INFRABEL N.V. TECHNISCHE BEPALING L - 24 - I FABRICATIE EN LEVERING VAN BETONPRODUCTEN Naam Datum Handtekening Technisch voorstel Ronny Borny ing 1/04/2011 Getekend Administratief voorstel Dirk Dupont e.ir 12/04/2011 Getekend Voorgesteld op de werkgroep aankopen Nazicht vertaling Vrijgave Jan Mys, e.ir 13/04/2011 Getekend Uitgave : 04/2011
Versiecontrole: Versie TB Voornaamste wijzigingen t.o.v. vorige versie 04/2011 Eerste versie Pagina 2 van 23
INHOUDSTAFEL Versiecontrole:... 2 INHOUDSTAFEL... 3 1 INLEIDING... 5 1.1. Voorwerp... 5 1.2. Toepassingsgebied... 5 1.3. Toegepaste documenten... 5 1.3.1. Typeplannen... 5 1.3.2. Normen... 5 1.3.3.. Andere documenten... 6 1.3.4. Rangschikking van de documenten... 6 1.4. Definities... 6 1.4.1. Basisbegrippen... 6 1.4.2. Afkortingen... 6 2. Kwalificatie... 7 2.1. Kwalificatieprocedure... 7 2.2. Inlichtingen... 7 2.3. Kwalificatieproeven... 7 2.4. Notificatie van de kwalificatie... 8 2.5. Vereenvoudigde kwalificatieprocedure... 8 3 KARAKTERISTIEKEN... 9 3.1. Samenstellende materialen...9 3.1.1. Beton... 9 3.1.1.1. Granulaten... 9 3.1.1.2. Cement (NBN EN 197, NBN EN 196)... 9 3.1.1.3. Aanmaakwater... 9 3.1.1.4. Hulpstoffen... 9 3.1.1.5. Toevoegproducten... 9 3.1.1.6. Karakteristieken van het beton... 9 3.1.2.. Staal voor gewapend beton... 10 3.2. Fabricatiekarakteristieken...10 3.2.1. Opslag van de basismaterialen... 11 3.2.1.1. Granulaten... 11 3.2.1.2. Cement... 11 3.2.1.3. Hulpstoffen... 11 3.2.2. Positionering van de wapeningen... 11 3.2.3. Betonnering... 11 3.2.3.1. Dosering... 11 3.2.3.2. Betonnering bij koud weer... 12 3.2.3.3. Thermische behandeling van het beton... 12 3.2.4. Ontkisting - Verharding... 12 3.2.5. Opslag... 12 3.3. Meetkundige karakteristieken en uitzicht... 12 3.3.1. Meetkundige karakteristieken... 12 3.3.1.1. Nominale afmetingen : zie plan... 12 3.3.1.2.Toleranties : zie plan:... 12 3.3.1.3. Plaats wapening en dekking... 12 3.3.2. Karakteristieken van het uitzicht en klank... 13 3.3.2.1. Uitzicht... 13 3.3.2.2 Klank... 13 4 CONTROLES EN PROEVEN... 14 4.1. Kwalificatieproeven... 14 4.2. Serieproeven... 14 4.3 Uit te voeren proeven... 14 4.5. Resultaten van de proeven en frequentie... 15 Pagina 3 van 23
5. Kwaliteitsplan en specifieke keuringsvoorwaarden... 16 5.1. Kwaliteitsplan... 16 5.2. Specifieke keuringvoorwaarden... 16 6 LEVERING, VERPAKKING, MARKERING... 17 6.1.. Bijzondere schikkingen voor sleuven en deksels... 17 6.2. Merktekening... 17 6.3.. Verzending... 17 7 WAARBORG... 18 BIJLAGEN Bijlage 1: Nazicht van de bevoorrade materialen Bijlage 2: Nazicht van de middelen voor betonproductie Bijlage 3: Nazicht van de fabricatiemiddelen voor dwarsliggers Bijlage 4: Nazicht van de afgewerkte producten Bijlage 5: Nazicht van de voorraden en ladingen en nazicht van de meetmiddelen en laboratorium Pagina 4 van 23
1 INLEIDING 1.1. Voorwerp Deze bepaling bepaalt de karakteristieken van de producten, de kwalificatieprocedure, de methodes voor het toezicht op de kwaliteit en de uit te voeren proeven op de betonproducten die op het Infrabel net toegepast worden. 1.2. Toepassingsgebied De hier onderstaande tabel worden de beoogde betonproductgroepen van de TB opgesomd. Grachtsleuven Kabelsleuven al dan niet beveiligd Deksels kabelsleuven Perronboorden en noppenplaat 1.3. Toegepaste documenten Alle technische documenten, documenten betreffende de kwaliteit en andere, zijn ofwel in het Frans, ofwel in het Nederlands te verstrekken. De betonproducten zijn conform aan de door Infrabel goedgekeurde plannen. 1.3.1. Typeplannen De volgende typeplannen zijn van toepassing : - plan Infrabel n 43.20.01-01-01 kabelbeschermer van 7 in beton - plan Infrabel n 43.20.01-01-02 sleuf en deksel in beton model 10,5 - plan Infrabel n 43.20.01-01-04 sleuf en deksel in beton model 22 - plan Infrabel n 43.20.01-01-05 sleuf en deksel in beton model 28 -plan Infrabel n 43.20.01-01-06 kabelsleuf met verzonken deksel model 30 -plan Infrabel n 43.20.01-01-07 kabelsleuf met verzonken deksel model 40 -plan Infrabel n 43.20.01-01-08 kabelsleuf met verzonken deksel model 50 -plan Infrabel n 43.20.01-02-02 grachtsleuf klein model L=1 m -plan Infrabel n 43.20.01-02-03 grachtsleuf klein model L=2 m -plan Infrabel n 43.20.01-02-05 grachtsleuf groot model L=1 - plan Infrabel n 43.20.01-02-06 grachtsleuf groot model L=2 m - plan Infrabel n 43.20.01-02-04 deksel voor grachtsleuf groot model. - plan Infrabel n 43.08.00-13-12 perronboord model 95 L=2 m - plan Infrabel n 43.08.00-13-13 perronboord model 96 L=2 m - plan Infrabel n 43.20.01-02-07 drainerende grachtsleuf groot model. - plan Infrabel n 43.20.01-02-08 drainerende grachtsleuf groot model (h=2m) met kabelhouders. - plan Infrabel n 43.20.01-.02-09 drainerende grachtsleuf groot model(h=1,2m) met kabelhouders. - plan Infrabel n 43.20.01-02-10 drainerende grachtsleuf groot model (h=900 mm) Opmerking : Deze typeplans kunnen door de leveranciers als fabricatieplan gebruikt worden. Zoniet dient de fabrikant een eigen fabricatieplan aan Infrabel ter goedkeuring voor te leggen. 1.3.2. Normen De volgende reeksen normen zijn van toepassing (laatste uitgaven) : - NBN A 24 301 à 304, NBN EN 10080 Staal voor gewapend beton -- NBN EN 932, NBN EN 933, NBN EN 12620, NBN EN 1097, NBN EN 1744 - granulaten en zand - NBN EN 197, NBN EN 196, NBN B 12-108, NBN B 12-109, NBN B 12-110 - cement - NBN EN 206-1, NBN B 15-001, NBN B 15-215, NBN EN 12390 NBN EN 13369- beton Pagina 5 van 23
- NBN - T 61, EN 480 et NBN EN 934 hulpstoffen voor beton - NBN EN ISO 9001 - Kwaliteitsmanagementssystemen -- NBN X 50-007 - Kwaliteitshandboek - NBN EN 1008 Aanmaakwater voor beton - EN 12350-8 tot 12 zelfverdichtende beton 1.3.3.. Andere documenten Technische bepaling L-24-I Editie 04/2011 - TB Q3 van Infrabel met betrekking op de kwalificatie van de leveranciers - TB QP Infrabel - PTV 200 geprefabriceerde structuurelementen van gewapend en voorgespannen beton - PTV 302, 303, 304, staal voor beton - PTV 411 - granulaten - PTV 603 - cement - CUR 38 - maatregelen om schade aan beton door de alkali-silicareaktie te voorkomen 1.3.4. Rangschikking van de documenten De Europese richtlijnen en de van kracht zijnde Belgische wetgeving zijn rechtsgeldig, gevolgd door de plannen en de technische bepalingen, de Europese normen, Belgische en vreemde. 1.4. Definities 1.4.1. Basisbegrippen - Structuurelement : Constructiedeel waarvan de mechanische sterkte een wezenlijk kenmerk vormt. - Geprefabriceerd structuurelement : Structuurelement dat vervaardigd is in een permanente en gespecialiseerd technische eenheid en wordt beschermd tegen de weersinvloeden tot de vereiste mechanische sterkte voor afvoer naar de stapelplaats is bereikt. - Standaardelement : geprefabriceerd structuurelement waarvan de fabricage kenmerken en desgevallend de gebruikskenmerken in een standaarddocument worden vastgelegd door de fabrikant onafhankelijk van de bestemming van het element. - Kabelsleuf : prefab element in gewapend beton in de vorm van een U-profiel waarin kabels gelegd worden. - Grachtsleuf : prefab element in gewapend beton voor beklede grachten. - Perronboord : prefab betonnen L-element tussen het spoor en de perronbevloering waar reizigers kunnen in- en uitstappen. - Noppenplaat : geprefabriceerde betonnen perronbevloeringsplaat voorzien van noppen voor bllinden en slechtzienden. 1.4.2. Afkortingen - EN = Europese normen - TB = Technische bepaling - NBN = normes belges - Belgische normen - BENOR = door het Belgisch Instituut voor Normalisatie erkend kwaliteitsmerk - PTV = prescriptions techniques - technische voorschriften (OCCN) - TRA = toepassingsreglement règlement d application (OCCN) - OCCN = Onderzoekscentrum van de Cementnijverheid - TD = technisch dossier, in te dienen door de fabrikant (zie 2.1.2) - ARAB = Algemeen Reglement op de Arbeidsbescherming - MVI = Ministerie van Verkeer en Infrastructuur. - ISO = International Standard Organisation - NTN = Notice technique/technische nota. - ZVB = Zelfverdichtende beton Pagina 6 van 23
2. Kwalificatie 2.1. Kwalificatieprocedure De fabricant moet zijn producten laten kwalificeren volgens de technische bepaling Q3 van Infrabel (kwalificatie van fabricanten vereenvoudigde procedure). De kwalificatieaanvraag moet ingediend worden bij INFRABEL (adres zie Q3) De technische bepaling Q3 beschrijft de voorwaarden waaraan de fabrikant moet voldoen om gekwalificeerd te kunnen worden. De beoordeling van de kwalificatieaanvragen gebeurt op 2 niveaus: - analyse van de gegevens van de fabrikant - proefresultaten en technische aanvaarding van het materiaal Belangrijke opmerking - Alleen gekwalificeerde fabrikanten worden gevraagd een offerte in te dienen; - De tijdens de kennisgeving van de kwalificatie goedgekeurde plannen dienen door de inschrijvers gerespecteerd te worden; - Als een product dat een kwalificatieprocedure met succes heeft doorstaan, gewijzigd wordt, behoudt Infrabel zich het recht voor een nieuwe kwalificatie te eisen; - Voor elke fabrikant geldt de kwalificatie per product en per productiesite; - Alleen de producten die vermeld zijn in de kennisgeving van de kwalificatie conform technische bepaling Q3 kunnen worden voorgesteld. 2.2. Inlichtingen Volgende documenten moeten door de kandidaat bij zijn kwalificatieaanvraag gevoegd worden: - de documenten gevraagd in de technische bepaling Q3; - alle inlichtingen betreffende de samenstellende delen evenals de manier van fabricatie; - de lijst van de onderaannemers van de verschillende onderdelen. - voor de basismaterialen en hun bestanddelen worden enkel de leveranciers beschikkend over een erkenning BENOR (indien deze van toepassing is) of een door Infrabel betekende kwalificatie (als er voor dit product geen erkenning BENOR bestaat), volgens TB Q3 in overweging genomen. De leveringsbons die de merktekens BENOR dragen getuigen hiervoor. De geldigheid van andere getuigschriften is ter goedkeuring voor te leggen aan Infrabel 2.3. Kwalificatieproeven De kwalificatieproeven zijn in 4.3. vermeld Infrabel behoudt zich het recht voor op de prototypes alle proeven uit te voeren die vermeld worden in onderhavig document, of gelijkaardige proeven vermeld in de toepasselijke normen. De prototypes blijven eigendom van Infrabel. De firma stelt 5 prototypes gratis ter beschikking van Infrabel. Infrabel duidt de prototypes aan in het productengamma waarvoor een kwalificatie aangevraagd wordt, rekening houdend met het voor elk product gekozen betonmengsel. Pagina 7 van 23
2.4. Notificatie van de kwalificatie Infrabel gaat over tot de kwalificatie van de fabrikant indien: - de proeven vermeld in 2.3 voldoening geven; - de inlichtingen gevraagd in 2.2 voldoening gaven; 2.5. Vereenvoudigde kwalificatieprocedure Indien de fabrikant objectieve bewijzen kan leveren dat zijn product beantwoordt aan de kwalificatie-eisen en dat hij regelmatig producten geleverd heeft conform aan de eisen van deze technische bepaling, dan kan Infrabel vrij beslissen de fabrikant zonder kosten te kwalificeren. : Pagina 8 van 23
3 KARAKTERISTIEKEN VOORAFGAANDE OPMERKING : De fabrikant mag suggesties doen, deze zijn echter onderworpen aan het indienen van een volledig, met plannen gestaafd, technisch en economisch dossier. Alleen Infrabel beslist over het aanvaarden van een suggestie en het nodig zijn van een nieuwe kwalificatie (geheel of gedeeltelijk), conform aan punt 2.2 hiervoor. Al de hierna vermelde karakteristieken worden op een algemene wijze hernomen in het TD 3.1. Samenstellende materialen 3.1.1. Beton 3.1.1.1. Granulaten De granulaten zijn overeenkomstig 4.3.4 en 4.3.5 NBN EN 12620 Zand is volgens 4.3.3 van NBN EN 12 620 3.1.1.2. Cement (NBN EN 197, NBN EN 196) 3.1.1.3. Aanmaakwater 3.1.1.4. Hulpstoffen Het toegepaste cement dient te voldoen aan de NBN EN 197 en NBN EN 196. Het gebruik van LA cement is verplicht. Indien het aanmaakwater afkomstig is van het verdeelnet (behalve wanneer het chloorgehalte hoog is), wordt een verklaring van de verdeler bij het TD gevoegd. Bij gebruik van water dat niet afkomstig is van het verdeelnet, wordt een volledige ontleding uitgevoerd door een onafhankelijk laboratorium dat verklaart dat dit water bruikbaar is voor de fabricatie van het beton volgens NBN EN 1008. De eventuele hulpstoffen zijn conform aan de norm NBN EN 480 en NBN EN 934. Het gebruik van superplastificeerder voor zelfverdichtende beton is toegelaten. 3.1.1.5. Toevoegproducten Het gebruik ervan is onderworpen aan de voorafgaandelijke toelating van Infrabel. 3.1.1.6. Karakteristieken van het beton De fabrikant stelt een betonsamenstelling (hulpstoffen inbegrepen) voor, die beantwoordt aan de specificaties van de NBN EN 206-1 et NBN B 15-001 : minimim C 30/37 GB EE4 voor perronboorden.. minimum C 30/37 GB EE3 voor kabelsleuven en grachtsleuven Deze samenstelling wordt hernomen in het TD van de fabrikant met een beschrijving van : de aard, de oorsprong, de dosering en de karakteristieken van alle bestanddelen; de Pagina 9 van 23
karakteristieken van de verwerking (consistentie, trillingen : duur, frequentie, amplitude); de samendrukkingsweerstanden na 7 en 28 dagen. Een statistische behandeling van de resultaten van de drukproeven wordt door de fabrikant uitgevoerd. Teneinde het risico op het optreden van alkali granulaatreacties te verminderen voegt de fabrikant een dossier dat de ongevoeligheid van zijn beton aan de alkaligranulaatreacties en secundaire etringietvorming behandelt toe.. Het dossier herneemt de controle van het alkalibalans komende van alle bestanddelen van beton. Deze balans wordt door het in rekening brengen van het maximale gehalte, aangegeven op de technische fiche van de producent door een onafhankelijk erkend (volgens EN-NBN 17025) labo, van elk component bepaald. Bij gebrek aan een gewaarborgd attest bij de granulaten van niet maritieme oorsprong wordt een gehalte aan Na 2 O equivalent van 0,1 kg per ton granulaten aangenomen In functie van het gebruikte type cement mag de balans de volgende waarden niet overschrijden.(zie onderstaande tabel) Beton op basis van cementgehalte Na 2 O maximum equivalent (kg/m 3) Portland CEM I 32.5/42.5/52.5 LA 3 Hoogoven CEM IIIA/LA ( van 36 tot 50 % slakken CEM IIIA/LA ( van 50 tot 65% slakken CEM III/B LA ( van 66 tot 80 % slakken CEM III/B LA ( van 81 tot 95 % slakken 4,5 5,5 10 10 Deze balans van Na 2 O gehalte wordt voor elk contract aan Infrabel meegedeeld en telkens als de betonsamenstelling of de oorsprong van een component op basis van nieuwe recente waarden geleverd door de producent verandert. Alle maatregelen om de ongevoeligheid van beton voor alkaligranulaat reacties te verzekeren zijn ten laste van de producent Tijdens de betonbereiding mag Infrabel op haar kosten bijkomende controles uitvoeren die zij nodig acht om de conformiteit van het beton aan de hier opgenoemde criteria na te zien. 3.1.2.. Staal voor gewapend beton Het staal is van de kwaliteit BE 500 S, BE 500TS of DE 500 BS. Het staal (staven of draden, glad of met verbeterde hechting) zijn conform aan de normen NBN A24-301 tot 303 en NBN ENV 10080 en overeenkomstige PTV s. De gelaste wapeningsnetten zijn conform aan de normen NBN A 24-304 en NBN EN 10080 en overeenkomstige PTV s. 3.2. Fabricatiekarakteristieken Voorafgaande opmerkingen : De fabrikant is er toe gehouden te werken volgens de regels van de kunst in overeenstemming met zijn Kwaliteitshandboek en zijn TD (en zijn aanhangsels). Hieronder worden slechts enkele essentiële eisen met betrekking tot de fabricatie van de Pagina 10 van 23
betonproducten vermeld. Algemeen genomen wordt elke wijziging van de karakteristieken van de fabricatie vermeld in de daartoe voorziene documenten en voor onderzoek en voorafgaandelijk akkoord voorgelegd aan Infrabel. De bijlagen 2 en 3 vullen dit hoofdstuk aan wat betreft de organisatie van de controles tijdens de fabricatie. De voorschriften van de norm NBN EN 206-1 zijn integraal van toepassing rekening houdend met de bijzonderheden van onderhavige bepaling. 3.2.1. Opslag van de basismaterialen 3.2.1.1. Granulaten 3.2.1.2. Cement 3.2.1.3. Hulpstoffen Alle materialen worden zo opgeslagen dat zij zeer duidelijk kunnen worden geïdentificeerd. De vervuiling door elk element van buitenaf, door andere bestanddelen is te vermijden. Het stockeren in open lucht wordt toegelaten, de vloer voorkomt de vervuiling en is goed gedraineerd. Het cement wordt droog opgeslagen in gesloten silo's. De eventuele hulpstoffen worden opgeslagen in een afgesloten recipiënt, voorbehouden voor dit doel of in hun oorspronkelijke verpakkingen. 3.2.2. Positionering van de wapeningen 3.2.3. Betonnering 3.2.3.1. Dosering Deze wapeningen worden zo in de gietvorm geplaatst dat elke verplaatsing vermeden wordt. De tolerantie op de positionering bedraagt + 5 mm,tenzij anders vermeld op de plans deze wapeningen zijn bewerkt, conform de plans. Indien niet anders vermeld op het plan zal de minimale dekking 20 mm zijn. De dosering van de onder punt 3.1.1.6 beschreven samenstelling situeert zich binnen de toleranties zoals gedefinieerd in de NBN 206-1. - cement : + 3 %. - granulaten : + 3% voor het geheel - hulpstoffen : + 5% - water : + 3 % Het transport van het beton wordt zo georganiseerd dat de segregatie van de elementen, het begin van de harding vóór het verwerken, de vervuiling door vreemde stoffen en overdreven verdamping vermeden worden. Behalve in het geval van het gebruik van ZVB dient het beton verdicht te worden door het trillen van de gietvormen, of door toepassing van trilnaalden. Deze bewerkingen worden uitgevoerd in een overdekte plaats. Pagina 11 van 23
3.2.3.2. Betonnering bij koud weer De betonnering mag slechts worden uitgevoerd bij aanvaardbare temperatuursvoorwaarden rekening houdend met de bescherming tegen de koude en de verwarmingsmiddelen van de hal. Deze voorwaarden kunnen dus variëren van de ene installatie tot de andere. In alle gevallen mogen de bestanddelen niet bevroren, noch bedekt met ijs of sneeuw zijn. In het geval dat het water en/of de granulaten opgewarmd wordt is de maximum temperatuur van elk bestanddeel begrensd tot 30 C. 3.2.3.3. Thermische behandeling van het beton De temperatuur van het vers beton is in overeenstemming met 5.28 van NBN EN 206-1. Voor versnelde verharding door warmtebehandeling is 4.2.1.4 van NBN EN 13369 van toepassing 3.2.4. Ontkisting - Verharding 3.2.5. Opslag Het ontkisten wordt voorzichtig uitgevoerd, zo dat geen enkele vervorming, geen beginnend scheurtje of afschilfering kan worden veroorzaakt bij het beton. Indien de buitentemperatuur lager is dan 0 C (om 7u 's morgens), mogen de betonproducten slechts buiten worden opgeslagen na een termijn van 36 uren na hun betonnering en worden ze daarna beschermd tegen de directe inwerking van de kou. Bij warm weer en volgens de andere atmosferische omstandigheden (aantal zonne-uren, wind, luchtvochtigheid) neemt de fabrikant de nodige maatregelen om een te snelle uitdroging van de betonoppervlakken en de vorming van gebreken zoals microscheurtjes of afschilferingen te vermijden, in het bijzonder door het beschermen van de oppervlakken of door hen regelmatig te besproeien met water gedurende een aan de atmosferische omstandigheden aangepaste periode. Na het verstrijken van de hierboven vermelde termijnen, mogen de betonproducten worden opgeslagen in open lucht op een verharde en/of verdichte effen ondergrond De fabrikant zal een opslagruimte voorzien, voldoende om het voorziene fabricatieprogramma te eerbiedigen. De verschillende lagen waaruit de stapels zijn samengesteld, worden van elkaar gescheiden door latten in zacht hout. De niet conforme betonproducten, opgespoord door de fabrikant of Infrabel, worden duidelijk geïdentificeerd en apart opgeslagen. De identificatie bestaat uit rode merktekens, aangebracht op de twee buitenste zijden van de producten De schikkingen betreffende de identificatie en de afzonderlijke opslag van de afgekeurde producten zullen worden hernomen in het kwaliteitsplan (of een ander kwaliteitsdocument). 3.3. Meetkundige karakteristieken en uitzicht 3.3.1. Meetkundige karakteristieken 3.3.1.1. Nominale afmetingen : zie plan 3.3.1.2.Toleranties : zie plan: 3.3.1.3. Plaats wapening en dekking Voor wat betreft sleuven en deksels gebeurt het nazicht van de wapeningen door het vernietigen van x stuks van de dagproductie. De waarde van x wordt bepaald in de onderstaande tabel Pagina 12 van 23
Waarde x Dagproductie X= 1 100 X=2 100 500 X=3 500 Voor wat betreft de grachtsleuven en perronboorden dient de leverancier zijn werkwijze ter controle van de ligging van de wapening ter goedkeuring voor te leggen aan Infrabel. 3.3.2. Karakteristieken van het uitzicht en klank 3.3.2.1. Uitzicht De oppervlakten, ruw ontkist, zijn goed van uitzicht, regelmatig van vorm en samenstelling, zonder scheuren, barsten noch grindnesten.. Geen enkele wapening mag zichtbaar zijn.. Vastgestelde beschadigingen en gebreken worden in de mate van het mogelijke hersteld voor de verharding van het beton. Indien de herstellingen geschieden na de verharding van het beton, wordt gezorgd voor een voldoende aan hechting van de herstelmortel of het herstelbeton. Het type herstelbeton of mortel dient ter goedkeuring aan Infrabel voorgelegd te worden. De oppervlakken van de perronboorden dienen glad en uniform van kleur te zijn. Herstellingen van perronboorden en noppenplaten aan de zichtbare kant is verboden. Een catalogus van de aanvaardbare en onaanvaardbare karakteristieken moet worden opgesteld en regelmatig worden bijgewerkt door de fabrikant. Deze catalogus moet ter goedkeuring worden voorgelegd aan Infrabel. 3.3.2.2 Klank De producten geven een heldere klank wanneer ze met een metalen voorwerp worden beklopt. Pagina 13 van 23
4 CONTROLES EN PROEVEN 4.1. Kwalificatieproeven 4.2. Serieproeven Er worden twee niveaus van proeven voorzien : Proeven uit te voeren met het oog op de kwalificatie: De kwalificatieproeven worden uitgevoerd voor elke te kwalificeren betonsamenstelling. Deze proeven maken het voorwerp uit van een gedetailleerd verslag dat het geheel van de proeven groepeert. Dit verslag wordt in twee exemplaren naar het studiebureau van het spoor gezonden ten laatste drie maanden nadat de toezichtbediende van Infrabel de te beproeven betonproducten aangeduid heeft. De proeven worden uitgevoerd op kosten van de fabrikant door een onafhankelijk laboratorium gekozen in gemeenschappelijk overleg en worden conform aan de bepaling Q3 ingediend. Het aantal uit te voeren proeven is in de norm NBN EN 206-1 vermeld. Geen enkele serieproductie mag worden aangevat vóór het succesvolle einde van de kwalificatieproeven. Na wijziging die een nieuwe kwalificatie vereist zoals voorzien in punt 2.1 wordt het aantal uit te voeren kwalificatieproeven aan de appreciatie van Infrabel overgelaten in functie van de grootte van de voorgestelde wijziging. Tijdens de productie worden er serieproeven uitgevoerd. Deze dienen om de standvastigheid van de karakteristieken van het gefabriceerd product te controleren.. Ze mogen in het labo van de fabrikant in afwezigheid van Infrabel uitgevoerd worden. In alle gevallen dienen de resultaten ter beschikking van Infrabel gesteld worden. 4.3 Uit te voeren proeven De uit te voeren proeven zijn vermeld in de volgende tabel, de resultaten mogen in voorkomend geval verstrekt worden door de leverancier van de samenstellende materialen. In alle gevallen worden de proeven door de fabrikant geregistreerd op de daartoe voorziene documenten. Pagina 14 van 23
Samenstellende materialen Overeenkomende paragrafen Kwalificatie Serie. Granulaten 3.1.1.1. -Granulometrische analyse X - Chemische analyse X -. Reactiviteit alkali/granulaat 3.1.1.1 X. Cementen 3.1.1.2. X. Water (2) 3.1.1.3. X. Hulpstoffen 3.1.1.4. X. Beton 3.1.1.6 - samendrukking X X. Wapening gewapend beton 3.1.2.1. X Afgewerkt product Plaatsing van de wapening 3.3.1.3 X X Meetkundige karakteristieken 3.3.1. X X (volledig) klank 3.3.2. X X Uitzicht, markering 3.3.3. X X 4.5. Resultaten van de proeven en frequentie - Elk resultaat van de serieproeven- dat niet conform is, kan de niet-kwalificatie of kwalificatievernietiging van het product (na eventuele tegenproeven) meebrengen. - De frequentie en de diverse controles wordt opgegeven in de als bijlagen bijgevoegde tabellen 1, 2, 3, 4, 5 en 6. Pagina 15 van 23
5. Kwaliteitsplan en specifieke keuringsvoorwaarden 5.1. Kwaliteitsplan De technische bepaling QP is van toepassing voor bestellingen van dit product. Alvorens de serieproductie op te starten moet de fabrikant een kwaliteitsplan opmaken conform de eisen van de technische bepaling QP. Infrabel kan beslissen een audit uit te voeren om het kwaliteitsplan en de toepassing ervan te controleren (conform technische bepaling QP). De fabrikant verbindt zich ertoe alle eventuele corrigerende maatregelen binnen de afgesproken termijn uit te voeren. Dit kwaliteitsplan moet goedgekeurd worden door Infrabel. De fabrikant moet een intern controle systeem opnemen in zijn kwaliteitsplan en toepassen (conform technische bepaling QP) waarbij de belangrijkste parameters tijdens het productieproces en de karakteristieken van het eindproduct gecontroleerd worden. De controles op het eindproduct moeten minstens de proeven omvatten beschreven in bijlage 4.1 van deze technische bepaling. 5.2. Specifieke keuringvoorwaarden De fabrikant dient bij elke levering een keuraanvraag in bij de keuringsdienst van Infrabel vergezeld van een conformiteitscertificaat en de resultaten van de controles op de aangeboden producten. Tijdens de keuring verifieert de keurder van Infrabel de toepassing van het kwaliteitsplan, controleert hij de controledocumenten die de fabrikant ter beschikking houdt (zie technische bepaling QP) en woont de proeven bij beschreven onder 4.3. Infrabel behoudt zich het recht voor alle controles/metingen/proeven uit te voeren die zij nodig acht om de conformiteit van de aangeboden producten na te gaan.. Pagina 16 van 23
6 LEVERING, VERPAKKING, MARKERING. Technische bepaling L-24-I Editie 04/2011 6.1.. Bijzondere schikkingen voor sleuven en deksels De leveringen van sleuven en deksels gebeuren op verloren europaletten. Lading per palet Per 140 stuks voor de kabelbeschermers van 6 Per 50 stuks voor sleuven model 16 Per 150 stuks voor deksels model 16 Per 32 stuks voor sleuven model 22 Per 120 stuks voor deksels model 22 Per 12 stuks voor sleuven model 28 Per 20 stuks voor deksels model 28 Per 12 stuks voor sleuven model 30 Per 30 stuks voor deksels model 30 Per 8 stuks voor sleuven model 40 Per 20 stuks voor deksels model 40 Per 8 stuks voor sleuven model 50 Per 20 stuks voor deksels model 50 Opmerking : De leveringen van grachtsleuven klein model, grachtsleuven groot model en perronboorden gebeuren niet op paletten. 6.2. Merktekening De betonproducten dragen de volgende permanente aanduidingen : - merkteken van de leverancier - de maand en het jaar van productie van de perronboorden,kabelsleuven,deksels en grachtsleuven. - het nummer van de bekisting van de perronboorden. Het type van merkteken en de plaats op het element is ter goedkeuring voor te leggen aan Infrabel. 6.3.. Verzending Enkel producten welke minimaal een bewezen druksterkte van 30 MPa hebben (na 7 dagen) en welke alle serie beproevingen hebben doorstaan komen in aanmerking voor verzending. De volgorde der verzendingen is deze van de fabricaties (first in, first out); de fabrikant houdt een register bij dat de verzonden betonproducten en hun precieze identificatie, verzendingsdatum en bestemming vermeldt. De fabrikant wordt tenminste 72 uur vóór de datum waarop de betonproducten moeten worden opgeladen verwittigd. In het geval dat de opzeggingstermijn korter of gelijk is aan 72 uur, neemt Infrabel telefonisch (of per fax) contact op met de fabrikant. Het laden op spoorwagens of vrachtwagens wordt uitgevoerd door de zorgen van en op kosten van de fabrikant.. De levering van de paletten waarop de betonproducten geplaatst is ten laste van de leverancier Elk bij het laden-transporteren-lossen beschadigd element wordt afgekeurd en dient op zijn kosten door de fabrikant vervangen te worden. Pagina 17 van 23
7 WAARBORG De waarborgtermijn bedraagt 12 maanden vanaf de leveringsdatum. Deze waarborg dekt de aan de fabricatie,transport en aan het opladen toe te schrijven gebreken. In geval van optreden van systematische gebreken (men verstaat onder systematische gebreken 3% van "gelijkaardige" gebreken en 5% van gebreken van allerlei aard, per lot bij de verhandeling, bij het opslaan of binnen een termijn van 12 maanden te rekenen vanaf leveringsdatum van de produkten, houdt Infrabel zich het recht voor de plaatsing-, herplaatsing- en transportkosten van de producten bijkomend aan te rekenen. Bij het zich beroepen op de waarborg zendt Infrabel (Aankopen) aan de fabrikant, per aangetekend schrijven, een betekening van dit beroep met vermelding van de aard van het vastgestelde gebrek, de plaats en het aantal van de betreffende betonproduct. De fabrikant heeft het recht er zich binnen de 15 dagen ter plaatse van te vergewissen in aanwezigheid van een afgevaardigde van Infrabel. Een tegensprekelijk proces-verbaal wordt door de leidende ambtenaar opgesteld. In het geval van hoogdringendheid echter behoudt Infrabel het recht om op elk moment zonder uitstel de slechte betonproducten te vervangen. Indien de fabrikant dit beroep op de waarborg binnen een termijn van een maand, te rekenen vanaf de datum van het aangetekende schrijven niet betwist, gaat Infrabel er van uit dat deze akkoord gaat met de tenlastelegging van deze kosten. Pagina 18 van 23
Bijlage 1/1 Techn. Bep. Nr : L.24 : Betonproducten BEVOORRADE MATERIALEN MATERIALEN EN BESTANDDELEN ONDERZOEK/ PROEF door de fabrikant 1. CEMENT Controle van de leveringsbonnen 2. GRANULATEN 3. AANMAAKWATER 4. HULPSTOFFEN 5. BETONSTAAL EN GEPREFABRI- CEERDE NETTEN Controle van de leveringsbonnen Zeefanalyse Analyse van de zuiverheid Chemische analyse Uitzicht Reuk Proef op mortelmonster Onderzoek van de leveringsbon en het etiket Onderzoek van de hulpstof Onderzoek van de leveringsbon en de etiketten DOEL Zich verzekeren van de overeenkomst tussen de levering en de bestelling (oorsprong en kwaliteit) Zich verzekeren van de overeenkomst tussen de levering en de bestelling (oorsprong en kwaliteit) Overeenstemming van de korrelgrootte met de normgevende documenten Vaststelling van de eventuele aanwezigheid van onzuiverheden en van hun aard. Onderzoek naar de afwezigheid van schadelijke producten Vergelijking van de binding, de verharding en de weerstand ten opzichte van een standaardmonster Overeenkomst van het product bij de bestelling en correcte aanduidingen Vergelijking van uitzicht met een gekend product Overeenkomst van het product met de gevraagde kwaliteit MINIMALE FREKWENTIE Bij elke levering Bij elke levering 1. Bij de eerste levering, afkomstig van een nieuwe leverancier 2. In geval van twijfel bij een visueel onderzoek 3. Geregeld weerkerend in functie van de bevoorradingsvoorwaarden Idem als hierboven Bij gebruik van water dat niet afkomstig is van de openbare verdeling en in geval van twijfel Idem als hierboven Bij elke levering en gedurende het gebruik Bij elke levering en gedurende het gebruik Bij elke levering Pagina 19 van 23
Bijlage 2/1 Techn. Bep. Nr : L.24 : Betonproducten MIDDELEN VOOR DE BETONPRODUCTIE MIDDELEN INSPECTIE/ PROEF door de fabrikant DOEL 1. OPSLAGSILOS Visuele inspectie Eerbiedigen van de normen; bescherming tegen bezoedelingen; 2. WEEGINRICH- TING 3. DOSERINGS- INRICHTING 4. MEET- INRICHTING (vochtigheid van de aggregaten, temperatuur,...) 5. UITRUSTING VOOR BETONPRODUK- TIE 6. VERDELINGS- EN TRANSPORT- UITRUSTINGEN Visuele inspectie Precisie-test Visuele inspectie Precisie-test Precisie-test Visuele controle Onderzoek van elk bestanddeel Visuele controle Onderzoek van elk bestanddeel draineringen controle van grove afwijkingen Ijking/precieze kalibrering van de bedienings-, aflees- en optekeningorganen controle van grove afwijkingen Ijking/preciese kalibrering van de bedienings-, aflees- en optekeningorganen Verkrijgen en gebruiken van preciese metingen Regelmatigheid van de produktie Opsporing van onregelmatigheden en werkingsgebreken te wijten aan de sleet, van de vervorming, enz... Opsporing van onregelmatigheden zoals de onregelmatigheid van het debiet, scheidingen,... Voorkoming van defecten en onregelmatigheden in de werking MINIMALE FREKWENTIE 1 maal per week Elke dag 1. Bij de indienststelling 2. Regelmatig en tenminste éénmaal per jaar Elke dag bij ieder nieuw gebruik 1. Bij de indienststelling 2. Regelmatig en tenminste éénmaal per jaar 3. In geval van twijfel 1. Bij de indienststelling 2. Regelmatig en tenminste éénmaal per jaar 3. In geval van twijfel Elke dag Regelmatig en tenminste éénmaal per maand Elke dag Regelmatig en tenminste éénmaal per maand. Pagina 20 van 23
Bijlage 3/1 Techn. Bep. Nr : L.24 : Betonproducten FABRIKATIE - MIDDELEN VOOR betonproducten MIDDELEN 1. GIETVORMEN 2. PRODUCTIE- MATERIALEN 3. BEHANDELINGS- TRANSPORT EN TUSSENTIJDSE OPSLAGMID- DELEN INSPECTIE/ PROEF door de fabrikant Visuele kontrole Kontrole door meting Kontrole op de werking Kontrole op de conformiteit Visuele controle van de werkvlakken en de verhandelingsmiddelen DOEL Kontrole van de afwezigheid van vervormingen, deuken of vreemde stoffen Eerbiedigen van de opgelegde fabricatiematen (1) Regelmatige werking Eerbiedigen van de opgelegde waarden voor de trilling, de cadans, Netheid van de werk-platformen, afwezigheid van gebreken van vlakheid, afwezigheid van schokken tijdens het transport MINIMALE FREKWENTIE Bij elk gebruik Tenminste éénmaal per maand Elke dag Tenminste éénmaal per week en bij elke vaststelling van een onregelmatigheid bij de werking Elke dag (1) Deze controles mogen worden uitgevoerd op de betonprodukten (en niet noodzakelijkerwijs op de gietvorm zelf). Pagina 21 van 23
Bijlage 4/1 Techn. Bep. n L.24 : Betonproducten 1. 2. VOORWERP UITZICHT MATEN DAGELIJKS ONDERZOEK VAN DE AFGEWERKTE PRODUKTEN CONTROLE/ DOEL MINIMALE MATEN/PROEVEN FREKWENTIE door de fabrikant Visuele onderzoeken : na het ontvormen en vóór het opslaan buiten Na het ontvormen en vóór het opslaan buiten : nazicht van alle verplichte maten en eerbiedigen van de toleranties volgens het controleplan nazicht wapening voor sleuven en deksels overeenkomst qua uitzicht met een referentiebetonproduct, afwezigheid van grindnesten, van scheuren of van vulgebreken,... Ter zijde leggen voor een latere beslissing van elke betonproduct waarvan één of meerdere maten buiten de toleranties gaan (3) Controle aanwezigheid en plaats wapening door het stuk te breken 100% van de betonproducten 10% van de betonproducten van een dagproductie (2) Indien meer dan 10% van de gecontroleerde betonproducten nietconformiteiten vertonen, 2bis uitvoeren. 1 stuk als productie 100 stuks 2 stuks als productie 100 500 stuks 3 stuks als productie >500 stuks Bij niet conformiteiten 2 bis uitvoeren 2 b i s 3. 4. MATEN INGEVAL VAN HERHAALD E NIET CONFOR- MITEITEN BETONKWA -LITEIT Controle in geval van fabricatie bij koud of warm weer (punt 3.2.4.) Nazicht wapening Voor grachtsleuven en perronboorden Maten Nazicht wapening voor sleuven en deksels Nazicht wapening voor perronboorden en grachtsleuven Verwezenlijken van kubussen met een zijde van 150 mm, genomen op de plaats van de machine voor de fabricatie van betonproducten Verwezenlijking, bewaring en behandeling van de resultaten volgens NBN EN 206-1 en NBN B 15-001 Opvolging van de voorzorgsmaatregelen. Nazicht van het uitzicht van het betonproduct Controle aanwezigheid en plaats wapening door goedgekeurde werkwijze Infrabel (2)Onmiddellijk verwerpen van de betonproducten die nog afwijkingen vertonen Controle aanwezigheid en plaats wapening door het stuk te breken Alle elementen dienen binnen tolerantie te zijn zoniet wordt de betrokken productie geweigerd Eerbiedigen van de voorgeschreven kwaliteiten Er zich van overtuigen dat de voorzorgen werden genomen. Nakijken of de betonproducten geen aantastingen vertonen, te wijten aan de atmosferische toestanden. Min 1 stuk per dagproductie 100% van het lot overeenstemmend met één dagproductie indien er meer dan 10% maatafwijkingen werden vastgesteld bij de eerste monsterneming 3 stuks als productie 100 stuks 6 stuks als productie 100 500t 9 stuks als productie >500stuks Breken van 1 % van de productie en minimum 1 stuk Ten minste 3 kubussen per productiedag, proeven op 28 dagen Gemeenschappelijk overeengekomen statistische controle Meting van de temperatuur in het beton (punt 3.2.3.3.) (1) De fabrikant zal een document "Catalogus van de aanvaardbare en onaanvaardbare karakteristieken" opstellen, dat de aanvaardings- en afwijzingscriteria bepaalt. Dit document kan worden aangevuld met foto's, schetsen of monsters. Hij moet het ter goedkeuring worden voorgelegd aan Infrabel. (2) Elke betonproduct die een of meer gebreken vertoont wordt afgewezen. (3) Het percentage van de onderzochte betonproducten moet bepaald worden volgens een controleplan dat toelaat dat alle gietvormen geregeld aan de beurt komen. Pagina 22 van 23
Bijlage 5/1 Techn. Bep. Nr : L.24 : Betonproducten VOORRADEN EN LADINGEN VOORWERP CONTROLE door de fabrikant 1. VERHANDELING Plaatsing van de grijporganen, plaatsing van de vork en of de laadborden; overdreven belastingen 2. VERVOER Stabiliteit van de IN DE vervoerde FABRIEK betonproducten overeenkomst van 3. OPSLAGPLAAT- SEN EN VOOR- WAARDEN de lading Vlakheid, stabiliteit Palletbelading Visuele controle van de betonproducten en de opslagschikkingen 4. VRACHTWAGENS Overeenkomst van de lading met de standaardladingsfiches DOEL Elke aantasting van het beton en elke overdreven buiging van de betonproducten vermijden Idem hierboven Stabiliteit van de voorraad Opzoeken van gebreken of aantastingen van die aard dat ze de declassering veroorzaken Stabiliteit van de lading gedurende het transport MINIMALE FREKWENTIE Bij elke prestatie Bij elke prestatie Bij elke prestatie Eenmaal per week Op elk beladen voertuig VOORWERP 1. VORMEN VOOR BETONNEN KUBUSSEN OF CYLINDERS VOOR PROEVEN 2. PERS EN HULP- STUKKEN 3. ANDERE HULP- STUKKEN VOOR METINGEN 4. KONTROLE - KALIBERS VOOR DE GEOMETRIE MEETMIDDELEN EN LABORATORIUM CONTROLE door de fabrikant Gelijkvormigheid van de afmetingen : afwezigheid van vervormingen Kalibrering/ijking door erkend organisme Visuele controle Goede staat van het materieel Kalibrering/ijking door een erkend organisme DOEL Afmetingen van de proefmonsters en afwerking van de vlakken volgens de normen Betrouwbaarheid en weergave mogelijkheid van de aflezingen Voorkomen van defecten Betrouwbaarheid van de metingen Betrouwbaarheid en weergavemogelijkheid van de MINIMALE FREKWENTIE (1) Eenmaal per maand Eenmaal per jaar Eenmaal per week Eenmaal per week Eenmaal per jaar aflezingen (1) De aangeduide frequenties zijn slechts ter indicatieve titel en ontslaan de fabrikanten er niet van om adequate controles uit te voeren Pagina 23 van 23