GEBRUIKERSHANDLEIDING. TASKalfa FS-1100. 3050ci/3550ci/4550ci/5550ci FS-1300D



Vergelijkbare documenten
Quarantainenet Qdetect Tester

GEBRUIKERSHANDLEIDING

GEBRUIKERSHANDLEIDING FS TASKalfa 300i FS-1300D

copyrighted image removed Mark Bakker 1

- 1 - Diensten van derde partijen

Downloaded from Online handleiding. Handleiding voor My Image Garden. Nederlands (Dutch)

Online handleiding. Handleiding voor Quick Menu. Nederlands (Dutch)

Naslaggids NPD NL

Meegeleverde handleidingen

Meegeleverde handleidingen

Uw gebruiksaanwijzing. KYOCERA FS-C8025MFP

Handleiding Remote Engineer Portal

Scherm aanpassen. Versie 4.5. Beheerdershandleiding

Gebruik van de Spotify audiostreamweergavefunctie

Uw gebruiksaanwijzing. SAMSUNG SCX-4200R

GEBRUIKERSHANDLEIDING FS-3540MFP FS-1100 FS-3640MFP FS-1300D

COLOR LASERJET ENTERPRISE CM4540 MFP-SERIE. Naslaggids

FS-6025MFP, FS-6025MFP/B, FS-6030MFP

Handleiding van de printer, het kopieerapparaat, de scanner NPD NL

Installation & Usage Biometric Reader - NL. Biometric Reader - NL. Productie Versie: 7.0. Versienummer Handleiding: 1.0.2

PRINT COPY SCAN PRINT COPY SCAN FAX

GEBRUIKERSHANDLEIDING

General info on using shopping carts with Ingenico epayments

Technical Manual Card Reader - Biometric Fingerprint

GEBRUIKERSHANDLEIDING

Orbis. Partnerportal. Orbis Software

Technical Manual Biometric - Fingerprint Reader

Gigaset elements sensoren en relais

Find Neighbor Polygons in a Layer

Account Information Services

Meegeleverde handleidingen

Uw gebruiksaanwijzing. KYOCERA FS-C2026MFP

Samsung Universal Print Driver Gebruikershandleiding

GEBRUIKERSHANDLEIDING

Juridische aandachtspunten bij het gebruik van Open Source Software.

Diagnose Squarell EZR Systeem

PUBLICATIE INFORMATIE TRIMBLE ACCESS SOFTWARE. Versie Revisie A December 2013

GEBRUIKERSHANDLEIDING FS-C8520MFP/FS-C8525MFP

Introduction to IBM Cognos Express = BA 4 ALL

Table of Contents. FireFox...1. Firefox installeren op OS X...2 Firefox downloaden...2. Firefox installeren op Windows...6 Firefox Downloaden...

Overview. Beveiligde functies. Microsoft Dynamics NAV dvision Automatiseringsbureau.

Handleiding Installatie ADS

LONDEN MET 21 GEVARIEERDE STADSWANDELINGEN 480 PAGINAS WAARDEVOLE INFORMATIE RUIM 300 FOTOS KAARTEN EN PLATTEGRONDEN

SwyxIt! Handset P280. Design en functionaliteit perfect gecombineerd. Versie: augustus 2012

GEBRUIKERSHANDLEIDING FS-3040MFP+ FS-1100 FS-3140MFP+ FS-1300D

GEBRUIKERSHANDLEIDING FS-3040MFP/FS-3140MFP FS-1100 FS-1300D

Aan deze vertaling kunnen geen rechten worden ontleend.

7 aug Snelstart document Thecus N2100 Y.E.S.box BlackIP Versie 1.0

GEBRUIKERSHANDLEIDING FS-1030MFP/FS-1130MFP FS-1035MFP/FS-1135MFP

GEBRUIKERSHANDLEIDING

Settings for the C100BRS4 MAC Address Spoofing with cable Internet.

Overview. Ingekomen facturen registratie. Microsoft Dynamics NAV dvision Automatiseringsbureau.

ScanFront 330 Installatie- en bedieningshandleiding

GEBRUIKERSHANDLEIDING FS-1100 FS-1370DN FS-1300D

FIST-RSKG-4. Gel afdichting voor de ronde kabelpoorten van de FIST-GCO2-BX6, FX6 en BX8 lasmof. Inhoud. 1 Algemeen. 2 Kit inhoud

De Content op deze website kan betrekking hebben op producten of diensten die in uw land niet leverbaar zijn.

MyDHL+ Van Non-Corporate naar Corporate

Table of Contents. 1 OX Updater Mogelijkheden Werking: iii

GEBRUIKERSHANDLEIDING FS-2020D/FS-3920DN/FS-4020DN/ FS-6970DN FS-1100 FS-1300D

Uw gebruiksaanwijzing. OLIVETTI D-COLOR MF2603

Het beheren van mijn Tungsten Network Portal account NL 1 Manage my Tungsten Network Portal account EN 14

Orbis Software. Prijslijst. Producten. Deze prijslijst geeft u meer informatie over de verschillende producten van Orbis Software Benelux BV.

Inepro Client. User Manual Inepro Client. Product Versie: 4.28 Version van deze handleiding: Inepro B.V. Alle rechten voorbehouden

FS-1030MFP/FS-1130MFP FS-1035MFP/FS-1135MFP

Uw gebruiksaanwijzing. KONICA MINOLTA BIZHUB 500

Les drie. Vormen van data in AutoLISP


Account Information Services

Orbis Software. Exact. Integration Tools. Dit document bevat de Release Notes voor: - Exact Globe Integration Tool v x

Stuurprogramma verzenden. Beheerdershandleiding

Orbis Software. Ship4U. Whitepaper. Deze whitepaper geeft u meer informatie over ons standaardproduct Ship4U van Orbis Software Benelux BV.

Analyse. Teksten op documenten. Microsoft Dynamics NAV dvision Automatiseringsbureau.

Optieovereenkomst Bolero online

MobiDM App Handleiding voor Windows Mobile Standard en Pro

Inepro Client. User Manual Inepro Client. Product Versie: 4.28 Version van deze handleiding: Inepro B.V. Alle rechten voorbehouden

Rack Station RS407, RS408, RS408-RP

Shipment Centre EU Quick Print Client handleiding [NL]

Overview. Zorgsector. Microsoft Dynamics NAV dvision Automatiseringsbureau.

GEBRUIKERSHANDLEIDING FS-1100 FS-C2026MFP/FS-C2126MFP FS-1300D

GEBRUIKERSHANDLEIDING

Corporate Payment Services

Naslagkaart voor de 5210n / 5310n

Instructiehandleiding

Inhoudsopgave. 1 OX Updater Mogelijkheden Werking: iii

GEBRUIKERSHANDLEIDING

PRIVACYVERKLARING KLANT- EN LEVERANCIERSADMINISTRATIE

IBM Watson Recruitment. Marieke Joustra IBM Watson Talent Technical Consultant

3.C.1 Communicatieplan CO2-reductiesysteem

Intermax backup exclusion files

RECEPTEERKUNDE: PRODUCTZORG EN BEREIDING VAN GENEESMIDDELEN (DUTCH EDITION) FROM BOHN STAFLEU VAN LOGHUM

Mobile Connect. Welcome Pack. Inclusief gratis proefversie. Mobile Broadband

Introductie in flowcharts

Voorbeeld. Preview INTERNATIONAL STANDARD ISO Glass containers Standard tolerances for bottles

Inepro Client. User Manual Inepro Client. Product Versie: 4.28 Version van deze handleiding: Inepro B.V. Alle rechten voorbehouden

Orbis Software. Exact. Integration Tools. Dit document bevat de Release Notes voor: - Exact Globe Integration Tool v x

MyDHL+ Uw accountnummer(s) delen

2010 Integrated reporting

2019 SUNEXCHANGE USER GUIDE LAST UPDATED

GEBRUIKERSHANDLEIDING. XCN-2050 Display

Overview. Urenregistratie. Microsoft Dynamics NAV dvision Automatiseringsbureau.

Transcriptie:

GEBRUIKERSHANDLEIDING TASKalfa FS-1100 3050ci/3550ci/4550ci/5550ci FS-1300D

Inleiding Hartelijk dank voor de aanschaf van de TASKalfa 3050ci / TASKalfa 3550ci / TASKalfa 4550ci / TASKalfa 5550ci. Deze gebruikershandleiding is bedoeld om u te helpen het apparaat correct te bedienen, het basisonderhoud uit te voeren en zo nodig eenvoudige problemen op te lossen, zodat u uw apparaat steeds in optimale staat kunt gebruiken. Lees deze gebruikershandleiding aandachtig voor u het apparaat gaat gebruiken. Bewaar de handleiding in de buurt van het apparaat zodat u deze snel kunt raadplegen. Wij raden u aan vervangartikelen van ons eigen merk te gebruiken. Wij zijn niet aansprakelijk voor schade ten gevolge van het gebruik van artikelen van andere fabrikanten in dit apparaat. Een in de afbeelding weergegeven etiket garandeert dat de verbruiksartikelen van ons eigen merk zijn. In deze gebruikershandleiding wordt naar de TASKalfa 3050ci / TASKalfa 3550ci / TASKalfa 4550ci / TASKalfa 5550ci verwezen als het 30/30 ppm-model, het 35/35 ppm-model, het 45/45 ppm-model en het 55/50 ppmmodel. Meegeleverde handleidingen Bij dit apparaat worden de volgende handleidingen geleverd. Raadpleeg ze wanneer nodig. Quick Guide Beschrijft de procedures voor veelgebruikte bedieningshandelingen. Safety Guide Bevat informatie over veiligheid en waarschuwingen bij het installeren en het gebruik van het apparaat. Lees deze handleiding voor u het apparaat in gebruik neemt. Safety Guide (TASKalfa 3050ci / TASKalfa 3550ci / TASKalfa 4550ci / TASKalfa 5550ci) Beschrijft de installatieruimte van het apparaat, de waarschuwingsetiketten en andere informatie. Lees deze handleiding voor u het apparaat in gebruik neemt. Dvd (Product Library) Gebruikershandleiding (deze handleiding) FAX Operation Guide Card Authentication Kit (B) Operation Guide Data Security Kit (E) Operation Guide Command Center RX Operation Guide Printer Driver User Guide Network FAX Driver Operation Guide KM-NET for Direct Printing Operation Guide KMnet Viewer User Guide File Management Utilitiy User Guide PRESCRIBE Commands Technical Reference PRESCRIBE Commands Command Reference

Veiligheidsaanduidingen in deze handleiding De delen van deze handleiding en onderdelen van het apparaat die zijn aangeduid met symbolen, bevatten veiligheidswaarschuwingen ter bescherming van de gebruiker, andere personen en voorwerpen in de buurt. Ze zijn ook bedoeld voor een correct en veilig gebruik van het apparaat. De symbolen met hun betekenis worden hieronder beschreven. Symbolen WAARSCHUWING: Dit geeft aan dat wanneer u onvoldoende aandacht besteedt aan of u zich niet op de juiste wijze houdt aan de betreffende punten, dit kan leiden tot ernstig letsel of zelfs levensgevaar. VOORZICHTIG: Dit geeft aan dat wanneer u onvoldoende aandacht besteedt aan of u zich niet op de juiste wijze houdt aan de betreffende punten, dit kan leiden tot lichamelijk letsel of mechanische beschadiging. Het symbool geeft aan dat het betreffende deel veiligheidswaarschuwingen bevat. Specifieke aandachtspunten worden binnenin het symbool aangegeven.... [Algemene waarschuwing]... [Waarschuwing voor hoge temperatuur] Het symbool geeft aan dat het betreffende deel informatie bevat over niet-toegestane handelingen. Specifieke informatie over de niet-toegestane handeling wordt binnenin het symbool aangegeven.... [Waarschuwing voor niet-toegestane handeling]... [Demontage verboden] Het symbool geeft aan dat het betreffende deel informatie bevat over handelingen die moeten worden uitgevoerd. Specifieke informatie over de vereiste handeling wordt binnenin het symbool aangegeven.... [Waarschuwing voor vereiste handeling]... [Haal de stekker uit het stopcontact]... [Sluit het apparaat altijd aan op een geaard stopcontact] Neem contact op met uw servicevertegenwoordiger om een vervanging te bestellen als de veiligheidswaarschuwingen in deze gebruikershandleiding onleesbaar zijn of als de handleiding zelf ontbreekt (tegen betaling). OPMERKING: Originele documenten die heel erg op een bankbiljet lijken kunnen mogelijkerwijs niet goed gekopieerd worden omdat dit apparaat voorzien is van een functie die valsmunterij voorkomt. i

Inhoud Inhoud Bedrijfsomgeving............................................................. iv Veiligheid van de laserstraal (Europa)............................................. vi Wettelijke beperkingen betreffende kopiëren/scannen................................. vii EN ISO 7779................................................................. vii EK1-ITB 2000................................................................ vii Wettelijke kennisgevingen en veiligheidsinformatie...................................viii 1 Onderdeelnamen Bedieningspaneel............................................................ 1-2 Apparaat................................................................... 1-4 2 Voorbereiding voor het gebruik De accessoires controleren.................................................... 2-2 Kabels aansluiten............................................................ 2-4 Aan- en uitzetten............................................................. 2-5 Energiebesparende stand en automatische energiebesparende stand................... 2-7 Slaapstand en automatische slaapstand.......................................... 2-8 De hoek van het bedieningspaneel aanpassen..................................... 2-8 De [Taal] in het scherm wijzigen................................................. 2-9 Datum en tijd instellen........................................................ 2-10 Netwerk installeren (LAN-aansluiting)............................................ 2-11 Command Center RX (instellingen voor e-mail).................................... 2-14 Papier plaatsen............................................................. 2-17 Originelen plaatsen.......................................................... 2-34 3 Basisbediening Aanmelden/afmelden......................................................... 3-2 De toetsen Enter en Snelkiesnummer zoeken...................................... 3-4 Informatie op het aanraakscherm................................................ 3-5 Voorbeeld van origineel....................................................... 3-6 De kleurstand selecteren...................................................... 3-7 Kopiëren................................................................... 3-8 Verzenden................................................................. 3-23 Bevestigingsscherm voor bestemmingen......................................... 3-30 Voorbereiding voor het verzenden van een document naar een pc..................... 3-31 Bestemming opgeven........................................................ 3-41 De documentbox gebruiken................................................... 3-44 Taken annuleren............................................................ 3-53 Scherm Snelle instellingen.................................................... 3-55 Programma................................................................ 3-58 Sneltoetsen registreren (kopieer-, verzend- en documentboxinstellingen)................ 3-61 Gebruik van de webbrowser................................................... 3-63 Gebruik van de Weektimer.................................................... 3-65 Teller controleren........................................................... 3-66 Help-scherm............................................................... 3-66 4 Onderhoud Standaardonderhoud......................................................... 4-2 Reinigen.................................................................. 4-15 ii

Inhoud 5 Problemen oplossen Storingen oplossen........................................................... 5-2 Reageren op foutmeldingen.................................................... 5-9 Papierstoringen oplossen..................................................... 5-24 Appendix Optionele apparatuur...................................................appendix-2 Papier...............................................................Appendix-4 Specificaties.........................................................Appendix-13 Index...................................................................Index-1 iii

Bedrijfsomgeving De geschikte bedrijfsomgeving voor het apparaat is: Temperatuur: 10 tot 32,5 C (Vochtigheid moet echter 70% of minder zijn bij een temperatuur van 32,5 C.) Relatieve luchtvochtigheid: 15 tot 80% (Temperatuur moet echter 30 C of minder zijn bij een vochtigheid van 80%.) Gebruik gecoat papier bij een temperatuur van 27 C of minder en een vochtigheid van 60% of minder. Een ongeschikte bedrijfsomgeving kan de beeldkwaliteit beïnvloeden. Wij adviseren het apparaat te gebruiken bij een temperatuur van: circa 16 tot 27 C of minder en een vochtigheid van: circa 36 tot 65%. Vermijd bovendien de volgende plaatsen als installatieplaats voor het apparaat. Het apparaat geeft automatisch het volgende bericht weer als de omgevingstemperatuur te hoog of te laag is. Bericht: "Waarschuwing te hoge temperatuur. Pas de kamertemperatuur aan." of "Waarschuwing te lage temperatuur. Pas de kamertemperatuur aan." Om het apparaat onder optimale omstandigheden te gebruiken, moeten de temperatuur en de vochtigheid van de ruimte aangepast worden als dit bericht verschijnt. Vermijd plaatsen in de buurt van een raam of direct in het zonlicht. Vermijd plaatsen met trillingen. Vermijd plaatsen met sterke temperatuurschommelingen. Vermijd plaatsen met directe blootstelling aan warme of koude lucht. Vermijd slecht geventileerde plaatsen. Als de vloer makkelijk slecht bestand is tegen zwenkwieltjes, is het mogelijk dat de vloer beschadigd raakt wanneer het apparaat na de installatie wordt verplaatst. Tijdens het kopiëren komen er kleine hoeveelheden ozon vrij, maar deze hoeveelheden vormen geen gezondheidsrisico. Als het apparaat echter langere tijd in een slecht geventileerde ruimte wordt gebruikt of wanneer er een zeer groot aantal kopieën wordt gemaakt, kan de geur onaangenaam worden. Een geschikte omgeving voor kopieerwerk moet goed geventileerd zijn. iv

Waarschuwingen bij het gebruik van verbruiksartikelen VOORZICHTIG De tonercontainer en de tonerafvalbak mogen niet worden verbrand. De vonken kunnen brandwonden veroorzaken. Houd de tonercontainer en de tonerafvalbak buiten het bereik van kinderen. Als er onverhoopt toner uit de tonercontainer of de tonerafvalbak wordt gemorst, moet u inademing of inname van toner voorkomen, evenals contact met de ogen en de huid. Als u toch toner inademt, gaat u naar een plaats met frisse lucht en gorgelt u met veel water. Neem bij opkomende hoest contact op met een arts. Als u toner binnenkrijgt, spoelt u uw mond met water en drinkt u 1 of 2 glazen water om de inhoud van uw maag te verdunnen. Neem indien nodig contact op met een arts. Als u toner in uw ogen krijgt, spoelt u ze grondig met water. Als uw ogen gevoelig blijven, neemt u contact op met een arts. Als u toner op de huid krijgt, wast u uw huid met water en zeep. De tonercontainer en de tonerafvalbak mogen niet worden opengemaakt of vernietigd. Overige voorzorgsmaatregelen Lever de lege tonercontainer en de tonerafvalbak in bij uw dealer of servicevertegenwoordiger. De ingezamelde tonercontainer en tonerafvalbak worden gerecycled of verwijderd volgens de betreffende voorschriften. Bewaar het apparaat op een plaats die niet is blootgesteld aan direct zonlicht. Bewaar het apparaat op een plaats waar de temperatuur niet hoger wordt dan 40ºC en waar zich geen sterke schommelingen in temperatuur of vochtigheid voordoen. Als het apparaat langere tijd niet wordt gebruikt, verwijder dan het papier uit de cassette en de multifunctionele (MF) lade, leg het terug in de oorspronkelijke verpakking en maak deze weer dicht. Als de optionele faxkit is geïnstalleerd en de hoofdschakelaar is uitgeschakeld, kunnen er geen faxen worden verstuurd of ontvangen. Zet de hoofdschakelaar niet uit, maar druk op de Power-toets van het bedieningspaneel om het apparaat in de slaapstand te zetten. v

Veiligheid van de laserstraal (Europa) Laserstralen kunnen gevaarlijk zijn voor het menselijk lichaam. Om deze reden is de laserstraal in het apparaat hermetisch afgesloten binnen een beschermende behuizing en achter een externe afdekking. Bij normale bediening van het product door de gebruiker kan er geen straling uit het apparaat ontsnappen. Dit apparaat wordt geclassificeerd als een laserproduct van klasse 1 volgens IEC/EN 60825-1:2007. Voorzichtig: Het uitvoeren van andere procedures dan in deze handleiding beschreven, kan leiden tot blootstelling aan gevaarlijke straling. Deze etiketten zijn aangebracht op de laserscaneenheid in het apparaat en bevinden zich niet op een plaats die toegankelijk is voor de gebruiker. Het onderstaande etiket bevindt zich aan de rechterkant van het apparaat. vi

Wettelijke beperkingen betreffende kopiëren/scannen Het kan verboden zijn auteursrechtelijk beschermd materiaal te kopiëren/scannen zonder de toestemming van de houder van het auteursrecht. Het kopiëren/scannen van de volgende voorwerpen is verboden en kan beboet worden. Dit sluit andere voorwerpen niet uit. Maak niet bewust een kopie/scan van voorwerpen die niet gekopieerd/ gescand mogen worden. Papiergeld Bankbiljetten Waardepapieren Stempels Paspoorten Certificaten Plaatselijke wetten en bepalingen kunnen mogelijk het kopiëren/scannen van ander materiaal dan hierboven is vermeld verbieden of beperken. EN ISO 7779 Maschinenlärminformations-Verordnung 3. GPSGV, 06.01.2004: Der höchste Schalldruckpegel beträgt 70 db (A) oder weniger gemäß EN ISO 7779. EK1-ITB 2000 Das Gerät ist nicht für die Benutzung im unmittelbaren Gesichtsfeld am Bildschirmarbeitsplatz vorgesehen. Um störende Reflexionen am Bildschirmarbeitsplatz zu vermeiden, darf dieses Produkt nicht im unmittelbaren Gesichtsfeld platziert werden. vii

Wettelijke kennisgevingen en veiligheidsinformatie Lees deze informatie voor u het apparaat in gebruik neemt. Dit hoofdstuk bevat informatie over de volgende onderwerpen. Wettelijke kennisgevingen... ix Wat betreft handelsnamen... ix Energiebesparingsfunctie... xvi Automatische dubbelzijdige kopieerfunctie... xvi Gerecycled papier... xvi Energy Star-programma (ENERGY STAR )... xvi Over deze gebruikershandleiding...xvii viii

Wettelijke kennisgevingen Het kopiëren of op een andere manier reproduceren van de gehele handleiding of een deel daarvan zonder de voorafgaande schriftelijke toestemming van Kyocera Mita Corporation is verboden. Wat betreft handelsnamen PRESCRIBE en KPDL zijn handelsmerken van Kyocera Corporation. Microsoft, Windows, Windows XP, Windows Server 2003, Windows Vista, Windows Server 2008, Windows 7 en Internet Explorer zijn geregistreerde handelsmerken of handelsmerken van Microsoft Corporation in de V.S. en/of andere landen. PCL is een handelsmerk van Hewlett-Packard Company. Adobe Acrobat, Adobe Reader en PostScript zijn handelsmerken van Adobe Systems, Incorporated. Ethernet is een geregistreerd handelsmerk van Xerox Corporation. Novell en NetWare zijn geregistreerde handelsmerken van Novell, Inc. IBM en IBM PC/AT zijn handelsmerken van International Business Machines Corporation. AppleTalk, Bonjour, Macintosh en Mac OS zijn handelsmerken van Apple Inc., geregistreerd in de V.S. en andere landen. TypeBankG-B, TypeBankM-M en Typebank-OCR zijn handelsmerken van TypeBank. Alle Europese lettertypen die in dit apparaat zijn geïnstalleerd, worden gebruikt onder licentieovereenkomst met Monotype Imaging Inc. Helvetica, Palatino en Times zijn geregistreerde handelsmerken van Linotype GmbH. ITC Avant Garde Gothic, ITC Bookman, ITC ZapfChancery en ITC ZapfDingbats zijn geregistreerde handelsmerken van International Typeface Corporation. UFST MicroType lettertypen van Monotype Imaging Inc. zijn geïnstalleerd in dit apparaat. Dit apparaat bevat software met modules die zijn ontwikkeld door de Independent JPEG Group. Dit apparaat bevat de NF-module ontwikkeld door ACCESS Co., Ltd. Dit product is voorzien van de NetFront-browser van ACCESS CO., LTD. ACCESS, het ACCESS-logo en NetFront zijn handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van ACCESS CO., LTD. in de Verenigde Staten, Japan en andere landen. 2011 ACCESS CO., LTD. Alle rechten voorbehouden. Java is een geregistreerd handelsmerk van Oracle en/of gelieerde maatschappijen. Alle overige merk- en productnamen zijn geregistreerde handelsmerken of handelsmerken van de respectieve bedrijven. De symbolen en worden niet gebruikt in deze gebruikershandleiding. ix

GPL/LGPL Dit product is voorzien van GPL- (http://www.gnu.org/licenses/gpl.html) en/of LGPL- (http://www.gnu.org/ licenses/lgpl.html) software als onderdeel van de firmware. U kunt de broncode verkrijgen en het is toegestaan het te kopiëren, te verspreiden en te wijzigen volgens de voorwaarden van GPL/LGPL. Voor meer informatie, waaronder het verkrijgen van de broncode, ga naar http://www.kyoceramita.com/gpl/. Open SSL License Copyright (c) 1998-2006 The OpenSSL Project. All rights reserved. Redistribution and use in source and binary forms, with or without modification, are permitted provided that the following conditions are met: 1 Redistributions of source code must retain the above copyright notice, this list of conditions and the following disclaimer. 2 Redistributions in binary form must reproduce the above copyright notice, this list of conditions and the following disclaimer in the documentation and/or other materials provided with the distribution. 3 All advertising materials mentioning features or use of this software must display the following acknowledgment: This product includes software developed by the OpenSSL Project for use in the OpenSSL Toolkit. (http:/ /www.openssl.org/) 4 The names OpenSSL Toolkit and OpenSSL Project must not be used to endorse or promote products derived from this software without prior written permission. For written permission, please contact openssl-core@openssl.org. 5 Products derived from this software may not be called OpenSSL nor may OpenSSL appear in their names without prior written permission of the OpenSSL Project. 6 Redistributions of any form whatsoever must retain the following acknowledgment: This product includes software developed by the OpenSSL Project for use in the OpenSSL Toolkit (http://www.openssl.org/) THIS SOFTWARE IS PROVIDED BY THE OpenSSL PROJECT AS IS AND ANY EXPRESSED OR IMPLIED WARRANTIES, INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, THE IMPLIED WARRANTIES OF MERCHANTABILITY AND FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSE ARE DISCLAIMED. IN NO EVENT SHALL THE OpenSSL PROJECT OR ITS CONTRIBUTORS BE LIABLE FOR ANY DIRECT, INDIRECT, INCIDENTAL, SPECIAL, EXEMPLARY, OR CONSEQUENTIAL DAMAGES (INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, PROCUREMENT OF SUBSTITUTE GOODS OR SERVICES; LOSS OF USE, DATA, OR PROFITS; OR BUSINESS INTERRUPTION) HOWEVER CAUSED AND ON ANY THEORY OF LIABILITY, WHETHER IN CONTRACT, STRICT LIABILITY, OR TORT (INCLUDING NEGLIGENCE OR OTHERWISE) ARISING IN ANY WAY OUT OF THE USE OF THIS SOFTWARE, EVEN IF ADVISED OF THE POSSIBILITY OF SUCH DAMAGE. x

Original SSLeay License Copyright (C) 1995-1998 Eric Young (eay@cryptsoft.com) All rights reserved. This package is an SSL implementation written by Eric Young (eay@cryptsoft.com). The implementation was written so as to conform with Netscapes SSL. This library is free for commercial and non-commercial use as long as the following conditions are aheared to. The following conditions apply to all code found in this distribution, be it the RC4, RSA, lhash, DES, etc., code; not just the SSL code. The SSL documentation included with this distribution is covered by the same copyright terms except that the holder is Tim Hudson (tjh@cryptsoft.com). Copyright remains Eric Young s, and as such any Copyright notices in the code are not to be removed. If this package is used in a product, Eric Young should be given attribution as the author of the parts of the library used. This can be in the form of a textual message at program startup or in documentation (online or textual) provided with the package. Redistribution and use in source and binary forms, with or without modification, are permitted provided that the following conditions are met: 1 Redistributions of source code must retain the copyright notice, this list of conditions and the following disclaimer. 2 Redistributions in binary form must reproduce the above copyright notice, this list of conditions and the following disclaimer in the documentation and/or other materials provided with the distribution. 3 All advertising materials mentioning features or use of this software must display the following acknowledgment: This product includes cryptographic software written by Eric Young (eay@cryptsoft.com) The word cryptographic can be left out if the rouines from the library being used are not cryptographic related :-). 4 If you include any Windows specific code (or a derivative thereof) from the apps directory (application code) you must include an acknowledgment: This product includes software written by Tim Hudson (tjh@cryptsoft.com) THIS SOFTWARE IS PROVIDED BY ERIC YOUNG AS IS AND ANY EXPRESS OR IMPLIED WARRANTIES, INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, THE IMPLIED WARRANTIES OF MERCHANTABILITY AND FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSE ARE DISCLAIMED. IN NO EVENT SHALL THE AUTHOR OR CONTRIBUTORS BE LIABLE FOR ANY DIRECT, INDIRECT, INCIDENTAL, SPECIAL, EXEMPLARY, OR CONSEQUENTIAL DAMAGES (INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, PROCUREMENT OF SUBSTITUTE GOODS OR SERVICES; LOSS OF USE, DATA, OR PROFITS; OR BUSINESS INTERRUPTION) HOWEVER CAUSED AND ON ANY THEORY OF LIABILITY, WHETHER IN CONTRACT, STRICT LIABILITY, OR TORT (INCLUDING NEGLIGENCE OR OTHERWISE) ARISING IN ANY WAY OUT OF THE USE OF THIS SOFTWARE, EVEN IF ADVISED OF THE POSSIBILITY OF SUCH DAMAGE. The licence and distribution terms for any publically available version or derivative of this code cannot be changed. i.e. this code cannot simply be copied and put under another distribution licence [including the GNU Public Licence.] xi

Monotype Imaging License Agreement 1 Software shall mean the digitally encoded, machine readable, scalable outline data as encoded in a special format as well as the UFST Software. 2 You agree to accept a non-exclusive license to use the Software to reproduce and display weights, styles and versions of letters, numerals, characters and symbols (Typefaces) solely for your own customary business or personal purposes at the address stated on the registration card you return to Monotype Imaging. Under the terms of this License Agreement, you have the right to use the Fonts on up to three printers. If you need to have access to the fonts on more than three printers, you need to acquire a multiuser license agreement which can be obtained from Monotype Imaging. Monotype Imaging retains all rights, title and interest to the Software and Typefaces and no rights are granted to you other than a License to use the Software on the terms expressly set forth in this Agreement. 3 To protect proprietary rights of Monotype Imaging, you agree to maintain the Software and other proprietary information concerning the Typefaces in strict confidence and to establish reasonable procedures regulating access to and use of the Software and Typefaces. 4 You agree not to duplicate or copy the Software or Typefaces, except that you may make one backup copy. You agree that any such copy shall contain the same proprietary notices as those appearing on the original. 5 This License shall continue until the last use of the Software and Typefaces, unless sooner terminated. This License may be terminated by Monotype Imaging if you fail to comply with the terms of this License and such failure is not remedied within thirty (30) days after notice from Monotype Imaging. When this License expires or is terminated, you shall either return to Monotype Imaging or destroy all copies of the Software and Typefaces and documentation as requested. 6 You agree that you will not modify, alter, disassemble, decrypt, reverse engineer or decompile the Software. 7 Monotype Imaging warrants that for ninety (90) days after delivery, the Software will perform in accordance with Monotype Imaging-published specifications, and the diskette will be free from defects in material and workmanship. Monotype Imaging does not warrant that the Software is free from all bugs, errors and omissions. The parties agree that all other warranties, expressed or implied, including warranties of fitness for a particular purpose and merchantability, are excluded. 8 Your exclusive remedy and the sole liability of Monotype Imaging in connection with the Software and Typefaces is repair or replacement of defective parts, upon their return to Monotype Imaging. In no event will Monotype Imaging be liable for lost profits, lost data, or any other incidental or consequential damages, or any damages caused by abuse or misapplication of the Software and Typefaces. 9 Massachusetts U.S.A. law governs this Agreement. 10 You shall not sublicense, sell, lease, or otherwise transfer the Software and/or Typefaces without the prior written consent of Monotype Imaging. 11 Use, duplication or disclosure by the Government is subject to restrictions as set forth in the Rights in Technical Data and Computer Software clause at FAR 252-227-7013, subdivision (b)(3)(ii) or subparagraph (c)(1)(ii), as appropriate. Further use, duplication or disclosure is subject to restrictions applicable to restricted rights software as set forth in FAR 52.227-19 (c)(2). 12 You acknowledge that you have read this Agreement, understand it, and agree to be bound by its terms and conditions. Neither party shall be bound by any statement or representation not contained in this Agreement. No change in this Agreement is effective unless written and signed by properly authorized representatives of each party. By opening this diskette package, you agree to accept the terms and conditions of this Agreement. xii

Knopflerfish License This product includes software developed by the Knopflerfish Project. http://www.knopflerfish.org Copyright 2003-2010 The Knopflerfish Project. All rights reserved. Redistribution and use in source and binary forms, with or without modification, are permitted provided that the following conditions are met: - Redistributions of source code must retain the above copyright notice, this list of conditions and the following disclaimer. - Redistributions in binary form must reproduce the above copyright notice, this list of conditions and the following disclaimer in the documentation and/or other materials provided with the distribution. - Neither the name of the KNOPFLERFISH project nor the names of its contributors may be used to endorse or promote products derived from this software without specific prior written permission. THIS SOFTWARE IS PROVIDED BY THE COPYRIGHT HOLDERS AND CONTRIBUTORS AS IS AND ANY EXPRESS OR IMPLIED WARRANTIES, INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, THE IMPLIED WARRANTIES OF MERCHANTABILITY AND FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSE ARE DISCLAIMED. IN NO EVENT SHALL THE COPYRIGHT OWNER OR CONTRIBUTORS BE LIABLE FOR ANY DIRECT, INDIRECT, INCIDENTAL, SPECIAL, EXEMPLARY, OR CONSEQUENTIAL DAMAGES (INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, PROCUREMENT OF SUBSTITUTE GOODS OR SERVICES; LOSS OF USE, DATA, OR PROFITS; OR BUSINESS INTERRUPTION) HOWEVER CAUSED AND ON ANY THEORY OF LIABILITY, WHETHER IN CONTRACT, STRICT LIABILITY, OR TORT (INCLUDING NEGLIGENCE OR OTHERWISE) ARISING IN ANY WAY OUT OF THE USE OF THIS SOFTWARE, EVEN IF ADVISED OF THE POSSIBILITY OF SUCH DAMAGE. Apache License (Version 2.0) Apache License Version 2.0, January 2004 http://www.apache.org/licenses/ TERMS AND CONDITIONS FOR USE, REPRODUCTION, AND DISTRIBUTION 1 Definitions. License shall mean the terms and conditions for use, reproduction, and distribution as defined by Sections 1 through 9 of this document. Licensor shall mean the copyright owner or entity authorized by the copyright owner that is granting the License. Legal Entity shall mean the union of the acting entity and all other entities that control, are controlled by, or are under common control with that entity. For the purposes of this definition, control means (i) the power, direct or indirect, to cause the direction or management of such entity, whether by contract or otherwise, or (ii) ownership of fifty percent (50%) or more of the outstanding shares, or (iii) beneficial ownership of such entity. You (or Your ) shall mean an individual or Legal Entity exercising permissions granted by this License. Source form shall mean the preferred form for making modifications, including but not limited to software source code, documentation source, and configuration files. Object form shall mean any form resulting from mechanical transformation or translation of a Source form, including but not limited to compiled object code, generated documentation, and conversions to other media types. xiii

Work shall mean the work of authorship, whether in Source or Object form, made available under the License, as indicated by a copyright notice that is included in or attached to the work (an example is provided in the Appendix below). Derivative Works shall mean any work, whether in Source or Object form, that is based on (or derived from) the Work and for which the editorial revisions, annotations, elaborations, or other modifications represent, as a whole, an original work of authorship. For the purposes of this License, Derivative Works shall not include works that remain separable from, or merely link (or bind by name) to the interfaces of, the Work and Derivative Works thereof. Contribution shall mean any work of authorship, including the original version of the Work and any modifications or additions to that Work or Derivative Works thereof, that is intentionally submitted to Licensor for inclusion in the Work by the copyright owner or by an individual or Legal Entity authorized to submit on behalf of the copyright owner. For the purposes of this definition, submitted means any form of electronic, verbal, or written communication sent to the Licensor or its representatives, including but not limited to communication on electronic mailing lists, source code control systems, and issue tracking systems that are managed by, or on behalf of, the Licensor for the purpose of discussing and improving the Work, but excluding communication that is conspicuously marked or otherwise designated in writing by the copyright owner as Not a Contribution. Contributor shall mean Licensor and any individual or Legal Entity on behalf of whom a Contribution has been received by Licensor and subsequently incorporated within the Work. 2 Grant of Copyright License. Subject to the terms and conditions of this License, each Contributor hereby grants to You a perpetual, worldwide, non-exclusive, no-charge, royalty-free, irrevocable copyright license to reproduce, prepare Derivative Works of, publicly display, publicly perform, sublicense, and distribute the Work and such Derivative Works in Source or Object form. 3 Grant of Patent License. Subject to the terms and conditions of this License, each Contributor hereby grants to You a perpetual, worldwide, non-exclusive, no-charge, royalty-free, irrevocable (except as stated in this section) patent license to make, have made, use, offer to sell, sell, import, and otherwise transfer the Work, where such license applies only to those patent claims licensable by such Contributor that are necessarily infringed by their Contribution(s) alone or by combination of their Contribution(s) with the Work to which such Contribution(s) was submitted. If You institute patent litigation against any entity (including a cross-claim or counterclaim in a lawsuit) alleging that the Work or a Contribution incorporated within the Work constitutes direct or contributory patent infringement, then any patent licenses granted to You under this License for that Work shall terminate as of the date such litigation is filed. 4 Redistribution. You may reproduce and distribute copies of the Work or Derivative Works thereof in any medium, with or without modifications, and in Source or Object form, provided that You meet the following conditions: (a)you must give any other recipients of the Work or Derivative Works a copy of this License; and (b)you must cause any modified files to carry prominent notices stating that You changed the files; and (c)you must retain, in the Source form of any Derivative Works that You distribute, all copyright, patent, trademark, and attribution notices from the Source form of the Work, excluding those notices that do not pertain to any part of the Derivative Works; and (d)if the Work includes a NOTICE text file as part of its distribution, then any Derivative Works that You distribute must include a readable copy of the attribution notices contained within such NOTICE file, excluding those notices that do not pertain to any part of the Derivative Works, in at least one of the following places: within a NOTICE text file distributed as part of the Derivative Works; within the Source form or documentation, if provided along with the Derivative Works; or, within a display generated by the Derivative Works, if and wherever such third-party notices normally appear. The contents of the NOTICE file are for informational purposes only and do not modify the License. You may add Your own attribution notices within Derivative Works that You distribute, alongside or as an addendum to the NOTICE text from the Work, provided that such additional attribution notices cannot be construed as modifying the License. xiv

You may add Your own copyright statement to Your modifications and may provide additional or different license terms and conditions for use, reproduction, or distribution of Your modifications, or for any such Derivative Works as a whole, provided Your use, reproduction, and distribution of the Work otherwise complies with the conditions stated in this License. 5 Submission of Contributions. Unless You explicitly state otherwise, any Contribution intentionally submitted for inclusion in the Work by You to the Licensor shall be under the terms and conditions of this License, without any additional terms or conditions. Notwithstanding the above, nothing herein shall supersede or modify the terms of any separate license agreement you may have executed with Licensor regarding such Contributions. 6 Trademarks. This License does not grant permission to use the trade names, trademarks, service marks, or product names of the Licensor, except as required for reasonable and customary use in describing the origin of the Work and reproducing the content of the NOTICE file. 7 Disclaimer of Warranty. Unless required by applicable law or agreed to in writing, Licensor provides the Work (and each Contributor provides its Contributions) on an AS IS BASIS, WITHOUT WARRANTIES OR CONDITIONS OF ANY KIND, either express or implied, including, without limitation, any warranties or conditions of TITLE, NON-INFRINGEMENT, MERCHANTABILITY, or FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSE. You are solely responsible for determining the appropriateness of using or redistributing the Work and assume any risks associated with Your exercise of permissions under this License. 8 Limitation of Liability. In no event and under no legal theory, whether in tort (including negligence), contract, or otherwise, unless required by applicable law (such as deliberate and grossly negligent acts) or agreed to in writing, shall any Contributor be liable to You for damages, including any direct, indirect, special, incidental, or consequential damages of any character arising as a result of this License or out of the use or inability to use the Work (including but not limited to damages for loss of goodwill, work stoppage, computer failure or malfunction, or any and all other commercial damages or losses), even if such Contributor has been advised of the possibility of such damages. 9 Accepting Warranty or Additional Liability. While redistributing the Work or Derivative Works thereof, You may choose to offer, and charge a fee for, acceptance of support, warranty, indemnity, or other liability obligations and/or rights consistent with this License. However, in accepting such obligations, You may act only on Your own behalf and on Your sole responsibility, not on behalf of any other Contributor, and only if You agree to indemnify, defend, and hold each Contributor harmless for any liability incurred by, or claims asserted against, such Contributor by reason of your accepting any such warranty or additional liability. END OF TERMS AND CONDITIONS APPENDIX: How to apply the Apache License to your work. To apply the Apache License to your work, attach the following boilerplate notice, with the fields enclosed by brackets [] replaced with your own identifying information. (Don't include the brackets!) The text should be enclosed in the appropriate comment syntax for the file format. We also recommend that a file or class name and description of purpose be included on the same printed page as the copyright notice for easier identification within third-party archives. Copyright [yyyy] [name of copyright owner] Licensed under the Apache License, Version 2.0 (the License ); you may not use this file except in compliance with the License. You may obtain a copy of the License at http://www.apache.org/licenses/license-2.0 Unless required by applicable law or agreed to in writing, software distributed under the License is distributed on an AS IS BASIS, WITHOUT WARRANTIES OR CONDITIONS OF ANY KIND, either express or implied. See the License for the specific language governing permissions and limitations under the License. xv

Energiebesparingsfunctie Het apparaat is uitgerust met een energiebesparende stand, waarbij het energieverbruik wordt beperkt na het verstrijken van een bepaalde tijdsperiode nadat het apparaat het laatst werd gebruikt, en met een slaapstand, waarbij de printer- en faxfuncties in een wachtstand komen te staan, maar het energieverbruik tot een minimum wordt beperkt wanneer er gedurende een bepaalde tijdsperiode geen activiteiten hebben plaatsgevonden op het apparaat. Energiebesparende stand Het apparaat schakelt automatisch in de energiebesparende stand 3 minuten (voor het 30/30 ppm-, 35/35 ppmof 45/45 ppm-model) of 5 minuten (voor het 55/50 ppm-model) nadat het voor het laatst werd gebruikt. De tijdsperiode waarin er geen activiteiten plaatsvinden voordat de energiebesparende stand wordt geactiveerd, kan worden verlengd. Raadpleeg Energiebesparende stand en automatische energiebesparende stand op pagina 2-7 voor meer informatie. Slaapstand Het apparaat schakelt automatisch in de slaapstand 30 minuten (voor het 30/30 ppm-model), 45 minuten (voor het 35/35 ppm-model) of 60 minuten (voor het 45/45 ppm- of 55/50 ppm-model) nadat het voor het laatst werd gebruikt. De tijdsperiode waarin er geen activiteiten plaatsvinden voordat de slaapstand wordt geactiveerd, kan worden verlengd. Raadpleeg Slaapstand en automatische slaapstand op pagina 2-8 voor meer informatie. Automatische dubbelzijdige kopieerfunctie Dit apparaat beschikt over dubbelzijdig kopiëren als standaardfunctie. Als u bijvoorbeeld twee enkelzijdige originelen als dubbelzijdige kopie op één vel papier kopieert, kunt u de gebruikte hoeveelheid papier beperken. Raadpleeg Dubbelzijdig kopiëren op pagina 3-13 voor meer informatie. Gerecycled papier Dit apparaat ondersteunt het gebruik van gerecycled papier om de belasting voor het milieu te verminderen. Uw verkoop- of servicevertegenwoordiger kan informatie geven over aanbevolen papiersoorten. Energy Star-programma (ENERGY STAR ) Wij hebben als bedrijf dat deelneemt aan het internationale Energy Star-programma vastgesteld dat dit apparaat voldoet aan de standaarden zoals bepaald in het internationale Energy Star-programma. xvi

Over deze gebruikershandleiding Deze gebruikershandleiding bestaat uit de volgende hoofdstukken. Hoofdstuk 1 - Onderdeelnamen Beschrijft de onderdelen van het apparaat en de toetsen op het bedieningspaneel. Hoofdstuk 2 - Voorbereiding voor het gebruik Geeft uitleg over het toevoegen van papier, het plaatsen van originelen, het aansluiten van het apparaat en de benodigde configuraties voor het eerste gebruik. Hoofdstuk 3 - Basisbediening Beschrijft de basisprocedures voor kopiëren, afdrukken en scannen. Hoofdstuk 4 - Onderhoud Beschrijft het reinigen van het apparaat en het vervangen van de toner. Hoofdstuk 5 - Problemen oplossen Geeft uitleg over het oplossen van foutmeldingen, papierstoringen en andere problemen. Appendix Een lijst met de apparaatspecificaties. Laat u kennismaken met de handige optionele apparatuur die voor dit apparaat beschikbaar is. Geeft informatie over mediatypes en papierformaten. xvii

Vormgevingselementen in deze handleiding De volgende vormgevingselementen worden gebruikt, afhankelijk van het soort beschrijving. Vormgevingselement Beschrijving Voorbeeld Vet [Normaal] Cursief Opmerking Belangrijk Voorzichtig Geeft de toetsen op het bedieningspaneel of een computerscherm aan. Geeft de toetsen op het aanraakscherm aan. Geeft een bericht op het aanraakscherm weer. Wordt gebruikt om belangrijke woorden en zinnen of verwijzingen naar extra informatie te benadrukken. Geeft extra informatie of handelingen ter referentie aan. Geeft verplichte of verboden items aan om problemen te voorkomen. Geeft aan wat u moet doen om lichamelijk letsel of apparaatbeschadiging te voorkomen en hoe u hiermee moet omgaan. Druk op de Start-toets. Druk op [OK]. Gereed voor kopiëren wordt weergegeven. Raadpleeg voor meer informatie Slaapen Automatische slaapstand op pagina 2-9. OPMERKING: BELANGRIJK: VOORZICHTIG: Beschrijving van de bedieningsprocedures In deze gebruikershandleiding worden opeenvolgende bedieningsstappen als volgt aangegeven: Bedieningsprocedure Druk op [Kopiëren]. Druk op [Volgende] bij Snelle instellingen. Druk tweemaal op [ ]. Druk op [Wijzigen] bij Origineel beeld. Beschrijving in deze gebruikershandleiding Druk op [Kopiëren], [Volgende] bij Snelle instellingen, tweemaal op [ ] en vervolgens op [Wijzigen] bij Origineel beeld. xviii

Originelen en papierformaten In dit gedeelte wordt de in deze handleiding gebruikte notatie uitgelegd, wanneer naar origineelformaten of papierformaten wordt verwezen. Bij A4, B5 en Letter, die zowel horizontaal (staand) als verticaal (liggend) kunnen worden gebruikt, wordt de horizontale richting met een extra letter R aangegeven om de richting van het origineel/papier aan te geven. Plaatsingsrichting Aangegeven formaat * Verticale richting A4, B5, A5, B6, A6, 16K, Letter, Statement Origineel Papier Bij het origineel/papier is afmeting A langer dan B. Horizontale richting A4-R, B5-R, A5-R, B6-R, A6-R, 16K- R, Letter-R, Statement-R Origineel Papier Bij het origineel/papier is afmeting A korter dan B. * Het formaat van het origineel/papier dat kan worden gebruikt, is afhankelijk van de functie en de invoerlade. Raadpleeg de pagina over die functie of de invoerlade voor meer informatie. Pictogrammen op het aanraakscherm De plaatsingsrichting van de originelen en het papier wordt op het aanraakscherm aangegeven met de volgende pictogrammen. Plaatsingsrichting Originelen Papier Verticale richting Horizontale richting xix

xx

1 Onderdeelnamen In dit hoofdstuk worden de onderdelen van het apparaat en de toetsen op het bedieningspaneel beschreven. Bedieningspaneel...1-2 Apparaat...1-4 1-1

Onderdeelnamen Bedieningspaneel Geeft het scherm Status/Taak annuleren weer. Geeft het scherm Kopiëren weer. Verandert het aanraakscherm in een groter scherm voor Kopiëren of Verzenden. Geeft de hulpfunctie weer. Zet de instellingen terug in hun oorspronkelijke stand. Geeft het Systeemmenu weer. Geeft het aantal afgedrukte pagina's en het aantal gescande pagina's weer. Geeft het scherm voor verzenden weer. U kunt dit ook wijzigen in het adresboekscherm. Geeft het scherm Documentbox weer. Geeft het scherm Toepassing weer. Geeft het scherm Programma weer. Knippert tijdens het afdrukken, het verzenden of ontvangen van een fax, het verzenden van een scan en het afdrukken van ontvangen gegevens. Geeft het scherm Fax weer. Brandt of knippert wanneer een fout optreedt en een taak wordt afgebroken. Knippert als het apparaat de harde schijf, het faxgeheugen of het USB-geheugen (algemeen gebruik) gebruikt. 1-2

Onderdeelnamen Wist ingevoerde nummers en karakters. Onderbreekt tijdelijk de lopende afdruktaak. Zet het apparaat in de energiebesparende stand. 1 Zet het apparaat in de slaapstand. Schakelt de slaapstand uit. Brandt als het apparaat ingeschakeld is. Cijfertoetsen. Om cijfers en symbolen in te voeren. Scant alle documenten in zwart-wit. Scant alle documenten in kleur. Herkent automatisch of een document in kleur of in zwart-wit is en scant vervolgens het document. Schakelt tussen verificatie en afmelden van de gebruiker. Geeft het scherm Kopiëren tijdens onderbreking weer. Start het kopiëren en scannen en het verwerken bij het maken van instellingen. Bevestigt de cijfers ingevoerd met de cijfertoetsen en bevestigt het scherm tijdens het instellen van functies. Werkt net als de [OK]- toets op het scherm. Kiest reeds geregistreerde bestemmingen en programma's voor verzending. 1-3

Onderdeelnamen Apparaat 1 2 3 5-h 4 5-b 5-c 5-d 5-a 5-e 5-f 5-g 5 5-j 5-i 1 Glasplaatklep (optioneel) 2 Mailbox (optioneel) 3 Voorklep 4 Documentfinisher (optioneel) 5 Cassette 1 tot 7 (cassettes 3 tot 7 zijn optioneel) 5-a: Cassette 1 5-b: Cassette 2 5-c: Cassette 3 5-d: Cassette 4 5-e: Cassette 5 5-f: Cassette 6 5-g: Cassette 7 5-h: Cassette 5 5-i: Cassette 3 of 6 5-j: Cassette 4 of 7 1-4

Onderdeelnamen 16 1 10 17 6 7 8 9 11 12 13 14 15 18 19 25 24 20 21 22 23 6 Netwerkpoort 7 USB-poort (A2) 8 USB-interface-aansluiting (B1) 9 Optionele interface 10 Aanduidingen origineelformaat 21 Ontgrendelingsknop 22 Tonerafvalbak 23 Reinigingsborstel 24 Tonerafvallade 25 Tonercontainerontgrendeling 11 Sleufglas 12 Tonercontainer (Black) 13 Tonercontainer (Magenta) 14 Tonercontainer (Cyan) 15 Tonercontainer (Yellow) 16 Documenttoevoer (optioneel) 17 Glasplaat 18 Houder voor paperclips 19 Bedieningspaneel 20 Hendels 1-5

Onderdeelnamen 26 27 28 29 30 31 32 35 36 37 33 38 39 40 41 34 26 Papierlengtegeleider 27 Vergrendeling (papierbreedtegeleider) 28 Binnenlade 29 USB-poort (A1) 30 Hendel rechterklep 1 31 Rechterklep 1 32 Hoofdschakelaar 33 Instelmechanisme voor papierbreedte 34 Hendel 35 Hendel rechterklep 2 36 Rechterklep 2 37 Papierbreedtegeleiders 38 Verlengstuk van de multifunctionele lade 39 Multifunctionele lade 40 Hendel rechterklep 3 41 Rechterklep 3 1-6

2 Voorbereiding voor het gebruik Dit hoofdstuk bevat uitleg over de voorbereidingen die u moet treffen voor u het apparaat voor de eerste maal gebruikt. Daarnaast beschrijft het de procedures voor het plaatsen van papier en originelen. De accessoires controleren...2-2 Kabels aansluiten...2-4 Aan- en uitzetten...2-5 Energiebesparende stand en automatische energiebesparende stand... 2-7 Slaapstand en automatische slaapstand...2-8 De hoek van het bedieningspaneel aanpassen...2-8 De [Taal] in het scherm wijzigen...2-9 Datum en tijd instellen...2-10 Netwerk installeren (LAN-aansluiting)... 2-11 Command Center RX (instellingen voor e-mail)...2-14 Papier plaatsen...2-17 Originelen plaatsen...2-34 2-1

Voorbereiding voor het gebruik De accessoires controleren Controleer of de volgende accessoires bijgeleverd zijn. Safety Guide Quick Guide Dvd (Product Library) Cd-rom (TWAIN-compatibele toepassing)* * Dit accessoire wordt niet in alle landen en regio's bijgeleverd. Documenten op de bijgeleverde dvd Op de bijgeleverde dvd (Product Library) staan de volgende documenten. Raadpleeg ze wanneer nodig. Documenten Gebruikershandleiding (deze handleiding) FAX Operation Guide Card Authentication Kit (B) Operation Guide Data Security Kit (E) Operation Guide Command Center RX Operation Guide Printer Driver User Guide Network FAX Driver Operation Guide KM-NET for Direct Printing Operation Guide KMnet Viewer User Guide File Management Utility User Guide PRESCRIBE Commands Technical Reference PRESCRIBE Commands Command Reference 2-2

Voorbereiding voor het gebruik De benodigde kabels voorbereiden De volgende interfaces zijn beschikbaar om het apparaat met een pc te verbinden. Leg de benodigde kabels klaar afhankelijk van de gebruikte interface. Beschikbare standaardinterfaces 2 Functie Interface Benodigde kabel Printer/scanner /netwerkfax* Netwerkinterface LAN (10BASE-T of 100BASE-TX, 1000BASE-T afgeschermd) Printer USB-interface Met USB 2.0 compatibele kabel (ondersteuning van Hi-Speed USB, max. 5,0 m, beschermd) * Functie beschikbaar bij gebruik van optionele faxkit. Raadpleeg de Fax System (V) Operation Guide voor meer informatie over de netwerkfaxfunctie. 2-3

Voorbereiding voor het gebruik Kabels aansluiten LAN-kabel aansluiten (optioneel) Volg de onderstaande stappen om een LAN-kabel op het apparaat aan te sluiten. 1 Als het apparaat ingeschakeld is, drukt u eerst op het bedieningspaneel op de Power-toets. Controleer of het Power-lampje, het lampje Verwerken en het lampje Geheugen uit zijn. Zet vervolgens de hoofdschakelaar uit. Zorg ervoor dat er geen enkel ander lampje brandt dan dit lampje. 2 Sluit de LAN-kabel aan op de netwerkinterfaceaansluiting, die zich op de linkerzijde van het apparaat bevindt. Netvoedingskabel aansluiten 3 Sluit het andere eind van de kabel aan op de hub. 4 Schakel het apparaat in en configureer het netwerk. Raadpleeg Netwerk installeren (LANaansluiting) op pagina 2-11 voor meer informatie. Sluit het ene eind van de bijgeleverde netvoedingskabel aan op het apparaat en steek het andere eind in een stopcontact. BELANGRIJK: Gebruik uitsluitend de netvoedingskabel die bij het apparaat wordt geleverd. 2-4

Voorbereiding voor het gebruik Aan- en uitzetten Aanzetten Als het aan/uit-lampje brandt... (uit de slaapstand schakelen) Druk op de Power-toets. 2 Als het aan/uit-lampje niet brandt... Open het klepje van de hoofdschakelaar en zet de hoofdschakelaar aan. OPMERKING: Als de optionele Data Security Kit is geïnstalleerd, kan een bericht verschijnen dat laat weten dat de beveiligingsfunctie wordt ingeschakeld en kan het opstarten even duren na het aanzetten van het apparaat. BELANGRIJK: Wanneer u de hoofdschakelaar uitschakelt, mag u deze niet meteen weer inschakelen. Wacht minstens 5 seconden voordat u de hoofdschakelaar weer inschakelt. 2-5

Voorbereiding voor het gebruik Uitzetten Voor u de hoofdschakelaar uitschakelt, zet u eerst de Power-toets op het bedieningspaneel op uit. Zorg dat de Power-toets, het lampje Verwerken en het lampje Geheugen uit zijn, voor u de hoofdschakelaar uitschakelt. Als u de hoofdschakelaar niet gaat uitschakelen, raadpleeg dan Energiebesparende stand en automatische energiebesparende stand op pagina 2-7, en Slaapstand en automatische slaapstand op pagina 2-8. VOORZICHTIG: De harde schijf kan in werking zijn wanneer de Power-toets, het lampje Verwerken of het lampje Geheugen brandt of knippert. Het uitschakelen van de hoofdschakelaar terwijl de harde schijf in werking is, kan schade veroorzaken. Zorg ervoor dat er geen enkel ander lampje brandt dan dit lampje. Wanneer het apparaat gedurende langere tijd niet wordt gebruikt VOORZICHTIG: Als u dit apparaat gedurende langere tijd niet gebruikt (bijvoorbeeld 's nachts), zet het dan uit met de hoofdschakelaar. Als u het apparaat nog langer niet gebruikt (bijvoorbeeld tijdens de vakantie), haal dan om veiligheidsredenen de stekker uit het stopcontact. Als de optionele faxkit geïnstalleerd is en u zet het apparaat uit met de hoofdschakelaar, dan is het versturen en ontvangen van faxen uitgeschakeld. VOORZICHTIG: Verwijder het papier uit de cassettes en berg het op in de afgesloten bewaarzak voor papier om het tegen vocht te beschermen. 2-6

Voorbereiding voor het gebruik Energiebesparende stand en automatische energiebesparende stand Energiebesparende stand Automatische energiebesparende stand Om de energiebesparende stand in te schakelen, drukt u op de Spaarstand-toets. Het aanraakscherm en alle lampjes op het bedieningspaneel gaan uit om het energieverbruik te verminderen. Enkel het Spaarstandlampje, het Power-lampje en het aan/uit-lampje blijven branden. Deze stand heet de energiebesparende stand. Als er afdrukgegevens ontvangen worden tijdens de energiebesparende stand, dan wordt het apparaat automatisch geactiveerd en begint het af te drukken. Ook als er een fax binnenkomt tijdens de energiebesparende stand en de optionele fax in gebruik is, dan wordt het apparaat geactiveerd en begint het af te drukken. Voer een van de volgende handelingen uit om het apparaat weer te bedienen. Het 30/30 ppm- en 35/35 ppm-model zijn binnen 15 seconden gebruiksklaar en het 45/45 ppm- en 55/50 ppm-model zijn binnen 20 seconden gebruiksklaar. Druk op een willekeurige toets van het bedieningspaneel. Open de glasplaatklep of de optionele documenttoevoer. Plaats de originelen in de optionele documenttoevoer. Wij wijzen u erop dat door omgevingsfactoren, zoals ventilatie, het apparaat langzamer kan reageren. 2 De automatische energiebesparende stand schakelt het apparaat automatisch in de energiebesparende stand als het gedurende een vooraf ingestelde tijd niet gebruikt is. De ingestelde standaardtijd is 3 minuten (voor het 30/30 ppm-, 35/35 ppm- en 45/45 ppm-model) en 5 minuten (voor het 55/50 ppm-model). 2-7

Voorbereiding voor het gebruik Slaapstand en automatische slaapstand Slaapstand Wanneer u de slaapstand wilt activeren, drukt u op de Power-toets. Het aanraakscherm en alle lampjes op het bedieningspaneel gaan uit om het energieverbruik tot een minimum te beperken. Enkel het aan/uit-lampje blijft branden. Deze stand heet de slaapstand. Als er tijdens de slaapstand afdrukgegevens worden ontvangen, dan wordt de afdruktaak uitgevoerd terwijl het aanraakscherm onverlicht blijft. Wanneer u de optionele faxkit gebruikt, worden ontvangen faxgegevens afgedrukt terwijl het bedieningspaneel onverlicht blijft. Om verder te gaan met bedienen, drukt u op de Powertoets. Het 30/30 ppm- en 35/35 ppm-model zijn binnen 20 seconden gebruiksklaar en het 45/45 ppm- en 55/50 ppm-model zijn binnen 30 seconden gebruiksklaar. Wij wijzen u erop dat door omgevingsfactoren, zoals ventilatie, het apparaat langzamer kan reageren. Automatische slaapstand De automatische slaapstand schakelt het apparaat automatisch in de slaapstand als het gedurende een vooraf ingestelde tijd in de energiebesparende stand heeft gestaan. De ingestelde standaardtijd is 30 minuten (voor het 30/30 ppm-model), 45 minuten (voor het 35/35 ppm-model) en 60 minuten (voor het 45/45 ppm- en 55/ 50 ppm-model). De hoek van het bedieningspaneel aanpassen Pas de hoek van het bedieningspaneel aan in twee stappen door de vergrendeling van het bedieningspaneel los te maken zoals hieronder wordt getoond. 2-8

Voorbereiding voor het gebruik De [Taal] in het scherm wijzigen Kies de taal die weergegeven wordt op het aanraakscherm. Volg de onderstaande stappen om de taal te kiezen. 1 Druk op de Systeemmenu-toets. 2 2 Druk op [Algemene instellingen] en vervolgens op [Wijzigen] bij Taal. Algemene instellingen - Taal 3 Druk op de toets voor de taal die u wilt gebruiken. De taal kiezen voor het display van het aanraakscherm. English Deutsch Français Español Italiano Nederlands Português Annuleren OK Status 10/10/2010 10:10 4 Druk op [OK]. De taal van het aanraakscherm is gewijzigd. 2-9

Voorbereiding voor het gebruik Datum en tijd instellen Volg de onderstaande stappen om de lokale datum en tijd op de plaats van installatie in te stellen. Wanneer u een e-mail verzendt met de verzendfunctie, zullen de hier ingestelde datum en tijd in de kop van het e-mailbericht worden toegevoegd. Stel de datum, de tijd en het tijdsverschil met GMT in van de regio waar het apparaat wordt gebruikt. OPMERKING: Als het gebruikersaanmeldingsbeheer ingeschakeld is, dan kunt u de instellingen enkel wijzigen door aan te melden met de toegangsrechten van de beheerder. Als het gebruikersaanmeldingsbeheer uitgeschakeld is, dan verschijnt het gebruikersverificatiescherm. Voer een aanmeldingsgebruikersnaam en wachtwoord in en druk op [Aanmelden]. Raadpleeg de Engelse gebruikershandleiding voor de standaardaanmeldingsgebruikersnaam en het wachtwoord. Stel het tijdsverschil in voor u de datum en de tijd instelt. Als u de datum/tijd wijzigt, zijn de testfuncties niet langer beschikbaar. Raadpleeg voor meer informatie de Engelse gebruikershandleiding. 1 Druk op de Systeemmenu-toets. 2 Druk op [ ], [Datum/Timer] en vervolgens op [Wijzigen] bij Tijdzone. Datum/timer - Tijdzone De tijdzone instellen. Selecteer de juiste tijdzone voor uw omgeving. De tijdzone instellen. -12:00 Internationale datumgrens West 3 Kies de regio. OPMERKING: Druk op [ ] of [ ] om de volgende regio weer te geven. -11:00 Samoa -11:00 Universal Coordinated Time -11-10:00 Hawaii 1/13 4 Druk op [Uit] of [Aan] bij Zomertijd en druk op [OK]. -09:00 Alaska Status -08:00 Baja California Annuleren OK 10/10/2010 10:10 OPMERKING: Als u een regio kiest zonder zomertijd, dan verschijnt het scherm voor het instellen van de zomertijd niet. 5 Druk op [Wijzigen] bij Datum/tijd. Datum/timer - Datum/tijd De datum en tijd instellen. 6 Stel de datum en de tijd in. Druk op [+] of [ ] bij elke instelling. 7 Druk op [OK]. 2010 Jaar 10 10 Maand Dag 10 10 31 Uur Minuut Seconde Off Annuleren OK Status 10/10/2010 10:10 2-10

Voorbereiding voor het gebruik Netwerk installeren (LAN-aansluiting) Het apparaat is voorzien van een netwerkinterface-aansluiting, die compatibel is met netwerkprotocollen zoals TCP/IP (IPv4), TCP/IP (IPv6), IPX/SPX, NetBEUI, IPSec en AppleTalk. Dit maakt netwerkafdrukken mogelijk bij Windows, Macintosh, UNIX, NetWare en andere platforms. In dit hoofdstuk worden de procedures voor TCP/IP (IPv4) instellen en AppleTalk instellen beschreven. Voor andere netwerkinstellingen, raadpleeg de Engelse gebruikershandleiding. 2 TCP/IP (IPv4) instellen...2-11 AppleTalk instellen...2-13 OPMERKING: Als het gebruikersaanmeldingsbeheer ingeschakeld is, dan kunt u de instellingen enkel wijzigen door aan te melden met de toegangsrechten van de beheerder. Als het gebruikersaanmeldingsbeheer uitgeschakeld is, dan verschijnt het gebruikersverificatiescherm. Voer een aanmeldingsgebruikersnaam en wachtwoord in en druk op [Aanmelden]. Raadpleeg de Engelse gebruikershandleiding voor de standaardaanmeldingsgebruikersnaam en het wachtwoord. TCP/IP (IPv4) instellen (door het invoeren van IP-adressen) Stel TCP/IP (IPv4) in om verbinding te maken met het Windows-netwerk. Stel de IP-adressen, subnetmaskers en gateway-addressen in. De standaardinstellingen zijn "TCP/IP-protocol: Aan, DHCP: Aan, Bonjour: Uit, Auto- IP: Aan". OPMERKING: Vraag, voor u het IP-adres invoert, toestemming aan de netwerkbeheerder. Gebruik hiervoor de onderstaande procedure. 1 Druk op de Systeemmenu-toets. 2 Druk op [Systeem], [Volgende] bij Netwerk en vervolgens op [Volgende] bij TCP/IP-instelling. 3 Druk op [Wijzigen] bij TCP/IP. 4 Druk op [Aan] en vervolgens op [OK]. 5 Druk op [Wijzigen] bij IPv4. Systeem - IPv4 TCP/IP (IPv4) instellen. * De instelling wordt gewijzigd na het opnieuw opstarten van het apparaat of netwerk. 6 Druk op [DHCP]. 7 Druk op [Uit] bij DHCP en druk vervolgens op [OK]. IP-adres Subnetmasker On 0.0.0.0 0.0.0.0 8 Druk op [Bonjour]. Uit DHCP Standaardgateway 0.0.0.0 Uit Bonjour Annuleren Aan Auto-IP OK 9 Druk op [Uit] bij Bonjour en druk vervolgens op [OK]. 10 Druk op [IP-adres] en voer het adres in met de cijfertoetsen. Status 10/10/2010 10:10 11 Druk op [Subnetmasker] en voer het adres in met de cijfertoetsen. 2-11

Voorbereiding voor het gebruik 12 Druk op [Standaard-gateway] en voer het adres in met de cijfertoetsen. 13 Controleer of alle adressen correct ingevoerd zijn en druk op [OK]. 14 Start, na het wijzigen van de instelling, het netwerk opnieuw op via het systeemmenu of zet het apparaat UIT en vervolgens weer AAN. Voor meer details over het opnieuw opstarten van het netwerk, raadpleeg de Engelse gebruikershandleiding. DHCP-instellingen Kies of u wel of niet de DHCP-server wilt gebruiken. De standaardinstelling is Aan. Gebruik hiervoor de onderstaande procedure. Bonjour-instellingen 1 Druk op de Systeemmenu-toets. 2 Druk op [Systeem], [Volgende] bij Netwerk en vervolgens op [Volgende] bij TCP/IP-instelling. 3 Druk op [Wijzigen] bij TCP/IP. 4 Druk op [Aan] en vervolgens op [OK]. 5 Druk op [Wijzigen] bij IPv4. 6 Druk op [DHCP]. Kies of u wel of niet gebruik wilt maken van Bonjour. De standaardinstelling is Uit. Raadpleeg de Engelse gebruikershandleiding voor de procedures. 7 Druk op [Aan] of [Uit] bij DHCP en druk vervolgens op [OK]. 8 Start, na het wijzigen van de instelling, het netwerk opnieuw op via het systeemmenu of zet het apparaat UIT en vervolgens weer AAN. Voor meer details over het opnieuw opstarten van het netwerk, raadpleeg de Engelse gebruikershandleiding. 2-12

Voorbereiding voor het gebruik Auto-IP-instellingen Kies of u wel of niet gebruik wilt maken van Auto-IP. De standaardinstelling is Aan. Gebruik hiervoor de onderstaande procedure. 1 Druk op de Systeemmenu-toets. 2 Druk op [Systeem], [Volgende] bij Netwerk en vervolgens op [Volgende] bij TCP/IP-instelling. 3 Druk op [Wijzigen] bij TCP/IP. 4 Druk op [Aan] en vervolgens op [OK]. 5 Druk op [Wijzigen] bij IPv4. 6 Druk op [Auto-IP]. 7 Druk op [Aan] of [Uit] bij Auto-IP en druk vervolgens op [OK]. 8 Start, na het wijzigen van de instelling, het netwerk opnieuw op via het systeemmenu of zet het apparaat UIT en vervolgens weer AAN. Voor meer details over het opnieuw opstarten van het netwerk, raadpleeg de Engelse gebruikershandleiding. 2 AppleTalk instellen Kies de AppleTalk-netwerkverbinding. De standaardinstelling is Aan. Raadpleeg de Engelse gebruikershandleiding voor de procedures. 2-13

Voorbereiding voor het gebruik Command Center RX (instellingen voor e-mail) Het Command Center RX is een hulpmiddel dat wordt gebruikt voor taken als het controleren van de bedrijfsstatus van het apparaat en het wijzigen van de instellingen voor beveiliging, netwerkafdrukken, e- mailverzending en geavanceerde netwerkfuncties. OPMERKING: Hieronder is de informatie over de faxinstellingen weggelaten. Raadpleeg de FAX System (V) Operation Guide voor meer informatie over de faxfunctie. Om de faxfuncties te kunnen gebruiken, is de optionele faxkit vereist. Om instellingen te wijzigen in het Command Center RX, moet u zich aanmelden als beheerder van het apparaat. Raadpleeg de Engelse gebruikershandleiding voor de standaardaanmeldingsgebruikersnaam en het wachtwoord. Hieronder wordt de procedure voor het openen van het Command Center RX beschreven. 1 Start uw internetbrowser. 2 Voer het IP-adres van het apparaat in in de adres- of locatiebalk. bv.) http://10.183.51.41/ De internetpagina geeft basisinformatie over het apparaat en het Command Center RX weer, evenals hun huidige status. 3 Selecteer een categorie in de navigatiebalk links op het scherm. De waarden moeten voor elke categorie afzonderlijk worden ingesteld. Als beperkingen zijn ingesteld voor het Command Center RX, moet u de juiste gebruikersnaam en het juiste wachtwoord invoeren om andere pagina's dan de startpagina te openen. Raadpleeg voor meer informatie de Command Center RX Operation Guide. 2-14

Voorbereiding voor het gebruik E-mailinstellingen Het opgeven van de SMTP-instellingen maakt het mogelijk beelden die op dit apparaat zijn gescand te verzenden als e-mailbijlagen. Deze functie kan alleen worden gebruikt als het apparaat is verbonden met een mailserver die het SMTPprotocol gebruikt. 2 Controleer het volgende voordat u beelden, die gescand zijn op dit apparaat, verzendt als e-mailbijlagen: De netwerkomgeving die wordt gebruikt om met dit apparaat verbinding te maken met de mailserver Een permanente verbinding via een LAN wordt aanbevolen. SMTP-instellingen Gebruik het Command Center RX om het IP-adres of de hostnaam van de SMTP-server te registreren. Als er beperkingen zijn ingesteld voor de grootte van e-mailberichten, is het verzenden van grote e- mailberichten misschien niet mogelijk. Volg de onderstaande stappen om de SMTP-instellingen op te geven. 1 Klik op Instellingen -> Geavanceerd -> SMTP -> Algemeen. 2-15

Voorbereiding voor het gebruik 2 Voer in elk veld de juiste instellingen in. Hieronder worden de instellingen beschreven die moeten worden opgegeven in het scherm met SMTPinstellingen. Instelling SMTP-protocol Beschrijving Hiermee wordt het SMTP-protocol in- of uitgeschakeld. Het protocol moet worden ingeschakeld om de e-mailfunctie te gebruiken. SMTP-poortnummer Stel het SMTP-poortnummer in of gebruik de standaard SMTP-poort 25. SMTP-servernaam Time-out SMTP-server Verificatieprotocol Verifiëren als Aanmeldingsgebruikersnaam Wachtwoord aanmelding SMTP-beveiliging POP voor SMTPtimeout Testen Groottebeperking e-mail Adres afzender Handtekening Domeinbeperking Voer het IP-adres of de naam van de SMTP-server in. De naam en het IP-adres van de SMTP-server mogen maximaal 64 karakters lang zijn. Als u de naam invoert, moet ook een DNS-serveradres worden geconfigureerd. Het DNSserveradres kan worden ingevoerd onder TCP/IP Algemeen. Stel de wachttijd voor time-out in seconden in. Hiermee wordt het SMTP-verificatieprotocol in- of uitgeschakeld of wordt POP voor SMTP ingesteld als protocol. De SMTP-verificatie ondersteunt Microsoft Exchange 2000. Voor de verificatie heeft u de keuze uit drie POP3-accounts of u kunt een andere account kiezen. Wanneer Overige wordt geselecteerd bij Verifiëren als, wordt de aanmeldingsgebruikersnaam die u hier instelt gebruikt voor de SMTP-verificatie. De aanmeldingsgebruikersnaam mag maximaal 64 karakters lang zijn. Wanneer Overige wordt geselecteerd bij Verifiëren als, wordt het wachtwoord dat u hier instelt gebruikt voor de verificatie. Het wachtwoord voor aanmelding mag maximaal 64 karakters lang zijn. Hiermee wordt de SMTP-beveiliging in- of uitgeschakeld. Als dit protocol is ingeschakeld, moet SSL/TLS of STARTTLS worden geselecteerd. Stel de wachttijd voor time-out in seconden in wanneer u POP voor SMTP als verificatieprotocol geselecteerd heeft. Hiermee test u of de SMTP-verbinding met succes tot stand kan worden gebracht. Voer de maximumgrootte van te verzenden e-mailberichten in in kilobytes. Wanneer de waarde 0 is, wordt de groottebeperking voor e-mail uitgeschakeld. Voer het e-mailadres in van de persoon die verantwoordelijk is voor het apparaat, bijvoorbeeld de apparaatbeheerder. Dit zorgt ervoor dat een antwoord of een afleveringsfoutrapport naar een persoon wordt gestuurd in plaats van naar het apparaat. Het adres van de afzender moet correct worden ingevoerd voor SMTPverificatie. Het adres van de afzender mag maximaal 128 karakters lang zijn. Voer de handtekening in. De handtekening is vrije tekst die wordt weergegeven aan het einde van het e-mailbericht. Deze wordt vaak gebruikt om het apparaat verder te identificeren. De handtekening mag maximaal 512 karakters lang zijn. Voer de domeinnamen in die kunnen worden toegestaan of geweigerd. De domeinnaam mag maximaal 32 karakters lang zijn. U kunt ook e-mailadressen opgeven. 3 Klik op Verzenden. 2-16

Voorbereiding voor het gebruik Papier plaatsen Er kan papier worden geplaatst in de twee cassettes en de multifunctionele lade. Daarnaast zijn ook een optionele papierinvoeren verkrijgbaar (zie Optionele apparatuur op Appendix-2). Voor het plaatsen van het papier in elk van de lades, zie de onderstaande pagina. Naam Cassette Pagina 2 Standaardcassette Cassette 1, Cassette 2 Multifunctionele lade Standaardcassettes 2-19 Multifunctionele lade 2-26 Optionele Cassette 3, Papierinvoer (500 vel x 2)* 2-19 Cassette 4 Extragrote papierinvoer (1500 vel x 2) 2-22 Cassette 5 Zijinvoer (3000 vel) 2-25 Zijinvoer (500 vel x 3)* 2-19 Extragrote zijinvoer (500*, 1500 vel x 2**) 2-19 Cassette 6 Cassette 7 Zijinvoer (500 vel x 3)* 2-19 Extragrote zijinvoer 2-26 (500*, 1500 vel x 2**) * Het papier wordt op dezelfde manier geplaatst als bij standaardcassette 1 en 2. ** Het papier wordt op dezelfde manier geplaatst als bij de extragrote papierinvoer (1500 vel x 2). BELANGRIJK: Het aantal vellen dat geplaatst kan worden verschilt afhankelijk van uw gebruiksomgeving. Gebruik voor duidelijkere en helderdere kleurenkopieën speciaal kleurenpapier. Gebruik geen inkjetprinterpapier of ander papier met een speciale coating. (Dergelijk papier kan papierstoringen of andere defecten veroorzaken.) 2-17

Voorbereiding voor het gebruik Voordat u het papier plaatst Wanneer u een nieuw pak papier opent, waaiert u het papier eerst los om de vellen uit elkaar te halen. Volg daarbij de onderstaande stappen. 1 Buig de stapel papier zodanig dat het midden van het papier omhoog wijst. 2 Houd beide uiteinden van de stapel vast en trek eraan terwijl u de hele stapel omhoog duwt. 3 Beweeg uw rechter- en linkerhand beurtelings omhoog om een opening te creëren en lucht tussen het papier te brengen. 4 Lijn ten slotte het papier uit op een vlakke tafel. Als het papier gekruld of gevouwen is, maakt u dit recht voordat u het papier plaatst. Gekruld of gevouwen papier kan papierstoringen veroorzaken. VOORZICHTIG: Als u op gebruikt papier (papier dat al voor kopiëren is gebruikt) kopieert, gebruikt u geen papier dat met nietjes of een paperclip aan elkaar is bevestigd. Dit kan het apparaat beschadigen of een slechte beeldkwaliteit veroorzaken. Stel geopend papier niet bloot aan hoge temperaturen en hoge luchtvochtigheid, aangezien vocht kopieerproblemen kan veroorzaken. Sluit na het plaatsen van het papier in de multifunctionele lade of in een cassette eventueel resterend papier goed in de bewaarzak voor papier af. Als het apparaat langere tijd niet gebruikt gaat worden, bescherm dan al het papier tegen vocht door het uit de cassettes te verwijderen en in de bewaarzak voor papier op te bergen. OPMERKING: Wij wijzen u erop dat bepaalde papiersoorten snel opkrullen en daardoor kunnen vastlopen in de papieruitwerpeenheid. Als het uitgeworpen papier wegglijdt of geen keurige stapel vormt, draai het papier dan om in de cassette en probeer opnieuw. Raadpleeg Papier op Appendix-4 als u speciaal papier gebruikt zoals briefpapier, geperforeerd papier of voorbedrukt papier met bijvoorbeeld een logo of bedrijfsnaam. 2-18

Voorbereiding voor het gebruik Papier in de cassettes plaatsen De standaardcassettes De 2 standaardcassettes zijn allebei geschikt voor normaal papier, gerecycled papier en gekleurd papier. In cassette 1 en 2 past 500 vel normaal papier (80 g/m 2 ) (of 550 vel normaal papier van 64 g/m 2 ). 2 De volgende papierformaten worden ondersteund: A3, B4, A4, A4-R, B5, B5-R, A5-R, Ledger, Legal, Oficio II, 12 18", Letter, Letter-R, Statement-R, Folio, 8K, 16K, 16K-R en 216 340 mm. BELANGRIJK: Wanneer u andere mediatypes gebruikt dan normaal papier (zoals gerecycled of gekleurd papier), dan moet u altijd de instelling van het mediatype en het papiergewicht opgeven. (Raadpleeg Papierformaat en mediatype voor de cassettes opgeven op pagina 2-30, de Engelse gebruikershandleiding.) In de cassettes kan papier worden geplaatst met een gewicht tussen de 60 en 220 g/m 2 (voor het 30/ 30 ppm- of 35/35 ppm-model) of tussen de 60 en 256 g/m 2 (voor het 45/45 ppm- of 55/50 ppm-model). Als u papier gebruikt met een gewicht tussen de 106 en 220 g/m 2 (voor het 30/30 ppm- of 35/35 ppm-model) of tussen de 106 en 256 g/m 2 (voor het 45/45 ppm- of 55/50 ppm-model), stel het mediatype dan in op Dik. Plaats geen dik papier dat zwaarder is dan 256 g/m 2 in de cassettes. Gebruik voor papier dat zwaarder is dan 256 g/m 2 de multifunctionele lade. Als u papier wilt gebruiken van 330 210 mm tot 356 220 mm, neem dan contact op met een servicetechnicus. 1 Trek de cassette naar u toe, totdat deze stopt. OPMERKING: Trek niet meer dan één cassette tegelijkertijd uit. 2 Druk onderaan op de zijkanten van de papierlengtegeleider en verschuif de geleider om deze aan te passen aan de lengte van het papier. OPMERKING: De papierformaten staan op de cassette vermeld. 2-19

Voorbereiding voor het gebruik 3 Druk op de vergrendelingsknop (op de papierbreedtegeleider) om te ontgrendelen. Houd het instelmechanisme voor de papierbreedte vast en verschuif de papierbreedtegeleiders om ze aan te passen aan het papierformaat. 4 Leg het papier strak tegen de rechterkant van de cassette aan. BELANGRIJK: Controleer voor het plaatsen van het papier of het niet gekruld of gevouwen is. Gekruld of gevouwen papier kan papierstoringen veroorzaken. Zorg dat het papier niet boven de niveauaanduiding uitkomt (zie de afbeelding links). Wanneer u het papier plaatst, houdt u de kant van de sluiting van de verpakking naar boven gericht. De lengte- en breedtegeleiders van het papier moeten aan het papierformaat worden aangepast. Wanneer u het papier plaatst zonder deze geleiders aan te passen, kan het papier schuin worden ingevoerd met papierstoringen tot gevolg. Zorg ervoor dat de lengte- en breedtegeleiders stevig tegen het papier geklemd zitten. Als er nog ruimte is, past u de geleiders opnieuw aan het papier aan. 2-20

Voorbereiding voor het gebruik 5 Druk op de vergrendelingsknop (op de papierbreedtegeleider) om te vergrendelen. 2 6 Plaats de kaartjes zodanig dat het vermelde papierformaat en de soort overeenkomen met het papier dat zal worden geplaatst. (De vermelding is op beide kanten van het kaartje afgedrukt.) OPMERKING: Vouw het kaartje dubbel en gebruik de kant die zichtbaar moet zijn als voorkant. 7 Duw de cassette voorzichtig terug. OPMERKING: Als het apparaat langere tijd niet gebruikt gaat worden, bescherm dan al het papier tegen vocht door het uit de cassettes te verwijderen en in de bewaarzak voor papier op te bergen. 8 Selecteer het mediatype (normaal, gerecycled, enz.) dat in de cassette is geplaatst. (Raadpleeg Papierformaat en mediatype voor de cassettes opgeven op pagina 2-30.) 2-21

Voorbereiding voor het gebruik De extragrote papierinvoer (1500 vel x 2) (optioneel) Elk van de optionele cassettes is geschikt voor normaal papier, gerecycled papier en gekleurd papier. In de extragrote papierinvoer (1500 vel x 2) past tot 3000 vel (1500 vel x 2) normaal papier (80 g/m 2 ) (of tot 3500 vel (1750 vel x 2) normaal papier van 64 g/m 2 ). De volgende papierformaten worden ondersteund: A4, B5, Letter. BELANGRIJK: Wanneer u andere mediatypes gebruikt dan normaal papier (zoals gerecycled of gekleurd papier), dan moet u altijd de instelling van het mediatype en het papiergewicht opgeven. (Raadpleeg Papierformaat en mediatype voor de cassettes opgeven op pagina 2-30, de Engelse gebruikershandleiding.) De cassettes zijn geschikt voor papier met een gewicht tot 256 g/m 2. Als u papier gebruikt met een gewicht tussen de 106 en 256 g/m 2, stel het mediatype dan in op Dik. Plaats geen dik papier dat zwaarder is dan 256 g/m 2 in de cassettes. Gebruik voor papier dat zwaarder is dan 256 g/m 2 de multifunctionele lade. 1 Trek de cassette naar u toe, totdat deze stopt. Klemmetje 2 Draai het klemmetje van papierformaatgeleider (A) en verwijder het. Trek papierformaatgeleider (A) omhoog en haal deze uit. Papierformaatgeleider 3 Plaats papierformaatgeleider (A) in de sleuf (onderin de cassette) van het papierformaat dat zal worden gebruikt. Zorg ervoor dat de bovenkant van papierformaatgeleider (A) overeenkomt met het papierformaat dat zal worden gebruikt, zet het klemmetje terug en draai het om het te vergrendelen. Probeer voorzichtig papierformaatgeleider (A) te bewegen om te controleren of deze goed vast zit. 2-22

Voorbereiding voor het gebruik 4 Duw, terwijl de onderkant van de cassette helemaal naar beneden gedrukt is, op het lipje aan de zijkant van papierformaatgeleider (B) om deze te ontgrendelen en trek papierformaatgeleider (B) uit. 2 Papierformaatgeleider 5 Pas papierformaatgeleider (B) aan aan het papierformaat. A4 Plaats papierformaatgeleider (B) in de sleuf waar A4 bij staat (onderin de cassette) en zet het lipje vast (u hoort een klikgeluid). Probeer voorzichtig papierformaatgeleider (B) te bewegen om te controleren of deze goed vast zit. B5 Klap papierformaatgeleider (B) open zoals afgebeeld, plaats deze in de sleuf waar B5 bij staat (onderin de cassette) en maak het lipje vast aan de bovenkant (u hoort een klikgeluid). Probeer voorzichtig papierformaatgeleider (B) te bewegen om te controleren of deze goed vast zit. Letter Papierformaatgeleider (B) wordt niet bevestigd. 2-23

Voorbereiding voor het gebruik 6 Plaats het papier in de cassette. BELANGRIJK: Controleer voor het plaatsen van het papier of het niet gekruld of gevouwen is. Gekruld of gevouwen papier kan papierstoringen veroorzaken. Zorg dat het papier niet boven de niveauaanduiding uitkomt (zie onderstaande afbeelding). Plaats het papier met de afdrukzijde naar boven. 7 Plaats de kaartjes zodanig dat het vermelde papierformaat en de soort overeenkomen met het papier dat zal worden geplaatst. (De vermelding is op beide kanten van het kaartje afgedrukt.) OPMERKING: Vouw het kaartje dubbel en gebruik de kant die zichtbaar moet zijn als voorkant. 8 Duw de cassette voorzichtig terug. OPMERKING: Als het apparaat langere tijd niet gebruikt gaat worden, bescherm dan al het papier tegen vocht door het uit de cassettes te verwijderen en in de bewaarzak voor papier op te bergen. 9 Selecteer het mediatype (normaal, gerecycled, enzovoort) dat in de cassette is geplaatst. (Raadpleeg Papierformaat en mediatype voor de cassettes opgeven op pagina 2-30.) 2-24

Voorbereiding voor het gebruik Zijinvoer (3000 vel) (optioneel) In de optionele zijinvoer past 3000 vel normaal papier (80 g/m 2 ). De volgende papierformaten worden ondersteund: A4, B5, Letter. Trek de cassette naar u toe tot deze stopt en plaats het papier in de cassette. Duw na het plaatsen van het papier, de cassette voorzichtig terug. 2 OPMERKING: De standaardpapierformaatinstelling is A4. Als u het papierformaat wilt wijzigen in B5 of Letter, neem dan contact op met uw servicevertegenwoordiger. BELANGRIJK: Controleer voor het plaatsen van het papier of het niet gekruld of gevouwen is. Gekruld of gevouwen papier kan papierstoringen veroorzaken. Zorg dat het papier niet boven de niveauaanduiding uitkomt (zie onderstaande afbeelding). Plaats het papier met de afdrukzijde naar boven. 2-25

Voorbereiding voor het gebruik Papier in de multifunctionele lade plaatsen In de multifunctionele lade past tot 150 vel normaal papier in formaat A4 of kleiner (80 g/m 2 ) (of tot 165 vel normaal papier van 64 g/m 2 ) of tot 50 vel normaal papier groter dan A4 (80 g/m 2 ) (of tot 55 vel normaal papier van 64 g/m 2 ). De multifunctionele lade is geschikt voor de papierformaten 12 18" en van A3 tot A6-R en Hagaki en van Ledger tot Statement-R, 8K, 16K en 16K-R. Gebruik voor speciaal papier steeds de multifunctionele lade. BELANGRIJK: Wanneer u andere mediatypes gebruikt dan normaal papier (zoals gerecycled of gekleurd papier), dan moet u altijd de instelling van het mediatype en het papiergewicht opgeven. (Raadpleeg Papierformaat en mediatype voor de multifunctionele lade opgeven op pagina 2-32.) Als u papier gebruikt met een gewicht van 106 g/m 2, stel het mediatype dan in op Dik. De capaciteit van de multifunctionele lade is als volgt. Normaal papier (80 g/m 2 ), gerecycled papier, gekleurd papier in formaat A4 of kleiner: 150 vel (64 g/m 2 normaal papier: 165 vel) Normaal papier (80 g/m 2 ), gerecycled papier, gekleurd papier in formaat B4 of groter: 50 vel (64 g/m 2 normaal papier: 55 vel) Hagaki: 30 vel OHP-folies: 10 vel Envelope DL, Envelope C4, Envelope C5, Envelope #10 (Commercial #10), Envelope #9 (Commercial #9), Envelope #6 (Commercial #6), Monarch, Youkei 4, Youkei 2: 10 vel Lange documenten:van 470,1 mm (18.51") tot maximaal 1220 mm (48"): 1 vel OPMERKING: Wanneer u papier met een aangepast formaat plaatst, geeft u het papierformaat op zoals beschreven in Papierformaat en mediatype voor de multifunctionele lade opgeven op pagina 2-32. Wanneer u speciaal papier gebruikt zoals overheads of dik papier, selecteert u het mediatype zoals beschreven in Papierformaat en mediatype voor de multifunctionele lade opgeven op pagina 2-32. 1 Open de multifunctionele lade tot deze stopt. 2 Wanneer u papierformaten 12 18" en van A3 tot B4 en Ledger tot Legal plaatst, trek dan het verlengstuk van de multifunctionele lade uit tot het teken " " helemaal zichtbaar is. 2-26

Voorbereiding voor het gebruik 3 Pas de papierbreedtegeleiders aan de breedte van het papier aan. 2 4 Plaats het papier langs de papierbreedtegeleiders in de lade, totdat het niet verder kan. BELANGRIJK: Plaats de afdrukzijde naar boven. Gekruld papier moet u recht maken voor gebruik. Strijk de bovenzijde glad als die opgekruld is. Wanneer u papier in de multifunctionele lade plaatst, controleer dan eerst of er geen papier achtergebleven is van een vorig gebruik voor u het papier plaatst. Als er slechts een kleine hoeveelheid papier overblijft in de multifunctionele lade en u wil het aanvullen, verwijder dan eerst het overgebleven papier uit de lade en voeg het bij het nieuwe papier voor u het papier terug in de lade plaatst. Als er nog ruimte is tussen het papier en de papierbreedtegeleiders, pas de papierbreedtegeleiders dan opnieuw aan aan het papier om te voorkomen dat het scheef ingevoerd wordt of vastloopt. BELANGRIJK: Zorg dat het papier niet boven de niveauaanduiding uitkomt (zie de afbeelding). 2-27

Voorbereiding voor het gebruik Enveloppen plaatsen Er kunnen tot 10 enveloppen in de multifunctionele lade worden geplaatst. De volgende envelopformaten kunnen worden gebruikt. Geschikte envelop Formaat Monarch 3 7/8" 7 1/2" Envelop #10 (Commercial #10) 4 1/8" 9 1/2" Envelop #9 (Commercial #9) 3 7/8" 8 7/8" Envelope #6 (Commercial #6) 3 5/8" 6 1/2" Envelop DL Envelop C4 Envelop C5 Youkei 2 Youkei 4 110 220 (mm) 229 324 (mm) 162 229 (mm) 162 114 (mm) 235 105 (mm) 1 Open de multifunctionele lade. 2 Pas de papierbreedtegeleiders aan de breedte van de envelop aan. 2-28

Voorbereiding voor het gebruik 3 Plaats de enveloppen helemaal tegen de papierbreedtegeleiders zoals weergegeven. Wanneer u enveloppen of kaarten in de multifunctionele lade plaatst Plaats de enveloppen met de afdrukzijde naar beneden. Bijvoorbeeld bij het afdrukken van een adres. Sluit de flap. 2 Antwoordkaarten (Oufuku Hagaki) Karton (Hagaki) Enveloppen Enveloppen staand liggend Open de flap. BELANGRIJK: Gebruik ongevouwen antwoordkaarten (Oufuku Hagaki). BELANGRIJK: Hoe u de enveloppen precies moet plaatsen (richting en kant) hangt af van het soort envelop. Zorg dat u ze op de juiste manier plaatst. Anders kunnen ze in de verkeerde richting of op de verkeerde kant worden bedrukt. OPMERKING: Wanneer u enveloppen in de multifunctionele lade plaatst, kies dan de envelopsoort zoals beschreven in Papierformaat en mediatype voor de multifunctionele lade opgeven op pagina 2-32. 2-29

Voorbereiding voor het gebruik Papierformaat en mediatype opgeven De standaardinstelling van het papierformaat voor cassettes 1 en 2, de multifunctionele lade en de optionele papierinvoer (cassettes 3 tot 7) is [Auto] en de standaardinstelling van het mediatype is [Normaal]. Om het papiertype dat wordt gebruikt in de cassettes vast in te stellen, moet u de instellingen van het papierformaat en het mediatype opgeven. (Raadpleeg Papierformaat en mediatype voor de cassettes opgeven op pagina 2-30.) Om het papiertype dat wordt gebruikt in de multifunctionele lade vast in te stellen, moet u de instelling van het papierformaat opgeven. (Raadpleeg Papierformaat en mediatype voor de multifunctionele lade opgeven op pagina 2-32.) Papierformaat en mediatype voor de cassettes opgeven Om het papiertype dat wordt gebruikt in cassette 1 of 2 of de optionele papierinvoeren (cassettes 3 tot 7) vast in te stellen, moet u het papierformaat opgeven. Als u een ander mediatype dan normaal papier gebruikt, moet u ook de instelling van het mediatype opgeven. Instelling Beschikbaar formaat/soort Mediatype Auto Papierformaat Standaardformaten 1* Standaardformaten 2* Het papierformaat wordt automatisch gedetecteerd en geselecteerd. Selecteer of het papier een metrisch formaat of een formaat in inches heeft. Selecteer uit de standaardformaten. De volgende papierformaten kunnen worden geselecteerd. Inch-modellen: Ledger, Legal, Letter, Letter-R, Statement-R, 12 18", Oficio II Metrische modellen: A3, B4, A4, A4-R, B5, B5-R, A5-R, Folio, 216 340 mm Selecteer uit de standaardformaten die niet bij Standaardformaten 1 staan. De volgende papierformaten kunnen worden geselecteerd. Inch-modellen: A3, B4, A4, A4-R, A5-R, B5, B5-R, Folio, 8K, 16K, 16K-R Metrische modellen: Ledger, Legal, Letter, Letter-R, Statement-R, 12 18", Oficio II, 8K, 16K, 16K-R Normaal (105 g/m 2 of minder), Ruw, Velijn** (60 tot 105 g/m 2 of minder), Gerecycled, Voorbedrukt***, Bond**, Kleur**, Geperforeerd***, Briefpapier***, Dik (106 g/m 2 en meer)**, Hoge kwaliteit en Custom 1 tot 8** * Als de optionele extragrote papierinvoer (1500 vel x 2) en de optionele extragrote zijinvoer (500, 1500 vel x 2) worden gebruikt, kunnen enkel A4, Letter en B5 worden opgegeven. ** Om te wijzigen in een ander mediatype dan Normaal, raadpleeg de Engelse gebruikershandleiding. De vermelde papiersoorten kunnen bij de onderstaande papiergewichtinstellingen niet worden geselecteerd. Ruw: Zwaar 5 Velijn: Zwaar 5 Voorbedrukt: Zwaar 5 Kleur: Zwaar 5 Briefpapier: Zwaar 5 Dik: Zwaar 5 Custom 1 tot 8: Zwaar 5 of Extrazwaar Bij het 30/30 ppm-model en het 35/35 ppm-model kunnen deze papiersoorten ook niet worden geselecteerd als Zwaar 4 is ingesteld. *** Om af te drukken op voorbedrukt of geperforeerd papier of op briefpapier, raadpleeg de Engelse gebruikershandleiding. OPMERKING: Als de optionele faxkit geïnstalleerd is, dan zijn de volgende mediatypes beschikbaar voor het afdrukken van inkomende faxen. Normaal, Gerecycled, Bond, Velijn, Kleur, Dik, Hoge kwaliteit, Ruw en Custom 1 tot 8 2-30

Voorbereiding voor het gebruik 1 Druk op de Systeemmenu-toets. 2 2 Druk op [Algemene instellingen], [Volgende] bij Inst. origineel/papier, [Volgende] bij Papiercassette-instelling. 3 Selecteer als Papiercassette-instelling een van de cassettes [Cassette 1] tot en met [Cassette 7] en druk op [Volgende]. Druk vervolgens op [Wijzigen] bij Papierformaat. OPMERKING: [Cassette 3] tot [Cassette 7] worden weergegeven als de optionele papierinvoer geïnstalleerd is. 4 Voor automatische detectie van het papierformaat drukt u op [Auto] en selecteert u [Metrisch] of [Inch] als eenheid. Algemene instellingen - Papierformaat Stel het papierformaat van de cassette in. Om het papierformaat te selecteren drukt u op [Standaard Formaten 1] of [Standaard Formaten 2] en selecteert u het papierformaat. Auto Standaard Formaten 1 A3 A4 A4 B4 B5 B5 A5 216x340mm 5 Druk op [OK]. Het vorige scherm verschijnt opnieuw. Standaard Formaten 2 Annuleren OK Status 10/10/2010 10:10 Algemene instellingen - Mediatype De papiersoort in cassette 1 kiezen. 6 Druk op [Wijzigen] bij Mediatype en selecteer het mediatype. Druk vervolgens op [OK]. Normaal Ruw Velijn Recycle Afgedrukt Dik papier Kleur Geperf. Briefpap. Dik Hoge kwalit. Custom 1 Custom 2 Custom 3 Custom 4 Custom 5 Custom 6 Custom 7 Custom 8 Annuleren OK Status 10/10/2010 10:10 2-31

Voorbereiding voor het gebruik Papierformaat en mediatype voor de multifunctionele lade opgeven Om het papiertype dat wordt gebruikt in de multifunctionele lade vast in te stellen, moet u het papierformaat opgeven. Wanneer u ander papier dan normaal papier gebruikt, moet u het mediatype opgeven. Item Auto Papierformaat Standaardformaten 1 Standaardformaten 2 Overige Formaat invoer Beschrijving Het papierformaat wordt automatisch gedetecteerd en geselecteerd. Selecteer of het papier een metrisch formaat of een formaat in inches heeft. Selecteer uit de standaardformaten. De volgende papierformaten kunnen worden geselecteerd. Inch-modellen: Ledger, Legal, Letter, Letter-R, Statement-R, 12 18", Oficio II, Executive Metrische modellen: A3, B4, A4, A4-R, B5, B5-R, A5-R, B6-R, A6-R, Folio, 216 340 mm Selecteer uit de standaardformaten die niet bij Standaardformaten 1 staan. De volgende papierformaten kunnen worden geselecteerd. Inch-modellen: A3, B4, A4, A4-R, B5, B5-R, A5-R, B6-R, A6-R, Folio, 8K, 16K, 16K-R Metrische modellen: Ledger, Legal, Letter, Letter-R, Statement-R, 12 18", Oficio II, Executive, 8K, 16K, 16K-R Selecteer uit speciale standaardformaten en aangepaste formaten. De volgende papierformaten kunnen worden geselecteerd. ISO B5, Envelop #10 (Commercial #10), Envelop #9 (Commercial #9), Envelop #6 (Commercial #6 3/4), Envelop Monarch, Envelop DL, Envelop C5, Envelop C4, Hagaki, Oufuku Hagaki, Youkei 4, Youkei 2 Voer het formaat in dat niet tot de standaardformaten behoort. De volgende papierformaten kunnen worden geselecteerd. Inchformaat X (horizontaal): 5,83 tot 17" (in stappen van 0,01"), Y (verticaal): 3,86 tot 11,69" (in stappen van 0,01") Metrisch formaat X (horizontaal): 148 tot 432 mm (in stappen van 1 mm), Y (verticaal): 98 tot 297 mm (in stappen van 1 mm) Mediatype De volgende mediatypen kunnen worden geselecteerd: Normaal (105g /m 2 of minder), Ruw, Overhead, Velijn (60 tot 105 g/m 2 of minder), Etiketten, Gerecycled, Voorbedrukt**, Bond, Karton, Kleur, Geperforeerd**, Briefpapier**, Envelop, Dik (106 g/ m 2 en meer), Gecoat, Hoge kwaliteit en Custom 1 tot 8 * Om te wijzigen in een ander mediatype dan Normaal, raadpleeg de Engelse gebruikershandleiding. ** Om af te drukken op voorbedrukt of geperforeerd papier of op briefpapier, raadpleeg de Engelse gebruikershandleiding. OPMERKING: Als de optionele faxkit geïnstalleerd is en u de multifunctionele lade gebruikt om inkomende faxen af te drukken, dan zijn de volgende mediatypes beschikbaar. Normaal, Etiketten, Gerecycled, Bond, Velijn, Kleur, Gecoat, Karton, Envelop, Dik, Hoge kwaliteit, Ruw en Custom 1 tot 8 2-32

Voorbereiding voor het gebruik 1 Druk op de Systeemmenu-toets. 2 2 Druk op [Algemene instellingen], [Volgende] bij Inst. origineel/papier, [Volgende] bij Instelling multifunctionele lade en vervolgens op [Wijzigen] bij Papierformaat. Algemene instellingen - Papierformaat Het formaat van de multifunctionele cassette instellen. 3 Voor automatische detectie van het papierformaat drukt u op [Auto] en selecteert u [Metrisch] of [Inch] als eenheid. Auto Standaard Formaten 1 Standaard Formaten 2 Overige A3 A4 A4 A5 A6 B4 B5 B5 B6 216x340mm Om het papierformaat te selecteren drukt u op [Standaard Formaten 1], [Standaard Formaten 2], [Overige] of [Formaat invoer] en selecteert u het papierformaat. Formaat invoer Annuleren OK Status 10/10/2010 10:10 Algemene instellingen - Papierformaat Het formaat van de multifunctionele cassette instellen. Auto Standaard Formaten 1 Standaard Formaten 2 Overige Formaat invoer X(148-432) Nummers 297 mm Y(98-297) Nummers 210 mm Als u [Formaat invoer] hebt gekozen, drukt u op [+] of [ ] om de afmetingen X- (horizontaal) en Y- (verticaal) in te geven. U kunt het formaat rechtstreeks invoeren met de cijfertoetsen door op [Nummers] te drukken. 4 Druk op [OK]. Het vorige scherm verschijnt opnieuw. Annuleren OK Status 10/10/2010 10:10 Algemene instellingen - Mediatype De papiersoort in de multifunctionele cassette selecteren. 5 Druk op [Wijzigen] bij Mediatype en selecteer het mediatype. Druk vervolgens op [OK]. Normaal Transparant Ruw Velijn Etiketten Recycle Afgedrukt Dik papier Karton Kleur Geperf. Briefpap. Envelop Dik Gecoat Hoge kwalit. Custom 1 Custom 2 Custom 3 Custom 4 Custom 5 Custom 6 Custom 7 Custom 8 Annuleren OK Status 10/10/2010 10:10 2-33

Voorbereiding voor het gebruik Originelen plaatsen Volg de onderstaande stappen om de originelen voor kopiëren, verzenden of opslaan te plaatsen. Originelen op de glasplaat plaatsen Naast gewone vellen kunt u als origineel ook boeken of tijdschriften op de glasplaat plaatsen. 1 Open de glasplaatklep of de optionele documenttoevoer. OPMERKING: Zorg voor u de documenttoevoer opent, dat er geen originelen in de origineleninvoer of de originelenuitvoer zijn achtergebleven. Originelen die in de origineleninvoer of de originelenuitvoer zijn achtergebleven, kunnen op de grond vallen wanneer de documenttoevoer wordt geopend. Als u boeken of tijdschriften op het apparaat plaatst, doe dit dan met de glasplaatklep of de optionele documenttoevoer geopend. Er kunnen schaduwen ontstaan aan de randen en in het midden van opengevouwen originelen. 2 Plaats het origineel. Plaats de te scannen zijde met het beeld omlaag en leg het strak tegen de aanduidingen voor het origineelformaat aan met de linkerachterhoek als referentiepunt. OPMERKING: Voor meer details over de richting van het origineel, raadpleeg de Engelse gebruikershandleiding. 2-34

Voorbereiding voor het gebruik Aanduidingen origineelformaat (inch-modellen) 2 (metrische modellen) 3 Sluit de glasplaatklep of de optionele documenttoevoer. BELANGRIJK: Duw de glasplaatklep bij het sluiten niet met kracht omlaag. Te veel druk kan ervoor zorgen dat de glasplaat breekt. VOORZICHTIG: Laat de glasplaatklep of de optionele documenttoevoer niet openstaan, want dan bestaat er gevaar voor lichamelijk letsel. 2-35

Voorbereiding voor het gebruik Originelen in de documenttoevoer plaatsen De optionele documenttoevoer scant automatisch elk vel van meerdere originelen. Beide zijden van dubbelzijdige originelen worden gescand. Onderdeelnamen van de documenttoevoer (1) (2) (3) (4) (5) (6) (1) Lampje voor geplaatste originelen (2) Bovenklep (3) Breedtegeleiders voor originelen (4) Origineleninvoer (5) Originelenuitvoer (6) Originelenstopper (7) Handgreep voor openen (7) Originelen geschikt voor de documenttoevoer De documenttoevoer is geschikt voor de volgende types originelen. Documenttoevoer Documenttoevoer (documenttoevoer voor dubbelzijdig scannen) Gewicht 45 tot 160 g/m 2 (dubbelzijdig: 50 tot 120 g/m 2 ) 35 tot 220 g/m 2 (dubbelzijdig: 50 tot 220 g/m 2 ) Formaat Capaciteit Maximaal A3 tot minimaal A5-R Maximaal Ledger tot minimaal Statement-R Normaal papier (80 g/m 2 ), gekleurd papier, gerecycled papier, hogekwaliteitspapier: 100 vel (originelen van verschillende formaten: 30 vel) Dik papier (157 g/m 2 ): 50 vel Dik papier (120 g/m 2 ): 66 vel Kunstdrukpapier: 1 vel Maximaal A3 tot minimaal A5-R Maximaal Ledger tot minimaal Statement-R Normaal papier (80 g/m 2 ), gekleurd papier, gerecycled papier, hogekwaliteitspapier: 175 vel (originelen van verschillende formaten: 30 vel) Dik papier (157 g/m 2 ): 89 vel Dik papier (120 g/m 2 ): 116 vel Kunstdrukpapier: 1 vel Originelen niet geschikt voor de documenttoevoer Gebruik de documenttoevoer niet voor de volgende soorten originelen. Zachte originelen zoals vinylvellen Transparanten zoals OHP-film Carbonpapier Originelen met erg gladde oppervlakken Originelen met plakband of lijm Natte originelen Originelen met niet goed opgedroogde correctievloeistof Originelen met een onregelmatige vorm (niet rechthoekig) Originelen met uitsparingen Gekreukt papier 2-36

Voorbereiding voor het gebruik Originelen met vouwen (Strijk de vouwen glad voor plaatsing. Als u dit niet doet, kan een papierstoring optreden.) Originelen met paperclips of nietjes (Verwijder paperclips of nietjes en strijk eventuele golvingen, plooien of kreuken glad. Als u dit niet doet, kan een papierstoring optreden.) Zo plaatst u originelen 2 BELANGRIJK: Zorg ervoor, voor u originelen plaatst, dat er geen originelen in de originelenuitvoer zijn achtergebleven. Op de originelenuitvoer achtergebleven originelen kunnen de nieuwe originelen doen vastlopen. 1 Pas de breedtegeleiders voor de originelen aan. 2 Plaats de originelen. Plaats de te scannen zijde (of de eerste zijde van dubbelzijdige originelen) naar boven. Schuif de voorrand zo ver mogelijk in de documenttoevoer. Het lampje voor geplaatste originelen gaat aan. OPMERKING: Voor meer details over de richting van het origineel, raadpleeg de Engelse gebruikershandleiding. BELANGRIJK: Kijk of de breedtegeleiders voor originelen perfect op de originelen aansluiten. Als er nog ruimte is, past u de breedtegeleiders opnieuw aan. Als u dit niet doet, kan dit leiden tot een papierstoring. Zorg ervoor dat de geplaatste originelen niet boven de niveauaanduiding uitkomen. Als u dit niet doet, kan dit leiden tot een papierstoring (zie afbeelding). Originelen die voorgeboord of geperforeerd zijn, plaatst u zo dat de gaten of perforaties als laatste (en niet als eerste) worden gescand. 2-37

Voorbereiding voor het gebruik Lampje voor geplaatste originelen Het lampje voor geplaatste originelen brandt wel of niet, afhankelijk van de manier waarop de originelen zijn geplaatst. De aanduidingen en hun status zijn de volgende: Brandt groen: het origineel is correct geplaatst. Knippert groen: het origineel is niet correct geplaatst. Verwijder het en plaats het opnieuw. 2-38

3 Basisbediening In dit hoofdstuk worden de volgende bedieningshandelingen uitgelegd. Aanmelden/afmelden... 3-2 De toetsen Enter en Snelkiesnummer zoeken... 3-4 Informatie op het aanraakscherm... 3-5 Voorbeeld van origineel... 3-6 De kleurstand selecteren... 3-7 Kopiëren... 3-8 Verzenden... 3-23 Bevestigingsscherm voor bestemmingen... 3-30 Voorbereiding voor het verzenden van een document naar een pc... 3-31 Bestemming opgeven... 3-41 De documentbox gebruiken... 3-44 Taken annuleren... 3-53 Scherm Snelle instellingen... 3-55 Programma... 3-58 Sneltoetsen registreren (kopieer-, verzend- en documentboxinstellingen)... 3-61 Gebruik van de webbrowser... 3-63 Gebruik van de Weektimer... 3-65 Teller controleren... 3-66 Help-scherm... 3-66 3-1

Basisbediening Aanmelden/afmelden Als het gebruikersaanmeldingsbeheer ingeschakeld is, dan moeten de aanmeldingsgebruikersnaam en het wachtwoord worden ingevoerd om het apparaat te gebruiken. OPMERKING: Aanmelden is niet mogelijk als u uw aanmeldingsgebruikersnaam en -wachtwoord vergeten bent. Meld u zich in dit geval aan met beheerdersrechten en wijzig uw aanmeldingsgebruikersnaam en -wachtwoord. Als de gastverificatie-instelling ingeschakeld is, dan moet de toets Verificatie/Afmelden ingedrukt worden voor u aanmeldt. Raadpleeg voor meer informatie de Engelse gebruikershandleiding. Aanmelden Voer de gebruikersnaam en het wachtwoord in. Aanmelden op: 1 Als het afgebeelde scherm wordt weergegeven tijdens de bediening, drukt u op [Aanmeldingsgebruikernaam]. Aanmeldingsgebruikernaam Lokaal abcdef Nummers Druk op [Nummers] om de aanmeldingsgegevens in te voeren met de cijfertoetsen. Wachtwoord aanmelding ******** Nummers ID kaart Aanmelden Controleer teller Annuleren Aanmelding Status 10/10/2010 10:10 2 Voer de aanmeldingsgebruikersnaam in en druk op [OK]. 3 Druk op [Wachtwoord aanmelding]. Druk op [Nummers] om de aanmeldingsgegevens in te voeren met de cijfertoetsen. 4 Voer het wachtwoord in en druk op [OK]. 5 Controleer of de aanmeldingsgebruikersnaam en het wachtwoord juist zijn en druk op [Aanmelding]. OPMERKING: Als Netwerkverificatie geselecteerd is als gebruikersverificatiemethode, dan kan zowel Lokaal als Netwerk geselecteerd worden als verificatietype. 3-2

Basisbediening Snelle aanmelding Selecteer de gebruiker die aangemeld moet Als dit scherm wordt weergegeven tijdens de bediening, selecteer dan een gebruiker en meld aan. 01 02 03 Nr. A B C 1/1 Toetsenbord Aanmelden OPMERKING: Als er een aanmeldingswachtwoord moet worden opgegeven, dan verschijnt een invoerscherm. Raadpleeg voor meer informatie de Engelse gebruikershandleiding. 3 Status 10/10/2010 10:10 Afmelden U kunt zich afmelden bij het apparaat door op de toets Verificatie/Afmelden te drukken. Het invoerscherm voor de aanmeldingsgebruikersnaam en het aanmeldingswachtwoord verschijnt opnieuw. Gebruikers worden automatisch afgemeld in de volgende situaties: Als het apparaat in de slaapstand wordt geschakeld met de Power-toets. Als de automatische slaapstand wordt ingeschakeld. Als de automatische bedieningspaneel-resetfunctie wordt ingeschakeld. Als de automatische energiebesparende stand wordt ingeschakeld. Als het apparaat in de energiebesparende stand wordt geschakeld met de Spaarstand-toets. 3-3

Basisbediening De toetsen Enter en Snelkiesnummer zoeken In dit gedeelte wordt het gebruik van de toetsen Enter en Snelkiesnummer zoeken op het bedieningspaneel uitgelegd. Gebruik van de Enter ( )-toets De Enter-toets werkt op dezelfde manier als de toetsen op het aanraakscherm zoals [OK] en [Sluiten]. Het Enter-symbool ( ) wordt weergegeven naast de toets waarvan de functie uitgevoerd zal worden als de Enter-toets ingedrukt wordt (bijvoorbeeld [ OK], [ Sluiten]). Het gebruik van de Enter-toets wordt hieronder uitgelegd, waarbij het selecteren van papier als voorbeeld wordt gebruikt. Raadpleeg voor meer informatie de Engelse gebruikershandleiding. Papierselectie Orig. Zoomen Papier Gereed voor Kopiëren. (Kleur) : A4 : 100% : A4 Voorbeeld Auto Cassette A4 Normaal A3 Normaal A4 Normaal A4 Normaal A4 Normaal A4 Normaal A4 Normaal kopieën MP-lade MP-lade Papierinst. 1 Druk, in het papierselectiescherm, op de toets van de cassette met het gewenste papierformaat. Het Enter-symbool ( ) verschijnt op de toets [OK] op het aanraakscherm en geeft hiermee aan dat de Enter-toets dezelfde functie heeft als [OK]. 2 Om te kopiëren met het gekozen papier, drukt u op de Enter-toets (of op [OK]). Sneltoets toevoegen Annuleren OK Status 10/10/2010 10:10 Gebruik van de toets Snelkiesnummer zoeken ( ) Gebruik de toets Snelkiesnummer zoeken om een handeling uit te voeren door een nummer rechtstreeks met de cijfertoetsen in te voeren. U kunt bijvoorbeeld het snelkiesnummer voor een verzendbestemming opgeven of het programmanummer van een opgeslagen programma oproepen. De toets Snelkiesnummer zoeken voert dezelfde functie uit als de toets [Nr.] op het aanraakscherm. Het gebruik van de toets Snelkiesnummer zoeken wordt hieronder uitgelegd, waarbij het invoeren en gebruiken van een snelkiesnummer om een bestemming op te geven als voorbeeld wordt gebruikt. Raadpleeg voor meer informatie over snelkiezen Bestemming opgeven op pagina 3-41. 1 Druk op de toets Snelkiesnummer zoeken (of op [Nr.]) in het basisverzendscherm. AAA Status Gereed voor verzenden. Plaats het origineel. A OFFICE B OFFICE C OFFICE Op de haak 0001 Bestemming Details Adresboek BBB abcd@efg.com 0006 0007 0008 0009 0010 FFF GGG HHH III JJJ Bestemming Direct Snelle instellingen Voer het snelkiesnummer in met de cijfertoetsen. Annuleren (0001-1000) 0011 OK Orig./Verzendgeg.formaat Kleur/beeldkwaliteit 1/1 1/100 Geavanceerde instellingen Bestemming E-mailadres invoeren Maplocatie invoeren Faxnummer invoeren i-fax Adr. invoer WSD-scan Programma 10/10/2010 10:10 2 Gebruik in het nummerinvoerscherm de cijfertoetsen om het snelkiesnummer in te voeren. 3 Als u een snelkiesnummer ingevoerd heeft van 1 tot 3 cijfers, druk dan op de Enter-toets (of op [OK]). De opgegeven bestemming verschijnt in de lijst met bestemmingen. OPMERKING: Als u een 4-cijferig snelkiesnummer invoert, dan kan stap 3 overgeslagen worden. Het basisverzendscherm verschijnt en de opgegeven bestemming verschijnt in de lijst met bestemmingen. 3-4

Basisbediening Informatie op het aanraakscherm Informatie over originelen en papier Het aanraakscherm geeft de geselecteerde papierbron en uitvoerlade weer. Druk op Start om af te drukken. Druk op [Annuleren] om de instellingen te wijzigen. Beeld kopiëren Uitvoerlade Locatie origineel kopieën Sneltoets 1 Sneltoets 2 3 Papierbron Sneltoets 3 Formaat/richting van origineel en papier Orig. Zoomen Papier : A4 : 100% : A4 Annuleren Auto Papierselectie 1-zijdig >>1-zijdig Duplex 100% Zoomen Uit Combineren Normaal 0 Uit Dichtheid Nieten/ perforeren Sneltoets 4 Sneltoets 5 Sneltoets 6 Snelle instellingen Orig./papier/ voltooien Kleur/beeldkwaliteit Indelen /bewerken Geavanceerde instellingen Programma Status 10/10/2010 10:10 Resterende tonerhoeveelheid 3-5

Basisbediening Voorbeeld van origineel U kunt een voorbeeldafbeelding van het gescande document weergeven op het scherm. OPMERKING: Raadpleeg Documentvoorbeeld bekijken/documentdetails controleren op pagina 3-50 om een voorbeeld weer te geven van een beeld dat is opgeslagen in een custom box. De hier beschreven procedure is voor het kopiëren van een origineel van één pagina. Volg de onderstaande procedure om een voorbeeld van de gescande afbeelding te bekijken. 1 Plaats het origineel op de glasplaat en druk op de toets Kopiëren. Gereed voor Kopiëren. (Kleur) kopieën 2 Druk op [Voorbeeld]. Beeld kopiëren Sneltoets 1 Plaats origineel. Sneltoets 2 Sneltoets 3 Orig. : A4 : --- Zoomen : 100% : 100% Papier : A4 : --- Voorbeeld Snelle instellingen Orig./papier/ voltooien Auto 1-zijdig >>1-zijdig Duplex 100% Zoomen Uit Combineren Indelen /bewerken Normaal 0 Dichtheid Nieten/ perforeren Geavanceerde instellingen Sneltoets 4 Sneltoets 5 Sneltoets 6 Programma Status 10/10/2010 10:10 Orig. Zoomen Papier Beeld kopiëren Snelle instellingen Druk op Start om af te drukken. Druk op [Annuleren] om de instellingen te wijzigen. : A4 : 100% : A4 Annuleren Orig./papier/ voltooien Auto Kleur/beeldkwaliteit Papierselectie 1-zijdig >>1-zijdig Duplex Kleur/beeldkwaliteit Papierselectie 100% Zoomen Uit Combineren Indelen /bewerken Uit Normaal 0 Dichtheid Nieten/ perforeren Geavanceerde instellingen kopieën Sneltoets 1 Sneltoets 2 Sneltoets 3 Sneltoets 4 Sneltoets 5 Sneltoets 6 Programma Status 10/10/2010 10:10 Uit 3 Het apparaat begint het origineel te scannen. Wanneer het scannen is voltooid, verschijnt de voorbeeldafbeelding op het scherm. 4 Druk op [Annuleren] of op de Stop-toets als u de kwaliteit of de lay-out wilt wijzigen. Wijzig de instellingen en druk nogmaals op [Voorbeeld] om een voorbeeldafbeelding te bekijken met de nieuwe instellingen. OPMERKING: Als u een origineel van meerdere pagina's scant, wordt alleen een voorbeeld van de eerste pagina weergegeven. 5 Als het voorbeeld naar wens is, druk dan op de Start-toets. Het kopiëren begint. 3-6

Basisbediening De kleurstand selecteren Wanneer u een document scant en vervolgens kopieert, verzendt of opslaat, dan kunt u op het bedieningspaneel de kleurstand selecteren de gebruikt wordt om te scannen. 3 Herkent automatisch of het gescande document in kleur of zwart-wit is. Scant alle documenten in kleur. Scant alle documenten in zwart-wit. De basisprocedure voor het selecteren van de kleurstand wordt hieronder uitgelegd, waarbij het kopiëren van een kleurendocument als voorbeeld gebruikt wordt. 1 Druk op de toets Kopiëren. 2 Plaats het origineel in de documenttoevoer of op de glasplaat. 3 Druk op de toets Auto kleur, Kleur of Zwart-wit om de kleurstand te kiezen. 4 Voer de gewenste instellingen voor het kopiëren in. 5 Druk op de Start-toets. OPMERKING: U kunt de kleurstand scherpstellen via het aanraakscherm. Kopiëren: U kunt in één kleur kopiëren in cyaan, groen enzovoort. Verzenden/opslaan: U kunt Auto kleur (Kleur/Grijs), Auto kleur (Kleur/Z-W), Kleur of Grijstint selecteren. U kunt de standaardkleurstand voor kopiëren en verzenden/opslaan ook wijzigen. 3-7

Basisbediening Kopiëren Volg de onderstaande stappen voor de basishandelingen bij het kopiëren. 1 Druk op de toets Kopiëren. OPMERKING: Als het aanraakscherm uitgeschakeld is, druk dan op de toets Spaarstand of Power en wacht tot het apparaat opgewarmd is. 2 Plaats de originelen op de glasplaat of in de optionele documenttoevoer. OPMERKING: Raadpleeg Originelen plaatsen op pagina 2-34 voor informatie over het plaatsen. Beeld kopiëren Orig. : A4 : --- Zoomen : 100% : 100% Papier : A4 : --- Voorbeeld Snelle instellingen Gereed voor Kopiëren. (Kleur) Plaats origineel. Orig./papier/ voltooien Auto Kleur/beeldkwaliteit Papierselectie 1-zijdig >>1-zijdig Duplex 100% Zoomen Uit Combineren Indelen /bewerken Normaal 0 Dichtheid Nieten/ perforeren Geavanceerde instellingen kopieën Sneltoets 1 Sneltoets 2 Sneltoets 3 Sneltoets 4 Sneltoets 5 Sneltoets 6 Programma Status 10/10/2010 10:10 Uit 3 Zorg ervoor dat [Auto] is geselecteerd bij Papierselectie op het aanraakscherm. Er wordt automatisch papier geselecteerd dat overeenkomt met het formaat van het origineel. Als u het papierformaat wilt wijzigen, drukt u op [Orig./papier/voltooien], [Papierselectie] en selecteert u de gewenste papierbron. 4 Gebruik de cijfertoetsen om de hoeveelheid kopieën in te voeren. Geef het gewenste aantal tot 999 op. 5 Druk op de Start-toets om het kopiëren te starten. 3-8

Basisbediening Dichtheid instellen Volg de onderstaande procedure om de dichtheid in te stellen bij het kopiëren. Pas de dichtheid aan in 7 of 13 niveaus. Hieronder wordt de procedure beschreven voor het instellen van de dichtheid van kopieën. 1 Druk op de toets Kopiëren. 2 Plaats het origineel op de glasplaat. 3 Dichtheid Gereed voor Kopiëren. (Kleur) kopieën 3 Plaats het origineel op de glasplaat en druk op [Kleur/beeldkwaliteit] -> [Dichtheid]. 4 Pas de dichtheid aan door op [-3] (Lichter) tot [+3] (Donkerder) te drukken. U kunt het dichtheidsniveau van [-3] (lichter) tot [+3] (donkerder) in halve stappen wijzigen. Lichter Normaal Donkerdr 5 Druk op [OK]. Orig. Zoomen Papier : A4 : 100% : A4 Voorbeeld -3-2 -1 0 +1 +2 +3-2.5-1.5-0.5 +0.5 +1.5 +2.5 Sneltoets toevoegen Annuleren OK Status 10/10/2010 10:10 6 Druk op de Start-toets. Het kopiëren begint. 3-9

Basisbediening Beeldkwaliteit selecteren Selecteer de beeldkwaliteit die geschikt is voor het soort origineel. In de onderstaande tabel ziet u de beschikbare mogelijkheden. Beschikbare beeldkwaliteiten Beschrijving Tekst + foto*, ** Originele foto Tekst* Grafiek/Kaart* Printeruitvoer Boek/Tijdschrift Printeruitvoer Boek/Tijdschrift Fotopapier Uit Aan Printeruitvoer Boek/Tijdschrift Voor oorspronkelijk op dit apparaat afgedrukte documenten met een combinatie van tekst en foto's. Voor een combinatie van tekst en foto's in een tijdschrift enzovoort. Voor oorspronkelijk op dit apparaat afgedrukte foto's. Voor foto's in een tijdschrift enzovoort. Voor foto's gemaakt met een camera. Voor documenten met hoofdzakelijk tekst en oorspronkelijk afgedrukt op dit apparaat. Voor scherpe weergave van tekst in potlood en fijne lijnen. Voor oorspronkelijk op dit apparaat afgedrukte kaarten en diagrammen. Voor kaarten en diagrammen in een tijdschrift. * Marker selecteren is mogelijk. ** Als grijze tekst niet duidelijk wordt afgedrukt bij [Tekst + foto], dan kan het resultaat worden verbeterd door [Tekst] te selecteren. Hieronder wordt de procedure beschreven voor het selecteren van de beeldkwaliteit van kopieën. 1 Druk op de toets Kopiëren. 2 Plaats het origineel op de glasplaat. 3 Plaats het origineel op de glasplaat en druk op [Kleur/beeldkwaliteit] -> [Origineelbeeld]. Gereed voor Kopiëren. (Kleur) kopieën 4 Selecteer de beeldkwaliteit. Originele afbeelding Tekst+foto Foto Tekst Origineeltype Printeruitvoer Boek /Tijdschrift OPMERKING: Als het vakje Marker is aangevinkt en er wordt markeerpen gekopieerd, dan kan hiermee worden voorkomen dat de kleurweergave van de markeerpen te licht wordt. Orig. Zoomen Papier : A4 : 100% : A4 Voorbeeld Grafiek /Kaart Marker 5 Druk op [OK]. Sneltoets toevoegen Annuleren OK 6 Druk op de Start-toets. Het kopiëren begint. Status 10/10/2010 10:10 3-10

Basisbediening Kopiëren met zoom Stel de vergrotingsfactor in om het origineelbeeld te verkleinen of te vergroten. De volgende zoomopties zijn beschikbaar: Automatische zoom Letter-R Ledger: 129 % Hiermee kan het origineelbeeld automatisch worden verkleind of vergroot, zodat het beeld op het geselecteerde papierformaat past. 3 A4 A3: 141 % Statement-R: 64 % A5: 70 % Handmatige zoom 25 % Hiermee kan het origineelbeeld handmatig in stappen van 1% tussen 25% en 400% handmatig worden vergroot of verkleind. 400 % Vooraf ingestelde zoom Hiermee kan met een vooraf ingestelde vergrotingsfactor worden verkleind of vergroot. De volgende vergrotingsfactoren zijn beschikbaar: Inch Maateenheid Zoomfactor (Origineel >> Kopie) 100%, Auto, 400% (max.), 200% (STMT >> Ledger), 154% (STMT >> Legal), 129% (Letter >> Ledger), 121% (Legal >> Ledger), 78% (Legal >> Letter), 77% (Ledger >> Legal), 64% (Ledger >> Letter), 50% (Ledger >> STMT), 25% (min.) Metrisch 100%, Auto, 400% (max.), 200% (A5 >> A3), 141% (A4 >> A3, A5 >> A4), 127% (Folio >> A3), 106% (11 15" >> A3), 90% (Folio >> A4), 75% (11 15" >> A4), 70% (A3 >> A4, A4 >> A5), 50%, 25% (min.) Metrisch (Azië/ Pacific) 100%, Auto, 400% (max.), 200% (A5 >> A3), 141% (A4 >> A3, B5 >> B4), 122% (A4 >> B4, A5 >> B5), 115% (B4 >> A3, B5 >> A4), 86% (A3 >> B4, A4 >> B5), 81%(B4 >> A4, B5 >> A5), 70% (A3 >> A4, B4 >> B5), 50%, 25% (min.) 3-11

Basisbediening XY-zoom Y Hiermee kunnen de verticale en horizontale vergrotingsfactor onafhankelijk van elkaar worden geselecteerd. Verklein of vergroot originelen in stappen van 1% tussen 25% en 400%. X Hieronder wordt de procedure voor het kopiëren met zoom beschreven. 1 Druk op de toets Kopiëren. 2 Plaats het origineel op de glasplaat. 3 Plaats het origineel op de glasplaat en druk op [Indelen/Bewerken] -> [Zoomen]. Gereed voor Kopiëren. (Kleur) kopieën 4 Druk op [Standaard Zoomen] om de automatische zoom te gebruiken. Zoomen Orig. Zoomen Papier : A4 : 100% : A4 Voorbeeld Standaard Zoomen XY zoomen Max. 400% A5>>A3 200% A4>>A3 141% A5>>A4 A4>>B4 122% A5>>B5 B4>>A3 115% B5>>A4 (25-400) 400 % Nummers 100% auto A3>>B4 86% A4>>B5 81% 81% 70% A3>>A4 A4>>A5 50% 25% Min. Druk op [+] of [ ] om de weergegeven vergrotingsfactor naar wens te wijzigen. U kunt de vergrotingsfactor ook rechtstreeks invoeren met de cijfertoetsen door op [Nummers] te drukken. Bij de vooraf ingestelde zoom selecteert u de toets met de gewenste vergrotingsfactor. Sneltoets toevoegen Annuleren OK Status 10/10/2010 10:10 Gereed voor Kopiëren. (Kleur) kopieën Voor XY-zoomen drukt u op [XY zoomen]. Zoomen Orig. Zoomen Papier Status : A4 : 100% : A4 Voorbeeld Sneltoets toevoegen Standaard Zoomen XY zoomen X Y (25-400) Nummers (25-400) Nummers 100 100 Annuleren % % Bovenr. boven Afdr.richt. origineel OK 10/10/2010 10:10 Druk op [+] of [ ] om de weergegeven vergrotingsfactor van X (horizontaal) en van Y (verticaal) te wijzigen. U kunt de vergrotingsfactor ook rechtstreeks invoeren met de cijfertoetsen door op [Nummers] te drukken. Druk op [Afdr. richt. origineel] om de richting van het origineel te selecteren, namelijk [Bovenrand boven] of [Bovenrand links]. Druk vervolgens op [OK]. 5 Druk op [OK]. 6 Druk op de Start-toets. Het kopiëren begint. 3-12

Basisbediening Dubbelzijdig kopiëren Maak dubbelzijdige kopieën. De volgende opties voor dubbelzijdig kopiëren zijn beschikbaar. U kunt ook enkelzijdige kopieën maken van een tweezijdig origineel of van een origineel met twee pagina's naast elkaar zoals een boek. De volgende mogelijkheden zijn beschikbaar: Enkelzijdig naar dubbelzijdig 5 4 3 4 3 5 Hiermee kunnen dubbelzijdige kopieën van enkelzijdige originelen worden gemaakt. Bij een oneven aantal originelen zal de achterzijde van de laatst gekopieerde pagina blanco zijn. 3 2 2 1 1 Origineel Kopie ghi def abc Origineel A ghi abc def Kopie B ghi abc def De volgende bindopties zijn beschikbaar. A B Origineel links/rechts naar Binding links/rechts: Het beeld op de achterzijde wordt niet gedraaid. Origineel links/rechts naar Binding boven: Het beeld op de achterzijden wordt 180 gedraaid. De kopieën kunnen aan de bovenzijde worden ingebonden en staan dan in dezelfde richting bij het omslaan van de pagina's. Dubbelzijdig naar enkelzijdig 2 1 1 2 Hiermee kan elke zijde van een tweezijdig origineel op een afzonderlijk vel worden gekopieerd. Hiervoor is de optionele documenttoevoer vereist. Origineel Kopie De volgende bindopties zijn beschikbaar. Binding links/rechts: Het beeld op de achterzijde wordt niet gedraaid. Binding boven: Het beeld op de achterzijde wordt 180 gedraaid. Dubbelzijdig naar dubbelzijdig 2 1 4 3 5 2 1 4 3 5 Hiermee kunnen dubbelzijdige kopieën van dubbelzijdige originelen worden gemaakt. Hiervoor is de optionele documenttoevoer vereist. Origineel Kopie 3-13

Basisbediening OPMERKING: De ondersteunde papierformaten bij dubbelzijdig naar dubbelzijdig zijn Ledger, Legal, Letter, Letter-R, Executive, Statement-R, Oficio II, 216 340 mm, A3, B4, A4, A4-R, B5, B5-R, A5-R en Folio. Boek naar enkelzijdig 1 2 1 2 Hiermee kan een 1-zijdige kopie van een 2-zijdig origineel of een opengeslagen boek worden gemaakt. De volgende bindopties zijn beschikbaar. Origineel Kopie Binding links: Originelen met tegenover elkaar liggende pagina's worden van links naar rechts gekopieerd. Binding rechts: Originelen met tegenover elkaar liggende pagina's worden van rechts naar links gekopieerd. OPMERKING: Bij dubbelzijdig naar enkelzijdig en bij boek naar enkelzijdig worden de volgende formaten van origineel en papier ondersteund. Origineel: Ledger, Letter-R, A3, B4, A4-R, B5-R, A5-R en 8K. Papier: Letter, A4, B5 en 16K. U kunt het papierformaat wijzigen en de kopie verkleinen of vergroten tot dat formaat. Boek naar dubbelzijdig 1 2 3 4 Tegenover elkaar liggende pagina's -> Dubbelzijdig 2 1 4 3 Tegenover elkaar liggende pagina's -> Tegenover elkaar liggende pagina's 0 1 2 3 Hiermee kunnen dubbelzijdige kopieën van boeken met tegenover elkaar liggende pagina's worden gemaakt. OPMERKING: Bij boek naar dubbelzijdig worden de volgende formaten van origineel en papier ondersteund. Origineel: Ledger, Letter-R, A3, B4, A4- R, B5-R, A5-R en 8K. Papier: Letter, A4 en B5. 2 1 4 3 2 1 4 3 3 2 1 0 Origineel Kopie Hieronder wordt de procedure voor het dubbelzijdig/duplexkopiëren beschreven. 1 Druk op de toets Kopiëren. 2 Plaats het origineel op de glasplaat. 3 Druk op [Indelen/bewerken] en vervolgens op [Duplex]. 3-14

Basisbediening Gereed voor Kopiëren. (Kleur) kopieën 4 Selecteer de gewenste duplexoptie. Duplex 1-zijdig >>1-zijdig 1-zijdig >>2-zijdig 5 Als u [1-zijdig>>2-zijdig] of [2-zijdig>>2-zijdig] kiest, selecteer dan de bindzijde van de voltooide kopieën bij Voltooien. Orig. Zoomen Papier : A4 : 100% : A4 Voorbeeld 2-zijdig >>1-zijdig 2-zijdig >>2-zijdig Boek >>1-zijdig Boek >>2-zijdig voltooien Binding Links/rechts Binding Boven Bovenr. boven Afdr.richt. origineel Als u [Boek>>2-zijdig] kiest, druk dan op [Boek>>2- zijdig] of [Boek>> Boek] bij Voltooien om de duplexinstelling te selecteren. 3 Sneltoets toevoegen Annuleren OK Status 10/10/2010 10:10 Duplex Orig. Zoomen Papier Status Gereed voor Kopiëren. (Kleur) : A4 : 100% : A4 Voorbeeld Sneltoets toevoegen 1-zijdig >>1-zijdig 1-zijdig >>2-zijdig 2-zijdig >>1-zijdig 2-zijdig >>2-zijdig Boek >>1-zijdig Boek >>2-zijdig Origineel Binding Links/rechts Binding Boven Annuleren kopieën Bovenr. boven Afdr.richt. origineel OK 10/10/2010 10:10 6 Als u [2-zijdig>>1-zijdig], [2-zijdig>>2-zijdig], [Boek>>1-zijdig] of [Boek>>2-zijdig] kiest, selecteer dan de bindzijde van de originelen bij Origineel. 7 Druk op [Afdr. richt. origineel] om de richting van het origineel te selecteren, namelijk [Bovenrand boven] of [Bovenrand links]. Druk vervolgens op [OK]. 8 Druk op [OK]. 9 Druk op de Start-toets. Als het origineel op de glasplaat gescand is, vervangt u het door het volgende. Druk vervolgens op de Start-toets. Nadat u alle originelen hebt gescand, drukt u op [Scan volt.] om het kopiëren te starten. Kopiëren met sorteren/verschuiven Het apparaat kan sorteren en verschuiven terwijl het kopieert. U kunt de kopieerfuncties sorteren/verschuiven gebruiken voor de hieronder beschreven taken. Sorteren 1 2 3 3 2 1 3 2 1 3 2 1 Meerdere originelen worden gescand en volledige sets met kopieën worden op paginanummer afgeleverd. Origineel Kopie 3-15

Basisbediening Verschuiven Zonder documentfinisher 3 2 1 Origineel 3 2 1 3 2 1 3 2 1 Kopie (elke set) Als de optionele documentfinisher niet geïnstalleerd is en u gebruikt de functie Verschuiven, dan worden de kopieën afgedrukt nadat elke set (of pagina) 90º gedraaid is. OPMERKING: Om Sorteren te gebruiken, moet hetzelfde papierformaat als in de geselecteerde papierlade in een andere richting in een andere papierlade worden geplaatst. De papierformaten die bij Verschuiven worden ondersteund, zijn A4, B5, Letter en 16K. Met documentfinisher 2 3 1 3 2 1 Origineel 3 2 1 3 2 1 Kopie (elke set) Wanneer u gebruik maakt van verschuiven, dan worden de afgedrukte kopieën opgesplitst na elke set met kopieën (of na elke pagina). OPMERKING: Hiervoor is de optionele documentfinisher vereist. De papierformaten die bij Verschuiven worden ondersteund zijn A3, B4, A4, B5, Letter, Legal, Ledger, Oficio II, 8k, 16k, 216 340 mm en Folio. Hieronder wordt de procedure beschreven voor het kopiëren met sorteren/verschuiven. 1 Druk op de toets Kopiëren. 2 Plaats het origineel op de glasplaat. 3 Druk op [Orig./papier/voltooien] en vervolgens op [Samenvoegen/verschuiven]. Gereed voor Kopiëren. (Kleur) kopieën 4 Druk voor kopiëren met Sorteren op [Aan] bij Sorteren. Samenvoegen/verschuiven Sorteren Uit Aan Druk voor kopiëren met Verschuiven op [Per set] bij Verschuiven. Druk op [OK]. Orig. Zoomen Papier : A4 : 100% : A4 Verschuiven Uit Per set Voorbeeld Sneltoets toevoegen Annuleren OK Status 10/10/2010 10:10 3-16

Basisbediening Gereed voor Kopiëren. (Kleur) Samenvoegen/verschuiven Sorteren kopieën Als [Uit] is geselecteerd voor Sorteren, drukt u op [Uit] of [Elke pagina] bij Verschuiven. 5 Druk op [OK]. Uit Aan Orig. Zoomen Papier : A4 : 100% : A4 Verschuiven Uit Elke pagina 3 Voorbeeld Sneltoets toevoegen Annuleren OK Status 10/10/2010 10:10 6 Druk op de Start-toets. Het kopiëren begint. Volgende taak reserveren Met deze functie kunt u tijdens het afdrukken de volgende taak reserveren. Als u deze functie gebruikt, dan wordt het origineel gescand terwijl het apparaat aan het afdrukken is. Als de huidige afdruktaak klaar is, dan wordt de gereserveerde kopieertaak afgedrukt. De procedure verschilt afhankelijk van de instelling van Volg. prioriteit behouden (zie de Engelse gebruikershandleiding). Als Volg. prioriteit behouden is ingesteld op [Aan] Het standaardscherm van de kopieerfunctie verschijnt op het aanraakscherm tijdens het afdrukken. Gereed voor Kopiëren. (Kleur) Beeld kopiëren Plaats origineel. kopieën Sneltoets 1 Sneltoets 2 Sneltoets 3 1 Plaats de originelen voor de gereserveerde kopieertaak op het apparaat en kies de kopieerinstellingen. Orig. : A4 : --- Zoomen : 100% : 100% Papier : A4 : --- Voorbeeld Snelle instellingen Orig./papier/ voltooien Auto Kleur/beeldkwaliteit Papierselectie 1-zijdig >>1-zijdig Duplex 100% Zoomen Uit Combineren Indelen /bewerken Normaal 0 Dichtheid Nieten/ perforeren Geavanceerde instellingen Sneltoets 4 Sneltoets 5 Sneltoets 6 Programma Status 10/10/2010 10:10 Uit 2 Druk op de Start-toets. Het apparaat begint de originelen te scannen. Als de huidige afdruktaak klaar is, dan wordt de gereserveerde kopie afgedrukt. Als Volg. prioriteit behouden is ingesteld op [Uit] Het kopieerscherm verschijnt op het aanraakscherm tijdens het afdrukken. 3-17

Basisbediening Kopiëren... kopieën Taaknr.: 000021 Taaknaam: doc20081010101034 Gebruiker: ----- Scanner instelling Printerinstelling Gescande pagina's kopieën 1 Druk op [Res. volgende]. Het standaardscherm voor kopiëren verschijnt. 2 2/ 24 A4 100% 2-zijdig Bovenrand boven A4 2-zijdig Sorteren Normaal Binnenste uitvoerlade Annuleren Res. volgende Status 10/10/2010 10:10 2 Plaats de originelen voor de gereserveerde kopieertaak op het apparaat en kies de kopieerinstellingen. 3 Druk op de Start-toets. Het apparaat begint de originelen te scannen. Als de huidige afdruktaak klaar is, dan wordt de gereserveerde kopie afgedrukt. Kopiëren tijdens onderbreking Met deze functie kunt u de huidige, lopende taak onderbreken als u meteen kopieën wilt maken. Aan het einde van de onderbreking gaat het apparaat verder met het afdrukken van de onderbroken taak. OPMERKING: Als het apparaat gedurende 60 seconden niet wordt bediend, wordt de onderbreking om tussendoor te kopiëren automatisch geannuleerd en wordt het afdrukken hervat. U kunt de tijdsduur waarna de onderbreking om te kopiëren wordt geannuleerd wijzigen. Stel de tijdsduur naar wens in. Raadpleeg voor meer informatie de Engelse gebruikershandleiding. Onderbreken mogelijk. (Kleur) Beeld kopiëren kopieën Sneltoets 1 1 Druk op de Interrupt-toets. De huidige afdruktaak wordt tijdelijk onderbroken. Plaats origineel. Sneltoets 2 Sneltoets 3 Orig. : A4 : --- Zoomen : 100% : 100% Papier : A4 : --- Voorbeeld Snelle instellingen Orig./papier/ voltooien Auto Kleur/beeldkwaliteit Papierselectie 1-zijdig >>1-zijdig Duplex 100% Zoomen Uit Combineren Indelen /bewerken Normaal 0 Dichtheid Nieten/ perforeren Geavanceerde instellingen Sneltoets 4 Sneltoets 5 Sneltoets 6 Programma Status 10/10/2010 10:10 Uit 3-18 2 Plaats de originelen voor het kopiëren tijdens de onderbreking op het apparaat en kies de kopieerinstellingen. 3 Druk op de Start-toets om het kopiëren tijdens de onderbreking te starten. 4 Als u klaar bent met kopiëren tijdens de onderbreking, druk dan op de Interrupt-toets. Het apparaat gaat verder met het afdrukken van de onderbroken taak.

Basisbediening Nieten Gebruik deze functie om uw afgewerkte kopieën te nieten. OPMERKING: Voor het nieten is de optionele documentfinisher vereist. Wij wijzen er ook op dat u voor nieten in het midden (zadelsteek) de vouweenheid nodig heeft. De volgende mogelijkheden voor nieten en richting zijn beschikbaar. 3 Richting origineel: Bovenrand boven (Rand achter) Richting origineel: Bovenrand boven (Rand achter) Richting origineel: Bovenrand links (Linkerbovenhoek) Richting origineel: Bovenrand links (Linkerbovenhoek) Richting van het papier in de cassette Richting van het papier in de cassette OPMERKING: Bij B5-R en 16K-R met "één nietje" wordt niet schuin geniet. 3-19

Basisbediening Gebruik de onderstaande procedure om geniete kopieën te maken. 1 Druk op de toets Kopiëren. 2 Plaats het origineel op de glasplaat. OPMERKING: Raadpleeg voor Verschillende formaten nieten de Engelse gebruikershandleiding. 3 Druk op [Orig./papier/voltooien] en vervolgens op [Nieten/perforeren]. Gereed voor Kopiëren. (Kleur) kopieën 4 Selecteer de plek voor het nieten. Nieten/perforeren Orig. : A4 Zoomen : 100% Papier : A4 Voorbeeld Status Sneltoets toevoegen Nieten Uit Perforeren Uit Boven Links Boven Rechts 2 nietjes Links 2 gaatjes Links 2 gaatjes Boven 2 gaatjes Rechts 2 nietjes Boven 2 nietjes Rechts Zadelsteek 3 gaten Links 3 gaten Boven 3 gaten Rechts Annuleren Bovenr. boven Afdr.richt. origineel OK 10/10/2010 10:10 OPMERKING: Druk voor het nieten met zadelsteek op [Zadelsteek]. Let erop dat u de originelen met het voorblad onderaan plaatst. Raadpleeg voor meer informatie over de zadelsteek de Engelse gebruikershandleiding. 5 Druk op [Afdr. richt. origineel] om de richting van het origineel te selecteren, namelijk [Bovenrand boven] of [Bovenrand links]. Druk vervolgens op [OK]. 6 Druk op [OK]. 7 Druk op de Start-toets. Het kopiëren begint. Verschillende formaten nieten Ook bij verschillende papierformaten kan de uitvoer worden geniet, op voorwaarde dat of de lengte of de breedte van het papier gelijk is zoals weergegeven in de onderstaande combinaties. Er kunnen maximaal 30 vellen worden geniet. A4 B5 Letter A4 B5 Letter A3 B4 Ledger A3 B4 Ledger A3 en A4 B4 en B5 Ledger en Letter Ledger en Letter-R 8K en 16K Letter-R Legal Letter-R Legal 3-20

Basisbediening Perforeren Perforeer gaten in een stapel afgewerkte kopieën om vervolgens in te binden. OPMERKING: Hiervoor zijn de optionele documentfinisher en de perforator vereist. De richtingen van het origineel en de bijbehorende perforaties zijn als volgt. Origineel Kopie Richting van het origineel Glasplaat Documenttoevoer 3 OPMERKING: Bij het inch-model zijn tweegaats of driegaats perforaties mogelijk. Bij het metrisch model zijn tweegaats of viergaats perforaties mogelijk. 3-21

Basisbediening Volg de onderstaande stappen voor het perforeren. Nieten/perforeren Gereed voor Kopiëren. (Kleur) Nieten Uit Boven Links Boven Rechts 2 nietjes Links 2 nietjes Boven 2 nietjes Rechts Zadelsteek kopieën 1 Druk op de toets Kopiëren. 2 Plaats het origineel op de glasplaat. 3 Druk op [Orig./papier/voltooien] en vervolgens op [Nieten/perforeren]. 4 Selecteer de manier van perforeren. 5 Druk op [Afdr. richt. origineel] om de richting van het origineel te selecteren, namelijk [Bovenrand boven] of [Bovenrand links]. Druk vervolgens op [OK]. Orig. : A4 Zoomen : 100% Papier : A4 Voorbeeld Perforeren Uit 2 gaatjes Links 2 gaatjes Boven 2 gaatjes Rechts 3 gaten Links 3 gaten Boven 3 gaten Rechts Bovenr. boven Afdr.richt. origineel 6 Druk op [OK]. Sneltoets toevoegen Annuleren OK Status 10/10/2010 10:10 7 Druk op de Start-toets. Als het origineel op de glasplaat geplaatst is. Plaats het volgende origineel en druk op de Start-toets. Het kopiëren begint. Als alle originelen gescand zijn, druk dan op [Scannen volt.]. Het kopiëren begint. 3-22

Basisbediening Verzenden Dit apparaat kan een gescand beeld verzenden als bijlage bij een e-mailbericht of naar een pc die is verbonden met het netwerk. Hiervoor moet het adres van de afzender en van de bestemming (ontvanger) worden geregistreerd in het netwerk. Er is een netwerkomgeving vereist waarin het apparaat verbinding kan maken met een mailserver. Er wordt aanbevolen een lokaal netwerk (LAN) te gebruiken om problemen met de verzendsnelheid en de beveiliging te verhelpen. 3 Tegelijk met het verzenden van een gescande afbeelding kunt u de afbeelding ook afdrukken of verzenden naar de documentbox. Voer de volgende stappen uit om de scanfunctie te gebruiken: Programmeer de instellingen, waaronder ook de e-mailinstelling op het apparaat. Gebruik het Command Center RX (de interne HTML-internetpagina) om het IP-adres, de hostnaam van de SMTP-server, de ontvanger en de e-mailinstellingen te registreren. Registreer de bestemming in het adresboek of onder een snelkiestoets. Wanneer de pc-map (SMB/FTP) wordt geselecteerd, moet de doelmap worden gedeeld. Neem contact op met uw beheerder om de pc-map in te stellen. Maak/registreer een documentbox (wanneer een documentbox is geselecteerd als bestemming) Selecteer gedetailleerde verzendingsinstellingen (om een documentbox te selecteren als bestemming of om het beeld tegelijk af te drukken en te verzenden) Volg de onderstaande stappen voor de basishandelingen bij het verzenden. De volgende vijf opties zijn beschikbaar. Verzenden als e-mail: verzendt een gescand origineelbeeld als bijlage van een e-mailbericht...pagina 3-24 Verzenden naar map (SMB): slaat een gescand origineelbeeld op in een gedeelde map van eender welke pc...pagina 3-25 Verzenden naar map (FTP): slaat een gescand origineelbeeld op in een map van een FTP-server...pagina 3-25 Verzenden naar documentbox: verzendt een document opgeslagen in een documentbox op dit apparaat...raadpleeg de Engelse gebruikershandleiding Afbeeldingsgegevens scannen met TWAIN/WIA: scant het document met een TWAIN- of WIA-compatibel programma...raadpleeg de TWAIN/WIA Driver Operation Guide OPMERKING: Verschillende verzendopties kunnen gecombineerd worden opgegeven. Raadpleeg Verzenden naar verschillende soorten bestemmingen (multi-verzenden) op pagina 3-43. De faxfunctie kan worden gebruikt als de optionele faxkit is geïnstalleerd. Voor meer informatie over deze functie, raadpleeg de FAX Operation Guide. 3-23

Basisbediening Verzenden als e-mail Verzendt een gescand origineelbeeld als bijlage van een e-mailbericht. OPMERKING: Open het Command Center RX van tevoren en voer de instellingen in voor het versturen van een e-mail. Raadpleeg Command Center RX (instellingen voor e-mail) op pagina 2-14 voor meer informatie. 1 Druk op de toets Verzenden. Het scherm voor verzenden wordt weergegeven. OPMERKING: Afhankelijk van de instellingen kan het zijn dat het scherm met het adresboek verschijnt. Druk in dat geval op [Annuleren] om het scherm voor verzenden weer te geven. 2 Plaats het origineel op de glasplaat. E-mailadres invoeren Gereed voor verzenden. Voer de bestemming in. E-mailadres Voeg een nieuwe E-mailadres toe. Druk op [E-mailadres] en voer het adres in m.b.v. het toetsenbord op het scherm. Bestemming 3 Druk op [E-mailadres invoeren] en vervolgens op [E-mailadres]. OPMERKING: De bestemmingen kunnen worden opgegeven via het adresboek of met de snelkiestoetsen. Raadpleeg Bestemming opgeven op pagina 3-41. Toevoegen aan adresboek Volgend adres Annuleren OK Status 10/10/2010 10:10 4 Voer het e-mailadres van de bestemming in en druk op [OK]. 5 Druk op [Volgend adres] en herhaal stap 3 om de bestemming op te geven. U kunt tot 100 e- mailadressen opgeven. OPMERKING: Wanneer [Toevoegen aan adresboek] wordt weergegeven, zijn de bestemmingen in het adresboek geregistreerd. 6 Druk op [OK]. De bestemmingen worden in de lijst met bestemmingen geregistreerd. 3-24

Basisbediening Gereed voor verzenden. Bestemming 7 Controleer de lijst met bestemmingen. Bestemming ABCD Details abcd@efg.com TUVW 192.168.188.120 1/1 Adresboek E-mailadres invoeren Selecteer een bestemming en druk op [Details/ bew.] om deze te controleren en te bewerken. Status Group1 Op de haak 0001 0002 0003 0004 0005 AAA BBB CCC DDD EEE 0006 0007 0008 0009 0010 FFF GGG HHH III JJJ Bestemming Direct Snelle instellingen Keten Group1 Details/bew. Verwijderen Opnw bellen Orig./Verzendgeg.formaat Kleur/beeldkwaliteit Nr. 1/100 Geavanceerde instellingen Maplocatie invoeren Faxnummer invoeren i-fax Adr. invoer WSD-scan Programma 10/10/2010 10:10 Selecteer een bestemming en druk op [Verwijderen] om de bestemming uit de lijst te verwijderen. OPMERKING: Wanneer u [Aan] selecteert voor het Controleren van een nieuwe bestemming (raadpleeg de Engelse gebruikershandleiding), dan verschijnt het bevestigingsscherm. Voer de bestemmingsgegevens in en druk op [OK]. 3 Wanneer u [Aan] selecteert voor het Controleren van de bestemming voor verzenden (raadpleeg de Engelse gebruikershandleiding), dan verschijnt het bevestigingsscherm nadat u op de Start-toets gedrukt heeft. Voor meer informatie, raadpleeg Bevestigingsscherm voor bestemmingen op pagina 3-30. 8 Druk op de Start-toets. Het verzenden begint. Verzenden naar map (SMB)/Verzenden naar map (FTP) Het beeldbestand van het gescande origineel wordt in de opgegeven gedeelde map van eender welke pc opgeslagen. Slaat een gescand origineelbeeld op in een map van een FTP-server. OPMERKING: Raadpleeg Een gedeelde map aanmaken op pagina 3-33 voor meer informatie over het delen van een map. Zorg ervoor dat SMB-protocol of FTP in het Command Center RX op Aan ingesteld is. Raadpleeg voor meer informatie de Command Center RX Operation Guide. 1 Druk op de toets Verzenden. Het scherm voor verzenden wordt weergegeven. OPMERKING: Afhankelijk van de instellingen kan het zijn dat het scherm met het adresboek verschijnt. Druk in dat geval op [Annuleren] om het scherm voor verzenden weer te geven. 3-25

Basisbediening 2 Plaats het origineel op de glasplaat. 3 Druk op [Maplocatie invoeren] en vervolgens op [SMB] of [FTP]. OPMERKING: De bestemmingen kunnen worden opgegeven via het adresboek of met de snelkiestoetsen. Raadpleeg Bestemming opgeven op pagina 3-41 voor meer informatie. SMB FTP Gereed voor verzenden. Voer de bestemming in. Locatie van de folderinvoeren. Hostnaam Pad Bestemming 4 Voer de hostnaam, het pad en de aanmeldingsgebruikersnaam en het aanmeldingswachtwoord in. Druk op de toets van elke instelling om eerst het invoerscherm weer te geven. Status Toevoegen aan adresboek SMB Host zoeken Volgend adres Om een map te zoeken op een pc in het netwerk, drukt u op [SMB Host zoeken] of [Windowsnetwerk]. Aanmeldingsgebruikernaam Wachtwoord aanmelding Windowsnetwerk Annuleren Verbinding testen OK 10/10/2010 10:10 Als u op [SMB Host zoeken] heeft gedrukt, kunt u Domein/Werkgroep en Hostnaam opgeven om op de pc's in het netwerk naar een bestemming te zoeken. Als u op [Windows-netwerk] heeft gedrukt, dan kunt u op alle pc's van het netwerk naar een bestemming zoeken. Als u op [Windows-netwerk] heeft gedrukt, dan wordt op alle pc's van het netwerk gezocht. Er kunnen maximaal 500 adressen worden weergegeven. Selecteer in het scherm dat verschijnt de hostnaam (pc-naam) die u wilt opgeven en druk vervolgens op [Volgende]. Het scherm voor het invoeren van de aanmeldingsgebruikersnaam en het aanmeldingswachtwoord verschijnt. Nadat u de aanmeldingsgebruikersnaam en het aanmeldingswachtwoordvan de bestemmings-pc heeft ingevoerd, verschijnen de gedeelde mappen. Selecteer de map die u wilt opgeven en druk vervolgens op [Volgende]. Het adres van de geselecteerde gedeelde map is ingesteld. OPMERKING: Druk op [Verbinding testen] om de verbinding met de gekozen computer te controleren. Als de verbinding mislukt, controleer dan de ingevoerde gegevens. Selecteer de map uit de lijst met zoekresultaten en ga naar stap 6. 3-26

Basisbediening 5 Voer de bestemmingsgegevens in en druk op [OK]. Gebruik het toetsenbord voor invoer. Limiet: 128 tekens invoeren: 0 tekens Backspace! @ # $ % ^ & * ( ) _ + Q W E R T Y U I O P { } A S D F G H J K L : " Z X C V B N M < >? Lower-case H-letter K-letter Nr./symb. Spatie 3 Abbrechen OK Status 10/10/2010 10:10 De in te voeren gegevens zijn als volgt. OPMERKING: Aanmelden is niet mogelijk als u uw aanmeldingsgebruikersnaam en -wachtwoord vergeten bent. Neem contact op met uw beheerder en vraag uw aanmeldingsgebruikersnaam en -wachtwoord na. Voor verzenden naar map (SMB) Item In te voeren gegevens Max. aantal karakters Hostnaam* Pad Aanmelding wachtwoord Hostnaam of IP-adres van de ontvangende pc. Pad naar de ontvangstmap zoals in onderstaand voorbeeld. Bijvoorbeeld, User\ScanData. Gebruikersnaam voor toegang tot de pc Bijvoorbeeld abcdnet\james.smith Wachtwoord voor toegang tot de pc Max. 64 karakters Max. 128 karakters Max. 64 karakters Max. 64 karakters * Gebruik voor het invoeren van een ander poortnummer dan het standaardnummer (139) de notatie hostnaam: poortnummer (vb. SMB-hostnaam:140). Zet het IPv6-adres bij het invoeren tussen rechte haakjes [ ]. (bijvoorbeeld [3ae3:9a0:cd05:b1d2:28a:1fc0:a1:10ae]:140) Voor verzenden naar map (FTP) Item In te voeren gegevens Max. aantal karakters Hostnaam* Hostnaam of IP-adres van de FTP-server Max. 64 karakters Pad Aanmeldingsgebruikersnaam Aanmeldingsgebruikersnaam Pad naar de ontvangstmap. Bijvoorbeeld, User\ScanData. Anders worden de gegevens in de basismap opgeslagen. Aanmeldingsgebruikersnaam FTP-server Max. 128 karakters Max. 64 karakters 3-27

Basisbediening Item In te voeren gegevens Max. aantal karakters Aanmelding wachtwoord Aanmeldingswachtwoord FTP-server Max. 64 karakters * Gebruik voor het invoeren van een ander poortnummer dan het standaardnummer (21) de notatie "hostnaam: poortnummer (vb. FTP-hostnaam:140). Zet het IPv6-adres bij het invoeren tussen rechte haakjes [ ]. (bijvoorbeeld [3ae3:9a0:cd05:b1d2:28a:1fc0:a1:10ae]:140) SMB Gereed voor verzenden. Voer de bestemming in. Locatie van de folderinvoeren. Hostnaam Bestemming 6 Nadat u alles hebt ingevoerd, drukt u op [Verbinding testen] om de verbinding te controleren. FTP Pad SMB Host zoeken Aanmeldingsgebruikernaam Wachtwoord aanmelding Windowsnetwerk Verbinding testen OPMERKING: Verbonden. verschijnt wanneer de verbinding met de bestemming correct tot stand is gebracht. Als Kan geen verbinding maken. verschijnt, controleer dan de ingevoerde gegevens. Status Toevoegen aan adresboek Volgend adres Annuleren OK 10/10/2010 10:10 Als u een andere bestemming wilt opgeven, gaat u naar stap 7. Als u slechts één bestemming wilt opgeven, gaat u naar stap 8. 7 Druk op [Volgend adres] en herhaal de stappen 4 tot 6 om de bestemming op te geven. U kunt een combinatie van in het totaal maximaal 10 FTP- en SMB-doelmappen opgeven. OPMERKING: Wanneer [Toevoegen aan adresboek] wordt weergegeven, worden de ingevoerde gegevens in het adresboek geregistreerd. 8 Druk op [OK] om de ingevoerde gegevens in de lijst met bestemmingen te registreren. Op de haak Gereed voor verzenden. Bestemming ABCD Details abcd@efg.com TUVW 192.168.188.120 Group1 Group1 Direct Keten 0001 0002 0003 0004 0005 AAA BBB CCC DDD EEE 0006 0007 0008 0009 0010 FFF GGG HHH III JJJ 1/1 Details/bew. Verwijderen Opnw bellen Nr. 1/100 Bestemming Adresboek E-mailadres invoeren Maplocatie invoeren Faxnummer invoeren i-fax Adr. invoer WSD-scan 9 Controleer de lijst met bestemmingen. Selecteer een bestemming en druk op [Details/ bew.] om deze te controleren en te bewerken. Bewerk de gegevens indien nodig volgens de stappen 4 tot 6. Selecteer een bestemming en druk op [Verwijderen] om de bestemming uit de lijst te verwijderen. Bestemming Snelle instellingen Orig./Verzendgeg.formaat Kleur/beeldkwaliteit Geavanceerde instellingen Programma Status 10/10/2010 10:10 OPMERKING: Wanneer u [Aan] selecteert voor het Controleren van een nieuwe bestemming (raadpleeg de Engelse gebruikershandleiding), dan verschijnt het bevestigingsscherm. Voer dezelfde hostnaam en pad opnieuw in en druk op [OK]. 3-28

Basisbediening Wanneer u [Aan] selecteert voor het Controleren van de bestemming voor verzenden (raadpleeg de Engelse gebruikershandleiding), dan verschijnt het bevestigingsscherm nadat u op de Start-toets gedrukt heeft. Voor meer informatie, raadpleeg Bevestigingsscherm voor bestemmingen op pagina 3-30. 10 Druk op de Start-toets. Het verzenden begint. 3 3-29

Basisbediening Bevestigingsscherm voor bestemmingen Wanneer u [Aan] selecteert voor het Controleren van de bestemming voor verzenden (raadpleeg de Engelse gebruikershandleiding), dan verschijnt het bevestigingsscherm met bestemmingen nadat u op de Start-toets gedrukt heeft. Volg de onderstaande stappen om de bestemmingen te bevestigen. Gereed voor verzenden. Bestemming 1 Druk op [ ] of [ ] om elke bestemming te bevestigen. Bestemming A OFFICE 1234567890 Details Druk op [Details] om gedetailleerde informatie over de geselecteerde bestemming weer te geven. Annuleren Controleren Details Verwijderen Om de bestemming te verwijderen, selecteert u de bestemming die u wilt verwijderen en drukt u op [Verwijderen]. Druk op [Ja] in het bevestigingsscherm. De bestemming wordt verwijderd. Status 10/10/2010 10:10 Om de bestemming toe te voegen, drukt u op [Annuleren] en keert u vervolgens terug naar het bestemmingsscherm. 2 Druk op [Controleren]. OPMERKING: Zorg ervoor dat u elke bestemming bevestigt door deze weer te geven op het aanraakscherm. U kunt pas op [Controleren] drukken als u elke bestemming bevestigd heeft. 3 Druk op de Start-toets om het verzenden te starten. 3-30

Basisbediening Voorbereiding voor het verzenden van een document naar een pc Controleer de informatie die moet worden ingesteld op het apparaat en maak een map aan waarin het document op uw pc moet worden ontvangen. In de hierna volgende uitleg worden schermen van Windows 7 gebruikt. Bepaalde details in de schermen kunnen verschillen in andere Windows-versies. OPMERKING: Meld u aan bij Windows met beheerdersrechten. 3 Controleren wat moet worden opgegeven als [Hostnaam] Controleer de naam van de bestemmingscomputer. 1 Selecteer in het menu Starten Computer en vervolgens Systeemeigenschappen. Controleer in het scherm dat verschijnt de computernaam. In Windows XP, klikt u met de rechtermuisknop op Deze computer en selecteert u Eigenschappen. Het dialoogvenster Systeemeigenschappen verschijnt. Klik op het tabblad Computernaam in het scherm dat verschijnt en controleer de computernaam. Als er een werkgroep is Alle karakters van de "Volledige computernaam" moeten worden ingevoerd bij Hostnaam. (Bijvoorbeeld: PC4050) Als er een domein is De karakters links van het eerste punt (.) in de "Volledige computernaam" moeten worden ingevoerd bij Hostnaam. (Bijvoorbeeld: pc4050) 2 Na het controleren van de computernaam, klikt u op [ X ] (Sluiten) om het scherm met Systeemeigenschappen af te sluiten. In Windows XP klikt u, na het controleren van de computernaam, op de knop Annuleren om het scherm met Systeemeigenschappen af te sluiten. 3-31

Basisbediening Controleren wat moet worden opgegeven als [Aanmeldingsgebruikersnaam] Controleer de domeinnaam en de gebruikersnaam voor het aanmelden bij Windows. 1 Selecteer in het menu Starten Alle programma's (of Programma's), Bureau-accessoires en vervolgens Opdrachtprompt. Het scherm Opdrachtprompt verschijnt. 2 Voer in het scherm Opdrachtprompt "net config workstation" in en druk op Enter. Schermvoorbeeld: gebruikersnaam "james.smith" en domeinnaam "ABCDNET" 3-32

Basisbediening Een gedeelde map aanmaken Maak een gedeelde map aan waarin het document op de bestemmingscomputer moet worden ontvangen. OPMERKING: Als er een werkgroep is bij de Systeemeigenschappen, configureer dan de onderstaande instellingen om de toegang tot de map te beperken tot een bepaalde gebruiker of groep. 1 Selecteer in het menu Starten Configuratiescherm, Vormgeving en persoonlijke instellingen en vervolgens Mapopties. 3 In Windows XP klikt u op Deze computer en selecteert u Mapopties bij Extra. 2 Klik op het tabblad Weergave en verwijder het vinkje bij Wizard Delen gebruiken (aanbevolen) bij Geavanceerde instellingen. In Windows XP, klikt u op het tabblad Weergave en verwijdert u het vinkje bij Eenvoudig delen van bestanden gebruiken (aanbevolen) bij Geavanceerde instellingen. 3 Klik op de knop OK om het scherm Mapopties af te sluiten. 1 Maak een map aan op de lokale schijf (C). OPMERKING: Maak bijvoorbeeld een map aan met de naam "scannerdata" op de lokale schijf (C). 2 Klik met de rechtermuisknop op de map scannerdata en klik op Delen met en Geavanceerd delen. Klik op Geavanceerd delen. Het dialoogvenster Eigenschappen voor "scannerdata" verschijnt. 3-33

Basisbediening In Windows XP klikt u met de rechtermuisknop op de map "scannerdata" en selecteert u Delen en beveiliging... (of Delen). 3 Vink het vakje Deze map delen aan en klik op de knop Machtigingen. Het dialoogvenster Machtigingen voor scannerdata verschijnt. In Windows XP selecteert u Deze map delen en klikt u vervolgens op de knop Machtigingen. 4 Klik op de knop Toevoegen. 5 Voer de gebruikersnaam in in het tekstveld en klik op de knop OK. Klik op de knop Locaties en selecteer de locatie. Selecteer de locatie waar u wilt zoeken. Als u in een domein bent, dan wordt uw domein standaard geselecteerd als locatie waar wordt gezocht. 3-34

Basisbediening 6 Selecteer de ingevoerde gebruiker, vink de machtigingen Wijzigen en Lezen aan en klik vervolgens op de knop OK. In Windows XP gaat u naar stap 8. 3 OPMERKING: "Iedereen" machtigt iedereen in het netwerk om te delen. Voor een betere beveiliging adviseren wij u Iedereen te selecteren en het vinkje bij de machtiging Lezen te verwijderen. 7 Klik op de knop OK in het scherm Geavanceerd delen om het scherm af te sluiten. 8 Klik op het tabblad Beveiliging en klik vervolgens op de knop Bewerken. In Windows XP klikt u op het tabblad Beveiliging en klikt u vervolgens op de knop Toevoegen. 9 Selecteer de ingevoerde gebruiker, controleer of Wijzigen onder Toestaan en Lezen en uitvoeren onder Toestaan aangevinkt zijn en klik vervolgens op de knop Sluiten. 3-35

Basisbediening Het [Pad] controleren Controleer de naam van de gedeelde map die als bestemming zal dienen voor het document. 1 Voer "\\pc4050" in bij "Programma's en bestanden zoeken" in het menu Starten. Het scherm Zoekresultaten verschijnt. In Windows XP klikt u op Zoeken in het menu Start, selecteert u Alle bestanden en mappen en zoekt u naar de bestemmingscomputer waar het bestand heen zal worden gestuurd. Klik bij de Zoekassistent op Computers of personen en vervolgens op Willekeurige computer in het netwerk. Voer in het tekstveld "Computernaam:" de naam in van de computer die u heeft gecontroleerd (pc4050) en klik vervolgens op Zoeken. 2 Klik op "\\pc4050\scannerdata" bij de zoekresultaten die verschijnen. In Windows XP dubbelklikt u op de computer ("pc4050") bij de zoekresultaten die verschijnen. 3 Klik op "\\pc4050\scannerdata" bij de zoekresultaten die verschijnen. Controleer de adresbalk. De derde tekenreeks en die daarna ( f ) moeten worden ingevoerd als pad. In Windows XP dubbelklikt u op de map "scannerdata" en controleert u de adresbalk. De tekenreeks rechts van de derde backslash (\) moet ingevoerd worden bij Pad. (Bijvoorbeeld: scannerdata) OPMERKING: U kunt ook een submap in de gedeelde map opgeven als de locatie waar de gegevens heen moeten worden gestuurd. In dit geval moet "delingsnaam\naam van de map in de gedeelde map" ingevoerd worden voor het Pad. In het voorbeeldscherm is "scannerdata\projecta" het Pad. 3-36

Basisbediening Windows Firewall configureren (voor Windows 7) Sta delen van bestanden en printers toe en stel de poort in gebruikt voor SMB-verzending. OPMERKING: Meld u aan bij Windows met beheerdersrechten. Bestands- en printerdeling controleren 1 Selecteer in het menu Starten Configuratiescherm, Systeem en beveiliging en klik op Een programma via Windows Firewall toestaan. 3 OPMERKING: Als het dialoogvenster Gebruikersaccountbeheer verschijnt, klik dan op de knop Doorgaan. 2 Klik op Instellingen wijzigen, vink het vakje Bestands- en printerdeling aan en klik op OK. 3-37

Basisbediening Een poort toevoegen 1 Selecteer in het menu Starten Configuratiescherm, Systeem en beveiliging en Status van firewall controleren. 2 Klik op Geavanceerde instellingen. 3 Klik op Regels voor binnenkomende verbindingen. 4 Klik op Nieuwe regel. 5 Selecteer Poort en klik op Volgende. 3-38

Basisbediening 6 Selecteer TCP, selecteer Specifieke lokale poorten, voer "139" in en klik op Volgende. 3 7 Selecteer De verbinding toestaan en klik op Volgende. 8 Zorg ervoor dat alle vakjes aangevinkt zijn en klik op Volgende. 3-39

Basisbediening 9 Voer "Scannen naar SMB" in bij "Naam" en klik op Voltooien. OPMERKING: Volg bij Windows XP of Windows Vista de onderstaande procedure om de poort in te stellen. 1 Selecteer vanuit het menu Start Configuratiescherm, Systeem en beveiliging (of Beveiligingscentrum) en controleer vervolgens de Status van firewall (of Windows Firewall). Als het dialoogvenster Gebruikersaccountbeheer verschijnt, klik dan op de knop Doorgaan. 2 Klik op het tabblad Uitzonderingen en vervolgens op de knop Poort toevoegen... 3 Geef de instellingen voor Poort toevoegen op. Voer een willekeurige naam in bij "Naam" (bijvoorbeeld: Scannen naar SMB). Dit wordt de naam van de nieuwe poort. Voer "139" in bij "Poortnummer". Selecteer TCP als "Protocol". 4 Klik op de knop OK om het dialoogvenster Poort toevoegen af te sluiten. 3-40