Deze beleidsregel is van toepassing op Zintuiglijk gehandicaptenzorg als

Vergelijkbare documenten
Deze beleidsregel is van toepassing op Zintuiglijk gehandicaptenzorg als bedoeld in artikel 2.5a van het Besluit zorgverzekering

Macrobeheersinstrument geneeskundige geestelijke gezondheidszorg 2015

Macrobeheersinstrument geneeskundige geestelijke gezondheidszorg 2016

Macrobeheersinstrument multidisciplinaire zorg 2016

BELEIDSREGEL BR/CU Macrobeheersinstrument curatieve geestelijke gezondheidszorg 2013

Beleidsregel Macrobeheersinstrument verpleging en verzorging 2018

3.1 Algemeen gegevensbeheer code (AGB-code) Unieke code die aan iedere zorgaanbieder wordt toegekend, waarmee deze kan worden geïdentificeerd.

Macrobeheersinstrument multidisciplinaire zorg 2018

Macrobeheersinstrument geneeskundige geestelijke gezondheidszorg 2017

Algemeen gegevensbeheer code (AGB-code) Unieke code die aan iedere zorgaanbieder wordt toegekend, waarmee deze kan worden geïdentificeerd.

Deze regeling is voorts van toepassing op zorgverzekeraars als bedoeld in artikel 3.10 hierna.

besluit de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) tot vaststelling van de navolgende regeling.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Macrobeheersinstrument verpleging en verzorging 2015

Deze regeling is van toepassing op instellingen die geriatrische revalidatiezorg leveren.

Langdurige ggz: De zorg geleverd aan verzekerden als bedoeld in artikel van de Wet langdurige zorg (Wlz).

Deze beleidsregel is van toepassing op Zintuiglijk gehandicaptenzorg als omschreven bij of krachtens de Zorgverzekeringswet (Zvw).

Nadere Regel NR/CU-256

BELEIDSREGEL BR/CU-7073

Transitie huisartsenlaboratoria en zelfstandige trombosediensten

3.2 Zintuiglijk gehandicaptenzorg Zintuiglijk gehandicaptenzorg zoals omschreven in artikel 2.5a Besluit zorgverzekering (Bzv).

Prestaties en tarieven Zintuiglijk gehandicaptenzorg

Nederlandse Zorgautoriteit

BELEIDSREGEL AL/BR-0040

REGELING NR/CU-214. Beheersmodel honoraria vrijgevestigd medisch specialisten

BELEIDSREGEL AL/BR-0021

Experiment bekostiging verpleging en verzorging

Beleidsregel Verpleging in de thuissituatie, noodzakelijk in verband met medisch specialistische zorg

BELEIDSREGEL BR/CU-5039

Transitiemodel voor gebudgetteerde zorgaanbieders van gespecialiseerde curatieve GGZ Kenmerk

Transitiemodel voor gebudgetteerde zorgaanbieders van gespecialiseerde curatieve GGZ

BELEIDSREGEL AL/BR Overheveling GGZ budget AWBZ-Zvw

Transitiemodel voor gebudgetteerde zorgaanbieders van gespecialiseerde curatieve ggz Kenmerk

BELEIDSREGEL BR/CU-5060

Regeling innovatie voor kleinschalige experimenten

Terugvordering bestuursrechtelijke geldsommen door de NZa

BELEIDSREGEL BR/CU-5119

BELEIDSREGEL BR/CU Ketenzorg dementie Zvw

BELEIDSREGEL BR/CU Beschikbaarheidbijdrage curatieve geestelijke gezondheidzorg - ambsthalve

Nacalculatie doorloop DBC s 2012 en nacalculatie 2013

Kostprijsberekening geriatrische revalidatiezorg

Invoering normatieve inventariscomponent (NIC) in de langdurende gespecialiseerde ggz

Beleidsregel experiment bekostiging verpleging en verzorging

Besluit beschikbaarheidbijdrage WMG van 24 augustus 2012.

Regeling NR/REG Regeling eerstelijnsverblijf

BELEIDSREGEL BR/CU Beschikbaarheidbijdrage Cure - ambtshalve

3.6 Prenatale fase Fase in het zorgtraject vanaf de fysieke intake bij de zorgaanbieder tot aan de aanvang van de actieve fase van de bevalling.

NADERE REGEL NR/CU-535

BELEIDSREGEL BR/FZ-0001

BELEIDSREGEL BR/REG Experiment regelarme instellingen Wlz. Grondslag

BELEIDSREGEL BR/REG Beschikbaarheidbijdrage ambtshalve

Consument Een zorgvrager, patiënt, een potentiële patiënt of degene die namens een patiënt informeert.

BELEIDSREGEL BR/CU-5047

Invoering normatieve inventariscomponent (nic) in de forensische zorg

BELEIDSREGEL BR/CU-5066

BELEIDSREGEL CA-BR Prestatiebeschrijvingen en tarieven ZZPmeerzorg. Bijlage 11 bij circulaire Care/AWBZ/14/04c

Verpleegkundige dagopvang en verblijf bij intensieve kindzorg

BELEIDSREGEL BR/CU-7052

BELEIDSREGEL BR/CU 2148 EERSTELIJNSDIAGNOSTIEK

BELEIDSREGEL BR/CU-7039

BELEIDSREGEL CA-BR Experiment regelarme instellingen Wlz CONCEPT / PUBLICATIE VOORGENOMEN BESLUIT

NADERE REGEL NR/CU-558

BELEIDSREGEL CA-BR-1517a. Experiment regelarme instellingen Wlz. Bijlage 17 bij circulaire Care/AWBZ/14/10c

Op grond van artikel 56a lid 2 Wmg geeft de NZa ambtshalve toepassing aan artikel 56a leden 1 en 7 Wmg.

Verpleegkundige dagopvang en verblijf bij intensieve kindzorg

Regeling TH/NR-011 Transparantie zorginkoopproces Zvw

Contracteren Zelfstandige Zorgverleners AWBZ

BELEIDSREGEL CA Prestatiebeschrijvingen en tarieven ZZPmeerzorg

BELEIDSREGEL BR/FZ-0003

BELEIDSREGEL BR/CU-5059

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 7 van de Wet marktordening gezondheidszorg;

Deze beleidsregel regelt het aanvragen van een vergoeding voor kleinschalige experimenten met AWBZ-zorg gericht op ketenzorg dementie.

BELEIDSREGEL CA Nationaal Programma Ouderenzorg 2014

BESLISSING OP BEZWAAR

BELEIDSREGEL BR/REG-17151

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

De prestaties en tarieven zijn van toepassing voor cliënten geïndiceerd voor of aangewezen op verblijf.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

BELEIDSREGEL CI-1058a

a. Zorgaanbieder: de natuurlijke persoon of rechtspersoon die beroeps- of bedrijfsmatig zorg verleent, als bedoeld in artikel 1 van deze regeling.

Behandeld door Telefoonnummer adres Kenmerk Directie Zorgmarkten Cure CI/14/51c /141182

Zolang de eindcalculatie voor jaar t nog niet bekend is wordt de door de

3.2 Prestatie extreme kosten van geneesmiddelen (NZa-code M002) Het leveren van geneesmiddelen noodzakelijk voor de zorg, onder

3.1 Experiment Een experiment op basis van een beleidsregel als bedoeld in artikel 58 Wmg.

Vergoeding van inrichtingskosten bij gedwongen verhuizing

BELEIDSREGEL BR/CU-5052

BELEIDSREGEL BR/CU-2018

Beschikbaarheidsbijdrage continuïteit van zorg

Nadere regel Verpleging en verzorging

BELEIDSREGEL CA-BR-1608a. Prestatiebeschrijvingen en tarieven ZZPmeerzorg. Bijlage 3 bij circulaire Care/Wlz/15/14c

BELEIDSREGEL BR/CU-7034

De NZa gebruikt de genoemde gegevens om tijdens de transitieperiode het transitiebedrag per zorgaanbieder vast te stellen.

a. Zorgaanbieder: de natuurlijke persoon of rechtspersoon die beroeps- of bedrijfsmatig zorg verleent, als bedoeld in artikel 1 van deze regeling.

3.2 Prestatie extreme kosten van geneesmiddelen (NZa-code M002) Het leveren van geneesmiddelen noodzakelijk voor de zorg, onder

Vergoeding van inrichtingskosten bij gedwongen verhuizing

Tweede Kamer der Staten-Generaal

als omschreven in artikel 34 van het Besluit Zorgaanspraken

BELEIDSREGEL AL/BR Innovatie ten behoeve van nieuwe zorgprestaties

BELEIDSREGEL CA-BR Experiment proeftuinen meerzorg 2.0 Wlz

Beleidsregel verpleegkundige dagopvang en verblijf bij intensieve kindzorg

BELEIDSREGEL BR/CU Extramurale zorg GGZ Zvw

Transcriptie:

BELEIDSREGEL Macrobeheersinstrument Zintuiglijk gehandicaptenzorg Ingevolge artikel 57, eerste lid, onderdeel d, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beleidsregels vast met betrekking tot het uitoefenen van de bevoegdheid om een grens vast te stellen op grond van artikel 50, tweede lid van de Wmg. Ingevolge artikel 59, aanhef, en onder c, van de Wmg kan de NZa geen beleidsregel vaststellen waarin een grens als bedoeld in artikel 50, tweede lid, van de Wmg wordt vastgelegd, dan nadat de Minister van VWS (hierna: de minister) een aanwijzing als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onder b, van de Wmg aan de NZa heeft gegeven. Op 14 juli 2014 heeft de minister een aanwijzing 1 (kenmerk: 642422-123511-MC) aan de NZa gegeven. Ingevolge artikel 52, aanhef en onder f, van de Wmg worden grenzen, als bedoeld in artikel 50, tweede lid van de Wmg, die uit deze beleidsregel voortvloeien ambtshalve door de NZa vastgesteld. Artikel 1. Reikwijdte Deze beleidsregel is van toepassing op Zintuiglijk gehandicaptenzorg als bedoeld in artikel 2.5a van het Besluit zorgverzekering. Artikel 2. Doel van de beleidsregel Doel van deze beleidsregel is uitvoering te geven aan de in de aanwijzing van 14 juli 2014, met kenmerk 642422-123511-MC, neergelegde opdracht van de minister om op basis van artikel 50, tweede lid, aanhef en onder c, van de Wmg een instrument te ontwikkelen waarmee met ingang van 2015 het integraal macrobudget voor Zintuiglijk gehandicaptenzorg kan worden beheerst. Artikel 3. Begripsbepalingen In deze beleidsregel wordt verstaan onder: a. bovengrens: grens als bedoeld in artikel 50, tweede lid, aanhef en onder c, van de Wmg. b. budgettair kader zorg (BKZ): het door het Ministerie van VWS jaarlijks vastgesteld macrokader dat de beschikbare middelen per jaar omvat voor een bepaald type zorg 2. c. macrobeheersinstrument (MBI): instrument waarmee op grond van de artikelen 35, zevende lid en artikel 50, tweede lid van de Wmg, ontstane overschrijdingen op het BKZ achteraf kunnen worden geredresseerd. d. omzet: omzet als bedoeld in artikel 7 van deze beleidsregel. e. prestaties Zintuiglijk gehandicaptenzorg: prestaties als bedoeld in artikel 4 van de beleidsregel Prestaties en tarieven Zintuiglijk gehandicaptenzorg. f. Zintuiglijk gehandicaptenzorg: Zintuiglijk gehandicaptenzorg als bedoeld in artikel 2.5a van het Besluit zorgverzekering. 1 Aanwijzing inzake bekostiging extramurale behandeling van zintuiglijk gehandicapten d.d. 14 juli 2014, kenmerk 642422-123511-MC. 2 In het kader van deze beleidsregel gaat het uitsluitend om Zintuiglijk gehandicaptenzorg.

g. zorgaanbieder: de natuurlijke persoon of rechtspersoon die beroepsof bedrijfsmatig zorg verleent als bedoeld in artikel 1, aanhef en onder c, van de Wmg. h. zorgverzekeraar: een verzekeraar als bedoeld in artikel 1, onder b, van de Zorgverzekeringswet (hierna: Zvw). i. Zorgverzekeringsfonds: het fonds bedoeld in artikel 39 van de Zvw. 2 van 5 Artikel 4. Vaststelling bovengrens 1. Voorafgaand aan een kalenderjaar stelt de NZa voor alle zorgaanbieders die onder de reikwijdte van deze beleidsregel vallen, in een collectief tariefbesluit een (landelijke) bovengrens vast voor de in dat jaar te realiseren omzet. De som van de door afzonderlijke zorgaanbieders gezamenlijk te realiseren omzet mag deze bovengrens niet overschrijden. 2. Voorafgaand aan een kalenderjaar stelt de NZa ambtshalve in een beschikking als bedoeld in artikel 50, tweede lid, onder c, Wmg een individuele bovengrens per zorgaanbieder vast. 3. De NZa maakt de hiervoor genoemde beschikkingen bekend door publicatie op haar website, toezending aan branche- en koepelorganisaties en door publicatie in de Staatscourant. Artikel 5. Onderschrijding van de bovengrens Indien en nadat de minister aan de NZa heeft meegedeeld dat de in het vorige artikel genoemde landelijke bovengrens niet is overschreden, stelt de NZa voor alle zorgaanbieders in een collectief tariefbesluit de bovengrens per individuele zorgaanbieder vast op het niveau van de door die zorgaanbieder gerealiseerde omzet over het desbetreffende jaar. Artikel 6. Overschrijding van de bovengrens 1. Indien en nadat de minister aan de NZa heeft meegedeeld dat en met welk bedrag de in artikel 4 lid 1 genoemde bovengrens in jaar t is overschreden, stelt de NZa voor elke zorgaanbieder afzonderlijk in een individuele beschikking vast welk deel van deze overschrijding aan de zorgaanbieder wordt toegerekend. 2. De individuele grens van een zorgaanbieder is, indien de in artikel 4 lid 1 genoemde bovengrens is overschreden, gelijk aan het procentuele aandeel van de gerealiseerde omzet van die zorgaanbieder in de totale omzet van dat jaar van alle zorgaanbieders gezamenlijk, vermenigvuldigd met de bovengrens. 3. De NZa rekent het bedrag van de overschrijding toe aan een zorgaanbieder, door het bedrag van de individuele bovengrens van die zorgaanbieder af te trekken van de door desbtreffende zorgaanbieder gerealiseerde omzet. 4. De NZa geeft de zorgaanbieder een beschikking als bedoeld in artikel 76, tweede lid, van de Wmg strekkende tot afdracht van het bedrag van de overschrijding aan het Zorgverzekeringsfonds. De aanwijzing vermeldt een betalingstermijn. 5. De NZa kan besluiten om voorafgaand aan de in het vorige lid bedoelde aanwijzing één of meer (voorlopige) beschikkingen af te geven.

Artikel 7. Opbouw individuele omzet De individuele omzet van een zorgaanbieder, die onder meer noodzakelijk is voor de in artikel 6, derde lid, bedoelde toerekening bestaat uit de omzet van de prestaties zoals omschreven in de beleidsregel Prestaties en tarieven Zintuiglijk gehandicaptenzorg, te weten: Zorg in verband met een visuele beperking; Zorg in verband met een auditieve beperking; Zorg in verband met een communicatieve beperking als gevolg van een taalontwikkelingstoornis; Uittoeslag zorgverlener; Verblijf. 3 van 5 Bij de omzetbepaling wordt rekening gehouden met een eventuele bijstelling van de omzet om aansluiting te vinden bij de verrekening tussen zorgverzekeraar en zorgaanbieder. Artikel 8. Informatieverplichting 1. De NZa legt in de nadere regel Macrobeheersinstrument Zintuiglijk gehandicaptenzorg vast op welke wijze en op welk moment zorgaanbieders haar over de gerealiseerde omzet dienen te informeren. 2. De NZa stelt aanlevering van de omzetgegevens door zorgaanbieders verplicht, indien de minister per brief kenbaar heeft gemaakt dat het beschikbare kader voor zintuiglijk gehandicaptenzorg, c.q. de landelijke bovengrens als bedoeld in artikel 4, is overschreden. 3. De NZa legt in de regeling, zoals bedoeld in artikel 8 lid 1, de verplichting aan zorgverzekeraars vast om een opgave te doen van de zorgaanbieders die bij haar in het betreffende jaar prestaties Zintuiglijk gehandicaptenzorg hebben gedeclareerd. 4. In de in het eerste lid genoemde regeling bepaalt de NZa dat indien de kosten in verband met de afdracht en inning van het af te dragen bedrag hoger zijn dan de baten, inning niet hoeft te plaatsvinden. Artikel 9. Inwerkingtreding en citeerregel Deze beleidsregel treedt in werking met ingang van 1 januari 2017. Ingevolge artikel 20, tweede lid, onder b, van de Wmg, wordt van de vaststelling van deze beleidsregel ten minste twee dagen vóór de datum van inwerkingtreding mededeling gedaan in de Staatscourant. Deze beleidsregel kan worden aangehaald als Beleidsregel Macrobeheersinstrument Zintuiglijk gehandicaptenzorg. Nederlandse Zorgautoriteit, dr. M.J. Kaljouw voorzitter Raad van Bestuur

Toelichting Algemeen Met ingang van het jaar 2015 voert de NZa op aanwijzing van de minister het zogenoemde macrobeheersinstrument uit voor de Zintuiglijk gehandicaptenzorg. De gerealiseerde omzet voor zintuiglijk gehandicaptenzorg wordt (voorafgaand aan ieder kalenderjaar) aan een jaarlijks maximum gebonden. Als (achteraf) blijkt dat dit maximum is overschreden, dienen de zorgaanbieders die onder de werkingssfeer van deze beleidsregel vallen hun aandeel in de overschrijding terug te storten in het Zorgverzekeringsfonds. Deze terugbetalingsverplichting geldt voor alle zorgaanbieders, ongeacht hun aandeel in de totale macrooverschrijding. De NZa zal dit aandeel vaststellen aan de hand van het aandeel van de omzet van de individuele zorgaanbieder in het totaal van de omzet van alle zorgaanbieders die onder het macrobeheersinstrument vallen. Artikelsgewijs Artikel 3. In onderdeel a, wordt de definitie van het begrip bovengrens vermeld. Deze bovengrens is een grens die aan de omzet wordt gesteld: een omzetgrens. Het macrobeheersmodel bestaat uit een landelijke (macro) omzetgrens en uit daarvan afgeleide (individuele) omzetgrenzen per zorgaanbieder. Beide zijn te beschouwen als bovengrenzen als bedoeld in artikel 50, tweede lid, van de Wmg. De macro-omzetgrens wordt bij aanwijzing of brief door de minister aan de NZa meegedeeld. De NZa stelt na ontvangst van dit bericht (maar voorafgaand aan een kalenderjaar) voor alle zorgaanbieders in een collectieve beschikking ambtshalve één bovengrens vast voor de som van hun (gezamenlijke) tariefopbrengsten. Artikel 5. Als de macro-omzetgrens niet is overschreden, stelt de NZa de omzetgrens per zorgaanbieder gelijk aan de werkelijke omzet. In dat geval zijn er geen terugbetalingsverplichtingen voor individuele zorgaanbieders in het kader van het MBI. Artikel 6. De minister bericht de NZa zo spoedig mogelijk (na afloop van het betreffende kalenderjaar) of de bovengrens is overschreden en zo ja, welk bedrag door de gezamenlijke zorgaanbieders in het Zorgverzekeringsfonds moet worden gestort. Als de macro-omzetgrens is overschreden, stelt de NZa voor elke zorgaanbieder het aandeel in de door de minister vastgestelde overschrijding vast op basis van de omzet over het desbetreffende jaar. De overschrijding wordt aan zorgaanbieders toegerekend op basis van het aandeel van hun omzet in de totale landelijke omzet. Het met dat aandeel corresponderende bedrag wordt door de NZa vastgelegd in een aan de betreffende zorgaanbieder gerichte beschikking. De zorgaanbieder is verplicht dit bedrag in het Zorgverzekeringsfonds te storten. Artikel 7. Om de toerekening van de overschrijding mogelijk te maken moet de NZa over de omzetgegevens van de zorgaanbieders beschikken en moeten zorgaanbieders hun omzet op de voorgeschreven wijze berekenen en laten controleren door een accountant. Uit de reikwijdte van deze beleidsregel volgt, dat het hier de omzet met betrekking tot 4 van 5

verzekerde zorg betreft, op basis van prestaties en tarieven uit de beleidsregels Prestaties en tarieven Zintuiglijk gehandicaptenzorg, met uitzondering van onderlinge dienstverlening. Uit de begripsbepalingen volgt dat onder omzet ook tarieven vallen die (nog) niet in rekening zijn gebracht, maar die wel in rekening hadden kunnen worden gebracht. 5 van 5