Betreft: reactie Nederlandse Transplantatie Vereniging inzake consultatieronde Wet Zeggenschap Lichaamsmateriaal.

Vergelijkbare documenten
ALGEMEEN REGLEMENT OVERLEG- EN ADVIESCOMMISSIES ORGAANTRANSPLANTATIE Nederlandse Transplantatie Stichting en Nederlandse Transplantatie Vereniging

Ogen open voor ontwikkelingen rond donatie van organen en weefsels in Nederland. Mr. dr. M.M. ten Hoopen, Universiteit Maastricht.

Tweede Kamer der Staten-Generaal Aan de leden van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) Postbus EA Den Haag

Kwaliteitsverbetering van donororganen

TRIP SYMPOSIUM 2018 Nieuwe Donorwet

Toestemming geven voor orgaandonatie

Regelgeving inzake lichaamsmateriaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 4 maart 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Uitgesproken tekst 50PLUS-Eerste Kamerlid Martine Baay op dinsdag 6 februari 2018 in debat in de Senaat over wetsvoorstel donorregistratie.

Informatie voor donoren over UMC Utrecht Biobank TiN

Bent u al donor? Ja Nee

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Orgaan- en weefseldonatie DCD III, donor na circulatiestilstand. Brochure voor nabestaanden

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Aanwijzing orgaandonatie bij niet-natuurlijke dood

orgaan DONATIE DONATIE informatie voor nabestaanden

Weefseldonatie (Informatie voor nabestaanden)

4.2 Wilsonbekwaamheid Bij iemand die op het moment van overlijden 12 jaar of ouder is en bij leven wilsonbekwaam was, zijn orgaan- en weefseldonatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 7 van de Wet marktordening gezondheidszorg:

Orgaan en weefseldonatie

Informatie voor nabestaanden. Dit is een uitgave van NTS-Donorvoorlichting Orgaandonatie

Orgaandonatie info voor nabestaanden. Voorwoord

Medische behandelingen met menselijk weefsel in Nederland

INFORMATIE BIOBANK ACT-2 VOOR PATIËNTEN MET EEN VERDENKING OP EEN TROMBOSEBEEN

ADVIES. Conceptwetsvoorstel Wet zeggenschap lichaamsmateriaal

Dr. Piet Lormans en coördinator Johan Froyman

Toestemming geven voor orgaandonatie na een hartstilstand

Informatiebrochure voor deelnemers

ROSCAN Huidkanker Biobank

Naar toestemming voor nader gebruik van restmateriaal in het AMC

Spreektekst Wet op de Orgaandonatie 20 maart 2013

de erkende METC's Datum Betreft lichaamsmateriaal

de Code Goed Gebruik

Wilt u donor worden? Of juist niet?

Bijlage I bij het Kaderreglement van het Parelsnoer Initiatief. Handleiding Parelspecifiek reglement

17 oktober Onderzoek: Orgaandonatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Medisch-wetenschappelijk onderzoek

Informatie voor donoren over UMC Utrecht Biobank: Maagtumoren

Longkankercentrum. Locatie VUmc. Wetenschappelijk onderzoek en Biobank Amsterdam UMC

> Orgaan- en weefseldonatie na het vaststellen van de hersendood

Orgaandonatie. Informatie voor nabestaanden

Extra Informatiebrief voor de Patiënt en Toestemmingsverklaring optioneel herkenningsstoffenonderzoek

Weefseldonatie. Informatie voor nabestaanden

DONOR IN HART EN NIEREN

Informatie voor donoren over UMC Utrecht Biobank: Het STONE-project: Biobank voor studies naar kwaadaardige poliepen

De verzorging van een orgaan- of weefseldonor

Ketenzorg orgaandonatie De rol van de SEH en IC. Marloes Witjes Promovendus Afdeling Intensive Care

concept Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

INFORMATIE VOOR NABESTAANDEN. Dit is een uitgave van de Nederlandse Transplantatie Stichting transplantatiestichting.nl.

Toetsingskader nwmo. Peggy Manders 4 november 2016 Symposium V&VN Research Professionals

HOVON 141 CLL. Instructies voor de deelnemende site: ICF studie template aanpassen naar een lokaal biobank ICF

Actuele ontwikkelingen ten aanzien van toetsen van medisch-wetenschappelijk onderzoek met mensen

Dit is een uitgave van NTS-Donorvoorlichting Donoren zijn van levensbelang

NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG

Gegeven voor de wetenschap Regulering van onderzoek met gegevens, lichaamsmateriaal en biobanken Preadvies VGR mr dr M.C. Ploem Referaat Jasper

De donatiefunctionaris

TransplantLines. De Transplantatiebiobank. Informatiebrochure voor potentiële nierdonoren

weefsel D O NATIE DONATIE informatie voor nabestaanden

Nieuwe wetgeving ten aanzien van orgaanvigilantie

Informatiebrief Hersenonderzoek.nl Biobank: bloeddonatie

Bijlage 2 bij het Convenant PSI Samenstelling en werkwijze toetsingscommissie

ORGAAN- EN WEEFSELDONATIE na het vaststellen van de hersendood

De praktijk van deferred consent bij spoedeisend onderzoek

Weefseldonatie. gemini-ziekenhuis.nl

Begrafenis, crematie of schenken aan de wetenschap?

23 april 2001, BPR2001/u64104 mr. drs. A.C.M. de Heij

In de werkgroep over DIS/TTP heeft het CBP in meerdere instanties nadrukkelijk op deze aandachtspunten gewezen.

ORGAAN- EN WEEFSELDONATIE na circulatoir overlijden

BELEID NVN ROND ORGAANDONATIE

WAT BETEKENT DAT VOOR MIJ? In deze folder leest u er alles over.

Biobank Alzheimercentrum

Toestemming geven voor weefseldonatie

Geven om leven. Orgaan- en weefseldonatie. De tijd gaat vooruit, alleen in gedachten kun je achteruit. Jessa Ziekenhuis vzw.

ADVIES BETREFFENDE DE ERKENNING VAN DE TRANSPLANTATIECENTRA ALS ZIEKENHUISFUNCTIE

Orgaandonatie Geven om verder leven

ambtelijk concept consultatie voorjaar 2017 Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Reglement Wetenschapscommissie Medisch Centrum Haaglanden

1. Ben jij één van de 5,8 miljoen donoren?

Nazorg bij orgaan- en weefseldonatie. Informatie voor uitvaartverzorgers en mortuariummedewerkers

Orgaandonatie. gemini-ziekenhuis.nl

Weefseldonatie. in de huisartsenpraktijk. Informatie voor huisartsen

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 6 juli 2017 Betreft Postmortale weefselketen

POLYP: een onderzoek naar de behandeling van galblaaspoliepen

Gebruik van lichaamsmateriaal en diagnostische gegevens voor wetenschappelijk onderzoek

Toestemming en bezwaar: Hoe wordt het patiënten gevraagd? Wat vinden ze daarvan? Nader gebruik lichaamsmateriaal en data die hieruit voorkomen

Biobank Leukemie, Myeloom, Lymfklierkanker

Voorlopige orgaan- en

Gebruik van lichaamsmateriaal voor medisch onderzoek en onderwijs

1 Nederlandse 1 Vereniging voor J Rechtspraak

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Informatie voor de wettelijke vertegenwoordiger voor deelname aan het onderzoek

Afscheid na orgaan- en weefseldonatie. Informatie voor uitvaartverzorgers en mortuariummedewerkers

Uitgebreide Jaarcijfers

Privacyverklaring Erasmus MC. Patiënten. 21 januari 2019

Begrafenis, crematie of... schenken aan de wetenschap?

Profielwerkstuk Het stappenplan, tips en ideeën

Biobanking UMC UTRECHT-KADERREGLEMENT

Mijn lichaam doneren. Antwoord op de meest gestelde vragen over terbeschikkingstelling. informatie voor donoren

Transcriptie:

De heer E. Beenakker Contactpersoon VWS Wet Zeggenschap Lichaamsmateriaal Haarlem, 23 juni 2017 JdJ/MY/51.17 Betreft: reactie Nederlandse Transplantatie Vereniging inzake consultatieronde Wet Zeggenschap Lichaamsmateriaal. Geachte heer Beenakker, Namens het bestuur van de Nederlandse Transplantatie Vereniging (NTV) geef ik u de zienswijze van onze wetenschappelijke vereniging op de concept wettekst van de WZL. De NTV is zeer verheugd dat de concepttekst van de WZL nu ter consultatie voorligt, omdat het volgens onze vereniging essentieel is om een solide juridische basis te verkrijgen om wetenschappelijk onderzoek ten behoeve van de transplantatiegeneeskunde te kunnen verrichten met weefsels en organen van overleden donoren, bij wie het weefsel of orgaan primair niet geschikt werd bevonden voor transplantatie. Binnen de huidige kaders van de WOD kunnen weefsels of organen - zelfs met uitdrukkelijke toestemming van nabestaanden - slechts dán voor wetenschappelijk onderzoek gebruikt worden, indien het orgaan primair voor transplantatie werd uitgenomen en secundair ongeschikt werd verklaard. Met de voortschrijdende (beeldvormende) technieken is echter steeds vaker op voorhand al te bepalen dat een orgaan niet geschikt is voor transplantatie. Juist deze organen en weefsels zijn een belangrijke bron om onderzoek aan te doen, zodat in de toekomst deze weefsels en organen wél transplantabel gemaakt kunnen worden. Een zeer succesvol voorbeeld hiervan is het gebruik van machineperfusietechnieken om een orgaan dat primair niet transplantabel bevonden is, toch transplantabel te maken. Dat dit nu klinische toepassing vindt, met meer transplantaties tot gevolg, is louter en alleen te danken aan de uitkomsten van onderzoek dat op primaire afgekeurde organen werd verricht. Dat dit hiaat nu juridisch gesloten wordt is een goede zaak, waarbij enerzijds de autonomie en zeggenschap van de donor worden bewaakt, maar anderzijds onnodige belemmeringen voor wetenschappelijk gebruik worden voorkomen. De NTV vraagt zich echter af, gezien het uitzonderlijke karakter van het vragen van toestemming voor onderzoek met organen en weefsels in de situatie van een gelijktijdige toestemmingsvraag voor orgaandonatie, of deze specifieke categorie niet beter in de WOD verankerd kan worden. In de WOD is immers het verkrijgen van toestemming voor het verrichten van wetenschappelijk onderzoek op organen die na uitname niet geschikt zijn bevonden voor transplantatie al goed geregeld en het zou transparanter en consequenter zijn om dit ook vast te leggen binnen de WOD voor organen en weefsels, waarvoor van de nabestaanden toestemming is verkregen, maar die niet primair voor transplantatie geschikt zijn. Het belang van integratie van de toestemmingsvraag voor het verrichten van wetenschappelijk onderzoek in de situatie van orgaandonatie in de WOD blijkt uit de onderstaande twee punten. Het bestuur van de NTV hecht bijzonder veel waarde aan deze aspecten, in het licht van het bewaken van de donatiebereidheid in Nederland:

1. Het bestuur maakt zich zorgen over de impact van sommige onderdelen van de WZL op het donatieproces: - Het toestaan van commercieel gebruik van lichaamsmateriaal, verkregen tijdens orgaandonatieprocedures. Vele donorfamilies die op het aller moeilijkste moment toestemming geven om lichaamsmateriaal van dierbaren beschikbaar te stellen in de veronderstelling dat er academische kennis mee vergaard zal worden die leidt tot meer of betere transplantaties in de toekomst zullen grote bezwaren hebben dat dit materiaal later commerciële belangen van derden gaat dienen. Zij kunnen gemakkelijk het idee krijgen dat er geld verdiend wordt aan de dood van hun dierbare. Dit is een zeer krachtig negatief beeld, dat de bereidheid tot orgaandonatie en het beschikbaar stellen van organen en/of weefsels voor onderzoek naar transplantatiedoeleinden ernstig in gevaar kan brengen. Gezien de absolute zorgvuldigheid die rondom het onderwerp betracht moet worden zou de NTV krachtig voorstander zijn om in de wet (WZL of liever WOD) op te nemen dat voor commercieel gebruik van lichaamsmateriaal verkregen uit orgaan- en weefseldonoren opnieuw, expliciete en gespecificeerde toestemming moet worden gevraagd, zoals bedoeld in artikel 14. 2. Het bestuur maakt zich voorts zorgen over: - Het gebrek aan beperking ten aanzien van het onderzoeksveld voor gebruik van lichaamsmateriaal, verkregen tijdens orgaandonatieprocedures, terwijl gebruik voor 'op implantatie gericht wetenschappelijk onderzoek' wel expliciet is vastgelegd in art. 13 van de WOD. Orgaandonoren vormen voor vele onderzoeksgroepen een interessante bron van gezond weefsel. Door het aspect van op implantatiegericht onderzoek bij post-mortale donoren weg te laten zou gemakkelijk een wildgroei aan onderzoeksvoorstellen kunnen ontstaan, die dan ten tijde van het gesprek over orgaandonatie en/of weefseldonatie door de transplantatie coördinator allen besproken moeten worden met de nabestaanden. Naast praktische bezwaren levert dit ook de zeer ongewenste situatie op dat nabestaanden het idee van ongebreideld gebruik van hun dierbare als bron voor organen en/of weefsels kunnen krijgen, zeker als de onderzoeksterreinen niet aan de transplantatiegeneeskunde grenzen. Voor de overige inhoudelijke vragen en punten verwijs ik u graag naar de bijlage, waarin de reacties van de orgaancommissies zijn opgenomen. Met de meeste hoogachting, Namens het bestuur van de NTV, Dr. Jeroen de Jonge Bestuuslid NTV Dr. M. Hoogduijn Secretaris NTV

Het bestuur van de NTV heeft haar orgaancommissies die met de orgaantransplantatie van de lever (LOL), nier (LONT), thoracale organen (LOTTO) en met orgaanuitname (LORUT) zijn belast gepeild over de voorliggende tekst van de WZL. Hieronder zijn een aantal opmerkingen, punten en vragen naar aanleiding van die consultatie weergegeven: Bijlage 1. Reactie van de voorzitter van het Landelijk Overleg Levertransplantatie (LOL): Het is voor de transplantatie geneeskunde belangrijk, dat het gebruik van menselijke organen (die niet geschikt zijn transplantatie) voor wetenschappelijk onderzoek gericht op de transplantatie geneeskunde (bijvoorbeeld de ontwikkeling van machine preservatie methoden) mogelijk moet blijven. De hele ontwikkeling van machinale perfusietechnieken zoals de afgelopen jaren heeft plaats gevonden was onmogelijk geweest zonder gebruik te maken van humane organen. Natuurlijk kan dit alleen maar na toestemming van de overledene (bij leven aangegeven) of diens nabestaanden. Goede afspraken over de toestemmingsvraag (informed consent) en goedkeuring van het onderzoeksprotocol door een bevoegde instantie (erkende METC) is hiervoor een vereiste. Omdat de METC nu alleen maar volgens de WMO en privacywetgeving toetst zou er mogelijk een aanpassing moeten komen waarbij de METC ook onderzoeksvoorstellen volgens deze nieuwe wet (WZL) gaat beoordelen. Gezien het vacuüm waarin we in NL terecht zijn gekomen en daarmee het volledig stilvallen van de verdere ontwikkeling van machinale preservatietechnieken van humane donororganen is er wel een grote urgentie om de voorwaarden voor het verkrijgen van toestemming snel helder te krijgen. We hadden in NL een internationale pioniersrol op het gebied van de ontwikkeling van machinale perfusietechnieken, maar die voorsprong dreigen we nu heel snel uit handen te geven door de huidige onduidelijkheid. Het LOL constateert verder een tweetal punten die nadere aandacht verdienen: - De Wetgever moet er voor waken dat de wet geen doel op zich wordt en dat een van de doelstellingen namelijk, het mogelijk maken en zeker niet het hinderen van wetenschappelijk onderzoek door deze wetgeving in het gedrang komt. De voorgestelde wetgeving en de praktische uitwerking daarvan met reglementen, informed consents, hernieuwde toestemming vragen, zal tot gevolg hebben dat donoren of hun representanten zich zullen afvragen wat er gebeurt en terughoudend zijn met instemming. Het onderzoek zal daardoor bemoeilijkt worden, en daar is niemand mee gebaat. - Op dit moment lijkt er (nog) geen artikel te zijn dat een richtlijn geeft over wat te doen met resultaten van onderzoek die belangrijke consequenties hebben voor donoren of hun nakomelingen, bijvoorbeeld het aantonen van een afwijking die met een hoge mate van zekerheid het optreden van een dodelijke, maar in vroeg stadium behandelbare ziekte, voorspelt. Prof. dr. B. van Hoek Voorzitter LOL

Bijlage 2: Reactie van de voorzitter van het Landelijk Overleg Uitnameteams (LORUT): Onlangs is het LORUT geattendeerd op de consultatieronde over de concept wettekst van de Wet zeggenschap lichaamsmateriaal (WZL). Hierbij stuur ik u de reactie van het LORUT op de concept wettekst. In het LORUT wordt al lange tijd gesproken over het gebruik van lichaamsmateriaal van overleden donoren voor wetenschappelijk onderzoek. Met name het gebruik van organen voor wetenschappelijk onderzoek die al vóór de uitname niet geschikt zijn voor transplantatie, is regelmatig onderwerp van discussie geweest; hierover zijn ook gesprekken gevoerd met VWS. De ruimte die binnen het huidige wettelijke kader (WOD) wordt geboden sluit niet meer aan op de praktijk en wordt als te beperkt gezien. Het LORUT leest in de conceptwettekst van de WZL dat deze wet wel ruimte biedt om aan de nabestaanden expliciete toestemming te vragen voor het gebruik van organen die niet geschikt zijn voor transplantatie. Dit doet enerzijds recht aan de behoefte om onnodige belemmeringen weg te nemen ten aanzien van de wetenschap en verbetering van de gezondheidszorg en anderzijds aan de noodzaak om 'beslissingsbevoegde(n)' zeggenschap te geven over het gebruik van lichaamsmateriaal van overleden donoren. Het LORUT is zodoende positief over de mogelijkheden die nu wettelijk geboden worden. Het LORUT heeft een aantal vragen en opmerkingen die zij wil meegeven aan de wetgever bij het vervolg van het wetgevingstraject. Deze vragen en opmerkingen zijn in de bijlage toegevoegd. Met vriendelijke groet, Dr. A.E. Braat voorzitter LORUT Opmerkingen m.b.t. concepttekst wet zeggenschap lichaamsmateriaal (WZL) 1. Artikel 6 lid 1 onder c stelt dat informatie verkrijgbaar moet zijn over de 'mogelijke bestemmingen van de eventuele inkomsten die kunnen voortvloeien uit het gebruik van het lichaamsmateriaal respectievelijk uit de mede daaruit verkregen kennis of vervaardigde producten.' Hieruit concludeert het LORUT dat het gebruik van lichaamsmateriaal van donoren voor commerciële doeleinden niet worden uitgesloten. Dit is een zeer heikel punt; enerzijds is samenwerking met biotechnologiebedrijven belangrijk om academische doorbraken commercieel levensvatbaar te maken, maar anderzijds zullen vele donorfamilies die op het aller moeilijkste moment toestemming geven om lichaamsmateriaal van dierbaren beschikbaar te stellen in de veronderstelling dat er academische kennis mee vergaard zal worden de leidt tot meer of betere transplantaties in de toekomst er op zijn zachtst gezegd niet gecharmeerd van zijn als dit materiaal later commerciële belangen van derden gaat dienen. Zij kunnen gemakkelijk het idee krijgen dat er geld verdiend wordt over de rug van hun dierbare. Dit is een zeer krachtig negatief beeld, dat de bereidheid tot orgaandonatie en het beschikbaar stellen van organen en/of weefsels voor onderzoek naar transplantatiedoeleinden negatief zal beïnvloeden. Het bevreemdt het LORUT dan ook zeer dat wetenschappelijk gebruik voor andere onderzoeksdoeleinden dan waar het weefsel voor werd afgenomen belast wordt met het opnieuw vragen van toestemming ingevolge artikel 14, terwijl voor het commercialiseren van een toepassing geen additionele toestemming benodigd is. Gezien de absolute zorgvuldigheid die rondom het onderwerp betracht moet worden zou LORUT krachtig voorstander zijn om in de WZL op te nemen dat voor commercieel gebruik van lichaamsmateriaal opnieuw, expliciete en gespecificeerde toestemming moet worden gevraagd, zoals bedoeld in artikel 14. 2. Artikel 18 beschrijft de zeggenschap over lichaamsmateriaal dat na overlijden wordt afgenomen. In de concept wettekst staan echter niet of en zo ja hoe het antwoord van de beslissingsbevoegde moet worden vastgelegd. Zal de wetgever dit nog specificeren, of blijft hierin ruimte voor (eigen) invulling? 3. De WZL benoemt geen beperking ten aanzien van het onderzoeksveld voor gebruik van lichaamsmateriaal. Kan hieruit geconcludeerd worden dat lichaamsmateriaal van overleden orgaan-

en/of weefseldonoren in theorie gebruikt mag worden voor elke vorm van wetenschappelijk onderzoek en/of kwaliteitsbewaking? Of geldt de beperking die voortvloeit uit de WOD en mag lichaamsmateriaal van overleden donoren alleen gebruikt worden voor 'op implantatie gericht wetenschappelijk onderzoek' (art. 13 WOD)? 4. Een deel van de conceptwettekst gaat over het gebruik van lichaamsmateriaal voor forensisch onderzoek. De WZL biedt hiertoe wel heel aanzienlijk ruimte. Het LORUT zich af of de ruimte die bijvoorbeeld in art. 19 lid 3 WZL wordt gegeven om zonder toestemming lichaamsmateriaal te bewaren en te gebruiken, tot aarzeling kan leiden ten aanzien van de donatiebereidheid. De vraag is of het aantal zaken dat door middel van deze zeer ruime vijsteling van toestemming opgelost zal worden wel in verhouding staat tot het mogelijk verlies van toestemming van nabestaanden van donoren en het verlies aan levens door minder transplantaties, dat daarmee gepaard zijn Vragen m.b.t. concepttekst wet zeggenschap lichaamsmateriaal (WZL): 1. Concludeert het LORUT terecht dat, indien lichaamsmateriaal wordt uitgenomen en opgeslagen in een zogenaamde biobank, de informatie aan de nabestaanden zo duidelijk mogelijk moet zijn, maar geen expliciete beschrijving hoeft te bevatten van de onderzoeken waarvoor het gebruik zal worden? (immers, dit doel is bij het opslaan van het lichaamsmateriaal in de biobank meestal niet bekend). 2. Geldt dit ook voor restmateriaal dat beschikbaar komt na postmortale orgaan- en/of weefseldonatie dat wordt opgeslagen in een zogenaamde biobank? 3. Concludeert het LORUT terecht dat, indien lichaamsmateriaal voor een specifieke studie wordt uitgenomen/afgenomen, de informatie over deze studie wél expliciet aan de nabestaanden moet worden verstrekt? 4. Voorziet de wetgever dat een wijziging van de huidige Wod naar een actief donorregistratiesysteem de implementatie van de WZL in de weg zal zitten?