Bepaling WBDBO-eisen tussen woningen in een woongebouw

Vergelijkbare documenten
Garage naast een woning: brandveiligheid

Samenvallende rookvrije vluchtroutes in een woongebouw

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

Afdeling Vluchtroutes Nieuwbouw. Artikel Stuurartikel

HOUTWOLPLAAT, MINERAAL GEBONDEN (attest-met-productcertificaat) Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

Brandwerendheid in een brandoverslagsituatie

DAKBEDEKKING, GESPOTEN of STRIJKBAAR (attest, productcertificaat) Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

WAND, BINNEN, NIET DRAGENDE, MONTAGEWAND, GIPSPLATEN (attest, productcertificaat)

Wat is een veiligheidstrappenhuis?

ISOLATIE, MUUR, THERMISCH, VOORGEVORMD (attest, productcertificaat)

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

NIEUWBOUW 78 APPARTMENTEN HABITAGE TE HEERHUGOWAARD

Mag een woning worden ontsloten door een buitentrap? Aan de hand van het Bouwbesluit bepalen of een woning mag worden ontsloten door een buitentrap.

Moet iedere trap aan het Bouwbesluit voldoen?

DAKBEDEKKING, METALEN ELEMENTEN of STROKEN (attest, productcertificaat)

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

WAND, BINNENSPOUWBLAD, NIET DRAGEND, BETON (attest, productcertificaat)

De eisen voor de weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag (WBDBO)

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

ADVIES. Beschrijving. Pagina 1 van 5. Adviescommissie Praktijktoepassing brandveiligheidsvoorschriften. Postbus BV Rotterdam

Wat is een verblijfsgebied en wat is een verblijfsruimte?

Welke eisen gelden voor een trap? Aan de hand van het Bouwbesluit vaststellen welke eisen gelden voor een trap.

Brandpreventie. Werk nr Datum: HOOFDGEBOUW (2014)

Bouwbesluit 2012, woongebouw, overige gebruiksfunctie, nieuwbouw, portiekontsluiting, parkeren Datum: 19 mei 2017 Status:

WAND, BINNENSPOUWBLAD, NIET DRAGEND, SEGMENT, HOUT (attest, productcertificaat)

WAND, BUITEN, DRAGEND, CELLENBETON, BLOKKEN BLOKELEMENTEN of PANELEN (attest, productcertificaat)

Bouwdeel F/G Brouwhuis aan de Ceresstraat te Breda

Beach hotel te Zoutelande. Rapportage berekening permanente vuurbelasting

DAKBEDEKKING, BAANVORMIG (attest, productcertificaat, procescertificaat)

Onderbouw. Brandveiligheidseisen ONDERBOUW. Om voor optoppen in aanmerking te komen moet een woongebouw aan

BRANDVEILIGHEID EN VLUCHTWEGEN

BRL 2880 " Systemen voor het brandwerend bekleden van lijnvormige stalen bouwconstructies " ( )

ADVIES. Pagina 1 van 6. Adviescommissie praktijktoepassing brandveiligheidsvoorschriften. Secretariaat info@adviescommissiebrandveiligheid.

1 Inleiding vereist kwaliteitsniveau... 2

WAND, BINNEN, DRAGEND, CELLENBETON, BLOKKEN BLOKELEMENTEN of PANELEN (attest, productcertificaat)

AMS1 Schiphol-Rijk. Brandveiligheid in het kader van de omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen

Ambulance Zorg Limburd Noord is voornemens een nieuwe ambulancepost in Weert in te realiseren.

Uitbreiding tweede openluchtschool te Amsterdam. Rapportage brandveiligheid. Rapportnr: Datum: Versie: 1 Contactpersoon: L.

Infobrief Landelijke regels voor Brandveiligheid toegelicht : 1. Stroomschema s en Bouwbesluit nu en in de toekomst

Verbouwing gezondheidszorgcomplex aan de Zuiderweg 15 te Schagen. Rapportage brandveiligheid

Brandcompartimenten in Bouwbesluit 2012

GEVELELEMENT, HOUT (attest, productcertificaat, procescertificaat)

Verbouwing van een gevel: isolatie en luchtdoorlatendheid

STAPPENPLAN BEOORDELING BRANDVEILIGHEID (voor nieuwbouw utiliteitsgebouwen, op hoofdlijnen, volgens bouwbesluit 2012 versie 1.0)

STAPPENPLAN BEOORDELING BRANDVEILIGHEID volgens Bouwbesluit 2012 UTILITEITSGEBOUWEN. Kenmerk: 2013-R-V1.2

Zorgboerderij Hagelkruisweg 20 te Hegelsom. Rapportage brandveiligheid

ADVIES. Registratienummer: 1019 Twee bouwblokken ontsloten via één portiek

Verbouwing van een gevel: geluidsisolatie en ventilatie

Bouwbesluit 2012, kantoorfunctie, nieuwbouw, vluchtroute, brandmeldinstallatie (BMI), Datum: 25 maart 2019 Status:

AANPASSING VAN DE VOORSCHRIFTEN VOOR ONTVLUCHTING IN HET BOUWBESLUIT 2003

AFD BEPERKING ONTSTAAN BRANDGEVAARLIJKE SITUATIE

Ventilatievoorzieningen voor een meterruimte in een woning

rand rapport Project: Herinrichting 't Klooster Rilland Werknummer:ZF15-06 Datum:

De totale gebruiksoppervlakte is exclusief de woonfuncties ruim groter dan 1000 m 2.

Beschrijving. Transformatie kantoor naar portiekwoningen. Advies Definitief. Kern 1 Kern 5. Kern 2 Kern 3 Kern 4

Project: Verbouw van tot een kinderdagverblijf Kinderdagverblijf Dolfijn te Voorthuizen Adviesrapport brandpreventie

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

ACHTERGRONDEN BIJ DE VOORSCHRIFTEN VOOR ONTVLUCHTING

aanvullende eisen stellen aan de bereikbaarheid, beheersbaarheid en bestrijding van de brand Bestrijding, beheersbaarheid, bereikbaarheid

Brandveiligheidsaspecten van de uitbreiding van het kantoorpand van IHC Hydrohammer B.V. te Kinderdijk. Ontwerp met 3 verdiepingen

NIEUWSBRIEF 2019-ERB-P001

VLOER, BEGANE GROND, COMBINATIEVLOER, BETONBALKEN en EPS- VULELEMENTEN (attest, productcertificaat)

Bouwbesluit 2012, woongebouw, nieuwbouw, portiekontsluiting Datum: 8 maart 2018 Status:

Beschrijving. Adviesvraag ADVIES

Biomassacentrale Ooms. Rapportage brandveiligheid. Rapportnr: Datum: Versie: 1 Contactpersoon: L. Mol

project: Houthavens Kavel 1c te Amsterdam - bouwen opdrachtgever: Peter Tuin Holding B.V. document: Rapportage Brandveiligheid kenmerk: 6140R01c

Door: Ing. M. Konings. Highlights Bouwbesluit 2012

MEMO 1. INLEIDING 2. UITGANGSPUNTEN 3. TOETSKADER: BOUWBESLUIT 2012

Checklist woonfunctie

Woongebouw familie James Callantsoog. Rapportage brandveiligheid

Hoefbladstraat te Nieuw-Vennep Beoordeling brandveiligheid. Datum 10 december 2015 Referentie Hoofdweg GH ROTTERDAM

> Brandveiligheid volgens het Bouwbesluit 2003

Vastgoedtransformatie. het Bouwbesluit. 31 mei Patrick van Loon. Vergunningverlener Stadsontwikkeling

BNA Roadshow Bouwbesluit Programma. Nieuwe en gewijzigde begrippen Gebruiksfuncties Algemene begrippen Personenbenadering

Beschrijving. Horeca en wonen in één brandcompartiment. Advies Definitief

Brandveiligheidstoets Nieuwbouw fustopslag & expeditie FruitNL te Ommeren

Bouwbesluit veranderd, verbeterd, verhelderend? ir. B. Kersten, ing. E. van den Brink,

OMGEVINGSVERGUNNING. ProjectManagement Bureau Gemeente Amsterdam Postbus BG AMSTERDAM

Het Bouwbesluit Vluchten bij brand

Adviesvraag Aanvrager verzoekt de adviescommissie antwoord te geven op de volgende vragen:

BEM Omschrijving : Toetsing bebouwing t.b.v. het houden van een Agrarische Kinderopvang aan De Zeeweg 4 te Nieuw-Vossemeer (Gem. Steenbergen).

AMSTERDAM ARENA ENERGIE OPSLAG Brandveiligheid 9 DECEMBER 2016

AMSTERDAM ARENA ENERGIE OPSLAG Brandveiligheid 10 MEI 2017

Utrechtsestraatweg AS Woerden De heer ing. P. Dunnewold. Strevelsweg 700/ AS Rotterdam De heer G. Zeck

drs. H.J.O. van Doorn, directeur Het attest is voorts opgenomen in het overzicht op de website van Stichting KOMO:

Sterkte-eisen aan een vloerafscheiding

ATRIA EN HET BOUWBESLUIT

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

PLATEN, CEMENTGEBONDEN, VEZELVERSTERKTE (attest-met-productcertificaat) BRL 4202 "Vezelversterkte cementgebonden platen voor natte ruimten" ( )

Beschrijving. Sanitaire ruimten binnen zone beschermd subbc. Advies Definitief

Sector Risicobeheersing

Kapershoekseweg 24. Hoogvliet - Rotterdam

Wegwijs worden in het Bouwbesluit: opzoeken relevante onderwerpen-1

Renovatie/verbouwing H. Hartkerk/ Pastorie aan de Baronielaan te Breda

Bestemd voor : Woonstichting Sint Joseph, Dhr. K. Vink en BRO, Dhr. W. de Ruiter.

Permanente vuurlastberekening. Ten behoeve van: Uitbreiding kwekerij Aalsmeerderweg 681 te Rijsenhout

Rapport Bouwbesluiteisen

Beschrijving. Adviesvraag ADVIES

groot brandcompartiment, handhaving, spiegelsymmetrie, WBDBO

Tabel 2.27 gebruiksfunctie leden van toepassing grenswaarden. afmetingen trap

Transcriptie:

Bepaling WBDBO-eisen tussen woningen in een woongebouw Probleem Aan de hand van het Bouwbesluit vaststellen welke wbdbo-eisen gelden tussen woningen in een woongebouw. Oplossingsrichtingen Stappenplan Om dit probleem op te lossen moeten vijf stappen worden gezet, die weer zijn onder te verdelen in twee fasen. Fase A. Opzoeken van de toepasselijke voorschriften (stap 1 t/m 4) 1. Bepaal de relevante afdeling van het Bouwbesluit 2. Bepaal de relevante paragrafen 3. Bepaal de relevante gebruiksfunctie 4. Bepaal met de tabel in de afdelingen de relevante voorschriften Fase B. Toepassing van de voorschriften (stap 5) 5. Aan de hand van tien voorbeeldsituaties uitleggen van de voorschriften Fase A. Opzoeken van de toepasselijke voorschriften (stap 1 t/m 4) 1. Bepaal de relevante afdeling van het Bouwbesluit De wbdbo-eisen zijn gegeven in afdeling 2.13 Beperking van uitbreiding van brand en in afdeling 2.14 Verdere beperking van uitbreiding van Brand van Bouwbesluit 2003. 2. Bepaal de relevante paragrafen Afdeling 2.13 en 2.14 bevatten zowel eisen voor nieuwbouw (paragraaf 2.13.1 en paragraaf 2.14.1) als voorschriften voor bestaande bouw (paragraaf 2.13.2 en paragraaf 2.14.2). In het vervolg wordt alleen ingegaan op de nieuwbouwvoorschriften in paragraaf 2.13.1 en paragraaf 2.14.1. 3. Bepaal de relevante gebruiksfunctie Voor woningen in een woongebouw zijn in paragraaf 2.13.1 en paragraaf 2.14.1 de volgende gebruiksfuncties gegeven: Tabel 2.103 (paragraaf 2.13.1): woonfunctie gelegen in een woongebouw. Tabel 2.115 (paragraaf 2.14.1): woonfunctie met een gebruiksoppervlakte van niet meer dan 500 m2, gelegen in een woongebouw. 4. Bepaal met de tabel in de afdelingen de relevante voorschriften Tabel 2.103 van paragraaf 2.13.1 Beperking van uitbreiding van brand bevat de artikelen 2.104 t/m 2.109. De wbdbo-eisen zijn gegeven in artikel 2.106. Voor een woonfunctie gelegen in een woongebouw geldt artikel 2.106, eerste t/m vijfde lid. Voor de bepaling van de wbdbo-eis tussen de woningen onderling zijn artikel 2.106, eerste lid t/m derde lid, van belang.

Artikel 2.106, eerste lid: De volgens NEN 6068 bepaalde weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag van een brandcompartiment naar een ander brandcompartiment, een besloten ruimte waardoor een van rook en van brandgevrijwaarde vluchtroute voert, en een niet besloten veiligheidstrappenhuis is niet lager dan 60 minuten. Artikel 2.106, tweede lid: In afwijking van het eerste lid, kan worden volstaan met 30 minuten, indien de volgens NEN 6090 bepaalde permanente vuurbelasting van het brandcompartiment niet groter is dan 500 MJ/m2. Dit geldt niet voor de weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag naar een veiligheidstrappenhuis. Artikel 2.106, derde lid: In afwijking van het eerste lid, kan worden volstaan met 30 minuten indien: a) het brandcompartiment en de besloten ruimte op hetzelfde perceel liggen, en; b) in een gebouw geen vloer van een verblijfsgebied hoger boven het meetniveau ligt dan 7 meter. Dit geldt niet voor de weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag naar een veiligheidstrappenhuis. Tabel 2.115 van paragraaf 2.14.1 Verdere beperking van uitbreiding van brand bevat de artikelen 2.115 t/m 2.119. De wbdbo-eisen zijn gegeven in artikel 2.118. Voor een woonfunctie met een gebruiksoppervlakte van niet meer dan 500 m2, gelegen in een woongebouw geldt artikel 2.118, eerste en derde lid. Voor de bepaling van de wbdbo-eis tussen de woningen onderling zijn artikel 2.118 eerste en derde lid van belang. Het vierde lid wordt weliswaar ook aangewezen in de tabel, maar is niet van toepassing voor de wbdbo tussen woningen in een woongebouw. Dit lid laten we hier dan ook buiten beschouwing. Artikel 2.118, eerste lid: De volgens NEN 6068 bepaalde weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag van een subbrandcompartiment naar een besloten ruimte in het brandcompartiment is niet lager dan 60 minuten. Artikel 2.118, derde lid: In afwijking van het eerste lid, kan worden volstaan met 30 minuten indien: a) de volgens NEN 6090 bepaalde permanente vuurbelasting van het subbrandcompartiment niet groter is dan 500 MJ/m2, en; b) in het gebouw geen vloer van een verblijfsgebied hoger ligt dan 7 meter boven het meetniveau. Fase B. Toepassing van de voorschriften (stap 5) 5. Aan de hand van een aantal voorbeeldsituaties worden de voorschriften uitgelegd Indeling in brandcompartimenten en subbrandcompartimenten Alvorens de wbdbo-eisen tussen de woningen in een woongebouw te kunnen bepalen, moet het gebouw eerst worden ingedeeld in brandcompartimenten en subbrandcompartimenten. De eisen voor de indeling in brandcompartimenten zijn gegeven in artikel 2.104 en artikel 2.105 van Bouwbesluit 2003. Voor woningen in een woongebouw betekenen deze voorschriften doorgaans dat meerdere woningen tot een oppervlakte van maximaal 1.000 m2 in een brandcompartiment liggen. Gedacht kan worden aan een brandcompartimentering per bouwlaag, maar ook meerdere bouwlagen mogen in een brandcompartiment liggen. Als er sprake is van een zogenaamde portiek-etage-ontsluiting, dan ligt ook het trappenhuis samen met de woningen in een brandcompartiment. In de voorbeelden wordt een aantal mogelijkheden gegeven. De eisen voor de indeling in subbrandcompartimenten zijn gegeven in artikel 2.116 en artikel 2.117 van Bouwbesluit 2003. Deze voorschriften leiden ertoe dat elke woning moet worden aangemerkt als apart subbrandcompartiment. Uit de voorbeelden wordt duidelijk dat de wijze van indelen van het gebouw in brandcompartimenten en subbrandcompartimenten bepalend is voor de te hanteren wbdbo-eis. Een belangrijk uitgangspunt is dat de eisen tussen subbrandcompartimenten volgens artikel 2.118 uitsluitend voor subbrandcompartimenten binnen hetzelfde brandcompartiment gelden. De wbdbo-eis geldt dus niet tussen een subbrandcompartiment in brandcompartiment A en een subbrandcompartiment in brandcompartiment B. Indien de scheidingsconstructie tussen brandcompartimenten en subbrandcompartimenten samenvalt (zoals bijvoorbeeld in figuur 3a ter plaatse van de verdiepingsvloer op 6 meter boven het meetniveau) geldt alleen de wbdbo-eis tussen de brandcompartimenten volgens afdeling 2.13.

Tien voorbeeldsituaties Aan de hand van tien voorbeeldsituaties worden de wbdbo-eisen die gelden tussen woningen in een woongebouw uitgelegd. Voorbeeld 1a Figuur 1a. Figuur 1a betreft een woongebouw van drie bouwlagen en per bouwlaag vier woningen, met de volgende Hoogste vloer van een verblijfsgebied boven het meetniveau: 6 meter. Woongebouw ligt in één brandcompartiment. Permanente vuurbelasting: > 500 MJ/m2. De eisen van afdeling 2.14 (wbdbo-eisen tussen brandcompartimenten) zijn niet van toepassing aangezien het gebouw slechts uit één brandcompartiment bestaat. 60 minuten. Een reductie is toegestaan als de permanente vuurbelasting < 500 MJ/m2 is en de hoogste vloer van een verblijfsgebied < 7 meter boven meetniveau ligt (derde lid). Aangezien de permanente vuurbelasting > 500 MJ/m2 is, is géén reductie van 30 minuten toegestaan. Voorbeeld 1b Figuur 1b. Figuur 1b betreft een woongebouw van drie bouwlagen en per bouwlaag vier woningen, met de volgende Hoogste vloer van een verblijfsgebied boven het meetniveau: 6 meter.

Woongebouw ligt in één brandcompartiment. Permanente vuurbelasting: < 500 MJ/m2. De eisen van afdeling 2.14 (wbdbo-eisen tussen brandcompartimenten) zijn niet van toepassing aangezien het gebouw slechts uit één brandcompartiment bestaat. 60 minuten. Aangezien de permanente vuurbelasting < 500 MJ/m2 is en de hoogste vloer van een verblijfsgebied minder dan 7 meter boven het meetniveau ligt, is volgens artikel 2.118, tweede lid, een reductie van 30 minuten toegestaan. Voorbeeld 2a Figuur 2a. Figuur 2a betreft een woongebouw van drie bouwlagen en per bouwlaag vier woningen, met de volgende Hoogste vloer van een verblijfsgebied boven het meetniveau: 6 meter. Elke bouwlaag is een apart brandcompartiment. Permanente vuurbelasting per brandcompartiment: > 500 MJ/m2. De eisen van afdeling 2.13 (wbdbo-eisen tussen brandcompartimenten) gelden tussen de drie brandcompartimenten. De scheiding tussen deze brandcompartimenten wordt gevormd door de verdiepingsvloeren. Volgens artikel 2.106, eerste lid, geldt tussen de brandcompartimenten een wbdbo-eis van 60 minuten. Een reductie is toegestaan als de permanente vuurbelasting < 500 MJ/m2 is (tweede lid) of indien de hoogste vloer van een verblijfsgebied < 7 meter boven meetniveau ligt (derde lid). De hoogste vloer van een verblijfsgebied ligt op 6 meter boven het meetniveau: een reductie tot 30 minuten is toegestaan. 60 minuten. Een reductie is toegestaan als de permanente vuurbelasting < 500 MJ/m2 is en de hoogste vloer van een verblijfsgebied < 7 meter boven meetniveau ligt (derde lid). Een reductie van 30 minuten is niet toegestaan aangezien de permanente vuurbelasting > 500 MJ/m2 is. Het bovenstaande betekent dat de verdiepingsvloeren (scheiding tussen de brandcompartimenten) 30 minuten brandwerend mogen worden uitgevoerd, maar dat de bouwmuren (scheidingen tussen de subbrandcompartimenten binnen eenzelfde brandcompartiment) 60 minuten brandwerend moeten worden uitgevoerd. Voorbeeld 2b

Figuur 2b. Figuur 2b betreft een woongebouw van drie bouwlagen en per bouwlaag vier woningen, met de volgende Hoogste vloer van een verblijfsgebied boven het meetniveau: 6 meter. Elke bouwlaag is een apart brandcompartiment. Permanente vuurbelasting per brandcompartiment: < 500 MJ/m2. De eisen van afdeling 2.13 (wbdbo-eisen tussen brandcompartimenten) gelden tussen de drie brandcompartimenten. De scheiding tussen deze brandcompartimenten wordt gevormd door de verdiepingsvloeren. Volgens artikel 2.106, eerste lid, geldt tussen de brandcompartimenten een wbdbo-eis van 60 minuten. Een reductie is toegestaan als de permanente vuurbelasting < 500 MJ/m2 is (tweede lid) of de hoogste vloer van een verblijfsgebied < 7 meter boven meetniveau ligt (derde lid). Een reductie tot 30 minuten is net als in voorbeeld 2a toegestaan (nu echter op beide gronden). 60 minuten. Een reductie is toegestaan als de permanente vuurbelasting < 500 MJ/m2 is en de hoogste vloer van een verblijfsgebied < 7 meter boven meetniveau ligt (derde lid). Aan beide voorwaarden wordt voldaan, zodat een reductie van 30 minuten is toegestaan. Voorbeeld 3a Figuur 3a.

Figuur 3a betreft een woongebouw van vier bouwlagen en per bouwlaag vier woningen, met de volgende Hoogste vloer van een verblijfsgebied boven het meetniveau: 9 meter. Brandcompartiment 1: bouwlaag 1 en 2. Brandcompartiment 2: bouwlaag 3 en 4. Permanente vuurbelasting per brandcompartiment: > 500 MJ/m2. De eisen van afdeling 2.13 (wbdbo-eisen tussen brandcompartimenten) gelden tussen brandcompartiment 1 en 2. De scheiding tussen deze twee brandcompartimenten wordt gevormd door de verdiepingsvloer op 6 meter boven het meetniveau. Volgens artikel 2.106, eerste lid, geldt tussen deze brandcompartimenten een wbdbo-eis van 60 minuten. Aangezien de permanente vuurbelasting > 500 MJ/m2 is (tweede lid) en de hoogste vloer van een verblijfsgebied > 7 meter boven het meetniveau ligt (derde lid) is geen reductie van 30 minuten toegestaan. 60 minuten. Aangezien de permanente vuurbelasting > 500 MJ/m2 is, is geen reductie van 30 minuten toegestaan. Voorbeeld 3b Figuur 3b. Figuur 3b betreft een woongebouw van vier bouwlagen en per bouwlaag vier woningen, met de volgende Hoogste vloer van een verblijfsgebied boven het meetniveau: 9 meter. Brandcompartiment 1: bouwlaag 1 en 2. Brandcompartiment 2: bouwlaag 3 en 4. Permanente vuurbelasting per brandcompartiment: < 500 MJ/m2. De eisen van afdeling 2.13 (wbdbo-eisen tussen brandcompartimenten) gelden tussen brandcompartiment 1 en 2. De scheiding tussen deze twee brandcompartimenten wordt gevormd door de verdiepingsvloer op 6 meter boven het meetniveau. Volgens artikel 2.106, eerste lid, geldt tussen deze brandcompartimenten een wbdbo-eis van 60 minuten. Een reductie is toegestaan als de permanente vuurbelasting < 500 MJ/m2 is (tweede lid) of de hoogste vloer van een verblijfsgebied < 7 meter boven meetniveau ligt (derde lid). Een reductie tot 30 minuten is toegestaan aangezien de permanente vuurbelasting < 500 MJ/m2 is. 60 minuten. Aangezien de hoogste vloer van een verblijfsgebied > 7 meter boven meetniveau ligt, is geen

reductie van 30 minuten toegestaan. Het bovenstaande betekent dat alleen de verdiepingsvloer op 6 meter boven het meetniveau 30 minuten brandwerend mag worden uitgevoerd en dat de overige vloeren en woningscheidende wanden 60 minuten brandwerend moeten worden uitgevoerd. De gekozen indeling in brandcompartimenten is derhalve niet erg logisch. Zie ook voorbeeld 4. Voorbeeld 4a Figuur 4a. Figuur 4a betreft een woongebouw van vier bouwlagen en per bouwlaag vier woningen, met de volgende Hoogste vloer van een verblijfsgebied boven het meetniveau: 9 meter. Elke bouwlaag is een apart brandcompartiment. Permanente vuurbelasting per brandcompartiment: > 500 MJ/m2. De eisen van afdeling 2.13 (wbdbo-eisen tussen brandcompartimenten) gelden tussen de brandcompartimenten. De scheiding tussen de brandcompartimenten wordt gevormd door de verdiepingsvloeren. Volgens artikel 2.106, eerste lid, geldt tussen deze brandcompartimenten een wbdbo-eis van 60 minuten. Aangezien de permanente vuurbelasting > 500 MJ/m2 is (tweede lid) en de hoogste vloer van een verblijfsgebied > 7 meter boven het meetniveau lig (derde lid) is geen reductie van 30 minuten toegestaan. 60 minuten. Aangezien de permanente vuurbelasting > 500 MJ/m2 is, is geen reductie van 30 minuten toegestaan. Voorbeeld 4b

Figuur 4b. Figuur 4b betreft een woongebouw van vier bouwlagen en per bouwlaag vier woningen, met de volgende Hoogste vloer van een verblijfsgebied boven het meetniveau: 9 meter. Elke bouwlaag is een apart brandcompartiment. Permanente vuurbelasting per brandcompartiment: < 500 MJ/m2. De eisen van afdeling 2.13 (wbdbo-eisen tussen brandcompartimenten) gelden tussen de brandcompartimenten. De scheiding tussen de brandcompartimenten wordt gevormd door de verdiepingsvloeren. Volgens artikel 2.106, eerste lid, geldt tussen deze brandcompartimenten een wbdbo-eis van 60 minuten. Een reductie is toegestaan als de permanente vuurbelasting < 500 MJ/m2 is (tweede lid) of indien de hoogste vloer van een verblijfsgebied < 7 meter boven meetniveau ligt (derde lid). Een reductie van 30 minuten is toegestaan aangezien de permanente vuurbelasting < 500 MJ/m2 is. 60 minuten. Aangezien de hoogste vloer van een verblijfsgebied > 7 meter boven meetniveau ligt, is geen reductie van 30 minuten tussen de subbrandcompartimenten onderling toegestaan. Het bovenstaande betekent dat de verdiepingsvloeren (scheiding tussen de brandcompartimenten) 30 minuten brandwerend mogen worden uitgevoerd, maar dat de bouwmuren (scheidingen tussen de subbrandcompartimenten binnen eenzelfde brandcompartiment) 60 minuten brandwerend moeten worden uitgevoerd. Voorbeeld 4c

Figuur 4c. Figuur 4c betreft een woongebouw van vier bouwlagen en per bouwlaag vier woningen, met de volgende Hoogste vloer van een verblijfsgebied boven het meetniveau: 9 meter. Elke woning is een apart brandcompartiment. Permanente vuurbelasting per brandcompartiment: < 500 MJ/m2. De eisen van afdeling 2.14 (wbdbo-eisen tussen subbrandcompartimenten) zijn niet van toepassing aangezien de subbrandcompartimenten samenvallen met de brandcompartimenten. De eisen van afdeling 2.13 (wbdbo-eisen tussen brandcompartimenten) gelden tussen de brandcompartimenten. De scheiding tussen de brandcompartimenten wordt gevormd door de verdiepingsvloeren en de woningscheidende wanden. Volgens artikel 2.106, eerste lid, geldt tussen deze brandcompartimenten een wbdbo-eis van 60 minuten. Een reductie is toegestaan als de permanente vuurbelasting < 500 MJ/m2 is (tweede lid) of indien de hoogste vloer van een verblijfsgebied < 7 meter boven meetniveau ligt (derde lid). Een reductie van 30 minuten is toegestaan aangezien de permanente vuurbelasting < 500 MJ/m2 is. Voorbeeld 5a Figuur 5a. Figuur 5a betreft een woongebouw van drie bouwlagen en per bouwlaag twee woningen, met de volgende

Hoogste vloer van een verblijfsgebied boven het meetniveau: 6 meter. Er is sprake van een portiek-etage-ontsluiting, alle drie bouwlagen inclusief het trappenhuis liggen in hetzelfde brandcompartiment. Permanente vuurbelasting per brandcompartiment: > 500 MJ/m2. De eisen van afdeling 2.14 (wbdbo-eisen tussen brandcompartimenten) zijn niet van toepassing aangezien het gebouw bestaat uit slechts één brandcompartiment. 60 minuten. Een reductie is toegestaan als de permanente vuurbelasting < 500 MJ/m2 is en als de hoogste vloer van een verblijfsgebied < 7 meter boven meetniveau ligt (derde lid). Aangezien de permanente vuurbelasting > 500 MJ/m2 is, is geen reductie van 30 minuten toegestaan. Dit geldt ook tussen de op dezelfde bouwlaag gelegen woningen. Voorbeeld 5b Figuur 5b. Figuur 5b betreft een woongebouw van drie bouwlagen en per bouwlaag twee woningen, met de volgende Hoogste vloer van een verblijfsgebied boven het meetniveau: 6 meter. Er is sprake van een portiek-etage-ontsluiting, alle drie bouwlagen inclusief het trappenhuis liggen in hetzelfde brandcompartiment. Permanente vuurbelasting per brandcompartiment: < 500 MJ/m2. De eisen van afdeling 2.14 (wbdbo-eisen tussen brandcompartimenten) zijn niet van toepassing aangezien het gebouw bestaat uit slechts één brandcompartiment. 60 minuten. Een reductie is toegestaan als de permanente vuurbelasting < 500 MJ/m2 is en de hoogste vloer van een verblijfsgebied < 7 meter boven meetniveau ligt (derde lid). Aangezien de permanente vuurbelasting < 500 MJ/m2 is en de hoogste vloer van een verblijfsgebied 6 meter boven het meetniveau gelegen is, is volgens artikel 2.118, tweede lid, een reductie van 30 minuten toegestaan. Dit geldt ook tussen de op dezelfde bouwlaag gelegen woningen. Voorbeeld 6

Figuur 6. Figuur 6 betreft een woongebouw van vier bouwlagen en per bouwlaag twee woningen, met de volgende Hoogste vloer van een verblijfsgebied boven het meetniveau: 9 meter. Er is sprake van een portiek-etage-ontsluiting, alle vier bouwlagen inclusief het trappenhuis liggen in hetzelfde brandcompartiment. Permanente vuurbelasting per brandcompartiment: niet relevant. De eisen van afdeling 2.14 (wbdbo-eisen tussen brandcompartimenten) zijn niet van toepassing aangezien het gebouw bestaat uit slechts één brandcompartiment. 60 minuten. Een reductie is toegestaan als de permanente vuurbelasting < 500 MJ/m2 is en de hoogste vloer van een verblijfsgebied < 7 meter boven meetniveau ligt (derde lid). Aangezien de hoogste vloer van een verblijfsgebied > 7 meter boven meetniveau ligt is geen reductie van 30 minuten toegestaan. Dit geldt ook tussen de op dezelfde bouwlaag gelegen woningen. Achtergrond Het blijkt in de praktijk lastig te zijn om te bepalen welke wbdbo-eisen (weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag) tussen woningen in een woongebouw gelden. Dit komt omdat de hoogte van de wbdbo-eis afhankelijk is van verschillende factoren, zoals de hoogte van de hoogste vloer van een verblijfsgebied boven het meetniveau en de permanente vuurbelasting. Verder gelden wbdbo-eisen zowel tussen brandcompartimenten (volgens de eisen van afdeling 2.13) en tussen subbrandcompartimenten (afdeling 2.14). Al deze elementen samen maken de bepaling van de hoogte van de wbdbo-eis lastig. Het is in het ontwerpstadium van belang om de juiste wbdbo-eis vast te stellen en te hanteren. Een wbdbo-eis van 60 minuten betekent doorgaans dat zwaardere brandwerende voorzieningen moeten worden getroffen dan bij een wbdbo-eis van 30 minuten. Door in het voortraject een optimale indeling in brandcompartimenten en subbrandcompartimenten te kiezen in combinatie met de juiste materiaalkeuze, kunnen mogelijk kosten worden bespaard voor de brandwerende voorzieningen. In een aantal voorbeelden aan het eind van dit informatieblad wordt hierop verder ingaan. Aandachtspunten Er zijn geen bijzondere aandachtspunten. Overige Informatie

Nota van toelichting bij Bouwbesluit 2003 Praktijkboek Bouwbesluit 2003 Publicatiedatum: donderdag 25 januari 2007