Kinder-BOTS. Rob Verstegen & Henny Lodewijks. Aanvullend materiaal bij Interactiewijzer, 10e herziene druk, 2018

Transcriptie

1 Kinder-BOTS Aanvullend materiaal bij Interactiewijzer, 1e herziene druk, 218 Boven BS BT SB TB 4 Tegen Samen 4 SO TO OT OS Onder Rob Verstegen & Henny Lodewijks Voor kinderen (en jongeren) met een ontwikkelingsleeftijd van 8 t/m 12 jaar De vragenlijst wordt door het kind ingevuld. Kinderen jonger dan 11 jaar krijgen daarbij hulp op maat en mondelinge toelichting van de professionele opvoeder (groepsleider, leerkracht). Indien mogelijk worden ook 11- en 12-jarigen nog geassisteerd. Zie voor verdere instructies bijlage IX in het boek Interactiewijzer, 1e herziene druk 218. NAAM GROEP: DATUM:

2 K i nde r-b OT S 2 KINDER-BOTS Hoe vind jij dat jij en de andere kinderen in de groep (klas) met elkaar omgaan? Wij vinden dat belangrijk. Daarom hebben we deze vragenlijst gemaakt. Geef eerlijke antwoorden. Alleen wat jij echt zelf vindt is een goed antwoord. VRAGENLIJST A Hoe ga jij met de andere kinderen in jouw groep om? Je kunt kiezen uit: dat doe ik te weinig dat doe ik weinig dat doe ik genoeg (dat doe ik voldoende, dat doe ik als het nodig is) dat doe ik veel dat doe ik te veel Zet bij elke vraag een rondje om wat je kiest. Voorbeeld: Ik wacht tot de andere kinderen naar mij toekomen TE TE TE TE TE TE TE TE Ga nu door met de volgende vragen. 1 Ik zeg tegen andere kinderen wat ze voor mij moeten doen. TE 2 Ik houd mezelf aan de regels van de groep. TE 3 Ik zorg dat kinderen het naar hun zin hebben in de groep. TE 4 Als ik boos ben op kinderen, dan laat ik ze dat duidelijk zien. TE 5 Als ik vind dat kinderen iets fout doen, dan zeg ik dat tegen ze. TE 6 Als kinderen iets anders gaan doen dan ik wil, dan mopper ik. TE

3 K in der-bots 3 7 Ik doe aardig tegen de kinderen in de groep. Ik help ze en geef complimentjes. TE TE TE TE TE TE TE TE TE 8 Ik ben stil in de groep. TE 9 Als ik ontevreden ben, dan laat ik dat de andere kinderen merken. TE 1 Ik kom stevig voor mezelf op in de groep. Ik sta sterk. TE 11 Ik bedenk en regel goede dingen voor de groep. TE 12 Ik doe wat andere kinderen zeggen. TE 13 Ik neem de leiding in de groep om te zorgen dat het goed gaat. TE 14 Als ik denk dat ik iets niet kan, dan vraag ik hulp aan een ander kind. TE 15 Ik trek mezelf stilletjes terug. Ik zorg dat ze me een beetje vergeten. TE TE TE 16 Ik doe gewoon mee met de groep. TE Wil je verder nog iets zeggen over deze vragen?

4 K i nde r-b OT S VRAGENLIJST B 4 Hoe vind jij dat andere kinderen in de groep op jou reageren? Je kunt kiezen uit: heel weinig kinderen (bijna geen of helemaal geen) sommige kinderen veel kinderen Zet bij elke vraag een rondje om wat je kiest. Voorbeeld: Kinderen pesten mij HEEL KINDEREN KINDEREN Ga nu door met de volgende vragen. 1 Kinderen denken van tevoren al dat ik wel zal doen wat zij willen. HEEL KINDEREN KINDEREN 2 Kinderen doen wat ik zeg. Ze vinden mij de baas. HEEL KINDEREN KINDEREN 3 Kinderen zeggen wat ik moet doen. Zij nemen de leiding naar mij. HEEL KINDEREN KINDEREN 4 Kinderen zoeken mij op omdat ze me leuk of aardig vinden. HEEL KINDEREN KINDEREN 5 Kinderen ergeren zich aan mij. Ze vinden mij irritant. HEEL KINDEREN KINDEREN KINDEREN 6 Kinderen vergeten mij. HEEL KINDEREN 7 Kinderen vinden mij een goede leider. Ze vertrouwen op mij. HEEL KINDEREN KINDEREN KINDEREN 8 Kinderen zijn bang voor mij. HEEL KINDEREN Wil je verder nog iets zeggen over deze vragen?

5 K in der-bots SLEUTEL KINDER-BOTS VRAGENLIJST A (BINNENCIRKEL) Boven Samen Samen Boven Samen Onder Onder Samen Vraag 11: Vraag 3: Vraag 2: Vraag 12: Vraag 13: Vraag 7: Vraag 16: Vraag 14: Totaal BS Totaal SB Totaal SO Totaal OS Onder Tegen Tegen Onder Tegen Boven Boven Tegen Vraag 8: Vraag 6: Vraag 4: Vraag 1: Vraag 15: Vraag 9: Vraag 1: Vraag 5: Totaal OT Totaal TO Totaal TB Totaal BT VRAGENLIJST B (BUITENCIRKEL) Boven Samen Samen Boven Samen Onder Onder Samen Vraag 7: Vraag 4: Vraag 1: Vraag 3: Onder Tegen Tegen Onder Tegen Boven Boven Tegen Vraag 6: Vraag 5: Vraag 8: Vraag 2: 5

6 K i nde r-b OT S 6 BS BT SB TB SO TO OT OS WELKE VAARDIGHEDEN WIL IK LEREN OF VERBETEREN? Voor de opvoeder: Zet in onderstaande tabel achter de vraagnummers een kruisje bij alle en scores die zijn ingevuld. Een score op een vraag geeft aan dat het kind vindt dat het die specifieke vaardigheid te weinig beheerst. Een totaalscore op een octant van (2x ), van 3 of 4 geeft mogelijk een breder vaardigheidsgebied aan, waarvan het kind vindt dat het dat weinig, te weinig (3) of veel te weinig (4) beheerst. Bespreek oplossingsgericht samen welke vaardigheid het eerst geleerd of verbeterd gaat worden. Betrek daar ook de ABC-strategie bij (de zone van aangrenzende ontwikkeling) op basis van een BOTS-vragenlijst die je zelf hebt ingevuld. Kijk in paragraaf 5.9 voor praktische oefensuggesties in die vaardigheid of dat vaardigheidsgebied. Gebruik eventueel Kids Skills als extra motiverende vormgeving.

7 K in der-bots 7 Octant Boven-Samen Samen-Boven Samen-Onder Onder-Samen Onder-Tegen Tegen-Onder Tegen-Boven Boven-Tegen Vraag Te leren of te verbeteren vaardigheid 11 Dingen kunnen verzinnen en regelen voor de groep 13 Leiding kunnen nemen in de groep 3 Zorgen dat kinderen het naar hun zin hebben in de groep 7 Kinderen in de groep helpen 2 Mezelf aan regels van de groep kunnen houden 16 Gewoon meedoen met de groep 12 Doen wat andere kinderen zeggen 14 Hulp vragen aan kinderen als ik iets niet kan of niet weet 8 Stil kunnen zijn in de groep 15 Mezelf stilletjes uit de groep kunnen terugtrekken 6 Zeggen dat ik ergens geen zin heb 9 Kinderen laten merken dat ik iets niet leuk vind 4 Mijn kwaadheid op kinderen duidelijk laten zien 1 Voor mezelf opkomen in de groep 1 Voor mezelf opkomen in de groep 5 Andere kinderen op hun fouten kunnen wijzen DE EERSTE VAARDIGHEID DIE IK WIL GAAN LEREN OF VERBETEREN IS: