Trainingshandleiding Basis Training Designer 5

Vergelijkbare documenten
HANDLEIDING TOOLBOX. Deze handleiding bevat informatie om zelfstandig te kunnen programmeren volgens de richtlijnen van Lighting Controls B.V.

Handleiding Designer. Helvar in België Lighting Controls BVBA Industriepark Noord Sint-Niklaas België

idim Orbit Een unieke en complete oplossing voor lichtregeling in één sensor

Snel aan de slag Installatiegids (versie 1.0)

TRUST AMI MOUSE 250S OPTICAL

Basis installatie handleiding TempWeb

Watcheye AIS op ipad

LED-systemen Stand-alone oplossingen

H A N D L E I D I N G D A Z A T O O L S - O N T V A N G E R

Trainingshandleiding Gevorderden Training Designer 5

Beknopte handleiding SQ Vieuw software

Helvar in Nederland. Helvar in Nederland. Helvar & Lighting Controls. Wat is DALI. Stand-alone systeem. Netwerk systeem. Gebouwbeheersysteem

Wat is DALI? VSA s of LED drivers van elk merk/ fabrikaat kunnen in een installatie doorelkaar toegepast worden. (Osram, Philips, Helvar)

Minimum vereisten. Connectie met RPS. PC: Windows Vista (RPS 5.6); Windows XP SP2 ; Windows 2000 SP4 ;.NET ; MSXML (laatste 2 zijn meegeleverd op CD)

4.5 Een IP camera toevoegen

HANDLEIDING CASAMBI BESTURINGSSYSTEEM

Quickstart ewon Cosy 131

AN0021-NL. Een trigger- en actieregel maken. Overzicht. Een Trigger- en actieregel creëren

SNEL HANDLEIDING KIT-2BNVR2W

Vigor V2.0. Voor een uitgebreidere handleiding kijk op e- mail:

Technote Point-to-Point configuratie EnGenius

Priva Blue ID Network scanner / Syslog Tool

Firmware Upgrade. Upgrade Utility (Router Tools)

Remote Powercontrol for TCP/IP networks

Installeren van de applicatie en aanmelden van de radiatoren

Firmware Upgrade Utility

Geavanceerde aanwezigheidssimulatie instellen. Inhoudsopgave. 1.0 Inloggen op uw e-centre. 1.1 Back-up maken van de huidige configuratie

Handleiding. Mymesh Commissioning app. v2.9.2

1. Laad de software voor de camera van op het menu

EnGenius EMR3000 Gebruikershandleiding

INHOUD. KHLim dep IWT MeRa 1/22

Delmation Products BV Tel: +31 (0)

V1.1 Installatie Handleiding

Handleiding Auxil Zebra LabelWriter Koppeling App

Uw Aruba 3200/6000 configureren voor gebruik met de portal-functionaliteit van Qmanage

Elbo Technology BV Versie 1.1 Juni Gebruikershandleiding PassanSoft

BLReactions. Copyright 2016 by B-Logicx. All Rights Reserved.

Installeren van het stuurprogramma USB-Audiostuurprogramma Installatiehandleiding (Windows)

Firmware Upgrade. Upgrade Utility (Router Tools)

Hanwell temperatuur / vocht logger handleiding

Triggers en Acties gebruiken

IdentySoft Basic Support Handleiding EasySecure International B.V.

Handleiding configuratie Linksys router BEFSR41v4 t.b.v. SSHN-complex Orion. Resetten van de router

1 van :43

INTEGRA SMART WIFI KIT

Forecasting Quickstart NL

Gebruikers Toevoegen. EasySecure International B.V. +31(0) Support.EasySecure.nl. v

2.1 BESCHRIJVING VAN DE PLAATSEN (AREA) WAAR DE CONTROLLERS GEPLAATST ZIJN

Configuratie PL printers. Dealer instructie v0.99

Selenium IDE Webdriver. Introductie

Elf stappen om uw gebouw in te regelen met de MyriaMesh Light Commissioning applicatie voor ipad

SenBox Handleiding. Versie: juli

Xesar. Inbedrijfstelling Netwerkadapter

HANDLEIDING EQOMMAND V3.2

Midi PDF Bladmuziek lezer

Handleiding NarrowCasting

Mi-light WiFi ibox Configuratie. Download de Mi-light 3 App. Stap 2: Installeer uw led spots, strips of lampen. Sluit Wifi module aan

MyNice Welcome MyNice Welcome app to control your home

Uw Aruba 651 configureren voor gebruik met de 802.1xfunctionaliteit

Tien stappen om uw gebouw in te regelen met de MyriaMesh Commissioning applicatie voor ipad

Installatiehandleiding

Switch. Handleiding

Handleiding integratie CF iviewer CT-iViewer

VU POINT Camera Toevoegen

GS1 Data Source. Invoeren en wijzigen van gegevens met Excel

Xesar. Inbedrijfstelling Netwerkadapter

RGB wand bedieningspaneel DMX sturing en PWM output

ZoneFlex n Point to Point Wireless Bridge Handleiding

Handleiding USB-LocoNet-Interface driver Setup

Aanmelden op het Office 365 portaal

Versie: 2.2 Outlook 2010 Datum:

1. Controleren van de aansluiting op de splitter

Print Manager USB. Handleiding NL. BRICON nv Europark Oost 15C, 9100 Sint-Niklaas, Belgium. Tel: Fax:

ASW-250. Gebruikershandleiding (27/03/2008 V1.0) GH_ASW-250_NL.doc Onder voorbehoud van technische wijzigingen 1

Gebruikers Toevoegen. EasySecure International B.V. +31(0) Support.EasySecure.nl. v

Starterskit. Copyright 2016 by B-Logicx. All Rights Reserved.

Examenmode op de HP Prime

b-logicx handleiding INHOUDSOPGAVE VPN verbinding voor Windows XP UG_VPN.pdf

HANDLEIDING INFOBOARD SOFTWARE

Handleiding FT2100. Inhoud. 1. Doel Bekabeling Programmatie Inloggen MD s... 11

Installeren van het programma:

(2) Handleiding Computer Configuratie voor USB ADSL modem

Document. Name: Systemhound 2007 Getting started guide. Created: Roel van Baaren Raxco Software 7 April Revisions:

Het aansluiten van uw Victron op een computer; met VE Bus Quick Configure

Mi Light. Gebruiksaanwijzing. WiFi Module. Model nr.: ibox2

DMX LIGHTPLAYER. Inleiding...2. DMX bibliotheek...3. Kanalen programmeren...7. Sequentie creëren...11

Handleiding voor installatie en gebruik van

Inhoud. Instructie Taken uitvoeren in het Supplier Portal. Handleiding Vendorlink

Tebis Applicatiesoftware

Handleiding MIJN SCIENCE-web (voor de hoofdgebruiker)

De volgende richtlijnen moeten gevolgd worden voor de toepassing van het Casambi systeem.

Milight 3.0 App installeren en configureren

Monitor noodverlichting met

JPTrain. JPTrainBeta versie 25 mei Android client voor GBtrainHost

SI-Profinet. Unidrive M700 en Siemens S7-300 PLC (Step 7)

Introductie. Driver Installatie

Stappenplan Wifi configuratie Goodwe Omvormer

Handleiding theocms2 K.U.Leuven - Faculteit Godgeleerdheid Stijn Van Baekel 1/19. - HANDLEIDING CMS2 -

Inrichting Systeem: Locaties & Toegang

HORECA HANDLEIDING 1

Transcriptie:

Trainingshandleiding Basis Training Designer 5 Designer 5 is software voor configuratie en programmering van het Helvar DALI lichtregelsysteem systeem. Handleiding versie: 1.2 14 November 2017 Lighting Controls BV Ambachtstraat 3 4143 HB Leerdam +31 (0)345 63 36 79 info@helvar.nl www.helvar.nl Lighting Controls BVBA Industriepark Noord 27 9100 Sint Niklaas +32 (0)37 77 81 77 info@helvar.be www.helvar.be

Designer 5 software 2

Inhoud Inleiding... 5 Dali Installatie... 7 Wat is DALI?... 7 Basisregels voor DALI en Helvar producten... 7 Lan-netwerk... 8 Computer configuratie... 9 Installatie Designer...11 Router configuratie...13 Verbinding maken...15 Werkgroep / devices bekijken...17 Identificeren...19 Identify...19 Change Device Address...21 Groepen...23 Groepen aanmaken...24 Componenten toevoegen...25 Scene...27 Bedieningen...29 Routing Entries...33 Presence Detection...33 Constant Light...36 Scene Link...39 Reports...41 Sneltoetsen...43 Algemeen...43 Menu...43 Scene Table...43 Schermoverzicht...44 Checklist...46 DALI TIPS...48 Gevorderden Training...49 Designer 5 software 3

Designer 5 software 4

Inleiding Met deze handleiding en de training leert u in stappen het basis-programmeren van een DALI router systeem. Voor meer informatie kunt u altijd de Designer help file opvragen door middel van F1. Designer 5 software 5

Designer 5 software 6

Dali Installatie Wat is DALI? DALI: Digital Addressable Lighting Interface. Het communicatie protocol voor verlichtingssystemen. DALI-apparaten versturen berichten naar elkaar via de DALIbekabeling. Het DALI-protocol wordt gebruikt voor communicatie tussen controllers (bijvoorbeeld schakelaars, sensoren, dimmers) en belastingen (bijvoorbeeld LED-drivers, voor schakelapparaten) DALI is gestandaardiseerd in de internationale norm: IEC 62386 Basisregels voor DALI en Helvar producten Er zijn een paar eenvoudige regels om rekening mee te houden bij de planning en de bedrading van een DALI-systeem: - Het maximaal aantal adressen per DALI-lijn (subnet) is 64. - De maximale stroom per DALI-lijn (subnet) is 250 ma. - DALI aansluitingen hebben geen polariteit - DALI bedrading en aansluitingen moeten worden behandeld als netspanning bekabeling/ aansluitingen. Hoewel het signaal ±16 volt is, is de hardware niet SELV beoordeeld (Safety Extra Low voltage). Er dient een 2-aderige kabel toegepast te worden. DALI Kabel lengte Ader dikte 1 tot 100 meter 0.8 MM2 100 tot 300 meter 1.5MM 2 Meer als 300 meter Niet aanbevolen Voor verdere informatie over de producten van Helvar verwijzen wij u graag door naar onze catalogus of website. Hier kan u ook steeds het aantal DALI-adressen en stroomverbruik van de componenten terugvinden. Daar kan u ook de calculator tool terugvinden. Designer 5 software 7

Lan-netwerk Voor de communicatie tussen verschillende DALI-Routers wordt gebruik gemaakt van een Lan-netwerk (TCP/IP) topologie. Er word geadviseerd om: - maximum 100 DALI-Routers per Workgroup toe te passen. - de IP-adres reeks zo laag mogelijk en opeenvolgend in te delen. Bvb.: van 10.254.0.1 tot 10.254.0.100. - Er kan een onbeperkt aantal Workgroups gecreëerd worden. Dit dient in een logische configuratie toegepast te worden. Bijvoorbeeld: In een kantoorgebouw worden alle DALI-Routers van een verdieping in 1 Workgroup geplaatst. Zodoende ontstaat er voor elke verdieping een Workgroup. - Het IP-adres van een DALI-router mag na programmatie NIET meer aangepast worden. Het is nog mogelijk maar dit kan ingrijpende gevolgen hebben voor de programmatie. Leg de IP-adressen vast, al dan niet in samenspraak met ITdiensten, voor de start van de programmering. Ethernetswitch Voor meer informatie betreffende de netwerkvereisten/instellingen verwijzen wij u graag door naar onze documentatie op onze website. Designer 5 software 8

Computer configuratie Om van start te kunnen gaan met de programmatie dient er een pc verbonden te worden met het Lan-netwerk van de DALI-Routers. Stap 1: - Ga naar Start / Configuratiescherm en klik op Netwerkcentrum. Stap 2: - Klik in het linker menu op Adapterinstellingen wijzigen. In dit menu is het mogelijk de instellingen van uw netwerk poorten in te stellen. Stap 3: - Dubbelklik op de LAN-verbinding. Er wordt aangeraden om geen wifi te gebruiken voor programmatie. Stap 4: - Klik op Eigenschappen Designer 5 software 9

Stap 5: - Selecteer Internet Protocol versie 4(TCP/IP4) en klik op eigenschappen. Stap 6: - Kies Het volgende IP- adres gebruiken - Pas het IP-adres aan. Voor de training vragen wij u dit in te stellen op 10.254.0.10x - Pas de Subnetmasker aan naar 255.0.0.0 Opmerking 1 : Dit is de standaard configuratie voor de DALI-Routers. U dient steeds via deze IP-settings te connecteren met nieuwe toestellen. Opmerking 2 : Na het volgen van deze training kan u steeds uw originele van uw PC terugzetten door in de afbeelding hierboven alles terug op automatisch zetten. Stap 7: - Klik 2x op OK en sluit alle vensters. Designer 5 software 10

Installatie Designer Computer specificaties: Windows 7 of hoger Stap 1: - U kan steeds de laatste versie downloaden via : Deze informatie ontvangt u tijdens de training! gebruikersnaam : paswoord : - Na het volgen van een training zal u via opgegeven e-mail adres geïnformeerd worden over nieuwe versies. Stap 2: - Installeer Designer 5 Designer 5 software 11

Designer 5 software 12

Router configuratie Bij de indienstneming van een installatie gaan we van start met het creëren van een Workgroup. Dit een verzameling van DALI-routers die samenwerken in een gebouw of verdieping. Deze instellingen worden in onderstaande stappen besproken. Stap1: - Ga naar de toolbalk en klik op het pijltje naast User mode. - Hierbij kiest u voor Advanced. Stap 2: - Via het tabblad Routers, krijgt u een overzicht van alle verbonden DALI-routers. Klik op een router. Designer 5 software 13

Stap 3: - Via het properties paneel kan u steeds alle eigenschapen van de door u geselecteerde router aanpassen. - Vul steeds een workgroup name in. Deze moet identiek zijn voor alle routers die u wil gebruiken in deze werkgroep, mag geen spaties bevatten en moet langer dan 4 tekens zijn. Stap 4: - Pas de IP-settings aan volgens de afgesproken instellingen voor uw installatie. U hoeft enkel de velden IP-Address / Subnet Mask / Gateway aan te passen. Stap 5: - Bevestig de aanpassingen door bovenaan op de groene knop OK te klikken. De geselecteerde router zal hierna herstarten. Stap 6: - Herhaal stappen 2 tot en met 5 voor iedere Dali-router in uw installatie. Gebruik hiervoor een uniek IP-adres per DALI-router - Indien uw IP-range anders is dan 10.xxx.xxx.xxx zal u nu terug Hoofdstuk 3 Computer configuratie moeten herhalen met uw geconfigureerde instellingen. Training: - Stel de Werkgroup in als Klaslokaal_X waarbij x uw bordnummer is. - Voor de training hoeft u geen IP-adressen aan te passen. Designer 5 software 14

Verbinding maken Nu de PC en DALI-routers ingesteld zijn, kunnen we verbinding maken met de installatie. Bij het verbinden wordt de programmatie uit de installatie ingelezen. Hierdoor heeft de pc telkens de laatste versie van de programmatie + eventuele nieuwe componenten die toegevoegd werden. Stap 1: - Voor het verbinden met de aangemaakte werkgroep, klikt u op het witte rondje linksboven in de toolbalk. (Go Online) Stap 2: - Kies de correcte werkgroep. - Kies de correcte netwerk interface. - Vervolgens drukt u op Connect Stap 3: - De voortgang kunt u onderaan in het scherm volgen in de procesbalk. Indien dit niet verandert heeft u waarschijnlijk een conflict met de IPadressen/netwerkverkeer. Training: - Maak verbinding met de werkgroep. Designer 5 software 15

Designer 5 software 16

Werkgroep / devices bekijken In het Devices scherm ziet u nu de werkgroep verschijnen. Door te navigeren in deze boomstructuur krijgen we een overzicht van alle aangesloten componenten die behoren tot de werkgroep. Op deze manier kan u controleren of al de geplaatste componenten terug te vinden zijn op de verschillende DALI-lijnen (subnetten). Het is mogelijk dat er bepaalde fout-boodschappen verschijnen in dit scherm. De router, subnet of device is vermist De DALI lijn heeft te veel adressen of verbruikt meer dan 250 ma. Een virtueel device. Lamp defect Dit apparaat wordt momenteel gesynchroniseerd. (gerefresht) Dit apparaat moet gesynchroniseerd worden De router is niet gesynchroniseerd, om opnieuw te synchroniseren moet u opnieuw online komen. Designer 5 software 17

Designer 5 software 18

Identificeren Afhankelijk van de grootte van het project ziet u in de Workgroup een lange lijst met aangesloten componenten verschijnen. In de volgende stap dienen alle componenten geïdentificeerd te worden zodat u weet waar alle armaturen, sensoren etc. zich bevinden. Gebruik een plattegrond met aanduiding van nummers voor sensoren en armaturen. Identify Stap 1: - Kies in de menubalk View -> Identify Stap 2: - Als u een component selecteert in het device scherm, krijgt u hier de verschillende mogelijkheden om te identificeren. Afhankelijk van het type component (Dali-Router/Subnet/Device) dat u selecteerde, zijn er verschillende mogelijkheden. Designer 5 software 19

Stap 3: - Klik op Toggle or Flash Voor een DALI-router : - De signaal leds beginnen te knipperen Voor een DALI-subnet: - Alle componenten die correct functioneren beginnen te knipperen Voor een LED-Driver: - Enkel deze component knippert Stap 4: - Wanneer u een LED-driver selecteert in het device scherm zal u deze zien oplichten. Om in de software een onderscheid te kunnen maken tussen alle componenten moet alles benoemd worden. Dit kan je doen door via een rechtermuisklik op het geselecteerde item en te kiezen voor de functie Rename. Dit kan ook via de sneltoets F2. g Training : In ons klaslokaal identificeren we alle componenten met de naam 1.02 Deurzijde 1/2/3 en 1.02 Raamzijde 1/2/3. Hierbij dient 1 zich telkens het dichtst bij het bord te bevinden. Herhaal stappen 3 en 4 tot alle componenten benoemd zijn. Designer 5 software 20

Change Device Address Er is in basis geen logische volgorde in de adressering. De DALI-Routers zullen de eerste maal bij het opstarten een willekeurig adres uitdelen aan de componenten. Voor uitgangen (led drivers, dimmers, rolluiksturingen, ) zullen zij telkens starten vanaf adres 1 en dit laten oplopen. Voor ingangen (bedieningspanelen, sensoren) zullen zij telkens starten bij 63 en aftellen. Adres 64 wordt enkel gebruikt als de bus volzet is. Deze adressen kunnen we nu aanpassen. Stap 1: - Selecteer terug een component in het Device scherm.via het rechtermuismenu kunnen we Change Device Address selecteren. Dit kan ook via de sneltoets F8 Stap 2: - Via de pop-up kunnen we het device DALI-adres aanpassen. Vul het DALI-adres in waarop deze component zich moet bevinden. Sluit af door OK. Probeer dit ook steeds in een logische volgorde te doen. Training: Herhaal stappen 1 & 2 tot je onderstaande volgorde bekomt. Designer 5 software 21

Designer 5 software 22

Groepen Nadat alles componenten geïdentificeerd zijn gaan we deze groeperen. Een groep is een logische verzameling van componenten die samen eenzelfde werking hebben. - Bijvoorbeeld: de 6 armaturen uit ons klaslokaal behoren allemaal tot dezelfde groep. Iedere groep krijgt een groepsnummer en naam. Het wordt aangeraden om deze groepsnummering op een logische wijze te gebruiken. Het maximale nummer dat kan gebruikt worden is 16384. - Bvb: Ons klaslokaal bevindt zich op de 1 ste verdieping. Het lokaal nummer is 2. Een mogelijk groepsnummer zou dus 12 kunnen zijn. Om de groepering nog fijner te maken zou hier nog een 0 aan toegevoegd kunnen worden. Dan wordt het groepsnummer 120 een verzameling van alle armaturen in dit lokaal, 121 kan dan bijvoorbeeld enkel de armaturen aan het raam bevatten en 122 de armaturen aan het bord. Indien er minder dan 9 lokalen per verdieping zijn zou dit correct zijn. Als er meer lokalen zijn opteer je dus best voor groep 1020. Dus 1 staat dan voor verdieping, 02 voor het lokaalnummer en 0 voor een onderverdeling. Designer 5 software 23

Groepen aanmaken Stap 1: - Open via View in de menubalk het venster Groups. Dit kan ook via de knop Stap 2: - Klik op het plusteken aan de linkerzijde van dit venster Stap 3: - Geef het unieke groepsnummer in bvb: 1020. Stap 4: - Klik 1 maal op de groepsnaam en pas deze aan. Bvb 1.02 Klaslokaal Algemeen Training : Maak de 3 groepen aan zoals in bovenstaande figuur. Designer 5 software 24

Componenten toevoegen Het toevoegen van componenten kan men op verschillende manieren doen: Via het properties-scherm door het groepsnummer in te vullen, ofwel via de groepsnaam aan te klikken in het keuzemenu of via drag and drop. Groups: Hier kan u terugvinden in welke groep deze armatuur zich bevindt. Append by Number: Via het groepsnummer kan je deze armatuur toevoegen. Append by Name: Via het keuzemenu kan je de gewenste groep selecteren. Training: - Voeg alle verlichtingen toe aan de algemene groep. - Voeg de Raamzijde 1 & Deurzijde 1 toe aan de groep bord. - Voeg de Raamzijde1/2/3 toe aan groep raam. Gebruik hier telkens een andere manier voor. o Append by Number o Append by Name o Drag & drop Designer 5 software 25

Designer 5 software 26

Scene Een scene is een geprogrammeerde stand van een verlichtingsgroep. Het is mogelijk om 128 verschillende scenes aan te sturen per groep. Deze scenes worden opgedeeld in 8 blokken. In onderstaande tabel kan u deze indeling terugvinden alsook hun standaard instellingen. Waardes in het rood geven het verlichtingsniveau weer uitgedrukt in %.In geval van een asterisk (*) zal de armatuur de aanpassing van lichtniveau negeren. De notatie groep.block.scene zal gebruikt worden om een actie te triggeren (vb. 1020.1.15 ) Scene 1 tem 12 worden aanzien als AAN standen. Scenes 13 tem 16 als UIT standen. Deze laatste 4 hebben elk een speciale functionaliteit. Verder in deze training komen deze uitgebreid aan bod. Group Block 1 100 75 50 25 10 5 1 0 * * * * 0 10 0 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 Block 2 * * * * * * * * * * * * * * * * 1 2 3 4 5 6 7 8 Block 3 * * * * * * * * * * * * * * * * 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 Block 4 * * * * * * * * * * * * * * * * 1 2 3 4 5 6 7 8 Block 5 * * * * * * * * * * * * * * * * 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 Block 6 * * * * * * * * * * * * * * * * 1 2 3 4 5 6 7 8 Block 7 * * * * * * * * * * * * * * * * 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 Block 8 * * * * * * * * * * * * * * * * 1 2 3 4 5 6 7 8 9 9 9 9 10 10 10 10 11 11 11 11 12 12 12 12 13 13 13 13 14 14 14 14 15 15 15 15 16 16 16 16 Designer 5 software 27

Via de Scene Table is het mogelijk om deze tabel te bekijken per groep en om aanpassingen te maken. Hiervoor gaat u als volgt te werk. - Selecteer een groep via Groups en open vervolgens de Scene Table. In de eerste kolom vindt u de scenes terug. Voor ieder verlichtingsarmatuur is er een volgende kolom waarin u een specifieke waarde per scene kan invullen. Designer 5 software 28

Bedieningen Om bedieningen te gebruiken moeten deze steeds gekoppeld worden aan een groep > blok > scene. Deze 3 parameters heeft u dus steeds nodig. Deze kan u instellen in het properties scherm van de door u, in de boomstructuur gekozen, bediening. Elke DALI Helvar bediening heeft de keuze uit verschillende werk methodes. Bij iedere bediening word dezelfde actie uitgevoerdt Short Press: Actie bij korte bediening Long Press: Actie na 10 seconden Short press: direct last level Long press: na 10 seconden set scene 2. Eerste druk On function 1 Tweede druk On function 2 Derde druk Off function Werkt altijd in een loop Designer 5 software 29

Short Press / step: voor enkel op/dim Continuous Function: bij inhouden Op/neer dimmen. Eerste druk: On Function 1 Tweede druk: Off function 2 Continuous: bij indrukken op/neer dimmen maak (closing) / verbreek (opening) Contact Designer 5 software 30

Bij iedere modus kan er ook nog de Function ingesteld worden. De belangrijkste functies vindt u hieronder : - Recall Scene (Fixed Light) : De aangestuurde Group gaat naar een bepaald scenario. - Recal Scene (Constant Light): De gebruikte Group gaat naar een scenario met een constant light functionaliteit. Voor verdere uitleg over de functies verwijzen wij u graag naar de Help F1. Tip : Designer Live/Blind modus - Via deze modus is het mogelijk om een bediening te simuleren vanop de pc. Standaard staat de modus op Blind, d.w.z. simulaties worden enkel op de pc uitgevoerd en geven GEEN verandering in de installatie. Wanneer men overschakelt naar Live kan men de simulatie WEL in de installatie zien. Dit kan je doen door in de menubalk de bliksemschicht aan te klikken. Rechts-onderaan in de statusbalk kan je de huidige modus ook zien. Men kan het simulatie paneel oproepen door dubbel te klikken op het hoofdelement van de bediening. Designer 5 software 31

Training : - Voeg eerst het bedieningspaneel toe aan de algemene groep. - Stel het bedieningspaneel in met volgende gegevens. o Knop 1 : Volledig lokaal aan 100% o Knop 2 : Volledig lokaal aan 75% o Knop 3 : Volledig lokaal aan 40% o Knop 4 : Bord aan/dim/uit o Knop 0 : Volledig lokaal uit o Knop : Volledig lokaal op-dimmen o Knop : Volledig lokaal neer-dimmen Merk de standaard functionaliteit van de bedieningspanelen op! Designer 5 software 32

Routing Entries Via Routing entries zijn we in staat om een complexere programmering te maken. Een Routing entry kan je best zien als een functieblok die is ingebouwd in de software. Voor deze basis training beperken wij ons tot volgende functies: - Presence Detection - Constant Light - Scene Link Indien u meer info wenst over deze en andere functies verwijzen wij u graag door naar onze vervolg training. Presence Detection Deze functie zorgt voor het verwerken van info van bewegingssensoren. Een standaard bewegingsdetectie werkt steeds volgens hetzelfde principe. In onderstaande figuur kan u een overzicht vinden van de standaard werking. Als de bewegingssensor getriggerdt word (rode lijn1) zal hij scene 1 aanroepen (default) en start de On-Time. Wanneer er gedurende deze tijd een nieuwe trigger wordt waargenomen (rode lijn 2) zal de On-Time opnieuw gestart worden. Na het verlopen van de On-Time wordt automatisch scene 14 ( zie scene tabel, default 10%) aangeroepen. Dit is de transition time. Indien er geen beweging wordt waargenomen in deze periode zal na afloop het licht uitgestuurd worden via scene 13 (zie scene tabel, default 0%). Is er in deze periode wel een detectie dan start alles opnieuw. Designer 5 software 33

Wanneer de On-Time actief is en er wordt via een bediening een scene 15 opgeroepen zal onmiddellijk het licht uitgaan en blokkeert ook onmiddellijk het terug aangaan van de verlichting. Dit noemen we de Exit-Delay. Net zoals bij de On-Time wordt ook deze timer steeds gereset zolang er beweging is. Dit principe is niet aan te passen. Indien u dus gebruik maakt van een combinatie van sensoren en andere bedieningen dient u hiermee steeds rekening te houden. Om een presence detection toe te voegen gaat u als volgt te werk. Stap 1: - Via de menubalk > View > Routing entries opent u het scherm. - Daarna kiest u voor Insert in de menubalk, gevolgd door Presence detection Stap 2: - Via het scherm Properties krijgt u nu alle instellingen van de Presence detection te zien. - Hanteer ook hierbij een duidelijke naamgeving. Vb: PD-verd-lokaal. - Kies een groep om deze functionialiteit aan toe te voegen of vul een groepsnummer in. Pas eventueel fixed or constant light aan. - Pas indien nodig de tijden aan. - Via de modus TEST worden alle tijden op 15 seconden ingesteld. - Bevestig alle instellingen via OK Designer 5 software 34

Training: - Voeg de bewegingssensor toe aan de algemene groep. - Creëer een Presence detection routing entry. - Gebruik hiervoor de naam PD 1.02 Klaslokaal. - Stel de standaard on-time op 15 minuten. - Zet de test modus aan. - Test de sensor via de simulatie modus. - Test de combinatie van de sensor en het bedieningspaneel op de werking van de verschillende scenes zoals transition time en exit delay. Designer 5 software 35

Constant Light Een Constant Light routing entry zorgt voor een constante lichtoutput van een groep. Dit is een daglicht-regeling. Wanneer er gebruikt gemaakt wordt van een Helvar 312 sensor beschikt deze over een daglichtmeter. Wanneer het binnenvallend zonlicht sterker wordt zal deze functie de lichten dimmen. Wanneer het lichtniveau opnieuw daalt zal de functie automatisch de lichten sterker laten oplichten. Een vereiste voor deze functie is dat de sensor zich in dezelfde ruimte als de armaturen bevindt. Standaard is deze functie in de sensor uitgeschakeld. Er kan zich ook steeds maar 1 daglicht sensor in 1 groep bevinden. In onderstaand conversie-tabel kan u een overzicht vinden lux waarden en designer lichtwaardes. Incident light (lux) Light level Output Value Equivalent to 1 2 11 5 26 10 38 Twilight 20 48 50 65 100 76 Dark day 200 87 500 102 1,000 114 Overcast day 2,000 125 5,000 140 10,000 152 Full daylight 20,000 163 50,000 178 100,000 190 Bright sunlight Designer 5 software 36

Om een constant light functie toe te voegen ga je als volgt te werk. Stap 1: - Door in de boomstructuur de sensor te openen ziet u als 3 de punt het icoon van de constant light sensor met de vermelding Not Used. Klik deze aan. Stap 2: - Zet de sensor actief door bij de properties > function > LIGHT SENSOR te selecteren. Bevestig de wijzigingen door op OK te klikken. Stap 3: - U activeert het routing entries scherm, daarna selecteert u in de menubalk > INSERT > Constant Light > Constant Light Stap 4: - Pas via het Properties scherm de instelling aan - Gebruik een duidelijke benaming. Vb: CL-verd-lokaal. - Selecteer bij Light Sensor de groep, of geef het groepsnummer in, van de groep waar de sensor zich in bevindt. - Selecteer bij Controlled Group de groep die moet aangestuurd worden door deze functie. - Verder kan u hier ook andere opties instellen zoals scaling/ deadband. Deze beïnvloeden allen het gedrag van de regeling. - Het Target level for scene x bepaalt naar welke waarde de regeling zich telkens zal afstellen. Dit is een waarde tussen 0 en 200. Dit kan voor verschillende scenes anders worden ingesteld. - Bevestig alle instellingen via OK. Designer 5 software 37

Stap 5: BELANGRIJK : Om deze functie te activeren moet deze expliciet opgeroepen worden bij een bediening. Pas daarom bij de gewenste bediening de functie aan van Recall Scene (Fixed Light) naar Recall Scene (Constant Light) (zie pagina 22-23). Dit is ook van toepassing bij gebruik van een Presence Detection (zie pagina 26-27). Training : - Activeer de lichtsensor - Creëer een Constant light routing entry met de naam CL 1.02 Klaslokaal - Plaats de Constant light in de correcte sensor-groep. - Voor de Controlled Group selecteren we de raam groep. - Pas de Presence detection routing entry aan zodat deze altijd de constant light functie aanroept. - Pas dit ook toe op knop 1 van het bedieningspaneel. - Test via de simulatie de functionaliteit. Designer 5 software 38

Scene Link Met de functionaliteit van de scene link kan men het aanroepen van een scene in een groep ook in een andere groep laten uitvoeren. Zo kan men dus een eventueel alles uit scenario creëren. Stap 1: - Voeg een scene link toe via het scherm Routing entries > rechtermuis knop > insert > link > scene link Stap 2: - Via de het properties scherm kan je volgende instellingen aanpassen. - Gebruik steeds een duidelijke benaming. Vb: SL-verd-lokaal. - Link duration: tijd tussen het trigger event en het action event - Fade time voor action event - Geeft aan of de begin actie ook daadwerkelijk moet uitgevoerd worden. - Geeft aan of het niet uitvoeren van de scene in het logboek moet voorkomen. - Allow further Routing: mag deze link gebruikt worden om andere acties aan te sturen (domino-effect). - Routing entry trigger: bij welke groep>block>scene moet deze actie gestart worden. - Routing Entry Action: welke groep>block> scene moet er aangestuurd worden. Designer 5 software 39

Training : - Maak een nieuwe groep 1000 met benaming Centrale bediening 1 ste verdieping. - Maak een nieuwe groep 1 met benaming Centrale bediening alles. - Voeg een scene link met naam SL Centrale bediening Algemeen toe van Groep 1 / Block 1 / Scene 15 naar Groep 1000 / Block 1 / Scene 15 met een vertraging van 20 seconden. - Voeg een scene link met naam SL Centrale bediening Verdiep 1 toe van Groep 1000 / Block 1 / Scene 15 naar Groep 1020 / Block 1 / Scene 15 met 20 seconden vertraging. - Pas knop 0 van het bedieningspaneel aan zodat deze na 3 seconden inhouden de actie Groep 1 / Block 1 / Scene 15 uitvoert. Designer 5 software 40

Reports Via de Designer software is het ook mogelijk om tal van rapporten te genereren op basis van verschillende factoren. Deze rapporten kan u genereren via de menubalk onder Tools. - System Diagnostic Report Dit rapport is vooral gericht op onderhoudstaken en de algemene gezondheid van de installatie. Via het keuze scherm is het mogelijk om te selecteren welke eigenschappen er worden gerapporteerd. - Grouping Report Genereert een overzicht van alle groepen aangemaakt in het systeem. U heeft de mogelijkheid om te selecteren welke categorieën u wil opnemen in het rapport. - Devices Report Maak op eenvoudige wijze een compleet overzicht van alle verschillende componenten en hun aantallen in de werkgroep. - Emergency Report Indien uw installatie beschikt over DALI-noodverlichting kan u via dit rapport de gegevens van de laatst uitgevoerde test groeperen. Na het generen van een rapport kan u deze bekijken via de menubalk > View > Reports. Standaard is dit aan de linkerzijde van uw scherm. Elk van deze rapporten kan u exporteren naar een.csv-bestand (Comma Seperated Value). Op deze manier kan u rapporten bijhouden of importeren in andere programma s (Bvb Excel). Designer 5 software 41

Designer 5 software 42

Sneltoetsen Een volledig overzicht van alle sneltoetsen kan u terugvinden in de Help. De belangrijkste kan u hieronder terugvinden. Delete F1 F2 F3 F4 F5 F8 F11 F12 Alt+F Alt+E Alt+V Alt+I Alt+T Alt+W Alt+H Algemeen Menu Delete het geselecteerde item Open de helpfile Wijzig de naam van het geselecteerde item Identificeer het geselecteerde item Eigenschappen van het geselecteerde item Chat Verander het device adres Pop-up Device Tree Pop-up Routers View File menu. Edit menu. View menu. Insert menu. Tools menu. Window menu. Help menu. Delete Ctrl+A Home End Ctrl+Home Ctrl+End Scene Table Verwijder de waarde in de scene tabel. Selecteer alle devices in je scene tabel Ga naar de eerste kolom in de geselecteerde rij. Ga naar de laatste kolom in geselecteerde rij. Ga naar de eerste kolom in de geselecteerde rij. Ga naar de laatste kolom in geselecteerde rij. Ga naar de boven gelegen cel in de Scene Tabel. Ga naar de onder gelegen cel in de Scene Tabel Ga naar de linker gelegen cel in de Scene Tabel Ga naar de rechter gelegen cel in de Scene Tabel Designer 5 software 43

Schermoverzicht Designer 5 software 44

Designer 5 software 45

Checklist Voorbereiding DALI IP adres Software versie Identificeren Benamen Adressering Voorbereiding -Maximaal 63 adressen per DALI lijn? -Onder de 250 ma per DALI lijn? -Is de maximale lengte niet hoger dan 300 meter? -Klopt de DALI spanning 16,5 V DC-20,5 V DC -Zijn de IP-adressen van de routers opvolgend? -Gebruik 10.254.0.X tenzij anders opgegeven. -Staat je PC in de zelfde range wanneer je verbinding maakt? -Is de nieuwste software versie geüpload? -Is de standaard Designer file geüpload? -Komt het aantal componenten in Designer overeen met het aantal in de tekening/blokschema? -Gaan alle lampen(op de lijn) uit met Identify> broadcast off op de DALI lijn? -Reageren alle lampen op Identify? -Zijn alle componenten goed aangesloten? -Heeft de router het kast nummer in zijn naam? -Heeft de Dali lijn een duidelijke benaming? -Komt de benaming van de DALI componenten overeen Met de tekening/blokschema? (Ruimte nummer Tekeningnummer) -Zijn de componenten logisch geadresseerd? Dit rapport is correct afgehandeld en gecontroleerd Designer 5 software 46

Programmeren Groeperen -Zijn de groepen logisch opgebouwd? -Zijn alle groepen benoemd? Sturing -Zijn de scènes 1.1, 1.13,1.14 en 1.15 nog intact met de standaard waardes, zo niet is het vermeld? -Routing Entries -Scheduler -Condities -Komen de groepen van de sensor, lampen en Present Detectie/Constant light(routing Entries) overeen? -Komt het Target van de Constant Light overeen met de lux waardes in het bestek? -Komen de Off, Transaction en exit delay tijden van de Present Detection overeen met bestek? -Komt de link duration (tijd) overeen met bestek. -Zijn alle Present Detection getest? -Zijn alle Constant Lights getest? -Werken de Links en Conditions? *Staat er voor de benaming van de Present Detectie PD *Staat er voor de benaming van de Constant Light CL *Staat er voor de benaming van een Groep Link GL *Staat er voor de benaming van een Block Link BL *Staat er voor de benaming van een Scene Link SL *Staat er voor de benaming van een Tijd Schakeling TS Afronden -Is de software file opgeslagen? -Is het opleverrapport gecontroleerd? -Is het system diagnostics report afgeleverd aan de klant? Programmeren Dit project is afgerond en gecontroleerd Designer 5 software 47

DALI TIPS DALI-lijn testen* Testen van de DALI-lijn door het verzenden van een DALI-BROADCAST COMMANDO Een DALI-broadcast commando wordt verstuurd naar alle units op de DALI lijn. Koppel uw DALI-tester* met de DALI lijn. Zorg ervoor dat alle DALI-units voorzien zijn van hun eigen voedingsspanning. Door het indrukken van de dimmerknop zal alle verlichting in/uitgeschakeld worden. Door het draaien van de knop zal de verlichting op/neer dimmen. *Dit is alleen mogelijk als alle devices ungrouped staan. Wat te doen als er geen reactie op het DALI BROADCAST commando volgt? Als uw systeem /aangesloten belastingen niet goed op uw DALI commando reageert kunt u beginnen om het probleem vast te stellen uit de waarnemingen die u maakt. Hieronder vindt u enkele tips om mee te beginnen (dit zijn geen 100% gegarandeerde oplossingen, maar bedoeld als nuttige tips) 1. Geen van mijn belastingen reageert -Controleer het DALI-signaal op de DALI-kabel door te meten (tussen 11,5 V DC en 22,5 DC -Controleer of de status led van de DALI voeding oplicht, zo niet controleer de voedingsspanning van de DALI voeding 2. Slechts een deel van mijn belastingen reageert -Controleer of de netspanning is aangesloten op de belasting -Controleer het DALI-signaal op de DALI-kabel en op de DALI aansluiting van de belasting door te meten (tussen 11,5 V DC en 22,5 DC) -Controleer de lichtbron(nen) 3. Slechts één belasting reageert -Controleer of de netspanning is aangesloten op de belasting -Controleer het DALI-signaal op de DALI-kabel en op de DALI aansluiting van de belasting door te meten (tussen 11,5 V DC en 22,5 DC ) -Controleer de lichtbron(nen) Deze tips zijn bedoeld om veel voorkomende fouten op te sporen. Als u twijfelt en/of verdere hulp nodig heeft, twijfel dan niet om contact met ons op te nemen. * na opdracht kunnen wij u voorzien van een testkastje. Designer 5 software 48

Gevorderden Training Indien u verdere informatie gewenst had over het programmeren van een Helvar-Dali installatie kan u zich via onze website inschrijven voor deze vervolg training. Deze training gaat ervan uit dat u deze basis onder de knie heeft. Enkele topics die aan bod komen zijn: - Complexere netwerk setups - Advanced Programming Hierbij gaan we dieper in op alle routing entries en wordt u ook het gebruik van condities uitgelegd. - Uploaden - Logic - Dali type 8 en Light Over Time - Q&A Wij hopen u op deze training ook te mogen verwelkomen. Designer 5 software 49

Aantekeningen: Designer 5 software 50

Aantekeningen: Designer 5 software 51

Lighting Controls BV Ambachtstraat 3 4143 HB Leerdam +31 (0)345 63 36 79 info@helvar.nl www.helvar.nl Lighting Controls BVBA Industriepark Noord 27 9100 Sint Niklaas +32 (0)37 77 81 77 info@helvar.be www.helvar.be Designer 5 software 52