Gebruikshandleiding voor Hella universeel koplampafstelapparaat serie IV.



Vergelijkbare documenten
Gebruikshandleiding. voor universeel Hellakoplampafstelapparaat. digitale serie IV. Idee n voor de auto van de toekomst

Wettelijke voorschriften voor extra verlichting volgens ECE-regeling 48

PRODUCT-INFO Extra verstraler LED Light Bar 470 Single Twin

Thermomanagement. Technische service. Onze ideeën, uw succes. Hella. Inbouwschakelaars. Ideeën voor de auto van de toekomst

PRODUCT-INFO LED-extra koplampen Light Bar 350

PRODUCT-INFO Extra verlichting LED Light Bar 350 en 470

PRODUCT-INFO Regen-lichtsensor voor voertuigen met steile voorruiten

Xenonconversie voor de Opel Speedster

INLEIDING VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN SYMBOLEN. De symbolen in deze gebruiksaanwijzing. Symbolen op het apparaat

Handleiding. Breeze. Elektrische fiets

Koplampafstelapparaten

Montage- en bedieningsinstructie voor Luxaflex Roman Shades Kettingsysteem

Montagehandleiding ROUND-IT 90 SOLUTION 90

Boor de gaten in het spatbord. Diameter van de montagegaten: 5,5 mm, het gat voor de draaddoorvoer 10 mm.

Vriendelijke bedankt voor de aanschaf van de NRGBike loopfiets. We hopen dat het u verder brengt!

Montagehandleiding Knikarmschermen Onlinezonneschermen.nl

Afstelbare parameters - Signalering en zichtbaarheidssystemen

Afbeelding 1: Helderheidsregelaar inbouw

Toetselement onder lang indrukken: het licht wordt met minimale lichtsterkte ingeschakeld.

Balanceermachine GEBRUIKERSHANDLEIDING

Overhandig deze gebruiksaanwijzing na de installatie a.u.b. aan uw klant! Afbeelding A: Aanduidingen en bedieningselementen

DM-TRFD (Dutch) Dealerhandleiding. RACE MTB Trekking. Stads-toer/ comfort-fiets. Voorderailleur DEORE XT FD-T8000

Door de diverse stappen in deze montagehandleiding te doorlopen zorg je ervoor dat he in een handomdraai klaar bent met de montage.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Bediening. Systeem DALI-Power-besturingseenheid inbouwbasiselement

Fietsdrager, dakbevestiging

Lampen en waarschuwingslampjes

Door de diverse stappen in deze montagehandleiding te doorlopen zorg je ervoor dat he in een handomdraai klaar bent met de montage.

Handleiding. Tilly Light fietsendrager

1. Fundamentele veiligheidsinstructies 3 2. Bedoeld gebruik 3

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Afdekking Standaard met timerfunctie Art. nr. : ST.. Bedieningshandleiding

GEBRUIKSAANWIJZING SLEUVENZAAGMACHINE MS 125

Automatische lijnlaser. Gebruiksaanwijzing

Handleiding Euroflex Basic & Classic

Montage-instructies: Speed Triple (vanaf VIN ) - Speed Triple R - Street Triple - Street Triple R (vanaf VIN ) A en A

KNX/EIB Lichtsterkteregelaar. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat

UITRUSTINGSVOORSCHRIFTEN. MARKERINGSBORDEN VRACHTWAGENS (m.u.v. trekkers en bussen) (ACHTERZIJDE)

Montagehandleiding ROUND-IT QUATRE QUART

De band. Blad 1. Loopvlak. Naam: Klas: Voor deze opdracht heb je nodig: Een autoband Een profieldieptemeter (afbeelding 2)

RUITENWISSERBLADEN VOOR DE LANDBOUW

Installation instructions, accessories. Dakbox. Volvo Car Corporation Gothenburg, Sweden. Instructienr. Versie Ond. nr

Knikarmschermen HZ-T2600. Montage / Gebruikershandleiding

Wormwielkasten GS 50.3 GS met voet en hefboom

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Bediening. LB-management. Power DALI-taststuureenheid TW

GEBRUIKSAANWIJZING WAND AFZUIGKAPPEN

Montagelift Typ: KAL 275 art.-nr

HANDLEIDING RO-STEAM 1000 / 2000

DE POTEN AFSTELLEN. Zo kan de koelkast omhoog gebracht worden. Zo kan de koelkast omlaag gebracht worden.

FIETSMETINGEN BIJ WIELERWEDSTRIJDEN. Bronnen: UCI/KNWU

Handleiding Euroflex Basic

Laserwaterpas. Bestnr.: Omwille van het milieu 100% recyclingpapier

Montagehandleiding SOLUTION QUATRE QUART

Handleiding. Onderdelen apparatuur

y Verwarming op brandstof 87

Domicare is de Nederlandse importeur voor huisliften van een Engelse producent met ruim 40 jaar

GEBRUIKSAANWIJZING AQUA LASER 2 IN 1 RAAMREINIGER ARTIKEL NUMMER :

ELEKTRISCHE INSTALLATIE BI-VAN CAN COM2000

Verkorte gebruiksaanwijzing

Laser LAX 300 G. Bedieningshandleiding

Montagehandleiding ZT-50 N Vacuum Cruise Control

Finnik Autorapport Fiat Punto Evo 0.9 TwinAir Pop

ContiComfortKit Handleiding

NL BOSAL TOURER Gebruiksaanwijzing voor fietsendrager E4-26R

HBJR Garagedeuropener Deel 1: Installeren

Serie SEG PROFESSIONELE KOPLAMPAFSTELAPPARATEN DIE AAN ALLE BEHOEFTEN VOLDOEN

Montagehandleiding. Categorie Omafietsen

Installatiehandleiding (montage aan een dragende muur)

letta AUTOMATISCH ZIJSCHUIVEND SYSTEEM HANDLEIDING

Montage-instructie. Screens. V599 Ritz V599R Ritz V599 Ritz XL

F I A T B R A V O NL S N E L G I D S

DIC WANDMODEL HANDLEIDING MONTAGE EN GEBRUIK Deze handleiding is van toepassing op een DIC wandmodel met plug and play systeem

FICHE TECHNIQUE TECHNISCHE FICHE LEVEL DESIGN 1

De oorzaak zit in de vele contacten een aansluitingen. Van accu naar contactslot, naar zekeringen, naar stuurschakelaars en dan pas naar de lampen.

Inbouwhandleiding Pagina 26. Wijnklimaatkast EWTgb/gw 1683 / 2383 / 3583

Handleiding rookgascondensor INHOUDSOPGAVE: WERKING. 1.1 Algemeen 1.2 Werking INSTALLATIE

VERPLICHT : Neem de voorschriften voor veiligheid en schoon werken in acht. [0197-M] A1Z]

Het essentiële dat het verschil maakt! oebehoren. Verhoogt de veiligheid. Vereenvoudigt het aandocken. Verbetert de zichtbaarheid en duidelijkheid.

Montagevoorschrift/ gebruiksaanwijzing DRIVE

Montage- en gebruikershandleiding Sta-op hulp

Invacare Moover Delta II

Montagevoorschrift/ gebruiksaanwijzing ERGO FE

Montagehandleiding Screens screenstotaalshop.nl 1. Instructie plaatsen screen. 1.1 Aftekenen montage gaten

Installatiehandleiding

M O N T A G E - I N S T R U C T I E S D E U R E N

Wegverlichting- en homologatieset Workman HD multifunctionele voertuigen uit 2012 en later

Saab 9-3, Saab Montagerichtlijn MONTERINGSANVISNING INSTALLATION INSTRUCTIONS MONTAGEANLEITUNG INSTRUCTIONS DE MONTAGE.

MONTAGE HANDLEIDING ROLLUIK

CE VERKLARING & MONTAGEHANDLEIDING

Parameters Zichtbaarheid

BGR 233 GEKEURD (DE) Gebruikshandleiding Laadbrug. Bekijk de instructievideo op

Zeer snel. Lasernauwkeurig. Zelfnivellerend. Eénhandige-bediening.

Rotobolt EM2020 EM2050

Voertuigaanpassingen en hun invloed op weggedrag

ZEKEREN VAN MACHINES EN MATERIEEL

PRODUCT-INFO L 5570 bi-led module 2e generatie

Gebruiksaanwijzing elektrische sfeerhaard

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 AFR-100 FITTING DIMMER/SCHAKELAAR

De snelheid van de auto neemt eerst toe en wordt na zekere tijd constant. Bereken de snelheid die de auto dan heeft.

LightMate II gebruikershandleiding

Transcriptie:

Gebruikshandleiding voor Hella universeel koplampafstelapparaat serie IV. 1

2

Gebruikshandleiding voor 8PA 007 732-001/-011 Hella universeel koplampafstelapparaat serie IV Inhoud Pagina 1.0 Montage 4-5 2.0 Benaming van de onderdelen 6-7 3.0 Testvloer (volgens ISO 10 604) 8 3.1 Testvloer voor mobiel koplampafstelapparaat 8 3.2 Testvloer voor vast koplampafstelapparaat 9 4.0 Opstellen en uitrichten 10 4.1 Voorbereiden van het voertuig 10 4.2 Opstellen 11 5.0 Koplamp testen en afstellen 12-15 6.0 Gebruik van lichtsterktemeter, voltmeter en positioneerhulp 16 6.1 Foto-electrische lichtmeetinrichting 16 6.2 Voltmeter 17 6.3 Positioneerhulp 18 7.0 Richtlijn 19 7.1 Hoogte koplamp hoger dan 140 cm boven standvlak 19 7.2 Controle van het koplampafstelapparaat 19 8.0 Onderdelen 20-21 3

4 1.0 Montage 1. Zuil 1 met drukschrijf 2 en klemstuk 3 in de bus 4 zetten. Kleurmarkeringen aan de zuil en de voet moeten overeen stemmen. 11 10 De borgstift 5, die met plakband aan de voet geplakt is, zo ver in het gat van de zuil slaan, dat beide uitstekende uiteinden even lang zijn. 9 8 2. De optiekkast 6, overeenkomstig de afbeelding, met ingedrukte bedieningshandel 7 op de zuil schuiven en tot werkhoogte laten zakken. 3. Vizierhouder 8 op de zuil plaatsen en door middel van het spanwiel 9 vastklemmen. 4. Handwiel 10 op de zeskantige stang bovenaan de zuil drukken en met de borgring 11 vastzetten.

7 6 1 Opening voor het nastellen van de zuilgeleiding met inbussleutel (nr 6). 3 5 2 4 5

6 2.0 Benaming van de onderdelen 1 2 3 4 5 Zuil Vizierhouder Breedbandvizier met klemschroef Schaalwijzer Schakelaar voor fotoelectrische lichtmeetinrichting en voltmeter 10 8PA 007 732-001 Proefmodel, goedkeuringsnummer TP 8-S 35 Koplampafstelapparaat met rubber wielen, breedbandvizier, lichtmeetinrichting, voltmeter en laser-positioneerhulp. 6 Diagnosespiegel met verstelknop 2 7 Fresnellens 8 Bedieningshandel voor het op- en neerbewegen van de optiekkast 3 9 10 Voet met rubber wielen voor gebruik op daarvoor bestemde testvloeren Handrem voor het blokkeren van de zuil 1 8PA 007 732-011 Proefmodel, goedkeuringsnummer TP 8-S 35 Koplampafstelapparaat met rubber wielen, breedbandvizier, lichtmeetinrichting en voltmeter.

8 6 5 7 4 9 Attentie! De lens moet krasvrij zijn. De afbeelding op het testscherm kan hierdoor negatief beïnvloed worden. Indien noodzakelijk de lens (zie Onderdelen ) vervangen. De lens reinigen met een zachte doek en glasreiniger. 7

8 3.0 Testvloer (volgens ISO 10 604) 3.1 Testvloer voor mobiel koplampafstelapparaat 1 m Vloeroneffenheid niet groter dan ± 0,5 mm/m Personenwagen: min. 4 m / Vrachtwagen min. 8,5 m Vloeroneffenheid niet groter dan 1 mm/m Attentie: De aard en de gesteldheid van de testvloeren zijn bepalend voor het juist instellen van de koplampen. fout fout

3.2 Testvloer voor vast koplampafstelapparaat De Hella koplampafstelapparaten zijn ook geschikt voor vaste montage. De rails worden op de vloer gemonteerd. Bij gebruik van het Hella koplampafstelapparaat op een vaste plaats, moet voor ieder apparaat een set rails besteld worden (bestelnummer 9XS 861 736-001). Bij de montage wordt de rail zelf als boorsjabloon gebruikt. Voor de testvloer voor voertuigen geldt hetzeifde als beschreven bij 3.1. Afbeelding 1 585 mm 585 Hoogteverschil max. 0,5 mm 2 afstandsstroken De rails moeten zuiver in elkaars verlengde liggen Geleiderails met en zonder profiel Om koplampen exact te kunnen testen en instellen, moet bij het monteren van de rails het volgende in acht worden genomen: De testvloer voor de voertuigen en de vloer voor de rails voor het koplampafstelapparaat moeten moeten evenwijdig lopen. De testvloer voor de voertuigen en de gemonteerde Afbeelding 2 rails hoeven niet horizontaal te zijn, maar moeten wel evenwijdig zijn. Het hoogteverschil tussen het loopvlak van de rails mag niet groter zijn dan 0,5 mm (afbeelding 1). De rails moeten over de totale lengte ondersteund worden, zodat er geen vervorming kan optreden. De rails worden paarsgewijs onder een hoek van 90 op de lenteas van het voertuig gemonteerd. De afstand tussen het hart van de rails is aangepast aan de afmeting van de voet van het koplampafstellapparaat en bedraagt 585 mm. De rails moeten bij de verbinding aan elkaar perfect op elkaar aansluiten (afbeelding 2). 9

10 4.0 Opstellen en uitrichten van een koplampafstelapparaat voor het voertuig 4.1 Voorbereiden van het voertuig De banden moeten de voorgeschreven spanning hebben. Het voertuig moet als volgt worden belast: Afbeelding 3 vast los a. Personenwagens: met persoon of 75 kg op de bestuurdersstoel bij een verder onbelaste auto. b. Vrachtwagens en overige meer-assige voertuigen worden niet belast c. Motorrijwielen, alsmede eenassige trekkers en landbouwmachines (met zijspan of aanhanger): met één persoon of 75 kg op de bestuurdersplaats Bij hydraulisch geveerde of luchtgeveerde voertuigen dient de motor te lopen met een gemiddeld toerental tot de hoogte van het voertuig niet meer verandert. Indien het voertuig beschikt over een automatische correctie van de koplampen resp. een traploze of 2-traps verstelling, dan dienen de instructies van de fabrikant te worden opgevolgd.

4.2 Opstellen Het koplampafstelapparaat wordt voor het te testen voertuig gereden. De optiekkast op het midden van de lamp stellen. Afwijkingen in hoogte en zijwaarts maximaal 3 cm. Voor apparaten met een positioneer-hulp, zie punt 6.3. Afstand van de voorzijde van de optiekkast tot de koplamp 30 tot 70 cm (afbeelding 3). Hoogteverstelling van het breedbandvizier Na het losdraaien van het handwiel (linksom) kan de vizierhouder op de zuil in hoogte worden versteld. Afbeelding 4 Voor het geval dat het uitrichten bij vrachtwagens of bussen met een sterk gewelfde front op moeilijkheden stuit, kan men met een schietlood of ander geschikt voorwerp de middellijnen van de lampen op de grond aftekenen en het apparaat op deze punten uitrichten (afbeelding 4). Uitrichten van de optiekkast ten opzichte van het voertuig (met breedbandvizier) Apparaten op wielen moeten voor elke te testen lamp opnieuw worden uitgericht. Apparaten op rails hoeven slechts eenmaal per voertuig uitgericht te worden. Handrem loszetten. Optiekkast en breedbandvizier zo richten, dat vizierlijn (kier) twee op gelijke hoogte en symmetrisch aan de lengteas van het voertuig liggende punten raakt (afbeelding 3). Handrem vastzetten, zonder het apparaat te verstellen. Het breedbandvizier kan na het losdraaien van de klemschroef voor het gemak bij het instellen van het vizier naar links of rechts verschoven worden. 11

12 5.0 Koplamp testen en afstellen Bij voertuigen met automatische neigingscorrectie, die de carrosserie- en koplampneigingen bij verschillende belastingen opvangt, dienen de bijzonderheden van deze voorziening volgens de instructies van de fabrikant te worden opgevolgd. Voor het afstellen van koplampen bij voertuigen met handmatige lichthoogteregeling, moet de verstelling zich in de voorgeschreven arrêteerstand voor de basisinstelling bevinden. Bij koplampen met een 2-standen lichthoogteregeling, waarbij de basisinstelling niet als zodanig omschreven is, dienst als volgt te worden gehandeld: Bij voertuigen, waarbij de lichtbundel zich met toenemende belasting naar boven beweegt, dient de afstelling in de eindstand van de lichthoogteregeling te geschieden, waarbij de lichtbundel het hoogste punt bereikt. Bij voertuigen, waarbij de lichtbundel zich met toenemende belasting naar onderen beweegt, dient de afstelling in de eindstand van de lichthoogteregeling te geschieden, waarbij de lichtbundel het laagste punt bereikt. Afbeelding 5 e = Maat in cm, waarmee de licht-donker-grens op 10 m afstand lager moet liggen H = Hoogte in cm van het midden van de koplamp tot het standvlak h = Hoogte in cm van de scheidingslijn van het testscherm tot het standvlak.

Soort voertuig LASERSTRAHLUNG Nicht in den Strahl blicken Laser Klasse 2 Afstel-tabel 1 hoogste punt van het verlichte vlak, niet hoger dan 140 cm boven het standvlak a) Personenauto s (ook stationcars) b) Voertuigen met niveauregelende vering of automatische neigingscorrectie van de lichtbundel *) c) meerassige trekkers en werkmachines d) motorrijwielen**) e) voorlastwagens f) vrachtwagens uitgezonderd g) trekkers en opleggers h) bussen uitgezonderd voertuigen volgens 1b 2 hoogste punt van het verlichte vlak, hoger als 140 boven het standvlak 3 eenassige trekkers of werkmachines met uitsluitend dimlicht, waarvan de vereiste neiging van de lichtbundel aangegeven is zie gebruikshandleiding 4 voertuigen met een toelating volgens de richtlijn 76/756/EWG resp. ECE-R 48 met opgave van de neiging Neiging van de lichtdonkergrens in % Mistlampen Koplampen 1,2 % 2,0 % 1,0 % 2,0 % 3,0 % 4,0 % zie gebruikshandleiding de bij het voertuig aangegeven instelling *) bij deze voertuigen dienen de instructies van de fabrikant nauwlettend te worden opgevolgd **) rijwielen met een hulpmotor met een 3-Watt lichtinstallatie moeten als fietsen worden behandeld Made in Germany Typ Fabr. Nr. TP 8-S 35 Baumusterprüfg. Tüv-Hann. Nr. Zulässige Bodenunebenheit der Standfläche ± 0,5 mm Pernissible surface unevenness of greg chosen for beansetter ± 0,5 mm BATTERY LIFT TO WITHDRAW Handwiel met afstelschaal Voor de verschillende types van voertuigen zijn de onderscheidelijke neigingen van de licht-donker-grens in % voorgeschreven (zie afstel-tabel neiging van de lichtdonkergrens in % x 10 komt overeen met maat e). 13

14 Koplamp testen en afstellen a) Koplampen met symmetrisch dimlicht Centraal merkpunkt b) Koplampen met asymmetrisch dimlicht c) Mistlampen d) Speciale schijnwerpers voor grootlicht (bijvoorbeeld vèrstralers) t Koplampafstelapparaat overeenkomstig punt 4.0 instellen. Afstelschaal instellen volgens afsteltabel. Dimlicht inschakelen: De licht-donker-grens moet over de totale breedte van het testscherm zo horizontaal mogelijk langs de scheidingslijn verlopen. Koplampafstelling indien nodig via de afstelschroeven corrigeren. Koplampafstelapparaat overeenkomstig punt 4.0 instellen. Afstelschaal instellen volgens afsteltabel (rekening houden met punt 4). Dimlicht inschakelen: Bij koplampen met asymmetrisch dimlicht moet de lichtdonkergrens de scheidingslijn van het testscherm raken. Het knikpunt tussen het links horizontale en rechts opstijgende deel van de licht-donkergrens moet vanaf de loodlijn door het centrale merkpunt (bovenste kruis) verlopen. Koplampafstelapparaat overeenkomstig punt 4.0 instellen. Afstelschaal instellen volgens afsteltabel (rekening houden met punt 4). De lichtdonkergrens moet op de scheidingslijn liggen. Koplampafstelapparaat overeenkomstig punt 4.0 instellen. Afstelschaal instellen volgens afsteltabel. De licht-donker-grens moet op het centrale merkpunt (bovenste kruis) liggen.

Grootlicht inschakelen: De lichtbundel van het grootlicht moet op het centrale merkpunt liggen, eventueel via de afstelschroeven corrigeren. Bij een afstelmogelijkheid voor dim- en grootlicht in één, aansluitend nogmaals het dimlicht controleren. De heldere kern van de lichtbundel ligt daarbij rechts van de loodlijn, die door het centrale merkpunt loopt. Voor een eenvoudiger bepaling van het knikpunt het linker deel van de koplamp (gezien in de rijrichting) enige keren afwisselend afdekken en weer laten schijnen. Aansluitend nogmaals het dimlicht testen. Overeenkomstig de voorschriften voor de lichtdonkergrens van het dimlicht, dient het midden van de lichtbundel van het grootlicht op het centrale merkpunt (bovenste kruis) te liggen. Aanwijzingen Met het Hella koplampafstelapparaat kunnen alle koplampsystemen getest en afgesteld worden, ook DE, FF en XENON koplampen. Het op het testscherm aangegeven rechthoek, komt overeen met de grootte van het testvlak, dat volgens de richtlijnen voor het afstellen van koplampen is voorgeschreven. Koplampen dienen na het afstellen zo goed vastgezet te zijn, dat een ongecontroleerde verstelling van de lichtbundel uitgesloten is. Na een reparatie aan de vering van het voertuig, dient de koplampafstelling eveneens te worden gecontroleerd. Dit wordt eveneens aanbevolen na het vernieuwen van de gloeilamp voor de koplamp. 15

16 6.0 Gebruik van lichtsterktemeter, voltmeter en positioneerhulp 6.1 Foto-electrische lichtmeetinrichting Met de foto-electrische lichtmeetinrichting kan na het afstellen van de koplampen, gecontroleerd worden of de maximaal toegestane verblindingswaarde van het dimlicht niet overschreden wordt en of de minimale belichtingssterkte van het grootlicht bereikt wordt, resp. de maximale belichtingssterkte van het grootlicht overschreden wordt. b) Grootlicht (min.): Schakelaar bedienen en de lichtsterkte aflezen. Volgende minimumwaarden moeten worden aangehouden: 16 Lux - bij voertuigen met symmetrische koplampen en maximum snelheid van 40 km/ uur en voor motorrijwielen met een snelheid boven 40 km/uur. 32 Lux - bij voertuigen met symmetrische en asymmetrische koplampen, die sneller mogen rijden dan 40 km/uur, met uitzondering van motorrijwielen. 48 Lux - bij halogeen grootlicht c) Grootlicht (max.): Schakelaar van de lux-meter bedienen en de waarde aflezen. De volgende maximale waarden mogen niet duidelijk overschreden worden: 90 Lux - per koplamp bij 4 schijnwerpers 180 Lux - per koplamp bij 2 schijnwerpers Afstelschaal instellen volgens afstel-tabel. a) Dimlicht: Lichtsterkte aflezen, zonder de schakelaar te bedienen. Bevindt de naald zich in het groene veld, dan wordt de verblindingsgrens niet overschreden. Staat de naald echter in het witte veld (boven 1) dan is de verblinding te sterk. Dimlicht dan opnieuw afstellen.

6.2 Voltmeter Met de voltmeter kan gecontroleerd worden of spanningsverlies optreedt, waardoor de verlichtingssterkte vermindert. Met de bij het afstelapparaat aanwezige krokodilklemmen (lade) wordt de voltmeter aan de voertuig-massa aangesloten en aan de verschillende te meten punten. Volt-druktoets: Spanningsbereik van 8-28V Op plus en min letten. Wordt de minimale belichtingssterkte niet bereikt, dan kunnen de volgende fouten bij ingeschakeld grootlicht worden opgespoord: Fout Accuspanning valt aanzienlijk terug Aanzienlijk verschil tussen accuspanning en spanning aan de gloeilamp Oorzaak Accu leeg, dynamo defect Slechte verbindingen; slechte of in diameter te dunne bedrading; slechte massaverbinding; slechte schakelaarcontacten; oxydatie aan de zekeringen Beslagen of verroeste koplampreflectoren. Gloeilampen van binnen beslagen Vocht of veroudering 17

18 Gebruik van lichtsterktemeter, voltmeter en positioneerhulp 6.3 Positioneerhulp Inschakelen van de laser. Alleen bij het type 8PA 007 732-001. Laser-spanningsverzorging: gangbare 9V blokbatterij (wordt niet standaard meegeleverd). Knop van de schaalverdeling naar links tot aan de aanslag draaien en in deze positie laten staan. De laser wordt gedurende ca. 15 seconden ingeschakeld. Optiekkast zo positonen, dat op het lampglas de rode laserpunt in het midden van de koplamp afgebeeld wordt. Op enkele lampglazen wordt de laserpunt niet goed zichtbaar. In dit geval kan de laserpunt bijvoorbeeld met de hand voor het lampglas zichtbaar gemaakt worden. De hoogte kan ook door het draaien van de optiekkast naast het koplamp gezocht worden. Bij meerkoplampsystemen het laserpunt op de te testen functie (dimlicht, grootlicht, mistlicht) richten.

7.0 Richtlijn 7.1 Richtlijn voor voertuigen, waarbij de bovenste rand van de koplamp hoger als 140 cm boven standvlak ligt Het voertuig wordt op een vlakke vloer, die niet horizontaal hoeft te zijn, in 10 m afstand voor een loodrechte wand opgesteld. Volgende lijnen op de testmuur aanbrengen: Lijn A: Middellijn van het voertuig tot de testmuur verlengen en en door middel van een loodrechte lijn aangeven. Lijn D: Op afstand e onder de lijn H aanbrengen. Bij koplampen e = H cm, 3 bij mistlampen e = H + 7 cm 3 Lijn H: Hoogte koplampmidden tot vloer meten en deze hoogte op de testmuur horizontaal aftekenen, parallel aan de testvloer. Afstellen van de koplampen. De rechter koplamp afdekken. De linker zo afstellen, dat het horizontale deel van de lichtdonker-grens de lijn D raakt. Vervolgens de koplamp zijwaarts uitrichten. De knik tussen horizontaal en omhooglopend deel van de lichtdonkergrens moet op de lijn B liggen. Dan ook de rechter koplamp op deze wijze afstellen. De knik van de lichtdonkergrens ligt hier op punt C. 7.2 Controle van het koplampafstelapparaat Hella koplampafstelapparaten worden geijkt geleverd. In de praktijk zal het voorkomen, dat het apparaat (bijvoorbeeld wanneer het omvalt) zijn correcte afstelling verliest. Wij bevelen daarom aan het apparaat regelmatig met het Hella kalibratie-apparaat 8PD 860 757-001 op zijn nauwkeurigheid te testen. Lijn B en C: Afstand X van de koplampen uitmeten (X = van midden tot midden van de koplampen) en deze maat symmetrisch ten opzichte van lijn A aanbrengen. 19

20 8.0 Onderdelen 1 Handwiel voor viziersteun 9SG 855 498-001 1 5 2 Handwiel voor zuilblokkering 9SG 855 454-011 2 4 3 Drukknop 9ST 861 074-001 4 5 Vizier 8PV 861 112-001 Vizier met steun 8PV 861 078-001 3 6 6 Venster 9EV 861 038-001 7 Luxmeter / voltmeter 8PL 861 660-001 13 8 Fresnellens 9EL 857 597-001 9 Beschermruit 9EV 857 067-011 10 Set vervangingswielen bestaande uit drie wielen 9XS 862 004-001

11 Klemstuk voor zuil 9XD 857 744-001 7 12 Zuil met blokkering 8XT 861 234-001 12 13 Optiekkast met laser 9XS 861 152-001 Optiekkast zonder laser 9XS 861 239-001 11 8 9 10 21

22 Notities

Voor meer informatie en voor eventuele vragen, kunt u contact opnemen met de Hella klantenservice: Hella BV Celsiusbaan 2 3439 NC Nieuwegein Tel: 030-6095611 Fax: 030-6051677 E-mail: nl.info@hella.com Internet: www.hella.nl Hella NV/Sa Industrieweg 1 2630 Aartselaar T 03-887 97 21 F 03-887 56 18 E be.info@hella.com I www.hella.be 23

24 Asymmetrisch dimlicht Symmetrisch dimlicht en mistlampen Grootlicht Hella KGaA Hueck & Co., D-59552 Lippstadt 460 816-04 9Z2 999 509-834 12.05 Printed in Germany