Luxemburg, 25 mei 2011 B BRUSSEL

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Luxemburg, 25 mei 2011 B BRUSSEL"

Transcriptie

1 Luxemburg, 25 mei 2011 De heer János Martonyi Voorzitter van de Raad van de Europese Unie Wetstraat 175 B BRUSSEL Mijnheer de voorzitter, Onder verwijzing naar artikel 253, zesde alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, welke bepaling krachtens artikel 106 bis van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie ook op dit verdrag van toepassing is, heb ik de eer in bijlage een ontwerp van reglement voor de procesvoering ter goedkeuring aan de Raad voor te leggen dat beoogt deze tekst grondig te herzien en te actualiseren. Bij de voorgestelde wijzigingen is een toelichting opgenomen, waarnaar ik kortheidshalve verwijs, waarin de doelstellingen van deze grondige herziening en de voorgestelde wijzigingen zijn uiteengezet. De teksten zijn in alle officiële talen bijgevoegd. Hoogachtend, Vassilios SKOURIS

2 Ontwerp van het Reglement voor de procesvoering van het Hof van Justitie Inleidende toelichting Het Hof van Justitie heeft zich, net als de overige instellingen van de Europese Unie, van het begin af aan voorzien van een reglement dat ertoe strekt de belangrijkste regels betreffende zijn organisatie en zijn werking vast te leggen en gedetailleerd het verloop van de procedure voor het Hof te preciseren. Het Reglement voor de procesvoering van het Hof, aanvankelijk vastgesteld op 4 maart , is in de loop der jaren verscheidene malen gewijzigd, onder meer om rekening te houden met de opeenvolgende uitbreidingen van de Europese Unie en de toekenning van nieuwe bevoegdheden daaraan, maar de structuur van dit Reglement is globaal gezien ongewijzigd gebleven. Het Reglement voor de procesvoering van 19 juni 1991, dat thans van kracht is 2, is nog steeds een afspiegeling van het aanvankelijke overwicht van rechtstreekse beroepen tussen twee partijen, meestal een natuurlijke of rechtspersoon of een lidstaat tegen een instelling van de Unie, terwijl dit soort zaken, met uitzondering van de nietnakomingsberoepen, tegenwoordig grotendeels buiten de bevoegdheid van het Hof vallen. Na de oprichting van het Gerecht van eerste aanleg in 1988 zijn alle door een natuurlijke of rechtspersoon ingestelde beroepen aan deze rechterlijke instantie overgedragen, terwijl daarnaast, na de inwerkingtreding van het Verdrag van Nice op 1 februari 2003, het Protocol betreffende het statuut van het Hof van Justitie is gewijzigd om de aan het Hof voorbehouden categorieën van beroepen tot nietigverklaring en beroepen wegens nalaten nader te omschrijven in duidelijk omlijnde categorieën. Tegenwoordig worden bij het Hof, de beroepen wegens nietnakoming en de hogere voorzieningen tegen de beslissingen van het Gerecht 1 Publicatieblad van de Europese Gemeenschap van Kolen en Staal van 7 maart 1953, blz PB L 176 van 4 juli 1991, blz. 7, zoals laatstelijk gewijzigd op 23 maart 2010 (PB L 92 van 13 april 2010, blz. 12). 1

3 buiten beschouwing gelaten, hoofdzakelijk nog prejudiciële verwijzingen van de rechterlijke instanties van de lidstaten van de Unie aanhangig gemaakt. In de loop van het jaar 2010 zijn 385 prejudiciële verwijzingen aanhangig gemaakt (op een totaal van 631 nieuwe zaken) en op 31 december van datzelfde jaar waren bij het Hof 484 prejudiciële verwijzingen aanhangig, op een totaal van 799 zaken. Met behulp van alleen al deze cijfers kan inzichtelijk worden gemaakt welke discrepantie er tussen het Reglement voor de procesvoering van het Hof en de bij hem aanhangig gemaakte zaken bestaat en dat het met de dag noodzakelijker wordt om de structuur en de inhoud van het Reglement voor de procesvoering aan de ontwikkeling van de rechtszaken aan te passen. Dit is de eerste doelstelling van het onderhavige ontwerp. Met dit ter goedkeuring aan de Raad voorgelegd ontwerp, wil het Hof de prejudiciële procedures de plaats geven die zij verdienen in het Reglement voor de procesvoering en tegelijkertijd ook de op deze categorie van zaken toepasselijke regels zowel voor de justitiabelen als voor de nationale rechterlijke instanties vervolledigen en verduidelijken. Een tweede doelstelling die in dit ontwerp centraal staat, is het streven van het Hof om de inspanningen voort te zetten die het reeds vele jaren onderneemt ter instandhouding van het vermogen van de instelling, die geconfronteerd wordt met steeds meer zaken, om de zaken binnen een redelijke termijn af te doen. Dit streven is overigens een weerspiegeling van een vereiste dat is opgenomen in artikel 47, tweede alinea, van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, dat sinds de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon op 1 december 2009 dezelfde juridische waarde heeft als de Verdragen. Omdat het Hof de duur van de bij hem gevoerde procedures zo veel mogelijk wil verkorten, met name in het kader van prejudiciële procedures waar de behandeling van de zaak bij de verwijzende rechter wordt geschorst in afwachting van de beslissing van het Hof, heeft dit laatste zich vanaf 2003 beraden over zijn werkwijzen en heeft het zowel op praktisch als op wetgevend vlak een pakket maatregelen vastgesteld om het nagestreefde doel te bereiken. Als voorbeelden daarvan kunnen worden genoemd de mogelijkheid voor partijen om processtukken per telefax of met een ander technisch communicatiemiddel toe te zenden, de verkorting van de termijnen voor interventie in rechtstreekse beroepen en hogere voorzieningen, de mogelijkheid om dergelijke beroepen of een prejudiciële verwijzing volgens een versnelde procedure te behandelen of ook de invoering van een specifieke procedure voor zaken die onder de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht vallen: de prejudiciële spoedprocedure, die op 1 maart 2008 in werking is getreden. 2

4 Het onderhavige ontwerp ligt in het verlengde van dit beraad en strekt er eveneens toe, in het Reglement voor de procesvoering regels op te nemen om het Hof nog doeltreffender te laten functioneren door optimaal gebruik te maken van de beschikbare middelen. In dat perspectief past de mogelijkheid om processtukken langs elektronische weg uit te wisselen, de mogelijkheid voor de lidstaten en de instellingen van de Unie bedoeld in artikel 40, eerste alinea, van het Statuut om door middel van een eenvoudige verklaring in de bij het Hof aangebrachte geschillen te interveniëren, de vereenvoudiging van de procedures voor het vaststellen van een beschikking wanneer de door de nationale rechterlijke instantie gestelde vraag geen ruimte voor redelijke twijfel laat, of ook de bevoegdheid van het Hof om zonder terechtzitting uitspraak te doen wanneer het zich voldoende voorgelicht acht door alle ingediende schriftelijke opmerkingen. Elk voor zich genomen, kan wellicht geen enkele van de hierboven aangehaalde maatregelen de tendens ombuigen dat het aantal zaken en de duur van de procedures toeneemt. Het Hof is er evenwel van overtuigd dat de toevoeging van deze maatregelen, indien tijdig vastgesteld, de zekerste weg is om de rechterlijke instantie in staat te stellen haar taak, namelijk de eerbiediging van het recht te verzekeren bij de uitlegging en toepassing van de Verdragen, in bevredigende omstandigheden te vervullen. Naast dit streven om het Hof doeltreffender te laten functioneren, wil het Hof ook graag de regels die het toepast, verduidelijken. Dit is de derde doelstelling van de onderhavige herziening. Om alle bij de procedure betrokkenen in staat te stellen precies te bepalen wat hun rechten en verplichtingen zijn, heeft het Hof het wenselijk geacht om bepaalde regels en bestaande praktijken te codificeren, zoals de verwijzing van een aanvraag voor rechtsbijstand aan de kamer van drie rechters waaraan de rechter is toegevoegd die is belast met de zaak in het kader waarvan de aanvraag is gedaan, of de mogelijkheid voor het Hof om in meerdere zaken een gemeenschappelijke terechtzitting te houden of de naam van bepaalde personen weg te laten. Omgekeerd zijn de in onbruik geraakte of niet toegepaste regels uit het huidige Reglement verwijderd, terwijl andere, die te gedetailleerd waren, zijn ingekort of vereenvoudigd. Dit is onder meer het geval bij de bepalingen over de griffie en die over de getuigen en deskundigen, maar ook en vooral bij de procedure inzake de heroverweging van beslissingen van het Gerecht, waar bij de toepassing ervan is gebleken dat zij complex waren. Deze laatste procedure is derhalve in het onderhavige ontwerp vereenvoudigd. In diezelfde geest en om tegemoet te komen aan een wens die door verschillende lidstaten is geuit zijn alle artikelen van het ontwerp voorzien van een opschrift en zijn binnen de artikelen de alinea s genummerd. Om dit mogelijk te maken is het in een aantal gevallen noodzakelijk gebleken om de 3

5 bestaande teksten in stukken te knippen en in afzonderlijke artikelen op te nemen, opdat elk artikel een eigen voorwerp zou hebben. Hoewel deze herschikking tot gevolg heeft dat het aantal artikelen is toegenomen, is een ander uitvloeisel ervan ook dat het Reglement voor de procesvoering in zijn geheel beter leesbaar is geworden. Ten slotte heeft het Hof in het kader van dit proces van herziening getracht bijzondere aandacht te besteden aan de in het Reglement voor de procesvoering gehanteerde terminologie. Bij de analyse is immers gebleken dat door de successievelijke wijzigingen die daarin zijn aangebracht, het thans geldende Reglement voor de procesvoering soms verschillende begrippen gebruikt om hetzelfde aan te duiden, hetgeen vragen kan doen rijzen over de werkelijke strekking van de betrokken bepalingen, terwijl in enkele alleenstaande gevallen het gebruikte begrip kennelijk niet overeenstemde met de juridische situatie die voor ogen stond. Om die redenen wordt er in het onderhavige ontwerp ook naar gestreefd de in de verschillende taalversies van het Reglement voor de procesvoering gebruikte begrippen inhoudelijk op elkaar af te stemmen en te stroomlijnen. Een concrete juridische situatie wordt dus in beginsel met één enkel begrip aangeduid. Om dit gedeelte niet onnodig zwaar te maken, heeft het Hof gemeend dat het de voorkeur verdiende om zich in het kader van deze inleidende toelichting te beperken tot de algemene opzet van het ontwerp en de doelstellingen ervan. De in de huidige artikelen aangebrachte wijzigingen worden aan het begin van elk van de acht titels van dit ontwerp nader uiteengezet en, waar nodig, bij elke betrokken bepaling. In de tabel van concordantie tussen het onderhavige ontwerp en het thans geldende Reglement voor de procesvoering, kan meteen worden gezien waar de punten van overeenstemming en verschil tussen de beide teksten zijn te vinden. 4

6 Inhoud Blz. INLEIDENDE BEPALINGEN Artikel 1 Definities Artikel 2 Draagwijdte van dit Reglement EERSTE TITEL ORGANISATIE VAN HET HOF EERSTE HOOFDSTUK RECHTERS EN ADVOCATEN-GENERAAL Artikel 3 Aanvang van de ambtstermijn van de rechters en de advocatengeneraal Artikel 4 Eedaflegging Artikel 5 Plechtige verbintenis Artikel 6 Ontheffing van een rechter of een advocaat-generaal uit zijn ambt Artikel 7 Rangorde naar anciënniteit TWEEDE HOOFDSTUK PRESIDENTSCHAP VAN HET HOF, VORMING VAN DE KAMERS EN AANWIJZING VAN DE EERSTE ADVOCAAT-GENERAAL Artikel 8 Verkiezing van de president en de vicepresident van het Hof Artikel 9 Bevoegdheden van de president van het Hof Artikel 10 Bevoegdheden van de vicepresident van het Hof Artikel 11 Vorming van de kamers Artikel 12 Verkiezing van de kamerpresidenten Artikel 13 Verhindering van de president en de vicepresident van het Hof Artikel 14 Aanwijzing van de eerste advocaat-generaal DERDE HOOFDSTUK TOEWIJZING VAN DE ZAKEN AAN DE RECHTERS- RAPPORTEURS EN AAN DE ADVOCATEN-GENERAAL Artikel 15 Aanwijzing van de rechter-rapporteur Artikel 16 Aanwijzing van de advocaat-generaal VIERDE HOOFDSTUK TOEGEVOEGD RAPPORTEURS Artikel 17 Toegevoegd rapporteurs VIJFDE HOOFDSTUK GRIFFIE Artikel 18 Benoeming van de griffier Artikel 19 Adjunct-griffier Artikel 20 Bevoegdheden van de griffier Artikel 21 Bijhouden van het register Artikel 22 Raadpleging van het register, de arresten en de beschikkingen ZESDE HOOFDSTUK WERKING VAN HET HOF Artikel 23 Plaats van de zittingen van het Hof Artikel 24 Planning van de werkzaamheden van het Hof Artikel 25 Inspraak in beslissingen van huishoudelijke of procedurele aard.. 31 Artikel 26 Opstelling van de processen-verbaal

7 ZEVENDE HOOFDSTUK RECHTSPREKENDE FORMATIES Afdeling 1. Samenstelling van de rechtsprekende formaties Artikel 27 Samenstelling van de Grote kamer Artikel 28 Samenstelling van de kamers van vijf en drie rechters Artikel 29 Samenstelling van de kamers in geval van verknochtheid of verwijzing Artikel 30 Verhindering van een kamerpresident Artikel 31 Verhindering van een lid van de rechtsprekende formatie Afdeling 2. Beraadslagingen Artikel 32 Wijze van beraadslagen Artikel 33 Aantal rechters dat aan de beraadslagingen deelneemt Artikel 34 Quorum van de Grote kamer Artikel 35 Quorum van de kamers van vijf en drie rechters ACHTSTE HOOFDSTUK REGELING VAN HET TAALGEBRUIK Artikel 36 Procestalen Artikel 37 Bepaling van de procestaal Artikel 38 Gebruik van de procestaal Artikel 39 Verantwoordelijkheid van de griffier op taalgebied Artikel 40 Regeling van het taalgebruik voor de publicaties van het Hof Artikel 41 Authentieke teksten Artikel 42 Taalkundige dienst van het Hof TWEEDE TITEL GEMEENSCHAPPELIJKE PROCEDURELE BEPALINGEN EERSTE HOOFDSTUK RECHTEN EN VERPLICHTINGEN VAN DE GEMACHTIGDEN, RAADSLIEDEN EN ADVOCATEN Artikel 43 Voorrechten, immuniteiten en faciliteiten Artikel 44 Hoedanigheid van de vertegenwoordigers van de partijen Artikel 45 Opheffing van de immuniteit Artikel 46 Uitsluiting van de procedure Artikel 47 Hoogleraren TWEEDE HOOFDSTUK BETEKENINGEN Artikel 48 Wijzen van betekening DERDE HOOFDSTUK TERMIJNEN Artikel 49 Berekening van de termijnen Artikel 50 Beroep tegen een handeling van een instelling Artikel 51 Bepaling en verlenging van de termijnen VIERDE HOOFDSTUK VERSCHILLENDE WIJZEN VAN BEHANDELING VAN DE ZAKEN Artikel 52 Wijzen van behandeling van de zaken Artikel 53 Voeging Artikel 54 Schorsing van de behandeling Artikel 55 Uitstel van een zaak

8 VIJFDE HOOFDSTUK SCHRIFTELIJKE BEHANDELING Artikel 56 Hoofdregel Artikel 57 Neerlegging van processtukken Artikel 58 Buitensporig lange akten ZESDE HOOFDSTUK VOORLOPIG RAPPORT EN VERWIJZING NAAR RECHTSPREKENDE FORMATIES Artikel 59 Voorlopig rapport Artikel 60 Verwijzing naar rechtsprekende formaties ZEVENDE HOOFDSTUK MAATREGELEN TOT ORGANISATIE VAN DE PROCESGANG EN MAATREGELEN VAN INSTRUCTIE Afdeling 1. Maatregelen tot organisatie van de procesgang Artikel 61 Maatregelen tot organisatie waartoe door het Hof wordt besloten 58 Artikel 62 Maatregelen tot organisatie waartoe door de rechter-rapporteur of de advocaat-generaal wordt besloten Afdeling 2. Maatregelen van instructie Artikel 63 Beslissing tot maatregelen van instructie Artikel 64 Vaststelling van de maatregelen van instructie Artikel 65 Deelname aan de maatregelen van instructie Artikel 66 Getuigenbewijs Artikel 67 Getuigenverhoor Artikel 68 Eed van de getuigen Artikel 69 Straffen Artikel 70 Deskundigenonderzoek Artikel 71 Eed van de deskundige Artikel 72 Meineed en schendingen van de eed Artikel 73 Wraking van een getuige of van een deskundige Artikel 74 Onkosten van de getuigen en de deskundigen Artikel 75 Proces-verbaal van de instructiezittingen Artikel 76 Opening van de mondelinge behandeling na instructie ACHTSTE HOOFDSTUK MONDELINGE BEHANDELING Artikel 77 Pleitzitting Artikel 78 Gemeenschappelijke pleitzitting Artikel 79 Leiding van de zitting Artikel 80 Behandeling met gesloten deuren Artikel 81 Vragen Artikel 82 Sluiting van de pleitzitting Artikel 83 Nemen van de conclusie door de advocaat-generaal Artikel 84 Heropening van de mondelinge behandeling Artikel 85 Proces-verbaal van de terechtzittingen Artikel 86 Geluidsopname van de terechtzitting NEGENDE HOOFDSTUK ARRESTEN EN BESCHIKKINGEN

9 Artikel 87 Datum van uitspraak van het arrest Artikel 88 Inhoud van het arrest Artikel 89 Uitspraak en betekening van het arrest Artikel 90 Inhoud van de beschikking Artikel 91 Ondertekening en betekening van de beschikking Artikel 92 Verbindende kracht van arresten en beschikkingen Artikel 93 Bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie DERDE TITEL PREJUDICIËLE VERWIJZINGEN EERSTE HOOFDSTUK ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 94 Werkingssfeer Artikel 95 Inhoud van het verzoek om een prejudiciële beslissing Artikel 96 Anonimiteit Artikel 97 Deelname aan de prejudiciële procedure Artikel 98 Partijen in het hoofdgeding Artikel 99 Vertaling en betekening van het verzoek om een prejudiciële beslissing Artikel 100 Antwoord bij met redenen omklede beschikking Artikel 101 Adiëring van het Hof Artikel 102 Verzoek om verduidelijkingen Artikel 103 Kosten van de prejudiciële procedure Artikel 104 Rectificatie van de arresten en beschikkingen Artikel 105 Uitlegging van prejudiciële beslissingen TWEEDE HOOFDSTUK VERSNELDE PREJUDICIËLE PROCEDURE Artikel 106 Versnelde procedure Artikel 107 Toezending van processtukken DERDE HOOFDSTUK PREJUDICIËLE SPOEDPROCEDURE Artikel 108 Werkingssfeer van de prejudiciële spoedprocedure Artikel 109 Beslissing omtrent de spoed Artikel 110 Schriftelijk gedeelte van de spoedprocedure Artikel 111 Betekeningen en inlichtingen na sluiting van de schriftelijke behandeling Artikel 112 Achterwege laten van de schriftelijke behandeling Artikel 113 Beslissing ten gronde Artikel 114 Rechtsprekende formatie Artikel 115 Toezending van de processtukken VIERDE HOOFDSTUK RECHTSBIJSTAND Artikel 116 Aanvraag voor rechtsbijstand Artikel 117 Beslissing op de aanvraag voor rechtsbijstand Artikel 118 Intrekking van de rechtsbijstand VIERDE TITEL RECHTSTREEKSE BEROEPEN EERSTE HOOFDSTUK VERTEGENWOORDIGING VAN PARTIJEN

10 Artikel 119 Verplichte vertegenwoordiging TWEEDE HOOFDSTUK SCHRIFTELIJKE BEHANDELING Artikel 120 Inhoud van het verzoekschrift Artikel 121 Inlichtingen betreffende de betekeningen Artikel 122 Bijlagen bij het verzoekschrift Artikel 123 Betekening van het verzoekschrift Artikel 124 Inhoud van het verweerschrift Artikel 125 Toezending van stukken Artikel 126 Repliek en dupliek DERDE HOOFDSTUK MIDDELEN EN BEWIJS Artikel 127 Nieuwe middelen Artikel 128 Bewijs en bewijsaanbiedingen VIERDE HOOFDSTUK INTERVENTIE Artikel 129 Doel en gevolgen van de interventie Artikel 130 Verzoek tot interventie Artikel 131 Beslissing op het verzoek tot interventie Artikel 132 Indiening van de memories Artikel 133 Vereenvoudigde interventie Artikel 134 Interventies die uit de EER-Overeenkomst voortvloeien VIJFDE HOOFDSTUK VERSNELDE PROCEDURE Artikel 135 Beslissing ten aanzien van de versnelde procedure Artikel 136 Schriftelijke behandeling Artikel 137 Mondelinge behandeling Artikel 138 Beslissing ten gronde ZESDE HOOFDSTUK PROCESKOSTEN Artikel 139 Beslissing ten aanzien van de proceskosten Artikel 140 Algemene regels over de verdeling van de proceskosten Artikel 141 Nodeloos of vexatoir veroorzaakte kosten Artikel 142 Kosten van de interveniërende partijen Artikel 143 Kosten in geval van afstand van instantie Artikel 144 Kosten in geval van afdoening zonder beslissing Artikel 145 Kosten van de procedure Artikel 146 Invorderbare kosten Artikel 147 Betwisting van de invorderbare kosten Artikel 148 Wijzen van betaling ZEVENDE HOOFDSTUK MINNELIJKE SCHIKKING, AFSTAND VAN INSTANTIE, AFDOENING ZONDER BESLISSING EN PROCESINCIDENTEN Artikel 149 Minnelijke schikking Artikel 150 Afstand van instantie Artikel 151 Afdoening zonder beslissing

11 Artikel 152 Middelen van niet-ontvankelijkheid van openbare orde Artikel 153 Excepties en procesincidenten ACHTSTE HOOFDSTUK BIJ VERSTEK GEWEZEN ARRESTEN Artikel 154 Bij verstek gewezen arresten NEGENDE HOOFDSTUK VERZOEKEN EN BEROEPEN BETREFFENDE DE ARRESTEN EN BESCHIKKINGEN Artikel 155 Bevoegde rechtsprekende formatie Artikel 156 Rectificatie Artikel 157 Verzuim om te beslissen Artikel 158 Verzet Artikel 159 Derdenverzet Artikel 160 Uitlegging Artikel 161 Herziening TIENDE HOOFDSTUK OPSCHORTING EN OVERIGE VOORLOPIGE MAATREGELEN IN KORT GEDING Artikel 162 Verzoek tot opschorting of tot verkrijging van voorlopige maatregelen Artikel 163 Beslissing op het verzoek Artikel 164 Beschikking houdende opschorting van de tenuitvoerlegging of voorlopige maatregelen Artikel 165 Wijziging van omstandigheden Artikel 166 Nieuw verzoek Artikel 167 Verzoek krachtens de artikelen 280 VWEU en 299 VWEU en artikel 164 VEGA Artikel 168 Verzoek krachtens artikel 81 VEGA VIJFDE TITEL HOGERE VOORZIENINGEN TEGEN DE BESLISSINGEN VAN HET GERECHT Artikel 169 Neerlegging van het verzoekschrift in hogere voorziening Artikel 170 Inhoud van het verzoekschrift in hogere voorziening Artikel 171 Conclusies, middelen en argumenten van de hogere voorziening131 Artikel 172 Conclusies in geval van toewijzing van de hogere voorziening Artikel 173 Betekening van de hogere voorziening Artikel 174 Partijen die een memorie van antwoord mogen indienen Artikel 175 Inhoud van de memorie van antwoord Artikel 176 Conclusies van de memorie van antwoord Artikel 177 Memories van repliek en van dupliek Artikel 178 Incidentele hogere voorziening Artikel 179 Inhoud van de incidentele hogere voorziening Artikel 180 Conclusies, middelen en argumenten van de incidentele hogere voorziening Artikel 181 Antwoord op de incidentele hogere voorziening Artikel 182 Memories van repliek en dupliek na een incidentele hogere voorziening

12 Artikel 183 Kennelijk niet-ontvankelijke of kennelijk ongegronde hogere voorziening Artikel 184 Kennelijk ongegronde hogere voorziening Artikel 185 Gevolgen van een afstand van instantie of van kennelijke nietontvankelijkheid van de principale hogere voorziening voor de incidentele hogere voorziening Artikel 186 Regeling van de proceskosten in hogere voorzieningen Artikel 187 Rechtsbijstand Artikel 188 Voorafgaande aanvraag voor rechtsbijstand Artikel 189 Beslissing op de aanvraag voor rechtsbijstand Artikel 190 Intrekking van de rechtsbijstand Artikel 191 Als rechtsbijstand uit te keren bedragen Artikel 192 Overige op de hogere voorzieningen toepasselijke bepalingen ZESDE TITEL HEROVERWEGING VAN DE BESLISSINGEN VAN HET GERECHT Artikel 193 Kamer van heroverweging Artikel 194 Kennisgeving en mededeling van de voor heroverweging vatbare beslissingen Artikel 195 Heroverweging van beslissingen in hogere voorziening Artikel 196 Heroverweging van prejudiciële beslissingen Artikel 197 Arrest ten gronde na de beslissing tot heroverweging ZEVENDE TITEL ADVIEZEN Artikel 198 Schriftelijke behandeling Artikel 199 Toewijzing aan een rechter-rapporteur en aan een advocaatgeneraal Artikel 200 Pleitzitting Artikel 201 Termijn voor het uitbrengen van advies Artikel 202 Uitspraak van het advies ACHTSTE TITEL BIJZONDERE PROCEDURES Artikel 203 Beroep tegen de beslissingen van de Arbitragecommissie Artikel 204 Procedure bedoeld in artikel 103 VEGA Artikel 205 Procedures bedoeld in de artikelen 104 en 105 VEGA Artikel 206 Artikel 207 Procedure bedoeld in artikel 111, lid 3, van de EER-Overeenkomst Regeling van de geschillen bedoeld in artikel 35 VEU in de versie die gold vóór de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon Artikel 208 Verzoeken bedoeld in artikel 269 VWEU SLOTBEPALINGEN Artikel 209 Additioneel Reglement Artikel 210 Uitvoeringsbepalingen Artikel 211 Intrekking

13 Artikel 212 Bekendmaking en inwerkingtreding van het Reglement voor de procesvoering

14 REGLEMENT VOOR DE PROCESVOERING VAN HET HOF VAN JUSTITIE Het Hof van Justitie Gezien het Verdrag betreffende de Europese Unie en met name artikel 19 ervan, Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en met name artikel 253, zesde alinea, ervan, Gezien het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en met name artikel 106 bis, lid 1, ervan, Gezien het Protocol betreffende het statuut van het Hof van Justitie van de Europese Unie en met name artikel 63 ervan, Overwegende hetgeen volgt: (1) Hoewel het Reglement voor de procesvoering van het Hof van Justitie in de loop der jaren meerdere malen is gewijzigd, heeft de structuur ervan nog geen grondige wijziging ondergaan sinds de oorspronkelijke vaststelling van het Reglement op 4 maart Het Reglement voor de procesvoering van 19 juni 1991, dat thans van kracht is, weerspiegelt nog steeds het aanvankelijke overwicht van de rechtstreekse beroepen, terwijl in feite het merendeel van deze beroepen thans onder de bevoegdheid van het Gerecht valt en de prejudiciële verwijzingen van de rechterlijke instanties van de lidstaten in aantal de belangrijkste categorie van zaken zijn die bij het Hof aanhangig worden gemaakt. Met deze situatie moet rekening worden gehouden en de structuur en de inhoud van het Reglement voor de procesvoering moeten dus aan de ontwikkeling van de rechtszaken bij het Hof worden aangepast. (2) Niet alleen dient aan de prejudiciële verwijzingen de plaats te worden gegeven die deze in het Reglement voor de procesvoering verdienen, in het Reglement moet ook een duidelijker onderscheid worden gemaakt tussen de regels die op alle vormen van beroep van toepassing zijn, en de regels die voor elk daarvan gelden, waaraan afzonderlijke titels worden gewijd. Voor de duidelijkheid worden dus in een inleidende titel de procedurele bepalingen opgenomen die alle bij het Hof aanhangig gemaakte zaken gemeen hebben. (3) In het licht van de ervaring die is opgedaan met de toepassing van de verschillende procedures, leek het bovendien noodzakelijk om voor de justitiabelen en de nationale rechterlijke instanties, de regels die op elk daarvan van toepassing zijn, aan te vullen of te verduidelijken. Dit betreft onder meer het begrip partij in het hoofdgeding, interveniënt en partij in de procedure voor het Gerecht of, op prejudicieel gebied, de regels betreffende de adiëring van het Hof en de inhoud van de verwijzingsbeslissing. Aangaande de 13

15 hogere voorzieningen tegen beslissingen van het Gerecht moet een duidelijker onderscheid worden gemaakt tussen de principale hogere voorzieningen en de incidentele hogere voorzieningen die worden ingesteld nadat een principale hogere voorziening is betekend. (4) Omgekeerd is bij de toepassing van sommige procedures, zoals de heroverwegingsprocedure, gebleken dat die te complex zijn. Deze procedures dienen derhalve te worden vereenvoudigd door onder meer te voorzien in de aanwijzing, voor een jaar, van een kamer van vijf rechters die wordt belast met de uitspraak op zowel het voorstel tot heroverweging van de eerste advocaat-generaal als de vragen waarop de heroverweging betrekking heeft. (5) In datzelfde perspectief past de vereenvoudiging van de procedurele behandeling van verzoeken om advies, door deze te laten aansluiten op die van andere zaken en dus te bepalen dat slechts één advocaatgeneraal aan de behandeling van het verzoek om advies deelneemt. Om de leesbaarheid te verbeteren, moeten ook de bijzondere procedures, die thans over verschillende afzonderlijke titels en hoofdstukken zijn verspreid, binnen één enkele titel worden samengebracht. (6) Ter instandhouding van het vermogen van de rechterlijke instantie, die met steeds meer rechtszaken wordt geconfronteerd, om de aanhangig gemaakte zaken binnen een redelijke termijn af te doen, moeten de reeds gedane inspanningen ter verkorting van de duur van de procedures worden voortgezet, onder meer door het Hof meer mogelijkheden te bieden om zaken bij met redenen omklede beschikking af te doen, door invoering van een vereenvoudigd interventiemechanisme voor de lidstaten en de instellingen van de Unie bedoeld in artikel 40, eerste alinea, van het Statuut en door te voorzien in de mogelijkheid voor het Hof om zonder terechtzitting uitspraak te doen wanneer het zich voldoende voorgelicht acht door alle in de zaak neergelegde schriftelijke opmerkingen. (7) Om de leesbaarheid van de door het Hof toegepaste bepalingen te verbeteren, is het ten slotte noodzakelijk om bepaalde in onbruik geraakte of niet toegepaste regels te schrappen, om alle alinea s van de artikelen van het onderhavige Reglement te nummeren, om elk van deze artikelen te voorzien van een specifiek opschrift waarin de inhoud ervan kort wordt samengevat, en om de gehanteerde terminologie te harmoniseren. Met de goedkeuring van de Raad, gegeven op... Stelt het volgende Reglement vast: 14

16 INLEIDENDE BEPALINGEN Artikel 1 Definities 1. In dit Reglement: a) worden de bepalingen van het Verdrag betreffende de Europese Unie aangeduid met het nummer van het betrokken artikel van dat Verdrag, gevolgd door de afkorting VEU, b) worden de bepalingen van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie aangeduid met het nummer van het betrokken artikel van dat Verdrag, gevolgd door de afkorting VWEU, c) worden de bepalingen van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie aangeduid met het nummer van het betrokken artikel van dat Verdrag, gevolgd door de afkorting VEGA, d) wordt het Protocol betreffende het statuut van het Hof van Justitie van de Europese Unie Statuut genoemd, e) wordt de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte 3 EER-Overeenkomst genoemd, f) wordt verordening nr. 1 van de Raad van 15 april 1958 tot regeling van het taalgebruik in de Europese Economische Gemeenschap 4 verordening nr. 1 van de Raad genoemd. 2. Voor de toepassing van dit Reglement: a) wordt onder instellingen verstaan: de instellingen van de Unie als bedoeld in artikel 13, lid 1, VEU, en de organen en instanties die zijn opgericht bij de Verdragen of een handeling ter uitvoering daarvan en die voor het Hof partij kunnen zijn, b) wordt onder Toezichthoudende Autoriteit van de EVA de toezichthoudende autoriteit verstaan, bedoeld in de EER- Overeenkomst. Er zijn twee kleine wijzigingen aangebracht in de huidige tekst. De eerste wijziging is de toevoeging van een punt f aan het eerste lid met daarin een volledige verwijzing naar verordening nr. 1 van de Raad, die verscheidene malen in het Reglement voor de procesvoering wordt aangehaald zonder dat daarvoor een vaste afkorting was opgenomen. De tweede wijziging strekt ertoe de dubbelzinnigheden weg te nemen die na de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon hadden kunnen ontstaan 3 PB L 1 van 3 januari 1994, blz PB 17 van 6 oktober 1958, blz

17 ten aanzien van de precieze strekking van het begrip instellingen van de Unie. In lid 2 van dit artikel van het ontwerp is een uitdrukkelijke verwijzing naar artikel 13, lid 1, van het Verdrag betreffende de Europese Unie (hierna: VEU ) opgenomen, waarin deze instellingen bij naam worden aangeduid. Artikel 2 Draagwijdte van dit Reglement De bepalingen van dit Reglement geven uitvoering aan de relevante bepalingen van het VEU, het VWEU en het VEGA, alsook het Statuut, en vullen deze waar nodig aan. Artikel 2 is een nieuw artikel dat, zoals het opschrift ervan al aangeeft, de draagwijdte van het onderhavige Reglement nader omschrijft. In aansluiting op de bewoordingen van artikel 253, zesde alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (hierna: VWEU ) en artikel 63 van het Protocol betreffende het statuut van het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: Statuut ), brengt dit artikel de wezenlijke functie van het Reglement voor de procesvoering in herinnering, namelijk uitvoering te geven aan voornoemde bepalingen en deze waar nodig aan te vullen. EERSTE TITEL ORGANISATIE VAN HET HOF Zoals reeds het geval is in het thans geldende Reglement voor de procesvoering, heeft de eerste titel van het ontwerp van het Reglement voor de procesvoering betrekking op de organisatie van het Hof. Deze titel die aansluit op de eerste twee titels van het Statuut van het Hof strekt er in wezen toe de taken van de hoofdrolspelers bij de rechterlijke instantie nader te omschrijven en te voorzien in de regels voor de werking van het Hof, in de regeling van het taalgebruik daarbinnen, alsook in de beginselen en werkwijze bij de bepaling van de rechtsprekende formaties. Hoewel de volgorde van de hoofdstukken is gewijzigd ten opzichte van de huidige volgorde, zijn er weinig inhoudelijke wijzigingen in de bepalingen van de eerste titel. Het ontwerp neemt de wezenlijke bestanddelen van de thans geldende bepalingen in verfijnde vorm over. Wat de spelers in de procedure betreft, kan niettemin op drie belangrijke wijzigingen ten opzichte van de huidige regeling worden gewezen. 16

18 Volgend op het voorstel tot wijziging van het Statuut dat het Hof aan het Parlement en de Raad heeft voorgelegd en dat ertoe strekt de functie van vicepresident in te voeren, heeft het Hof om te beginnen aan dit voorstel gevolgen verbonden door in het Reglement voor de procesvoering te preciseren hoe deze persoon wordt aangewezen en wat zijn taken zijn. Het lot van deze bepalingen hangt uiteraard rechtstreeks af van hoe bovengenoemd voorstel door de wetgever van de Unie zal worden ontvangen. Voortbouwend op dit voorstel en op het daarnaast gedane voorstel om het aantal rechters dat in de Grote kamer zitting neemt, uit te breiden van dertien tot vijftien, geeft het Hof vervolgens in het ontwerp nader aan hoe de rechtsprekende formaties worden bepaald en welke procedure moet worden gevolgd bij verhindering van de president, de vicepresident, een kamerpresident of een lid van een rechtsprekende formatie. Ten slotte behelst het ontwerp een vereenvoudiging van de regels betreffende de griffie en de diensten van het Hof. Sommige bepalingen van het huidige Reglement voor de procesvoering, zoals die betreffende de eed van de ambtenaren of de organisatie van de diensten, leken immers veel te gedetailleerd te zijn of zelfs haaks te staan op de hoofddoelstelling van een Reglement voor de procesvoering. Het hoofdstuk over de rechten en plichten van de gemachtigden behoudt evenwel zijn belang voor het procesverloop voor het Hof, al is het verplaatst naar de kop van de tweede titel van het ontwerp over de gemeenschappelijke procedurele bepalingen. Het ontwerp past zich in dit opzicht aan de structuur van het Statuut aan, aangezien de regels over de vertegenwoordiging voor het Hof ook in de titel (III) betreffende de procedure voor het Hof van Justitie zijn vastgelegd, namelijk in artikel 19 van het Statuut. De bepalingen betreffende de regeling van het taalgebruik zijn inhoudelijk ongewijzigd gebleven. Het achtste hoofdstuk van het ontwerp stemt dus overeen met het zesde hoofdstuk van het thans geldende Reglement voor de procesvoering, met uitzondering van artikel 37, lid 2, van het ontwerp, dat nieuw is. Gelet op het reeds vermelde streven om de toepasselijke regels te verduidelijken, heeft het Hof immers gemeend dat het de voorkeur verdiende om alle bepalingen over de regeling van het taalgebruik in eenzelfde hoofdstuk samen te brengen hetgeen verklaart waarom aan bovengenoemd artikel bepalingen over het gebruik van de procestaal in hogere voorzieningen en heroverwegingen zijn toegevoegd en een bepaling op te nemen ter precisering van de taal die moet worden gebruikt voor de indiening van verzoeken en beroepen die verband houden met bestaande zaken, zoals verzoeken om uitlegging of herziening of 17

19 verzoeken om begroting van de kosten. Om redenen die verband houden met zowel de aard van de betrokken procedures het betreft verzoeken die ondergeschikt zijn aan een hoofdzaak als de noodzaak om de rechten van de partijen in het geding te vrijwaren, is in het ontwerp verduidelijkt dat deze procedures moeten worden aangebracht in de taal van de beslissing waarop zij betrekking hebben, onverminderd de thans reeds gemaakte uitzonderingen. Eerste hoofdstuk RECHTERS EN ADVOCATEN-GENERAAL Artikel 3 Aanvang van de ambtstermijn van de rechters en de advocatengeneraal Indien de aanvangsdatum van de ambtstermijn van een rechter of een advocaat-generaal niet in zijn benoemingsakte is vastgesteld, gaat deze termijn in op de datum van bekendmaking van deze akte. Volgens de bewoordingen van artikel 2 van het thans geldende Reglement voor de procesvoering vangt de ambtstermijn, begrepen als infunctietreding, van een rechter in beginsel aan op de hiertoe in de benoemingsakte vastgestelde datum. Dezelfde regel is krachtens artikel 5 van het Reglement op de advocaten-generaal van toepassing. Deze regel stemt echter niet meer met de werkelijkheid overeen. De rechters en de advocaten-generaal bij het Hof aanvaarden hun ambt immers pas nadat zij de in artikel 2 van het Statuut bedoelde eed hebben afgelegd. De datum van de eedaflegging stemt echter niet noodzakelijkerwijs overeen met de datum die in de benoemingsakte van de betrokken rechter of advocaatgeneraal is vastgesteld, met name in het geval dat een benoeming plaatsvindt terwijl de ambtstermijn nog loopt, na een genomen ontslag of overlijden. Er kunnen soms enkele dagen of weken gelegen zijn tussen de datum die in de benoemingsakte van een rechter of advocaat-generaal is vermeld, en de datum van zijn eedaflegging, die zijn daadwerkelijke ambtsaanvaarding markeert. Om die reden is het noodzakelijk gebleken om artikel 2 van het huidige Reglement te wijzigen, teneinde voortaan te verwijzen naar de datum waarop een ambtstermijn van een rechter of advocaat-generaal aanvangt, en niet naar zijn ambtsaanvaarding. 18

20 Artikel 4 Eedaflegging Alvorens hun ambt te aanvaarden leggen de rechters en de advocatengeneraal op de eerste openbare terechtzitting van het Hof die zij na hun benoeming bijwonen, de volgende eed als genoemd in artikel 2 van het Statuut af: Ik zweer in volkomen onpartijdigheid en geheel in overeenstemming met mijn geweten mijn ambt te zullen uitoefenen; ik zweer niets bekend te zullen maken van het geheim der beraadslagingen. Het artikel stemt overeen met artikel 3, lid 1, van het huidige Reglement voor de procesvoering, waaraan ter verduidelijking een verwijzing is opgenomen naar artikel 2 van het Statuut, waarin de inhoud van de eed van de rechters en de advocaten-generaal is vastgelegd. Artikel 5 Plechtige verbintenis Terstond na hun eedaflegging ondertekenen de rechters en de advocatengeneraal een verklaring waarin zij de plechtige verbintenis genoemd in artikel 4, derde alinea, van het Statuut aangaan. Het artikel stemt in wezen overeen met artikel 3, lid 2, van het huidige Reglement voor de procesvoering, dat de bewoordingen van artikel 4, derde alinea, van het Statuut overneemt. Om de tekst minder zwaar te maken, is in dit ontwerp eenvoudig naar dit laatste artikel verwezen. Artikel 6 Ontheffing van een rechter of een advocaat-generaal uit zijn ambt 1. Wanneer het Hof krachtens artikel 6 van het Statuut heeft te beslissen of een rechter of een advocaat-generaal niet langer aan de gestelde voorwaarden voldoet of de uit zijn taak voortvloeiende verplichtingen niet langer nakomt, biedt de president de betrokkene de gelegenheid zijn opmerkingen te maken. 2. Het Hof neemt zijn beslissing buiten aanwezigheid van de griffier. Dit artikel stemt overeen met artikel 4 van het huidige Reglement voor de procesvoering, waarvan het de bewoordingen overneemt. Voor de duidelijkheid haalt het ontwerp het artikel van het Statuut aan waaraan hier uitvoering wordt gegeven. De verwijzing naar de raadkamer is geschrapt, aangezien de strekking van dit begrip niet geheel duidelijk is. De 19

21 beslissing om een rechter of een advocaat-generaal uit zijn ambt te ontheffen of zijn rechten op pensioen of overige voordelen vervallen te verklaren overeenkomstig artikel 6 van het Statuut, is dus een beslissing die door het Hof als geheel, buiten aanwezigheid van de griffier, en gelet op de door betrokkene gemaakte opmerkingen wordt genomen. Artikel 7 Rangorde naar anciënniteit 1. De anciënniteit van de rechters en van de advocaten-generaal wordt zonder onderscheid vanaf hun ambtsaanvaarding berekend. 2. Bij gelijke anciënniteit in hun ambt, wordt de rangorde van anciënniteit aan de hand van de leeftijd bepaald. 3. De rechters en advocaten-generaal die worden herbenoemd, behouden hun eerdere plaats in de rangorde. Dit artikel stemt overeen met artikel 6 van het huidige Reglement voor de procesvoering, zij het dat het enigszins anders is geformuleerd om het te verduidelijken. Tweede hoofdstuk PRESIDENTSCHAP VAN HET HOF, VORMING VAN DE KAMERS EN AANWIJZING VAN DE EERSTE ADVOCAAT-GENERAAL Artikel 8 Verkiezing van de president en de vicepresident van het Hof 1. Terstond na de gedeeltelijke vervanging als bedoeld in artikel 253, tweede alinea, VWEU, kiezen de rechters voor drie jaar de president van het Hof uit hun midden. 2. Wanneer de president van het Hof ophoudt zijn ambt te bekleden vóór het verstrijken van de normale ambtstermijn, wordt voor het resterende gedeelte van die termijn in zijn vervanging voorzien. 3. De in dit artikel bedoelde verkiezingen vinden bij geheime stemming plaats. Verkozen is de rechter die de stem van meer dan de helft van de 20

22 rechters van het Hof verkrijgt. Indien geen van de rechters deze meerderheid haalt, worden nieuwe stemrondes gehouden totdat deze is behaald. 4. De rechters kiezen vervolgens op de wijze voorzien in het voorafgaande lid voor drie jaar de vicepresident van het Hof. Lid 2 is van overeenkomstige toepassing ingeval hij ophoudt zijn ambt te bekleden vóór het verstrijken van zijn normale ambtstermijn. 5. De namen van de overeenkomstig dit artikel verkozen president en vicepresident van het Hof worden bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie. De eerste drie leden van dit artikel stemmen overeen met de drie leden van artikel 7 van het huidige Reglement voor de procesvoering. Lid 4 van dit artikel vloeit voort uit de door het Hof voorgestelde wijziging van het Statuut, die ertoe strekt de functie van vicepresident van het Hof in te voeren. Voorgesteld wordt dat deze rechter, die tot taak heeft de president in de uitoefening van zijn taken bij te staan, op dezelfde wijze als de president wordt verkozen en dat zijn vervanging, ingeval hij ophoudt zijn ambt te bekleden vóór het einde van zijn normale ambtstermijn, zoals bij de president van het Hof, tot de resterende periode wordt beperkt. Ten slotte vult artikel 8, lid 5, van het ontwerp een lacune in het huidige Reglement voor de procesvoering op door te bepalen dat, zoals voor de eerste advocaat-generaal en de kamerpresidenten, de namen van de overeenkomstig dit artikel verkozen president en vicepresident worden bekendgemaakt in het Publicatieblad. Artikel 9 Bevoegdheden van de president van het Hof 1. De president vertegenwoordigt het Hof. 2. De president leidt de werkzaamheden van het Hof. Hij zit de algemene vergaderingen van de leden van het Hof, alsook de terechtzittingen en de beraadslagingen in voltallige zitting en de Grote kamer voor. 3. De president ziet toe op de goede werking van de diensten van de instelling. Hoewel dit artikel een goede weergave is van de strekking van artikel 8 van het huidige Reglement voor de procesvoering, vult het dit niettemin aan door de onderscheiden functies die door de president van het Hof worden uitgeoefend nog beter te omschrijven. 21

23 Zo verwijst lid 1 van dit artikel naar de rol als vertegenwoordiger van het Hof in de betrekkingen met de andere instellingen van de Unie en de rechterlijke instanties van de lidstaten van de Unie en, meer bepaald, de hooggerechtshoven daarvan. Deze functie is in belang toegenomen sinds de Unie van 15 tot 27 lidstaten is uitgebreid. Met name deze rol rechtvaardigt het voorstel van het Hof om de functie van vicepresident in te voeren. Lid 2 brengt het wezen van de functie van de president van het Hof tot uiting, namelijk de leiding over de werkzaamheden van de Grote kamer en de Voltallige zitting, alsook het voorzitterschap van de wekelijkse algemene vergadering van het Hof, waarin alle leden van de rechterlijke instantie zijn verzameld. Ten slotte weerspiegelt lid 3 van artikel 9 een ander facet van de functie van president, namelijk toe te zien op de goede werking van de diensten van de instelling, in nauwe samenwerking met de griffier, die de dagelijkse leiding in handen heeft. Artikel 10 Bevoegdheden van de vicepresident van het Hof De vicepresident staat de president van het Hof bij. Hij vervangt deze in geval van verhindering of vacature van het presidentschap, of op verzoek van de president. Net zoals artikel 9 van het ontwerp de taken van de president van het Hof definieert, geeft artikel 10 een definitie van die van de vicepresident, die het Hof voorstelt in te voeren. In wezen heeft deze laatste tot taak de president in de uitoefening van zijn functies bij te staan en hem te vervangen in geval van verhindering of ingeval het presidentschap vacant is. Artikel 11 Vorming van de kamers 1. Overeenkomstig artikel 16 van het Statuut vormt het Hof kamers van vijf en drie rechters uit zijn midden, en voegt het de rechters daaraan toe. 2. Het Hof wijst de kamers van vijf rechters aan die voor een jaar met de zaken bedoeld in artikel 108 en in de artikelen 195 en 196 zijn belast. 3. Voor de zaken die overeenkomstig artikel 60 naar een rechtsprekende formatie worden verwezen, verwijst het begrip Hof in dit Reglement naar die formatie. 22

24 4. Voor de zaken die naar een kamer van drie of vijf rechters worden verwezen, worden de bevoegdheden van de president van het Hof door de kamerpresident uitgeoefend. 5. De toevoeging van de rechters aan de kamers en de aanwijzing van de kamers die met de zaken bedoeld in artikel 108 en in de artikelen 195 en 196 zijn belast, worden bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie. Artikel 11 van het ontwerp neemt in wezen de bewoordingen van artikel 9, leden 1, 3 en 4 van het huidige Reglement voor de procesvoering over. Anders dan dit laatste artikel, omvat artikel 11, in de leden 2 en 5 ervan, een verwijzing naar twee onderscheiden artikelen, en niet naar slechts één artikel. Deze toevoeging wordt verklaard door het voorstel van het Hof waarop later zal worden teruggekomen om de regeling van de heroverweging het model van de prejudiciële spoedprocedure te laten volgen en bijgevolg voor één jaar een kamer van vijf rechters aan te wijzen die zal worden belast met het onderzoek, onder de in dit Reglement opgenomen voorwaarden, of aan het verzoek tot heroverweging van de beslissing van het Gerecht gevolg moet worden gegeven. Artikel 12 Verkiezing van de kamerpresidenten 1. Terstond na de verkiezing van de president en de vicepresident van het Hof gaan de rechters over tot de verkiezing voor drie jaar van de presidenten van de kamers van vijf rechters. 2. De rechters kiezen vervolgens voor één jaar de presidenten van de kamers van drie rechters. 3. De bepalingen van artikel 8, leden 2 en 3, zijn van overeenkomstige toepassing. 4. De namen van de overeenkomstig dit artikel verkozen kamerpresidenten worden bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie. Dit artikel neemt in wezen de bepalingen van artikel 10, lid 1, van het huidige Reglement voor de procesvoering over, met dien verstande dat een verwijzing naar de verkiezing van de vicepresident van het Hof is toegevoegd en dat de derde alinea, betreffende de aanwijzing van de eerste advocaat-generaal, die voorwerp is van een afzonderlijk artikel in dit ontwerp, is geschrapt. 23

25 Artikel 13 Verhindering van de president en de vicepresident van het Hof Bij verhindering van de president en de vicepresident van het Hof wordt het presidentschap waargenomen door een van de presidenten van de kamers van vijf rechters of, bij ontstentenis daarvan, een van de presidenten van de kamers van drie rechters of, bij ontstentenis daarvan, een van de andere rechters, volgens de bij artikel 7 bepaalde rangorde. Het onderhavige artikel neemt in vereenvoudigde vorm de inhoud van het huidige artikel 11 over. Het strekt ertoe de volgorde vast te leggen waarin de persoon wordt bepaald die het ambt van president van het Hof op zich zal moeten nemen bij gelijktijdige verhindering van deze laatste en van de vicepresident. Het Hof volgt daarvoor de rangorde naar anciënniteit bedoeld in artikel 7 van dit ontwerp door eerst een beroep te doen op de president van de kamer van vijf rechters die in de rangorde de hoogste anciënniteit heeft, en vervolgens, in geval van verhindering van deze laatste, de president van de kamer van vijf rechters die in deze rangorde onmiddellijk op hem volgt, enzovoorts totdat in een daadwerkelijke vervanging is voorzien. Artikel 14 Aanwijzing van de eerste advocaat-generaal 1. Het Hof wijst, de advocaten-generaal gehoord, voor één jaar een eerste advocaat-generaal aan. 2. Indien de eerste advocaat-generaal ophoudt zijn ambt te bekleden vóór het verstrijken van zijn normale ambtstermijn, wordt voor het resterende gedeelte van die termijn in zijn vervanging voorzien. 3. De naam van de overeenkomstig dit artikel aangewezen eerste advocaatgeneraal wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie. Het eerste en het derde lid van dit artikel stemmen in wezen overeen met de derde en de vijfde alinea van artikel 10, lid 1, van het huidige Reglement voor de procesvoering, behalve dan dat een precisering is opgenomen als weerspiegeling van de huidige praktijk dat de advocaten-generaal vóór de aanwijzing van de eerste advocaat-generaal worden gehoord. Lid 2 van dit artikel is nieuw. Het strekt ertoe om voor het mandaat van de eerste advocaat-generaal een soortgelijke regeling in te voeren als voor de 24

Geconsolideerde versie van het Reglement voor de procesvoering van het Hof van Justitie van 25 september Inhoud

Geconsolideerde versie van het Reglement voor de procesvoering van het Hof van Justitie van 25 september Inhoud Geconsolideerde versie van het Reglement voor de procesvoering van het Hof van Justitie van 25 september 2012 Inhoud INLEIDENDE BEPALINGEN... 9 Blz. Artikel 1 Definities... 9 Artikel 2 Draagwijdte van

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 5 februari 2008 (07.02) (OR. en) 5952/08 JUR 25 COUR 1

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 5 februari 2008 (07.02) (OR. en) 5952/08 JUR 25 COUR 1 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 5 februari 2008 (07.02) (OR. en) 5952/08 JUR 25 COUR 1 BEGELEIDENDE NOTA van: de heer V. SKOURIS, Voorzitter van het Hof van Justitie d.d.: 4 februari 2008 aan: de heer

Nadere informatie

GECONSOLIDEERDE VERSIE

GECONSOLIDEERDE VERSIE GECONSOLIDEERDE VERSIE REGLEMENT VOOR DE PROCESVOERING VAN HET GERECHT van 4 maart 2015 (PB 2015, L 105, blz. 1) gewijzigd op: (1) 13 juli 2016 (PB 2016, L 217, blz. 71) (2) 13 juli 2016 (PB 2016, L 217,

Nadere informatie

REGLEMENTEN VAN ORDE EN REGLEMENTEN VOOR DE PROCESVOERING

REGLEMENTEN VAN ORDE EN REGLEMENTEN VOOR DE PROCESVOERING Publicatieblad van de Europese Unie L 105 Uitgave in de Nederlandse taal Wetgeving 58e jaargang 23 april 2015 Inhoud II Niet-wetgevingshandelingen REGLEMENTEN VAN ORDE EN REGLEMENTEN VOOR DE PROCESVOERING

Nadere informatie

WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Wijziging van het reglement voor de procesvoering van het Gerecht van eerste aanleg

WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Wijziging van het reglement voor de procesvoering van het Gerecht van eerste aanleg RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 13 juli 2005 (OR. fr) 10665/05 286 COUR 35 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Wijziging van het reglement voor de procesvoering van het Gerecht van eerste

Nadere informatie

REGLEMENT VOOR DE PROCESVOERING VAN HET HOF VAN JUSTITIE

REGLEMENT VOOR DE PROCESVOERING VAN HET HOF VAN JUSTITIE REGLEMENT VOOR DE PROCESVOERING VAN HET HOF VAN JUSTITIE In deze uitgave van het Reglement voor de procesvoering van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen van 19 juni 1991 (PB L 176 van 4.7.1991,

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2006 Nr. 241

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2006 Nr. 241 3 (2001) Nr. 7 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2006 Nr. 241 A. TITEL Verdrag van Nice houdende wijziging van het Verdrag betreffende de Europese Unie, de Verdragen tot oprichting

Nadere informatie

HET HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE

HET HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE HET HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE Het Hof van Justitie van de Europese Unie is een van de zeven instellingen van de EU. Zij omvat twee rechtscolleges: het Hof van Justitie en het Gerecht. Het Hof

Nadere informatie

STATUUT VAN HET HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE (GECONSOLIDEERDE VERSIE)

STATUUT VAN HET HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE (GECONSOLIDEERDE VERSIE) STATUUT VAN HET HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE (GECONSOLIDEERDE VERSIE) De onderhavige tekst bevat de geconsolideerde versie van Protocol (nr. 3) betreffende het statuut van het Hof van Justitie

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET. Verdrag betreffende de Europese Unie; (met Protocollen) Maastricht, 7 februari 1992

TRACTATENBLAD VAN HET. Verdrag betreffende de Europese Unie; (met Protocollen) Maastricht, 7 februari 1992 10 (1992) Nr. 13 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2012 Nr. 182 A. TITEL Verdrag betreffende de Europese Unie; (met Protocollen) Maastricht, 7 februari 1992 B. TEKST De Nederlandse

Nadere informatie

REGLEMENTEN VAN ORDE EN REGLEMENTEN VOOR DE PROCESVOERING

REGLEMENTEN VAN ORDE EN REGLEMENTEN VOOR DE PROCESVOERING 23.4.2010 Publicatieblad van de Europese Unie L 103/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) REGLEMENTEN VAN ORDE EN REGLEMENTEN VOOR DE PROCESVOERING REGLEMENT VAN ORDE VAN DE REKENKAMER VAN DE EUROPESE UNIE

Nadere informatie

1. Werkzaamheden van het Gerecht Aanhangig gemaakte, afgedane, aanhangige zaken ( ) 1

1. Werkzaamheden van het Gerecht Aanhangig gemaakte, afgedane, aanhangige zaken ( ) 1 . Werkzaamheden van het Aanhangig gemaakte, afgedane, aanhangige zaken (2005 2009) 200 000 800 600 400 200 0 Aanhangig gemaakte zaken Afgedane zaken Aanhangige zaken Aanhangig gemaakte zaken 469 432 522

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2006 Nr. 11

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2006 Nr. 11 3 (2001) Nr. 6 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2006 Nr. 11 A. TITEL Verdrag van Nice houdende wijziging van het Verdrag betreffende de Europese Unie, de Verdragen tot oprichting

Nadere informatie

REGLEMENT VOOR DE PROCESVOERING VAN HET GERECHT VOOR AMBTENARENZAKEN VAN DE EUROPESE UNIE

REGLEMENT VOOR DE PROCESVOERING VAN HET GERECHT VOOR AMBTENARENZAKEN VAN DE EUROPESE UNIE REGLEMENT VOOR DE PROCESVOERING VAN HET GERECHT VOOR AMBTENARENZAKEN VAN DE EUROPESE UNIE In deze uitgave van het Reglement voor de procesvoering van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie

Nadere informatie

REGLEMENT VOOR DE PROCESVOERING VAN HET GERECHT

REGLEMENT VOOR DE PROCESVOERING VAN HET GERECHT REGLEMENT VOOR DE PROCESVOERING VAN HET GERECHT In deze uitgave van het Reglement voor de procesvoering van het Gerecht van eerste aanleg van de Europese Gemeenschappen van 2 mei 1991 (PB L 136 van 30.5.1991,

Nadere informatie

STATUUT VAN HET HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE

STATUUT VAN HET HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE GECONSOLIDEERDE VERSIE VAN HET STATUUT VAN HET HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE De onderhavige tekst bevat de geconsolideerde versie van Protocol (nr. 3) betreffende het statuut van het Hof van Justitie

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 10 mei 2001 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 10 mei 2001 * ARREST VAN 10. 5. 2001 ZAAK C-144/99 ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 10 mei 2001 * In zaak C-144/99, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door P. van Nuffel als gemachtigde, bijgestaan

Nadere informatie

PROTOCOL (Nr. 3) BETREFFENDE HET STATUUT VAN HET HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE

PROTOCOL (Nr. 3) BETREFFENDE HET STATUUT VAN HET HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE C 83/210 Publicatieblad van de Europese Unie 30.3.2010 PROTOCOL (Nr. 3) BETREFFENDE HET STATUUT VAN HET HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE DE HOGE VERDRAGSLUITENDE PARTIJEN, WENSENDE, het statuut van

Nadere informatie

Vaak gestelde vragen. over het Hof van Justitie van de Europese Unie

Vaak gestelde vragen. over het Hof van Justitie van de Europese Unie Vaak gestelde vragen over het Hof van Justitie van de Europese Unie WAAROM EEN HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE (HVJ-EU)? Om Europa op te bouwen hebben een aantal staten (thans 28) onderling verdragen

Nadere informatie

(artikel 5, lid 2, van het Verdrag van 31 maart 1965, betreffende de instelling en het statuut van het Hof)

(artikel 5, lid 2, van het Verdrag van 31 maart 1965, betreffende de instelling en het statuut van het Hof) REGLEMENT VAN ORDE VAN HET BENELUX-GERECHTSHOF (artikel 5, lid 2, van het Verdrag van 31 maart 1965, betreffende de instelling en het statuut van het Hof) I N H O U D Inleidende bepaling Hoofdstuk 1 :

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 november 2003 (21.11) (OR. fr) 15105/03 Interinstitutioneel dossier: 2003/0280 (CNS) JUR 448 COUR 29

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 november 2003 (21.11) (OR. fr) 15105/03 Interinstitutioneel dossier: 2003/0280 (CNS) JUR 448 COUR 29 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 20 november 2003 (21.11) (OR. fr) 15105/03 Interinstitutioneel dossier: 2003/0280 (CNS) JUR 448 COUR 29 INGEKOMEN DOCUMENT van: mevrouw Patricia BUGNOT, directeur, namens

Nadere informatie

HET HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE

HET HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE HET HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE Het Hof van Justitie van de Europese Unie is een van de zeven instellingen van de EU. Zij omvat drie rechtscolleges: het Hof van Justitie, het Gerecht en het Gerecht

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2003 Nr. 16

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2003 Nr. 16 34 (1976) Nr. 5 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2003 Nr. 16 A. TITEL Akte betreffende de rechtstreekse verkiezing van het Europese Parlement; Brussel, 20 september 1976 B. TEKST

Nadere informatie

9975/16 mak/cle/sv 1 DRI

9975/16 mak/cle/sv 1 DRI Raad van de Europese Unie Brussel, 10 juni 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2015/0906 (COD) 9975/16 INFORMATIEVE NOTA van: aan: Betreft: I. INLEIDING het secretariaat-generaal van de Raad CODEC

Nadere informatie

BESCHIKKING VAN HET HOF (Grote kamer) 17 maart 2005 * betreffende een beroep tot nietigverklaring krachtens artikel 230 EG, ingesteld op 27 juli 2004,

BESCHIKKING VAN HET HOF (Grote kamer) 17 maart 2005 * betreffende een beroep tot nietigverklaring krachtens artikel 230 EG, ingesteld op 27 juli 2004, PARLEMENT / RAAD BESCHIKKING VAN HET HOF (Grote kamer) 17 maart 2005 * In zaak C-317/04, betreffende een beroep tot nietigverklaring krachtens artikel 230 EG, ingesteld op 27 juli 2004, Europees Parlement,

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 17.5.2019 COM(2019) 242 final 2019/0116 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in de Raad van Ministers in te nemen standpunt met

Nadere informatie

jurisprudentiële fundamenten meer dan veertig jaar geleden zijn gelegd 2, bevestigd en versterkt.

jurisprudentiële fundamenten meer dan veertig jaar geleden zijn gelegd 2, bevestigd en versterkt. Discussienota van het Hof van Justitie van de Europese Unie over bepaalde aspecten van de toetreding van de Europese Unie tot het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 14 april 1994 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 14 april 1994 * ARREST VAN 14. 4. 1994 ZAAK C-389/92 ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 14 april 1994 * In zaak C-389/92, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Belgische Raad van

Nadere informatie

C Gerechtelijke statistieken van het Gerecht voor ambtenarenzaken

C Gerechtelijke statistieken van het Gerecht voor ambtenarenzaken Gerechtelijke statistieken Gerecht voor ambtenarenzaken C Gerechtelijke statistieken van het Gerecht voor ambtenarenzaken Werkzaamheden van het Gerecht voor ambtenarenzaken 1. Aanhangig gemaakte, afgedane,

Nadere informatie

REGLEMENT VAN ORDE VAN HET BENELUX-GERECHTSHOF

REGLEMENT VAN ORDE VAN HET BENELUX-GERECHTSHOF GERECHTSHOF COUR DE JUSTICE REGLEMENT VAN ORDE VAN HET BENELUX-GERECHTSHOF RÉGLEMENT D ORDRE INTERIEUR DE LA COUR DE JUSTICE BENELUX 1 REGLEMENT VAN ORDE VAN HET BENELUX-GERECHTSHOF I N H O U D Inleidende

Nadere informatie

HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE

HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE 6.11.2012 Publicatieblad van de Europese Unie C 338/1 I (Resoluties, aanbevelingen en adviezen) AANBEVELINGEN HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE De navolgende tekst ligt in het verlengde van de vaststelling

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 40302 17 juli 2018 REGLEMENT van orde van het Benelux-Gerechtshof, Ministerie van Justitie en Veiligheid INHOUD Inleidende

Nadere informatie

Bijlage 7 Regl. v.orde v.h. College van Beroep voor de Examens

Bijlage 7 Regl. v.orde v.h. College van Beroep voor de Examens Bijlage 7 Reglement van Orde van het College van Beroep voor de Examens Regeling ter uitvoering van het bepaalde in artikel 54 van de Structuurregeling van de Radboud Universiteit Nijmegen. HOOFDSTUK 1.

Nadere informatie

Publicatieblad L 31. van de Europese Unie. Wetgeving. Niet-wetgevingshandelingen. 57e jaargang 31 januari Uitgave in de Nederlandse taal.

Publicatieblad L 31. van de Europese Unie. Wetgeving. Niet-wetgevingshandelingen. 57e jaargang 31 januari Uitgave in de Nederlandse taal. Publicatieblad van de Europese Unie ISSN 1977-0758 L 31 Uitgave in de Nederlandse taal Wetgeving 57e jaargang 31 januari 2014 Inhoud II Niet-wetgevingshandelingen REGLEMENTEN VAN ORDE EN REGLEMENTEN VOOR

Nadere informatie

PROCEDUREREGELING VAN DE KAMER VAN BEROEP VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART

PROCEDUREREGELING VAN DE KAMER VAN BEROEP VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART - 45 - Bijlage 4 PROCEDUREREGELING VAN DE KAMER VAN BEROEP VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART Overeenkomstig artikel 45 ter van de Herziene Rijnvaartakte van 17 oktober 1868, zoals laatstelijk

Nadere informatie

Het Verdrag van Lissabon en het Hof van Justitie van de Europese Unie

Het Verdrag van Lissabon en het Hof van Justitie van de Europese Unie Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen PERSCOMMUNIQUÉ nr. 104/09 Luxemburg, 30 november 2009 Pers en Voorlichting Het Verdrag van Lissabon en het Hof van Justitie van de Europese Unie Het Verdrag

Nadere informatie

Reglement inzake de behandeling van bezwaarschriften

Reglement inzake de behandeling van bezwaarschriften Reglement inzake de behandeling van bezwaarschriften Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel Besloten door Deze versie is geldig tot

Nadere informatie

C Gerechtelijke statistieken van het Gerecht

C Gerechtelijke statistieken van het Gerecht C van het Werkzaamheden van het 1. Aanhangig gemaakte, afgedane, aanhangige zaken (2006 2010) Aanhangig gemaakte zaken 2. Aard van de procedures (2006 2010) 3. Aard van het beroep (2006 2010) 4. Onderwerp

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2018 2019 35 175 Wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering tot intrekking van de verplichting om elektronisch te procederen bij de rechtbanken

Nadere informatie

Verbetering van de toegang tot de rechter bij grensoverschrijdende zaken *

Verbetering van de toegang tot de rechter bij grensoverschrijdende zaken * P5_TA(2002)0441 Verbetering van de toegang tot de rechter bij grensoverschrijdende zaken * Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement over het voorstel van de Commissie met het oog op de aanneming

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 28/01/2019

Datum van inontvangstneming : 28/01/2019 Datum van inontvangstneming : 28/01/2019 Vertaling C-785/18-1 Zaak C-785/18 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 14 december 2018 Verwijzende rechter: Conseil d'état (hoogste bestuursrechter,

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 14.12.2016 COM(2016) 798 final 2016/0399 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot aanpassing van een aantal rechtshandelingen op het gebied

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 25 mei 1993 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 25 mei 1993 * ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 25 mei 1993 * In zaak C-263/91, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Østre Landsret (Denemarken), in het aldaar aanhangig geding

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 30.4.2019 COM(2019) 207 final 2019/0100 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in te nemen standpunt in het Samenwerkingscomité

Nadere informatie

1. Werkzaamheden van het Gerecht voor ambtenarenzaken Aanhangig gemaakte, afgedane, aanhangige zaken ( )

1. Werkzaamheden van het Gerecht voor ambtenarenzaken Aanhangig gemaakte, afgedane, aanhangige zaken ( ) 1. Werkzaamheden van het Aanhangig gemaakte, afgedane, aanhangige zaken (2005 2009) 250 200 150 100 50 0 2005 2006 2007 2008 2009 Aanhangig gemaakte zaken Afgedane zaken Aanhangige zaken 2005 2006 2007

Nadere informatie

PUBLIC. Brussel, 2 februari 2010 (03.02) (OR. fr) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 5931/10 LIMITE JUR 56 INST 25 COUR 12

PUBLIC. Brussel, 2 februari 2010 (03.02) (OR. fr) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 5931/10 LIMITE JUR 56 INST 25 COUR 12 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 2 februari 2010 (03.02) (OR. fr) 5931/10 LIMITE PUBLIC JUR 56 INST 25 COUR 12 NOTA van: het voorzitterschap aan: de Groep vrienden van het voorzitterschap

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 maart 2018 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 maart 2018 (OR. en) Conseil UE Raad van de Europese Unie Brussel, 9 maart 2018 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0399 (COD) 6932/18 LIMITE NOTA I/A-PUNT van: aan: het voorzitterschap INST 96 JUR 109 CODEC 343 JUSTCIV

Nadere informatie

A R R E S T. In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 203 van het Wetboek van Strafvordering, gesteld door het Hof van Beroep te Luik.

A R R E S T. In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 203 van het Wetboek van Strafvordering, gesteld door het Hof van Beroep te Luik. Rolnummer 2151 Arrest nr. 119/2002 van 3 juli 2002 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 203 van het Wetboek van Strafvordering, gesteld door het Hof van Beroep te Luik. Het Arbitragehof,

Nadere informatie

PUBLIC. Brussel, 29 oktober 2003 (05.11) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 13967/03 LIMITE JUSTCIV 208 TRANS 275

PUBLIC. Brussel, 29 oktober 2003 (05.11) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 13967/03 LIMITE JUSTCIV 208 TRANS 275 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 29 oktober 2003 (05.11) 13967/03 LIMITE PUBLIC JUSTCIV 208 TRANS 275 NOTA van: het voorzitterschap aan: het Comité burgerlijk recht (algemene vraagstukken)

Nadere informatie

REGLEMENTEN VAN ORDE EN REGLEMENTEN VOOR DE PROCESVOERING

REGLEMENTEN VAN ORDE EN REGLEMENTEN VOOR DE PROCESVOERING Publicatieblad van de Europese Unie L 112 I Uitgave in de Nederlandse taal Wetgeving 62e jaargang 26 april 2019 Inhoud II Niet-wetgevingshandelingen REGLEMENTEN VAN ORDE EN REGLEMENTEN VOOR DE PROCESVOERING

Nadere informatie

B Gerechtelijke statistieken van het Gerecht van eerste aanleg

B Gerechtelijke statistieken van het Gerecht van eerste aanleg B van het Werkzaamheden van het 1. Aanhangig gemaakte, afgedane, nog aanhangige zaken (1996-2004) Aanhangig gemaakte zaken 2. Aard van de procedures (2000-2004) 3. Aard van het beroep (2000-2004) 4. Onderwerp

Nadere informatie

VERORDENING bezwaarschriften 2011

VERORDENING bezwaarschriften 2011 VERORDENING bezwaarschriften 2011 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie gemeente Lelystad Officiële naam regeling VERORDENING bezwaarschriften 2011 Citeertitel Verordening

Nadere informatie

GEBRUIKSVOORWAARDEN VOOR DE APPLICATIE E-CURIA

GEBRUIKSVOORWAARDEN VOOR DE APPLICATIE E-CURIA GEBRUIKSVOORWAARDEN VOOR DE APPLICATIE E-CURIA 1. E-Curia is een IT-applicatie die de twee rechterlijke instanties waaruit het Hof van Justitie van de Europese Unie bestaat gemeen hebben. Met behulp van

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie C 83/201 PROTOCOLLEN

Publicatieblad van de Europese Unie C 83/201 PROTOCOLLEN 30.3.2010 Publicatieblad van de Europese Unie C 83/201 PROTOCOLLEN 30.3.2010 Publicatieblad van de Europese Unie C 83/203 PROTOCOL (Nr. 1) BETREFFENDE DE ROL VAN DE NATIONALE PARLEMENTEN IN DE EUROPESE

Nadere informatie

Gedragscode voor de leden van het Europees Parlement inzake financiële belangen en belangenconflicten

Gedragscode voor de leden van het Europees Parlement inzake financiële belangen en belangenconflicten Gedragscode voor de leden van het Europees Parlement inzake financiële belangen en belangenconflicten Artikel 1 Grondbeginselen Bij de uitoefening van hun taken als lid van het Europees Parlement: Artikel

Nadere informatie

Reglement Vaste Commissie

Reglement Vaste Commissie Reglement Vaste Commissie TAKEN EN BEVOEGDHEDEN Artikel 1 In de cao Tentoonstellingsbedrijven is op grond van artikel 29 van die cao de Vaste Commissie ingesteld met taken en bevoegdheden op het gebied

Nadere informatie

De raad, het college en de burgemeester van de gemeente Aa en Hunze, ieder zoveel het hun bevoegdheden betreft,

De raad, het college en de burgemeester van de gemeente Aa en Hunze, ieder zoveel het hun bevoegdheden betreft, Tekst van de verordening: De raad, het college en de burgemeester van de gemeente Aa en Hunze, ieder zoveel het hun bevoegdheden betreft, gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

De raad, het college en de burgemeester van de gemeente Roermond,

De raad, het college en de burgemeester van de gemeente Roermond, GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Roermond Nr. 232396 29 december 2017 Verordening behandeling bezwaarschriften Roermond 2018 De raad, het college en de burgemeester van de gemeente Roermond,

Nadere informatie

Rolnummer 4792. Arrest nr. 65/2010 van 27 mei 2010 A R R E S T

Rolnummer 4792. Arrest nr. 65/2010 van 27 mei 2010 A R R E S T Rolnummer 4792 Arrest nr. 65/2010 van 27 mei 2010 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag betreffende de artikelen 4, 2, en 6, 2, van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken,

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 27 JANUARI 2006 C.04.0201.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.04.0201.N V. A., Mr. Cécile Draps, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen D. P. I. RECHTSPLEGING VOOR HET HOF Het cassatieberoep

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 18/09/2017

Datum van inontvangstneming : 18/09/2017 Datum van inontvangstneming : 18/09/2017 Vertaling C-478/17-1 Zaak C-478/17 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 9 augustus 2017 Verwijzende rechter: Tribunalul Cluj (Roemenië) Datum

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 7 december 2000 (1)

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 7 december 2000 (1) BELANGRIJKE JURIDISCHE KENNISGEVING Op de informatie op deze site is verklaring van afwijzing van aansprakelijkheid en een verklaring inzake het auteursrecht van toepassing. ARREST VAN HET HOF (Derde kamer)

Nadere informatie

INHOUD. Voorwoord... v Verkorte inhoudsopgave... vii Lijst van verkort geciteerde werken... xv DE CORRECTIONELE TERECHTZITTING

INHOUD. Voorwoord... v Verkorte inhoudsopgave... vii Lijst van verkort geciteerde werken... xv DE CORRECTIONELE TERECHTZITTING INHOUD Voorwoord............................................................ v Verkorte inhoudsopgave............................................... vii Lijst van verkort geciteerde werken......................................

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 21.12.2011 COM(2011) 915 definitief 2011/0450 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD inzake de verklaring van aanvaarding door de lidstaten, in het belang van de Europese

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vierde kamer) 15 juni 1989*

ARREST VAN HET HOF (Vierde kamer) 15 juni 1989* STICHTING UITVOERING FINANCIËLE ACTIES / STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN ARREST VAN HET HOF (Vierde kamer) 15 juni 1989* In zaak 348/87, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag

Nadere informatie

Reglement van het Veterinair Tuchtcollege

Reglement van het Veterinair Tuchtcollege Reglement van het Veterinair Tuchtcollege Dit reglement geldt in aanvulling op het bepaalde in de Wet op de uitoefening van de diergeneeskunde 1990 c.q. in aanvulling op de Wet Dieren (nadat de daarin

Nadere informatie

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. tot wijziging van Richtlijn 2001/110/EG inzake honing

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. tot wijziging van Richtlijn 2001/110/EG inzake honing EUROPESE COMMISSIE Brussel, 21.9.2012 COM(2012) 530 final 2012/0260 (COD)C7-0304/12 Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging van Richtlijn 2001/110/EG inzake honing

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 18 december 1997 *

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 18 december 1997 * ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 18 december 1997 * In zaak C-5/97, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel Í77 EG-Verdrag van de Belgische Raad van State, in het aldaar aanhangig geding

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 28 maart 2018 (OR. fr)

Raad van de Europese Unie Brussel, 28 maart 2018 (OR. fr) Conseil UE Raad van de Europese Unie Brussel, 28 maart 2018 (OR. fr) Interinstitutioneel dossier: 2018/0900 (COD) 7586/18 LIMITE BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 26 maart 2018 aan: Betreft: JUR 157 COUR

Nadere informatie

Reglement Commissie van beroep voor de examens Mondriaan

Reglement Commissie van beroep voor de examens Mondriaan Reglement Commissie van beroep voor de examens Mondriaan Instemming Deelnemersraad: 26 april 2011 Vastgesteld door College van Bestuur: 10 mei 2011 Ingangsdatum: 10 mei 2011 Inhoudsopgave ARTIKEL 1 BEGRIPSBEPALINGEN...

Nadere informatie

Richtlijn betreffende bescherming rechten op aanvullend pensioen

Richtlijn betreffende bescherming rechten op aanvullend pensioen Richtlijn betreffende bescherming rechten op aanvullend pensioen Richtlijn 98/49/EG van de Raad van 29 juni 1998 betreffende de bescherming van de rechten op aanvullend pensioen van werknemers en zelfstandigen

Nadere informatie

REGLEMENT VAN ORDE COLLEGE VAN BEROEP VOOR DE EXAMENS AVANS+

REGLEMENT VAN ORDE COLLEGE VAN BEROEP VOOR DE EXAMENS AVANS+ REGLEMENT VAN ORDE COLLEGE VAN BEROEP VOOR DE EXAMENS AVANS+ Inhoudsopgave Artikel 1 Definities... 2 Artikel 2 Bevoegdheid College van Beroep... 2 Artikel 3 Reikwijdte Reglement van Orde... 2 Artikel 4

Nadere informatie

PRAKTISCHE AANWIJZINGEN VOOR DE PARTIJEN VOOR HET GERECHT. A.1. Het gebruik van technische communicatiemiddelen... 25

PRAKTISCHE AANWIJZINGEN VOOR DE PARTIJEN VOOR HET GERECHT. A.1. Het gebruik van technische communicatiemiddelen... 25 7.3.2012 Publicatieblad van de Europese Unie L 68/23 PRAKTISCHE AANWIJZINGEN VOOR DE PARTIJEN VOOR HET GERECHT Inhoud I. DE SCHRIFTELIJKE BEHANDELING.......................................................

Nadere informatie

Reglement individueel. Klachtenrecht MCO

Reglement individueel. Klachtenrecht MCO Reglement individueel Klachtenrecht MCO Augustus 2010 Reglement Individueel Klachtenrecht 1 Inhoud Artikel 1 Plaats en functie van de Klachtencommissie 3 Artikel 2 Samenstelling, voordracht en benoeming

Nadere informatie

Reglement van orde College van Beroep voor de Examens Vrije Universiteit Amsterdam

Reglement van orde College van Beroep voor de Examens Vrije Universiteit Amsterdam Reglement van orde College van Beroep voor de Examens Vrije Universiteit Amsterdam INHOUD ARTIKEL 1 INLEIDING ARTIKEL 2 t/m 6 SAMENSTELLING COLLEGE ARTIKEL 7 t/m 8 AAN HET BEROEPSCHRIFT TE STELLEN EISEN

Nadere informatie

GEBRUIKSVOORWAARDEN VOOR DE APPLICATIE E-CURIA - van toepassing op assistenten

GEBRUIKSVOORWAARDEN VOOR DE APPLICATIE E-CURIA - van toepassing op assistenten GEBRUIKSVOORWAARDEN VOOR DE APPLICATIE E-CURIA - van toepassing op assistenten 1. E-curia is een it-applicatie met behulp waarvan processtukken langs elektronische weg kunnen worden neergelegd en betekend.

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 14 januari 2008 (21.01) (OR. en) 5213/08 COPEN 4

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 14 januari 2008 (21.01) (OR. en) 5213/08 COPEN 4 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 14 januari 2008 (21.01) (OR. en) 5213/08 COPEN 4 INITIATIEF van: de Sloveense, de Franse, de Tsjechische, de Zweedse, de Slowaakse, de Britse en de Duitse delegatie d.d.:

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. tot wijziging van

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. tot wijziging van COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 22.12.2006 COM(2006) 909 definitief 2006/0282 (COD) Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging van Richtlijn 2004/109/EG

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 9 februari 2006 *

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 9 februari 2006 * ARREST VAN 9. 2. 2006 - ZAAK C-473/04 ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 9 februari 2006 * In zaak C-473/04, betreffende een verzoek om een prejudiciële beslissing krachtens de artikelen 68 EG en 234 EG,

Nadere informatie

ingevolge artikel 14 van de statuten van de vereniging

ingevolge artikel 14 van de statuten van de vereniging REGLEMENT op de tuchtrechtspraak voor de leden van IIA-Nederland ingevolge artikel 14 van de statuten van de vereniging De raad van tucht Artikel 1 1 De raad van tucht is belast met de behandeling van

Nadere informatie

Arrest van het Hof (Zesde Kamer) 13 november 1990 *

Arrest van het Hof (Zesde Kamer) 13 november 1990 * ARREST VAN 13. 11. 1990 ZAAK C-106/89 Arrest van het Hof (Zesde Kamer) 13 november 1990 * In zaak C-106/89, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Juzgado de Primera

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 9 februari 2010 (10.02) (OR. fr) 6290/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0011 (NLE) HR 8 CORDROGUE 25

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 9 februari 2010 (10.02) (OR. fr) 6290/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0011 (NLE) HR 8 CORDROGUE 25 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 9 februari 2010 (10.02) (OR. fr) 6290/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0011 (NLE) HR 8 CORDROGUE 25 VOORSTEL van: de Commissie d.d.: 3 februari 2010 Betreft: Voorstel

Nadere informatie

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 18.10.2017 COM(2017) 605 final Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD houdende machtiging tot opening van onderhandelingen over een overeenkomst tussen de Europese Unie en

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 21 februari 2002 *

ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 21 februari 2002 * COMMISSIE / ITALIË ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 21 februari 2002 * In zaak C-65/00, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door L. Ström en G. Bisogni als gemachtigden, domicilie

Nadere informatie

Hoofdstuk V. Het Grondwettelijk Hof, de voorkoming en de regeling van conflicten. 1. Bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof

Hoofdstuk V. Het Grondwettelijk Hof, de voorkoming en de regeling van conflicten. 1. Bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof ALGEMENE INHOUD 1 Algemene inhoud Register Deel I. GRONDWET Titel III. De machten Hoofdstuk V. Het Grondwettelijk Hof, de voorkoming en de regeling van conflicten 141 143 Hoofdstuk VI. De rechterlijke

Nadere informatie

PROCESREGELING BELASTINGRECHT GERECHTEN IN EERSTE AANLEG 2019

PROCESREGELING BELASTINGRECHT GERECHTEN IN EERSTE AANLEG 2019 PROCESREGELING BELASTINGRECHT GERECHTEN IN EERSTE AANLEG 2019 1 PROCESREGELING BELASTINGRECHT GERECHTEN IN EERSTE AANLEG 2019 Inleiding Met deze procesregeling wordt beoogd partijen in een geding, waarin

Nadere informatie

Reglement van orde van het College van Beroep voor de examens

Reglement van orde van het College van Beroep voor de examens Reglement van orde van het College van Beroep voor de examens Artikel 1 - Begripsbepalingen In dit reglement wordt verstaan onder: a. de wet: de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek

Nadere informatie

Geschillenreglement AgroVision

Geschillenreglement AgroVision Het bestuur van AgroVision B.V. heeft ter zake van de behandeling van geschillen tussen een opdrachtgever en AgroVision B.V. in haar hoedanigheid van opdrachtnemer, op 16 februari 2015 het navolgende reglement

Nadere informatie

GSC.TFUK. Raad van de Europese Unie Brussel, 7 januari 2019 (OR. en) XT 21106/18. Interinstitutioneel dossier: 2018/0426 (NLE) BXT 125

GSC.TFUK. Raad van de Europese Unie Brussel, 7 januari 2019 (OR. en) XT 21106/18. Interinstitutioneel dossier: 2018/0426 (NLE) BXT 125 Raad van de Europese Unie Brussel, 7 januari 2019 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2018/0426 (E) XT 21106/18 BXT 125 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESLUIT VAN DE RAAD betreffende

Nadere informatie

BENELUX COUR DE JUSTICE GERECHTSHOF. Vertaling 1 A 2012/2/5 ARRET. En cause : BELGACOM. Contre: ALPHACOM. Langue de la procédure : le français ARREST

BENELUX COUR DE JUSTICE GERECHTSHOF. Vertaling 1 A 2012/2/5 ARRET. En cause : BELGACOM. Contre: ALPHACOM. Langue de la procédure : le français ARREST Vertaling 1 COUR DE JUSTICE BENELUX GERECHTSHOF ~ A 2012/2/5 ARRET En cause : BELGACOM Contre: ALPHACOM Langue de la procédure : le français ARREST Inzake: BELGACOM Tegen: ALPHACOM Procestaal: Frans GRIFFIE

Nadere informatie

HOOFDSTUK XI. Echtscheiding, scheiding van tafel en bed en scheiding van goederen

HOOFDSTUK XI. Echtscheiding, scheiding van tafel en bed en scheiding van goederen GERECHTELIJK WETBOEK - Deel IV : BURGERLIJKE RECHTSPLEGING. HOOFDSTUK XI. Echtscheiding, scheiding van tafel en bed en scheiding van goederen Afdeling II. Echtscheiding door onderlinge toestemming. Art.

Nadere informatie

Procedureregeling commissie bezwaarschriften Sociale Dienst Oost Achterhoek

Procedureregeling commissie bezwaarschriften Sociale Dienst Oost Achterhoek Procedureregeling commissie bezwaarschriften Sociale Dienst Oost Achterhoek Het dagelijks bestuur van de Sociale Dienst Oost Achterhoek; voor zover het hun bevoegdheden betreft; gelezen het voorstel van

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 02/02/2016

Datum van inontvangstneming : 02/02/2016 Datum van inontvangstneming : 02/02/2016 Vertaling C-690/15-1 Zaak C-690/15 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 21 december 2015 Verwijzende rechter: Cour administrative d appel

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde Kamer) 8 februari 1990*

ARREST VAN HET HOF (Zesde Kamer) 8 februari 1990* ARREST VAN 8. 2. 1990 ZAAK C-320/88 ARREST VAN HET HOF (Zesde Kamer) 8 februari 1990* In zaak C-320/88, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Hoge Raad der Nederlanden,

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 21.12.2011 COM(2011) 911 definitief 2011/0447 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD inzake de verklaring van aanvaarding door de lidstaten, in het belang van de Europese

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 25.7.2019 COM(2019) 347 final 2019/0159 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het standpunt dat namens de Europese Unie moet worden ingenomen in het EPO-comité

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 30/09/2014

Datum van inontvangstneming : 30/09/2014 Datum van inontvangstneming : 30/09/2014 Samenvatting C-408/14-1 Zaak C-408/14 Samenvatting van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 98, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 13 december 1989 *

ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 13 december 1989 * ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 13 december 1989 * In zaak C-322/88, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Arbeidsrechtbank te Brussel, in het aldaar aanhangig

Nadere informatie

15445/1/06 REV 1 wat/hor/mg 1 DG H 2B

15445/1/06 REV 1 wat/hor/mg 1 DG H 2B RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 24 november 2006 (01.12) (OR. en) 15445/1/06 REV 1 COPEN 119 NOTA van: het voorzitterschap aan: de Raad nr. vorig doc.: 15115/06 COPEN 114 nr. Comv.: COM(2005) 91 def.

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie L 170/7

Publicatieblad van de Europese Unie L 170/7 1.7.2005 Publicatieblad van de Europese Unie L 170/7 VERORDENING (EG) Nr. 1002/2005 VAN DE COMMISSIE van 30 juni 2005 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1239/95 betreffende het verlenen van dwanglicenties

Nadere informatie