HERZIENING: 201401 DOC: 841608 NEDERLANDS MONTAGEVOORSCHRIFTEN MICROPROP DC2 BEDIENING VAN DRAAIKANTELSTUK MET JOYSTICK-EMULATIE
INHOUDSOPGAVE 1. Veiligheidsvoorschriften 5 1.1. Algemeen 5 1.2. Checklist veiligheid 5 2. Controle van leverantie 7 2.1. 841337 Elektrische gedeelte voor de machine joystickemulatie één kanaal 7 2.2. 841361 Elektrische gedeelte voor de machine joystickemulatie met CV-klep 8 3. Montage van het systeem 9 3.1. Gebied F (Cabine) 10 3.1.1. Overzicht 10 3.1.2. Samenkoppeling met bedieningssysteem (één kanaal) 11 3.1.3. Samenkoppeling met bedieningssysteem (twee kanalen) 12 3.1.4. Aansluitinng voor machines met één kanaal 13 3.1.5. Aansluitinng voor machines met twee kanalen 14 3.1.6. Aansluiting voor machines met één kanaal en enkelvoudig analoog signaal 15 3.1.7. Aansluiting voor machines met twee kanalen en enkelvoudig analoog signaal 16 4. Technische informatie 17 4.1. IO 17 4.2. Alarmtabel 18 5. Aantekeningen 19 NEDERLANDS 2
ALGEMEEN Dit systeem is ontwikkeld voor de bediening van draaikantelstukken zonder de vloeistofstromen van de graafmachine naar het werktuig uit te schakelen. Er wordt een PWM-analoge converter gebruikt om een analoog signaal te genereren, dat door de machine wordt geregistreerd als de originele bediening. Dit noemen we joystickemulatie. Op deze manier wordt het originele hydraulische systeem van de machine gebruikt, en voor de bediening van het draaikantelstuk en dubbelwerkende schaarhydrauliek zijn verder geen hydraulische veranderingen nodig. Eisen ten aanzien van de machine om deze joystickemulatie op veilige wijze te gebruiken: - De machine moet gebruik maken van dubbele analoge signalen met kruisreferenties. - Indien de machine geen gebruik maakt van dubbele analoge signalen (enkelvoudig signaal), dan moet een veiligheidsblok in serie met de stuurkleppen van de machine worden ingebouwd. Deze montagevoorschriften zijn samengesteld om de van toepassing zijnde informatie voor het gebruik van Microprop DC2 nader te belichten. De hier vermelde veiligheidsinformatie is onafhankelijk van de basismachine en direct van toepassing op Microprop DC2. Behalve deze montagevoorschriften dient u ook de geldende veiligheidsinformatie voor de actuele basismachine, en eventuele overige uitrusting te hebben gelezen en begrepen. Denk eraan dat eventueel op uw machine afgestemde instructies voorrang genieten. WAARSCHUWING! Probeer niet om de tiltrotator/rotator of meegeleverde uitrusting te monteren, te gebruiken of te onderhouden, voordat u alle informatie omtrent de tiltrotator/rotator, extra uitrusting en de basismachine heeft gelezen en begrepen. Besteed vooral aandacht aan de informatie aangaande veiligheid. Denk eraan dat de overige veiligheidsvoorschriften in de gebruiksaanwijzing voor de rotator zijn opgenomen. NEDERLANDS 3
SYSTEEMOVERZICHT MICROPROP DC2 NEDERLANDS 4
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN 1. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN 1.1. ALGEMEEN Het is uitermate belangrijk dat u alle waarschuwingsteksten heeft gelezen en begrepen voordat u begint met de installatie van Microprop DC2. Deze waarschuwingsteksten wijzen op potentiële risico's en hoe deze kunnen worden vermeden. In geval van twijfel - raadpleeg werkgever of leverancier. Niet vergeten - met gezond verstand en een uitgebreide kennis van de machine kunnen veel onnodige risico's worden vermeden. De uiteindelijke gebruiker van de graafmachine dient daarom dan ook de nodige tijd te nemen om te leren hoe Microprop DC2 op veilige wijze wordt gebruikt. 1.2. CHECKLIST VEILIGHEID WAARSCHUWING! Een defecte of beschadigde uitrusting kan persoonlijk letsel, of schade aan milieu en eigendom veroorzaken. Zorg daarom voor regelmatige service en onderhoud volgens aanbeveling van de fabrikant. WAARSCHUWING! Probeer de maximumcapaciteit van de uitrusting nooit te veranderen door modificaties die niet zijn goedgekeurd door de leverancier. WAARSCHUWING! Vervang beschadigde en/of onleesbare stickers en waarschuwingsbordjes voordat de machine in gebruik wordt genomen. Risico voor persoonlijk letsel. WAARSCHUWING! Onderhoud en reparatie van het elektrische systeem mogen alleen door de vakman worden gedaan. NEDERLANDS 5
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN WAARSCHUWING! Beknellingsgevaar bij beweegbare onderdelen. Risico voor persoonlijk letsel. WAARSCHUWING! Bij de geringste twijfel aangaande kennis, uitrusting of werk m.b.t. veiligheidsdetails - raadpleeg uw dealer of engcon Sweden AB. WAARSCHUWING! Controleer of de functiesticker overeenkomt met de functies van de machine voordat u met het werk begint. Risico voor persoonlijk letsel. WAARSCHUWING! Montage en installatie mogen alleen worden uitgevoerd bij een door de fabrikant erkende werkplaats. Veranderingen wat betreft de montage mogen niet worden gedaan zonder toestemming van de fabrikant. WAARSCHUWING! Neem de nodige voorzichtigheid in acht bij het kalibreren van de tiltrotator, aangezien het risico bestaat dat de machine zich anders beweegt dan verwacht. Zie er op dat er voldoende bewegingsruimte voor de tiltrotator is. Risico voor persoonlijk letsel. NEDERLANDS 6
CONTROLE VAN LEVERANTIE 2. CONTROLE VAN LEVERANTIE 2.1. 841337 ELEKTRISCHE GEDEELTE VOOR DE MACHINE JOYSTICKEMULATIE ÉÉN KANAAL Pos. Artikel Benaming Aantal 1 841105 Cabinemodule 1 2 841195 PMV naar analoog converter - 1 3 841151 Montagekit 1 4 810459 Bedrading snelwissel 1 5 841177 Kabel X1 35-polig voedingsspanning 1 6 841120 Machinekabel 16m 1 7 841135 Bedrading IO d-sub X3 volledige uitrusting 1 8 841115 Beschermkap ILME 12p met beugel 1 9 841154 Sticker snelwissel 1 NEDERLANDS 7
CONTROLE VAN LEVERANTIE 2.2. 841361 ELEKTRISCHE GEDEELTE VOOR DE MACHINE JOYSTICKEMULATIE MET CV-KLEP Pos. Artikel Benaming Aantal 1 841105 Cabinemodel µ-prop DC2 1 2 841195 PMV naar analoog converter - 1 3 841151 Montagekit 1 4 841830 Kabel X1 35-polig CV en CVP 1 5 810459 µ-prop Bedrading werktuigvergrendeling 1 6 841120 Machinekabel 16m 1 7 841135 Bedrading IO d-sub X3 volledige uitrusting 1 8 841115 Beschermkap ILME 12p met beugel 1 9 841154 Sticker snelwissel 1 10 841124 Veiligheidsblok met drukschakelaar zonder spoel 1 NEDERLANDS 8
MONTAGE VAN HET SYSTEEM 3. MONTAGE VAN HET SYSTEEM NEDERLANDS 9
MONTAGE VAN HET SYSTEEM 3.1. GEBIED F (CABINE) 3.1.1. Overzicht NEDERLANDS 10
MONTAGE VAN HET SYSTEEM 3.1.2. Samenkoppeling met bedieningssysteem (één kanaal) Pos. Artikel 1 841135 2 841195 NEDERLANDS 11
MONTAGE VAN HET SYSTEEM 3.1.3. Samenkoppeling met bedieningssysteem (twee kanalen) Pos. Artikel 1 841135 2 841195 NEDERLANDS 12
MONTAGE VAN HET SYSTEEM 3.1.4. Aansluitinng voor machines met één kanaal Pos. 1 841105 2 841135 3 841195 4 Machineconnector voor joystick NEDERLANDS 13
MONTAGE VAN HET SYSTEEM 3.1.5. Aansluitinng voor machines met twee kanalen Pos. 1 841105 2 841135 3 841195 4 Machineconnector voor joystick NEDERLANDS 14
MONTAGE VAN HET SYSTEEM 3.1.6. Aansluiting voor machines met één kanaal en enkelvoudig analoog signaal Kabel 4 moet worden geïsoleerd. Pos. 1 841105 2 841135 3 841195 4 Machineconnector voor joystick Vergeet niet dat wanneer de machine geen gebruik maakt van dubbele analoge signalen, dan moet een veiligheidsblok in serie met de stuurkleppen van de machine worden ingebouwd. NEDERLANDS 15
MONTAGE VAN HET SYSTEEM 3.1.7. Aansluiting voor machines met twee kanalen en enkelvoudig analoog signaal Kabel 4 moet worden geïsoleerd. Pos. 1 841105 2 841135 3 841195 4 Machineconnector voor joystick Vergeet niet dat wanneer de machine geen gebruik maakt van dubbele analoge signalen, dan moet een veiligheidsblok in serie met de stuurkleppen van de machine worden ingebouwd. NEDERLANDS 16
TECHNISCHE INFORMATIE 4. TECHNISCHE INFORMATIE 4.1. IO Kabelnummering Beschrijving Korte beschrijving X1:1 +5V vanaf machine Min. 20mA X1:2 GND via machine Vereist opdat de machine zal kunnen starten X1:3 X1:4 Analoog uitgangssignaal 1 Analoog uitgangssignaal 2 Signaal geïnverteerd naar analoog uitgangssignaal 2 Signaal geïnverteerd naar analoog uitgangssignaal 1 Kabelnummering Beschrijving X2:1 12/24V vanaf cabinemodule X2:2 GND vanaf cabinemodule X2:3 PWM signaal vanaf cabinemodule NEDERLANDS 17
TECHNISCHE INFORMATIE 4.2. ALARMTABEL LED Kabel Beschrijving Groen vast licht - Functie OK Rood vast licht Rood knippert 2 keer Rood knippert 3 keer Rood knippert 4 keer Rood knippert 5 keer Rood knippert 6-9 keer X2 X2 X1 X1 X1 Ingangssignaal vanaf cabinemodule ontbreekt. Dit kan meerdere oorzaken hebben: - Breuk in de bedrading. - PWM5 of is niet geactiveerd in de cabinemodule. - Gevolgstoring (alleen bij twee kanalen) in gevan van een storing aan de andere unit. Indien de ene unit knippert en de andere met een vast licht brandt, dan moet de storing altijd in de knipperende unit worden gezocht. PWM-frequentie klopt niet. Dit kan worden veroorzaakt door een defect in de bedrading, bijv. slecht contact tussen aansluitstekkers. Onjuist verschil tussen de uitgangssignalen. Dit kan gebeuren indien één van de signalen ergens kortsluiting maakt. Voedingsspanning vanaf de machine is te hoog. Voedingsspanning vanaf de machine is te laag. Interne storing, raadpleeg engcon support NEDERLANDS 18
TECHNISCHE INFORMATIE 5. AANTEKENINGEN NEDERLANDS 19
MICROPROP AB Industrivägen 8 SE-901 30 Umeå, Sweden contact@microprop.se www.microprop.se