Rana, het regenboogkind Esther Bohte-de Wilde
Eerste druk, september 2016 ISBN 978 90 824214 2 2 NUR 728 Tekst: juli 2016 Esther Bohte-de Wilde Illustraties: juli 2016 Esther Bohte-de Wilde Uitgeverij: september 2016 Uitgeverij Voelsprietje(www.uitgeverijvoelsprietje.nl) Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar worden gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm, geluidsband, internet, elektronisch of op welke wijze dan ook, zonder schriftelijke toestemming van de auteur, illustrator en uitgeverij. Geïnspireerd door en geschreven voor mijn mooie regenboogdochter
In een land heel ver hier vandaan, ligt een klein meisje te slapen. Het huis, waar ze woont, grenst aan een meer. Het water is zo helder, dat je de vissen ziet zwemmen. Boven de groene heuvels maakt de nacht plaats voor het licht. Een nieuwe dag breekt aan.
Bij de eerste zonnestraal is Rana wakker. Wanneer ze zich uitrekt, hoort ze dat het regent. Een grote glimlach verschijnt op haar gezicht. Als de zon schijnt en het regent, dan gebeurt er iets magisch. Ze stapt uit bed en loopt op haar tenen richting het raam.
Het raam is beslagen en mistig. Voorzichtig veegt ze met de mouw van haar nachthemd over het beslagen raam. Brrr koud en nat. Een rilling gaat door haar heen. Met haar andere mouw veegt ze verder, tot er droge plekken ontstaan. Ze knijpt haar ogen even dicht van opwinding. Dan buigt ze voorover naar het heldere glas en staart naar een betoverende regenboog.
Rana s gezicht straalt. Ik vind je zo mooi! Rood, oranje, geel, groen, blauw, indigo en violet. 7 kleuren, telt ze op haar vingers. Haar ogen volgen de regenboog tot daar waar hij ophoudt. Dan draait ze om en loopt zachtjes terug naar bed. Rana pakt haar kussen en klimt erop.
Als ze op haar knieën, op het kussen zit, kan ze de regenboog nog net zien. Gapend geniet ze van het uitzicht. Plots ziet ze een schittering. Van links naar boven, dan plopt de schittering uit de regenboog, en komt recht op haar raam af. Het gaat zo snel, dat Rana haar ogen dichtknijpt. Volgens mij droom ik nog?
Als ze haar ogen open doet, ziet ze een prachtig elfje. Het elfje heeft alle kleuren van de regenboog. Ze schittert als een spiegel in de zon. Wie ben jij?, vraagt Rana verbaasd. Het elfje lacht: Ik ben Fay! Jij bent net zo mooi als de regenboog! Rana bewondert Fay met grote ogen.
Fay kijkt liefdevol naar Rana. Haar vleugels beginnen te fonkelen. Er is een reden dat ik hier ben, want jij bent een heel bijzonder meisje. Rana kijkt Fay verbaasd aan. Voordat ze iets kan zeggen, gaat Fay verder. Jij bent een regenboogkind en dat... Rana valt bijna uit bed. Een regenboogkind????
Rana opent haar mond, maar er zijn even geen woorden. Dan voelt ze een warm gevoel, diep in haar buik. Fay glimlacht naar Rana. Dat warme gevoel, is je hart dat spreekt. Je hart weet het, maar je hoofd nog niet. Ik kan je helpen, door het te laten zien. Fay maakt een uitnodigend gebaar. Rana twijfelt niet en pakt de hand van Fay. Waar gaan we heen?, vraagt ze nieuwsgierig. Naar de regenboog, hoort Rana terwijl ze het raam al uitvliegen.
Boven de regenboog blijven ze even zweven. Rana ziet een opening. Hoewel ze nieuwsgierig en blij is, vindt ze het ook spannend. Het begint te kriebelen in haar buik. Fay voelt Rana s spanning en wil haar helpen. Doe je ogen eens dicht? Adem vier tellen langzaam in en vier tellen langzaam uit. Stel je nu een hele grote olifant voor, met een piepklein roze hartjes onderbroek. Rana begint heel hard te lachen. Nu zijn de kriebels verdwenen. Ik ben er klaar voor, roept Rana, terwijl ze Fay enthousiast meetrekt.
Wat een prachtige kleuren, denkt Rana. Ze wordt er stil van. Bij de kleur rood voelt ze liefde en kracht. Ze proeft zelfs zoete aardbeien. De kleur oranje maakt haar vrolijk en van geel gaat ze stralen. Groen geeft energie. Bij blauw nemen ze even een pauze. Daar voelt het heerlijk rustig. Dan vliegen ze door het magische indigo, op weg naar violet. Daar stopt Fay: Deze kleur hebben we nodig. Violet geeft inzicht en vertrouwen. Rana voelt hoe rustig ze wordt. Zachtjes wiegt ze heen en weer.
Fay denkt even na. Regenboogkinderen. Hoe kan ze dat het duidelijkste uitleggen? Dan begint ze te vertellen. Regenboogkinderen zijn kinderen, die iets kunnen en voelen, wat anderen nog niet kunnen. Alles wat leeft, heeft een energieveld. Mensen, dieren, bomen, planten, stenen, ze stralen allemaal energie uit.
Een andere naam voor het energieveld is aura. Een aura bestaat uit dezelfde kleuren als een regenboog en zit om je lichaam heen. Je kunt het voelen, sommigen kunnen het zelfs zien. Doe je ogen eens dicht? Rana sluit haar ogen. Fay pakt de hand van Rana. Met de handpalm naar beneden, houdt ze hem boven de andere arm. Langzaam laat Fay de hand zakken. Dat kriebelt, grinnikt Rana. Dat gekriebel wat je voelt, is jouw aura.
Wat doet een aura?, vraagt Rana geïnteresseerd. Stel je eens voor, jij zit in een ballon. De lucht in de ballon is energie. Energie stroomt, net als water in een rivier. Als energie stroomt, ben je gezond en sterk. Je voelt je goed. De ballon, je aura, beschermt jouw energiestroom.
Stel er komt een gaatje in de ballon, dan loopt de ballon leeg en de lucht kan eruit. Als dat bij een aura gebeurt, verlies je energie, het stroomt weg. Als je minder energie hebt, word je moe en kun je zelfs ziek worden.