Wijzigingen Richtlijnen voor de jaarverslaggeving voor middelgrote en grote rechtspersonen Wijzigingen in jaareditie 2017

Vergelijkbare documenten
Wijzigingen Richtlijnen voor de jaarverslaggeving voor micro- en kleine rechtspersonen Wijzigingen in jaareditie 2017

Wijzigingen Richtlijnen voor de jaarverslaggeving voor micro- en kleine rechtspersonen Wijzigingen in jaareditie 2018

Wijzigingen Richtlijnen voor de jaarverslaggeving voor middelgrote en grote rechtspersonen Wijzigingen in jaareditie 2018

Update IASB publiceert Improvements to IFRSs

Update Wijzigingen Richtlijnen voor de jaarverslaggeving voor kleine rechtspersonen Wijzigingen in jaareditie 2014

IFRS 15 Disaggregatie van opbrengsten

IFRS 15 Balanspresentatie

Ralph ter Hoeven Partner Professional Practice Department +31 (0) (0)

Ctrl Ketenoptimalisatie Slimme automatisering en kostenreductie

IFRS 15 Alloceren van de transactieprijs

Professional Practice Department Nummer 5, oktober Update Afscheiden van embedded derivaten

IFRS 15 Optreden als principaal of als agent?

My Benefits My Choice applicatie. Registratie & inlogprocedure

(Big) Data in het sociaal domein

Tax Directors Forum. Na de hoogtij van Horizontaal Toezicht nu een klimaat waarin boetes veel dichterbij gekomen zijn? Rotterdam, 12 februari 2015

Update IFRS 15 - Alloceren van de transactieprijs

IFRS 15 Terugkoopovereenkomsten

4 JULI 2018 Een eerste kennismaking met gemeentefinanciën en verbonden partijen voor raadsleden - vragen

Voorkom pijnlijke verrassingen Nieuwe Controleaanpak Belastingdienst. Presentator: Remko Geveke

Nummer 2, oktober Update Waardering voorziening pensioenregeling DGA in eigen beheer

Wijzigingen Richtlijnen voor de jaarverslaggeving voor kleine rechtspersonen Wijzigingen in jaareditie 2015, inclusief wijzigingen Titel 9 Boek 2 BW

TaxLab 26 maart We maken het leuker. Fiscale faciliteiten voor het familiebedrijf

Rapport analyse afschrijvingskosten Gemeente Oostzaan. Oostzaan, 22 april 2013

Gemeente Ridderkerk Controle jaarrekening Ridderkerk 4 juli 2019 Jesper van Koert Reinier Moet Rein-Aart van Vugt

NL GAAP Update 2017 Voorjaar 2017

GES Alert: Wet aanpak schijnconstructies (WAS) A.van Beerendonk. Deel 3: Uitstel verbod inhoudingen en verrekeningen op het wettelijk minimumloon

Building the next economy met Blockchain en real estate. Lelystad Airport, 2 november 2017 BT Event

Een rol van (publiek) belang. Thema-sessie 5: Het perspectief vanuit de overheid - kosten. Doorn, 6 november 2014

Nadere uiteenzetting prijsaanbieding gemeente Tiel 2014

My Benefits My Choice applicatie. Registratie & inlogprocedure

IFRS 15 Identificeren van prestatieverplichtingen

Optional client logo (Smaller than Deloitte logo) State of the State

IIA Congres Prof. Dr. Sylvie C. Bleker-van Eyk & Roel van Rijsewijk. Zeist, 10 juni 2016

Nummer 8, december Update IASB publiceert IFRS 15 Revenue from Contracts with Customers

IFRS 15 Nieuwe regels verwerken opbrengsten

Nederland GES April GES LMB Alert Aanpassingen in het arbeidsrecht aangekondigd!

Professional Practice Department Nummer 6, november Update Bepalen en verwerken van ineffectiviteit bij kostprijshedge-accounting

De impact van automatisering op het Nederlandse onderwijs

Zicht op beleid Provincie Zeeland. Controle jaarrekening 2015

Professional Practice Department Januari 2016

Notitie riolering (Commissie BBV, november 2014)

De beleidsrobot. Realiteit of illusie?

Uitnodiging Security Intelligence 2014 Dertiende editie: Corporate IAM

IT risk management voor Pensioenfondsen

Verantwoording en controle in het Sociaal Domein. Drs. A.B. (Toby) Bergshoeff RA 17 november 2016

Reglement voor de Commissie Publiek Belang van de Raad van Commissarissen Deloitte Holding B.V.

Individueel vermogensbeheer Update btw aspecten. 18 september 2012 Martijn Jaegers / Elwin Makkus

Number 12, May Update IFRS 15 - Identificeren van prestatieverplichtingen

Taxlab Four Faces of Tax

Gemeenteraad Gemeente Ridderkerk Behouden of afbouwen aandelen Eneco Groep. Ridderkerk 30 augustus 2017 Rein-Aart van Vugt Reinier Moet

Themabijeenkomst Verbonden Partijen. Emmen, 18 februari 2013 Mr. Frank A.H.M. van Attekum Deloitte Consulting B.V.

Novelle herzieningswet: gevolgen voor financiering. Drs. Jeroen Dungelmann

Kantoortransformatie, Waarom! Haal meer uit je data. Amsterdam, 8 maart 2017

FW: HERINNERING UITNODIGING Masterclass: Update Wet Normering Topinkomens

Model berekening frictiekosten SVHW

Stand van Zaken Computer Forensics. Johan ten Houten, Senior Manager Deloitte Risk Services. IB Opleidingsmarkt 2015, Fontys Hogeschool Eindhoven

Sytse Duiverman 12 februari 2019

Themabijeenkomst - De commissaris 3.0 als opdrachtgever van de accountant

Recente ontwikkelingen in de vastgoedsectoer inzake BTW. Ivan Massin Senior Director

IFRS 15 Rechten op retour

Accountantsvoortgangsverslag Avalex jaarrekeningen 2010 en 2011 Presentatie Algemeen bestuur

Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving

M Wolfs. Voor de digitale leeszaal. Verzonden vanaf mijn mobiele telefoon

Ranking Verloningsoptimalisaties. Februari 2015

GES Alert Wooncorporaties

Van: Hoogendoorn, Ilona (NL Rotterdam) Namens Wiersma, Reinder (NL Rotterdam)

Nummer 1, oktober Update Re-Exposure Draft IFRS 4 fase II Verzekeringscontracten

My Benefits My Choice applicatie. Registratie- & inlogprocedure

Vennootschapsbelastingplicht voor overheidsondernemingen

Een financieel beeld. Gemeente Albrandswaard. Portugaal 7 april 2014 Rein-Aart van Vugt

Bevindingen interimcontrole 2015 Metropoolregio Eindhoven. Eindhoven, 11 Januari 2016

Modelovereenkomsten zzp ers Verankering van de modellen in uw AO/IC; de belastingcontrole. Remko Geveke Houten, 15 september 2015

De impact van automatisering op onderwijs en arbeidsmarkt in Rotterdam. Rotterdam, Oktober 2016

Jaarstukken 2015 Commissie BZM gemeente Brielle

Elektronisch handtekenen in een handomdraai! Het proces in enkele stappen 2017, Deloitte Accountancy

Italian desk Chi? Lokaal aanspreekpunt is Melissa Allegrezza For information, contact Deloitte Fiduciaire

Code voor Accountantsorganisaties Implementatie door Deloitte

Number 10, April Update De verplichtstelling door de bedrijfstakpensioenfondsen

TEN GELEIDE BIJ EDITIE 2017

Auditcommissie gemeente Mill en St. Hubert. Kennis maken, kennis delen Ambities realiseren

FAS/REA Utrecht. Governance en risicomanagement bij corporaties. Actieve rol van de RvC vereist!

IFRS 15 Variabele vergoedingen

Big Data in opsporing

Supermarkten Omzet, het fundament. Paul Op Heij

Raadsleden centraal Goede raad voor een sterke gemeenteraad. Gemeente Albrandswaard 7 april 2014 Erik Wijnstok

Algemene Vergadering van Aandeelhouders

Workshop Mondzorg in kaart 2013 Cobijt- managersbijeenkomst

Persoonlijk Budget Levensfase Juiste verantwoording van de verplichting in de jaarrekening 2011

Wereldwijde trends en de implicaties op onderwijs, onderzoek en bedrijfsvoering. Grenzen verleggen in een veranderend speelveld LEZING

Accountantscontrole 2015 gemeente Westvoorne Plan van aanpak en de relevante ontwikkelingen. Commissie Bestuurlijke Zaken en Middelen 5 oktober 2015

Financial Crime Analytics Zoeken naar het onbekende IBO 39. Johan ten Houten, 10 September 2014

Taxlab Alles over het BEPS Multilateraal Instrument. Hans Mooij & Bert van der Klok, 28 maart 2017

Marktwaarde WOCO 2016 Vanuit het perspectief van de externe controle

Workshop Fiets & Fiscaliteit Korte uitleg van de spelregels binnen de WKR

Taxlab Fiscaliteit en bouw in de publieke sector. Taxlab Four Faces of Tax. 28 maart 2017

Rolf Driesen, 15de Overheidscongres, 21 Oktober 2014

De accountant: Wat kunt u ermee?

Private Client Services Uw vermogen onze aandacht

Decentralisatie extramurale begeleiding Samenhang met 3D s en innovatie

Welkom bij het webinar Responsible Tax deel 1

Transcriptie:

Wijzigingen Richtlijnen voor de jaarverslaggeving voor middelgrote en grote rechtspersonen Wijzigingen in jaareditie 2017 Professional Practice Department oktober 2017

Wijzigingen Richtlijnen voor de jaarverslaggeving voor middelgrote en grote rechtspersonen Wijzigingen in jaareditie 2017 Professional Practice Department oktober 2017 In de jaareditie 2017 van de Richtlijnen voor de jaarverslaggeving voor middelgrote en grote rechtspersonen (RJ-bundel) zijn diverse nieuwe richtlijnen opgenomen. De jaareditie 2017 is van toepassing op verslagjaren die aanvangen op of na 1 januari 2018. Enkele nieuwe richtlijnen zijn echter al eerder van toepassing. Voor alle nieuwe richtlijnen geldt dat eerdere toepassing wordt aanbevolen. Er zijn eveneens nieuwe ontwerprichtlijnen opgenomen. Ontwerprichtlijnen zijn formeel nog niet van toepassing. Wel geven zij vooruitlopend op de definitieve richtlijnen al in zekere mate steun en richting aan de praktijk van de verslaggeving. In deze factsheet worden alleen de belangrijkste wijzigingen in de RJ-bundel op hoofdlijnen besproken. Daarbij wordt niet ingegaan op de wijzigingen voor bijzondere bedrijfstakken (zoals banken, pensioenfondsen, beleggingsinstellingen, onderwijsinstellingen, zorginstellingen, fondsenwervende organisaties en dergelijke). Nieuwe richtlijnen van toepassing voor verslagjaren die aanvangen op of na 1 januari 2016 Actuele kostprijs: overgangsbepaling toegevoegd In de jaareditie 2017 is in definitieve vorm nadere duiding opgenomen over het begrip actuele kostprijs en de toepassing hiervan in de praktijk. Dit is relevant voor rechtspersonen die materiële vaste activa (en in uitzonderlijke gevallen immateriële vaste activa) niet zijnde beleggingen waarderen tegen actuele waarde. Eerder waren reeds RJ-Uitingen gepubliceerd. Onder actuele kostprijs wordt kort gezegd verstaan (1) de actuele inkoop- of vervaardigingsprijs van het betreffende actief, verminderd met (2) cumulatieve afschrijvingen. Het toepassen van actuele kostprijs in plaats van vervangingswaarde is een stelselwijziging. Stelselwijzigingen moeten normaliter retrospectief verwerkt worden, in overeenstemming met RJ 140 Stelselwijzigingen. Retrospectieve verwerking houdt in dat bij een stelselwijziging in de jaarrekening 2016, ook Voorbeeld: Stelselwijziging waardering gebouwen en terreinen Onderneming A heeft 10 jaar geleden een bedrijfspand inclusief grond gekocht en waardeert dat in de jaarrekeningen tot en met 2016 tegen actuele waarde. De boekwaarde tegen actuele waarde (actuele kostprijs) ultimo 2016 van de grond bedraagt 750.000 en die van het bedrijfspand 2.400.000. Ultimo 2016 is de resterende gebruiksduur 30 jaar. De restwaarde van het bedrijfspand bedraagt nihil. In de boekwaarde ultimo 2016 is een herwaardering begrepen van 500.000, waarvan 200.000 betrekking heeft op de grond en 300.000 op het bedrijfspand. Ultimo 2016 bedraagt de herwaarderingsreserve onder aftrek van een voorziening voor latente belastingen tegen het nominale tarief van 25% 375.000 (= 75% van 500.000). In de jaarrekening 2017 kiest onderneming A voor een stelselwijziging waarbij gebouwen en terreinen voortaan worden gewaardeerd tegen historische kostprijs. Daarbij maakt onderneming A gebruik van de door de Raad voor de Jaarverslaggeving toegestane overgangsbepaling. Dat houdt in dat de boekwaarden tegen historische kostprijs per 1 januari 2017 worden gesteld op de boekwaarden tegen actuele waarde per 31 december 2016. Het beginvermogen 2017 en de vergelijkende cijfers worden derhalve niet aangepast. Uitgaande van bovenstaande schattingen bedragen de jaarlijkse afschrijvingslasten vanaf 2017 80.000 (= 2.400.000/30), waarvan 10.000 (= 300.000/30) betrekking heeft op de ultimo 2016 ongerealiseerde herwaardering. De herwaarderingsreserve wordt dan jaarlijks verminderd met 7.500 (= 75% van 10.000). De toepassing van de overgangsbepaling moet worden toegelicht in het boekjaar waarin de overgang is verwerkt, alsmede in de daarop volgende boekjaren zolang de herwaarderingsreserve niet volledig is gerealiseerd. 02

de actuele kostprijzen per 31 december 2015 (de beginbalans) en per 31 december 2014 (de beginbalans van de vergelijkende cijfers) moeten worden bepaald. Het begrip actuele kostprijs gaat uit van technisch identieke vervanging. In de praktijk is technisch identieke vervanging echter vaak niet mogelijk. Daarom is het moeilijk om van dergelijke activa de actuele kostprijs te bepalen. Mede om die reden heeft de Raad voor de Jaarverslaggeving een overgangsbepaling opgenomen indien een rechtspersoon kiest voor een stelselwijziging waarbij wordt overgegaan naar waardering tegen historische kosten. In dat geval is het toegestaan die stelselwijziging prospectief te verwerken. Daarbij wordt de boekwaarde tegen actuele waarde aan het eind van het voorgaande boekjaar als uitgangspunt genomen en verondersteld de historische kostprijs te zijn. Daarmee heeft de stelselwijziging geen effect op het beginvermogen. Verslag over betalingen aan overheden Voor boekjaren die aanvangen op of na 1 januari 2016 moeten grote rechtspersonen en organisaties van openbaar belang die actief zijn in de winningsindustrie of in de houtkap van oerbossen, een rapportage publiceren van betalingen aan overheden (art. 2:392a BW en het Besluit rapportage van betalingen aan overheden). Dit verslag is een afzonderlijk verslag, los van de jaarrekening, het bestuursverslag en de overige gegevens. Het toepassingsgebied en enkele elementen van dit nieuwe verslag zijn opgenomen in RJ 500 Landeninformatie rapportage van betalingen aan overheden ( country-bycountry-reporting ). Nieuwe richtlijnen van toepassing voor verslagjaren die aanvangen op of na 1 januari 2017 Bestuursverslag en verslag raad van commissarissen In 2016 en 2017 zijn diverse besluiten gepubliceerd met nadere voorschriften omtrent de inhoud van het bestuursverslag. Daarbij is tevens de in december 2016 gepubliceerde herziene Nederlandse corporate governance code (de Code corporate governance ) aangewezen als gedragscode. Op grond van deze besluiten en de Code corporate governance moeten beursvennootschappen in hun bestuursverslag een verklaring inzake corporate governance opnemen. Volgens de Code corporate governance maakt ook het verslag van de raad van commissarissen deel uit van de jaarstukken. Grote organisaties van openbaar belang met meer dan 500 werknemers moeten daarnaast in hun bestuursverslag specifieke niet-financiële informatie opnemen ( niet-financiële verklaring ). De wijzigingen als gevolg van de betreffende besluiten zijn verwerkt in RJ 400 Bestuursverslag en RJ 405 Verslag raad van commissarissen. Pensioenvoorziening en oudedagsverplichting directeurengrootaandeelhouder Op 1 april 2017 is de Wet uitfasering pensioen in eigen beheer en overige fiscale pensioenmaatregelen in werking getreden. De mogelijke gevolgen voor de jaarrekening zijn opgenomen in RJ 271 Personeelsbeloningen. Kort gezegd houden deze bepalingen in dat: voor premievrij gemaakte pensioenaanspraken die in eigen beheer blijven, een voorziening wordt opgenomen volgens de bestaande bepalingen van RJ 271.318 en 318a; het effect van afstempeling van pensioenaanspraken ten gunste van het eigen vermogen wordt verwerkt op het moment dat afstempeling onvoorwaardelijk is overeengekomen; en een oudedagsverplichting wordt gewaardeerd tegen de fiscale boekwaarde en afzonderlijk wordt gepresenteerd onder de schulden. 03

Nieuwe richtlijnen van toepassing voor verslagjaren die aanvangen op of na 1 januari 2018 Agrarische voorraden Agrarische voorraden mogen gewaardeerd worden tegen actuele waarde, in casu de opbrengstwaarde. Daarbij kunnen ongerealiseerde waardemutaties direct in de winst-en-verliesrekening worden verwerkt (onder de voorwaarde dat frequente marktnoteringen bestaan), of rechtstreeks in het eigen vermogen in een herwaarderingsreserve. De Raad voor de Jaarverslaggeving heeft nu bepaald dat als ongerealiseerde waardemutaties rechtstreeks in het eigen vermogen worden verwerkt, bij vervreemding van de voorraden het gerealiseerde deel van de herwaarderingsreserve verwerkt moet worden in de winst-en-verliesrekening. Anders zouden deze bedragen nooit in de winst-en-verliesrekening worden verantwoord. De gerealiseerde herwaardering wordt in een afzonderlijke post in de winst-en-verliesrekening opgenomen (op grond van art. 2:390 lid 4 BW). Splitsen samengestelde financiële instrumenten Een rechtspersoon kan financiële instrumenten hebben uitgegeven die zowel een vreemd-vermogenscomponent als een eigen-vermogenscomponent bevatten. Bijvoorbeeld een converteerbare obligatielening die bestaat uit een lening (vreemd-vermogenscomponent) en een optie op een vast aantal aandelen (eigen-vermogenscomponent). Tot nu toe was in RJ 290.813 slechts aanbevolen om (1) instrumenten op het bestaan van deze componenten te beoordelen en (2) de componenten afzonderlijk als verplichtingen, activa of eigen vermogen te classificeren. Als deze aanbeveling niet werd gevolgd, moest het samengestelde instrument volgens de overheersende kenmerken geheel als eigen vermogen of geheel als financiële verplichting worden geclassificeerd. Deze beoordeling en 04 splitsing zijn nu verplicht gesteld. Hiermee wordt een strijdigheid met de bepalingen omtrent het afscheiden van embedded derivaten opgeheven. De classificatie van een component als vreemd vermogen dan wel als eigen vermogen heeft ook gevolgen voor de winst-en-verliesrekening en voor de verwerking van belastingen. Vergoedingen voor vreemd vermogen worden (als rentelast) verwerkt in de winsten-verliesrekening. Vergoedingen voor eigen vermogen worden daarentegen (als dividend) verwerkt ten laste van het eigen vermogen. De verwerking van belastingen over dergelijke vergoedingen volgt de verwerking van de betreffende vergoeding, dus hetzij in de winst-en-verliesrekening hetzij in het eigen vermogen. Toelichtingsvereisten In de jaareditie 2017 zijn richtlijnen opgenomen die een aantal nieuwe toelichtingen vereisen. Het betreft: het toelichten van oordelen, schattingen en onzekerheden; benadrukt wordt dat het van belang is oordelen, schattingen en onzekerheden toe te lichten als dat nodig is voor het geven van het vereiste inzicht. Daartoe zijn stellige uitspraken opgenomen voor enkele al bestaande toelichtingsvereisten over oordelen, schattingen en onzekerheden; toelichtingen over kapitaalbelangen; toegelicht moet worden op grond van welke omstandigheden het wettelijk vermoeden wordt weerlegd van het al dan niet bestaan van een deelneming en van het al dan niet uitoefenen van invloed van betekenis in een deelneming. Wettelijk wordt het bestaan van een deelneming vermoed bij een kapitaalbelang van ten minste 20%. Invloed van betekenis wordt vermoed als ten minste 20% van de stemrechten kan worden uitgeoefend; toelichtingen over consolidatie. Er moeten toelichtingen worden verstrekt over: de redenen om een belang al dan niet te consolideren als dat niet duidelijk is op basis van de omvang van het belang. Bijvoorbeeld waarom een belang 50% wordt geconsolideerd of waarom een belang > 50% niet wordt geconsolideerd; het aandeel van derden in de groep, bijvoorbeeld door inzicht te geven in het aandeel van derden in de aard en omvang van de posten op de balans en de posten in de winst-enverliesrekening. Kasstroomoverzicht Ontvangen interest en dividend mogen worden gepresenteerd als kasstromen uit operationele activiteiten. Dat is niet gewijzigd. Ontvangen interest en dividend mogen echter niet langer als kasstromen uit financieringsactiviteiten worden gepresenteerd. Deze worden als kasstromen uit investeringsactiviteiten of als kasstromen uit operationele activiteiten gepresenteerd. Ontwerprichtlijnen Bijzondere waardeverminderingen financiële instrumenten Onder toepassing van IFRS geldt voor boekjaren vanaf 2018 IFRS 9 Financial instruments. IFRS 9 vervangt IAS 39 en resulteert in wijzigingen van de classificatie en waardering, impairment en hedge accounting van financiële instrumenten. Na analyse van IFRS 9 is door de Raad voor de Jaarverslaggeving besloten dat het wenselijk is om het aspect impairment van IFRS 9 te faciliteren in de RJ-bundel. Voorgesteld wordt om als alternatieve mogelijkheid het toe te staan om impairments van financiële instrumenten te bepalen conform het expected credit loss model van IFRS 9 in plaats van de bepalingen van RJ 290 ( incurred loss model ).

Kosten van groot onderhoud Tot op heden geeft de RJ-bundel drie mogelijkheden voor het verwerken van kosten van groot onderhoud, te weten: verwerken in de boekwaarde van het actief (de zogenoemde componentenmethode); verwerken via een onderhoudsvoorziening; of verwerken in de winst-en-verliesrekening op het moment dat het groot onderhoud wordt uitgevoerd. De Raad voor de Jaarverslaggeving stelt voor om de laatstgenoemde mogelijkheid te laten vervallen. Dit aangezien de andere methoden leiden tot een betere toerekening van lasten en daarmee tot een beter inzicht in het resultaat en vermogen. Kosten van groot onderhoud hebben immers betrekking op meerdere boekjaren en niet op een enkel boekjaar. Indien wordt gekozen om voortaan de componentenmethode toe te passen, is het toegestaan die stelselwijziging prospectief te verwerken. Een stelselwijziging die inhoudt dat de kosten van groot onderhoud voortaan via een onderhoudsvoorziening worden verwerkt, wordt retrospectief verwerkt. Presentatie en toelichting van schulden Als na balansdatum maar voor het opmaken van de jaarrekening een (deel van een) langlopende schuld vervroegd is afgelost, wordt voorgesteld om het toe te staan (maar niet langer te verplichten) dat deel van de schuld als kortlopend te verantwoorden. Dit is in lijn met de overige bepalingen om schulden als langlopend dan wel als kortlopend te presenteren. Verder wordt voorgesteld om (1) voor iedere groep van langlopende schulden een mutatieoverzicht op te nemen in de toelichting Voorbeeld: Stelselwijziging kosten van groot onderhoud Onderneming A verwerkt kosten van groot onderhoud in de winst-en-verliesrekening op het moment dat het groot onderhoud wordt uitgevoerd. Als gevolg van de wijzigingen in de Richtlijnen voor de jaarverslaggeving worden met ingang van boekjaar 2018 de kosten van groot onderhoud verwerkt in de boekwaarde van het actief. Onderneming A kiest er voor deze stelselwijziging prospectief te verwerken. Dit houdt in dat Onderneming A de boekwaarde van het actief niet aanpast en in eerste instantie blijft afschrijven volgens de tot dan gebruikelijke systematiek. Op het moment dat groot onderhoud wordt uitgevoerd, worden de kosten daarvan geactiveerd en vervolgens afgeschreven over de verwachte gebruiksduur. Op dat moment wordt nagegaan wat de resterende boekwaarde is van de vervangen component groot onderhoud van het actief. Die resterende boekwaarde wordt als gedesinvesteerd beschouwd en ten laste van het resultaat gebracht (RJ 212.449). Indien die resterende boekwaarde praktisch niet bepaald kan worden, wordt de kostprijs van het uitgevoerde groot onderhoud als aanwijzing gebruikt (RJ 212.508) (zie ook Bijlage RJ 212, uitwerking 2 van voorbeeld E). en (2) bij bepaalde gebeurtenissen nadrukkelijker toelichtingen te vereisen van voorwaarden en bepalingen rondom schulden, bijvoorbeeld zoals vastgelegd in bankconvenanten. De voorwaarden en bepalingen inzake schulden moeten met name worden toegelicht als gedurende het boekjaar schulden die langlopend waren, direct of op korte termijn opeisbaar zijn geworden. Bijvoorbeeld als gevolg van het niet voldoen aan de bankconvenanten. Ook moeten ze worden toegelicht in de situatie dat schulden op het moment van opmaken van de jaarrekening nog niet op korte termijn opeisbaar zijn geworden, maar die situatie wel dicht wordt benaderd. Die informatie kan tevens relevant zijn in het kader van (het toelichten van) het liquiditeitsrisico dat de rechtspersoon loopt. Mutatie belastinglatenties tegen contante waarde Belastingen die betrekking hebben op posten die rechtstreeks in het eigen vermogen zijn verwerkt, moeten eveneens rechtstreeks in het eigen vermogen verwerkt worden. Dat geldt dus ook voor mutaties in belastinglatenties. Echter, in geval van waardering van belastinglatenties tegen contante waarde is in de richtlijnen niet duidelijk bepaald hoe de mutatie in de belastinglatenties als gevolg van de rentetoevoeging (het oprenten ) moet worden verwerkt. Oftewel of het oprenten eveneens rechtstreeks in het eigen vermogen verwerkt moet worden, of in de winst-en-verliesrekening (als onderdeel van de belastinglast of bate). De Raad voor de Jaarverslaggeving stelt voor te verduidelijken dat ook de mutatie in de belastinglatentie als gevolg van het oprenten rechtstreeks in het eigen vermogen wordt verwerkt. Contactinformatie Voor vragen, opmerkingen of suggesties: Corné Kimenai (ckimenai@deloitte.nl). 05

06

Deloitte refers to one or more of Deloitte Touche Tohmatsu Limited, a UK private company limited by guarantee ( DTTL ), its network of member firms, and their related entities. DTTL and each of its member firms are legally separate and independent entities. DTTL (also referred to as Deloitte Global ) does not provide services to clients. Please see www.deloitte.nl/about for a more detailed description of DTTL and its member firms. Deloitte provides audit, tax, consulting, and financial advisory services to public and private clients spanning multiple industries. With a globally connected network of member firms in more than 150 countries and territories, Deloitte brings world-class capabilities and high-quality service to clients, delivering the insights they need to address their most complex business challenges. Deloitte s more than 200,000 professionals are committed to becoming the standard of excellence. This communication contains general information only, and none of Deloitte Touche Tohmatsu Limited, its member firms, or their related entities (collectively, the Deloitte network ) is, by means of this communication, rendering professional advice or services. No entity in the Deloitte network shall be responsible for any loss whatsoever sustained by any person who relies on this communication. 2017 Deloitte The Netherlands