Instantie. Onderwerp. Datum



Vergelijkbare documenten
Instelling. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum

HOF VAN BEROEP TE ANTWERPEN Arrest van 15 oktober Rol nr 2001/AR/ 328

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum

Auteur. Federale Overheidsdienst Financiën. Onderwerp

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum

Hof van Cassatie van België

Instelling. Onderwerp. Datum

Fke: 2009/AR/296I EINDAR~~ST. Rep. rif.: Zitting van: Nummer:

Instelling. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum

DE BURGERLIJKE RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG, ZITTING HOUDENDE TE HASSELT, ELFDE KAMER, HEEFT HET VOLGENDE VONNIS UITGESPROKEN:

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum

Auteur. Federale Overheidsdienst Financiën. minfin.fgov.be. Onderwerp

Instelling. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum

Vonnis van de Rechtbank van eerste aanleg van Gent dd. 12 januari 2005

Hof van Beroep van Gent - Arrest dd. 6 december Rol nr 2004/ar/ Aanslagjaren 1994 tot 1997

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Hof van Cassatie. Onderwerp. Valsheid in geschrifte - Wegverkeer, algemeen. Datum. 17 juni 2014

Auteur. Elfri De Neve. Onderwerp. Anatocisme. Copyright and disclaimer

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum

Auteur. Elfri De Neve. Onderwerp. De sociale verzekering voor zelfstandigen, in geval van faillissement. Copyright and disclaimer

Hof van Cassatie van België

Vonnis van de Rechtbank van eerste aanleg van Leuven dd. 4 maart Rol nr A - Aanslagjaar 1994

Instelling. Onderwerp. Datum

ARBEIDSHOF TE ANTWERPEN Afdeling Antwerpen ARREST A.R. 2009/AA/408. Rep. Nr. Vierde kamer OPENBARE TERECHTZITTING VAN ZEVEN JUNI TWEEDUIZEND EN TIEN

Instelling. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum

BELGISCHE STAAT, vertegenwoordigd door de minister van. Financiën, wiens kabinet gevestigd is te Brussel, Wetstraat 12,

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum

Auteur. Federale Overheidsdienst Financiën. minfin.fgov.be. Onderwerp

Antwerpen (burg.) (6e k.) nr. 2014/AR/2520, 19 april 2016 (rolnr : 2014/AR/2520)

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum

Auteur. Elfri De Neve. Onderwerp. Echtscheiding in volledig akkoord. Copyright and disclaimer

ARBEIDSHOF TE BRUSSEL ARREST

Antwerpen (burg.) (6e k.) nr. 2013/AR/1990, 17 januari 2017 (rolnr : 2013/AR/1990)

Auteur. Onderwerp. Datum

Auteur. Elfri De Neve. Onderwerp. Geregistreerde schenkingen om successierechten te vermijden. Copyright and disclaimer

Instantie. Onderwerp. Datum

Recht doende in burgerlijke zaken, heeft het volgende arrest uitgesproken: In zake: 2009/AR/ (Antwerpen), ap pe 1 1 anten,

Instantie. Onderwerp. Datum

Hof van Cassatie van België

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum

Hof van Cassatie van België

Instantie. Onderwerp. Datum

Auteur FOD FINANCIËN. Onderwerp

Hof van Cassatie van België

Instantie. Onderwerp. Datum

Auteur. Bernard Waûters. Onderwerp. Dit is een uittreksel uit het boek:

Instelling. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum

6tt161. 4fi HET HOF VAN BEROEP TE BRUSSEL. zetelend in burgerlijke zaken, na beraad, wijst volgend arrest

Instantie. Onderwerp. Datum

Hof van beroep Antwerpen

Instelling. Onderwerp. Datum

Transcriptie:

Instantie Hof van Beroep te Antwerpen Onderwerp Antirechtsmisbruikbepaling. Herkwalificatie Datum 17 april 2007 Copyright and disclaimer Gelieve er nota van te nemen dat de inhoud van dit document onderworpen kan zijn aan rechten van intellectuele eigendom, die toebehoren aan bepaalde betrokkenen, en dat er u geen recht wordt verleend op die desbetreffende rechten. M&D Seminars wil u met dit document de nodige informatie verstrekken, zonder dat de in dit document vervatte informatie bedoeld kan worden als een advies. Bijgevolg geeft M & D Seminars geen garanties dat de informatie die dit document bevat, foutloos is, zodat u dit document en de inhoud ervan op eigen risico gebruikt. M&D Seminars, noch enige van haar directieleden, aandeelhouders of bedienden zijn aansprakelijk voor bijzondere, indirecte, bijkomstige, afgeleide of bestraffende schade, noch voor enig ander nadeel van welke aard ook betreffende het gebruik van dit document en van haar inhoud. M&D Seminars - 2007 M&D CONSULT BVBA ARTHUR VERHAEGENSTRAAT 26 9000 GENT TEL 09/224 31 46 FAX 09/225 32 17 E-mail: info@mdseminars.be www.mdseminars.be

Het Hof van beroep te Antwerpen, zitting houdend te Antwerpen, ZESDE KAMER, Recht doende in burgerlijke zaken, heeft het volgende arrest uitgesproken: In zake: 2006/AR/1454 de BELGISCHE STAAT, Ministerie van Financiën, Administratie der directe belastingen, in de persoon van de Gewestelijke Directeur van de Directie Antwerpen I, waarvan de kantoren gevestigd zijn te 2000 Antwerpen, Italiëlei 4 bus 2; vertegenwoordigd door de heer Albert BOUWEN, inspecteur bij het fiscaal bestuur, wonende te 2870 Puurs, Molenstraat 78 A; tegen: a p p e l l a n t, tegen het vonnis gewezen door de rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen van 6 maart 2006; vertegenwoordigd door Meester I. Vandenbroeck loco Meester Marc Van Huffelen, advocaat te 2970 Schilde, Heidedreef 67; Antoine HOLLANTS, in hoedanigheid van vereffenaar van de B.V.B.A. LOODGIETERSBEDRIJF HOLLANTS ANTOINE, Lindenlaan 11, 2160 Wommelgem; g e ï n t i m e e r d e, vertegenwoordigd door Meester J. Schrijvers loco Meester Ludo Dillen, advocaat te 2640 Mortsel, Wouwstraat 1; * * * Gelet op de door de wet vereiste processtukken in behoorlijke vorm overgelegd waaronder het bestreden vonnis van de rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen van 6 maart 2006, waarvan geen akte van betekening wordt voorgelegd, alsmede het verzoekschrift tot hoger beroep neergelegd ter griffie van het hof van beroep te Antwerpen op 11 mei 2006, waarbij een naar vorm en termijn regelmatig en ontvankelijk hoger beroep wordt ingesteld.

1. Voorafgaande feiten en procedure 1.1. Op 19 oktober 1995 werd de vennootschap B.V.B.A. LOODGIETERIJ EN DAKWERKEN HOLLANTS opgericht. De notariële akte vermeldt de heer HOLLANTS en zijn tweede echtgenote, mevrouw Karin VAN ROOY, als oprichters van de vennootschap. De B.V.B.A. LOODGIETERIJ EN DAKWERKEN HOLLANTS heeft o.m. tot doel de plaatsing van sanitaire installaties, loodgieterij, aanneming van zinkwerken en metalen dakbedekkingen van gebouwen en de installatie van verwarming met gas. 1.2. De heer HOLLANTS had eveneens een participatie in de vennootschap B.V.B.A. LOODGIETERSBEDRIJF HOLLANTS ANTOINE. Deze vennootschap werd aanvankelijk als een coöperatieve vennootschap opgericht, met maatschappelijke benaming HOLLANTS ANTOINE. 1.3. Op 28 oktober 1993 werd er beslist om de maatschappelijke benaming van laatstgenoemde vennootschap te wijzigen in B.V.B.A. LOODGIETERSBEDRIJF HOLLANTS ANTOINE en het kapitaal van de vennootschap te verhogen met een bedrag van 800.000 BEF (19.831, 48 EUR) om het van 200.000 BEF (4.957, 87 EUR) te brengen op 1.000.000 BEF (24.789, 35 EUR). 1.4. Op 27 maart 1997 besliste de buitengewone algemene vergadering van aandeelhouders van de B.V.B.A. LOODGIETERSBEDRIJF HOLLANTS ANTOINE om de vennootschap te ontbinden en te vereffenen. De heer HOLLANTS werd ingevolge de beslissing van de algemene vergadering aangesteld tot vereffenaar van de vennootschap. De algemene vergadering besliste tevens om de vereffening-verdeling van de B.V.B.A. LOODGIETERSBEDRIJF HOLLANTS ANTOINE onmiddellijk te beëindigen en aan de heer HOLLANTS décharge te verlenen voor de uitoefening van zijn taak als vereffenaar. In het kader van de vereffening-verdeling van de vennootschap werd er door de vereffenaar een bedrag van 10.189.927 BEF (252.601, 69 EUR)

aan de aandeelhouders uitgekeerd en dit bij wijze van verdeling van het maatschappelijke vermogen ( liquidatiebonus ). 1.5. Op 27 augustus 1998 verstuurde de administratie van de Belgische Staat m.b.t. het aanslagjaar 1997 een kennisgeving van aanslag van ambtswege. In de kennisgeving dd. 27 augustus 1998 werd er o.m. gesteld dat haar accountant had meegedeeld dat de ontbinding en vereffening-verdeling van de B.V.B.A. LOODGIETERSBEDRIJF HOLLANTS ANTOINE enkel en alleen tot doel had de reserves ten bedrage van 10.189.927 BEF (252.601, 69 EUR) op een fiscaal-vriendelijke manier aan de aandeelhouders uit te keren. Als gevolg hiervan kondigde de fiscale administratie met toepassing van art. 344 1 WIB92 haar voornemen aan om de ontbinding en vereffeningverdeling van het maatschappelijke vermogen van de B.V.B.A. LOODGIETERSBEDRIJF HOLLANTS ANTOINE te herkwalificeren in een gewone uitkering van belaste reserves ( dividenduitkering ) waarop roerende voorheffing is verschuldigd. Volgens de fiscale administratie was het nooit de intentie (...) van belanghebbenden (in casu geïntimeerde, nl. de B.V.B.A. LOODGIETERIJ EN DAKWERKEN HOLLANTS) om de economische activiteit (van de B.V.B.A. LOODGIETERSBEDRIJF HOLLANTS ANTOINE) stop te zetten. De fiscale administratie stelde tevens dat de heer HOLLANTS vóór de ontbinding van de vennootschap een andere vennootschap had opgericht, m.n. de B.V.B.A. LOODGIETERIJ EN DAKWERKEN HOLLANTS (zie hoger). Laatstgenoemde vennootschap, zijnde huidig geïntimeerde, zette volgens de administratie de maatschappelijke activiteit van de ontbonden vennootschap verder. 1.6. Op 14 september 1998 deelde de B.V.B.A. LOODGIETERIJ EN DAKWERKEN HOLLANTS haar niet-akkoord mee met de kennisgeving dd. 27 augustus 1998. Zij stelde dat de fiscale administratie een onjuiste toepassing van art. 344 1 WIB92 had gemaakt. Voorts argumenteerde omtrent de volgens haar door de fiscale administratie ten onrechte doorgevoerde brutering van de uitgekeerde dividenden (in toepassing van art. 268 WIB92).

1.7. Op 3 november 1999 verstuurde de fiscale administratie andermaal m.b.t. het aanslagjaar 1997 een kennisgeving van aanslag van ambtswege. De kennisgeving dd. 3 november 1999 is in identieke bewoordingen opgesteld als de kennisgeving dd. 27 augustus 1998 (zie supra), zij het dat de fiscale administratie ditmaal rekening hield met de inhoud van de interne nota dd. 18 januari 1999 en dat een antwoordtermijn van 8 dagen werd verleend. 1.8. Op 10 november 1999 deelde geïntimeerde andermaal haar niet-akkoord mede met de kennisgeving d.d. 3 november 1999. 1.9. Op 22 december 1999 werd er m.b.t. het aanslagjaar 1997 in hoofde van geïntimeerde een aanslag in de roerende voorheffing gevestigd (kohierartikel 940591). Uit het aanslagbiljet blijkt dat de fiscale administratie de belasting heeft ingekohierd conform de inhoud van de kennisgevingen dd. 27 augustus 1998 resp. dd. 3 november 1999. Aldus wordt een belasting gevorderd van 3.396.642 BEF (84.200, 55 EUR). 1.10. Geïntimeerde diende op 20 januari 2000 een bezwaarschrift in bij de Gewestelijke Directie Antwerpen 1. In het bezwaarschrift hernam geïntimeerde volledig haar antwoord op de haar toegezonden kennisgeving dd. 27 augustus 1998. 1.11. Bij de bestreden directoriale beslissing dd. 9 november 2001 werd het bezwaarschrift van geïntimeerde ontvankelijk en gedeeltelijk gegrond verklaard. De Gewestelijk Directeur aanvaardde het argument van geïntimeerde m.b.t. de ten onrechte doorgevoerde brutering van de dividenden (zie hoger).

De Gewestelijk Directeur besliste om een ontheffing te verlenen ten bedrage van 21.050,13 EUR (849.160 BEF). Anderzijds werd de grief van geïntimeerde m.b.t. de schending van art. 344 1 WIB92 verworpen. Bijgevolg is er nog een bedrag van 2.547.482 BEF (63.150,43 EUR) in betwisting, zijnde de ingekohierde roerende voorheffing ten bedrage van 3.396.642 BEF (84.200,55 EUR), verminderd met de ontheffing ten bedrage van 849.160 BEF (21.050,13 EUR). 1.12. Geïntimeerde leidde bij verzoekschrift van 4 januari 2002 de procedure in voor de eerste rechter. 1.13. De eerste rechter verklaarde de oorspronkelijke vordering van geïntimeerde toelaatbaar en gegrond en vernietigde de bestreden aanslag, met veroordeling van de Belgische Staat tot terugbetaling van het eventueel reeds te veel betaalde meer de moratoriumintresten en de gerechtskosten. 1.14. De vordering in graad van beroep van de Belgische Staat, zoals laatst geformuleerd in besluiten, luidt meerbepaald als volgt : Het hoger beroep toelaatbaar en gegrond te verklaren; Dienvolgens het bestreden vonnis te hervormen, de initiële vordering van gedaagde in hoger beroep af te wijzen en de betwiste aanslag in de roerende voorheffing, gevestigd voor aanslagjaar 1997 en opgenomen in het kohier onder artikel 940591, te bevestigen; Gedaagde in hoger beroep te veroordelen tot de kosten 2. Bespreking 2.1 Artikel 344 1 WIB92 luidt als volgt : Aan de administratie der directe belastingen kan niet worden tegengeworpen, de juridische kwalificatie door de partijen gegeven aan een akte alsook aan afzonderlijke akten die een zelfde verrichting tot stand brengen, wanneer de administratie door vermoedens of door andere

in artikel 340 vermelde bewijsmiddelen vaststelt dat die kwalificatie tot doel heeft de belasting te ontwijken, tenzij de belastingplichtige bewijst dat die kwalificatie aan rechtmatige financiële of economische behoeften beantwoordt. 2.2. Wanneer de fiscale administratie op grond van voormeld artikel 344 1 WIB92 een akte of aktes wil herkwalificeren voor de toepassing van de roerende voorheffing, dient men de juridische gevolgen van deze handeling te respecteren. De gevolgen van de nieuwe kwalificatie dienen gelijkaardig te zijn aan die van de door partijen oorspronkelijk gebruikte kwalificatie (Cass., 4 november 2005, T.F.R., 2006, nr. 304, p. 558-562, met noot K. SPAGNOLI : Herkwalificatie : hoe ver moet de eerbiediging van de juridische effecten gaan? ). M.a.w. moet bij de herkwalificatie de juridische realiteit die de belastingplichtige tot stand heeft gebracht worden gerespecteerd. Uitsluitend de juridische kwalificatie van de akte of akten mag worden gewijzigd, niet de inhoud en de gevolgen van de door de belastingplichtige verwezenlijkte akte. Alle feitelijke en juridische gevolgen van de verwezenlijkte verrichting moeten worden geëerbiedigd (Gent, 13 september 2005, T.F.R., 2006, nr. 296, p. 156-172, met noot F. MARCK : Vruchtgebruik en artikel 344 1 WIB92 : herkwalificatie met eerbiediging der juridische gevolgen ). 2.3. De in casu geviseerde rechtshandelingen bestaan enerzijds in de oprichting van de B.V.B.A. LOODGIETERIJ EN DAKWERKEN HOLLANTS en anderzijds in de ontbinding met vereffening-verdeling van de (reeds langer bestaande) B.V.B.A. LOODGIETERSBEDRIJF HOLLANTS ANTOINE. Volgens de fiscale administratie zijn zowel de verrichtingen van ontbinding en verdeling van het maatschappelijk vermogen van de B.V.B.A. LOODGIETERSBEDRIJF HOLLANTS ANTOINE als de oprichting van de B.V.B.A. LOODGIETERIJ EN DAKWERKEN HOLLANTS haar niet tegenstelbaar. De administratie herkwalificeert de ontbinding en verdeling van het maatschappelijk vermogen van de B.V.B.A. LOODGIETERSBEDRIJF HOLLANTS ANTOINE in een uitkering van belaste reserves ( dividenduitkeringen ) waarop roerende voorheffing is verschuldigd. Evenwel bezit de ontbinding van een vennootschap met de daaraan verbonden verdeling van het maatschappelijk vermogen feitelijke en juridische kenmerken die niet gelijkaardig zijn aan deze verbonden aan een gewone dividenduitkering.

Er wordt niet betwist dat de gestelde rechtshandelingen niet geveinsd zijn. Voor de ontbinding van een vennootschap met vereffening-verdeling van het maatschappelijk vermogen van een vennootschap bestaat er bovendien een specifieke in het artikel 209 WIB92 voorziene wettelijke regeling. Enerzijds kan het niet de bedoeling zijn dat een herkwalificatie afbreuk zou doen aan de bijzondere rechtsgevolgen die de fiscale wet uitdrukkelijk aan bepaalde rechtshandelingen koppelt (Zie ook : M. VAN KEIRSBILCK, noot onder Rb. Antwerpen 26 oktober 2001 en Rb. Hasselt, 9 januari 2002, Fisc. Koer., 2002, 2002/229 met verwijzing naar Gedr. Stukken Kamer, 1992-93, 1072/8, 42; J. VAN DIJCK, Inkoop eigen aandelen : herkwalificatie is onmogelijk, Fiscoloog, nr. 893 van 28 mei 2003, p. 1 en de aldaar besproken rechtspraak). Anderzijds zijn de juridische en feitelijke gevolgen van de door de administratie gehanteerde nieuwe kwalificatie verschillend van de door de belastingplichtigen oorspronkelijke zonder veinzing gestelde rechtshandelingen. 2.4. De eerste rechter heeft dan ook terecht de litigieuze aanslag vernietigd. OM DEZE REDENEN, HET HOF, recht doende op tegenspraak, Gelet op artikel 24 van de wet van 15 juni 1935. Verklaart het hoger beroep ontvankelijk doch ongegrond. Bevestigt het bestreden vonnis. Veroordeelt de Belgische Staat tot de kosten in graad van beroep, aan de zijde van Antoine Hollants niet begroot bij gebrek aan opgave. Aldus gewezen en uitgesproken in openbare terechtzitting van het HOF VAN BEROEP te ANTWERPEN van ZEVENTIEN APRIL TWEEDUIZEND EN ZEVEN, waar aanwezig waren: R. Thys, Voorzitter; S. Berneman

en M. Van den Bossche, Raadsheren; A. Van Lint, Griffier.A. VAN LINT M. VAN DEN BOSSCHES. BERNEMAN R. THYS.