Draadloos Alarm Systeem DA-100



Vergelijkbare documenten
Draadloos Alarm Systeem DA-100

GEBRUIKSAANWIJZING. Draadloze afstandsbediening FC-50

Noodoproep Installatie

Persoonsalarm Alarmoproep Valalarm

Persoonsalarm Alarmoproep Valalarm

installatiehandleiding Alarmlicht met sirene

HANDLEIDING: BUITEN BEWEGINGSMELDER

GEBRUIKSAANWIJZING FX-500

Afstandsbediening Telis 16 RTS

GEBRUIKSAANWIJZING DBX-97

installatiehandleiding Bewegingsmelder

Versie: juni installatiehandleiding. Alarmlicht LXA-8A

installatiehandleiding Bewegingsmelder

Installatiehandleiding. Bewegingsmelder

installatiehandleiding Alarmlicht met sirene

installatiehandleiding Alarmlicht

GfS Day Alarm. Algemene omschrijving...p. 2. Montage handleiding en functies...p. 3. Instellingen van magneet contacten...p. 4

Uitschakelen in noodgevallen Doe de touch-key kort in de opening op het bedieningspaneel. Het alarm zal uitgaan.

SmartHome Huiscentrale

GEBRUIKSAANWIJZING BV-37 KIDS TRACKER

Gebruiksaanwijzing mode d emploi

GEBRUIKSAANWIJZING WHP-875

INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER VAN DE BOSCH HTS 3000 / 3100

Alarmlicht met sirene

Gefeliciteerd met uw nieuwe autoalarm! Inhoud

INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER VAN DE CARETECH GLORIA

HA33S Draadloos alarmsysteem

Installatiehandleiding. Deur-/raamcontact

GEBRUIKSAANWIJZING DBX-66

GEBRUIKSAANWIJZING FX-700

Weergave Oproeper. gebruiksaanwijzing

SD1 ALARMKIEZER PROGRAMMERING

EM8660 Draadloos deur/raamcontact

SmartHome Huiscentrale

INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER VAN DE ESTAFETTE PAS-Euro. Geachte mevrouw/mijnheer,

GEBRUIKSAANWIJZING TX_148

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 ALED-003 DRAADLOZE LED SPOT

GEBRUIKSAANWIJZING DSS-35

GEBRUIKSAANWIJZING DTX_600

Draadloze buitensirene

GT-912/GT-913/GT-914 Gebruikers handleiding

GEBRUIKSAANWIJZING ADB-17

1. Installatie van de e-thermostaat Installatie van de hub 8

GEBRUIKSAANWIJZING DBX-72

GEBRUIKSAANWIJZING DBX-98

InteGra Gebruikershandleiding 1

INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER VAN DE BOSCH HTS 50 / 52 / 61 / 62

Draadloos alarmsysteem. alarm assortiment

GEBRUIKSAANWIJZING FR-16

Gebruiksaanwijzing CallBarrier

Functies. Inhoud van de doos NED

ACM-LV24 MINI 12-24V LED DIMMER

Voic melder. Gebruiksaanwijzing

ES-D1A. Draadloze bewegingsdetector.

Nieuwerth elektronica. Gebruikershandleiding SIS Alarmsysteem Compacte draadloze beveiligingscentrale. diensten / verkoop - ICT / elektronica

EM8660 Draadloos deur/raamcontact

Draadloze signaal overdracht. De communicatie tussen melders en centrale wordt radiografisch geregeld.

CAMZWEXT3N CCTV BEVEILIGINGSSYSTEEM : ACTIVERING VIA AUDIO & BEWEGING - VIDEOSTARTER

HANDLEIDING BEWEGINGSMELDER

Handleiding. Draadloos alarmsysteem met telefoonzender. Ref. : AL-800. In geval van problemen

GEBRUIKSAANWIJZING DBX-75

GEBRUIKSAANWIJZING. DBX-85eco

HANDLEIDING BEDIENINGSPANEEL

Smoove Origin RTS. Instalatiehandleiding

Gebruiksaanwijzing TAM-80

SEC-ALARM100/110/120. Alarmsystemen INSTRUCTIES NEDERLANDS

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.1 AC-1000 STEKKERDOOSSCHAKELAAR


27/03/2014. GSM102 2 relais GSM OPENER PROGRAMMATIE HANDLEIDING

MINI INBOUW SCHAKELAAR

START SET DRAADLOOS SCHAKELEN

GfS Day Alarm. Montage handleiding. Art.-Nr.: / Art.-Nr.: Art.-Nr.: Art.-Nr.: Art.-Nr.: Art.-Nr.:

GEBRUIKSAANWIJZING DBX-86

NEDERLANDS. SAS-ALARM100 1x Alarmeenheid 6x Deur-/raamsensoren 2x Afstandsbedieningen

Inhoud van de doos. 1 x PIR Huisdier-Tolerante Draadloze Bewegingsdetector 1 x Beugel 1 x Gebruiksaanwijzing

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.1 AC-300 STEKKERDOOS DIMMER/SCHAKELAAR

GEBRUIKSAANWIJZING v 1.0 APIR-2150 DRAADLOZE BEWEGINGSMELDER

GEBRUIKSAANWIJZING v 4.0 AWST-6000 DRAADLOZE BEWEGINGSMELDER VOOR BINNEN

GEBRUIKSAANWIJZING TX-310

Cobra Alarm Gebruikers Handleiding

ES-S7B. Buitensirene.

Mitsubishi - Cobra Alarm CO4627. Gebruikers Handleiding

Cobra 4627 Alarmsysteem met DriverCards


Veiligheidsinformatie

GEBRUIKSAANWIJZING TX_125

GEBRUIKSAANWIJZING. Weerstation met draadloze buitensensor WS-1900

NPS-16 Burenalarmeringssysteem

Friedland Draadloze libra zender + 200m ontvanger/bel

EM8670-R2 Draadloze buitensirene

GEBRUIKSAANWIJZING TAM-70X

HANDLEIDING SMARTSIREN SLIM ALARMSYSTEEM

AG HOME ALARM Snelstartgids

Handleiding Aansluiten Glasvezel CBizz

Gebruikers handleiding Jablotron 100 serie

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 AGDR-300 TUIN STEKKERDOOS DIMMER/SCHAKELAAR

Huistelefoon / lader voor GSM. Gebruiksaanwijzing

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 AMST-606 MAGNEETSCHAKELAAR

ES-S8A. Sirene op zonne-energie.

ES-D3A Draadloos deur-/raamcontact

Transcriptie:

GEBRUIKSAANWIJZING Draadloos Alarm Systeem DA-100

ATTENTIE Waarschuwing bij installatie in België: Plaatselijke (politie) verordeningen kunnen eisen dat u deze alarminstallatie door een erkende installateur laat installeren of, indien u de centrale zelf heeft geïnstalleerd, deze door een erkende installateur laat controleren en in gebruik laat nemen. Daarnaast kunnen er plaatselijke beperkingen zijn met betrekking tot het plaatsen van de sirene. Raadpleeg hiervoor de lokale autoriteiten op dit gebied. Telefoonmaatschappij: De DA-100 is ontworpen voor aansluiting op het telefoonnetwerk van de Nederlandse en Belgische PTT. Er kan niet gegarandeerd worden dat de nummerkiezer van de DA-100 probleemloos functioneert bij aansluiting op andere telefoonaanbieders. Tips betreffende het bereik: Het zendbereik van de afstandsbedieningen en de diverse sensoren bedraagt tot 50 meter. Dit bereik wordt gehaald indien er zich geen obstakels tussen de zender en ontvanger bevinden, de diverse onderdelen niet achter metalen of betonnen wanden hangen en de signalen niet gerefl ecteerd worden maar onvervormd bij de centrale aan kunnen komen. Ook draadloze signalen van babyfoons, draadloze telefoons, computers en dergelijke kunnen het bereik van de alarmcentrale negatief beïnvloeden. Te allen tijde is het te adviseren om de diverse componenten van uw alarmsysteem eerst zorgvuldig op de gewenste locatie te testen alvorens deze defi nitief bevestigd worden. 2

INTRODUCTIE Met het Alecto DA-100 alarmsysteem, heeft u een volledig beveiligingssysteem in huis gehaald dat niet alleen uw eigendommen maar ook zijn eigen functionaliteit bewaakt. Het systeem wordt geleverd met een draadloze bewegingsdetector om bijvoorbeeld de hal of de woonkamer te beveiligen en met de meegeleverde draadloze deur/raamcontacten kunt u deuren en ramen bewaken. Dankzij de draadloze afstandsbedieningen kunt u de centrale uit het zicht plaatsen en toch bedienen. De afstandsbedieningen zijn voorzien van een paniektoets waarmee u in geval van nood het alarm kan inschakelen. In geval van paniek of inbraak klinkt er een lokaal alarm èn worden door u voorgeprogrammeerde telefoonnummers gekozen waarbij een door u ingesproken alarmboodschap wordt afgespeeld. Bij sabotage van de telefoonlijn, klinken waarschuwingstonen. De deur/raamcontacten kunt u instellen op 24-uurs bewaking waardoor u bijvoorbeeld nooduitgangen en zolderramen kunt bewaken zonder dat daarvoor de alarmcentrale ingeschakeld moet zijn. Het Alecto DA-100 alarmsysteem is uitbreidbaar met extra sensoren en afstandsbedieningen. Er is geen limiet aan het aantal uitbreidingsunits. 3

INSTALLATIE Algemeen: Het is raadzaam eerst een schets te maken van het te beveiligen object en daarin de alarmcentrale en de diverse sensoren in te tekenen. Om een zo optimaal mogelijke dekking te verkrijgen is het te adviseren de alarmcentrale centraal in het pand te plaatsen. Houd rekening met een maximale afstand van de diverse onderdelen naar de alarmcentrale van 50 meter; zie ook Tips betreffende het bereik op pagina 2. Alarmcentrale: Locatie: Aangezien de alarmcentrale in geval van alarm de ingeprogrammeerde telefoonnummers moet kunnen kiezen en de alarmcentrale deels via uw telefoontoestel wordt geprogrammeerd, dient de alarmcentrale bij of naast uw telefoontoestel geplaatst te worden. Omdat de ruimte waarin de alarmcentrale staat, op afstand beluisterd kan worden via de in de alarmcentrale ingebouwde microfoon, is het te adviseren om de alarm centrale niet in een kast of andere afgesloten ruimte te plaatsen maar vrij in de woonkamer of in de gang. Telefoonaansluiting: De binnenkomende telefoonaansluiting dient u te verbinden met aansluiting PTT op de alarmcentrale. Meestal volstaat het om het telefoonsnoertje achter uit uw bestaande telefoontoestel te nemen en in de alarmcentrale, in aansluiting PTT, te pluggen. 4

Aansluiten telefoons: Omdat in geval van alarm de alarmcentrale de geprogrammeerde alarmnummers moet kunnen kiezen, moet de alarmcentrale de telefoonlijn vrij kunnen maken. Dit is alleen mogelijk als u ALLE telefoons in uw huis, inclusief draadloze telefoons en een eventuele huistelefooncentrale, verbindt met aansluiting TELEPHONE op de alarmcentrale. Ook faxen, modems, etc. dienen achter de alarmcentrale te worden aangesloten. Schematisch dient uw installatie er als volgt uit te zien: van PTT aansluiting PTT Installatie met één of meerdere telefoons: aansluiting Telephone bestaande telefoon extra telefoons (of draadloze telefoon, fax-machine, (computer) modem, etc) van PTT aansluiting PTT Installatie bij gebruik van een huistelefooncentrale: huistelefooncentrale aansluiting Telephone telefoontoestellen, incl. draadloze telefoons, fax-machines en (computer) modems 5

Meestal volstaat het om het meegeleverde verbindingssnoertje in aansluiting TELEPHONE van de alarmcentrale te doen en de andere zijde van dit snoertje in uw bestaand telefoontoestel te pluggen. Controleer na deze installatie de telefoonverbinding door de hoorn van uw telefoon op te nemen en een nummer te kiezen. Voeding: De alarmcentrale wordt gevoed door de meegeleverde 9V DC voedingsadapter. Sluit deze aan de linkerzijde van de alarmcentrale aan (aansluiting 9V DC ). Doe de adapter nog niet in een 230Volt stopcontact maar maak eerst de rest van de installatie af. Wandmontage: In geval van wandmontage naast 9 cm elkaar en met een onderlinge afstand van 9 cm 2 gaten in de wand boren en hierin plug met schroef plaatsen. Laat de kop van de schroef enkele millimeters uitsteken en hang de alarmcentrale op door de sleutelopeningen aan de achterzijde van de centrale over deze schroefkoppen te schuiven en de alarmcentrale iets naar beneden te schuiven. Noodvoeding: In geval van sabotage van het lichtnet wordt de voeding van de alarmcentrale door een ingebouwde noodaccu overgenomen. Deze accu is reeds door de fabriek in de alarmcentrale geplaatst; hier hoeft u niets aan te doen. 6

De accu wordt automatisch opgeladen zodra u de voedingsadapter aansluit en in een 230V stopcontact steekt. Let op dat de accu pas volledig is opgeladen nadat de adapter 3 dagen onafgebroken aangesloten is geweest. Sirene: De sirene is voorzien van een vast aansluitsnoer met stekker. De sirene verbindt u met de centrale door het stekkertje in de aansluiting Alarm out aan de achterzijde van de centrale te pluggen. De sirene kan met schroeven of door middel van dubbelzijdige tape bevestigd worden. Deze tape is reeds op de sirene aangebracht. De sirene is niet waterdicht en is niet geschikt voor buitenmontage. Bewegingsdetector: De bewegingsdetector wordt gevoed door 4 stuks 1,5 volt batterijen van het formaat AA of penlite (batterijen zijn niet meegeleverd) 4x 1,5 Volt Plaats deze batterijen volgens nevenstaande tekening in de bewegingsdetector. Gebruik alleen Alkaline batterijen, oplaadbare batterijen zijn niet geschikt voor dit product geschikt. 7

Hang de bewegingsdetector op in de woonkamer of in de gang en richt de sensor op de ingang van deze ruimte of op het object dat u wilt beveiligen. Let op dat de sensor reageert op bewegingen. Vermijd vals alarm, veroorzaakt door bijvoorbeeld bewegende gordijnen en huisdieren. Tip: Het is te adviseren om de bewegingssensor pas defi - nitief te plaatsen nadat de centrale is aangesloten en op de correcte werking van de diverse componenten is getest. Deur/raamcontacten: De deur/raamcontacten worden elk gevoed door middel van 3 knoopcelbatterijen van het type LR-44 (357A), 1,5Volt. Deze batterijen zitten aan de voorkant van het deur/raamcontact, achter het batterijdekseltje, en zijn meegeleverd. Bevestig de deur/raamcontacten op de kozijnen van deuren of ramen. Let op dat u het contact zodanig plaatst dat een eventuele ongewenste bezoeker niet bij de schakelaar kan komen om het deur/raamcontact uit te schakelen. + + + In rusttoestand (deur of raam gesloten) dient de magneet aan de linkerzijde van het deur/raamcontact te zitten (zie de afbeelding). 8

Let op dat als de deur en/of het raam gesloten is, de afstand tussen de magneet en de deur/raamcontact minder dan 3 mm moet bedragen. Dubbelzijdige tape ten behoeve van de bevestiging is reeds aangebracht. De deur/raamcontacten zijn voorzien van een 3-standen schakelaar: OFF: het deur/raamcontact is volledig uitgeschakeld ON: het deur/raamcontact is ingeschakeld en geeft in geval van een inbraak een signaal naar de alarmcentrale 24hr: het deur/raamcontact is ingeschakeld en geeft in geval van een inbraak een signaal naar de alarmcentrale EN na enkele seconden zal de ingebouwde sirene in het deur/raamcontact zelf afgaan; gebruik deze functie om ramen en deuren gedurende 24-uur te beveiligen, dus ook als de alarmcentrale uitgeschakeld is Tip: Het is te adviseren om de deur/raamcontacten pas defi nitief te plaatsen nadat de centrale is aangesloten en op de correcte werking van de diverse componenten is getest. Afstandsbediening: Elke afstandsbediening wordt gevoed door een 12 Volt batterij, formaat A23. Deze batterij is reeds door de fabriek geplaatst. Deze batterij is te vervangen door de afstandsbediening open te schroeven, vervolgens de oude batterij uit te nemen en de nieuwe batterij te plaatsen. 9

INSCHAKELEN U kunt nu de voedingsadapter van de centrale in het stopcontact doen en de centrale inschakelen door de ON OFF schakelaar aan de achterzijde van de centrale in de positie ON te schuiven, 3 Korte beeptonen klinken en het lampje POWER licht op. Bij 1e keer inschakelen: Indien de alarmcentrale voor de eerste maal ingeschakeld wordt, is er nog geen alarmboodschap ingesproken en zijn er geen alarm telefoonnummers ingeprogrammeerd. De alarmcentrale waarschuwt u hiervoor door regelmatig een beeptoon te laten horen. Raadpleeg het volgende hoofdstuk om de alarmboodschap en de alarm-telefoonnummers te programmeren. PROGRAMMEREN Alarmnummer(s): Dit zijn de telefoonnummers die in geval van alarm gekozen worden. Dit kunnen zowel vaste telefoonnummers zijn of nummers van mobiele telefoons. Alarmnummers programmeren: 1. neem de hoorn van de telefoon op die achter de alarmcentrale is aangesloten 2. druk kort op toets RECORD van de alarmcentrale 3. voer via het toetsenbord van de telefoon het als eerste te kiezen alarmnummer in en sluit dit af met * # 1 4. uit de alarmcentrale klinken 2 beeptonen en het nummer is vastgelegd 5. leg de hoorn neer 10

Op deze wijze kunt u tot 6 verschillende nummers inprogrammeren waarbij u bij instructie 3 elk nummer met een eigen volgnummer moet afsluiten. (*#1, *#2,... *#6) In geval van alarm worden alle geprogrammeerde nummers na elkaar gekozen. 6. 20 seconden na het invoeren van het laatste nummer klinken 2 beeptonen en beëindigt de alarmcentrale het inprogrammeren. Belangrijke tips: Let op dat tijdens dit programmeren het nummer tevens daadwerkelijk gekozen wordt. Hiermee kan de juistheid van het nummer worden gecontroleerd. Attentie: programmeer alleen het nummer van uw eigen mobiele telefoon of de nummers van familie of bekenden. Programmeer NOOIT de nummers van brandweer, politie of het algemene alarmnummer. De door u ingesproken alarmtekst zal nooit de informatie bevatten die de hulpdiensten nodig hebben om slagvaardig te kunnen reageren. Stel de abonnees van de geprogrammeerde telefoonnummers op de hoogte dat ze in geval van inbraak of paniek door uw alarmcentrale gebeld worden en maak afspraken over de alarmopvolging. Alarmnummer wijzigen: Een alarmnummer kunt u wijzigen door het nieuwe alarmnummer over het oude alarmnummer te programmeren, gevolgd door *, # en het betreffende volgnummer. 11

Alarmnummers wissen: 1. neem de hoorn van de telefoon op die op de alarmcentrale is aangesloten 2. druk kort op toets RECORD (linkerzijde alarmcentrale) 3. druk achtereenvolgens *, # en het volgnummer van het te wissen nummer (voorbeeld: druk * # 5 om het alarmnummer met volgnummer 5 te wissen). 4. uit de alarmcentrale klinkt een dubbele beeptoon en het nummer is gewist. Alarmtekst: Dit is de tekst die via de telefoon afgespeeld wordt in geval van alarm. De maximale opnametijd bedraagt 8 seconden. Spreek de tekst in op een afstand van ongeveer 20cm van de in de centrale ingebouwde microfoon. Ingebouwde microfoon 1. druk op de alarmcentrale op toets RECORD (linkerzijde) en houd deze toets 3 seconden ingedrukt totdat een beeptoon klinkt; laat nu dit knopje los 2. spreek de alarmtekst in 3. na de maximale opnametijd klinken 2 beeptonen en wordt de opname beëindigd Er is geen mogelijkheid deze tekst ter controle af te spelen. Uw tekst kunt u controleren door, nadat de alarmcentrale volledig geprogrammeerd en in gebruik genomen is, een alarm te forceren. De alarmcentrale belt dan de geprogrammeerde telefoonnummers en hier kunt u uw alarmtekst beluisteren. Let op: u kunt dus niet via de telefoon die op uw alarmcentrale is aangesloten deze tekst beluisteren. 12

WERKING Zorg dat de ON/OFF schakelaar aan de onderzijde van de alarmcentrale in de positie ON staat. In- / uitschakelen alarm: Het in- en uitschakelen van de alarmcentrale geschiedt via de meegeleverde afstandsbedieningen. Inschakelen met uitstapvertraging: Druk op de afstandsbediening op toets ON om de alarmcentrale in te schakelen. Een korte beeptoon klinkt en het ARM-lampje gaat knipperen. U heeft nu 30 seconden de tijd om het pand te verlaten zonder dat u het alarm activeert. Na 30 seconden klinkt weer een beeptoon en licht het lampje continu op. Het alarm is nu geactiveerd. Inschakelen zonder uitstapvertraging: Druk op de afstandsbediening kort na elkaar (binnen 3 seconden) eerst op toets ON (een beeptoon klinkt) en dan op toets ALARM (er klinkt weer een beeptoon) om de alarmcentrale direct in te schakelen, dus zonder de uitstapvertraging. Het lampje ARM licht continu op en het alarm is direct geactiveerd. Uitschakelen: Druk op de afstandsbediening op toets OFF om het alarm uit te schakelen. Een beeptoon klinkt en het ARM-lampje dooft. Ook bij een alarm-situatie kunt u het alarm op deze wijze uitschakelen. De sirene stopt dan en de telefoon-kiezer verbreekt de verbinding. 13

Bewegingsdetector: Zodra de bewegingsdetector een beweging constateert, stuurt deze detector een signaal naar de alarmcentrale. Indien de alarmcentrale is ingeschakeld en de uitstapvertraging is verstreken, dan zal het alarm worden geactiveerd en het alarm zal afgaan. Let op: zodra de bewegingsdetector een beweging detecteert, wordt onmiddellijk een signaal naar de centrale gestuurd. Indien er continue beweging plaatsvindt, wordt pas na 30 seconden opnieuw een melding naar de centrale gestuurd. Deze vertraging is ingebouwd om de batterijen van de bewegingsdetector te sparen. Deur/raamcontacten: Zodra de deur of het raam waarop het contact is bevestigd wordt geopend, stuurt dit contact een signaal naar de alarmcentrale. Indien de alarmcentrale is ingeschakeld en de uitstapvertraging is verstreken, dan zal het alarm worden geactiveerd en het alarm zal afgaan. Staat de schakelaar op het deur/raamcontact in positie ON, dan wordt alleen een signaal naar de centrale gestuurd; staat deze schakelaar in positie 24hr, dan gaat na een paar seconden OOK de ingebouwde sirene van het raam/deurcontact af, ongeacht of de alarmcentrale is in- of uitgeschakeld. 14

Let op dat de ingebouwde sirene in het deur/raamcontact niet automatisch na 3 minuten stopt. Dit signaal kunt u uitschakelen door de deur of raam te sluiten of de schakelaar in positie OFF te schuiven. In het geval de schakelaar in de positie OFF staat, dan is het betreffende deur/raamcontact geheel uitgeschakeld en zal dus geen alarm kunnen geven. Paniekalarm: Druk op de afstandsbediening op toets ALARM om de alarmcentrale direct in de alarmtoestand te brengen. Voor deze functie hoeft het alarm niet eerst ingeschakeld te worden. 15

ALARM Alarm-afhandeling door de alarmcentrale: Zodra de alarmcentrale van een van de detectoren een alarmmelding ontvangt of op de afstandsbediening wordt toets ALARM ingedrukt, dan reageert de centrale als volgt: 1. de sirene gaat af (deze stopt automatisch na 3 minuten) 2. tegelijkertijd maakt de alarmcentrale de telefoonlijn vrij door de telefoontoestellen die op de alarmcentrale zijn aangesloten, af te schakelen 3. het eerste alarmnummer wordt gekozen en de door u ingesproken alarmtekst wordt 2x afgespeeld 4. de verbinding wordt verbroken en het volgende alarmnummer wordt gekozen; wederom wordt de alarmtekst 2x afgespeeld 5. zodra alle geprogrammeerde nummers zijn gekozen, wordt het eerste nummer weer gekozen 6. deze cyclus wordt 4x herhaald 7. nadat elk nummer 5x is gebeld, beëindigt de centrale de alarm-afhandeling maar blijft geactiveerd om nieuwe alarmmeldingen van de sensoren te kunnen ontvangen Indien de centrale, nadat elk nummer 5 x is gebeld en de centrale weer stand-by staat, een nieuwe alarmmelding van een van de sensoren ontvangt, dan wordt de alarmafhandeling opnieuw gestart: de sirene gaat weer 3 minuten af en de alarmnummers worden weer gebeld. Aangezien in een alarmsituatie de alarmcentrale de telefoonlijn in gebruik heeft, kunt u zelf geen gebruik maken van uw vaste telefoontoestellen of van draadloze telefoons waarvan de basis op uw telefoonaansluiting is aangesloten. 16

Via mobiele telefoons (GSM s), die niet op uw alarmcentrale zijn aangesloten, kunt u wel normaal blijven telefoneren. Alarmsituatie opheffen: Druk op de afstandsbediening op toets OFF om de alarmsituatie op te heffen. De sirene stopt (voor zover de 3 minuten nog niet verstreken waren) en de telefoonkiezer verbreekt de verbinding. Alarm-afhandeling door u, indien u opgebeld wordt: Indien u tijdens een alarmsituatie door de alarmcentrale gebeld wordt, dan kunt u als volgt handelen: 1. u hoort de alarmtekst 2. druk op uw telefoon op toets * (sterretje), de ingebouwde microfoon in de alarmcentrale wordt ingeschakeld en gedurende 2 minuten kunt u de ruimte beluisteren waar de alarmcentrale is geplaatst 3. de centrale beëindigt daarna de alarm-afhandeling en staat weer stand-by Indien u wordt gebeld en u drukt niet op toets * (sterretje), dan verbreekt de centrale na de alarmtekst de verbinding en wordt het volgende alarmnummer opgebeld. 17

ALARMCENTRALE OP AFSTAND BEDIENEN Behalve via de meegeleverde afstandsbedieningen, kunt u het alarmsysteem ook via elke telefoon op afstand in- of uitschakelen. Daarnaast kunt u via elke telefoon de ruimte beluisteren waar u de centrale heeft geplaatst. De telefoon waarmee u belt dient wel een toon-telefoon te zijn (u hoort beeptonen bij het indrukken van een cijfertoets). PIN-code: Omdat deze functie PIN-code beveiligd is, dient u eerst de PIN-code te programmeren: 1. zorg dat het alarm in de ruststand staat en neem de hoorn op van de telefoon die achter de alarmcentrale is aangesloten 2. druk kort op toets RECORD (linkerzijde alarmcentrale) 3. voer achtereenvolgens via het toetsenbord van de telefoon de door u gewenste 4-cijferige PIN-code in en sluit af met * # 7 voorbeeld: PIN-code moet 1234 worden druk achtereenvolgens 1 2 3 4 * # 7 4. uit de centrale klinkt een dubbele beeptoon en de PINcode is vastgelegd Op afstand in- of uitschakelen of de ruimte beluisteren: 1. bel naar uw eigen telefoonnummer en laat de bel 6x overgaan (Let op: zie ook volgende pagina, onderaan) 2. de alarmcentrale neemt de oproep aan en u hoort een beeptoon 3. geef via het toetsenbord van de telefoon waarmee u belt de 4-cijferige PIN-code in, een enkele beeptoon klinkt als ontvangstbevestiging (als de PIN-code foutief wordt ingegeven klinken 3 18

beeptonen; na 3 foutieve PIN-codes wordt de verbinding verbroken) 4. u heeft nu de keuze uit de volgende 3 mogelijkheden: Ruimte beluisteren: - druk op toets * (sterretje) - gedurende 2 minuten wordt de in de centrale ingebouwde microfoon ingeschakeld en kunt u de ruimte beluisteren - na 2 minuten wordt de verbinding verbroken Alarm inschakelen: - druk op toets 1 - op de centrale licht het lampje ARM op; uw alarmsysteem is vanaf dat moment ingeschakeld - leg de hoorn neer om de verbinding te verbreken Alarm uitschakelen: - druk op toets 2 - op de centrale dooft het lampje ARM; uw alarmsysteem is vanaf dat moment uitgeschakeld - leg de hoorn neer om de verbinding te verbreken Opm.: u kunt ook tijdens het ruimte beluisteren op toets 1 of 2 drukken om de alarmfunctie in- of uit te schakelen. Indien u een fax-machine of telefoonbeantwoorder heeft aangesloten of uw VoiceMail bij de telefoonmaatschappij is ingeschakeld, dan bestaat de mogelijkheid dat die uw telefoonoproep beantwoorden, nog voordat de alarmcentrale heeft gereageerd. In dat geval is het op afstand bedienen van de alarmcentrale niet mogelijk tenzij u de fax, beantwoorder of VoiceMail uitschakelt. 19

SPECIAAL Systeemuitbreiding: U kunt de alarmcentrale uitbreiden met extra afstandsbedieningen, deur/raamcontacten of bewegingsdetectors. Als volgt dient u deze aan de centrale aan te melden: 1. zorg dat de alarmcentrale in de ruststand staat 2. druk kort op toets CODE en laat deze toets weer los 3. druk binnen een seconde opnieuw op toets CODE en houd deze nu ingedrukt totdat na ruim 2 seconden een beeptoon klinkt 4. activeer nu achtereenvolgens de nieuwe sensor of afstandsbediening: - afstandsbediening: druk kort op de ON of OFF toets - deur/raamcontact: doe even de deur of het raam open en sluit deze dan weer (let op dat dit raam/deurcontact wel ingeschakeld moet zijn) - bewegingsdetector: zwaai even met uw hand voor de sensor (let op de 30 seconden vertraging, zie pagina 14, item Bewegingsdetector ; alleen als het lampje oplicht, wordt de code verstuurd) bij elke activering klinkt uit de alarmcentrale een korte beeptoon 5. druk op de alarmcentrale kort op toets CODE, een dubbele beeptoon klinkt en uitbreidingsunit is toegevoegd aan uw alarmsysteem Bij deze procedure hoeft u de reeds aangemelde sensoren niet opnieuw te activeren. Alleen de nieuwe sensoren hoeven aangemeld te worden. Extra afstandsbedieningen, deur/raamcontacten of bewegingsdetectors zijn verkrijgbaar via de Alecto servicedienst op telefoonnummer (31) (0) 73 6411 355. 20

Wijzigen sensorcodes: Zowel de bewegingsdetector, de raam/deurcontacten en de afstandsbedieningen sturen de signalen gecodeerd naar de alarmcentrale. Vanaf de fabriek zijn alle sensoren en de centrale reeds van een unieke code voorzien en is het niet nodig deze te wijzigen. Alleen in het geval van een mogelijke systeemstoring of vermeende sabotage wordt geadviseerd alle componenten van uw alarmsysteem te voorzien van een nieuwe, unieke, code: 1. zorg dat het alarm in de ruststand staat 2. druk toets CODE in en houd deze ingedrukt totdat na ruim 2 seconden een beeptoon klinkt 3. activeer nu achtereenvolgens elke component van uw alarmsysteem: - afstandsbediening: druk kort op de ON of OFF toets - deur/raamcontacten: doe even de deur of het raam open en sluit deze dan weer (let op dat het contact wel ingeschakeld moet zijn) - bewegingsdetector: zwaai even met uw hand voor de sensor (let op de 30 seconden vertraging, zie pagina 14, item Bewegingsdetector ; alleen als het lampje oplicht, wordt de code verstuurd) bij elke activering klinkt uit de alarmcentrale een korte beeptoon 4. druk na de activering van alle sensoren en afstandsbedieningen kort op toets CODE op de centrale; een dubbele beeptoon klinkt en elke component is voorzien van een nieuwe, unieke code 21

Let op dat u tussen het aanmelden van 2 sensoren niet langer dan 40 seconden wacht. Wacht u langer, dan klinkt een dubbele beeptoon en sluit de centrale het programmeren van de sensorcodes af. U dient dan opnieuw te beginnen. Attentie: indien u bij de voorgaande procedure een of meer sensoren of afstandsbedieningen vergeet, dan is/zijn deze NIET voorzien van de nieuwe code en zal/zullen dus ook niet meer functioneren. Het is dus van belang dat u alle sensoren bij deze procedure activeert. Systeemcontrole: Naast het controleren of u de alarmnummers heeft geprogrammeerd en u de alarmtekst heeft ingesproken (zie hiervoor pagina 10-12), controleert de alarmcentrale ook of de telefoonaansluiting is gesaboteerd. In het geval de telefoonverbinding wordt gesaboteerd geeft de sirene na enkele seconden gedurende 30 seconden alarm. Wordt de telefoonverbinding binnen deze tijd hersteld, dan stopt na 30 seconden de sirene (of druk op de afstandsbediening op de OFF toets om de sirene voortijdig uit te schakelen). Wordt de telefoonverbinding NIET binnen 30 seconden hersteld, dan stopt weliswaar de sirene na 30 seconden maar blijven er elke minuut 3 korte beeptonen klinken totdat de telefoonverbinding is hersteld. 22

Let op dat alleen een onderbreking of een kortsluiting van uw telefoonaansluiting wordt geconstateerd. Een storing bij de telefoonmaatschappij of het in gesprek zijn van uw aansluiting, wordt niet door de alarmcentrale geconstateerd. 23

MOGELIJKE PROBLEMEN EN OPLOSSINGEN Uit de centrale klinken regelmatig beeptonen: * De centrale heeft een van de volgende storingen en of sabotagepogingen geconstateerd: - aansluiting met PTT is weggevallen (bij deze storing geeft eerst de sirene gedurende 30 seconden alarm) - geen alarmnummers geprogrammeerd - geen alarmtekst ingesproken Lampjes bij de centrale lichten niet op: * De centrale staat uitgeschakeld met de hoofdschakelaar. Schakel deze in (zie de ON/OFF schakelaar aan de achterzijde van de centrale). * De adaptervoeding was uitgevallen en de accu is leeg. Controleer de adapteraansluiting en herstel de voeding. Let op dat de accu pas weer volledig geladen is nadat de adapter 3 dagen continu spanning aan de centrale heeft geleverd. Deur/raamcontact functioneert niet: * Batterijen leeg; vervang deze. * De schakelaar op het deur/raamcontact staat in positie OFF; schuif deze schakelaar in positie ON of 24hr. * De magneet is te ver van het contactdeel geplaatst. * Het deur/raamcontact is niet aangemeld aan de centrale; meld deze sensor aan (zie het hoofdstuk systeemuitbreiding op pagina 20) Afstandsbediening doet het niet: * Batterij leeg; vervang deze. * De afstandsbediening is niet aangemeld aan de centrale; meld deze aan (zie het hoofdstuk systeemuitbreiding op pagina 20) 24

PIR bewegingssensor doet het niet: * Batterijen leeg; vervang deze. * De bewegingssensor is niet aangemeld aan de centrale; meld deze sensor aan (zie het hoofdstuk systeemuitbreiding op pagina 20) * Kijk of de sensor goed gericht is; herstel dit zo nodig. Alarm gaat niet af: * Het alarm staat uitgeschakeld; schakel deze in. * Het alarm staat in de uitstapvertraging; wacht totdat het lampje ARM stopt met knipperen, pas nu is het alarm daadwerkelijk ingeschakeld. * De code van de sensors komt niet overeen met de code van de alarmcentrale; zie het hoofdstuk sensorcodes en voorzie alle componenten van uw systeem van een nieuwe en gelijke code. Geen of verkeerde alarmnummers worden gekozen: * Fout of defect in de bedrading; neem de hoorn van de telefoon op die aangesloten is achter de alarmcentrale en controleer de verbinding. * Een of meerdere telefoons in uw huis zijn niet achter de alarmcentrale aangesloten maar direct op de binnenkomende telefoonlijn. Als een van die telefoons een gesprek voert op het moment dat de centrale alarm geeft, dan kan de alarmcentrale die telefoon niet uitschakelen om zodoende de telefoonlijn vrij te maken. Zorg ervoor dat alle telefoons, inclusief een eventuele huistelefooncentrale, in uw huis ACHTER de alarmcentrale zijn aangesloten (zie ook aansluiten telefoons op pagina 5). * U heeft geen of verkeerde nummers geprogrammeerd. Wis voor de zekerheid alle nummers (zie alarm- 25

nummers wissen op pagina 12) en programmeer de juiste nummers zoals beschreven op pagina 10 en 11. * U bent aangesloten op een telefooncentrale, anders dan die van de Nederlandse of Belgische PTT, en deze telefooncentrale herkent de kiessignalen niet die uw alarmcentrale verstuurt. Neem contact op met uw telefoonmaatschappij of met de Alecto servicedienst. Vals alarm: * De PIR-bewegingsdetector reageert op huisdieren, wapperende gordijnen of veranderende hitte van kachels. Richt de bewegingsdetector opnieuw waarbij deze objecten vermeden worden. * Deur of raam is niet goed gesloten en staat te klapperen, sluit deze goed. * De afstand tussen de magneet en het deur/raamcontact is kritisch waardoor het net wel / net geen contact maakt. Plaats de magneet dichter bij het deur/raamcontact. Indien deze tips niet leiden tot een oplossing, vervang dan de code door het uitvoeren van de instructies, beschreven onder het hoofdstuk sensorcodes maar meld slechts één onderdeel aan, te beginnen met de afstandsbediening. Test uw alarmcentrale nu gedurende enkele dagen. Treedt er geen vals alarm meer op, meldt dan het volgende onderdeel aan (bijvoorbeeld de PIR-bewegingsdetector) en test opnieuw. Op het moment dat er weer vals alarm optreedt, is de kans groot dat dit wordt veroorzaakt door het onderdeel dat u als laatste heeft aangemeld. Vervang deze of bekijk kritisch de mogelijke oorzaak van het valse alarm. Voor overige storingen kunt u contact opnemen met de Alecto servicedienst op telefoonnummer 073-6411355 26

SPECIFICATIES Alarmcentrale & sirene: Voeding: 9V DC, via voedingsadapter Noodvoeding: ingebouwde accu Stroomafname in rust: <9mA Stroomafname in stand-by: <12mA Stroomafname bij alarm: <160mA Geluidsdruk sirene: >105dB / 0.5m Ontvangstfrequentie: 433.5MHz ~ 434MHz PIR-bewegingsdetector: Voeding: 6V DC, via 4x 1,5V batterij, formaat AA penlite Stroomafname in rust: <0.1mA Stroomafname bij detectie van beweging: <6mA Detectiebereik: >5m (vrij zich vereist, zonder obstakels) Zendbereik naar alarmcentrale: tot 50m Zendfrequentie: 433.5MHz ~ 434MHz Deur/raamcontact: Voeding: 4,5V DC, via 3x 1,5V batterij, formaat LR-33 Stroomafname in rust: <10uA Stroomafname bij detectie van inbraak: <6mA Zendbereik naar alarmcentrale: tot 50m Zendfrequentie: 433.5MHz ~ 434MHz Afstandsbediening: Voeding: 12V DC, via 12V batterij, formaat 23A Stroomafname in rust: 0mA Stroomafname bij gebruik: <7mA Zendbereik naar alarmcentrale: tot 50m Zendfrequentie: 433.5MHz ~ 434MHz 27

VOEDING SENSOREN EN AFSTANDSBEDIENING Zowel de sensoren als de afstandbedieningen worden door middel van batterijen gevoed. Indien Alkaline batterijen zijn geplaatst en bij normaal gebruik hebben deze batterijen een levensduur van ruim een jaar. Het veelvuldig activeren van de sensoren (ongeacht of de alarmcentrale is in- of uitgeschakeld) en het bedienen van de afstandsbediening verkort de levensduur van de batterijen. Het is te adviseren om minimaal eens per jaar alle batterijen te vervangen of eerder indien u op de volgende wijze bemerkt dat de batterijcapaciteit een minimum nivo heeft bereikt: * afstandbediening: slecht bereik en zwak oplichten van het rode lampje * PIR bewegingsmelder: slecht bereik en zwak oplichten van het rode lampje * deur/raamcontact: slecht bereik en zwak geluid van de eigen sirene (testen met de schakelaar in de stand 24hr en dan de deur of raam openen) MILIEU Uitgewerkte batterijen niet weggooien maar inleveren bij uw plaatselijk depot voor Klein Chemisch Afval (KCA). Op het einde van de levenscyclus van het product mag u dit product niet bij het normale huishoudelijke afval gooien, maar moet u het naar een inzamelpunt brengen voor de recycling van elektrische en elektronische apparatuur. 28

VERKLARING VAN CONFORMITEIT Het toestel voldoet aan de essentiële voorwaarden en voorzieningen zoals omschreven in de Europese richtlijn 1999/5/EC. De verklaring van conformiteit is beschikbaar op de website WWW.ALECTO.INFO 29

INHOUDSOPGAVE ATTENTIE Waarschuwing bij installatie in België... 2 Telefoonmaatschappij... 2 Tips betreffende het bereik... 2 INTRODUCTIE... 3 INSTALLATIE Algemeen... 4 Alarmcentrale: Locatie... 4 Telefoonaansluiting... 4 Aansluiten telefoons... 5 Voeding... 6 Wandmontage... 6 Noodvoeding... 6 Sirene... 7 Bewegingsdetector... 7 Deur/raamcontacten... 8 Afstandsbediening... 9 INSCHAKELEN... 10 Bij 1e keer inschakelen... 10 PROGRAMMEREN Alarmnummer(s): Alarmnummer(s) programmeren... 10 Alarmnummer wijzigen... 11 Alarmnummers wissen... 12 Alarmtekst... 12 WERKING In- / uitschakelen alarm: Inschakelen met uitstapvertraging... 13 Inschakelen zonder uitstapvertraging... 13 Uitschakelen... 13 30

Bewegingsdetector... 14 Deur-raamcontacten... 14 Paniekalarm... 15 ALARM Alarm-afhandeling door de centrale... 16 Alarmsituatie opheffen... 17 Alarm-afhandeling door u, indien u opgebeld wordt... 17 ALARMCENTRALE OP AFSTAND BEDIENEN PIN-code... 18 Op afstand in- of uitschakelen of de ruimte beluisteren... 18 SPECIAAL Systeemuitbreiding... 20 Wijzigen sensorcodes... 21 Systeemcontrole... 22 MOGELIJKE PROBLEMEN EN OPLOSSINGEN Uit de centrale klinken regelmatig beeptonen... 24 Lampjes bij de centrale lichten niet op... 24 Deur/raamcontact functioneert niet... 24 Afstandsbediening doet het niet... 24 PIR bewegingssensor doet het niet... 25 Alarm gaat niet af... 25 Geen of verkeerde alarmnummers worden gekozen... 25 Vals alarm... 26 SPECIFICATIES... 27 VOEDING SENSOREN EN AFSTANDSBEDIENING... 28 MILIEU... 28 VERKLARING VAN CONFORMITEIT... 29 31

Service Help +31 (0) 73 6411 355 ver 1.2 32