Inspectierapport Kuukeluusje (PSZ) Zuiderzeestraatweg 145 3849 AD HIERDEN Toezichthouder: GGD Noord en Oost Gelderland In opdracht van gemeente: Harderwijk Datum inspectie: 16-06-2015 Type onderzoek : Jaarlijks onderzoek Status: Definitief Datum vaststelling inspectierapport: 26-06-2015
Inhoudsopgave Het onderzoek... 3 Observaties en bevindingen... 4 Pedagogisch klimaat... 4 Personeel en groepen... 6 Veiligheid en gezondheid... 7 Ruimte en inrichting... 8 Inspectie-items... 9 Gegevens voorziening... 11 Gegevens toezicht... 11 Bijlage: Zienswijze houder peuterspeelzaal... 12 2 van 12
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 2.20 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek. Op dinsdagmorgen 16 juni 2015 is peuterspeelzaal Kuukeluusje van SKH in opdracht van de gemeente Harderwijk bezocht voor een jaarlijks onderzoek op basis van risico-gestuurd toezicht. Het onderzoek heeft zich met name gericht op de kwaliteit van de dagelijkse praktijk. Beschouwing Peuterspeelzaal Kuukeluusje is onderdeel van Stichting Kinderspeelzalen Harderwijk ( SKH) De peuterspeelzaal bestaat uit een groep van maximaal 16 peuters. Op het moment van inspectie zijn er 14 kinderen aanwezig. De kinderen mogen zelf kiezen waar ze mee spelen en kunnen aan de tafels ook puzzelen, bouwen. Er zijn 2 vaste beroepskrachten aanwezig en een medewerker van het consultatie bureau. Deze medewerker komt 1x per maand langs voor vragen die ouders mogelijk kunnen hebben. De bevindingen zijn terug te vinden in het inspectie rapport. Advies aan College van B&W De toezichthouder adviseert het college om te handhaven conform handhavingsbeleid. - de inspecteur geeft de gemeente het advies om niet te handhaven op het buitenspelen. (zie toelichting bij buitenspeelruimte) 3 van 12
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Binnen dit domein zijn de volgende competenties geobserveerd en beoordeeld: - waarborging emotionele veiligheid; - ontwikkeling van persoonlijke competentie; - ontwikkeling van sociale competentie; - overdracht van normen en waarden. Tijdens de observatie van de pedagogische praktijk wordt gebruik gemaakt van het Veldinstrument observatie kindercentrum. Pedagogische praktijk Het pedagogisch beleidsplan wordt door de beroepskrachten met zorg uitgevoerd. Emotionele veiligheid: De ouders brengen de kinderen op de groep. De kinderen worden individueel welkom geheten door de beroepskrachten. de beroepskrachten kennen ieder kind in de groep", Dit blijkt uit de gesprekken over de kinderen met de beroepskrachten. Met de kinderen wordt gezwaaid naar papa en of mama als ze weggaan. De beroepskrachten geven complimenten; "dat doe je goed", "zullen we samen gaan lezen, dat vind je leuk he". De ruimte is licht en ingericht met diverse speelhoeken. Er is een huishoek, een bank waar de kinderen boekjes kunnen lezen, een winkeltje, een bouwhoek. Persoonlijke competentie: De beroepskrachten bevinden zich met en tussen de kinderen tijdens het spel. De kinderen worden gestimuleerd om deel te nemen aan een activiteit tijdens het vrije spel. Een beroepskracht gaat lezen en nodigt kinderen uit om bij haar te komen zitten. Na een korte kring van "hallo, goede morgen", wordt de kring in tweeën gesplitst. De 2 jarige bij elkaar en de 3 jarige bij elkaar. Er wordt in de kring het thema: boer en boerinnen besproken. Er wordt een vertelplaat getoond met daarop alles van een boerderij. De kinderen wordt gevraagd wat zij zien en om dit te benoemen. Sociale competentie: De kinderen wordt geleerd om positief met elkaar om te gaan. In de groep slaat een kindje een ander kindje. Er wordt geleerd om niet te slaan maar om te zeggen als je iets niet wilt. Er moet sorry gezegd worden en het wordt samen opgelost. De kinderen spelen veel samen. De beroepskrachten zitten er bij en spelen samen. Overdracht normen en waarden: De kinderen worden aangesproken op hun gedrag op de groep. Een regel is niet rennen op de groep maar buiten. Kinderen die wel rennen worden hierop aangesproken. De beroepskracht gaat door de knieën en spreekt de kinderen aan op de regel. Uit de observatie is de conclusie getrokken dat aan de voorwaarden, betreffende de persoonlijke en sociale competenties, de emotionele veiligheid en de overdracht van normen en waarden wordt voldaan. 4 van 12
Voorschoolse educatie Het programma wat gebruikt wordt voor de Voorschoolse Educatie is: Puk en Ko. De certificaten betreffende de Voorschoolse Educatie zijn aanwezig en ingezien door de toezichthouder. Gebruikte bronnen: Interview anderen Observaties Website Pedagogisch beleidsplan Pedagogisch werkplan VVE-certificaten Opleidingsplan voorschoolse educatie 5 van 12
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag Op de locatie blijkt dat de beroepskrachten in het bezit zijn van een Verklaring Omtrent Gedrag die voldoet aan de voorwaarden van de wet kinderopvang Passende beroepskwalificatie Op de locatie blijkt dat alle beroepskrachten in het bezit zijn van een beroepskwalificatie. Opvang in groepen De groep bestaat uit maximaal 16 kinderen. Tijdens de inspectie zijn er 14 kinderen aanwezig. Eén kindje is ziek en een ander kindje is op vakantie. Beroepskracht/vrijwilliger-kindratio Op deze groep staan twee vaste beroepskrachten. Gebruikte bronnen: Interview anderen Observaties Verklaringen omtrent het gedrag Diploma's beroepskrachten Presentielijsten 6 van 12
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid Op de groep hangen 'open' tl buizen. Deze tl buizen zijn niet afgeschermd en kunnen stuk gaan zodra er iets tegen aan komt. Dit kan een gevaar opleveren voor de kinderen en beroepskrachten. De tl buizen worden niet benoemd in de risico-inventarisatie. Uit bovenstaande constatering(en) / bevinding(en) blijkt dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan. De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie. (art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 15 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11 lid 1 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk) Gebruikte bronnen: Risico-inventarisatie veiligheid Risico-inventarisatie gezondheid 7 van 12
Ruimte en inrichting Buitenspeelruimte Toegankelijk betekent dat er geen belemmeringen mogen zijn om buiten te spelen. De opvang moet zo georganiseerd zijn dat kinderen, als ze daar behoefte aan hebben, buiten kunnen spelen. (Verwijzing naar wet- en regelgeving: Artikel 10 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De kinderen kunnen alleen buiten spelen tussen half elf en elf uur. Dit is in overleg met de school afgesproken. Buiten dit tijdstip is het voor de beroepskrachten niet mogelijk om buiten te spelen, omdat de school dan ook buiten speelt en elke klas zijn eigen tijd heeft. De kinderen van de PSZ lopen dan door de schoolkinderen heen en er is dan weinig overzicht. Als de kinderen behoefte er aan hebben om buiten te kunnen spelen dan is dit niet of nauwelijks mogelijk. De inspecteur vindt dat dit een aandachtspunt is voor de beroepskrachten en leidinggevende. De inspecteur geeft het advies aan de gemeente om hier niet op te handhaven. Gebruikte bronnen: Observaties 8 van 12
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 2.5 en 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 20 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 2.5 en 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 20 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 2.5 en 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 20 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 2.5 en 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 20 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Voorschoolse educatie Voorschoolse educatie omvat per week ten minste vier dagdelen van ten minste 2,5 uur of per week ten minste 10 uur aan activiteiten gericht op het stimuleren van de ontwikkelingsdomeinen taal, rekenen, motoriek en de sociaal-emotionele ontwikkeling. (art 2.8 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het feitelijk aantal aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste één beroepskracht per acht kinderen. (art 2.8 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit De groep bestaat uit ten hoogste 16 feitelijk aanwezige kinderen. (art 2.8 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 2 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit De beroepskrachten voorschoolse educatie zijn in het bezit van een getuigschrift van met gunstig gevolg afgelegd examen van één van de bij ministeriële regeling vastgelegde diploma s. (art 2.8 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit Onderdeel van de beroepsopleiding waarvoor het getuigschrift is behaald, vormt ten minste één module over het verzorgen van voorschoolse educatie. OF De beroepskracht bezit een bewijs dat met gunstig gevolg scholing is afgerond specifiek gericht op het vroegtijdig bestrijden van achterstanden bij jonge kinderen of het werken met voor- en vroegschoolse educatieprogramma s. (art 2.8 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit De houder stelt jaarlijks een opleidingsplan op. (art 2.8 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit Voor de voorschoolse educatie wordt een programma gebruikt waarin op gestructureerde en samenhangende wijze de ontwikkeling wordt gestimuleerd op het gebied van taal, rekenen, motoriek en sociaal-emotionele ontwikkeling. (art 2.8 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit 9 van 12
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder de peuterspeelzaal exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013. Indien een verklaring omtrent het gedrag is afgegeven vóór 1 maart 2013, dan is deze niet ouder dan twee jaar. (art 2.6 lid 3 en art 3.8g lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij een onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij de peuterspeelzaal overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. (art 2.6 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Een verklaring omtrent het gedrag van een stagiaire, uitzendkracht of vrijwilliger is niet ouder dan twee jaar. (art 2.6 lid 4, 8 en 9 en art 3.8g lid 3 en 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over een voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie overeenkomstig de cao Welzijn en Maatschappelijke Dienstverlening. (art 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 18 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 17 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Opvang in groepen De opvang vindt plaats in peuterspeelzaalgroepen. (art 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 18 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De peuterspeelzaalgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen. (art 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 19 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 18 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Beroepskracht/vrijwilliger-kindratio Het aantal beroepskrachten en vrijwilligers per groep bedraagt: - in een groep met maximaal 8 kinderen ten minste 1 beroepskracht; - in een groep met 9 t/m 16 kinderen ten minste 1 beroepskracht, en een vrijwilliger of tweede beroepskracht. (art 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 19 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 18 lid 4 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie. (art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 15 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11 lid 1 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk) Ruimte en inrichting Buitenspeelruimte De buitenspeelruimte is voor kinderen toegankelijk en veilig bereikbaar. 10 van 12
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening : Kuukeluusje Website : http://www.skh-harderwijk.nl Aantal kindplaatsen : 16 Gesubsidieerde voorschoolse educatie : Ja Gegevens houder Naam houder : Stichting Kinderspeelzalen Harderwijk Adres houder : Burgemeester Kempersstraat 7A Postcode en plaats : 3841 HA HARDERWIJK KvK nummer : 41035117 Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD : GGD Noord en Oost Gelderland Adres : Postbus 51 Postcode en plaats : 7300 AB APELDOORN Telefoonnummer : 088-4433000 Onderzoek uitgevoerd door : De heer D. Terlien Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente : Harderwijk Adres : Postbus 149 Postcode en plaats : 3840 AC HARDERWIJK Planning Datum inspectie : 16-06-2015 Opstellen concept inspectierapport : 16-06-2015 Zienswijze houder : 25-06-2015 Vaststelling inspectierapport : 26-06-2015 Verzenden inspectierapport naar houder : 29-06-2015 en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar : 29-06-2015 gemeente Openbaar maken inspectierapport : 02-07-2015 11 van 12
Bijlage: Zienswijze houder peuterspeelzaal De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. Zienswijze n.a.v. GGD Inspectie speelzaal t Kuukeluusje te Hierden Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De GGD Inspecteur heeft de niet afgeschermde tl-buizen als mogelijk risico ten aanzien van de veiligheid aangemerkt. SKH is gehuisvest in een onderwijslocatie van VCO Hierden, De Parel, waarin alle lokalen qua verlichting op dezelfde wijze zijn ingericht. In het lokaal bevindt zich een vrij hoog plafond dus de kans dat een peuter van 2 of 3 jaar een voorwerp zo hoog in de lucht zal/kan gooien dat het een tl-buis raakt, is minimaal. Echter, om deze zeer kleine kans toch geheel uit te sluiten heeft SKH de school verzocht om mee te denken over een oplossing. Deze heeft er toe geleid dat de lampen inmiddels zijn afgeschermd. Buitenspeelruimte De buitenspeelruimte zou naar behoefte zonder belemmering toegankelijk moeten zijn. SKH deelt het schoolplein met basisschool De Parel. Om te voorkomen dat onze peuters omver gelopen worden door of zoek raken tussen de oudere kinderen is er voor gekozen om afspraken te maken over de beschikbaarheid van het schoolplein. Tussen half elf en 11 uur kunnen de peuters gebruik maken van het gehele plein. Het was een optie geweest om een klein gedeelte van het grote plein af te schermen voor de peuters. Hier is bewust niet voor gekozen omdat de bewegingsvrijheid hierdoor teveel wordt ingeperkt. Bovendien mag de peuterspeelzaal gebruik maken van de inpandige gymzaal van de school. Dit komt vooral voor in geval van regen. SKH ziet dan ook geen belemmering om de peuters op elk gewenst moment vrij te laten bewegen 12 van 12