Rapportage maximaal aantal personen TU Delft Hoofdgebouw Rapportnummer: TAC 200805886 d.d. 23 juni 2008



Vergelijkbare documenten
Piet Hein Buildings; Booking.com. Ontvluchting

Veilig vluchten uit gebouwen: wegwijs worden in de regel-geving

Opvang- en doorstroomcapaciteit

rand rapport Project: Herinrichting 't Klooster Rilland Werknummer:ZF15-06 Datum:

Brandpreventie. Werk nr Datum: HOOFDGEBOUW (2014)

doorstroomcapaciteit vluchtroutes Business Center

project: UTC, Schipholweg 343 te Badhoevedorp - Kantoorgebouw

Vluchten en wachten. Inleider: Jacques Mertens

Welke eisen gelden voor een trap? Aan de hand van het Bouwbesluit vaststellen welke eisen gelden voor een trap.

Ontwerp norm NEN Opvang- en doorstroomcapaciteit rookvrije vluchtroutes.

Afdeling Vluchtroutes Nieuwbouw. Artikel Stuurartikel

ECO/NNECT. Voorstel waarborging brandveiligheid. Roel Derkx SATIJNplus Architecten de Wijk van Morgen b.v.

Door: Ing. M. Konings. Highlights Bouwbesluit 2012

De totale gebruiksoppervlakte is exclusief de woonfuncties ruim groter dan 1000 m 2.

verschillende wegen leiden naar een brandveilig hoog gebouw

AMS1 Schiphol-Rijk. Brandveiligheid in het kader van de omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen

Project: Verbouw van tot een kinderdagverblijf Kinderdagverblijf Dolfijn te Voorthuizen Adviesrapport brandpreventie

Bouwbesluit 2012 De wijzigingen

NIEUWBOUW 78 APPARTMENTEN HABITAGE TE HEERHUGOWAARD

STAPPENPLAN BEOORDELING BRANDVEILIGHEID (voor nieuwbouw utiliteitsgebouwen, op hoofdlijnen, volgens bouwbesluit 2012 versie 1.0)

AVR Afvalverwerking BV Nieuwbouw Stortbordes december 2011

Wat is een verblijfsgebied en wat is een verblijfsruimte?

STAPPENPLAN BEOORDELING BRANDVEILIGHEID volgens Bouwbesluit 2012 UTILITEITSGEBOUWEN. Kenmerk: 2013-R-V1.2

Brandveilig ontwerpen in de praktijk Deel 1 ontwerpen van vluchtwegen. Emiel van Wassenaar - 14 juni 2012

Hoogbouw en Brandveiligheid

Bouwdeel F/G Brouwhuis aan de Ceresstraat te Breda

Beleid bestaande bouw - beleidspakket. Kwaliteit brandveiligheid

SCHIPHOL HOTEL BADHOEVEDORP

BEM Omschrijving : Toetsing bebouwing t.b.v. het houden van een Agrarische Kinderopvang aan De Zeeweg 4 te Nieuw-Vossemeer (Gem. Steenbergen).

Moet iedere trap aan het Bouwbesluit voldoen?

CONCEPT VOORSTEL VOOR VEREENVOUDIGING VAN DE VOORSCHRIFTEN VAN HET BOUWBESLUIT 2003 MET EEN RELATIE TOT BEZETTINGSGRAADKLASSEN

Bouwbesluit Brandveiligheid en gebouwontwerp

Brandveiligheidsaspecten van de uitbreiding van het kantoorpand van IHC Hydrohammer B.V. te Kinderdijk. Ontwerp met 3 verdiepingen

Schiphol The Base. Verbinding 3e en 4e verdieping The Base B

Bouwbesluit. Wettelijke regelingen

ATRIA EN HET BOUWBESLUIT

Bouwbesluit rapportage. Te verbouwen kantoorruimte tot logiesverblijf Aan de Helmondsingel 24 te Deurne

Beschrijving. Horeca en wonen in één brandcompartiment. Advies Definitief

1 Inleiding vereist kwaliteitsniveau... 2

P-97 REVITALISATIE MUSEUM MAASSLUIS ZUIDDIJK MAASSLUIS 20 JUNI 2013 TOETSING BOUWBESLUIT

Bouwbesluit 2012, woongebouw, overige gebruiksfunctie, nieuwbouw, portiekontsluiting, parkeren Datum: 19 mei 2017 Status:

BRANDVEILIGHEID EN VLUCHTWEGEN

AFD BEPERKING ONTSTAAN BRANDGEVAARLIJKE SITUATIE

ADVIES. Pagina 1 van 6. Adviescommissie praktijktoepassing brandveiligheidsvoorschriften. Secretariaat info@adviescommissiebrandveiligheid.

BHV in relatie tot Bouwbesluit 2012 Herman Gubbels Safety Advisor G4S Training & Safety

Project: Verbouwing voormalig Klooster Kranenburg Ruurloseweg LD Vorden Werknummer: CM 10 Datum: 25 juni 2018

NIEUWBOUW WIJKSPORTVOORZIENINGEN PERNIS

Wettelijke regelingen

Voorzieningen aan deuren in vluchtroutes

Kapershoekseweg 24. Hoogvliet - Rotterdam

Wat is een veiligheidstrappenhuis?

Een schoolgebouw bestaat uit drie bouwlagen. De begane grond heeft een gebruiksoppervlakte van ruim m 2

Vluchten bij brand. Handreiking voor gebruiksvergunningen

Beschrijving. Transformatie kantoor naar portiekwoningen. Advies Definitief. Kern 1 Kern 5. Kern 2 Kern 3 Kern 4

Beschrijving. Vervallen trap in monumentaal gebouwtje. Advies Definitief

Beschrijving. Adviesvraag ADVIES

Bouwbesluitgegevens ALGEMENE RUIMTE

Advies brandveiligheid omgevingsvergunning

Bijlage omgevingsvergunning

Veiligheidsregio HAAGLANDEN. Handhaving van bestaande kooiladders

Project "Stadsvilla" te Rotterdam. Daglichtberekeningen. Datum 19 juli 2013 Referentie

BNA Roadshow Bouwbesluit Programma. Nieuwe en gewijzigde begrippen Gebruiksfuncties Algemene begrippen Personenbenadering

Beschrijving. Adviesvraag ADVIES

Daglicht- en ventilatieberekening

Hoefbladstraat te Nieuw-Vennep Beoordeling brandveiligheid. Datum 10 december 2015 Referentie Hoofdweg GH ROTTERDAM

Nieuwbouw torens en renovatie het Atrium te Amsterdam

Samenvallende rookvrije vluchtroutes in een woongebouw

: Industrie : B5 : dlv-bom-wessels van de bouwkunst bv

CVDR. Nr. CVDR375960_1. Beleidsregel brandpreventie bestaande bouw

Beheersbaarheid van Brand Project:

Rapenburg 34 Quickscan Definitief Ontwerp Brandveiligheid

Bouwbesluit 2012, industriefunctie, NEN 6060, gelijkwaardigheid, nieuwbouw, compartimentering, Datum: 5 april 2019 Status:

VENTILATIE & DAGLICHT MULLER ONTWERP EN ADVIES B.V. WIEDHAAK 18A 3371 KD HARDINXVELD-GIESSENDAM TELEFOON: FAX:

Nieuwbouw technisch opleidingscentrum

MEMO 1. INLEIDING 2. UITGANGSPUNTEN 3. TOETSKADER: BOUWBESLUIT 2012

Verbouw schuur Vlietweg 13 te Leiden. Toetsing verblijfsgebieden, verblijfsruimten Luchtverversing Daglichttoetreding

SPLITSING UNITS A-1 EN A-4 WOONBOULEVARD HOOGSTAD TE VLAARDINGEN

Bouwbesluit 2012, kantoorfunctie, nieuwbouw, vluchtroute, brandmeldinstallatie (BMI), Datum: 25 maart 2019 Status:

Bouwbesluitrapportage

DA AD. Nieuwbouw woonhuis Galama-Sevinga te Veenhuizen. rapportage bouwbesluitberekeningen. Werknummer: Datum: Particuliere woning

Beschrijving. Wel of geen brandmeldinstallatie in stallingsgarage. Advies Definitief

Ventilatievoorzieningen voor een meterruimte in een woning

Tabel 2.27 gebruiksfunctie leden van toepassing grenswaarden. afmetingen trap

Rapport R09. *BEM * BEM gemeente Steenbergen. Behoort bij beschikking ZK nr.(s) Omgevingsmanager.

VEILIGHEIDSREGIO HAAGLANDEN

T O E T S I N G S R A P P O R T

Roozen - van Hoppe Bouw en Ontwikkeling bv T.a.v. de heer Jeroen Pel Postbus AD HILVARENBEEK

Uitbreiding tweede openluchtschool te Amsterdam. Rapportage brandveiligheid. Rapportnr: Datum: Versie: 1 Contactpersoon: L.

Beoordeling brandveiligheid t.b.v. aanvraag gebruiksvergunning

TOETSING BOUWBESLUIT

Bouwbesluit 2012, woongebouw, nieuwbouw, portiekontsluiting Datum: 8 maart 2018 Status:

Notitie. Figuur 1 Schematische doorsnede van het VOC schip met de verschillende dekken.

Rapport Bouwbesluiteisen

Verbouw Abdij Koningsoord te Berkel-Enschot. - Werkplaats - Toetsing verblijfsgebieden, verblijfsruimten Luchtverversing Daglichttoetreding

Beschrijving ADVIES. Plattegrond atriumontsluiting woningen, variant A. Plattegrond atriumontsluiting woningen, variant B

Korte samenvatting van de wijzigingen in het Bouwbesluit 2012 ingaande per 1 juli 2015:

AMSTERDAM ARENA ENERGIE OPSLAG Brandveiligheid 10 MEI 2017

Schoonderbeek en Partners Advies BV Postbus BJ Ede Trefwoorden: Gezondheidszorgfunctie, (sub)brandcompartimentering Datum: 7 oktober 2010

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

Transcriptie:

TAC Technisch Advies Centrum, brandveiligheid b.v. b.v. postadres: Dorpsstraat 4, 2731 AP BENTHUIZEN bezoekadres: Franklinstraat 1, 2723 RE ZOETERMEER Tel: 079-3421853 Fax: 079-3310855 e-mail: tac@brandveiligheid.nl bankrekeningnr: ABN 51 65 55 707 Rapportage maximaal aantal personen TU Delft Hoofdgebouw Rapportnummer: TAC 200805886 d.d. 23 juni 2008 Opgemaakt door: A.Leite en J. van Diem TAC, Technisch Advies Centrum, brandveiligheid b.v.

TAC Technisch Advies Centrum, brandveiligheid b.v. b.v. Project: Onderzoek/rapport: TU Delft Hoofdgebouw rapportage maximale hoeveelheid personen Rapportnummer: TAC 200805886 Datum: 23 juni 2008 INHOUD: Pagina 1: Pagina 2: Pagina 3: Pagina 6: Pagina 7: Pagina 8 t/m 13: Pagina 14 t/m 19: Inhoud 1. Inleiding 2. Omschrijving van het gebouw. 3. Doelstelling 4. Van toepassing zijnde regelgeving 5. Methodiek berekeningen 6. Conclusie en aanbevelingen Bijlage 1, berekeningen. Bijlagen exel berekeningen Verklarende plattegronden 1

1. INLEIDING In verband met tijdelijke huisvesting van de afdeling Bouwkunde van de TU-Delft, heeft TAC Technisch Advies Centrum, brandveiligheid bv in opdracht van de TU-Delft afdeling FMVG, de heer J. Hoogervorst, een rapportage opgesteld op grond van de gemaakte berekeningen voor de maximale hoeveelheid personen die gelijktijdig in het bestaande schoolgebouw aanwezig kunnen zijn. Voor het tot stand komen van deze rapportage is gebruik gemaakt van aan ons ter beschikking, gestelde tekeningen, gegevens en een onderzoek ter plaatse. 2. OMSCHRIJVING VAN HET GEBOUW Het betreft een leegstaand bestaand onderwijsgebouw dat is bekend als het Hoofdgebouw van de TU-Delft aan de Julianaweg 132 te Delft. Het onderwijsgebouw bestaat uit meerdere bouwdelen (vleugels) met een hoogste gelegen verblijfsvloer op ca. 12 m ten opzichte van het meetniveau. (referentie niveau) Het geheel is onder te verdelen in 3 clusters, waarbij iedere cluster weer bestaat uit een aantal vleugels. - Cluster 1: linkerdeel - Cluster 2: middendeel - Cluster 3: rechterdeel Cluster 1: vleugel 6, 7, 8 en 9 Cluster 2: vleugel 0 en 5 Cluster 3: vleugel 1, 2, 3 en 4 Bouwlagen: - kelder: opslag en ruimten ten behoeve van techniek. - begane grond: onderwijsgedeelten en kantoren - 1 e verdieping: onderwijsgedeelten en kantoren - tussenverdiepingen: kantoren - 2 e verdieping: onderwijsgedeelten en kantoren - zolder (kap): wordt niet gebruikt. 3. DOELSTELLING Het onderzoek is gericht op het bepalen van de maximale hoeveelheid personen die gelijktijdig in het gehele onderwijsgebouw aanwezig kunnen zijn. Hierbij rekening houdende met: - de werkelijke reële bezettingsgraad per gebruiksfunctie binnen het onderwijsgebouw; - de mogelijkheden van opvang- en doorstroomcapaciteiten van de trappenhuizen; - de aanwezige uitgangsbreedten van ieder bouwdeel c.q. brand- of rookcompartimenten; - de verlangde ontruimingstijden bij brand. 4. VAN TOEPASSING ZIJNDE REGELGEVING Uitgaande van het gebruik van het gebouw kan worden gesteld dat in het gebouw de volgende gebruiksfuncties zijn ondergebracht: - Onderwijsfunctie (alle leslokalen en collegezalen/ruimten) - Bijeenkomstfunctie (aula, restaurant, cafés en bibliotheekruimten) - Kantoorfunctie (alle kantoorruimten en overige werkkamers) - Overige gebruiksfuncties (bergingen, opslagruimten, fietsenstalling en technische ruimten) 2

De volgende regelingen zijn hierop van toepassing: - het Bouwbesluit 2003 art. 2.173 - Opvang- en doorstroomcapaciteit conform de Ministeriele Regeling Bouwbesluit (nieuwbouw) van 1997 Hoofdstuk I art. 2.1 en 2.2. - Handreiking voor gebruiksvergunningen, het boekwerk van VROM Vluchten bij brand, de berekeningsmethode P = U x 0,9 waarbij wordt uitgegaan van een voor dat pand realistische bezetting. - De (reële) bezettingsgraadklassen conform BB art. 1.1 lid 6 tabel 1. 5. METHODIEK BEREKENINGEN Omdat het hier een bestaand onderwijsgebouw betreft met meerdere bouwdelen is ter plaatse een onderzoek verricht naar de volgende aspecten en uitgangspunten die direct in relatie staan met de berekeningen voor de bepaling van het aantal personen dat gelijktijdig gebruik zal kunnen maken van het gebouw: - de reële bezettingsgraad in personen per gebruiksoppervlak; - de bepaling van het aantal personen per beschikbare uitgangsbreedten conform het boekwerk van VROM Vluchten bij brand. - de opvang- en doorstroomcapaciteiten van de beschikbare trappenhuizen. Bij een calamiteit of brand zal, afhankelijk van de plaats en de omvang, het ontruimings- noodplan in werking te moeten treden. Er dient afhankelijk van het nadere ontwerp van de afdeling Bouwkunde een nieuw ontruimings-noodplan worden opgesteld. Om in een zo vroeg mogelijk stadium een brand of een calamiteit te onderkennen en gerichte acties te ondernemen, is de inzet vereist van voldoende geschoold BHV-personeel. Bij een mogelijke calamiteit of ontruiming kunnen zij de aanwezige personen aanwijzingen geven, dan wel begeleiden. Met de berekeningen is rekening gehouden met het gegeven dat een brand nooit op twee plaatsen tegelijk hoeft te worden verwacht. De ontruiming zal in eerste instantie plaats vinden per bouwdeel, bouwlaag en/of brandcompartiment. Met de opgegeven aantallen is een zo betrouwbaar als mogelijk inzicht verkregen van het maximaal aantal personen dat gebruik zal maken van de vluchtroutes. Van het totale bestaande onderwijsgebouw zijn de beschikbare vluchtroutes (trappenhuizen) beoordeeld. De berekeningen zijn weergegeven in bijlage 1 en 2. 1.Uitgangspunten voor de bezettingsgraad per gebruiksfunctie in gebruiksoppervlakte per persoon. Conform onderstaande tabel uit het Bouwbesluit (Bezettingsgraadklasse (conform BB art. 1.1 lid 6 tabel 1) en de aangegeven gemiddelde rekenbezetting zijn de maximale aantallen personen weergegeven. Omdat de werkelijke indeling in verblijfsruimten nog niet bekend is, is alleen de vloeroppervlakte (m²) aan gebruiksoppervlak per persoon gehanteerd. 3

2. Handreiking voor gebruiksvergunningen, het boekwerk van VROM Vluchten bij brand. Ten aanzien van de beschikbare uitgangsbreedten per verdieping en bouwdeel wordt de berekeningsmethode P = U x 0,9 gehanteerd, waarbij wordt uitgegaan van een voor het pand realistische bezetting. De uitgangsbreedte van deuren van het gebouw, rookcompartiment, verblijfsgebied of verblijfsruimte dient te voldoen aan de strengste eis. Toelichting: - P is het maximaal toelaatbare aantal personen en U is de netto breedte van de aanwezige en beschikbare nooduitgang(en) in centimeter(s). - In de onderstaande berekeningen kunnen de zalen separaat of gecombineerd gebruikt worden omdat de verbindingen naar de vleugels niet zijn meegerekend als nooduitgangen voor de totale bouwlaagoppervlakte. - Voor de grote collegezalen zijn aparte berekeningen opgesteld. - Zie ook de extra bijlagen: berekeningen B-klassen, uitgangsbreedten, en doorstroomcapaciteiten. 3. Uitgangspunten Opvangcapaciteit trappenhuizen: Beschikbare opvangcapaciteit in personen per verdieping en trappenhuis ter overbrugging van één bouwlaag. Uitgangspunten voor opvang: Bordes oppervlakte per m² B-trap: 0,9 * aantal treden * trapbreedte A-trap: 0,5 * aantal treden = 4 personen = x-aantal personen = x-aantal personen A-trap B-trap T N P = trapbreedte < 1,10 m, en tenminste 0,8 m = trapbreedte > of gelijk aan 1,10 m = ontruimingstijd = aantal bouwlagen = aantal personen 4

4. Uitgangspunten doorstroomcapaciteit trappenhuis en spiltrappen: Ministeriële Regeling nieuwbouw 1997 conform artikel 2.173 van het Bouwbesluit 2003 Rekenmethode: Getalswaarde doorstroomcapaciteit = x / t-n x = aantal werkelijke personen op een verdieping t = de ontruimingstijd in minuten n = het aantal bouwlagen De getalswaarde van de doorstroomcapaciteit van een trap moet gelijk of kleiner zijn dan: a. het product van 90 en de vrije doorgang van de verkeersruimte, of b. het product van 45 en de breedte van een trap als bedoeld in kolom B van het Bouwbesluit in meters, of c. 25, voor zover het een trap betreft in kolom A van het Bouwbesluit. Opmerking algemeen: Ten aanzien van bovenstaande berekeningen is de meest ongunstigste rekenmethode als maatgevend voor het maximaal aantal toelaatbare personen in het gebouw of betreffende bouwdelen aangehouden. Per ontruimingszone (verdieping) is beschouwd hoeveel personen er maximaal aanwezig kunnen zijn op grond van bezettingsgraadklassen alsmede hoeveel er volgens de berekeningen van de capaciteit van de vluchtroutes aanwezig mogen zijn. Toelichting van het boek Vluchten bij brand uitgave VROM op pagina: Pagina 07: - De vrije doorgang ter plaatse van de deuren is maatgevend. - Voor de bepaling van het maximaal aantal personen is de uitgangsbreedte en de draairichting maatgevend. - Geeft aan dat er een verschil bestaat in eisen BB nieuwbouw en bij de beoordeling GV. - Het Bouwbesluit geeft geen absolute waarde aan maar een marge in de B-klasse. - Bij Bouwbesluit heeft dit gevolg dat er maximale waarden kunnen optreden van 135 personen per m uitgangsbreedte - Rekenwaarde is niet opgenomen in het BB - Indien wordt gerekend met 90 personen per m komt dit overeen met de gemiddelde rekenwaarde. 5

6. CONCLUSIE EN AANBEVELINGEN 6.1 Voor de berekeningen zijn de volgende uitgangspunten en aanwezige brandveiligheidsvoorzieningen meegenomen in de overwegingen: - brand zal nooit op twee plaatsen tegelijk in het gebouw plaats vinden, waarbij een ontruiming per bouwdeel, bouwlaag en/of brandcompartiment zal geschieden; - alleen de beschikbare trappen, uit- en nooduitgangen van het bestaande gebouw zijn in ogenschouw genomen; - In de bestaande situatie zijn een aantal nooduitgangen op de 2 e verdieping voorzien van vluchtramen met afmetingen van 0,85 x 1,20 m. Deze zijn in de huidige situatie niet toegestaan door de Brandweer Delft. De opvangcapaciteit van deze trappenhuizen zijn in de berekeningen ook niet meegerekend. Zie toelichting bij punt 6.2. - de kelders die alleen ter beschikking staan voor opslag en technische ruimten zijn buiten beschouwing gelaten; - het gebouw zal grotendeels worden voorzien van een gecertificeerde sprinklerinstallatie, waarbij mag worden verwacht dat een brand zich niet verder kan uitbreiden en beheersbaar blijft. Met de berekeningen in bijlage 1, en de hieraan gekoppelde exel-bestanden is aangetoond dat wanneer rekening wordt gehouden met de meest ongunstigste situatie per bouwdeel in het gebouw, de volgende aantallen personen aanwezig kunnen / mogen zijn. Hierbij is rekening gehouden met het buiten gebruik stellen van de vleugels op de 2 e verdieping die gebruik zouden kunnen maken van de stalen vluchttrappenhuizen met vluchtramen. Maximaal toelaatbaar aantal personen in het gehele gebouw: 4.483 personen. 6.2 Toelichting vluchtramen 2 e verdieping De nooduitgangen naar de buitentrappen vanaf de 2 e verdieping vindt plaats via vluchtramen met een afmeting van ca. 0,85 (br.) x 1,2 (h) m. Conform BB art. 2.176 (bestaande bouw) is de minimale afmeting van een uitgang 0,5 (br) x 1,20 (h) m toegestaan echter de doorstroming van mensen zal worden beperkt. Toelichting op BB art. 2.176 Artikelen 2.175 tot en met 2.182 Zie de toelichting op de artikelen van paragraaf 2.19.1 Nieuwbouw. Naast de eisen van het Bouwbesluit voor bestaande gebouwen zijn voor de inrichting van vluchtroutes nog eisen uit de gemeentelijke bouwverordening van belang. Het zijn voorschriften die verband houden met het feitelijk gebruik van het gebouw. De aanwezige bouwkundige inrichting van een ruimte kan ertoe leiden dat het aantal in die ruimte toe te laten personen wordt beperkt of dat aanvullende, niet-bouwkundige voorzieningen moeten zijn getroffen. Deze voorzieningen kunnen bijvoorbeeld betrekking hebben op de ontdekking, melding of automatische blussing van brand en de afvoer van rook. Verder kunnen zij bestemd zijn voor de alarmering van de in het gebouw aanwezige personen, mede met het oog op de ontruiming van het gebouw. In het bijzonder kan hierbij worden gedacht aan een gebouw voor een bijeenkomstfunctie. Ondanks dat in het gebouw aanvullende, niet-bouwkundige voorzieningen zoals een volledige sprinklerinstallatie en een brandmeldinstallatie met vluchtwegbewaking worden aangebracht, is de Brandweer en TAC van mening dat de snelheid van ontruimen via deze vluchtramen beperkt is. Het maximaal toe te laten aantal personen zoals genoemd in de afzonderlijke rapportage opvang- en doorstroomcapaciteiten (zie TAC rapport nr. 200805886 (1) van de bestaande trappen en uitgangen van de 2 e verdieping zijn hierdoor niet geheel realistisch en houdt verband met de beperkingen van de beschikbare rekenmethode.. De Brandweer Delft is van mening dat het ontvluchten via deze ramen niet meer acceptabel is en hanteert de Handreiking brandpreventiebeleid bestaande bouw uitgegeven door het Ministerie van Binnenlandse zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) (zie ook punt 3)en hetgeen is verwoord aangaande 6

bestaande bouw op pagina 16, 17 en 70 van het rapport Voorkom paniek, blijf rustig schreeuw en ren niet! van de DSP-groep / SBR. Hierin wordt omschreven dat voor bestaande gebouwen geen bezettingsgraadklassen zijn opgenomen en dat het gedrag bij brand in nieuwe gebouwen niet anders zal zijn dan bij bestaande gebouwen. Tekst: De wet- en regelgeving hanteert een onderscheid naar nieuwbouw en bestaande bouw en naar verschillende soorten gebouwen. Het type calamiteit lijkt er niet toe te doen. De bouwregelgeving is gericht op brand, andere regelgeving heeft het over calamiteiten, zonder daarin onderscheid te maken. Een interessante, en nog grotendeels onbeantwoorde vraag, is waarin gebouwen en calamiteiten nu eigenlijk verschillen in relatie tot menselijk gedrag. Het is in ieder geval niet aannemelijk dat het gedrag anders verloopt in nieuwe gebouwen dan in bestaande gebouwen. Vanuit dit oogpunt wekt het bevreemding dat in bestaande gebouwen een ander veiligheidsniveau wordt gehanteerd. Wellicht dat het voor menselijk vluchtgedrag het niet eens primair van belang is, waar die zich bevindt: in een gebouw of erbuiten. Met betrekking tot calamiteiten is er meer inzicht nodig in de reactie van mensen op concrete bedreigingen, zoals rook en straling (en een combinatie daarvan) bij brand. Dit zijn alle belangrijke vragen in relatie tot gangbare gebouwen. Juist in bijzondere gebouwen en bij bijzonder gebruik (grote menigten) kunnen gedragingen van mensen van grote invloed zijn op ontruimingsprocessen. De eisen voor bestaande bouw zijn absolute bodemeisen waar elk bouwwerk tenminste aan moet voldoen. De betreffende eisen voor bestaande bouwwerken zijn niet gekoppeld aan het aantal aanwezige personen, maar alleen gerelateerd aan gebruiksoppervlakte of vloeroppervlakten. Deze minimumeisen voor bestaande bouw komen in grote lijnen overeen met de lichtste bezettingsgraadklasse die voor de betreffende gebruiksfunctie is toegestaan voor de nieuwbouweisen. In tegenstelling tot de nieuwbouwvoorschriften zijn de in de voorschriften voor bestaande utiliteitsgebouwen van het Bouwbesluit 2003 dus geen bezettingsgraadklassen opgenomen. Gezien bovenstaande motivatie heeft de Brandweer Delft besloten om de ontvluchtingsmogelijkheden van de 2 e verdieping via vluchtramen in de huidige vorm niet toe te staan en beperkt gebruik op te leggen. Advies: Maatregelen en mogelijkheden 2 e verdieping: Optie 1: De betreffende vleugels op de 2 e verdieping die betrekking hebben op de ontvluchting via de vluchtramen gedeeltelijk afsluiten en buiten gebruik stellen. Hierbij zijn er wel mogelijkheden voor het realiseren van beperkte doodlopende einden. Of Optie 2: De betreffende vluchtramen qua doorloophoogte aanpassen tot tenminste 1,90 m. Op basis van Optie 1 zullen totaal 453 personen op de 2 e verdieping minder aanwezig mogen zijn. Op de totale 2 e verdieping kunnen dan maximaal 949 personen aanwezig zijn. Algemeen: Om het aantal toe te laten personen op de begane grond te verhogen kunnen in overleg het aantal uitgangen naar buiten, worden uitgebreid. Hierbij valt te denken aan het aanbrengen van nooduitgangen in: - vleugel 1 (achterzijde kopkant) - vleugel 2 (vanuit noodtrappenhuis 6 van bovengelegen collegezaal) - vleugel 4 (nog aan te brengen uitgang met noodtrap) - vleugel 6 (voorzijde kopkant) - vleugel 7 (achterliggende zaal naar noodtrappenhuis 12) - vleugel 8 (vanuit noodtrappenhuis 13 van bovengelegen collegezaal) 7

- Bijlage 1, berekeningen: Zie voor de berekeningen eveneens de bijlagen met exel-bestanden. Maximum aantal personen linkerdeel (Vleugel 1,2,3,4,0) Bouwlaag gebruiksfunctie Reële B-klasse Maatgevende berekening Max. aantal personen 2 e Onderwijs/kantoor B2 opvang trappen 501 1 e Onderwijs/kantoor B2 opvang trappen 874 BG Bijeenkomst / B2 Uit- en 1008 onderwijs/kantoor nooduitgangen(*) kelder n.v.t. TOTAAL 2383 Maximum aantal personen rechterdeel (Vleugel 5,6,7,8,9) Bouwlaag gebruiksfunctie Reële B-klasse Maatgevende berekening Max. aantal personen 2 e Onderwijs/kantoor B2 opvang trappen 448 1 e Onderwijs/kantoor B2 opvang trappen 739 BG Bijeenkomst / B2 Uit- en 913 onderwijs/kantoor nooduitgangen(*) kelder n.v.t. TOTAAL 2100 (*) Uit- en nooduitgangen op de begane grond Vleugel uitgang aantal Uitgangsbreedte m TOTAAL Uitgangsbr. m 1 Nooduitgang 1 0,85 0,85 1 Uitgang bij trap 4 1 1,50 1,50 2 uitgang 1 2,00 2,00 3 Nooduitgang zaal 2 0,85 1,70 3 Uitgang trap 2 1 0,95 0,95 4 Nooduitgang zaal: trap nog 1 0,90 0,90 aanbrengen 0 / 5 hoofdingang 1 1,77 1,77 0 / 5 Achter uitgang 2 1,50 3,00 6 Nooduitgang achterzijde 1 1,60 1,60 7 Uitgang bij trap 11 1 2,00 2,00 7 Nooduitgang zaal 1 0,85 0,85 8 Uitgang 1 1,70 1,70 9 Nooduitgang bij trap 8 1 0,85 0,85 9 Uitgang bij trap 9 1 1,65 1,65 TOTAAL 21,35 8

Max. aantal personen van de grootste collegezalen: Collegezaal uitgangen aantal uitgangsbreedte TOTAAL uitg.br. in m Vleugel 2 en 8 uitgang 2 1,60 3,20 nooduitgang 1 0,80 0,80 4,00 Max. aantal personen (P = U x 0,9) per zaal 360 personen Collegezaal uitgangen aantal uitgangsbreedte TOTAAL uitg.br. in m Vleugel 3 uitgang 1 1,20 1,20 nooduitgang 2 0,85 1,70 2,90 Max. aantal personen (P = U x 0,9) 261 personen Collegezaal uitgangen aantal uitgangsbreedte TOTAAL uitg.br. in m Vleugel 4 uitgang 2 1,60 3,20 nooduitgang 1 (nog aanbrengen) 0,90 0,90 4,10 Max. aantal personen (P = U x 0,9) 369 personen Toelichting bij de berekening doorstroomcapaciteit: De doorstroomcapaciteit van trap 1 op de hoogste gelegen verdieping (2 e verd.) zal worden berekend. Uitgangspunten doorstroomcapaciteit trappenhuizen: Conform Ministeriële Regeling Bouwbesluit (nieuwbouw) 1997: Rekenmethode: Getalswaarde doorstroomcapaciteit = x / t-n x = aantal werkelijke personen op een verdieping T = de ontruimingstijd in minuten van een gebouw = 15 minuten N = het aantal bouwlagen De getalswaarde van de doorstroomcapaciteit van een trap moet gelijk of kleiner zijn dan: a. het product van 90 en de vrije doorgang van de verkeersruimte, of b. het product van 45 en de breedte van een trap als bedoeld in kolom B van het Bouwbesluit in meters, of c. 25, voor zover het een trap betreft in kolom A van het Bouwbesluit. Toelichting: A-trap B-trap T N Trappen 2 e verd. B-trap (5x) = trapbreedte < 1,10 m, en tenminste 0,8 m = trapbreedte > of gelijk aan 1,10 m = ontruimingstijd = aantal bouwlagen Getalwaarde benodigd x/t-n Getalwaarde werkelijk Aantal Bwlg. (N) T Voldoet 8,62 54 3 15 ja Bovenstaande benodigde getalwaarden zijn kleiner dan de werkelijke getalwaarden dus voldoet de doorstroomcapaciteit. 9