het laatste station van de wereld

Vergelijkbare documenten
De ontelbaren is geschreven door Jos Verlooy en Nicole van Bael. Samen noemen ze zich Elvis Peeters.

De brief voor de koning

De eekhoorn kon niet slapen. Hij liep van zijn deur om zijn tafel heen naar zijn kast, bleef daar even staan, aarzelde of hij de kast zou opendoen,

rijm By fightgirl91 Submitted: October 17, 2005 Updated: October 17, 2005

Het lam. Arna van Deelen

WOONARK Rikus Koops 2003

De huizen beneden aan de heuvel gloeiden in het felle avondlicht

Toen ze opkeek, zag ze dat ze niet meer alleen was. Bij de koeien stond een jongen met een stok. Hij had blond haar, dat rood leek in het late

Inhoud. Een nacht 7. Voetstappen 27. Strijder in de schaduw 51

Hans Kuyper. F-Side Story. Tekeningen Annet Schaap. leopold / amsterdam

, Boekscout. 1 Testament van de eenzaamheid, Jan-Willem van den Enden, ISBN

Edward van de Vendel. De grote verboden zolder

"Afraid of the Dead ( The Escape ) Hoofdstuk 5"

Er was eens een meisje dat zich heel alleen voelde. Haar naam was Sterre. Ze hield van lezen, maar ze had maar één boek:

OBSERVATIE. Hoe kom je in een creatieve mindset? De observatie van een kunstenaar en hoe hij aan zijn creativiteit komt. Robbert Kooiman G&I 1-C

Voor Indigo en Nhimo Papahoorjeme_bw.indd :02

2

Bart Moeyaert. Blote handen

Het raam achter het gordijn stond op een kier. Uit de nacht kwamen geluiden de kamer van Dolfje binnen. Tsjirpende krekels, brullende kikkers,


Johanna Kruit. Gedichten, geïnspireerd door bomen. Geheimen

Er was eens een gezin met zeven dochters. De zeven meisjes woonden met hun ouders een heel eind buiten de stad.

-23- Geen medelijden

Ik ben geen vis! riep hij nu tegen Konijn. Dat was tenminste al een opluchting. Hij ging zitten en staarde wat voor zich uit. Nee, zei Konijn breed

Het verhaal van de schepping (Genesis 1 en 2)

De jongen die niet griezelen kon

Het. Boekenliefje. Helen Docherty & Thomas Docherty. Clavis

14 God ging steeds voor hen uit, overdag in een wolk, s nachts in licht en vuur.

Spreekbeurt Dag. Oglaya Doua

Ankie. het meisje uit de bossen van Karoetsja. Antoon Kersten ooit geschreven voor zijn kleindochter Karin. blad 1


Schoolkamp 2015, Jacco

Er moet iets zijn als we inslapen we gingen liggen en sliepen in

Gijsje zonder staart geschreven door Henk de Vos (in iets gewijzigde vorm) Er was eens een klein lief konijntje, dat Gijs heette. Althans, zo noemden

Hoofdstuk 1. De eerste dag op een nieuwe school met een nieuw begin

Niet in slaap vallen hoor!

De steen die verhalen vertelt.

H e t v e r h a a l v a n V i c t o r V i s c h

Kikker in de kou. geschreven door Max Velthuijs

Het kasteel van Dracula

Stoner

D Artagnan gaat naar Parijs

JANA BAESKENS VERONICA. Dagboek van een moordenaar

O, antwoordde ik. Verder zei ik niets. Ik ging vlug de keuken weer uit en zonder eten naar school.

KOOS MEINDERTS NAAR HET NOORDEN MET ILLUSTRATIES VAN ANNETTE FIENIEG

Geelzucht. Toen pakte een vrouw mijn arm. Ze nam me mee naar de binnenplaats van het huis. Naast de deur van de binnenplaats was een kraan.

Het geheim van de olympische vlam

De oude kapitein stapte de herberg binnen.

Paul van Loon. Dolfje Weerwolfje. Tekeningen Hugo van Look. Leopold / Amsterdam

Schuld Mel Wallis de Vries

wel met de koning trouwen dacht ze somber, anders zal mijn vader vast gestraft worden.

Hij had dezelfde soort helm op als in het beeld vooraf...2 Mijn vader was verbaasd dat ik alles wist...3 Ik zat recht overeind in mijn bed te

Zoë Zwabber en Sam Spons Een spetterend avontuur

Laten we om te beginnen de eerste waarnemingen waarover wij schreven, herhalen:

Preek 23 sept 2018 ds. Mw. M.W. Gehrels Psalm 139. God kent mij

ACTIVITEIT 1 : Verhaaltje «Joris en de Ikkietikkietijd»

Ik ben maar een eenvoudige ezel, maar ik wil je graag een mooi verhaal vertellen

veeg de tranen van me weg. Ik kijk nog eens rond en er valt een hoop spanning van me af. Er komt zelfs een kleine glimlach op me gezicht terug.

DE BETOVERENDE REIS. Verteld door Stiefmama

Herman Koch Geachte heer M.

Kikkertje en de geheime schatkistjes

Om een of andere reden zijn ze daar allebei heel tevreden

Het Drakenfeestje Tekst Mathias Dellaert Illustraties Siri Austvik

LES 4. Handelingen 12:1-19; Van Jeruzalem tot Rome: Verlost uit de gevangenis blz

Het Drakenfeestje. Tekst Mathias Dellaert Illustraties Siri Austvik

Sofie en Regenboog HOOFDSTUK ÉÉN

2

Rana, het regenboogkind. Esther Bohte-de Wilde

De kleine wildebras. Th. Storm. Magda Stomps. Zie voor verantwoording:

Vincent van Gogh. Hier zie je er een afbeelding van.

OP BEZOEK BIJ BARON GEENWEGGE VAN TERUG

Ahlberg en Tellegen :29 Pagina 1. Brieven aan bijna niemand anders

Zijn woorden waren nog niet koud of ik zag inderdaad een klein voorwerp naar beneden tuimelen. Het leek vanaf de veranda op een krekel die uit de

Boekverslag Engels The skeleton man door Joseph Bruchac

grotesk... er prat op gaan...

L I C H T W E G. een Kerstgedicht

Verloren grond. Murat Isik. in makkelijke taal

Eerste druk, Arinka Linders AVI E5 M6 Illustraties: Michiel Linders

De wonder- baarlijke Merlijn

In de huizen aan de overkant wonen Marokkanen. Het zijn precies negen huizen. Van nummer 29 op de ene hoek tot nummer 45 op de andere hoek.

DE VLUCHT & andere spannende verhalen

Een Berbers dorp. Mijn zussen en ik mochten van mijn vader naar school. Meestal mochten alleen jongens naar school.

Een verschijnsel wat op dinsdag in de Amerikaanse staat Wisconsin is gemeld is de afgelopen dagen meerdere malen waargenomen in Nederland.

»05« Het marktplein. Nog nooit had hij zijn boterham zo snel opgegeten. Mam, Erika en Lien hadden hem verbaasd aangekeken.

Kijk nog eens in het boek op bladzijde 80 naar Werkwoorden in een andere tijd.

We hebben verleden week nog gewinkeld. Toen wisten we het nog niet. De kinderbijslag was binnen en ik mocht voor honderd euro kleren uitkiezen.

't gummybeertje le journal D' Hoge School redactie: Tom & Senne jaargang 3 nr. 7 frankieweyns@hotmail.

HARA HACHI BU, LIBANON door Tommy Wieringa

Verhalen uit een ander rijk

- VIOLET - Ninja Paap-Luijten

Voor Cootje. de vuurtoren

De gebroeders Leeuwenhart

Edward van de Vendel Toen kwam Sam. Met tekeningen van Philip Hopman

Wie zijn Pluck & Pien?

Kampkrant groep 6a. 19 en 20 april 2016 te Austerlitz in kamphuis Vos en Egel

6,4. Boekverslag door N woorden 23 februari keer beoordeeld. Eerste uitgave 2008 Nederlands

MUIZENVAL. avonturen te lezen! Ik ben. Mijn naam is Stilton, Geronimo Stilton! Jullie staan op het punt een van mijn favoriete

Transcriptie:

het laatste station van de wereld 1

het tekeningen van ingrid godon laatste station van de wereld een verhaal van paul verrept 2 3

4 5

6 7

8 9

1 De schilder Emile stond om vier uur op. Hij droeg een lang, bleek nachthemd dat hem, in het karige maanlicht, enigszins op een spook deed lijken. Op zijn hoofd stond een witte slaapmuts, met pompon, wat hem dan weer het uiterlijk van een kabouter gaf. Hij luisterde even naar het ademen van zijn vrouw. Ze sliep diep. Om haar lippen speelde een amper zichtbare glimlach die hij ook in de gelaatstrekken van haar dochter vaak opmerkte. Haar dochter. Zijn dochter, al had hij het kind niet verwekt. Fanny, heette ze. Hij verlangde haar gezicht te zien, haar glimlach, maar hield zich in om haar kamer binnen te gaan. Op kousenvoeten sloop hij haar deur voorbij. Hij luisterde alleen, of hij iets van de kleine geluidjes die ze in haar slaap maakte, kon opvangen. Alles bleef stil. Emile liep de trap af, opende de deur naar zijn atelier en wierp een blik naar binnen. Het was er donker, de onafgewerkte schilderijen staarden hem duister aan. In deze nacht was er geen spoor van het licht dat hij in zijn schilderijen probeerde te vangen. Het had geen zin te blijven staan, nu, in het atelier. Hij liep naar de woonkamer. De tafel stond gedekt voor het ontbijt, dat deed de meid elke avond voor ze zich terugtrok in haar kamer. Er was geen teken van leven in huis. De meid sliep, zoals iedereen. Hij bleef wakker. Omdat hij op 10 11

iets wachtte, iets verwachtte van de nieuwe dag, iets te weten wilde komen. Hij wist niet wat hij zocht. Hij keek uit het raam, naar het zwart van de nacht, dat hem even duister aankeek als de schilderijen in zijn atelier. Voor zijn ogen doemde het landschap op dat zich straks zou onthullen, hij zag het al voor zich omdat hij het uit zijn hoofd kende, zoals een acteur zijn rol uit het hoofd kent: de vijver onder aan de heuvel, het licht dat tussen de bomen gleed, de wind die het water leek te strelen, de glinstering van de eerste zonnestralen. In werkelijkheid zag hij enkel zichzelf in het raam weerspiegeld, doorzichtig als een schim die tussen hem en de wereld stond. De schim verdween toen Emile het raam opende, hij ademde nu de winterlucht in, koud en duister. Zo stond hij hier vaker in de nacht, terwijl hij de wereld in zich opzoog. Iemand had ooit over hem geschreven dat hij altijd hetzelfde schilderij maakte. De gedachte kwam en verdween meteen weer. Zijn handen maakten nu snelle gebaren in de lucht, nerveus, als was er geen tijd te verliezen, alsof hij snelle schetsen maakte. Hij wilde iemand anders zijn; geen schilder maar een toeschouwer. Toch dwong iets hem om een afbeelding te maken, al schilderde hij onzichtbaar, al was het enkel in zijn hoofd. Hij keek intens, maar elk beeld veranderde meteen in een prent die hem het echte kijken belette. Dat was de complicatie. Hij moest het geheim kennen om een afbeelding te kunnen maken. Maar zijn dwang om een beeld te maken, belette hem met al zijn aandacht naar het landschap te kijken. Hij wachtte op het ochtendlicht, hij wist wat zich dan zou openbaren, hetzelfde uitzicht van alle andere dagen dat hem zoveel verhalen vertelde zonder iets prijs te geven. Hoe vaak had hij hier al gestaan, zonder dat iemand het wist, als een dief in de nacht, terwijl iedereen sliep? 12 13

2 Even draaide hij zijn hoofd naar het zuiden, maar met een schok keek hij weer voor zich. Daar was het. Daar zou het gebeuren. Daar zou het ontwaken. Als hij opzij keek, zag hij in de verte een andere wereld, een dreiging die als een reusachtige schaduw over zijn landschap viel. Diepe schachten werden in de grond geboord, op zoek naar steenkool. Nog voor hij het licht op de vijvers doorgrond had, werden ze bedreigd. Fanny was nieuwsgierig naar de mannen die in de mijnen werkten, de ingenieurs, de nieuwe rijken, maar ook de mannen die met de liften in de diepte afdaalden. Emile probeerde haar tot andere interesses te bewegen. Hij nam haar mee naar het kleine vliegveld op de heide, en hij merkte al gauw dat ze vaker en vaker haar fiets nam om op de luchthaven rond te hangen. De duistere wereld voor hem, de koude lucht die in zijn gezicht sloeg, de lauwe kamer in zijn rug, zijn zintuigen gespannen om elke code te ontcijferen. Weer bewoog hij zijn handen. Het licht, bedacht hij nu, dat moest hij opnieuw bestuderen. Hoe het over de wereld gleed, intens, tijdelijk, vluchtig als gas. Hij moest het ongrijpbare grijpen. Misschien moest hij niet het landschap en de luchten schilderen maar de weerspiegelingen in de vijver, misschien zat daarin het geheim, in het spiegelbeeld. In de weerkaatsing van het licht, misschien was daar de wereld die hij zocht, die de zijne was. Zijn thuis. In gedachten liep hij in zijn nachthemd de vijver in. Het water was ijskoud maar niets hield hem tegen. Hij voelde vissen langs zijn benen strijken, hij liep verder... Hij dompelde zich onder en zag in een onooglijk kort moment de wereld die hij altijd had gezocht. Toen vielen zijn gedachten stil. In de verte, onzichtbaar nog voor wie niet al zijn aandacht daarop richtte, brak het licht door. Zijn handen dansten als in een onbekende gebarentaal. En in een flits kreeg hij het gevoel dat hij de dirigent was, dat het licht niet zijn gebaren dicteerde maar dat hij het was die het licht had geroepen, die het liet schijnen, die het uitspreidde over het land. 14 15

16 17