Rapport Gemeentelijke Ombudsman Frustrerende verhuizing gehandicaptenparkeerplaats Gemeente Amsterdam Stadsdeel West Stadsdeel Noord 6 maart 2012 RA111172 Samenvatting Een vrouw beschikt over een individuele gehandicaptenparkeerplaats op kenteken in stadsdeel West. Ze verhuist naar stadsdeel Noord en wil daar ook gebruik kunnen maken van een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken. Van stadsdeel West en stadsdeel Noord krijgt de vrouw tegenstrijdige berichten te horen over de wijze waarop de verhuizing van de parkeerplaats gerealiseerd kan worden. In februari 2011 verzoekt de vrouw aan stadsdeel West om een oplossing te vinden voor haar situatie. Omdat het stadsdeel niet op haar verzoek ingaat wendt zij zich tot de ombudsman. Uit het onderzoek van de ombudsman blijkt dat er geen uniforme regelgeving bestaat voor de verhuizing van gehandicaptenparkeerplaatsen binnen Amsterdam. Ook blijkt dat de betrokken stadsdelen geen aanleiding hebben gezien om contact met elkaar op te nemen over de situatie van verzoekster, met als gevolg dat verzoekster tot begin mei 2011 nog geen gebruik kon maken van haar parkeerplaats. Door het ontbreken van uniforme regelgeving en door de late afstemming tussen de stadsdelen heeft verzoekster onnodig laat pas gebruik kunnen maken van haar gehandicaptenparkeerplaats. Oordeel De onderzochte gedragingen zijn in strijd met het vereiste van goede samenwerking.
Pagina : 2/6 Aanbeveling De ombudsman verzoekt de wethouder Verkeer en Vervoer en de verantwoordelijke portefeuillehouders van de stadsdelen te bevorderen dat er een uniforme en billijke regeling wordt opgesteld voor verhuizing van gehandicaptenparkeerplaatsen. Amsterdam, 6 maart 2012 Ulco van de Pol Gemeentelijke Ombudsman
Pagina : 3/6 Verzoek Het verzoek tot onderzoek is op 24 maart 2011 schriftelijk ingediend en betreft de gemeente Amsterdam, stadsdeel West en stadsdeel Noord. Bevindingen aanleiding Verzoekster beschikt over een Europese Gehandicaptenparkeerkaart en heeft vanaf april 2010 een individuele gehandicaptenparkeerplaats op kenteken in stadsdeel West. Zij verhuist naar stadsdeel Noord en wil ook daar gebruik kunnen maken van een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken. Verzoekster vraagt beide stadsdelen hoe zij dit kan regelen. stadsdeel West Volgens stadsdeel West moet verzoekster in West aangeven dat zij is verhuisd. De individuele gehandicaptenparkeerplaats in West wordt dan beëindigd. Verzoekster moet vervolgens tegen betaling van leges á 300,- in stadsdeel Noord een nieuwe aanvraag indienen voor een individuele gehandicaptenparkeerplaats. Stadsdeel West wil het parkeerbord niet afstaan voor verhuizing. stadsdeel Noord Stadsdeel Noord geeft aan dat als verzoekster de leges ad 159,- betaalt, stadsdeel Noord er met medewerking van stadsdeel West voor zal zorgen dat de gehandicaptenparkeerplaats gerealiseerd wordt. Als verzoekster het parkeerbord vanuit stadsdeel West meekrijgt, dan wil stadsdeel Noord meteen een nieuwe plaats aanleggen. Vanwege deze tegenstrijdige berichten, vraagt verzoekster stadsdeel West op 15 februari 2011 om duidelijkheid te verstrekken en aan te geven waar zij de toepasselijke regelgeving kan vinden. Stadsdeel West geeft daarop kort aan dat er geen stedelijke beleidslijn is op dit punt. Verzoekster kan zich niet vinden in deze reactie en wendt zich eind maart 2011 tot de ombudsman. klachtomschrijving Het onderzoek van de ombudsman richt zich op: de afstemming bij verhuizing van een individuele gehandicaptenparkeerplaats. nadere ontwikkelingen Stadsdeel West laat de ombudsman op 1 april 2011 weten dat stadsdeel West uit oogpunt van service wel degelijk medewerking verleent aan verplaatsing van gehandicaptenparkeerborden naar een ander stadsdeel. Stadsdeel West zegt toe het parkeerbord in de loop van de week daarna naar stadsdeel Noord te verplaatsen. Stadsdeel Noord vraagt verzoekster begin april 2011 waar zij het parkeerbord wil hebben. Verzoekster geeft de gewenste plek aan en betaalt de leges á 159,- aan stadsdeel Noord. Begin mei 2011 staat het bord er echter nog niet. Verzoekster wendt zich daarom tot stadsdeel Noord. Stadsdeel Noord deelt verzoekster daarop mee al weken te wachten op het parkeerbord vanuit stadsdeel West. Stadsdeel Noord zegt toe een en ander uiterlijk 4 mei 2011 te realiseren.
Pagina : 4/6 reactie van stadsdeel West De meldingen voor verhuizing van een gehandicaptenparkeerplaats komen terecht bij het frontoffice. Bij een verhuizing buiten het stadsdeel neemt het frontoffice contact op met de afdeling Vergunningen van het stadsdeel waar de aanvrager naartoe verhuist. De frontoffice spreekt af wie de contactpersoon binnen het andere stadsdeel is en naar welke werf het parkeerbord moet worden gebracht. Vervolgens krijgt de wijkbeheerder van de betreffende straat de opdracht om het parkeerbord te verhuizen. Bij een verhuizing binnen het stadsdeel neemt het frontoffice alleen contact op met de wijkbeheerders van de desbetreffende straten. In het geval van verzoekster heeft stadsdeel West het parkeerbord afgeleverd op de werf in Noord. De wijkbeheerder van stadsdeel West heeft geen bericht van stadsdeel Noord ontvangen over het uitblijven van de levering van het parkeerbord. Stadsdeel West betreurt het dat verzoekster drie maanden heeft moeten wachten op haar parkeerplaats en geeft aan dat dit met meer contact tussen de stadsdelen waarschijnlijk voorkomen had kunnen worden. Tot slot laat stadsdeel West weten dat hierover geen afspraken zijn gemaakt tussen de stadsdelen. De rayonbeheerders zullen voorstellen een uniforme procedure af te spreken. reactie van stadsdeel Noord De kosten voor verhuizing van een gehandicaptenparkeerplaats binnen en buiten het stadsdeel zijn hetzelfde: 159,- voor de aanleg van de parkeerplaats en 23,70 voor het besluit. Burgers die voor het eerst een individuele gehandicaptenparkeerplaats aanvragen, betalen 311,- voor de nieuwe aanleg. Stadsdeel Noord wijkt hierin af van andere stadsdelen, die bij een verhuizing buiten het stadsdeel -meestal- het tarief voor een nieuwe plaats rekenen. Bij een verhuizing binnen hetzelfde stadsdeel wordt in principe hetzelfde parkeerbord gebruikt en bij een verhuizing buiten het stadsdeel wordt een nieuw parkeerbord geplaatst. Stadsdeel Noord haalt om praktische redenen geen parkeerborden op uit een ander stadsdeel. In het geval van verzoekster heeft stadsdeel Noord de gehandicaptenparkeerplaats eenzijdig gerealiseerd op 4 mei 2011. Tot slot laat stadsdeel Noord weten dat er geen harde afspraken zijn gemaakt tussen de stadsdelen over de verhuizing van een gehandicaptenparkeerplaats. reacties op bevindingen Het resultaat van het onderzoek is als verslag van bevindingen naar de gemachtigde van verzoekster en naar de stadsdelen West en Noord gestuurd om na te gaan of de feiten juist zijn weergegeven. Verzoekster heeft hiervan geen gebruik gemaakt. De reacties van de stadsdelen leidde niet tot aanpassing van de bevindingen. Beoordeling De ombudsman beoordeelt of het bestuursorgaan zich in de door hem onderzochte aangelegenheid behoorlijk heeft gedragen 1. 1 artikel 9:27 lid 1 Algemene wet bestuursrecht
Pagina : 5/6 Behoorlijkheidsvereisten Indien naar het oordeel van de ombudsman de gedraging niet behoorlijk is, vermeldt hij in het rapport welk vereiste van behoorlijkheid is geschonden 2. In dit onderzoek toetst hij de gedragingen aan het vereiste van goede samenwerking. Overwegingen Het vereiste van goede samenwerking houdt in dat een overheidsinstantie bij het vervullen van haar taken in het belang van burgers goed samenwerkt en niet primair naar de organisatiebelangen en doelen van de eigen organisatie kijkt. Het gaat erom dat in veel gevallen een door de burger gesignaleerd probleem uitsluitend kan worden opgelost door samenwerking van verschillende betrokken afdelingen of instanties. Vaststaat dat verzoekster in februari 2011 bij stadsdeel West en stadsdeel Noord informeert hoe zij na haar verhuizing van West naar Noord gebruik kan maken van haar gehandicaptenparkeerplaats. Het staat vast dat verzoekster hierover na ontvangst van de informatie in onduidelijkheid verkeert. Ook staat vast dat stadsdeel West niet ingaat op een verzoek om een oplossing naar aanleiding van de door verzoekster geconstateerde tegenstrijdige informatie. Uit onderzoek van de ombudsman blijkt dat er geen uniforme regelgeving bestaat voor de verhuizing van gehandicaptenparkeerplaatsen binnen Amsterdam. Ook blijkt dat de stadsdelen geen aanleiding hebben gezien om contact met elkaar op te nemen over de situatie van verzoekster, met als gevolg dat verzoekster tot begin mei 2011 nog geen gebruik kon maken van haar parkeerplaats. Door het ontbreken van uniforme regelgeving en door de late afstemming tussen de stadsdelen heeft verzoekster lange tijd in onzekerheid verkeerd en onnodig laat pas gebruik kunnen maken van haar gehandicaptenparkeerplaats. N.B. Ten tijde van het uitbrengen van dit rapport ontvangt de ombudsman een tweede verzoek tot onderzoek met betrekking de verhuizing van een gehandicaptenparkeerplaats. Dit verzoek betreft het handelen van stadsdeel West en stadsdeel Nieuw-West. De stadsdelen nemen het standpunt in dat een nieuwe aanvraag moet worden ingediend en verzoeker dient wederom 311,- aan legeskosten te betalen, hetgeen onnodig belastend is. Oordeel De onderzochte gedragingen zijn in strijd met het vereiste van samenwerking. 2 artikel 9:36 lid 2 Algemene wet bestuursrecht
Pagina : 6/6 Aanbeveling De ombudsman verzoekt de wethouder Verkeer en Vervoer en de verantwoordelijke portefeuillehouders van de stadsdelen te bevorderen dat er een uniforme en billijke regeling wordt opgesteld voor verhuizing van gehandicaptenparkeerplaatsen.