aanleiding van het bezoek aanbevelingen uit aan de desbetreffende lidstaat. Daarnaast is in het Facultatieve Protocol opgenomen dat de lidstaten één of meer onafhankelijke nationale preventiemechanismen moeten oprichten ter voorkoming van foltering op nationaal niveau. 47 Het Subcomité kan de lidstaten adviseren en assisteren bij de oprichting van het nationale preventiemechanisme en contact daarmee onderhouden. 48 In Nederland is in 2011 aan de verplichting voldaan door het aanwijzen van enkele instanties die het Nationaal Preventie Mechanisme (NPM) vormen De Raad van Europa Het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) De lidstaten van de na de Tweede Wereldoorlog opgerichte Raad van Europa, die het beschermen van mensenrechten hoog in het vaandel had staan, stelden in 1950 het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (hierna: EVRM) op, in navolging van de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens van de Verenigde Naties Het resocialisatiebeginsel kent geen expliciete codificatie in het EVRM. Desondanks zijn de artikelen 3, 5 en 8 EVRM van belang bij de bespreking van het resocialisatiebeginsel. Echter, het verdrag ziet niet specifiek op de detentiesituatie en pas na het bekende Golder-arrest 52 53, 54 werd de inherent limitations -leer verworpen. 45 Facultatieve protocol bij het Folteringsverdrag (OPCAT), preambule. 46 Facultatieve protocol bij het Folteringsverdrag (OPCAT), artikel Facultatieve protocol, artikel Facultatieve protocol, artikel 11 sub b onder i-iii. 49 Inspectie voor Veiligheid en Justitie, 50 Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (Convention for the Protection of Human Rights and Fundamental Freedoms) 4 november 1950 CETS Van Zyl Smith and Snacken, p EHRM Golder tegen het Verenigd Koninkrijk, par Tot vóór de Golder-zaak goldt de inherent-limitations doctrine. De inherentlimitations doctrine gaat ervanuit dat de vrijheidsbeneming automatisch tot gevolg heeft dat bepaalde rechten worden beperkt. Gedetineerden genoten daardoor geen bescherming onder het EVRM. Het Golder-arrest heeft ervoor gezorgd dat alle in het EVRM vervatte rechten net zo goed van toepassing zijn op gedetineerden. Er mogen derhalve alleen restricties op komen als er voldaan wordt aan de beperkingsclausules die eveneens gelden bij personen die niet van hun vrijheid zijn beroofd. 54 Van Zyl Smith and Snacken, p
7 HET RESOCIALISATIEBEGINSEL IN INTERNATIONAAL PERSPECTIEF Golder Klager Golder werd tijdens zijn detentie verboden te corresponderen met zijn raadsman. Het Hof concludeerde dat er sprake was van een schending van artikel 8 EVRM. Er werd immers niet voldaan aan de strikte beperkingsclausule van artikel 8 lid 2 EVRM en ruimte voor inherente beperkingen op het beginsel werd door het Hof niet erkend. Hierdoor heeft het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (hierna: EHRM) vooral pas in de laatste vijftien tot twintig jaar interessante uitspraken omtrent de detentiesituatie gewezen. Doordat er bij de toetsing van de detentieomstandigheden aansluiting kan worden gezocht bij de reeds bestaande artikelen van het EVRM heeft zich een verbetering van de rechten van gedetineerden voorgedaan. 55 Artikel 3 EVRM Artikel 3 van het EVRM behelst het verbod op foltering en onmenselijke behandeling en is vergelijkbaar met artikel 7 IVBPR. Artikel 3 EVRM bepaalt: No one shall be subjected to torture or to inhuman or degrading treatment or punishment. Het EHRM heeft al in 1978 bepaald dat de detentiesituatie onder bepaalde omstandigheden een schending van artikel 3 EVRM kan opleveren. 56 Uit meer recente jurisprudentie is af te leiden dat artikel 3 EVRM ook geschonden kan zijn wanneer er geen mogelijkheid tot rehabilitation is geweest voor gedetineerden, in het bijzonder voor levenslang gestraften. 57 Artikel 5 EVRM Ook artikel 5 van het EVRM is van belang bij de bespreking van het resocialisatiebegrip. In het bijzonder gaat het om lid 1 sub a, waarin is vervat: Everyone has the right to liberty and security of person. No one shall be deprived of his liberty save in the following cases and in accordance with a procedure prescribed by law: (a) the lawful detention of a person after conviction by a competent court. 55 Abels, p EHRM Campbell en Fell tegen Verenigd Koninkrijk. 57 EHRM Murray tegen Nederland, par , EHRM Vinter e.a. tegen het Verenigd Koninkrijk, par. 112, Zie ook paragraaf
8 Resocialisatie van gedetineerden In het licht van het resocialisatiebeginsel kan van een schending van artikel 5 EVRM worden gesproken wanneer er sprake is van een` willekeurige detentie. 58 Er is niet alleen sprake van willekeur wanneer de nationale wettelijke regels bij de vrijheidsbeneming niet zijn nageleefd, maar ook wanneer elk verband ontbreekt tussen de reden voor de detentie en de omstandigheden waaronder de detentie feitelijk plaatsvindt. 59 Hierbij kan worden gedacht aan de situatie waarin een persoon wordt vastgehouden ter bescherming van de maatschappij omdat hij gevaarlijk wordt geacht, maar er vervolgens geen (resocialisatie)programma s worden ingezet om het gedrag van de gedetineerde te verbeteren en zijn veiligheidsrisico voor de samenleving in te perken. 60 Artikel 8 EVRM Artikel 8 van het EVRM behelst het recht op respect voor privéleven en familie, het huisrecht en het correspondentierecht. Beperking van voornoemde rechten door de overheid kan rechtmatig zijn, indien deze beperking bij wet is voorzien, noodzakelijk is in een democratische samenleving en in het belang van één van de in artikel 8 lid 2 EVRM genoemde doelstellingen. 61 Het recht op familieleven bevat volgens het EHRM het recht voor ouders en kinderen om elkaar te zien en om contact met elkaar te onderhouden. 62 Dit contact tijdens de detentie is essentieel voor de resocialisatie van gedetineerden. 63, 64 Daarbij zijn bezoeken het meest doeltreffend voor het rehabilitatie-proces. 65 De staat heeft de positieve verplichting om dit contact mogelijk te maken S. Meijer, De opmars en evolutie van het resocialisatiebegrip, DD 2015/65, p S. Meijer, p Een voorbeeld is de zaak bij het Europees Hof van James Wells en Lee tegen het Verenigd Koninkrijk. Zij zouden een risico vormen maar tegelijkertijd werd dat risico tijdens de detentie niet getracht te verminderen door bijvoorbeeld het aanbieden van resocialisatieprogramma s. Zie hierover ook par Artikel 8 lid 2 EVRM. 62 EHRM McMichael tegen Verenigd Koninkrijk, par Het concept van de drie W s (wonen, werk, wijf) is hierbij van belang. Dit concept, waarbij ervan wordt uitgegaan dat de aanwezigheid bij een ex-gedetineerde van de drie W s hem of haar zal weerhouden van criminele activiteiten is al een lange tijd geaccepteerd bij de reclassering en in de criminologie. E. Kolthoff, Basisboek criminologie, Den Haag: Boom Lemma uitgevers 2011, p M. Boone, Selective rehabilitation, in: M. Boone en Martin Morings (eds.), Dutch Prisons, Boom Juridische uitgevers, Den Haag 2007, p Van Zyl Smit en Snacken, p EHRM Hokkanen tegen Finland, par
9 HET RESOCIALISATIEBEGINSEL IN INTERNATIONAAL PERSPECTIEF De Europese Gevangenisregels 2006 Om de toepassing van de SMR te bevorderen op Europees niveau 67 werden door de Raad van Europa in 1973 de European Standard Minimum Rules 68 (ESMR) aangenomen. De ESMR zijn herzien in en dragen sindsdien de naam European Prison Rules (EPR). In 2006 heeft er opnieuw een herziening plaatsgevonden, waarbij de jurisprudentie van het EHRM en de visies van het Europees Comité voor de Preventie van Foltering en Onmenselijke of Vernederende Behandeling of Bestraffing (CPT) in acht zijn genomen. 70 Gezien het feit dat het EHRM regelmatig verwijst naar de EPR in zijn uitspraken genieten de EPR op deze manier enigszins de status van bindende regelgeving de EPR zijn op zichzelf niet bindend. 71 Regelgeving Regel 6 van de European Prison Rules stelt dat de detentie zo veel mogelijk in het teken moet staan van de re-integratie in de maatschappij. Regel van de EPR voegt daaraan toe dat het detentieregime zo moet worden ingericht dat het de gedetineerde de mogelijkheid geeft een verantwoordelijk en criminaliteit-vrij leven te leiden. Ook moet het destructieve karakter van de gevangenisstraf zo veel mogelijk worden beperkt. 72 In regel EPR is vervolgens vervat dat een persoonlijk detentieplan moet worden opgesteld met het oog op de resocialisatie. De gedetineerden moeten daarbij worden aangemoedigd te helpen bij het opstellen van dit plan, 73 waarbij factoren als werk, onderwijs en de voorbereiding op de terugkeer in de samenleving moeten worden meegenomen, alsmede sociale werkzaamheden en geneeskundige behandelingen. Hierbij verdient het detentieplan van langgestraften en levenslang gestraften extra aandacht Abels, p Resolutie (73) 5 voor de Standard Minimum Rules for the Treatment of Prisoners. 69 Raad van Europa, Recommendation (87)3, on the European Prison Rules, adopted by the Committee of Ministers on 12 february 1987 at the 404th meeting of the Ministes Deputies. 70 Abels, p. 86, Van Zyl Smith en Snacken, p G. De Jonge, De Europese gevangenisregels zijn vernieuwd. De rechtskracht ervan blijft echter gering, Tijdschrift Sancties, afl. 6, 2006, p Recommendation (2003)23 van de Committee of Ministers to Member States on the Management by Prison Administrations of Life sentences and other long term Prisoners, adopted by the committee of ministers on 24 september 2003, par. 2, European Prison Rules regel Europese Gevangenisregels, regel Europese Gevangenisregels, regel
10 Resocialisatie van gedetineerden De detentiecentra moeten voorts werk 75 en educatie 76 aanbieden en de gedetineerden ook aanmoedigen daaraan deel te nemen. Ook moeten er ruim vóór de invrijheidsstelling resocialisatieprogramma s worden aangeboden die de overgang van het gevangenisleven naar het leven in de maatschappij vergemakkelijken. Hierbij kan worden gedacht aan programma s die zien op voorwaardelijke invrijheidsstelling of het verlenen van verlof Het Europees Comité (CPT) Het Europees Comité voor de Preventie van Foltering en Onmenselijke of Vernederende Behandeling of Bestraffing (CPT) is het Europese 78 equivalent van het hiervoor besproken Subcomité van de Verenigde Naties. De Raad van Europa heeft het comité opgericht middels het Europese Verdrag voor de Preventie van Foltering en Onmenselijke of Vernederende Behandeling of Bestraffing. 79, 80 Het comité onderzoekt aan de hand van bezoeken aan plaatsen waar mensen van hun vrijheid zijn beroofd hun detentiesituatie. Het comité heeft daarbij onbeperkt toegang tot dergelijke plaatsen zoals detentiecentra, politiebureaus, psychiatrische ziekenhuizen en jeugdinstellingen. 81 Er wordt vervolgens een rapport opgesteld waarna het comité kan overleggen met de lidstaat om zo aanbevelingen te doen voor verbeteringen van de bescherming van de personen die van hun vrijheid zijn beroofd. 82 Wanneer een lidstaat niet wil meewerken aan het overleg kan het comité een openbare verklaring afleggen over de lidstaat. 83 Ook stelt het comité jaarlijks een General Report op over de onderzoeken die het verricht heeft in het afgelopen jaar. Meestal bevatten de 75 Europese Gevangenisregels, regel Europese Gevangenisregels, regel en Europese Gevangenisregels, regel In de zin van: Raad van Europa. 79 Europese Verdrag voor de Preventie van Foltering en Onmenselijke of Vernederende Behandeling of Bestraffing, 26 november 1987 CETS 126. In werking op 1 februari Ten aanzien van de oprichting van het comité: zie artikel 1 van het Europese Verdrag voor de Preventie van Foltering en Onmenselijke of Vernederende Behandeling of Bestraffing. 81 Europees Verdrag voor de Preventie van Foltering en Onmenselijke of Vernederende Behandeling of Bestraffing, artikel 2, zie ook: 82 Europees Verdrag voor de Preventie van Foltering en Onmenselijke of Vernederende Behandeling of Bestraffing artikel 10 lid Europees Verdrag voor de Preventie van Foltering en Onmenselijke of Vernederende Behandeling of Bestraffing artikel 10 lid 2. 14
11 HET RESOCIALISATIEBEGINSEL IN INTERNATIONAAL PERSPECTIEF rapporten ook opmerkingen over aanbevolen werkwijzen met betrekking tot detentiefaciliteiten, alsmede omschrijvingen van volgens het comité onacceptabele praktijken. Deze praktijken zouden dan blijk geven van of uitgroeien tot foltering of een inhumaan of mensonterende behandeling. 84 Het comité heeft eigen standaarden opgesteld, gebaseerd op de praktijk, die zien op de behandeling van gedetineerden en de inrichting van detentiecentra. 85 Deze standaarden hebben niet de status van juridische uitspraken en zijn constant in ontwikkeling Rechtspraak Het VN Mensenrechtencomité (HRC) In verschillende zaken bij het VN Mensenrechtencomité zijn artikel 7 en artikel 10 van het IVBPR aan bod gekomen. Mogelijkheid van vervroegde invrijheidsstelling In de zaak bij het comité van klagers Blessington en Elliot heeft Australië artikel 10 lid 3 van het verdrag geschonden. 87 Artikel 10 lid 3 IVBPR vereist dat het penitentiaire systeem grotendeels gericht moet zijn op reformatie en sociale rehabilitatie maar klagers hebben een levenslange straf opgelegd gekregen zonder dat een vervroegde invrijheidsstelling een reële mogelijkheid is. 88, 89 Opvallend in deze zaak is dat de twee (minderjarige) klagers volop gebruik konden maken van penitentiaire programma s gericht op persoonlijke ontwikkeling en re-integratie. 90 Ondanks dat er in de zaken van klagers een hoge drempel voor vrijlating bestaat, is de behandeling van de gedetineerden nog steeds grotendeels gericht op hun reformatie en rehabilitatie, zo stelt Australië Van Zyl Smit en Snacken, p CPT Standards, Substantive sections of the CPT s General Reports, CPT/Inf/E (2002) 1 - Rev (Engelstalige versie), te raadplegen via: en/documents/eng-standards.pdf. 86 Van Zyl Smit en Snacken, p VN Mensenrechtencomité, communication nr. 1968/2010 (Blessington and Elliot/ Australia), 22 oktober VN Mensenrechtencomité, communication nr. 1968/2010 (Blessington and Elliot/ Australia), par Klagers komen pas na een lange periode in detentie in aanmerking voor het aanvragen van voorwaardelijke invrijheidsstelling en er zijn zeer strikte voorwaarden aan verbonden. 90 VN Mensenrechtencomité, communication nr. 1968/2010 (Blessington and Elliot/ Australia), par VN Mensenrechtencomité, communication nr. 1968/2010 (Blessington and Elliot/ 15
Het Comité in het kort
Het Comité in het kort Europees Comité voor de Preventie van Foltering en Onmenselijke of Vernederende Behandeling of Bestraffing (CPT) Voorkoming van mishandeling van personen beroofd van hun vrijheid
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 Aanhangsel van de Handelingen Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden 1336 Vragen van het lid
Nadere informatieAan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG
1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj
Nadere informatieHof van Cassatie van België
24 JUNI 2014 P.14.0929.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.14.0929.N F A H, veroordeelde tot een vrijheidsstraf, eiser, met als raadsman mr. Jürgen Millen, advocaat bij de balie te Tongeren. I.
Nadere informatieFUNDAMENTELE MENSENRECHTEN VAN BUITENLANDSE GEDETINEERDEN (FNPs)
FUNDAMENTELE MENSENRECHTEN VAN BUITENLANDSE GEDETINEERDEN (FNPs) Informatie 1. Het recht op informatie bij aanhouding en bij aanvang van de detentie, of onmiddellijk daarna, in een taal die hij begrijpt
Nadere informatieAan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG
1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj
Nadere informatieHierbij gaat voor de delegaties de gederubriceerde versie van bovengenoemd document.
DERUBRICERING van document: d.d.: 17 november 2003 nieuwe status: Betreft: 14707/03 /EU RESTRICTED Publiek Aanbeveling voor een besluit van de Raad om de Commissie te machtigen om namens de Europese Gemeenschap
Nadere informatieJaarverslag Jaarbeeld van het Nederlandse Nationaal Preventie Mechanisme
Jaarbeeld van het Nederlandse Nationaal Preventie Mechanisme Inhou 1 Thema s in toezicht 3 Spanning tussen beveiliging en hanteren van vrijheden 3 Terugdringen vrijheidsbeperking in de zorg 4 Plaatsingen
Nadere informatieVERZOEKSCHRIFT TOT VRIJLATING (Artikels 71 e.v. van de Wet van 15 december 1980)
VERZOEKSCHRIFT TOT VRIJLATING (Artikels 71 e.v. van de Wet van 15 december 1980) Aan Mevrouw/Mijnheer de Voorzitter van de Raadkamer van de Correctionele Rechtbank te Brussel Justitiepaleis Poelaertplein
Nadere informatieECLI:NL:RBAMS:2017:5462
ECLI:NL:RBAMS:2017:5462 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 01-08-2017 Datum publicatie 01-08-2017 Zaaknummer 13/751411-17 RK-nummer: 17/4077 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie
Nadere informatieAdviesorgaan van de Nationale Commissie voor de Rechten van het Kind
Adviesorgaan van de Nationale Commissie voor de Rechten van het Kind Advies over de vrijheidsberoving van kinderen in België naar aanleiding van de publicatie van het Belgische staatsrapport in kader van
Nadere informatieBIJLAGEN. bij de MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. Een nieuw EU-kader voor het versterken van de rechtsstaat
EUROPESE COMMISSIE Straatsburg, 11.3.2014 COM(2014) 158 final ANNEXES 1 to 2 BIJLAGEN bij de MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD Een nieuw EU-kader voor het versterken van
Nadere informatieQ&A s Levenslange gevangenisstraf (vragen en antwoorden)
Q&A s Levenslange gevangenisstraf (vragen en antwoorden) 1. Hoeveel levenslanggestraften zijn er nu in NL? Op dit moment zijn er 33 mensen onherroepelijk veroordeeld tot levenslang. Dat betekent dat zij
Nadere informatieEUROPESE COMMISSIE TEGEN RACISME EN INTOLERANTIE
CRI(97)36 Version néerlandaise Dutch version EUROPESE COMMISSIE TEGEN RACISME EN INTOLERANTIE TWEEDE ALGEMENE BELEIDSAANBEVELING VAN DE ECRI: SPECIALE ORGANEN OP NATIONAAL NIVEAU GERICHT OP DE BESTRIJDING
Nadere informatiegezien de richtsnoeren van de Verenigde Naties voor de bescherming van van hun vrijheid
P5_TA(2004)0142 Rechten van gedetineerden in de Europese Unie Aanbeveling van het Europees Parlement aan de Raad betreffende de rechten van gedetineerden in de Europese Unie (2003/2188(INI)) Het Europees
Nadere informatieAan de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie Postbus EH Den Haag
Parkstraat 83 Den Haag Correspondentie: Postbus 30137 2500 GC Den Haag Telefoon (070) 361 93 00 www.rsj.nl info@rsj.nl Aan de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie Postbus 20301 2500 EH Den Haag
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 Aanhangsel van de Handelingen Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden 832 Vragen van het lid
Nadere informatieDirectoraat-Generaal Preventie, Jeugd en Sancties
ϕ1 Ministerie van Justitie Directoraat-Generaal Preventie, Jeugd en Sancties Directie Sanctie- en Preventiebeleid Postadres: Postbus 20301, 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Nadere informatiejurisprudentiële fundamenten meer dan veertig jaar geleden zijn gelegd 2, bevestigd en versterkt.
Discussienota van het Hof van Justitie van de Europese Unie over bepaalde aspecten van de toetreding van de Europese Unie tot het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele
Nadere informatieGeachte medeparticipanten in het NPM-netwerk,
Aan de organisaties betrokken bij het Nationaal Preventief Mechanisme Datum : 10 november 2014 Contactpersoon : drs. A.J. van Bommel Doorkiesnummer : 070-3619352 E-mail : a.j.van.bommel@minvenj.nl Ons
Nadere informatieToezicht op menswaardige behandeling van gedetineerden in Europa
Toezicht op menswaardige behandeling van gedetineerden in Europa Toezicht op menswaardige behandeling van gedetineerden in Europa Een onderzoek naar de verhouding tussen het EHRM en het CPT bij de effectuering
Nadere informatieCommissies van toezicht bij de justitiële inrichtingen. Kader voor het maatschappelijk toezicht op de tenuitvoerlegging van straffen en maatregelen
Commissies van toezicht bij de justitiële inrichtingen Kader voor het maatschappelijk toezicht op de tenuitvoerlegging van straffen en maatregelen Aangeboden aan de commissies van toezicht op 22 december
Nadere informatieRespect voor de fundamentele rechten van transgender personen
www.philodroit.be Respect voor de fundamentele rechten van transgender personen Isabelle Rorive professor aan de Faculteit rechten voorzitster van het Centre Perelman Université libre de Bruxelles www.philodroit.be
Nadere informatieVRIJHEDEN EN VRIJHEIDSBENEMING. Mensenrechten van gedetineerden
VRIJHEDEN EN VRIJHEIDSBENEMING Mensenrechten van gedetineerden E. BREMS, S. SOTTIAUX, P. VANDEN HEEDE en W. VANDENHOLE (EDS.) intersentia Antwerpen - Oxford INHOUDSOPGAVE WOORD VOORAF AFKORTINGEN v ix
Nadere informatieBijlage bij het rapport Fase I Studie Kwetsbare personen met specifieke opvangnoden. Synthese van de voornaamste vaststellingen.
Bijlage II Juridische analyse Bijlage bij het rapport Fase I Studie Kwetsbare personen met specifieke opvangnoden. Synthese van de voornaamste vaststellingen. Dienst Studie en Beleid Directie Beleidsondersteuning
Nadere informatieResolutie van het Europees Parlement van 15 december 2011 over de detentieomstandigheden in de EU (2011/2897(RSP))
P7_TA-PROV(0)0585 Detentieomstandigheden in de EU Resolutie van het Europees Parlement van 5 december 0 over de detentieomstandigheden in de EU (0/897(RSP)) Het Europees Parlement, gezien de instrumenten
Nadere informatieEERBIEDIGING VAN DE GRONDRECHTEN IN DE UNIE
EERBIEDIGING VAN DE GRONDRECHTEN IN DE UNIE De rechtsgrondslag voor de grondrechten op EU-niveau is lange tijd voornamelijk gelegen geweest in de verwijzing in de Verdragen naar het Europees Verdrag tot
Nadere informatieVoorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 21.12.2011 COM(2011) 911 definitief 2011/0447 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD inzake de verklaring van aanvaarding door de lidstaten, in het belang van de Europese
Nadere informatieTRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1990 Nr. 96
81 (1980) Nr. 2 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 1990 Nr. 96 A. TITEL Verdrag inzake de burgerrechtelijke aspecten van internationale ontvoering van kinderen; 's-gravenhage, 25
Nadere informatieHof van Cassatie van België
12 AUGUSTUS 2015 P.15.1158.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.15.1158.N Y M, verzoekster tot voorlopige invrijheidstelling, gedetineerd, eiseres, met als raadsman mr. Joris Van Cauter, advocaat
Nadere informatieBijlagen. Commissie Vooronderzoek naar Geweld in de Jeugdzorg
Bijlagen Commissie Vooronderzoek naar Geweld in de Jeugdzorg Bijlagen Commissie Vooronderzoek naar Geweld in de Jeugdzorg 17 mei 2016 Inhoudsopgave 1 Inleiding 7 2 Met geweld opvoeden 11 3 Vooronderzoek
Nadere informatieAnalyse EHRM 9 juli 2013, Vinter e.a. v. het Verenigd Koninkrijk. Feiten
Analyse EHRM 9 juli 2013, Vinter e.a. v. het Verenigd Koninkrijk Feiten De klagers in deze zaak (Vinter, Bamber en Moore) zijn in resp. 2008, 1986 en 1996 veroordeeld tot levenslange gevangenisstraf wegens
Nadere informatieArt. 1 van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens
MENSENRECHTENBELEID Alle mensen worden vrij en gelijk in waardigheid en rechten geboren. Zij zijn begiftigd met verstand en geweten, en behoren zich jegens elkander in een geest van broederschap te gedragen.
Nadere informatieECLI:NL:RBDHA:2016:15083
ECLI:NL:RBDHA:2016:15083 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 09-12-2016 Datum publicatie 13-12-2016 Zaaknummer AWB 16/27150 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht
Nadere informatieHet VN Verdrag inzake de Rechten van Personen met een handicap FOD Sociale Zekerheid Vereniging voor de Verenigde Naties 4 december 2013
Implementing the UNCRPD Het VN Verdrag inzake de Rechten van Personen met een handicap FOD Sociale Zekerheid Vereniging voor de Verenigde Naties 4 december 2013 Wat is het VN-Verdrag? UNCRPD = United Nations
Nadere informatieTRACTATENBLAD VAN HET
72 (2009) Nr. 2 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2010 Nr. 96 A. TITEL Aanvullend Protocol bij het Europees Handvest inzake lokale autonomie betreffende het recht op participatie
Nadere informatieHet VN-Verdrag inzake de Rechten van het Kind
Het VN-Verdrag inzake de Rechten van het Kind Tessa Dopheide* 1 Inleiding Het VN-Verdrag inzake de Rechten van het Kind (IVRK) is sinds twee jaar meerderjarig. Het is een volwassen verdrag, dat bovendien
Nadere informatieDE LEVENSLANGE GEVANGENISSTRAF IN HET LICHT VAN ARTIKEL 3 EVRM SONJA MEIJER, UNIVERSITAIR DOCENT STRAF(PROCES)RECHT
DE LEVENSLANGE GEVANGENISSTRAF IN HET LICHT VAN ARTIKEL 3 EVRM SONJA MEIJER, UNIVERSITAIR DOCENT STRAF(PROCES)RECHT DISCUSSIE OVER DE LEVENSLANGE GEVANGENISSTRAF 2 Faculteit der Rechtsgeleerdheid DE WET
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 494 Wijziging van de Wet op de jeugdzorg in verband met het opnemen van een grondslag voor het nemen van beperkende maatregelen of controlemaatregelen
Nadere informatieVoorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 21.12.2011 COM(2011) 915 definitief 2011/0450 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD inzake de verklaring van aanvaarding door de lidstaten, in het belang van de Europese
Nadere informatieInternering: POSITIENOTA
Internering: POSITIENOTA 19 december 2016 1 Krachtens artikel 14 van het Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap "waarborgen de Staten die Partij zijn, dat personen met een handicap op
Nadere informatieDatum Gemeentelijke opvang illegalen 1 juli 2014 Ons kenmerk 2014/0162/LK/LvdH/IS
Zijne Excellentie mr. F. Teeven Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie Postbus 20301 2500 EX DEN HAAG Onderwerp Datum Gemeentelijke opvang illegalen 1 juli 2014 Ons kenmerk 2014/0162/LK/LvdH/IS Zeer
Nadere informatieGezondheidszorgvisie DJI DJI
Gezondheidszorgvisie DJI DJI 2 / G E Z O N D H E I D S Z O R G V I S I E D J I Inleiding In het rapport Van Dinter (1995) [1] en het rapport Zorg achter tralies (augustus 1999) [2], zijn indertijd diverse
Nadere informatieThe Impact of the ECHR on Private International Law: An Analysis of Strasbourg and Selected National Case Law L.R. Kiestra
The Impact of the ECHR on Private International Law: An Analysis of Strasbourg and Selected National Case Law L.R. Kiestra Samenvatting Dit onderzoek heeft als onderwerp de invloed van het Europees Verdrag
Nadere informatieVoorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 17.9.2018 COM(2018) 642 final 2018/0333 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het standpunt dat namens de Europese Unie moet worden ingenomen in het Europees
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 30 010 Gedetineerdenbegeleiding buitenland Nr. 21 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Nadere informatieIsolatie in penitentiaire inrichtingen
Isolatie in penitentiaire inrichtingen Door: Hatice Selçuk (ANR 268120) Scriptie in de strafrechtswetenschappen te verdedigen tegenover de Examencommissie van de Faculteit der Rechtsgeleerdheid van Tilburg
Nadere informatieDetentie genormeerd a a
Detentie genormeerd a Detentie genormeerd Een onderzoek naar de betekenis van het CPT voor de inrichting van vrijheidsbeneming in Nederland J. de Lange ISBN: 978-90-5850-378-7 Tweede druk, september 2008
Nadere informatieEuropese Hof voor de Rechten van de Mens. Vragen en Antwoorden
Europese Hof voor de Rechten van de Mens Vragen en Antwoorden Vragen en Antwoorden WAT IS HET EUROPESE HOF VOOR DE RECHTEN VAN DE MENS? Deze vragen en antwoorden zijn opgesteld door de griffie van het
Nadere informatieINHOUD. Inleiding... 1. 1. Totstandkoming van het Verdrag... 3. 2. Doorwerking van de rechten van het IVRPH... 5
INHOUD Inleiding.............................................................. 1 1. Totstandkoming van het Verdrag..................................... 3 2. Doorwerking van de rechten van het IVRPH..........................
Nadere informatievanstate /1/V2. Datum uitspraak: 27 juli 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK
Raad vanstate 201104354/1/V2. Datum uitspraak: 27 juli 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:
Nadere informatieADVIES Voorstel Besluiten zorg en dwang, verplichte ggz en forensische zorg
ADVIES Voorstel Besluiten zorg en dwang, verplichte ggz en forensische zorg aan de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de Minister van Rechtsbescherming naar aanleiding van de internetconsultatie
Nadere informatieAls iemand lijdt, een isoleercel? Isolatie in vreemdelingendetentie Schadelijk en onnodig
Als iemand lijdt, moet hij dan naar een isoleercel? Isolatie in vreemdelingendetentie Schadelijk en onnodig maart 2015 Dit rapport is een uitgave van de Werkgroep Gezondheid en Zorg in Vreemdelingendetentie.
Nadere informatieY.A.J.M. van Kuijck, waarnemend algemeen voorzitter
Aan de Minister van Justitie Postbus 20301 2500 EH Den Haag datum : 13 februari 2006 kenmerk : CR35/1035453/06/AvdH/TvV betreft : advies over het onderwijs in de p.i.-en Mijnheer de minister, Bij de toezichtbezoeken
Nadere informatieToezegging AO migratie en Sociale zekerheid d.d.12 oktober 2006
De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Telefoon (070) 333 44 44 Fax (070) 333 40 33
Nadere informatieEUROPEES PARLEMENT. Recht en Criminaliteit in cyberspace
EUROPEES PARLEMENT TIJDELIJKE COMMISSIE ECHELON-INTERCEPTIESYSTEEM SECRETARIAAT MEDEDELING TEN BEHOEVE VAN DE LEDEN De leden treffen als aanhangsel een document aan met de titel Recht en Criminaliteit
Nadere informatieNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING
DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Goedkeuring en machtiging tot ondertekening van het Wijzigingsprotocol tot modernisering van het Verdrag
Nadere informatieTRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2004 Nr. 15. Europees Sociaal Handvest, met Bijlage; Turijn, 18 oktober 1961
35 (1961) Nr. 6 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2004 Nr. 15 A. TITEL B. TEKST Europees Sociaal Handvest, met Bijlage; Turijn, 18 oktober 1961 De tekst van het Handvest is geplaatst
Nadere informatieRaad van de Europese Unie Brussel, 18 augustus 2016 (OR. en)
Raad van de Europese Unie Brussel, 18 augustus 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0248 (NLE) 11723/16 TRANS 324 VOORSTEL van: ingekomen: 17 augustus 2016 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer
Nadere informatieingevolge artikel 12 Politiewet 2012 het OM is belast met het gezag over politie
Afstemmingsprotocol Openbaar Ministerie Inspectie Justitie en Veiligheid 1. Doel Dit protocol is opgesteld ten behoeve van de samenwerking tussen het Openbaar Ministerie (hierna: OM) en de Inspectie Justitie
Nadere informatieDatum van inontvangstneming : 18/10/2016
Datum van inontvangstneming : 18/10/2016 Vertaling C-496/16-1 Zaak C-496/16 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 16 september 2016 Verwijzende rechter: Hanseatisches Oberlandesgericht
Nadere informatieNederlandse instrumenten van internationale rechtshulp in strafzaken
Nederlandse instrumenten van internationale rechtshulp in strafzaken in verdragen, resoluties, aanbevelingen, wetten, richtlijnen en circulaires 2e bijgewerkte en herziene druk verzameld en ingeleid door
Nadere informatieDual Use Recast Herziening Verordening 428/2009 MILAN GODIN
Dual Use Recast Herziening Verordening 428/2009 MILAN GODIN COM/2016/0616 final - 2016/0295 (COD) Rol DCSG Coördinatie Belgisch Standpunt Vertegenwoordiging in Raadswerkgroep Rol Vlaamse ondernemingen
Nadere informatie9317/17 pro/gra/sl 1 D 2A
Raad van de Europese Unie Brussel, 19 mei 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0190 (CNS) 9317/17 JUSTCIV 113 NOTA van: aan: het voorzitterschap nr. vorig doc.: WK 5263/17 Nr. Comdoc.: 10767/16
Nadere informatieFaculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2009-10
Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2009-10 Vergelijkende studie van de interne rechtspositie van geplaatste minderjarigen met die van volwassen gedetineerden Masterproef van de
Nadere informatie32635 Strategie van Nederlands buitenlandbeleid. Brief van de minister van Buitenlandse Zaken
32635 Strategie van Nederlands buitenlandbeleid Nr. 5 Brief van de minister van Buitenlandse Zaken Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 26 april 2012 Mede namens de Staatssecretaris
Nadere informatieAan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag
1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj
Nadere informatieRichtsnoeren voor het beleid van de EU ten aanzien van derde landen inzake de doodstraf
Richtsnoeren voor het beleid van de EU ten aanzien van derde landen inzake de doodstraf I. IEIDING i) De Verenigde Naties hebben de aanwending van de doodstraf aan strenge voorwaarden onderworpen, onder
Nadere informatieWERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING. Begeleidend document bij het
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 8.6.2011 SEC(2011) 687 definitief WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING Begeleidend document bij het Voorstel voor een RICHTLIJN
Nadere informatieForce-Feeding of Prisoners and Detainees on Hunger Strike
Force-Feeding of Prisoners and Detainees on Hunger Strike Right to Self-Determination versus Right to Intervention Mr. dr. Pauline Jacobs Refereeravond Johannes Wier Stichting Amersfoort, donderdag 14
Nadere informatieHierbij gaat voor de delegaties de gederubriceerde versie van bovengenoemd document.
Raad van de Europese Unie Brussel, 10 juni 2015 (OR. en) 10817/10 DCL 1 DERUBRICERING van document: d.d.: 8 juni 2010 nieuwe status: Betreft: ST 10817/10 Publiek FREMP 27 JAI 523 COHOM 153 COSCE 17 Besluit
Nadere informatieAan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG
1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den H aag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG T urfmarkt 147 2 5 11 DP Den H aag P ostbus 20301 2 5 00 EH Den
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 33 826 Mensenrechten in Nederland Nr. 18 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Nadere informatie9337/16 rts/pau/as 1 DG D 2A
Raad van de Europese Unie Brussel, 27 mei 2016 (OR. en) 9337/16 NOTA I/A-PUNT van: aan: de Groep e-recht (e-justitie) EJUSTICE 86 JUSTCIV 130 DROIPEN 97 JAIEX 51 het Comité van permanente vertegenwoordigers
Nadere informatieRAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 14 januari 2008 (21.01) (OR. en) 5213/08 COPEN 4
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 14 januari 2008 (21.01) (OR. en) 5213/08 COPEN 4 INITIATIEF van: de Sloveense, de Franse, de Tsjechische, de Zweedse, de Slowaakse, de Britse en de Duitse delegatie d.d.:
Nadere informatieJuridische toelichting voor vrijstelling wegens buitenlands afstandsonderwijs
Juridische toelichting voor vrijstelling wegens buitenlands afstandsonderwijs Door Drs. P.J. van Zuidam * Lelystad, 30 september 2009 De Leerplichtwet geeft de mogelijkheid kinderen van de plicht tot inschrijving
Nadere informatieTRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1995 Nr. 273
53 (1995) Nr. 1 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 1995 Nr. 273 A. TITEL Protocol tussen het Koninkrijk der Nederlanden, voor de Nederlandse Antillen, en de Verenigde Staten van
Nadere informatieDatum 24 oktober 2016 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over de uitlevering van verdachten aan Rwanda
1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj
Nadere informatieDatum van inontvangstneming : 25/07/2014
Datum van inontvangstneming : 25/07/2014 Vertaling C-304/14-1 Datum van indiening: 24 juni 2014 Verwijzende rechter: Zaak C-304/14 Verzoek om een prejudiciële beslissing Upper Tribunal (Immigration and
Nadere informatieADVIES. Conceptwetsvoorstel wijziging regelingen inzake detentiefasering en voorwaardelijke invrijheidstelling
ADVIES Conceptwetsvoorstel wijziging regelingen inzake detentiefasering en voorwaardelijke invrijheidstelling aan de Minister voor Rechtsbescherming naar aanleiding van het verzoek daartoe bij brief d.d.
Nadere informatieEUROPEES VERDRAG VOOR DE RECHTEN VAN DE MENS
EUROPEES VERDRAG VOOR DE RECHTEN VAN DE MENS Onze rechten, onze vrijheden T-shirts met 15 cruciale artikelen Onze rechten, onze vrijheden Mensenrechten zijn van iedereen: van elke man, elke vrouw, elk
Nadere informatieKwetsbare minderheidsgroep
IND-werkinstructie nr. 2013/14 (AUA) Openbaar/ Extern Aan Directeur klantdirectie Asiel c.c. DDMB Van Hoofddirecteur IND Datum 26 juni 2013 Geldig vanaf 26 juni 2013 Geldig tot Onderwerp Vindplaats Bijlage(n)
Nadere informatieInleiding. 1 Strafrecht
Inleiding 1 Strafrecht Plaats van het strafrecht Het strafrecht is, net als bijvoorbeeld het staatsrecht en het bestuursrecht, onderdeel van het publiekrecht. Het publiekrecht regelt de betrekkingen tussen
Nadere informatieAFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:
Raad vanstate 201108965/1 /VI. Datum uitspraak: 20 september 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep
Nadere informatieHierbij gaat voor de delegaties de gederubriceerde versie van bovengenoemd document.
Raad van de Europese Unie Brussel, 29 oktober 2018 (OR. en) 7223/04 DCL 1 JUSTCIV 42 DERUBRICERING van document: 7223/04 d.d.: 11 maart 2004 nieuwe status: Betreft: Publiek Ontwerp-aanbeveling voor een
Nadere informatie13585/17 WST/sht/bb DGD 2
Raad van de Europese Unie Brussel, 29 november 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0149 (E) 13585/17 JUSTCIV 249 SM 7 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESLUIT VAN DE RAAD
Nadere informatieInhoud Aflevering 10-2 oktober 2015 - Jaargang 16
Redactie: prof. mr. J.H. Gerards (hoofdredacteur) mr. dr. M. den Heijer mr. dr. J. Krommendijk mr. dr. C. Mak mr. F.P. Ölçer mr. dr. J. van der Velde 185* 186* 187* Inhoud Aflevering 10-2 oktober 2015
Nadere informatieVan gunsten naar rechten voor leerlingen met beperkingen. Het VN-Verdrag over de rechten van personen met een handicap en onderwijs
Van gunsten naar rechten voor leerlingen met beperkingen Het VN-Verdrag over de rechten van personen met een handicap en onderwijs Feiten New York 13 december 2006 Verdrag + Optioneel Protocol (rechtsbescherming)
Nadere informatiebetreft: [klager] datum: 31 augustus 2016
nummer: 16/1660/GV (tussenbeslissing) betreft: [klager] datum: 31 augustus 2016 De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van
Nadere informatieRICHTSNOEREN VOOR EEN EU-BELEID TEN AANZIEN VAN DERDE LANDEN INZAKE FOLTERING EN ANDERE WREDE, ONMENSELIJKE OF ONTERENDE BEHANDELING OF BESTRAFFING
RICHTSNOEREN VOOR EEN EU-BELEID TEN AANZIEN VAN DERDE LANDEN INZAKE FOLTERING EN ANDERE WREDE, ONMENSELIJKE OF ONTERENDE BEHANDELING OF BESTRAFFING (Bijwerking) DOEL Het doel van deze richtsnoeren is de
Nadere informatieTOELICHTING EN ACHTERGRONDEN BIJ DE TOETSINGSCRITERIA VOOR CVT S GEVANGENISWEZEN
TOELICHTING EN ACHTERGRONDEN BIJ DE TOETSINGSCRITERIA VOOR CVT S GEVANGENISWEZEN oktober 2014 1 2 Inleiding Deze notitie is een handreiking aan de commissies van toezicht (CvT s) bij het uitvoeren van
Nadere informatieDe rechten van de mens
A 342286 Paul Morren De rechten van de mens Vereniging voor de Verenigde Naties Brussel ÖQÏÏM -Apeldoorn Inhoud Voorwoord Mare Bossuyt 9 Deel I: De rechten van de mens: waarover gaat het? 13 1. Het concept
Nadere informatieAFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:
Raad vanstate 201109405/1 /V4. Datum uitspraak: 20 september 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep
Nadere informatieSUPPORTED BY THE RIGHTS, EQUALITY AND CITIZENSHIP (REC) PROGRAMME OF THE EUROPEAN UNION
SUPPORTED BY THE RIGHTS, EQUALITY AND CITIZENSHIP (REC) PROGRAMME OF THE EUROPEAN UNION WIE IS EEN KIND? Ieder mens onder de leeftijd van 18 jaar (tenzij meerderjarigheid eerder wordt bereikt) VN Verdrag
Nadere informatieEuropean Prison Rules Stand van zaken in de Belgische gevangenissen
European Prison Rules Stand van zaken in de Belgische gevangenissen De FARAPEJ organiseert op 4 en 5 november 2016 een colloquium in Parijs met het volgende thema: Europese gevangenisregels, een hefboom
Nadere informatieVerslag van het seminar Uitdagingen bij de uitvoering van het Facultatief Protocol bij het VN-Verdrag tegen Foltering in Nederland
Verslag van het seminar Uitdagingen bij de uitvoering van het Facultatief Protocol bij het VN-Verdrag tegen Foltering in Nederland Op dinsdag 26 mei organiseerden het College voor de Rechten van de Mens
Nadere informatieEVRM, minderjarigheid en ouderlijk gezag
EVRM, minderjarigheid en ouderlijk gezag 'A whole code of juvenile law' M.L.C.C. de Bruijn-Lückers W.EJ. Tjeenk Willink Zwolle Inhoudsopgave Lijst van afkortingen xiü Inleiding 1 Algemeen deel Hoofdstuk
Nadere informatie9 Europese regelgevende agentschappen
9 Europese regelgevende agentschappen Bij de uitvoering van Europese regelgeving spelen in toenemende mate Europese regelgevende agentschappen een belangrijke rol. Het gaat daarbij om organen die los staan
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 30 010 Gedetineerdenbegeleiding buitenland Nr. 39 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Nadere informatie