VIESMANN VITOPLEX VITOROND VITOMAX. Planningsaanwijzing

VIESMANN Planningsaanwijzing VITOPLEX VITOROND VITOMAX Plannings- werkingsaanwijzing voor verwarmings warmwatergerator tot 110 ºC volgs EN 12828 resp. tot 120 ºC volgs EN 1295 VITOPLEX 200 VITOPLEX 00 VITOROND 200 VITOMAX 100-LW VITOMAX 200-LW VITOMAX 200-WS VITOMAX 00-LT 4/2007

Inhoudsopgave Inhoudsopgave &Werkingsvoorwaard met Vitotronic-ketelcircuitregeling Therm-Control. 5 &Werkingsvoorwaard met Vitotronic-ketelregeling... 6 &Werkingsvoorwaard met Vitotronic-ketelcircuitregeling Therm-Control. 6 &Werkingsvoorwaard met Vitotronic-ketelregeling... 7 &Werkingsvoorwaard met Vitotronic-ketelregeling... 8 &Werkingsvoorwaard met Vitotronic-ketelregeling... 9 &Werkingsvoorwaard met Vitotronic-ketelregeling... 9 &Werkingsvoorwaard met Vitotronic-ketelregeling... 10 &Bedrijfsvoorwaard met Vitotronic-ketelregeling..... 11 &Bedrijfsvoorwaard met Vitotronic-ketelregeling..... 11 &Werkingvaninstallatiesmet1ketel... 12 &Werkingvaninstallatiesmetmeerdereketels... 12 1. Planningsaanwijzing 1. 1 Levering, naar binn brg opstelling..... 14 &Levering... 14 &Naar binn brg opstelling.... 14 &Stookruimte... 14 &Belastbareketelafdekking... 15 1. 2Configuratievandeinstallatie... 15 &Aanvoertemperatur... 15 &Beveiligingstemperatur... 15 &Keuze van het nominale vermog.... 15 &Eis door stooklast.... 16 &Pompgestuurde drukbehoudsystem..... 16 1. Hydraulischeintegratie... 16 &Verwarmingsaansluiting.... 16 &Ketelcircuit- bijmgpomp...... 16 &Systeemtoebehor.... 17 &Toepassingsvoorbeeld.... 17 1. 4 Veiligheidstechnische uitrusting.... 17 &Algeme aanwijzing..... 17 &Keuzetabel voor veiligheidstechnische toebehor..... 18 1. 5 Brandstf... 19 1. 6 Brander... 19 &Geschikte branders.... 19 &Montage van de brander.... 19 &Afstelling van de brander.... 20 1. 7Rookgasgeleiding... 20 &Eis volgs modelverwarmingsverording.... 20 &Dimsioneringvanderookgasinstallatie... 21 &Schoorstediagramm voor Vitoplex, Vitorond, Vitomax tot 2 MW... 21 1. 8Geluidsbescherming... 2 &Luchtgeluidsdemping... 2 &Contactgeluidsdemping... 2 &Toebehor bij de geluidsdemping.... 2 1. 9Richtwaardvoordewaterkwaliteit... 2 &Verwarmingsinstallaties met reglemtaire werkingstemperatur tot 100ºC (VDI 205).... 24 &Verwarmingsinstallaties met toegelat aanvoertemperatur van meer dan 100ºC (VdTÜV MB 1466).... 24 &Vookom van schade door watercorrosie...... 25 1.10 Belangrijke veiligheidsvoorschrift bepaling....... 25 &Algeme punt bij lagedrukheetwatergerator met beveiligingstemperaturtot110ºc... 25 &Vlambuisdimsionering.... 26 &Gasinstallatie... 26 &Buisleidingsaansluiting... 26 &Elektrischeinstallatie... 26 &Gebruiksaanwijzing.... 26 &Rookgasinstallatie... 27 &Wetgeving inzake ergiebesparing (EnEV).... 27 &Test in de afnameprocedure bouw- woningtoezicht... 27 2. Toepassingsvoorbeeld 2. 1 Overzicht van de toepassingsvoorbeeld... 28 2. 2 Toepassingsvoorbeeld 1...... 0 &InstallatiemetéénketelVitoplexmetTherm-Control... 0 2. Toepassingsvoorbeeld 2...... &InstallatiemetéénketelVitorondmetTherm-Control... 2 VIESMANN VITOPLEX/VITOROND/VITOMAX

Inhoudsopgave (vervolg) 2. 4 Toepassingsvoorbeeld...... 6 &Installatie met één ketel Vitoplex/Vitomax met bijmgpomp voor verhoging retourtemperatuur... 6 2. 5 Toepassingsvoorbeeld 4...... 9 &Installatie met één ketel Vitorond met bijmgpomp voor verhoging retourtemperatuur... 9 2. 6 Toepassingsvoorbeeld 5...... 42 &Installatie met één ketel Vitoplex/Vitomax met bijmgpomp drieweg-mgklep voor de verhoging van de retourtemperatuur....... 42 2. 7 Toepassingsvoorbeeld 6...... 45 &Installatie met één ketel Vitorond met bijmgpomp driewegmgklep voor de verhoging van de retourtemperatuur.... 45 2. 8 Toepassingsvoorbeeld 7...... 48 &Installatiemetmeerdereketels:VitoplexmetTherm-Control... 48 2. 9 Toepassingsvoorbeeld 8...... 51 &Installatiemetmeerdereketels:VitorondmetTherm-Control... 51 2.10 Toepassingsvoorbeeld 9...... 54 &Installatie met meerdere ketels: Vitoplex/Vitomax met e bijmgpomp voor elke CV-ketel voor de retourtemperatuurverhoging...... 54 2.11 Toepassingsvoorbeeld 10..... 57 &Installatie met meerdere ketels: Vitorond met e bijmgpomp voor elke CVketel voor de retourtemperatuurverhoging...... 57 2.12 Toepassingsvoorbeeld 11..... 60 &Installatie met meerdere ketels: Vitoplex/Vitomax CV-ketels met e gemeschappelijke bijmgpomp voor verhoging van de retourtemperatuur.... 60 2.1 Toepassingsvoorbeeld 12..... 6 &Installatie met meerdere ketels: Vitoplex/Vitomax CV-ketels met verdelerpomp drukarmeverdeler... 6 2.14 Toepassingsvoorbeeld 1..... 66 &Installatie met meerdere ketels: Vitorond CV-ketels met verdelerpomp drukarmeverdeler... 66 2.15 Toepassingsvoorbeeld 14..... 69 &Installatie met meerdere ketels: Vitoplex/Vitomax CV-ketels met verdelerpomp drukarmeverdeler... 69 2.16 Toepassingsvoorbeeld 15..... 72 &Installatie met meerdere ketels: Vitorond CV-ketels met verdelerpomp inspuitschakeling... 72 2.17 Toepassingsvoorbeeld 16..... 75 &Installatie met meerdere ketels: Vitoplex/Vitomax met ketelcircuitpomp driewegmgklep voor de verhoging van de retourtemperatuur... 75 2.18 Toepassingsvoorbeeld 17..... 78 &Installatie met meerdere ketels: Vitorond CV-ketel met ketelcircuitpomp driewegmgklep voor de verhoging van de retourtemperatuur.... 78 2.19 Toepassingsvoorbeeld 18..... 81 &Installatie met meerdere ketels: Vitoplex/Vitomax CV-ketels met ketelcircuitpomp, evwichtsfles driewegmgklep voor de verhoging van de retourtemperatuur... 81 2.20 Toepassingsvoorbeeld 19..... 84 &Installatie met meerdere ketels: Vitorond CV-ketels met ketelcircuitpomp, evwichtsfles driewegmgklep voor de verhoging van de retourtemperatuur... 84 2.21 Tapwateropwarming met boilerlaadsyssteem..... 87 &Hydraulischinstallatieschema... 87 &Bodigde apparat... 87 &Elektrischinstallatieschema... 88 &Regeling voor boilerlaadsysteem..... 88 &Aanwijzing bij de toepassingsvoorbeeld.... 88. Aanwijzing bij regeling. 1 Extra functies voor installaties met 1 ketel met Vitotronic 200, type GW1 Vitotronic 00, type GW2..... 89 &Stekkers avd.... 89 &Stekkers avh.... 90. 2 Extra functies voor installaties met meerdere ketels met Vitotronic 00-K Vitotronic 100, type GC1 via LON...... 90 &Stekkers avd avh aan Vitotronic 00-K..... 90 &Stekkers avd op Vitotronic 100, type GC1...... 91. Aansluiting van regeling te voorzi door de installateur aan de Vitotronic 100, type GC1 bij installaties met 1 ketel..... 91 &Werking met tweetraps brander.... 91 &Werking met modulerde brander.... 92 VITOPLEX/VITOROND/VITOMAX VIESMANN

Inhoudsopgave (vervolg). 4 Ketelvolgschakeling met door de installateur te voorzi cascaderegeling Aansluiting aan de Vitotronic 100, type GC1... 9 &Werking met tweetraps brander.... 9 &Werking met modulerde brander.... 94. 5 Functies in combinatie met functieuitbreiding 0 10 V (toebehor)..... 94 &Functies... 94 &Functieuitbreidingininstallatiesmet1ketel... 95 &Functieuitbreidingininstallatiesmetmeerdereketels... 95. 6 Functies in combinatie met stekkeradapter voor externe veiligheidsinrichting (toebehor)... 95. 7 Opschakeling van door de installateur te voorzie regeltoestell via LON.... 96 4. Index... 97 4 VIESMANN VITOPLEX/VITOROND/VITOMAX

1.1Vitoplex200,typeSX2,90tot560kW Lagetemperatuurketel op olie/gas Voor werking met glijdde ketelwatertemperatuur Toegestane aanvoertemperatuur (= beveiligingstemperatuur) tot 110 ºC Toegelat werkdruk 4 bar CE-label: & bij 90 tot 400 kw volgs Rdemtsrichtlijn 92/42/EEG volgs Richtlijn inzake Gastoestell 90/96/EEG & zuinig milieuvridelijk dankzij de glijdd verlaagde ketelwatertemperatuur. Gebruiksrdemt voor werking met stookolie: 88 % (H s )/94 % (H i ). Stijging van het gebruiksrdemt door condsatiebutting met Vitotrans 00. & drietreksketel met lage belasting van de verbrandingsruimte voor schone verbranding met lage uitstoot van stikstoxide. & ge minimumverwarmingswaterdebiet nodig, goede interne circulatie, ook zonder ketelcircuitpomp. & geïntegreerde opstartschakeling Therm-Control voor e evoudige hydraulische integratie zowel van bijmgpomp als van retourtemperatuurverhoging kan word afgezi. & tot 00kW ge beveiliging teg laagwaterniveau nodig. & gemakkelijk naar binn brg in stookruimtes plaatsbesparde opstelling door compacte bouwwijze - belangrijk bij modernisering. & alle aansluiting voor de veiligheidstechnische uitrusting aanwezig. Ge extra aanvoertussstuk nodig. & Fastfix-montagesysteem voor regeling isolatie. & lange brandertijd minder schakelintervall dankzij de grote waterinhoud ontzi het milieu. & vtilatorbrander-unit op olie/gas Vitlame 100 tot 200 kw verkrijgbaar. & economische betrouwbare werking van de verwarmingsinstallatie door e communicatief, digitaal regelingssysteem Vitotronic. Met de gestandaardiseerde LON is de complete integratie in domoticasystem mogelijk. 1 Werkingsvoorwaard met Vitotronic-ketelcircuitregeling Therm-Control Vereist Werking met branderbelasting 60 % < 60 % 1. Debiet van het verwarmingswater Ge 2. Ketelretourtemperatuur Ge (min. waarde)* 1. Minimumketelwatertemperatuur Oliestook 50 ºC Oliestook 60 ºC Gasstook 60 ºC Gasstook 65 ºC 4. Tweetraps-branderwerking 1e trap 60 % van het nominale vermog Ge minimumbelasting vereist 5. Modulerde branderwerking Tuss 60 100 % van het nominale vermog Ge minimumbelasting vereist 6. Verlaagde werking Installaties met één ketel hodketel van installatie met meerdere ketels werking met minimumketelwatertemperatuur Volgde ketels van installaties met meerdere ketels word uitgeschakeld 7. Weekdverlaging Zoals gereduceerde werking Aanwijzing Eis aan de waterkwaliteit, zie pagina 2. 1.2Vitoplex200,typeSX2,700tot1950kW Lagetemperatuurketel op olie/gas Drietreksketel Voor werking met glijdde ketelwatertemperatuur Toegestane aanvoertemperatuur (= beveiligingstemperatuur) tot 110 ºC Toegelat werkdruk 6 bar CE-label: & voor toegest. aanvoertemperatur (= beveiligingstemperatur) tot 110 ºC volgs Richtlijn inzake Gastoestell 90/96/EEG & zuinig milieuvridelijk door glijdde ketelwatertemperatuur. Gebruiksrdemt voor werking met stookolie: 88 % (H s )/94 % (H i ). Stijging van het gebruiksrdemt door condsatiebutting met Vitotrans 00. & drietreksketel met lage belasting van de verbrandingsruimte, hierdoor schone verbranding met lage uitstoot van stikstoxide. *1 Zie voor toepassingsvoorbeeld voor het gebruik van de opstartschakeling Therm-Control pagina 87. & Gemakkelijk binnbrg in stookruimt dankzij de compacte constructie - belangrijk bij het vervang van bestaande installaties. & fastfix-montagesysteem voor evoudige snelle montage. & lange brandertijd minder schakelintervall dankzij de grote waterinhoud ontzi het milieu. & ge minimumdebiet van het verwarmingswater vereist - brede waterwand e grote waterinhoud zorg voor e goede interne circulatie e bedrijfszekere warmteafvoer - verevoudigde hydraulische integratie. & bij beveiligingstemperatur tot 110 C is ge extra aanvoertusselemt nodig, de voor de uitrusting bodigde aansluiting bevind zich op de verwarmingsketel. & met begaanbare ketelafdekking verevoudigt de montage het onderhoud. & economische betrouwbare werking van de verwarmingsinstallatie door e communicatief, digitaal regelingssysteem Vitotronic. Met de gestandaardiseerde LON is de complete integratie in domoticasystem mogelijk. VITOPLEX/VITOROND/VITOMAX VIESMANN 5

(vervolg) Werkingsvoorwaard met Vitotronic-ketelregeling 1 Vereist Werking met branderbelasting 60 % < 60 % 1. Debiet van het verwarmingswater Ge 2. Ketelretourtemperatuur Oliestook 40 ºC Oliestook 5 ºC (min. waarde)* 1 Gasstook 5 ºC Gasstook 5 ºC. Minimumketelwatertemperatuur Oliestook 50 ºC Oliestook 60 ºC Gasstook 60 ºC Gasstook 65 ºC 4. Tweetraps-branderwerking 1e trap 60 % van het nominale vermog Ge minimumbelasting vereist 5. Modulerde branderwerking Tuss 60 100 % van het nominale vermog Ge minimumbelasting vereist 6. Verlaagde werking Installaties met één ketel hodketel van installatie met meerdere ketels werking met minimumketelwatertemperatuur Volgde ketels van installaties met meerdere ketels word uitgeschakeld 7. Weekdverlaging Zoals gereduceerde werking Aanwijzing Eis aan de waterkwaliteit, zie pagina 2. 1.Vitoplex00,typeTX,80tot1750kW Lagetemperatuurketel op olie/gas Drietreksketel met meerwandige convectieverwarmingsoppervlakk Voor de werking met glijdd verlaagde ketelwatertemperatuur Toegestane aanvoertemperatuur (= beveiligingstemperatuur) tot 110 resp 120ºC Toegestane bedrijfsdruk 80 tot 460 kw: 4 bar 575 tot 1750 kw: 6 bar CE-label: & bij 80 tot 405 kw volgs Rdemtsrichtlijn 92/42/EEG & voor toegest. aanvoertemperatur (= beveiligingstemperatur) tot 110 ºC volgs Richtlijn inzake Gastoestell 90/96/EEG & voor toegest. aanvoertemperatur (= beveiligingstemperatur) tot 120 ºC volgs Drukapparatuurrichtlijn 97/2/EG & meerwandige convectieverwarmingsvlakk voor e hoge bedrijfzekerheid e lange levsduur. & bijzonder zuinig milieuvridelijk door glijdd verlaagde ketelwatertemperatuur; schakelt helemaal uit als er ge warmte nodig is. Gebruiksrdemt voor werking met stookolie: 90 % (H s )/96 % (H i ). Stijging van het gebruiksrdemt door condsatiebutting met Vitotrans 00. & de geïntegreerde startschakeling Therm-Control vervangt de bijmgpomp e constante retourtemperatuurverhoging bespaart montagetijd kost. & Drietreksketel met lage belasting van de verbrandingsruimte, hierdoor schone verbranding met lage uitstoot van stikstoxide. & compacte constructie voor evoudig binnbrg lage opstellingshoogt. & opgemonteerde rookgasverzamelkast. De rookgasafvoer is niet direct op de met water in aanraking komde ketelwand gelast, maar is op de uit de ketel stekde triplexbuiz geplaatst. Daarmee wordt condsatie van de rookgass in de rookgasafvoer teggegaan. & ge minimumdebiet van het verwarmingswater vereist - brede waterwand e grote waterinhoud zorg voor e goede interne circulatie e bedrijfszekere warmteafvoer - verevoudigde hydraulische integratie. & bij beveiligingstemperatur tot 110 C is ge extra aanvoertusselemt nodig, de voor de uitrusting bodigde aansluiting bevind zich op de verwarmingsketel. & tot 00 kw is ge laagwaterniveaubeveiliging vereist. & vanaf 575 kw met beloopbare ketelafdekking verevoudigt montage onderhoud. & Unit-brander tot 460 kw - afgestemd stekkerklaar bekabeld. & Fastfix-montagesysteem voor evoudige snelle montage. & met begaanbare ketelafdekking verevoudigt de montage het onderhoud. & economische betrouwbare werking van de verwarmingsinstallatie door e communicatief, digitaal regelingssysteem Vitotronic. Met de gestandaardiseerde LON is de complete integratie in domoticasystem mogelijk. Werkingsvoorwaard met Vitotronic-ketelcircuitregeling Therm-Control Vereist Werking met branderbelasting 60 % < 60 % 1. Debiet van het verwarmingswater Ge 2. Ketelretourtemperatuur Ge (minimumwaarde)* 2. Minimumketelwatertemperatuur Oliestook 40 ºC Oliestook 50 ºC Gasstook 50 ºC Gasstook 60 ºC *1 Zie voor toepassingsvoorbeeld pagina 87. *2 Zie voor toepassingsvoorbeeld voor het gebruik van de opstartschakeling Therm-Control pagina 87. 6 VIESMANN VITOPLEX/VITOROND/VITOMAX

(vervolg) Vereist Werking met branderbelasting 60 % < 60 % 4. Tweetraps-branderwerking 1e trap 60 % van het nominale vermog Ge minimumbelasting vereist 5. Modulerde branderwerking Tuss 60 100 % van het nominale vermog Ge minimumbelasting vereist 6. Verlaagde werking Als ge warmte nodig is, kan de CV-ketel word uitgeschakeld. 7. Weekdverlaging Zoals gereduceerde werking 1 Aanwijzing Eis aan de waterkwaliteit, zie pagina 2. 1.4 Vitorond 200, type VD2A, 125 tot 270 KW Lagetemperatuurketel op olie/gas Drietreksketel in gietijzer segmtketel (Vitorond 200 met 125 tot 270 kw naar keuze als blok in aparte segmt leverbaar) Voor werking met glijdd verlaagde (125 tot 270 kw) ketelwatertemperatuur Toegestane aanvoertemperatuur (= beveiligingstemperatuur) tot 110 ºC Toegelat werkdruk 6 bar CE-label: & volgs Rdemtrichtlijn 92/42/EEG & voor toegest. aanvoertemperatur (= beveiligingstemperatur) tot 110 ºC volgs Richtlijn inzake Gastoestell 90/96/EEG & ge minimumdebiet van het verwarmingswater vereist - brede waterwand e grote waterinhoud zorg voor e goede interne circulatie e bedrijfszekere warmteafvoer - verevoudigde hydraulische integratie. & Eutectoplex-verwarmingsoppervlak voor e hoge bedrijfszekerheid lange gebruiksduur. De homoge samstelling van het speciale eutectische grijze gietijzer zorgt voor e gelijkmatige warmtestroom voorkomt spanningsscheur. & probleemloos transport naar binn, ook bij moeilijk toegankelijke opstellingsruimtes, door segmtconstructie laag transportgewicht van de afzonderlijke segmt. & drietreksketel, daardoor e schone verbranding met e lage uitstoot van stikstoxide. & Fastfix-montagesysteem voor evoudige snelle montage. & zuinig milieuvridelijk dankzij de glijdde ketelwatertemperatuur. Gebruiksrdemt voor werking met stookolie: 88 % (H s )/94 % (H i ). Stijging van het normrdemt door condsatiebutting met roestvaststal rookgas-/water-warmtewisselaar Vitotrans 00. & geïntegreerde opstartschakeling Therm-Control voor e evoudige hydraulische integratie zowel van bijmgpomp als van retourtemperatuurverhoging kan word afgezi. & evoudige, snelle montage van de afzonderlijke gietijzer segmt door e systeem met groef- veersysteem duurzame elastische afdichting aan rookgaszijde. & speciale watergeleiding zorgt voor e gelijkmatige retourtemperatuurverdeling vermijdt dat bij lage temperatur condswater ontstaat. & Unit-brander - afgestemd stekkerklaar bekabeld. & economische betrouwbare werking van de verwarmingsinstallatie door e communicatief, digitaal regelingssysteem Vitotronic. Met de gestandaardiseerde LON is de complete integratie in domoticasystem mogelijk. Werkingsvoorwaard met Vitotronic-ketelregeling Vereist Werking met branderbelasting 60 % < 60 % 1. Debiet van het verwarmingswater Ge 2. Ketelretourtemperatuur Ge Ge (minimumwaarde)* 1. Minimumketelwatertemperatuur Oliestook 50 ºC Oliestook 60 ºC Gasstook 60 ºC Gasstook 65 ºC 4. Tweetraps-branderwerking 1e trap 60 % van het nominale vermog Ge minimumbelasting vereist 5. Modulerde branderwerking Tuss 60 100 % van het nominale vermog Ge minimumbelasting vereist 6. Verlaagde werking Installaties met één ketel hodketel van installatie met meerdere ketels werking met minimumketelwatertemperatuur Volgde ketels van installaties met meerdere ketels word uitgeschakeld 7. Weekdverlaging Zoals gereduceerde werking Aanwijzing Eis aan de waterkwaliteit, zie pagina 2. *1 Zie voor toepassingsvoorbeeld pagina 87. VITOPLEX/VITOROND/VITOMAX VIESMANN 7

(vervolg) 1.5 Vitorond 200, type VD2, 20 tot 1080 KW 1 Lagetemperatuurketel op olie/gas Drietreksketel in gietijzer segmtketel (Vitorond 200 in aparte segmt leverbaar) Voor werking met glijdd (20 tot 1080 kw) ketelwatertemperatuur Toegestane aanvoertemperatuur (= beveiligingstemperatuur) tot 110 ºC Toegelat werkdruk 6 bar CE-label: & bij 20 tot 80 kw volgs Rdemtsrichtlijn 92/42/EEG & voor toegest. aanvoertemperatur (= beveiligingstemperatur) tot 110 ºC volgs Richtlijn inzake Gastoestell 90/96/EEG & Eutectoplex-verwarmingsoppervlak voor e hoge bedrijfszekerheid lange gebruiksduur. De homoge samstelling van het speciale eutectische grijze gietijzer zorgt voor e gelijkmatige warmtestroom voorkomt spanningsscheur. & probleemloos transport naar binn, ook bij moeilijk toegankelijke opstellingsruimtes, door segmtconstructie laag transportgewicht van de afzonderlijke segmt. & drietreksketel, daardoor e schone verbranding met e lage uitstoot van stikstoxide. & Fastfix-montagesysteem voor evoudige snelle montage. & zuinig milieuvridelijk dankzij de glijdde ketelwatertemperatuur. Gebruiksrdemt voor werking met stookolie: 88 % (H s )/94 % (H i ). Stijging van het normrdemt door condsatiebutting met roestvaststal rookgas-/water-warmtewisselaar Vitotrans 00. & evoudige, snelle montage van de afzonderlijke gietijzer segmt door e systeem met dubbele groef duurzame elastische afdichting aan rookgaszijde. & speciale watergeleiding zorgt voor e gelijkmatige retourtemperatuurverdeling vermijdt dat bij lage temperatur condswater ontstaat. & economische betrouwbare werking van de verwarmingsinstallatie door e communicatief, digitaal regelingssysteem Vitotronic. Met de gestandaardiseerde LON is de complete integratie in domoticasystem mogelijk. Werkingsvoorwaard met Vitotronic-ketelregeling Vereist Werking met branderbelasting 60 % < 60 % 1. Debiet van het verwarmingswater 0 % bij nominaal vermog 2. Ketelretourtemperatuur Oliestook 40 ºC Oliestook 5 ºC (minimumwaarde)* 1 Gasstook 5 ºC Gasstook 5 ºC. Minimumketelwatertemperatuur Oliestook 50 ºC Oliestook 60 ºC Gasstook 60 ºC Gasstook 65 ºC 4. Tweetraps-branderwerking 1e trap 60 % van het nominale vermog Ge minimumbelasting vereist 5. Modulerde branderwerking Tuss 60 100 % van het nominale vermog Ge minimumbelasting vereist 6. Verlaagde werking Installaties met één ketel hodketel van installatie met meerdere ketels werking met minimumketelwatertemperatuur Volgde ketels van installaties met meerdere ketels word uitgeschakeld 7. Weekdverlaging Zoals gereduceerde werking Aanwijzing Eis aan de waterkwaliteit, zie pagina 2. 1.6 Vitomax 100-LW, type M155, 650 tot 2000 kw CV-ketel op olie gas Heetwatergerator volgs TRD 702 voor toegest. aanvoertemperatuur (= beveiligingstemperatuur) tot 110 resp. 120 ºC CV-ketel met omkeerbranderkamer Voor werking met verhoogde ketelwatertemperatuur Toegestane werkdruk: 8 bar CE-label: & voor toegest. aanvoertemperatur (= beveiligingstemperatur) tot 110 ºC volgs Richtlijn inzake Gastoestell 90/96/EEG & voor toegest. aanvoertemperatur (= beveiligingstemperatur) tot 120 ºC volgs Drukapparatuurrichtlijn 97/2/EG *1 Zie voor toepassingsvoorbeeld pagina 87. & zuinig in het ergieverbruik, Ketelrdemt: 91,5 %. & drietreksketel met omkeerverbrandingskamer lage belasting van de verbrandingskamer ( 1,2 MW/m ) schone verbranding met lage uitstoot van stikstoxide. & ge minimumdebiet van het verwarmingswater vereist brede waterwand e grote waterinhoud zorg voor e goede interne circulatie betrouwbare warmteafvoer evoudigde hydraulische integratie. & ge extra aanvoertussstuk nodig, de bodigde aansluiting als uitrusting voor e veiligheidstemperatuur van 110ºC bevind zich op de verwarmingsketel. & lage weerstand aan rookgaszijde door convectieverwarmingsvlakk met groot gedimsioneerde rookgasbuiz. & zeer servicevridelijk door watergekoelde omkering zonder metselwerk van binn de grote reinigingsdeur. 8 VIESMANN VITOPLEX/VITOROND/VITOMAX

(vervolg) & geringe stralingsverliez dankzij de 100 mm dikke samgestelde isolatie de watergekoelde voorwand. & belastbare afdekking aan de bovzijde van de verwarmingsketel meegeleverd vergemakkelijkt de montage het onderhoud beschermt de isolatie teg beschadiging. 1 Werkingsvoorwaard met Vitotronic-ketelregeling Vereist 1. Debiet van het verwarmingswater Ge 2. Ketelretourtemperatuur Oliestook 50 ºC (minimumwaarde)* 1 Gasstook 55 ºC. Minimumketelwatertemperatuur 70 ºC 4. Tweetraps-branderwerking Ge 5. Modulerde branderwerking Ge 6. Verlaagde werking Installaties met één ketel hodketel van installatie met meerdere ketels werking met minimumketelwatertemperatuur Volgde ketels van installaties met meerdere ketels word uitgeschakeld 7. Weekdverlaging Zoals gereduceerde werking Aanwijzing Eis aan de waterkwaliteit, zie pagina 2. 1.7 Vitomax 100-LW, type M148, 200 tot 6000 kw CV-ketel op olie gas Heetwatergerator volgs TRD 702 voor toegest. aanvoertemperatuur (= beveiligingstemperatuur) tot 110 CV-ketel met omkeerbranderkamer Voor werking met verhoogde ketelwatertemperatuur Toegestane werkdruk: 6 10 bar CE-label: & voor toegest. aanvoertemperatur (= beveiligingstemperatur) tot 110 ºC volgs Richtlijn inzake Gastoestell 90/96/EEG & ketelrdemt: 91,5 %. & drietreksketel met omkeerbranderkamer lage belasting van de verbrandingsruimte - schone verbranding met lage uitstoot van stikstoxide. & ge minimumdebiet van het verwarmingswater vereist brede waterwand grote waterinhoud zorg voor e goede interne circulatie betrouwbare warmteoverdracht verevoudigde hydraulische integratie. & optioneel wordt e aanvoertussstuk voor de aansluiting van installatiespecifieke uitvoering aangebod. & lage weerstand aan rookgaszijde door convectieverwarmingsvlakk met groot gedimsioneerde rookgasbuiz. & zeer servicevridelijk door ketel zonder metselwerk van binn de grote reinigingsdeur. & geringe stralingsverliez dankzij de 100 mm dikke samgestelde isolatie. & plaatafdekking aan de bovzijde van de verwarmingsketel meegeleverd vergemakkelijkt de montage het onderhoud beschermt de isolatie teg beschadiging. Werkingsvoorwaard met Vitotronic-ketelregeling Vereist 1. Debiet van het verwarmingswater Ge 2. Ketelretourtemperatuur Oliestook 50 ºC (minimumwaarde)* 1 Gasstook 55 ºC. Minimumketelwatertemperatuur 70 ºC 4. Tweetraps-branderwerking Ge 5. Modulerde branderwerking Ge 6. Verlaagde werking Installaties met één ketel hodketel van installatie met meerdere ketels werking met minimumketelwatertemperatuur Volgde ketels van installaties met meerdere ketels word uitgeschakeld 7. Weekdverlaging Zoals gereduceerde werking Aanwijzing Eis aan de waterkwaliteit, zie pagina 2. *1 Zie voor toepassingsvoorbeeld pagina 87. VITOPLEX/VITOROND/VITOMAX VIESMANN 9

(vervolg) 1.8 Vitomax 200-LW, type M241, 2100 tot 19500 kw 1 CV-ketel op olie gas Heetwatergerator volgs TRD 702 voor toegest. aanvoertemperatuur (= beveiligingstemperatuur) tot 110 resp. 120 ºC Drietreksketel Voor werking met verhoogde ketelwatertemperatuur Toegest. werkdruk 6 10 bar CE-label: & voor toegest. aanvoertemperatur (= beveiligingstemperatur) tot 110 ºC volgs Richtlijn inzake Gastoestell 90/96/EEG & voor toegest. aanvoertemperatur (= beveiligingstemperatur) tot 120 ºC volgs Drukapparatuurrichtlijn 97/2/EG (alle tot 15000 kw). & verhoging van het verwarmingsvermog/stoomvermog met vlampijptemperatuurbewaking (FTÜ) volgs DIN EN 1295 mogelijk. In Duitsland moet de werking van de CV-ketel volgs BetrSichV gegarandeerd word. & drietreksketel met lage belasting van de verbrandingskamer ( 1, MW/m ) - schone verbranding met lage uitstoot van stikstoxide. & zuinig in het ergieverbruik dankzij de lage rookgastemperatur, de 120 mm sterke samgestelde isolatie de watergekoelde voorwand. Ketelrdemt: 92 %. & verbetering van het normrdemt tot 12 % door condsatiebutting met edelstal rookgas-/waterwarmtewisselaar Vitotrans 00 (alle tot 6600 kw). & ge minimumdebiet van het verwarmingswater vereist brede waterwand grote waterinhoud zorg voor e goede interne circulatie betrouwbare warmteoverdracht verevoudigde hydraulische integratie. & bij beveiligingstemperatur tot 110 C is ge extra aanvoertusselemt nodig, de voor de uitrusting bodigde aansluiting bevind zich op de verwarmingsketel. & lage weerstand aan rookgaszijde door convectieverwarmingsvlakk met groot gedimsioneerde rookgasbuiz. & zeer servicevridelijk dankzij de watergekoelde geleiding zonder bemetseling de grote reinigingsdeur & belastbare afdekking aan de bovkant van de ketel behoort tot de levering vergemakkelijkt montage onderhoud. & desgewst kan de Vitomax 200-LW word uitgerust met afzonderlijke thermostat de ketelregeling Vitotronic. & de schakelkast Vitocontrol maakt aansturing van alle ketelspecifieke regel- stuurinrichting mogelijk. Werkingsvoorwaard met Vitotronic-ketelregeling Vereist 1. Debiet van het verwarmingswater Ge 2. Ketelretourtemperatuur Oliestook 50 ºC (minimumwaarde)* 1 Gasstook 55 ºC. Minimumketelwatertemperatuur 70 ºC 4. Tweetraps-branderwerking Ge 5. Modulerde branderwerking Ge 6. Verlaagde werking Installaties met één ketel hodketel van installatie met meerdere ketels werking met minimumketelwatertemperatuur Volgde ketels van installaties met meerdere ketels word uitgeschakeld 7. Weekdverlaging Zoals gereduceerde werking Aanwijzing Eis aan de waterkwaliteit, zie pagina 2. 1.9 Vitomax 200-LW, type M250, 1745 tot 1160 kw CV-ketel op olie gas Drietreksketel Heetwatergerator voor toegest. aanvoertemperatur (= veiligheidstemperatur) tot 110 ºC Toegestane werkdruk: bar Voor werking met verhoogde ketelwatertemperatuur CE-label volgs Richtlijn inzake Gastoestell 90/96/EEG & extra circulatieleiding onder in de ketel (shuntbuis) dit voor de interne circulatie van het ketelwater daarmee voor e optimale warmteopslag in de verwarmingsketel. & drietreksketel met lage belasting van de verbrandingsruimte ( 1,0 MW/m ) schone verbranding met e lage stikstoxide-uitstoot. *1 Zie voor toepassingsvoorbeeld pagina 87. & zuinig qua ergieverbruik. Ketelrdemt: 94 %. & grote bedrijfszekerheid lange levsduur dankzij brede waterwand e grote waterinhoud met goede interne circulatie e bedrijfszekere warmte-overdracht. & zeer servicevridelijk dankzij watergekoelde omleiding zonder bemetseling de grote reinigingsdeur - dit bespaart onderhoudskost. & geringe stralingsverliez dankzij de 100 mm dikke samgestelde isolatie de watergekoelde voorwand. & de schakelkast Vitocontrol maakt aansturing van alle ketelspecifieke regel- stuurinrichting mogelijk. & condsatiebutting door combinatie met roestvaststal rookgas-/water-warmtewisselaar Vitotrans 00. & de afdekking op de bovkant van de CV-ketel wordt standaard meegeleverd. De afdekking vergemakkelijkt de montage het onderhoud beschermt de isolatie teg beschadiging. 10 VIESMANN VITOPLEX/VITOROND/VITOMAX

(vervolg) Bedrijfsvoorwaard met Vitotronic-ketelregeling Vereist 1. Debiet van het verwarmingswater Ge 2. Ketelretourtemperatuur (minimumwaarde)* 1 65 C. Minimumketelwatertemperatuur 75 ºC 4. Tweetraps-branderwerking Ge 5. Modulerde branderwerking Ge 6. Verlaagde werking Installaties met één ketel hodketel van installatie met meerdere ketels werking met minimumketelwatertemperatuur Volgde ketels van installaties met meerdere ketels word uitgeschakeld 7. Weekdverlaging Zoals gereduceerde werking 1 Aanwijzing Eis aan de waterkwaliteit zie pagina 2. 1.10 Vitomax 00-LT, type M4, 1860 tot 5900 kw Lagetemperatuurketel op olie/gas Drietreksketel met meerwandige convectieverwarmingsoppervlakk Voor de werking met glijdd verlaagde ketelwatertemperatuur Toegestane aanvoertemperatuur (= beveiligingstemperatuur) tot 110 resp 120ºC Toegelat werkdruk 6 bar CE-label: & voor toegest. aanvoertemperatur (= beveiligingstemperatur) tot 110 ºC volgs Richtlijn inzake Gastoestell 90/96/EEG & voor toegest. aanvoertemperatur (= beveiligingstemperatur) tot 120 ºC volgs Drukapparatuurrichtlijn 97/2/EG & hoge bedrijfzekerheid lange gebruiksduur door meerwandige convectieverwarmingsvlakk van duplexbuiz. & lage minimumretourtemperatur van 8 ºC bij oliestook 45 ºC bij gasstook. & zuinig in ergieverbruik door glijdd verlaagde ketelwatertemperatuur. Gebruiksrdemt: 96 % (H i ). & verbetering van het normrdemt tot 10 % door condsatiebutting met de rookgas-/waterwarmtewisselaar Vitotrans 00 van roestvast staal. & drietreksketel met lage belasting van de verbrandingskamer ( 1,2 MW/m ) schone verbranding met lage uitstoot van stikstoxide. & ge minimumdebiet van het verwarmingswater vereist - brede waterwand e grote waterinhoud zorg voor e goede interne circulatie e bedrijfszeker warmtetransport. & bij beveiligingstemperatur tot 110 C is ge extra aanvoertusselemt nodig, de voor de uitrusting bodigde aansluiting bevind zich op de verwarmingsketel. & lage weerstand aan rookgaszijde door convectieverwarmingsvlakk met groot gedimsioneerde rookgasbuiz. & zeer servicevridelijk door grote reinigingsdeur. & begaanbare afdekking aan de bovkant van de ketel behoort tot de levering vergemakkelijkt montage onderhoud. & geringe uitstralingsverliez door 120 mm dikke composiet-isolatie watergekoelde voorste achterste omkeerkamer. Ook de rookgasverzamelkast is geïsoleerd. & economische betrouwbare werking van de verwarmingsinstallatie door e communicatief, digitaal regelingssysteem Vitotronic. Met de gestandaardiseerde LON is de complete integratie in domoticasystem mogelijk. Bedrijfsvoorwaard met Vitotronic-ketelregeling Vereist Werking met branderbelasting 60 % < 60 % 1. Debiet van het verwarmingswater Ge 2. Ketelretourtemperatuur Oliestook 8 ºC Oliestook 5 ºC (minimumwaarde)* 1 Gasstook 45 ºC Gasstook 5 ºC. Minimumketelwatertemperatuur Oliestook 50 ºC Oliestook 60 ºC Gasstook 60 ºC Gasstook 65 ºC 4. Tweetraps-branderwerking 1e trap 60 % van het nominale vermog Ge minimumbelasting vereist 5. Modulerde branderwerking Tuss 60 100 % van het nominale vermog Ge minimumbelasting vereist 6. Verlaagde werking Installaties met één ketel hodketel van installatie met meerdere ketels werking met minimumketelwatertemperatuur Volgde ketels van installaties met meerdere ketels word uitgeschakeld 7. Weekdverlaging Zoals gereduceerde werking *1 Zie voor toepassingsvoorbeeld pagina 87. VITOPLEX/VITOROND/VITOMAX VIESMANN 11

(vervolg) Aanwijzing Eis aan de waterkwaliteit, zie pagina 2. 1 1.11 Ketelcircuitregeling schakelkast (Toewijzing aan de CV-ketels, zie prijslijst; uitvoerige beschrijving zie techniche blad van de ketelcircuitregeling) Tot de levering van de Viessmann CV-ketels Vitoplex 200 00, Vitorond 200, alsmede Vitomax 00-LT behoort e speciaal op de CV-ketel afgestemde ketelcircuitregeling. Daarmee is het aanhoud van de bodigde minimumketelwatertemperatuur gegarandeerd. De ketelbescherming wordt gegarandeerd door: & Therm-Control (alle Vitoplex 200 tot 560 kw, Vitoplex 00 Vitorond 200, type VD2A) & aansturing van e bijmgpomp & debietverlaging van de verwarmingscircuits & gestage retourtemperatuurregeling De CV-ketels Vitomax 100-LW 200-LW kunn naar keuze met e ketelcircuitregeling met afzonderlijke temperatuurregelaars word geleverd. Schakekast Vitocontrol met weersafhankelijke regeling Vitotronic 00-K, type MW1S voor 1 tot 4 CV-ketels 2 verwarmingscircuits met mgklep verdere Vitotronic 200-H, type HK1S resp. HKS voor 1 resp. tot verwarmingscircuits met mgklep kunn voor alle Vitoplex, Vitorond Vitomax word geleverd. Werking van installaties met 1 ketel Vitotronic 100 (type GC1) Vitotronic 200 (type GW1) Vitotronic 00 (type GW2) Elektronische ketelcircuitregeling voor verhoogde ketelwatertemperatuur weersafhankelijke werking in combinatie met e schakelkast Vitocontrol met Vitotronic 00-K (type MW1S) externe regeling Voor tweetraps- modulerde brander Met boilertemperatuurregeling Met regeling voor boilerlaadsystem met mggroep alternatief naar de regeling van e permante retourtemperatuurverhoging met geregelde driewegklep Met geïntegreerd diagnosesysteem Functie-uitbreiding voor opgave van de gewste ketelwatertemperatuur via e 0-10 V-ingang aan te sluit (toebehor). Weersafhankelijke, digitale ketelcircuitregeling Voor installaties met één ketel Voor tweetraps- modulerde brander Met schakelklok met dag- weekprogramma Met bediingseheid met weergave in volle tekst Met apart instelbare periodes Met boilertemperatuurregeling Met regeling voor boilerlaadsystem met mgklepgroep alternatief voor de regeling e permante retourregeling met geregelde driewegklep Met geïntegreerd diagnosesysteem Functie-uitbreiding voor opgave van de gewste ketelwatertemperatuur via e 0-10 V-ingang aan te sluit (toebehor). (volgs ergiebesparingsverording moet e weers- kamerafhankelijke regeling met tijdprogramma voor verlaagde werking word bijgeschakeld.) Externe warmtevraag: Ketelvrijgave/smoorklep op 1e brandertrap aan 1e 2e brandertrap aan Voor elk van de eis moet e pottiaalvrij contact ter beschikking word gesteld. De pottiaalvrije contact word aan de laagspanningsstekkers avd und avh aangeslot. Weersafhankelijke, digitale ketel- verwarmingscircuitregeling Voor installaties met één ketel Voor max. 2 verwarmingscircuits met mgklep Voor tweetraps- modulerde brander Met schakelklok met dag- weekprogramma Met bediingseheid met weergave in volle tekst Met afzonderlijk instelbare periodes stooklijn Met boilertemperatuurregeling Met regeling voor boilerlaadsystem met mgklepgroep alternatief voor de regeling e permante retourregeling met geregelde driewegklep Met geïntegreerd diagnosesysteem Functie-uitbreiding voor opgave van de gewste ketelwatertemperatuur via e 0-10 V-ingang aan te sluit (toebehor). Voor elk verwarmingscircuit met mgklep is e uitbreidingsset noodzakelijk. Voor communicatie is de communicatiemodule LON nodig. Werking van installaties met meerdere ketels Elke CV-ketel van e installatie met meerdere ketels moet met e Vitotronic 100 (type GC1) zijn uitgerust. De Vitotronic 00-K (type MW1) wordt met e CV-ketel geleverd (zie prijslijst) kan apart gemonteerd word. In de Vitotronic 100 moet de communicatiemodule LON word ingebouw. Zie prijslijst. Bij installaties met meerdere ketels met externe regeling moet de lastafhankelijke brander- ketelschakeling, alsmede de boilertemperatuurregeling, door de bovgeplaatst (externe) regeling gebeur. 12 VIESMANN VITOPLEX/VITOROND/VITOMAX

(vervolg) Vitotronic 100 (type GC1) Elektronische ketelregeling Voor tweetraps- modulerde brander Communicerd via LON Regeling installatie met meerdere ketels Vitotronic 00-K (type MW1) Weersafhankelijke cascaderegeling voor installaties met meerdere ketels met maximaal 4 CV-ketels met Vitotronic 100 (type GC1) Voor max. 2 verwarmingscircuits met mgklep Met schakelklok met dag- weekprogramma Met bediingseheid met weergave in volle tekst met boilertemperatuurregeling Met regeling voor boilerlaadsystem met mggroep Met keuzeschakeling voor de leidde ketel Communicerd via LON Met geïntegreerd diagnosesysteem andere functies Functie-uitbreiding voor opgave van de gewste installatieaanvoertemperatuur via e 0-10 V-ingang aan te sluit (toebehor). Voor elk verwarmingscircuit met mgklep is e uitbreidingsset noodzakelijk. 1 A Max. 4 verwarmingsketels met Vitotronic 100 (type GC1) B Buittemperatuurssor C Vitotronic 00-K (type MW1) D Schakelkast Vitocontrol met Vitotronic 00-K (type MW1S) E Aanvoertemperatuurssor VITOPLEX/VITOROND/VITOMAX VIESMANN 1

(vervolg) Schakelpunt 2 A Instelmogelijkhed van de veiligheidstemperatuurbegrzer van de Vitotronic ketelcircuitregeling (toestand bij aflevering 110 ºC) B Instelmogelijkhed van de temperatuuregelaar van de Vitotronic ketelcircuitregeling (toestand bij aflevering 95 ºC) C Minimumketelwatertemperatuur (zie werkingsvoorwaard pagina 5 tot 11) D Brander inschakelpunt E Brander uitschakelpunt F Ingestelde stooklijn G Ingestelde maximale ketelwatertemperatuur Planningsaanwijzing 2.1 Levering, naar binn brg opstelling Levering Wij lever met kraanwags tot de bouwplaats, inclusief loss zonder bijzondere moelijkhed. Voor het loss van CV-ketels, waarvan het transportgewicht meer dan 10 t bedraagt, moet door de installateur e speciale kraan word geleverd. Voor Vitomax: Aanlevering op aanvraag (loss door installateur). Naar binn brg opstelling CV-ketel rookgas-/water-warmtewisselaar hebb e voldode aantal og om de hefwerktuig aan te slaan. De in de lgte lopde voetrails verevoudig het naar binn brg. De CV-ketels staan op in de lgte lopde voetrails. Ze kunn zonder speciaal fundamt op beton word geplaatst. Daarbij moet reking word gehoud met de bouwhoogte van de brander. Voor het reinig van de stookruimte is het echter doelmatig de CV-ketel op e sokkel te plaats. Geadviseerde minimumwandafstand voor montage onderhoudswerkzaamhed, zie technisch blad van de betreffde ketel. Als e contactgeluidsisolatie nodig is, kunn de ketels op geluidsabsorberde ketelonderstukk word geplaatst. Bij Vitoplex tot 285 kw kunn ook geluidsabsorberde stelpot in de voetrails word geschroefd. Stookruimte Algeme eis aan de stookruimte & ge luchtverontreiniging door halogekoolwaterstf (deze bevind zich bijv. in sprays, verv, oplosmiddel reinigingsproduct) & ge buitgewone stneerslag & ge hoge luchtvochtigheid & vorstvrij goed gevtileerd De CV-ketel de Vitotrans 00 rookgas-/water-warmtewisselaar mog in ruimt, waar zich mogelijk luchtverontreiniging door halogekoolwaterstf kan voordo, alle word geplaatst als voldode maatregel werd getrf om de aanvoer van onbelaste verbrandingslucht te waarborg. Als deze aanwijzing niet opgevolgd word, vervalt de garantie voor evtuele schade aan de ketel die op één van deze oorzak berust. Bij twijfel gelieve met ons contact op te nem. Eis aan de modelverwarmingsverording De stookruimte moet aan de eis van de modelverwarmingsverording voldo. Beslissd zijn de betreffde bouw- verwarmingsverording. Verbrandingluchttoevoer Voor op stookplaats met e totaal nom. vermog van meer dan 5 kw geldt dat de er voldode verbrandingslucht wordt toegevoerd als de stookplaats in ruimtes zijn opgesteld die e oping leiding naar buit hebb. De diameter van de oping moet bij 5 kw nom. vermog min. 150 cm 2 bedrag. Voor elke kw nom. vermog bov de 5 kw moet de oping met 2 cm 2 word vergroot. Leiding moet stromingstechnisch equivalt zijn bemet. De bodigde diameter mag in hoogsts 2 oping leiding zijn opgedeeld. 14 VIESMANN VITOPLEX/VITOROND/VITOMAX

Planningsaanwijzing (vervolg) Naast de noodschakelaar moet e bordje met de tekst NOOD- SCHAKELAAR - VERBRANDINGSRUIMTE aanwezig zijn. Veiligheidsmaatregel Bij in vertrekk opgestelde gasstookplaats moet de brandstleiding direct voor de gassttookplaats met de volgde veiligheidsinrichting zijn uitgerust: & Bij e thermische belasting van buitaf van meer dan 100 ºC moet de verdere brandsttoevoer zelfstandig afgeslot word. & Tot e temperatuur van 650 ºC mog er gedurde e periode van minsts 0 minut niet meer dan 0 l/h, gemet als luchtdebiet, door- uitstrom. Stookplaats moet van brandbare material inbouwmeubels zover verwijderd afgeschermd zijn, dat hieraan bij nom. vermog van de stokplaats ge hogere temperatur dan 85 ºCkunn optred. Anders moet e afstand van minsts 40 cm word aangehoud. 2 Σ² n = som van alle nom. vermogs in kw Verbrandingsluchtoping -leiding mog niet afgeslot dichtgemaakt word, als niet door bijzondere veiligheidsinrichtring gegarandeerd is dat de stookplaats alle bij geopde afsluiting kunn word gebruikt. De bodigde diameter mag door de afsluiting door roosters niet verkleind word. Noodschakelaar Brander, brandstdoorpompinrichting regeling van de stookplaats moet door e buit de stookruimte geplaatste schakelaar (noodschakelaar) te all tijde kunn word uitgeschakeld. Schipverwarming Als CV-ketels voor de verwarming van schep word gebruikt, moet met de volgde bijzonderhed reking word gehoud: & de ingebouwde toestell zijn op schep aan aanzilijke belasting blootgesteld. & met bijzonder eis van de verzekeringsmaatschappij - scheepsklassificatieonderneming - moet reking word gehoud. & niet voor alle gevall kunn onze ketels gebruikt word. neem daarom voor uitvoering contact op uw verkoper voor meer informatie. Belastbare ketelafdekking Vitoplex vanaf 575 kw Vitomax word met e opgebouwde, belastbare ketelafdekking geleverd. Desgewst kunn speciaal gemaakte ketelplatforms ladders word geleverd. 2.2 Configuratie van de installatie Aanvoertemperatur Om de verdelingsverliez te beperk, adviser wij de warmteverdelingsinstallatie tapwateropwarming op max. 70 ºC (aanvoertemperatuur) te configurer. Bij de CV-ketels met meegeleverde ketelcircuitregeling is de max. ketelwatertemperatuur op 85 ºC begrsd. Voor verhoging van de aanvoertemperatuur kan de temperatuurregelaar word omgezet. Beveiligingstemperatur De Viessmann CV-ketels voldo aan EN 0 DIN 4702 hebb het CE-label. Ze zijn in geslot verwarmingsinstallaties volgs EN 12828 te gebruik. & Toegest. aanvoertemperatur (= beveiligingstemperatur): 0tot110ºC volgs EN 1295 tot 120 ºC & Maximaal bereikbare aanvoertemperatuur: ca. 15 K onder de beveiligingstemperatuur & Veiligheidstemperatuurbegrzer van de ketelcircuitregeling: toestand bij levering 110 ºC om te zett op 100 ºC Keuze van het nominale vermog Ketel conform bodigde stooklast kiez. Het rdemt van lagetemperatuur- condserde HRketels is over de volledige ketelbelasting gezi stabiel. Daarom mag bij lagetemperatuurketels, condserde HRketels installaties met meerdere ketels het vermog groter zijn dan de berekde warmtebehoefte van het gebouw. VITOPLEX/VITOROND/VITOMAX VIESMANN 15

Planningsaanwijzing (vervolg) Eis door stooklast Aan de eis van EN 1281 voor de bereking van de stooklast wordt door de weersafhankelijke regeling voldaan. Om het opwarmvermog te verminder wordt de nachtverlaging bij lage buittemperatur verminderd. Om de opwarmtijd na e verlagingsfase te verkort wordt de aanvoertemperatuur gedurde e beperkte tijd verhoogd. 2 Pompgestuurde drukbehoudsystem In verwarmingsinstallaties met automatische, in het bijzonder pompgestuurde drukbehoudsystem met geïntegreerde ontgassing, is voor elke ketel e membraanexpansievat voor aparte beveiliging voorzi. Ketelvermog in kw Membraandrukexpansievat Inhoud in liters tot 00 50 tot 500 80 tot 1000 140 tot 2000 00 tot 5000 800 tot 10000 1600 Daarmee word de frequtie de hoogte van de drukschommeling verminderd. Dit draagt wezlijk bij tot verhoging van de bedrijfszekerheid levsduur van de installatieonderdel. Indi dit niet wordt respecteerd, kan er schade aan de CV-ketel andere installatie-elemt optred. Er dit verder op gelet te word dat alle corrosie-technisch geslot, pompgestuurde drukbehoudsystem ingezet word, die teg zuursttoevoer in het verwarmingswater beschermd zijn. Anders kan schade aan de installatie door zuurstcorrosie optred. Pompgestuurde drukbehoudsystem met atmosferische ontgassing door cyclische drukontlasting zorg weliswaar voor e ctrale naontluchting van de CV-installatie, maar zijn ge zuurstverwijdering in de zin van e corrosiebescherming volgs VDI 205 blad 2. 2. Hydraulische integratie Verwarmingsaansluiting Bestaande installaties Voordat de ketel aan e bestaande verwarmingsinstllatie wordt aangeslot, moet de installatie grondig word gespoeld om vuil slib te verwijder. Vuil slib zett zich anders in de CV-ketel af kunn daar plaatselijk tot oververhitting, geluid corrosie leid. Voor ketelschade die hierdoor ontstaat vervalt de garantie. Er kunn evtueel vuilvanginrichting word ingebouwd. Aansluiting aan verwarmingswaterzijde Alle warmteverbruikers resp. verwarmingscircuits moet aan de ketelaanvoer- ketelretouraansluiting word aangeslot. Ge aansluiting aan veiligheidsaanvoer andere aansluiting. Wij adviser in de verwarmingsaanvoer- retourleiding afsluitorgan in te bouw, zodat bij latere werkzaamhed aan de ketel resp. aan de verwarmingscircuits niet het water uit de gehele installatie moet word afgetapt. Verwarmingscircuits Voor verwarmingsinstallaties met kunststbuiz adviser wij diffusiedichte buiz te gebruik om indiffunder van zuurst door de buiswand te voorkom. In verwarmingsinstallaties met niet-zuurstdichte kunststbuiz (DIN 4726) moet e systeemscheiding word aangebracht. Hiervoor lever wij aparte warmtewisselaars. Vloerverwarming verwarmingscircuits met e zeer grote waterinhoud moet ook bij lage- zeerlagetemperatuurketels via e mgklep word aangeslot via de Vitotronic 00 (type GW2), Vitotronic 00-K met aparte regeling, bijv. Vitotronic 200-H word geregeld. Evoudige montage Vitoplex- Vitomax-ketels hebb bij beveiligingstemperatur tot 110 ºC ge duur moeilijk te monter aanvoertussstuk voor opbouw van de veiligheidstechnische inrichting nodig. De voor de uitrusting bodigde aansluiting, bijv. voor e waterpeilbegrzer drukbegrzingsinrichting, bevind zich op de ketel. Ketelcircuit- bijmgpomp De Vitoplex-, Vitorond 200, type VD2A Vitomax-ketels hebb ge ketelcircuitpomp voor geforceerde doorstroming nodig. De Vitorond 200, type VD2A van 125 tot 270 kw, de Vitoplex 00 van 80 tot 1750 kw de Vitoplex 200 van 90 tot 560 kw met Therm-Control hebb in de regel ook ge retourtemperatuurverhoging nodig. Zie voor nadere gegevs toepassingsvoorbeeld. Voor de CV-ketels resp. inzetgevall waarbij e retourremperatuurverhoging nodig is, heeft het gebruik van e bijmgpomp zich bewez. Bij de Vitoplex- Vitomax-ketels is op grond van de grote waterinhoud de geringe interne verwarmingswaterweerstand alle e pomp voor de retourtemperatuurverhoging (bijmgpomp) nodig, die op ca. 0 % van de totale pomphoeveelheid moet word geconfigureerd. De bijmgpomp is alle in werking als de temperatuur daalt onder de minimumretourtempratuur. Daaruit resulterde voordel: & kleinere pomp, d.w.z. lagere investeringskost & geringere stroomopname van de pomp & minder looptijd van de bijmgpomp & lagere stroomkost Aanwijzing bij CV-pomp CV-pomp in verwarmingsinstallaties met nom. vermog > 25 kw moet zo zijn uitgevoerd dat het elektrische verbruik in minsts drie trapp wordt aangepast aan de van de werking afhankelijke pompbehoefte, voorzover veiligheidstechnische belang van de warmtegerator dat niet in de weg staan. 16 VIESMANN VITOPLEX/VITOROND/VITOMAX

Planningsaanwijzing (vervolg) Systeemtoebehor Divicon verwarmingscircuitverdeling Geprefabriceerde verwarmingscircuitverdeling voor de aansluiting van max. 4 verwarmingscircuits aan Vitoplex tot 285 kw resp. Vitorond tot 270 kw in installaties met 1 ketel. In combinatie met de buisaansluiting rechts links naast de ketel op te stell in combinatie met wandconsoles aan de wand te bevestig. Voor Vitorond moet de buisaansluiting voor de Divicon door de installateur word aanbracht. Zie het technisch blad Divicon verwarmingscircuitverdeling. Toepassingsvoorbeeld Zie pagina 87 Retourtemperatuurverhoging Voor Vitoplex tot 560 kw lever wij e geprefabriceerde retourtemperatuurverhoging voor opbouw op de aanvoer- retouraansluiting van de ketel, bij Vitorond op de ketelaansluitset. Zie het technisch blad Toebehor voor verwarmingsketels. Ketelaansluitset voor Vitorond Voor montage van de volgde installatieonderdel: & aanvoer retour & veiligheidstechnische inrichting & retourtemperatuurverhoging 2 2.4 Veiligheidstechnische uitrusting De EN 12828 geldt voor de planning van warmwater-verwarmingsinstallaties met beveiligingstemperatur tot max. 110 ºC. Voor 120 ºC in waterverwarmingsinstallaties moet word reking met EN 1295. Veiligheidtechnische uitrusting conform EN 12828 De norm bevat veiligheidstechnische eis aan warmtegerator warmtegeratorinstallaties. Bodigde veiligheidsinrichting ADG Geslot expansievat AV1 Afsluitklep AV2 Afsluitklep (teg onverhoeds sluit beveiligd, bijv. kapklep) E Aftap EST Ontspanningspot MA Drukindicatie-inrichting SDB1 Veiligheidsdrukbegrzer max. SDB2 Veiligheidsdrukbegrzer min. SIV Overstortvtiel SL Veiligheidsexpansieleiding STB Veiligheidstemperatuurbegrzer TH Thermometer TR Temperatuurregelaar WB Waterpeilbegrzer Verdere legde HK Verwarmingscircuit HKP CV-pomp HR Verwarmingswaterretour HV Verwarmingswateraanvoer Algeme aanwijzing Beveiliging teg watergebrek Volgs EN 12828 moet CV-ketels met e laagwaterniveaubeveiliging (waterpeilbegrzer) word uitgerust. Van de laagwaterniveaubeveiliging kan bij Vitoplex-ketels tot 00 kw afgezi word. Viessmann Vitoplex zijn voorzi van temperatuurregelaars veiligheidstemperatuurbegrzers. Uit tests is geblek dat bij e evtueel laagwaterniveau als gevolg van lekkage van de verwarmingsinstallatie gelijktijdige branderwerking de brander zonder extra maatregel wordt uitgeschakeld voordat er e te hoge verwarming van de verwarmingsketel de rookgasinstallatie optreedt. Maximumdrukbegrzing Nodig voor elke CV-ketel van e installatie als nom. vermog van de ketel > 00 kw. De ketels vanaf 45 kw hebb daartoe e m R½ aan de bovkant van de ketel. Minimumdrukbegrzing Te adviser bij aanvoertemperatur van meer dan 100ºC bij installaties met meerdere ketels emaal per installatie. VITOPLEX/VITOROND/VITOMAX VIESMANN 17

2 Planningsaanwijzing (vervolg) Veiligheidsklep De CV-ketels moet volgs EN 12828 met e typegekeurde veiligheidsklep word uitgerust. Deze moet conform TRD 721 als volgt zijn gemarkeerd: & H tot,0 bar toegestane bedrijfsdruk max. 2700 kw vermog & D/G/H voor alle andere bedrijfsomstandighed De verbindingsleiding tuss ketel veiligheidsklep mag niet afgeslot word. Er mog ge pomp, armatur vernauwing in zitt. Keuzetabel voor veiligheidstechnische toebehor De tabel geeft aan welke veiligheidstechnische toebehor volgs EN 12828 voor de CV-ketel nodig zijn. X nodig niet nodig Ontspanningspot Bij ketels van meer dan 00 kw moet direct bij de veiligheidsklep e ontspanningspot met uitblaas- afvoerleiding word geïnstalleerd. De uitblaasleiding moet naar buit voer. Ontsnappde stoom mag voor niemand gevaarlijk zijn. De uitblaasleiding van de veiligheidsklep moet zo uitgevoerd zijn dat er ge drukverhoging mogelijk zijn. De monding van de waterafvoerleiding moet zo geplaatst zijn, dat het water dat via de veiligheidsklep het systeem verlaat, zonder gevaar observeerbaar wordt afgevoerd. Alle als e tweede veiligheidstemperatuurbegrzer e tweede maximumdrukbegrzer word ingebouwd, kan van de ontspanningspot de uitblaasleiding word afgezi. Nom. vermog van de verwarmingsketel 00 kw > 00 kw Beveiligingstemperatuur 110 ºC 110 ºC Veiligheidstemperatuurbegrzer meegeleverd met de ketelcircuitregeling, in de toestand bij levering op 110ºC ingesteld Temperatuurregelaar x x Leveringsomvang van de ketelcircuitregeling Ketelthermometer x x Leveringsomvang van de ketelcircuitregeling Drukindicatie-inrichting x x Manometer (als aparte toebehor) Als onderdeel van de maximumdrukbegrzingsinrichting resp. de kleinverdeler (alle tot 200 kw) Veiligheidsklep x x E veiligheidsklep van bar maakt onderdeel uit van de kleinverdeler (te gebruik tot 200 kw) Waterpeilbegrzer x* 1 x Als laagwaterniveaubeveiliging Maximaalpressostaat x Minimumdrukbegrzer x x Te adviser bij aanvoertemperatur van meer dan 100ºC. Bij installaties met meerdere ketels per installatie. Armaturstang met toebehor (met manometer, beveiligde afsluitklep, aftap twee aansluiting x x voor verdere veiligheidsdrukbegrzers) Naar keuze toebehor volgs EN 12828 voor opbouw van de veiligheidsdrukbegrzer. Ontspanningspot X door de installateur te voorzi Volgs EN 12828 is de ontspanningspot niet nodig als er ook e veiligheidstemperatuurbegrzer e veiligheidsdrukbegrzer (maximumdrukbegrzer) word ingebouwd. Veiligheidstemperatuurbegrzer X (extra) Veiligheidsdrukbegrzer (maximumdrukbegrzer) (extra) X Aanwijzing Bij e beveiligingstemperatuur van 120ºC moet de CV-ketel volgs de bedrijfsbeveiligingsverording bewaakt word. Onderdel met e veiligheidsfunctie moet dan de volgde eigschapp hebb: storinsgvrij gedrag, redunantie, van verschillde vorm zelfbewakd. Toebehorpakket voor 120ºC beveiligingstemperatuur is leverbaar. Verdere informatie in EN 1295. *1 Alle bij Vitotronic 200 nodig. 18 VIESMANN VITOPLEX/VITOROND/VITOMAX

Planningsaanwijzing (vervolg) 2.5 Brandstf Vitoplex-, Vitorond- Vitomax-ketels zijn geschikt voor de verbranding van de volgde brandstf: & Stookolie volgs DIN 51 60 & Aardgas vloeibaar gas volgs DVGW-Arbeitsblatt G 260/I II resp. volgs de plaatselijke bepaling. Viessmann Vitlame 100 aangeblaz gasbranders zijn alle voor de verbranding van aardgas H-G20 L-H25 geschikt. & Biogas septicgas: Het gebruik met biogas/septicgas is mogelijk. Omdat deze gass in de regel zwavelverbinding (waarvan de samstelling sterk kan schommel) andere agressieve gass bevatt, geld bijzonder werkingsvoorwaard. Het gas moet vrij van haloge-chloorwaterstf zijn. De minimumretourtemperatuur moet in alle werkingstoestand bov 65ºC de ligg. Hiertoe is inbouw van e doeltreffde retourtemperatuurverhoging nodig De ketel moet steeds stand-by gehoud word, nacht- weekdschakeling zijn niet toegestaan. Omdat biogas vaak verontreinigd is, kunn de onderhoudscycli korter zijn. De CV-ketel moet regelmatig gereinigd onderhoud word. & Andere brandstf op aanvraag. 2 2.6 Brander Geschikte branders De ketel-branderafstemming is gebeurd voor e opstelhoogte van max. 250 m bov NN Olievtilatorbrander De brander moet volgs EN 267 getest gemarkeerd zijn. Gasvtilatorbrander De brander moet zijn getest conform EN 676 moet overekomstig de richtlijn 90/96/EEG het CE-label hebb. Unit brander & Vitoplex Vitorond: Voor Vitoplex tot 225 kw Vitorond tot 195 kw zijn Viessmann aangeblaz gas/oliebranders verkrijgbaar. Voor Vitoplex van 270 tot 1750 kw Vitorond vanaf 20 kw zijn aangeblaz gas/oliebranders van de firma's ELCO Weishaupt verkrijgbaar. & Vitomax: Naargelang keteltype brandst alsmede de vereiste emissiewaard zijn passde ketel-brander-units verkrijgbaar. Concrete gegevs op aanvraag. Toepassingsbereik De CV-ketels word met overdruk in de verbrandingskamer gebruikt. Er moet e brander gebruikt word die voor de betreffde stookgasweerstand geschikt is (zie technisch blad van de betreffde ketel). Bij gebruik van Vitotrans 00 rookgas-/water-warmtewisselar moet reking word gehoud met de extra weerstand van deze apparat. De Viessmann aangeblaz olie/gasbranders Vitlame 100, 80 tot 225 kw kunn niet in combinatie met nageschakelde Vitotrans 00 rookgas-/water-warmtewisselar word gebruikt. Het materiaal van de branderkop moet geschikt zijn voor werkingstemperatur tot minsts 500 ºC. Branderuitvoering Er kunn meertraps traploze (modulerde) branders word gebruikt. Montage van de brander Vitoplex tot 560 kw Verwarmingsketels tot 10 kw: De boutcirkel van de branderbevestigingsgat, de branderbevestigingsgat zelf de branderbuisoping beantwoord aan EN 226. Verwarmingsketels met 150 tot 560 kw: Boutcirkel van de branderbevestigingsgat, de branderbevestigingsgat de branderbuisoping voldo aan EN 0-1. De brander kan direct op de draaibare keteldeur word gemonteerd. Als de opbouwmat van de brander afwijk van de mat van EN 226 resp. EN 0-1, dan moet de meegeleverde branderplaat gemonteerd word de gat conform de afmeting van de bradner door de installateur word aangebracht. Op verzoek ( teg e meerprijs) kunn branderplat in de fabriek word voorbereid. Bij de bestelling het merk type van de brander vermeld. De branderbuis dit uit de isolatie van de keteldeur te stek. Zie technisch blad voor verdere gegevs. Vitoplex 575 tot 1950 kw De meegeleverde branderplaat moet op de draaibare keteldeur word gemonteerd. De brander moet op de branderplaat word gemonteerd, omdat montage direct op de keteldeur zonder branderplaat niet mogelijk is. Overekomstig de afmeting van de brander moet gat in de meegeleverde branderplaat word geboord. Op verzoek ( teg e meerprijs) kunn branderplat in de fabriek word voorbereid. Bij de bestelling het merk type van de brander vermeld. De branderbuis dit uit de isolatie van de keteldeur te stek. Zie technisch blad voor verdere gegevs. Vitorond met 125 kw De boutcirkel van de branderbevestigingsgat, de branderbevestigingsgat zelf de branderbuisoping beantwoord aan EN 226. Vitorond met 160 tot 1080 kw De brander moet op de branderplaat word gemonteerd, omdat montage direct op de keteldeur zonder branderplaat niet mogelijk is. Overekomstig de afmeting van de brander moet gat in de meegeleverde branderplaat word geboord. Op verzoek ( teg e meerprijs) kunn branderplat in de fabriek word voorbereid. Bij de bestelling het merk type van de brander vermeld. De branderbuis dit uit de isolatie van de keteldeur te stek. Zie technisch blad voor verdere gegevs. VITOPLEX/VITOROND/VITOMAX VIESMANN 19

Planningsaanwijzing (vervolg) Vitomax 100-LW Type M155 Nominaal vermog kw 650 1000 1400 2000 Branderbuisoping max. Ø mm 80 410 410 44 Minimumbranderbuislgte mm 265 280 295 20 Type M148 Nominaal vermog kw 200 2900 500 4200 5000 6000 Branderbuisoping max. Ø mm 420 420 50 50 50 600 Minimumbranderbuislgte mm 5 60 400 400 40 480 2 Zie technisch blad voor verdere mat. Vitomax 200-LW Vitomax 200-WS Branderbevestiging: Branderplaat, op de ketelfls vastgeschroefd. Nominaal vermog Vitomax 200-LW kw 2100 2600 200 900 4500 500 6600 Vitomax 200-WS kw 1745 225 2905 490 4650 5815 6975 Branderbuisoping max. Vitomax 200-LW Ø mm 408 408 508 508 508 508 580 Vitomax 200-WS Ø mm 44 54 54 54 602 602 602 Minimumbranderbuislgte Vitomax 200-LW mm 81 81 81 81 81 81 81 Vitomax 200-WS mm 270 Nominaal vermog Vitomax 200-LW kw 7800 900 11200 1800 15000 16500 19500 Vitomax 200-WS kw 8140 900 1160 Branderbuisoping max. Vitomax 200-LW Ø mm 602 602 782 782 782 920 1010 Vitomax 200-WS Ø mm 602 710 710 Minimumbranderbuislgte Vitomax 200-LW mm 81 81 81 81 81 60 60 Vitomax 200-WS mm 270 Zie technisch blad voor verdere mat. Branderbevestiging: Branderplaat, op de ketel vastgeschroefd. Indi gewst, kunn de Vitomax 200-LW tot 6 600 kw met e branderwag word uitgerust (toebehor). Vitomax 00-LT Nominaal vermog kw 1860 200 2900 500 4100 4700 5900 Branderbuisoping max. Ø mm 410 410 520 520 520 520 590 Minimumbranderbuislgte mm 265 265 265 265 265 265 270 Zie technisch blad voor verdere mat. Branderbevestiging: Branderplaat, op de ketel vastgeschroefd. Afstelling van de brander Het grootste olie- resp. gasdebiet van de brander moet zo ingesteld word dat het aangegev maximumvermog van de ketel niet wordt oveschred. Bii meertraps- modulerde branders erop lett dat de rookgasinstallatie voor de zich in deellastwerking instellde lage rookgastemperatur moet zijn geschikt. Bij werking van de Vitoplex-ketels, de Vitomax 200-LW Vitomax 00-LT met Vitotronic-regeling moet de in de betreffde werkingsvoorwaard aangegev minimumvermogs word aangehoud. 2.7 Rookgasgeleiding Eis volgs modelverwarmingsverording Er moet word reking gehoud met de landspecifieke bouw verwarmingsverording. & Rookgasinstallaties moet volgs bnnwerkse diameter hoogte, indi nodig ook volgs warmtedoorlaatweerstand intern oppervlak, zo bemet zijn dat de rookgass bij alle reglemtaire werkingstoestand naar buit word afgevoerd er t.o.v. vertrekk ge gevaarlijke overdruk kan optred. & De rookgass van stookplaats voor vloeibare gasvormige brandstf kunn in schoorst rookgasleiding word afgevoerd. & Rookgasleiding aan gebouw moet tot vsters e afstand van minsts 20 cm hebb. & Afstand tot monding van schoorst rookgasleiding: Minsts 40 cm bov de nok uitstek Minst 1 m afstand tot het dak 20 VIESMANN VITOPLEX/VITOROND/VITOMAX