1 Bruxisme beteugelen
Bruxisme beteugelen Herkennen, behandelen en stabiliseren Daniel Brocard Jean-François Laluque en Christian Knellesen Met een voorwoord van Kya Wabeke Bohn Stafleu van Loghum Houten 2010
2010 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Uitgeverij Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën of opnamen, hetzij op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16b Auteurswet 1912 j o het Besluit van 20 juni 1974, Stb. 351, zoals gewijzigd bij het Besluit van 23 augustus 1985, Stb. 471 en artikel 17 Auteurswet 1912, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (Postbus 3051, 2130 KB Hoofddorp). Voor het overnemen van (een) gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16 Auteurswet 1912) dient men zich tot de uitgever te wenden. Samensteller(s) en uitgever zijn zich volledig bewust van hun taak een betrouwbare uitgave te verzorgen. Niettemin kunnen zij geen aansprakelijkheid aanvaarden voor drukfouten en andere onjuistheden die eventueel in deze uitgave voorkomen. ISBN 978 90 313 7613 1 NUR 887 Ontwerp omslag: Designworks, Oud Gastel Ontwerp binnenwerk: Pre Press Mediagroep, Zeist Titel van de originele Franse uitgave: La gestion du Bruxisme Quintessence International 2008 11 bis, rue d Aguesseau. 75008 Paris ISBN 978-2-912550-54-5 De afbeeldingen 1.1, 1.4, 1.5, 4.1, 4.20, 5.8 zijn afkomstig uit het tijdschrift Réalités Cliniques (2005, vol 16 (1): 21-28). Weergave met welwillende toestemming van de Information Dentaire. Met toestemming van de uitgever van het tijdschrift Les cahiers de Prothèse werden de afbeeldingen 6.60 en 6.62 uit de decemberuitgave 2004; n 128: 65.72 en de afbeeldingen 3.7, 4.20, 6.10, 6.18, 6.69, 6.70, 7.1, 7.2, 7.3, 7.5, 7.8 uit de novemberuitgave 1997; n 100, pp. 93-106 overgenomen. Nederlandse vertaling door Drs. E.C. Stevens, Gronau Bohn Stafleu van Loghum Het Spoor 2 Postbus 246 3990 GA Houten www.bsl.nl
Inhoud Woord vooraf 7 1 Bruxisme definities 9 2 Etiologie 15 3 Anamnese en klinisch onderzoek 19 4 Diagnostiek 25 5 Behandelingsvormen 35 6 Bruxisme en prothetische restauratie 47 7 Bruxisme en craniomandibulaire disfunctie 77 8 Nazorg en perspectief 85 9 Conclusies 89 Literatuur 93 Register 99
Woord vooraf Dit van oorsprong Franse boek, in 2008 geschreven door clinici van verschillende universiteiten, heeft een internationale vlucht genomen sinds het in 2009 in het Duits en Nederlands is vertaald. Frankrijk, Duitsland en Nederland zijn alle drie landen waar de tandheelkundige professie met grote zorg kijkt naar de verontrustende toename van gebitsslijtage van niet-carieuze aard. Het boek behandelt vrijwel uitsluitend zorgwekkende gebitsslijtage die wordt veroorzaakt door bruxisme. Het biedt inspiratie en troost. Inspiratie omdat het een aantal belangrijke aspecten helder uiteenzet en met veel beeldmateriaal illustreert. Troost omdat de auteurs ons deelgenoot maken van hoe dentale destructie ons te machtig kan zijn: daar valt immers niet tegenop te restaureren. Wie hun toelichting en aanbevelingen ter harte neemt zal bruxisme niet zozeer als een lastige bedreiging, maar meer als een grote uitdaging kunnen gaan zien. Allereerst is het goed ons te realiseren dat de oorsprong van bruxisme ver buiten de tandheelkundige horizon ligt. Veelvuldig hanteren tandartsen in de praktijk definities als knarsen, wrikken, klemmen en persen, definities die betrekking hebben op occlusie en musculaire hyperactiviteit. Het is echter van groot belang dat we ons richten op gedragsaspecten. Hippocrates beweerde al dat de slijtage van de tanden de verwarring van de geest weerspiegelt. Wetenschappers van nu houden rekening met en doen onderzoek naar slaapstoornissen (zich ondermeer uitend in nachtbruxisme) en gedragsaspecten (leidend tot dagbruxisme). Het hele boek ademt hoe belangrijk het voor de tandarts is bruxismepatiënten te herkennen en de risico s die zij lopen op tijd te onderkennen. Twee kerngedachten zijn van cruciaal belang: ons therapeutisch handelen verhelpt bruxisme niet, maar beperkt of repareert slechts de gevolgen ervan EN de patiënt moet zich zodanig van zijn bruxisme bewust zijn dat hij onze cotherapeut wordt. Dit laatste, zo stellen de auteurs, is een onontbeerlijke voorwaarde voor iedere behandeling en van grote invloed op de prognose van de patiënt. Een tweede aandachtsterrein waarmee het boek mij voor zich inneemt betreft de functie en vervaardiging van de harde geperste opbeetplaat: een in mijn ogen vaak ondergeschoven kind in ons arsenaal van werkstukken. Hoe vaak hoor ik collegae niet verzuchten dat die dingen toch niet gedragen worden en dat ze daarom maar afzien van het maken ervan. En hoe vaak tref ik in mijn verwijspraktijk niet patiënten aan die vertellen dat ze er slechte ervaringen mee hebben.
8 Bruxisme Ze zitten te strak of veel te los, metalen knopjes drukken pijnlijk in hun tandvlees of ze worden er misselijk van. Als ik die platen dan bekijk, vind ik doorgaans een verklaring voor het ervaren discomfort: de pasvorm schiet tekort, knopankers drukken in een tandvleespapil of de kunshars palatinaal is onnodig breed uitgewerkt naar dorsaal toe. Wanneer de hele vervaardigingsprocedure in de praktijk en in het tandtechnisch laboratorium zeer nauwkeurig is uitgevoerd, kun je een opbeetplaat boven of onder plaatsen, waarvan de precisie niet onder hoeft te doen voor die van een kroon. En met zo n harde spalk is onze patiënt beschermd tegen nachtelijke destructie. Dit boek en we kennen allemaal dergelijke voorbeelden toont niet alleen stukken afgesprongen porselein, maar ook gespleten wortels en verloren implantaten. Daarom vormt de nightguard bij deze auteurs het sluitstuk van hun restauratieve therapie en maakt deze onderdeel uit van een vooraf opgestelde schriftelijke overeenkomst. De derde grote verdienste van dit boek bestaat uit de talloze langdurig vervolgde en gedocumenteerde behandelde casussen, variërend van personen van 3 tot 18 jaar! Het is van ondergeschikt belang dat je hier veel metaal-porselein aantreft en weinig composiet; de auteurs kiezen hier en daar zeer bewust voor occlusaal metaal, omdat dit materiaal meer vergevingsgezind is dan keramiek bij het opvangen van grote laterale belasting. Hun grondige stapsgewijze aanpak van prothetische rehabilitaties, zonder of met wijziging van de verticale dimensie is een nuttige leidraad voor iedere behandelaar. Het langdurig volgen van behandelde patiënten dwingt zeker respect af. Nog te vaak staat in ons dagelijks handelen cure voorop en verliezen wij of onze patiënt de animo voor de zo belangrijke aftercare. Was dergelijke nazorg maar net zo vanzelfsprekend als het onderhoud bij de mondhygiënist! Dit boek kan de lezer helpen om te incasseren waartoe bruxomanie kan leiden. Dr. Kya B. Wabeke, tandarts MFP/gnatholoog