Samenvatting Vermogensrecht Sharon. D 15-10-17 H4 Verkrijging van goederen Er is een verschil in het verkrijgen van goederen, zo kun je goederen verkrijgen onder algemene titel en goederen verkrijgen onder bijzondere titel. Verkrijging = dat iemand eigenaar wordt van een zaak of vermogensrecht. Kenmerken: - Algemene titel HET BETREFT TOTALE/DEEL VERMOGEN o Verkrijging doormiddel van een gebeurtenis(huwelijk, erfenis of fusie) o Verkrijger neemt een juridische positie o Verkrijgt rechten en plichten o Verkrijgt totaal/deel van vermogen o BW noemt 3 manieren waarop verkrijging onder algemene titel plaats kan vinden: erfopvolging, boedelmenging en fusie. - Bijzondere titel BETREFT EEN AFZODNERLIJK GOED o Hier gaat het om het verkrijgen van een afzonderlijk goed o Verkrijger ontvangt goed maar stapt niet in de plichten van degene waar hij het goed van ontvangt. o BW noemt 6 manieren waarop men iets onder bijzondere titel kan verkrijgen: overdracht, verjaring, onteigening, natrekking, toe-eigening, vinderschap, schatvinding, vermenging, zaaksvorming en vruchttrekking.
4.1 Specifiek verkrijgen van eigendom Je kunt als volgt eigenaar worden van een zaak: - Inbezitneming art. 5:4 BW Als je een roerende zaak die van niemand is oppakt en in je zak steekt dan neem je deze zaak dus in bezit en wordt deze van jou. - Vinderschap art. 5:5 BW Als je een zaak vindt moet je dit melden bij de gemeente, je kunt er vervolgens voor kiezen om het goed bij je te houden of af te geven. Hou je het bij dan kun je na 1 jaar eigenaar worden van het goed, mits de eigenaar zich binnen dat jaar NIET meldt. - Schatvinding art. 5:13 BW Een schat is een zaak dat al zolang verborgen is gebleven dat niemand meer kan achterhalen aan wie deze toebehoort. Onthoudt: de vinder heeft recht op de helft als hij het vindt op andermans grond, de eigenaar van de grond heeft dan recht op de andere helft. - Natrekking art. 5:14 BW Als een roerende zaak bestandsdeel wordt van een andere zaak, dan wordt de eigenaar van de hoofdzaak automatisch eigenaar van het bestandsdeel. Art. 5:20 BW Geeft een regeling over de natrekking van zaken met betrekking op grond. Het is hier dus belangrijk om te weten welke zaak als hoofdzaak wordt gezien en welke als bestandsdeel. - Zaaksvorming art. 5:16 BW Als je van een aantal roerende zaken een nieuwe zaak maakt dan wordt de maker eigenaar van de nieuwe zaak. Er is sprake van zaaksvorming als de waarde van de zaak vooral wordt bepaald door de vormgeving daarvan. LET OP Als de maker in opdracht van een ander werkt dan geldt de regel van zaaksvorming NIET. Dan wordt de opdrachtgever eigenaar. - Vermenging art. 5:15 BW Gebeurd wanneer roerende zaken zoals vloeistoffen bij elkaar komen. Art. 5:15 verwijst hiervoor naar art. 5:14 BW. De specifieke vormen van eigendomsverkrijging samengevat: 1. Inbezitneming 2. Vinderschap 3. Schatvinding 4. Natrekking 5. Zaaksvorming 6. Vermenging
4.2 Vereiste voor overdracht(bijzondere titel) Bij overdracht moeten beide partijen dit willen. Degene die de zaak overdraagt noemen we de vervreemder en de partij die de zaak ontvangt noemen we de verkrijger. Er zijn 3 eisen voor overdracht art. 3:84 BW 1. Geldige titel Dit is de juridische reden voor overdracht. De titel geeft antwoord op de vraag waarom het goed wordt overgedragen. Vaak is een geldige titel een koopovereenkomst. 2. Beschikkingsbevoegdheid Degene die het goed overdraagt moet bevoegd zijn om over het goed te beschikken. 3. Levering Het gaat hier om de formaliteiten die nodig zijn om het goed van het ene vermogen naar het andere vermogen te brengen. In de wet wordt onderscheid gemaakt in levering van roerend en onroerende zaken. Levering van roerende zaken art. 3:89 BW Levering van onroerende zaken art. 3:90 BW Ook regelt de wet de leveringshandelingen voor vorderingen in art. 3:93 BW en art. 3:94 BW(aan toonder, order en op naam).
4.3 Leveringshandelingen Er worden voor de verschillende soorten goederen door de wet verschillende leveringshandelingen voorgeschreven. Hieronder een kort overzicht: 1. Roerende zaken(niet-registergoederen) art. 3:90 BW Feitelijke bezitsverschaffing 2. Zaak overdragen terwijl de vervreemder deze zaak niet in zijn macht heeft art. 3:95 BW Goederen worden geleverd doormiddel van een akte dit geldt niet bij het overschrijven van een kentekenbewijs. 3. Onroerende zaken, schepen en vliegtuigen art. 3:89 BW De leveringshandeling bestaat uit het inschrijven van de notariële akte in de openbare registers van het kadaster. 4. Vorderingen Kort: een vordering is als het ware een tegoed bon voor een prestatie of geldbedrag die je van een schuldenaar nog behoord te krijgen. Dit recht kan ook overgedragen worden. Er zijn 3 soorten vorderingen: 1. Vorderingen aan toonder art. 3:93 BW De naam van de schuldeiser is onbekend. Overdracht door bezitsverschaffing(net als bij roerende zaken Voorbeelden van vorderingen aan toonder: bioscoopbon of een toegangskaart. Omdat de vordering niet op naam is moet de schuldeiser doormiddel van een bewijs aantonen dat hij de schuldeiser is, bijvoorbeeld door een toegangskaart(iedereen kan dus die toegangskaart gebruiken). 2. Vorderingen op naam art. 3:94 BW Hier wordt de naam van de schuldeiser WEL genoemd. Overdracht gaat doormiddel van een akte, dit noemen we een akte van cessie. Als laatste moet de schuldenaar hierover worden medegedeeld(hij moet namelijk weten aan wie hij iets verschuldigd is). 3. Vorderingen aan order art. 3:93 BW Met name genoemde schuldeiser Levering doordat schuldeiser opdracht/orde geeft om het aan een ander persoon te betalen. Vervreemder moet het stuk waaruit de vordering blijkt aan de verkrijger geven. Dit noemt men een endossement
Beperkte rechten Voor de vestiging en overdracht van een beperkt absoluut recht geeft de wet niet speciaal regels over leveringshanddelingen. Art. 3:98 BW(dit wetsartikel bepaalt dat een vestigingshandeling gelijk is aan leveringshandeling/bezitsverschaffing). Afhankelijk van welk beperkt absoluut recht wordt bepaald wat voor leveringshandeling daaraan vast hangt. De handeling voor vestiging of overdracht van een beperkt absoluut recht wordt bepaalt door de het soort zaak waarop dit recht rust. Voorbeelden: Recht van pand dat rust op een ketting(roerende zaak) We houden de leveringshandeling aan die voor de zaak geldt, in dit geval een roerende zaak dus gaat het hier om bezitsverschaffing. Recht van hypotheek vestigen op een huis(onroerende zaak) EXTRA: We houden nog steeds de leveringshandeling aan die voor de zaak geldt, in dit geval een onroerende zaak dus gaat het hier om het inschrijven van een akte in kadaster. Er zijn 2 soorten aktes: 1. Authentieke akten Opgemaakt door een door de wet voorgeschreven vorm, door een openbaar ambtenaar(deurwaarder, notaris of een ambtenaar van de burgerlijke stand). 2. Onderhandse akten Een schriftelijke en ondertekend stuk dat gemaakt is zonder tussenkomst van een openbaar ambtenaar. Een authentieke akte opgemaakt door een notaris wordt ook wel een notariële akte genoemd. Een authentieke akte heeft meer bewijskracht dan een onderhandse akte. EXTRA: Bij een akte van cessie heet de persoon die de vordering overdraagt cedent en de ontvanger van de vordering heet cessionaris en de schuldenaar heet hierdoor cessus.
Samenvattingsschema Roerende zaken nietregistergoederen Registergoederen Vordering aan toonder Vordering op naam Vordering aan order Beperkte rechten bezitsverschaffing, art. 3:90 BW inschrijving transportakte in openbaar register, art. 3:89 BW bezitsverschaffing, art. 3:93 BW akte van cessie en mededeling schuldenaar, art. 3:94 BW bezitsverschaffing na endossement, art. 3:93 BW zelfde leveringshandeling die geldt voor het object waarop het beperkte recht rust, art. 3:98 BW Bron schema: 24Boost.nl