opvangmateriaal voor urine incontinentie voor ouderen 1 ZorgSaam
Opvangmateriaal voor urine incontinentie Hulpmiddelen kunnen een uitkomst zijn. Het gebruik van hulpmiddelen kan in elk geval voorkómen dat u nat wordt. Daardoor zult u misschien gemakkelijker op een normale manier kunnen leven. Dit wil zeggen, dankzij hulpmiddelen hoeft uw hele leven niet om het urineverlies te draaien. U hoeft niet bang te zijn voor een ongelukje of vervelende situaties. Hoe maakt u een keuze? Als men eenmaal besloten heeft hulpmiddelen te gaan gebruiken, zult u snel merken dat er veel keuze is. Het is de kunst om materiaal te vinden dat het meest geschikt is. Wat past in uw manier van leven? De keuze voor hulpmiddelen is vaak heel persoonlijk. Het eerste advies is daarom: zorg dat de hulpmiddelen bij uw manier van leven passen. Vragen die u kunt stellen zijn: Bent u meestal thuis of trekt u er juist veel op uit? Beweegt u veel of juist weinig? Wat voor kleding draagt u het liefst? 2
Hoeveel urine verliest u? Welk materiaal geschikt is, hangt onder meer af van de hoeveelheid urine die u verliest. Als u alleen wat druppeltjes verliest, heeft u minder zwaar materiaal nodig dan wanneer u al de urine verliest. Vaak wordt er een onderscheid gemaakt tussen licht, matig en ernstig urineverlies: Licht urine verlies betekent dat men druppeltjes of scheutjes urine verliest als men zich inspant, bijvoorbeeld als men hoest, lacht, een trap oploopt, sport, enzovoort. Matig urineverlies betekent dat men flinke scheuten urine verliest; de aandrang is vaak zo sterk dat men niet op tijd naar het toilet kan komen. Bij ernstig urineverlies heeft men geen beheersing over de urine, waardoor men vrijwel al de urine verliest. Er zijn grote verschillen in de hoeveelheid urine die door het verband opgenomen kan worden. Er is heel klein verband dat twintig ml urine kan opvangen, maar er is ook verband dat wel twee liter kan opnemen. 3
Probeer verschillend materiaal uit Uiteindelijk moet de praktijk uitwijzen welk materiaal het meest geschikt is. Probeer daarom verschillend materiaal uit. Men kan hierbij op de volgende zaken letten: Past het? Heeft het de juiste maat en een goede pasvorm? Het materiaal is in verschillende groottes en vormen te verkrijgen. Sluit het bijvoorbeeld goed om de dijbenen of zijn er plooien waardoor het kan lekken? Heeft het elastiek waarmee de pasvorm kan worden aangepast? Is het materiaal goed op de plaats te houden, bijvoorbeeld in uw ondergoed? Hebben de bevestigingsstrips voldoende kleefkracht? Als het steeds verschuift is de kans op lekken groter. Is het materiaal zichtbaar of niet? Maakt het verband veel lawaai (ritselen, kraken, knisperen, enzovoort)? Is het materiaal comfortabel? Zit het prettig en is het zacht voor de huid? Kunt u het materiaal gemakkelijk aandoen en weer verwijderen? Als u veel uitgaat wilt u het materiaal waarschijnlijk snel en eenvoudig kunnen verwisselen. Werkt het? Wordt de urine snel opgenomen of duurt dit even? En heeft het een goede drooghoudlaag, zodat men geen nat gevoel krijgt. Neemt het voldoende urine op zonder dat het gaat lekken? Hierbij kan men onderscheidt maken tussen dag den nacht. Om s nachts te kunnen doorslapen, kan het nuttig zijn s nachts materiaal te gebruiken dat meer urine kan opnemen. Worden vervelende geurtjes opgevangen of niet? 4
Een aantal leveranciers biedt gratis proefpakketten aan, zodat men verschillende materialen kan uitproberen. Deze pakketten zijn bij de apotheken en andere leveranciers te krijgen. Vergoeding Hoewel incontinentiematerialen over het algemeen worden vergoed, zijn er zorgverzekeraars die een maximum aantal te vergoeden materialen in hun polis hebben staan. Over het algemeen geldt een vergoeding van 355 stuks per 3 maanden of te wel 3 verschoningen per dag. Omgaan met hulpmiddelen Hoe vaak moet u het verband wisselen? Het is niet nodig na elk urineverlies het materiaal te verwisselen. De verbanden kunnen namelijk erg veel vocht opnemen. Hoe vaak u het verband moet wisselen, hangt af van de hoeveelheid urine die u verliest en natuurlijk van het verband dat u draagt. s Nachts worden meestal andere, grotere verbanden gebruikt, die niet gewisseld hoeven te worden. 5
Het verband moet nauw op het lichaam aansluiten. Hoe beter het verband op uw lichaam aansluit, hoe beter het werkt. Bovendien wordt de kans op lekker of geurtjes zo het kleinst. U kunt op de volgende zaken letten: Tweedelig verband moet altijd met goed passend ondergoed worden gedragen, dat nauw om het lichaam sluit. Eventueel kunt u speciale fixatiebroekjes ( of netbroekjes ) dragen. Draag in de verbanden geen extra hulpmiddelen, bijvoorbeeld extra maandverband. Deze verzwakken juist de werking van het verband. Als u denkt dat een verband niet betrouwbaar is, kunt u beter een uitvoering nemen die meer urine kan opnemen. Zorg dat de naden van de eendelige systemen aan de buitenkant zitten, op de heup, en dat ze in een rechte lijn lopen: als deze lijn kronkelt zit het verband niet correct. Voor- en achterzijde van een verbandbroekje moeten even hoog zitten. Soms wordt aangegeven wat de voor- of achterkant is. Als het verband in de lies opbolt en wijkt, is het te groot. Dat maakt de kans op lekken groter. Denk aan een goede huidverzorging Vaak is het aan te raden extra aandacht te besteden aan de huidverzorging als u hulpmiddelen gebruikt. Dit komt omdat door de verbanden de huid afgesloten wordt. Ook kan de huid langere tijd vochtig zijn door de urine, waarbij de urine op de huid kan inwerken. In die gevallen bestaat het risico van huidirritatie. Het kan daarbij gaan om kleine problemen, zoals smetplekjes. In ernstige gevallen kunnen er echter doorligplekken ontstaan die moeilijk te genezen zijn. 6
Een goede en regelmatige huidverzorging kan deze problemen meestal voorkómen. Men kan gebruik maken van de volgende tips: Probeer de huid zo droog mogelijk te houden. Als u het juiste materiaal gebruikt, behoort de huid droog te blijven. Als dit niet zo is, is het aan te raden ander materiaal te proberen. Maak de huid regelmatig schoon, bijvoorbeeld elke keer als u het verband verwisselt. Was de huid met lauw water, zonder zeep of een ph-neutrale zeep. Deze is onder meer te koop bij de drogist, in supermarkten of in de apotheek. Als u steeds een gewone zeep gebruikt, zal de huid sterk uitdrogen. Droog de huid na het wassen zorgvuldig af, vooral in de plooien van het lichaam. Eventueel kan een beschermende, vochtafstotende zalf op de huid worden gesmeerd, bijvoorbeeld een dun laagje zinkzalf. Deze zalf voorkomt dat de urine op de huid werkt. Veel leveranciers van opvangmateriaal hebben in hun assortiment vaak ook een beschermende crème. Als u last heeft van een droge, jeukende huid kan een verzorgende, vochtinbrengende crème helpen. Het kan ook helpen als u een paar keer per week een bad neemt en daarbij badolie gebruikt. Als er irritatie of roodhuid van de huid ontstaat die niet wegtrekt, ga dan naar de huisarts of een in continentieverpleegkundige. Wacht hier niet te lang mee, want er kunnen ernstige vochtletsels ontstaan; deze zijn vaak moeilijk te behandelen! 7
ZorgSaam Ziekenhuis Wielingenlaan 2 4535 PA Terneuzen Tel. (0115) 68 80 00 Fax (0115) 62 08 34 ZorgSaam Ziekenhuis Pastoor van Genklaan 6 4501 AJ Oostburg Tel. (0117) 45 90 00 Fax (0117) 45 40 15 8 ZorgSaam Ziekenhuis Lyceumstraat 20 4561 HV Hulst Tel. (0114) 37 30 00 Fax (0114) 31 27 90 ZorgSaam Ziekenhuis maakt deel uit van Stichting ZorgSaam Zeeuws-Vlaanderen. Meer informatie vindt u op onze website www.zorgsaam.org 258081.06.10 217980.10.08