Windroosanalyse naar de invloed van industriegebied Antwerpen op de luchtkwaliteit in de gemeente Woensdrecht in 2011

Vergelijkbare documenten
Windroosanalyse naar de invloed van industriegebied Antwerpen op de luchtkwaliteit in de gemeente Woensdrecht in 2012

Windroosanalyse naar de invloed van industriegebied Antwerpen op de luchtkwaliteit in de gemeente Woensdrecht in 2013

Windroosanalyse naar de invloed van industriegebied Antwerpen op de luchtkwaliteit in de gemeente Woensdrecht in 2010

Windroosanalyse naar de invloed van Eindhoven Airport op de lokale luchtkwaliteit - april 2010 t/m maart 2011

Windroosanalyse naar de invloed van het industriegebied Moerdijk op de luchtkwaliteit in Moerdijk in 2012

Windroosanalyse naar de invloed van Eindhoven Airport op de lokale luchtkwaliteit in 2011

Windroosanalyse naar de invloed van Eindhoven Airport op de lokale luchtkwaliteit in 2012

Windroosanalyses naar de invloed van het industrieterrein Antwerpen op de lucht kwaliteit in de gemeente Woensdrecht in 2014

Windroosanalyses naar de invloed van het industrieterrein Antwerpen op de lucht kwaliteit in de gemeente Woensdrecht in 2015

Windroosanalyses naar de invloed van het industrieterrein Moerdijk op de luchtkwaliteit in Moerdijk, Zevenbergen en Klundert in 2014

Windroosanalyses naar de invloed van het industrieterrein Antwerpen op de luchtkwaliteit in de gemeente Woensdrecht in 2016

Rapportage van de luchtkwaliteit gemeten in De Peel van 2008 tot en met 2015.

Windroosanalyses naar de invloed van het industrieterrein Moerdijk op de luchtkwaliteit in Moerdijk, Zevenbergen, Klundert en Strijensas in 2016

Samenvatting datarapporten Luchtkwaliteit (IJmond, Haarlemmermeer, Havengebied Amsterdam).

Fijn stof in IJmond. TNO-rapport 2007-A-R0955/B. Laan van Westenenk 501 Postbus AH Apeldoorn. T F

Sensormetingen luchtkwaliteit in Schiedam (juli -december2017)

Luchtkwaliteitmetingen in Alblasserdam. Jaarrapportage 2016

Onderzoek gezondheidsrisico s. stof rond Schiphol. Module 1 Resultaten meetcampagne. Subtitle. April 2018

Provincie Noord-Brabant, Onderzoek naar de Luchtkwaliteit te Ossendrecht

Eerste uitkomsten onderzoek luchtkwaliteit langs Nijenoord Allee Wageningen

Adviesdienst Verkeer en Vervoer RWS

Werkgroep luchtkwaliteit en geluidsbelasting. Overzicht gegevens

Onderzoek naar de luchtkwaliteit aan de Burgemeester voetenstraat in Ossendrecht

PROJECTNUMMER C ONZE REFERENTIE A

L. Indicatieve effecten Luchtkwaliteit

Onderzoek naar de luchtkwaliteit aan de Burgemeester voetenstraat te Ossendrecht en aan de Grindweg te Woensdrecht Rapport , 10 april 2014

Onderzoek naar de luchtkwaliteit ter hoogte van de parkeerplaats Julianastraat te Moerdijk.

Onderzoek naar de luchtkwaliteit aan de Burgemeester Voetenstraat te Ossendrecht en aan de Grindweg te Woensdrecht Rapport ,

Emissie en luchtkwaliteit van NO 2 en fijn stof tengevolge van het scheepvaartverkeer bij Nijmegen

Luchtkwaliteit in Vlaanderen

CAIREBoxmetingen fijnstof en stikstofdioxide in Sliedrecht

Onderzoek naar de luchtkwaliteit in Meppel

Luchtkwaliteit Nieuwegein 2009

Fijnstof Beverwijk-west

Notitie. Luchtkwaliteit Paleis het Loo. 1 Inleiding. 2 Werkwijze en uitgangspunten

Inleiding De gemeenteraad van Alblasserdam heeft op 21 januari 2013 een motie aangenomen die luidt:

Onderzoek naar de luchtkwaliteit aan de Burgemeester voetenstraat te Ossendrecht en aan de Grindweg te Woensdrecht

Op grond van artikel 28 uit het Besluit luchtkwaliteit (Stb. 2001, 269) bieden wij U hierbij aan de provinciale rapportage Luchtkwaliteit 2003.

Datum Referentie Uw referentie Behandeld door 26 april J. van Rooij

Rapportage relatieve effectbepaling SALTO 2

Luchtkwaliteit aansluiting. 2 rotondes Hamelandweg

MEMO. Onderwerp/Subject: Analyse rapport RIVM Luchtkwaliteit 2012

Deelrapport Luchtkwaliteit Aanvulling

Gemeente Ridderkerk. Rapportage. Berekenen en meten: de Luchtkwaliteit in Ridderkerk 2009

Onderzoek naar de luchtkwaliteit aan de Burgemeester voetenstraat in Ossendrecht

Deelrapport Luchtkwaliteit Aanvulling

EFFECT VAN DE AUTOLOZE ZONDAG OP DE CONCENTRATIES STIKSTOFOXIDEN 2007, 2008 EN 2009

Luchtkwaliteitmetingen in Alblasserdam. Derde kwartaalverslag 2014

Rapportage Luchtmetingen in het Havengebied Amsterdam 2014

Gemeente Ridderkerk. Rapportage. Berekenen en meten: de Luchtkwaliteit in Ridderkerk 2010

Onderzoek naar de luchtkwaliteit aan de Grindweg locatie Gemeentewef te Woensdrecht

N204 - reconstructie ter hoogte van Linschoten. Luchtkwaliteitsonderzoek

Bepalen van de luchtkwaliteit

Provinciale weg N231; Verkeersintensiteit, geluid en luchtkwaliteit 1

PROJECTNUMMER C ONZE REFERENTIE B

Onderzoek naar de luchtkwaliteit te Moerdijk, Klundert, Zevenbergen en Strijensas

1. Inleiding. Rapportage Luchtkwaliteit 2012, gemeente Doetinchem 4

- 1 - april mei juni juli augustus september maand

Luchtkwaliteitsonderzoek parkeerplaats Boekhorstlaan Harderwijk

Aanvullende informatie over luchtkwaliteit en metingen

Fijn stof in Nederland: stand van zaken en beleidsimplicaties na het tweede BOP. onderzoeksprogramma

Luchtkwaliteit en windmolens

Vuurwerk tijdens de jaarwisseling van 2012/2013

Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant Spoorlaan CB Tilburg Postbus AB Tilburg

Notitie. e-nose board. 22 mei E-nose programma Bianca Milan

Eerste kaart roetconcentraties Nederland Roet aanvullende maat voor gezondheidseffecten luchtvervuiling

Tabel 1 Grenswaarden maatgevende stoffen Wet luchtkwaliteit stof toetsing van grenswaarde geldig stikstofdioxide (NO 2 )

Luchtkwaliteit t.g.v. wegverkeer. parkeren Spoorzone

Luchtkwaliteit en lozingen in de lucht in het Vlaamse Gewest Koen Toté

Rapportage Luchtmetingen in het Havengebied Amsterdam 2017

LUCHTKWALITEITONDERZOEK BESTEMMINGSPLAN SCHOOLSTRAAT-OOST GAMEREN

Reconstructie N226 ter hoogte van de Hertekop. Luchtkwaliteitsonderzoek

Roetmemo Roetkaart december 2014

Onderzoek naar de luchtkwaliteit aan de Julianastraat te Moerdijk,

Rapportage Luchtmetingen in het Havengebied Amsterdam 2016

Luchtkwaliteit ontwikkeling. spoorzone te Winterswijk

In opdracht van: P.A. Burgos Ministerie van Gezondheid, Milieu en Natuur Klein Kwartier 33 Willemstad Curaçao

RAPPORT LUCHTKKWALITEIT

NOTITIE 1 INLEIDING 2 WETTELIJK KADER. Luchtkwaliteitsonderzoek. Rotonde N212 - N463 Woerden WD69-1 WD69-1/ R.

Een gezonde omgeving in Binnenstad

Onderzoek luchtkwaliteit parkeerterrein Hoorn. Onderzoek luchtkwaliteit parkeerterrein stadsstrand Hoorn

Onderzoek naar de luchtkwaliteit langs de N69 in Waalre

Verhoging maximumsnelheid 80km zones naar 100 km/h

Notitie. Zowel in 2010 als 2015 wordt aan de grenswaarden voldaan. 1

Monitoring luchtkwaliteit bij 'Hart op Zuid' in Nulmeting in 2016

Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit Rapportage Samenvatting Amsterdam

Project uitgevoerd door:

Onderzoek naar de luchtkwaliteit aan de A2 ter hoogte van de nieuwe wijk In Goede Aarde te Boxtel.

Supplement op rapport regionale studie aardwarmtepotentie provincie Limburg

Ultrafijn stof rond Rotterdam The Hague Airport

Factsheet luchtkwaliteit over het jaar 2014

Notitie. Aan : Roel Volman (SO, team bestemmingsplannen) Van : Paul Bruijkers (SO, Ingenieursbureau) Datum :

GezondVerkeer. Een minimale afstand tot de weg voor nieuwe gevoelige bestemmingen. Verkenning van de effecten op de luchtkwaliteit

MEMO DHV B.V. Logo. : De heer P.T. Westra : Ramon Nieborg, Alex Bouthoorn : Ceciel Overgoor

RWS luchtonderzoek, traject A12 Duiven - Duitse grens 130 km/uur

Luchtkwaliteit Nieuwegein in 2014

Afbeelding 1.1. Situering emplacement Rouaanstraat 2. TOETSINGSKADER

Solar Highways - A50 Uden. Effecten op de luchtkwaliteit

24 uurgemiddelden, mag max. 35 maal per kalenderjaar overschreden worden

Hoofdstuk 3 hoofdstuk 4

Transcriptie:

TNO-rapport TNO--UT-12-1633 Windroosanalyse naar de invloed van industriegebied Antwerpen op de luchtkwaliteit in de gemeente Woensdrecht in 11 Gebouwde Omgeving Princetonlaan 6 3584 CB Utrecht Postbus 15 38 TA Utrecht www.tno.nl T +31 88 866 42 56 F +31 88 866 44 75 infodesk@tno.nl Datum 18 december 12 Auteur(s) Ir. M.H. Voogt, Ing. J. den Boeft Aantal pagina's 23 (excl. bijlagen) Aantal bijlagen 5 Opdrachtgever Provincie Noord-Brabant t.a.v. Ir. A.L. Schoenmakers Bureauhoofd Milieubeheer Postbus 151 MC s-hertogenbosch Projectnaam Windroosanalyse Brabant 11 Projectnummer 54.3169 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, foto-kopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande toestemming van TNO. Indien dit rapport in opdracht werd uitgebracht, wordt voor de rechten en verplichtingen van opdrachtgever en opdrachtnemer verwezen naar de Algemene Voorwaarden voor opdrachten aan TNO, dan wel de betreffende terzake tussen de partijen gesloten overeenkomst. Het ter inzage geven van het TNO-rapport aan direct belang-hebbenden is toegestaan. 12 TNO

TNO-rapport TNO--UT-12-1633 2 / 23 Samenvatting Sinds medio 8 meet de provincie Noord-Brabant in Ossendrecht (gemeente Woensdrecht) de concentratie van PM 1, NO 2 en vluchtige koolwaterstoffen. Eind 1 is ook in de woonkern Woensdrecht gestart met deze metingen. Het doel van de voorliggende studie is om met behulp van een windroosanalyse inzicht te krijgen in de bijdrage van het industriegebied van Antwerpen (inclusief scheepvaart) aan de concentraties van PM 1, NO 2 en benzeen in Ossendrecht en Woensdrecht in 11. De bijdrage hangt af van de emissiesterkte van de bronnen in het industriegebied en van de in 11 voorkomende meteorologische omstandigheden. Het is dus niet zo dat uit deze methode direct een bronsterkte afgeleid kan worden. Door de van jaar tot jaar wijzigende meteorologische omstandigheden (vooral windrichting is van belang, maar ook windsnelheid) fluctueert de geschatte bijdrage van jaar tot jaar. Ook het optreden van incidentele emissies (of het niet constant zijn van de emissies) maakt dat de bijdrage van jaar tot jaar anders kan zijn. Windroosanalyses geven inzicht in de bijdrage in opeenvolgende jaren, maar het kwantificeren van een systematische trend in de emissie vanaf het industriegebied is niet goed mogelijk. Daar komt bij dat bij wind uit de richting van het industriegebied het verkeer op de nabijgelegen snelweg A4 (Nederland) - A12 (Vlaanderen) ook bijdraagt aan de concentratie (van met name NO 2 ). Daarvoor wordt in de huidige studie niet gecorrigeerd. De gepresenteerde bijdragen geven dus een indicatie van de gecombineerde bijdrage van het industriegebied (inclusief scheepvaart) en het verkeer op de snelweg A4-A12. De meteorologische gegevens zijn afkomstig van KNMI station Woensdrecht. Voor NO 2 zijn metingen van de Vlaamse Milieu Maatschappij (VMM) op enkele locaties rondom het industriegebied gebruikt als achtergrondmetingen. Voor PM 1 en vluchtige koolwaterstoffen (waaronder benzeen) lijkt er sprake te zijn van systematische verschillen tussen de gemeten concentraties in Ossendrecht / Woensdrecht en Vlaanderen. Daarom konden de metingen van de VMM niet als achtergrondconcentratie toegepast worden. Voor benzeen is de achtergrondconcentratie geschat uit de metingen in Ossendrecht en Woensdrecht zelf. Dit levert de best mogelijke schatting van de bijdrage van het industriegebied aan de concentratie van benzeen op. De concentratiewindrozen voor PM 1 laten geen verhoging uit de richting van het industriegebied van Antwerpen zien. Daarom is voor PM 1 geen windroosanalyse van de bijdrage van het industriegebied uitgevoerd. De jaargemiddelde concentraties van PM 1, NO 2 en benzeen in 11 en de schatting van de bijdrage zijn weergegeven in onderstaande tabel. Ook zijn de resultaten voor Ossendrecht voor 9 [1] en 1 [2] weergegeven. Er wordt opgemerkt dat in het rapport voor 9 bij de gemiddelde bijdrage een onzekerheidsmarge is gepresenteerd. Deze was alleen gebaseerd op de variatie binnen de dataset waarmee gerekend is. Verbeterd inzicht leert dat deze onzekerheidsmarge niet de totale onzekerheid representeert. Deze is in werkelijkheid groter, maar kan niet eenvoudig gekwantificeerd worden.

TNO-rapport TNO--UT-12-1633 3 / 23 Tabel 1 Resultaten voor Ossendrecht Jaar Concentratie (µg/m 3 ) Gemiddelde bijdrage industriegebied (gecombineerd met verkeer) in µg/m 3 Gemiddelde bijdrage industriegebied (gecombineerd met verkeer) in % PM 1 9 22.2 - - 1 24.3 - - 11 26.6 - - NO 2 9 25.1 3.1 13 1 29.1 3.3 11 11 23.7 3.1 13 Benzeen 9 1.5.3-.4-25 1 1.5.3 22 11 1.4.4 27 Tabel 2 Resultaten voor Woensdrecht Jaar Concentratie (µg/m 3 ) Gemiddelde bijdrage industriegebied (gecombineerd met verkeer) in µg/m 3 Gemiddelde bijdrage industriegebied (gecombineerd met verkeer) in % PM 1 11 24.3 NO 2 11 23.7 1.3 5 Benzeen 11 1.9.3 16 De wind kwam in 11 in ca. 51% van de tijd uit de richting van het industriegebied van Antwerpen (-2 graden). In 9 was dat 49%, in 1 %. Het volgende wordt geconcludeerd: De jaargemiddelde concentraties van PM 1, NO 2 en benzeen liggen (ruim) beneden de gestelde grenswaarden. De geschatte bijdragen (in Ossendrecht) zijn vrij constant over de afgelopen drie jaren. Het industriegebied van Antwerpen draagt niet meetbaar bij aan de concentratie van PM 1 in de gemeente Woensdrecht. De bijdrage van het industriegebied van Antwerpen aan de concentratie van NO 2 in Ossendrecht in 11 is ca. 3 µg/m 3. De bijdrage van het industriegebied van Antwerpen aan de concentratie van NO 2 in Woensdrecht in 11 is 1 à 1.5 µg/m 3. De best mogelijke schatting van de bijdrage aan de concentratie van benzeen in Ossendrecht in 11 is.4 µg/m 3. De best mogelijke schatting van de bijdrage aan de concentratie van benzeen in Woensdrecht in 11 is.3 µg/m 3.

TNO-rapport TNO--UT-12-1633 4 / 23 Het valt op dat de bijdrage van het industriegebied aan de concentratie van NO 2 in Woensdrecht t.o.v. Ossendrecht aanzienlijk lager is. Dit is een indicatie dat de concentratie in Ossendrecht beïnvloed wordt door een nabije bron. Immers, voor verder weggelegen bronnen is de afstand tot Woensdrecht maar beperkt groter dan tot Ossendrecht. Mogelijke bronnen liggen op het noordelijk gedeelte van het industrieterrein. Om meer inzicht te krijgen in de voor het verschil verantwoordelijke bron(nen), wordt aanbevolen om er studies naar de emissies en verspreiding van NO x van de betreffende industrie bij te betrekken. Ondanks de geringere bijdrage van het industriegebied van Antwerpen, is de jaargemiddelde concentratie van NO 2 in Woensdrecht gelijk aan die in Ossendrecht. Dat is het gevolg van een hogere belasting bij noordoostenwind, waarschijnlijk gerelateerd aan de nabije ligging van de A58. Voor benzeen vallen de grote verschillen in gemeten concentratie tussen de locaties op. Mogelijk is er sprake van systematische verschillen. Dat geldt niet alleen voor de meetresultaten in Nederland ten opzichte van die in Vlaanderen, maar ook voor de meetresultaten van Woensdrecht t.o.v. Ossendrecht. Het wordt aanbevolen om 1) de vergelijkbaarheid van de meetapparatuur voor vluchtige koolwaterstoffen nader te onderzoeken en 2) te onderzoeken of de meetlocatie in Woensdrecht door lokale bronnen van benzeen beïnvloed wordt.

TNO-rapport TNO--UT-12-1633 5 / 23 Inhoudsopgave Samenvatting... 2 1 Inleiding... 6 2 Beschrijving van de metingen... 7 2.1 Meetlocaties... 7 2.2 PM 1... 8 2.3 NO 2... 9 2.4 Benzeen... 9 2.5 Meteorologie... 9 3 Data-analyse... 1 3.1 Methode voor bepaling jaargemiddelde bijdrage... 1 3.2 Onzekerheid... 11 4 Resultaten... 13 4.1 Frequentieverdeling van de windrichting... 13 4.2 PM 1... 13 4.3 NO 2... 14 4.4 Benzeen... 16 5 Conclusies en aanbevelingen... 19 6 Referenties... 22 7 Ondertekening... 23 Bijlage(n) A Windrozen voor PM 1 B Windrozen voor NO 2 voor Ossendrecht C Windrozen voor NO 2 voor Woensdrecht D Windrozen voor benzeen E Vergelijking concentratiewindrozen Ossendrecht Woensdrecht

TNO-rapport TNO--UT-12-1633 6 / 23 1 Inleiding Sinds medio 8 meet de provincie Noord-Brabant in Ossendrecht (gemeente Woensdrecht) de concentratie van PM 1, NO 2 en vluchtige koolwaterstoffen. Eind 1 is ook in de woonkern Woensdrecht gestart met deze metingen. De meetresultaten kunnen gebruikt worden om de invloed van het industriegebied van Antwerpen op de luchtkwaliteit in de woonkernen te onderzoeken. Het doel van deze studie is om met behulp van een windroosanalyse inzicht te krijgen in de bijdrage van het industriegebied van Antwerpen aan de concentraties van PM 1, NO 2 en benzeen in Ossendrecht en Woensdrecht in 11. De bijdrage hangt af van de emissiesterkte van de bronnen in het industriegebied en van de in 11 voorkomende meteorologische omstandigheden. Het is dus niet zo dat uit deze methode direct een bronsterkte afgeleid kan worden. Bij de windroosanalyse worden metingen van de Provincie Noord-Brabant toegepast. Daarnaast worden metingen van de Vlaamse Milieu Maatschappij (VMM) op enkele locaties rondom het industriegebied na beoordeling van de geschiktheid van de metingen gebruikt als achtergrondmetingen. De gegevens zijn beschikbaar gesteld door de VMM. De meteorologische gegevens zijn afkomstig van KNMI station Woensdrecht. Over 9 en 1 is een dergelijke analyse ook uitgevoerd door respectievelijk de provincie Noord-Brabant [1] en TNO [2]. De resultaten van de studies worden met elkaar vergeleken. Door de van jaar tot jaar wijzigende meteorologische omstandigheden (vooral windrichting is van belang, maar ook windsnelheid) fluctueert de geschatte bijdrage van jaar tot jaar. Ook het optreden van incidentele emissies (of het niet constant zijn van de emissies) maakt dat de bijdrage van jaar tot jaar anders kan zijn. Windroosanalyses geven inzicht in de bijdrage in opeenvolgende jaren, maar het kwantificeren van een systematische trend in de emissie vanaf het industriegebied is niet goed mogelijk. Dit rapport bestaat uit Hoofdstuk 2: Beschrijving van de metingen. Hoofdstuk 3: Beschrijving van de data-analyse methode. Hoofdstuk 4: Resultaten. Hoofdstuk 5: Conclusies en aanbevelingen.

TNO-rapport TNO--UT-12-1633 7 / 23 2 Beschrijving van de metingen 2.1 Meetlocaties In Figuur 1 zijn de meetlocaties rondom het industriegebied van Antwerpen op zowel Nederlands als Vlaams grondgebied weergegeven. De omcirkelde meetlocaties zijn gebruikt in dit onderzoek. Figuur 1 Meetlocaties rondom het industriegebied van Antwerpen in Nederland en in Vlaanderen. De rode lijnen geven de grenzen van de windrichtingsector aan (-2 graden) waarbij de meetlocaties potentieel belast zijn door het industriegebied. De cirkels om de stations heen geven aan voor welke stations en stoffen een windroosanalyse is uitgevoerd. Drukke wegen zijn in rood weergegeven. Bron onderliggende kaart: rapport Provincie Noord-Brabant [1]. De meetlocatie Ossendrecht wordt bij wind tussen en 2 graden potentieel blootgesteld aan emissies van het industriegebied (inclusief scheepvaart). Een verstorende factor in deze analyse is de nabije ligging van de snelweg A4 (Nederland) - A12 (Vlaanderen) ten (zuid)westen van Ossendrecht. De kortste afstand tot de A4 is ongeveer meter voor Ossendrecht.

TNO-rapport TNO--UT-12-1633 8 / 23 Bij deze afstand zal het verkeer op de snelweg ook bijdragen aan de concentratie (met name van NO 2 ) ter plaatse van het meetpunt. Voor deze bijdrage wordt in de huidige studie niet gecorrigeerd. De in dit rapport gepresenteerde bijdragen geven dus een indicatie van de gecombineerde bijdrage van het industriegebied (inclusief scheepvaart) en het wegverkeer op de snelweg A4-A12. De meetlocatie Woensdrecht wordt bij wind tussen en 2 graden potentieel blootgesteld aan emissies van het industriegebied (inclusief scheepvaart). Toch is ervoor gekozen om ook voor Woensdrecht de sector uit te breiden naar 2 graden. De reden is dat in Ossendrecht en Woensdrecht bij 2-2 graden een vergelijkbare verhoging van de concentratie (van met name NO 2 ) is gemeten. De nabije ligging van de snelweg A4 (Nederland) - A12 (Vlaanderen) is vermoedelijk de oorzaak van deze verhoging. Voor de meetlocatie Woensdrecht is de kortste afstand ongeveer 1 meter. Om de resultaten voor Ossendrecht zo eerlijk mogelijk te kunnen vergelijken met die van Woensdrecht is ervoor gekozen om de sectoren aan elkaar gelijk te houden. Overigens wordt de locatie Woensdrecht ook beïnvloed door de A58 ten noorden van de meetlocatie. Deze richting valt echter niet binnen de sector van potentiele belasting door het industrieterrein van Antwerpen. De Vlaamse stations zijn gebruikt als achtergrondstations. Het moge duidelijk zijn dat de Vlaamse stations niet alle even geschikt zijn als achtergrondlocaties vanwege beïnvloeding door lokale bronnen. Enkele Vlaamse stations zijn niet over het gehele bereik van -2 graden onbelast. In die gevallen wordt een beperktere belastingshoek toegepast 1. Door echter meerdere stations te gebruiken wordt inzicht verkregen in de robuustheid van de resultaten. Voor de schatting van de jaargemiddelde bijdrage worden de resultaten van de verschillende combinaties met inachtneming van de representativiteit van de achtergrondlocaties in samenhang bekeken. 2.2 PM 1 PM 1 wordt zowel in Nederland als Vlaanderen met bètastofmonitoren gemeten. Voor meer details over de meetapparatuur in Ossendrecht en Woensdrecht wordt verwezen naar de rapportage van de Provincie Noord-Brabant [3], [4]. Volgens procedures van de Provincie worden de meetdata van de bètastofmonitoren gevalideerd op de daggemiddelde waarden. Voor dit onderzoek zijn echter de uurgemiddelde concentraties van PM 1 gebruikt. Omdat PM 1 concentraties gekalibreerd worden op daggemiddelde waarden, geldt dat de uurgemiddelde waarden indicatief zijn. Volgens opgave van de VMM wordt op de Vlaamse stations gemeten met de FH62I-R van het merk TEI. De manier waarop in Vlaanderen kalibratie naar de referentiemethode wordt uitgevoerd verschilt van die in Nederland. Naar verwachting beïnvloedt dit de vergelijkbaarheid van de uurgemiddelde concentraties. 1 Er is voor gekozen om de belastingshoeken gelijk te houden aan die in de analyse over 1.

TNO-rapport TNO--UT-12-1633 9 / 23 2.3 NO 2 2.4 Benzeen NO 2 is zowel in Ossendrecht als op de Vlaamse stations gemeten met NO x - monitoren op basis van chemoluminescentie, de Europese referentiemethode voor het meten van NO 2. De metingen van benzeen in Ossendrecht zijn uitgevoerd met een GC met PID detector [3]. Op de Vlaamse stations is gemeten met GC s met een FID detector. Beide metingen voldoen aan de voorwaarden die de Europese referentiemethode voor het meten van benzeen stelt. 2.5 Meteorologie Voor dit onderzoek zijn de windgegevens gebruikt zoals gemeten door het KNMI op station Woensdrecht. De beschikbaarheid van de winddata van het meteostation in Woensdrecht is bijna %.

TNO-rapport TNO--UT-12-1633 1 / 23 3 Data-analyse 3.1 Methode voor bepaling jaargemiddelde bijdrage Op basis van de uurgemiddelde concentraties en windrichtingen worden windroosanalyses uitgevoerd. Ten eerste wordt de frequentieverdeling van de windrichting over 11 bepaald (zie Figuur 2). Voor elke windsector wordt berekend hoeveel uur de wind uit die richting kwam. Door te delen door het totaal aantal uren wordt dit omgerekend naar een percentage. Bij de uiteindelijke bepalingen van de bijdrage van PM 1, NO 2 en benzeen vallen er uren weg door het niet beschikbaar zijn van meetdata. Ook worden de uren waarop de windsnelheid lager was dan 1 m/s uitgesloten. Voor de analyse van de bijdrage aan de totale concentratie moeten deze uren dan ook uit frequentieverdeling gehaald worden. Onderzocht is of dit de frequentieverdeling sterk beïnvloedt. Dit blijkt voor geen van de stoffen het geval. Ten tweede worden concentratiewindrozen van PM 1, NO 2 en benzeen voor de combinatie van de belaste en onbelaste locatie gemaakt. Bij een concentratiewindroos wordt voor elke windsector de gemiddeld optredende concentratie getoond. De concentratiewindrozen geven inzicht in de windrichtingen waarbij de concentratie verhoogd is. Hoe meer waarnemingen er in een windsector voorkomen, hoe betrouwbaarder de gemiddelde concentratie is. Ten derde is de bijdrage van het industriegebied van Antwerpen, gecombineerd met het verkeer op de nabijgelegen snelweg, in Ossendrecht en Woensdrecht bepaald. Voor NO 2 is onderstaande methode gevolgd. Voor PM 1 bleek het niet mogelijk om een bijdrage te bepalen (zie paragraaf 4.2). Voor benzeen is onderstaande methode ook gevolgd. Echter, de achtergrondbelasting is niet uit de metingen op de Vlaamse stations gehaald, maar uit de metingen in Ossendrecht en Woensdrecht bij andere windrichtingen (zie paragraaf 4.4). De bepaling van de bijdrage is stapsgewijs gedaan: 1 Er wordt een windroos van het concentratieverschil tussen Ossendrecht / Woensdrecht en de onbelaste locatie in Vlaanderen gemaakt. Op deze manier wordt de grootschalige bijdrage op het belaste punt (Ossendrecht / Woensdrecht) er als het ware uitgefilterd. Ook hier geldt dat hoe meer waarnemingen er in een windsector voorkomen, hoe betrouwbaarder het verschil in concentratie is. 2 De windroos van het concentratieverschil wordt vermenigvuldigd met de frequentieverdeling. Dit levert een zogenaamde bijdragewindroos op. Deze heeft alleen betekenis bij de windsectoren waarbij Ossendrecht / Woensdrecht belast wordt door het industriegebied (en de Vlaamse locatie niet belast wordt). Op basis van de ligging van de stations in Figuur 1 ligt deze windsector tussen en 2 graden.

TNO-rapport TNO--UT-12-1633 11 / 23 3 De bijdragen in de windsectoren tussen en 2 2 graden worden opgeteld tot de jaargemiddelde bijdrage (in µg/m 3 ). Dit wordt vergeleken met de jaargemiddelde concentratie in Ossendrecht / Woensdrecht bepaald over de uren die aan de criteria voldoen. Daaruit volgt een schatting van de bijdrage in procenten. De op deze manier gevonden bijdrage is een gemiddelde waarde. De uiteindelijke bijdrage is gebaseerd op de voor de analyse geselecteerde uren met de volgende selectiecriteria: De windrichting is tussen en 2 graden, voor enkele combinaties een beperktere windhoek vanwege de belasting op het Vlaamse station. De windsnelheid is groter dan of gelijk aan 1 m/s. De uurgemiddelde concentratie is beschikbaar (voor NO 2 op beide meetlocaties). 3.2 Onzekerheid De onzekerheid in de gevonden gemiddelde bijdrage is niet gemakkelijk af te leiden voor de werkwijze die is gevolgd. Deze hangt voor een belangrijk deel samen met de mate waarin de gekozen uren representatief zijn voor de gemiddelde situatie. Een kortstondig verhoogde emissie van het industriegebied kan bijvoorbeeld gemist worden wanneer de meetdata op een van de stations niet beschikbaar zijn. Ook speelt de representativiteit van het gekozen criterium voor de windsnelheid een rol. Is 1 m/s voldoende om de bronbijdrage over grotere afstand zichtbaar te maken? Aan de andere kant geldt dat hoe hoger de windsnelheid, hoe meer de verontreiniging verdund wordt, en dus hoe lager de concentratiebijdrage. In het kader van een afstudeeronderzoek is voor de situatie nabij industrieterrein Moerdijk vastgesteld dat de resultaten voor 8, 9 en 1 nauwelijks gevoelig zijn voor de gekozen waarde voor de windsnelheid [5]. Een ander punt dat meespeelt is dat er bij een windroosanalyse geen onderscheid gemaakt kan worden tussen bronnen uit een bepaalde windrichting. Het industriegebied van Antwerpen (inclusief scheepvaart) is niet de enige bron van luchtverontreiniging die zorgt voor een belasting in Ossendrecht/Woensdrecht bij zuidwestelijke richting. Wegverkeer, bijvoorbeeld op de snelweg A4-A12, is een bron die ook bijdraagt. Fluctuaties in dergelijke andere bronnen zorgen voor extra onzekerheid. Tenslotte speelt de representativiteit van de onbelaste stations voor de heersende achtergrondconcentratie. Ook op deze stations kan beïnvloeding door lokale bronnen een rol spelen. Deze onzekerheden zijn niet eenvoudig te kwantificeren. Mogelijk kunnen Monte Carlo technieken waarbij verschillende subsets van de data worden gekozen, enig inzicht verschaffen. Een dergelijke omvangrijke analyse paste echter niet binnen het huidige onderzoek. 2 Of een gedeelte daarvan indien sprake is van belasting van de Vlaamse locatie.

TNO-rapport TNO--UT-12-1633 12 / 23 Voor NO 2 worden metingen van meerdere Vlaamse stations gebruikt. Op die manier kan inzicht verkregen worden in de robuustheid van de resultaten. Voor de schatting van de jaargemiddelde bijdrage worden de resultaten van de verschillende combinaties met inachtneming van de representativiteit van de achtergrondlocaties in samenhang bekeken. Voor benzeen geldt een extra bron van onzekerheid omdat de meetdata van de Vlaamse stations niet is gebruikt. De achtergrondbelasting is geschat uit de gemiddeld laagste concentratie bij andere windrichtingen in Ossendrecht / Woensdrecht zelf. Deze schatting is onzeker. Het is daarom lastig in te schatten of de gekozen achtergrondconcentratie een representatieve schatting geeft. Er wordt opgemerkt dat in het rapport voor 9 bij de gemiddelde bijdrage een onzekerheidsmarge is gepresenteerd. Deze was echter alleen gebaseerd op de variatie binnen de dataset waarmee gerekend is. Verbeterd inzicht leert dat deze onzekerheidsmarge niet de totale onzekerheid representeert. Deze is in werkelijkheid groter maar kan, zoals hierboven aangegeven, niet eenvoudig gekwantificeerd worden.

TNO-rapport TNO--UT-12-1633 13 / 23 4 Resultaten 4.1 Frequentieverdeling van de windrichting In Figuur 2 is de jaargemiddelde frequentieverdeling van de windrichting weergegeven. Het is duidelijk dat de wind voor een groot deel van 11 afkomstig is uit zuidwestelijke richtingen, maar er is ook een aanzienlijk aandeel uit noordoostelijke richting. De wind kwam in 11 in ongeveer 51% van de tijd uit de richting van het industriegebied (-2 graden), terwijl dat in 9 49% was en in 1 %. 2 1 1 3 3 3 3 8 6 4 2 2 2 2 2 1 2 2 1 1 Figuur 2 Frequentieverdeling (%) van de windrichting in 11 4.2 PM 1 De concentratiewindrozen voor PM 1 voor de combinaties van Ossendrecht en Woensdrecht met R1 Borgerhout en R815 Zwijndrecht staan in Bijlage A. Ter informatie is de concentratiewindroos voor de combinatie van Ossendrecht en Woensdrecht gegeven in Bijlage E. Het volgende valt in de windrozen op: In vergelijking met beide Vlaamse locaties is de gemeten concentratie in Ossendrecht en Woensdrecht bij vrijwel alle windrichtingen lager. De patronen van de concentratiewindrozen op de vier locaties komen goed met elkaar overeen. De windroos van een afzonderlijk station kan per combinatie verschillen. Dat komt door de verschillen in uren die aan de criteria voldoen (met name wanneer er data uitval is op een van de stations). Geconcludeerd wordt dat de bijdrage van het industriegebied van Antwerpen niet zichtbaar wordt in de concentratiewindroos van PM 1. Het heeft geen zin om de windroosanalyse naar de bijdrage van het industriegebied van Antwerpen aan de concentratie van PM 1 verder voort te zetten.

TNO-rapport TNO--UT-12-1633 14 / 23 4.3 NO 2 De concentratie-, concentratieverschil- en bijdragewindrozen voor NO 2 voor de vier combinaties met Ossendrecht staan in Bijlage B. In Bijlage C zijn de windrozen voor Woensdrecht opgenomen. Ter informatie is de concentratiewindroos voor de combinatie van Ossendrecht en Woensdrecht gegeven in Bijlage E. In de windrozen valt het volgende op: De concentratiewindrozen van Ossendrecht en Woensdrecht komen bij noordwestelijke en zuidoostelijke windrichtingen zeer goed overeen. Bij zuidwestelijke wind is de concentratie gemeten in Ossendrecht hoger en bij noordoostelijke wind is de concentratie gemeten in Woensdrecht hoger. Daarnaast valt de vergelijkbare verhoging bij windrichtingen 2-2 graden op, waarschijnlijk als gevolg van verkeer op de snelweg A4-A12. In Ossendrecht wordt - behalve t.o.v. R897 Antwerpen - bij een zuidwestelijke wind een hogere concentratie gemeten dan op de stations in Vlaanderen, duidend op een bijdrage van het industriegebied. In Woensdrecht wordt slechts t.o.v. twee Vlaamse stations (R821 Beveren en R892 Kallo-Beveren) een verhoging uit de richting van het industriegebied gemeten. De verhoging is ook minder groot dan voor Ossendrecht. De windrozen van R8 Doel-Beveren en R821 Beveren lijken qua patroon op elkaar. Dit is te verklaren doordat beide stations bij vergelijkbare windrichtingen worden belast door bronnen (industriegebied, verkeer, de stad Antwerpen). Toch is de concentratie gemeten op station R8 Doel-Beveren - in tegenstelling tot de analyse over 1 - niet over het gehele bereik -2 graden lager dan in Ossendrecht. Voor station R821 Beveren geldt dat wel. De windrozen van R892 Kallo-Beveren en R897 Antwerpen lijken qua patroon eveneens op elkaar. Deze locaties liggen te midden van het industriegebied en worden vanuit verschillende kanten belast door bronnen die gerelateerd zijn aan het industriegebied. Toch is de concentratie gemeten op station R897 Antwerpen - in tegenstelling tot de analyse over 1 - over het bereik -2 graden nauwelijks lager dan in Ossendrecht. Op station R821 Beveren is slechts bij een bereik - graden een lagere concentratie dan in Ossendrecht gemeten. De uit de windroosanalyse afgeleide gemiddelde bijdrage aan de NO 2 concentratie in 11 voor elk van de vier combinaties met Ossendrecht staat in Tabel 3 en die met Woensdrecht in Tabel 4. De jaargemiddelde concentratie in Ossendrecht in 11 is 23.7 µg/m 3. Ook in Woensdrecht is de concentratie 23.7 µg/m 3. Tabel 3 Gegevens en resultaten van de NO 2 windroosanalyse van Ossendrecht in combinatie met Vlaamse stations in 11. Bijlage A pagina Bovenwinds station Afstand tussen de stations (km) Gekozen windhoek (graden) Aandeel uren uit de windhoek (%) Gemiddelde bijdrage industriegebied (gecombineerd met verkeer) in µg/m 3 1 R8 Doel-Beveren 9-2 3. 13 2 R821 Beveren -2 51 3.2 14 3 R892 Kallo-Beveren 15-2 27 1.4 6 4 R897 Antwerpen 16-2 27.3 1 Gemiddelde bijdrage industriegebied (gecombineerd met verkeer) in %

TNO-rapport TNO--UT-12-1633 15 / 23 Tabel 4 Gegevens en resultaten van de NO 2 windroosanalyse van Woensdrecht in combinatie met Vlaamse stations in 11. Bijlage B pagina Bovenwinds station Afstand tussen de stations (km) Gekozen windhoek (graden) Aandeel uren uit de windhoek (%) Gemiddelde bijdrage industriegebied (gecombineerd met verkeer) in µg/m 3 1 R8 Doel-Beveren 12-2 1.2 5 2 R821 Beveren 24-2 51 1.4 6 3 R892 Kallo-Beveren 18-2 27 4 R897 Antwerpen -2 27 < < Gemiddelde bijdrage industriegebied (gecombineerd met verkeer) in % De bijdrage ligt voor de combinaties van Ossendrecht met R8 Doel-Beveren en R821 Beveren rond de 3.1 µg/m 3. Voor Woensdrecht is de bijdrage bij die combinaties rond de 1.3 µg/m 3. Voor de combinatie met beide andere Vlaamse stations is de bijdrage lager. Dat is deels te verklaren doordat het aandeel van uren met wind uit de juiste richting kleiner is bij een kleinere windhoek. Ook kan het zo zijn dat deze beide stations bij wind uit zuidelijke richting niet geheel onbelast zijn. Zo liggen ten zuiden van de meetlocatie Antwerpen R897, aan de overzijde van de Schelde, ook nog enkele industriële bronnen. Op grotere afstand ligt ten zuiden van beide meetstations de snelweg E34. Dat maakt de stations R892 Kallo-Beveren en R897 Antwerpen minder geschikt voor de analyse van de bijdrage van het industriegebied aan de concentratie in Ossendrecht en Woensdrecht. Wanneer we de locaties R8 Doel-Beveren en R821 Beveren in ogenschouw nemen, dan leveren de combinaties met R821 Beveren - in tegenstelling tot 1 de hoogste bijdragen op. De verschillen zijn echter klein. Er wordt geconcludeerd dat de bijdrage van het industriegebied van Antwerpen, gecombineerd met het wegverkeer op de snelweg A4-A12, op de jaargemiddelde concentratie van NO 2 in Ossendrecht in 11 naar schatting ongeveer 3.1 µg/m 3 bedraagt. In Woensdrecht is de bijdrage naar schatting ongeveer 1.3 µg/m 3. Het valt op dat de bijdrage van het industriegebied aan de concentratie van NO 2 in Woensdrecht t.o.v. Ossendrecht aanzienlijk lager is. Dit kan (deels) verklaard worden door de grotere afstand tussen Woensdrecht en het industriegebied. Als de afstand inderdaad een verklaring is, dan duidt dat erop dat de concentratie in Ossendrecht beïnvloed wordt door een nabije bron. Immers, voor verder weggelegen bronnen is de afstand tot Woensdrecht maar beperkt groter dan tot Ossendrecht. Het verschil in concentratie tussen Ossendrecht en Woensdrecht is rond 2 graden het grootst. Figuur 3 geeft aan dat de windrichting waarin het verschil het grootst is, overeenkomt met het noordelijk deel van het industrieterrein. Op grotere afstand ligt in dezelfde richting ook de kerncentrale van Doel, maar daarvan zijn geen grote NO x emissies te verwachten. Om meer inzicht te krijgen in de voor het verschil verantwoordelijke bron, wordt aanbevolen om er studies naar de emissies en verspreiding van NO x van de betreffende industrie bij te betrekken.

TNO-rapport TNO--UT-12-1633 16 / 23 Figuur 3 Indicatie van de richting van de grootste verhoging van de NO 2 concentratie in Ossendrecht (t.o.v. Woensdrecht). Tenslotte is het opvallend dat de jaargemiddelde concentratie in Woensdrecht ondanks de geringere bijdrage van het industriegebied van Antwerpen gelijk is aan die in Ossendrecht. Dat is het gevolg van een hogere belasting bij noordoostenwind, waarschijnlijk gerelateerd aan de nabije ligging van de A58. 4.4 Benzeen De concentratie-, concentratieverschil- en bijdragewindrozen voor benzeen voor de combinaties van Ossendrecht en Woensdrecht met R1 Borgerhout en R833 Stabroek staan in Bijlage D. Ter informatie is de concentratiewindroos voor de combinatie van Ossendrecht en Woensdrecht gegeven in Bijlage E. Het volgende valt in de windrozen op:

TNO-rapport TNO--UT-12-1633 17 / 23 De concentratie in Woensdrecht is bij nagenoeg alle windrichtingen hoger dan in Ossendrecht. In vergelijking met beide Vlaamse locaties is de gemeten concentratie in Ossendrecht en Woensdrecht bij bijna alle windrichtingen hoger. Bij noordoostelijke wind liggen de locaties niet onder invloed van het industriegebied. De gemeten concentratieniveaus zouden dan vergelijkbaar moeten zijn, maar in Vlaanderen zijn ze lager dan in Ossendrecht en Woensdrecht. Het lijkt erop dat er systematische verschillen optreden tussen de meetapparatuur toegepast in Nederland en die toegepast in Vlaanderen. De windrozen voor 9 [1] en 1 [2] laten een vergelijkbaar beeld zien. Het wordt dan ook aanbevolen om de vergelijkbaarheid van de meetapparatuur nader te onderzoeken. Dezelfde aanbeveling geldt voor de vergelijkbaarheid van de meetapparatuur tussen Ossendrecht en Woensdrecht, omdat ook daar sprake zou kunnen zijn van systematische verschillen. Geconcludeerd wordt dat de combinatie van metingen in Nederland en Vlaanderen niet geschikt is om de bijdrage van het industriegebied van Antwerpen aan de concentratie in Ossendrecht en Woensdrecht in 11 via een windroosanalyse af te leiden. Omdat de windrozen van Ossendrecht en Woensdrecht in de richting van het industriegebied van Antwerpen wel een verhoging laat zien is het mogelijk om de windroosanalyse alleen op de metingen in Ossendrecht en Woensdrecht te baseren. Er wordt aangenomen dat de laagst gemeten concentratie bij andere windrichtingen representatief is voor de achtergrondconcentratie. Dat is in dit geval.6 µg/m 3 in Ossendrecht en 1.1 µg/m 3 in Woensdrecht. Individuele uurgemiddelde metingen laten lagere concentraties zien. Ook worden op regionale achtergrondlocaties in Noord-Brabant gemiddeld lagere concentraties gemeten. Zo is de gemeten jaargemiddelde concentratie op LML station Biest Houtakker in 11.4 µg/m 3 [6]. Het is daarom lastig in te schatten of de gekozen achtergrondconcentraties een representatieve of wellicht worst case schatting geeft. Het lijkt gegeven (de verschillen in) de metingen in Ossendrecht en Woensdrecht wel de best mogelijke aanpak te zijn. De geschatte gemiddelde bijdrage aan de benzeen concentratie in 11 staat in Tabel 5. Tabel 5 Gemiddelde benzeen concentratie (µg/m 3 ) en de geschatte bijdrage van het industriegebied in Ossendrecht en Woensdrecht in 11. Locatie Concentratie (µg/m 3 ) Gemiddelde bijdrage industriegebied (gecombineerd met verkeer) in µg/m 3 Ossendrecht 1.36.4 27 Woensdrecht 1.86.3 16 Gemiddelde bijdrage industriegebied (gecombineerd met verkeer) in %

TNO-rapport TNO--UT-12-1633 18 / 23 De bijdrage van het industriegebied van Antwerpen, gecombineerd met het wegverkeer op de snelweg A4-A12, wordt voor Ossendrecht geschat op ca..4 µg/m 3, hetgeen 27% is van de totale concentratie in Ossendrecht. Voor Woensdrecht komt de schatting met.3 µg/m 3 lager uit. Procentueel zelfs aanzienlijk lager (16%) omdat de concentratie in Woensdrecht hoger is.

TNO-rapport TNO--UT-12-1633 19 / 23 5 Conclusies en aanbevelingen De jaargemiddelde concentraties van PM 1, NO 2 en benzeen in 11 en de gemiddelde bijdrage van het industriegebied van Antwerpen, gecombineerd met het verkeer op de snelweg A4-A12, zijn weergegeven in onderstaande tabel. Ook zijn de resultaten voor Ossendrecht voor 9 [1] en 1 [2] weergegeven, waarbij het resultaat in 9 voor NO 2 aangepast is aan de keuze voor de windhoek uit de huidige studie. Tabel 6 Resultaten voor Ossendrecht Jaar Concentratie (µg/m 3 ) Gemiddelde bijdrage industriegebied (gecombineerd met verkeer) in µg/m 3 Gemiddelde bijdrage industriegebied (gecombineerd met verkeer) in % PM 1 9 22.2 - - 1 24.3 - - 11 26.6 - - NO 2 9 25.1 3.1 13 1 29.1 3.3 11 11 23.7 3.1 13 Benzeen 9 1.5.3-.4-25 1 1.5.3 22 11 1.4.4 27 Tabel 7 Resultaten voor Woensdrecht Jaar Concentratie (µg/m 3 ) Gemiddelde bijdrage industriegebied (gecombineerd met verkeer) in µg/m 3 Gemiddelde bijdrage industriegebied (gecombineerd met verkeer) in % PM 1 11 24.3 - - NO 2 11 23.7 1.3 5 Benzeen 11 1.9.3 16 De wind kwam in 11 in ca. 51% van de tijd uit de richting van het industriegebied van Antwerpen (-2 graden). In 9 was dat 49%, in 1 %. Het volgende wordt geconcludeerd: De jaargemiddelde concentraties van PM 1, NO 2 en benzeen liggen (ruim) beneden de gestelde grenswaarden. De geschatte bijdragen (in Ossendrecht) zijn vrij constant over de afgelopen drie jaren. Het industriegebied van Antwerpen draagt niet meetbaar bij aan de concentratie van PM 1 in de gemeente Woensdrecht. De bijdrage van het industriegebied van Antwerpen aan de concentratie van NO 2 in Ossendrecht in 11 is ca. 3 µg/m 3.

TNO-rapport TNO--UT-12-1633 / 23 De bijdrage van het industriegebied van Antwerpen aan de concentratie van NO 2 in Woensdrecht in 11 is 1 à 1.5 µg/m 3. De best mogelijke schatting van de bijdrage aan de concentratie van benzeen in Ossendrecht in 11 is.4 µg/m 3. De best mogelijke schatting van de bijdrage aan de concentratie van benzeen in Woensdrecht in 11 is.3 µg/m 3. Het valt op dat de bijdrage van het industriegebied aan de concentratie van NO 2 in Woensdrecht t.o.v. Ossendrecht aanzienlijk lager is. Dit is een indicatie dat de concentratie in Ossendrecht beïnvloed wordt door een nabije bron. Immers, voor verder weggelegen bronnen is de afstand tot Woensdrecht maar beperkt groter dan tot Ossendrecht. Mogelijke bronnen liggen op het noordelijk deel van het industrieterrein. Om meer inzicht te krijgen in de voor het verschil verantwoordelijke bron(nen), wordt aanbevolen om er studies naar de emissies en verspreiding van NO x van de betreffende industrie bij te betrekken. Ondanks de geringere bijdrage van het industriegebied van Antwerpen, is de jaargemiddelde concentratie van NO 2 in Woensdrecht gelijk aan die in Ossendrecht. Dat is het gevolg van een hogere belasting bij noordoostenwind, waarschijnlijk gerelateerd aan de nabije ligging van de A58. Voor benzeen vallen de grote verschillen in gemeten concentratie tussen de locaties op. Mogelijk is er sprake van systematische verschillen. Dat geldt niet alleen voor de meetresultaten in Nederland ten opzichte van die in Vlaanderen, maar ook voor de meetresultaten van Woensdrecht t.o.v. Ossendrecht. De jaargemiddelde concentratie van benzeen is in Woensdrecht namelijk aanzienlijk hoger dan in Ossendrecht. Het wordt aanbevolen om 1) de vergelijkbaarheid van de meetapparatuur voor vluchtige koolwaterstoffen nader te onderzoeken en 2) te onderzoeken of de meetlocatie in Woensdrecht door lokale bronnen van benzeen beïnvloed wordt. Aanbevelingen voor de volgende windroosanalyse studies PM 1 : De windroosanalyses hebben laten zien dat het industriegebied van Antwerpen niet meetbaar bijdraagt aan de concentratie van PM 1. Het wordt daarom niet zinvol geacht om de windroosanalyse van PM 1 in de komende jaren te continueren. NO 2 : Nu de analyse voor zowel Ossendrecht als Woensdrecht is uitgevoerd, is duidelijk geworden dat voor NO 2 geen substantiële belasting van scheepvaart in de windsector 2-2 graden plaatsvindt. Immers, de concentratie in Woensdrecht is in deze windsector vergelijkbaar met die in Ossendrecht, terwijl alleen Ossendrecht in deze windsector potentieel belast is door scheepvaart.

TNO-rapport TNO--UT-12-1633 21 / 23 Blijkbaar is de verhoging in de concentratie van NO 2 in deze windsector te wijten aan verkeer op de A4/A12. Om de bijdrage van het industriegebied beter te isoleren van die van het verkeer op de A4/A12, zou bij studies over de komende jaren de windsector 2-2 buiten beschouwing kunnen worden gelaten. Echter, voor een zuivere vergelijking over de verschillende jaren is dat niet wenselijk. Het wordt aanbevolen om de studies over de verschillende jaren op dezelfde uitgangspunten te baseren. Gezien de ervaringen in de analyse van de afgelopen drie jaren, wordt aanbevolen om in de analyse van NO 2 voor de komende jaren de stations R892 Kallo-Beveren en R897 Antwerpen buiten beschouwing te laten. Deze stations zijn minder geschikt voor de analyse van de bijdrage van het industriegebied aan de concentratie in Ossendrecht en Woensdrecht. Benzeen: De meetdata van de Vlaamse stations blijken niet bruikbaar voor de windroosanalyse van benzeen, omdat er in Vlaanderen bij nagenoeg alle windrichtingen lagere concentraties worden gemeten. Het wordt dan ook niet zinvol geacht om de Vlaamse station te blijven betrekken in de windroosanalyse voordat onderzoek is gedaan naar de vergelijkbaarheid van de meetapparatuur.

TNO-rapport TNO--UT-12-1633 22 / 23 6 Referenties [1] Van Loon, J., 11. Luchtkwaliteit in 9 in Woensdrecht. Onderzoek naar de luchtkwaliteit in 9 in de gemeente Woensdrecht in zuid/west Brabant (bij industriegebied Antwerpen). Provincie Noord-Brabant Rapport 2616617, 28 maart 11. [2] Voogt, M.H. en Weststrate, J.H., 12. Windroosanalyse naar de invloed van industriegebied Antwerpen op de luchtkwaliteit in de gemeente Woensdrecht in 1. TNO rapport TNO--UT-12-175. [3] Van der Bij, E.S., 12. Onderzoek naar de luchtkwaliteit aan de Burgemeester Voetenstraat in Ossendrecht. Provincie Noord-Brabant Rapport 11-1-L-O, 13 maart 12. [4] Van der Bij, E.S., 12. Onderzoek naar de luchtkwaliteit aan de Grindweg locatie Gemeentewerf te Woensdrecht. Provincie Noord-Brabant Rapport 11-2-L-O, 13 maart 12. [5] Van Strien, N., 12. Gevoeligheidsanalyse van windroosbijdragenberekeningen bij industriegebied Moerdijk. Afstudeerrapport, juli 12. [6] RIVM, 12. Jaaroverzicht Luchtkwaliteit 11. RIVM Rapport 6/12.

23123 TNO-rapport I TNO--UT-1 2-1633 7 Ondertekening Naam en adres van de opdrachtgever Provincie Noord-Brabant t.a.v. lr. A.L. Schoenmakers Bureauhoofd Milieubeheer Postbus 151 MC's-Hertogenbosch Naam en functies van de medewerkers: Voogt Boeft lr. M.H. lng. J. den Projectleider Projectmedewerker Periode waarin het ondezoek plaatsvond: November-december 1 2 Ondertekening: Goedkeuring: lr. M.H. Voogt Drs. H.C. Borst Projectleider Research Manager

TNO-rapport TNO--UT-12-1633TNO--UT-12-1633 Bijlage A 1/1 A Windrozen voor PM 1 Ossendrecht Ossendrecht R1 Borgerhout R815 Zwijndrecht 2 3 1 3 3 3 1 2 3 1 3 3 3 1 2 2 2 2 2 2 2 1 2 1 2 2 1 1 2 2 1 1 Figuur 4 Concentratiewindrozen van PM1 (µg/m3) van Ossendrecht en R1 Borgerhout (links) en R815 Zwijndrecht (rechts) in 11. Woensdrecht Woensdrecht R1 Borgerhout R815 Zwijndrecht 2 3 1 3 3 3 1 2 3 1 3 3 3 1 2 2 2 2 2 2 2 1 2 1 2 2 1 1 2 2 1 1 Figuur 5 Concentratiewindrozen van PM 1 (µg/m 3 ) van Woensdrecht en R1 Borgerhout (links) en R815 Zwijndrecht (rechts) in 11.

TNO-rapport TNO--UT-12-1633TNO--UT-12-1633 Bijlage B 1/4 B Windrozen voor NO 2 voor Ossendrecht Ossendrecht R8 Doel-Beveren 2 2 3 1 3 3 3 1 2 2 2 1 2 1 2 1 Figuur 6 Concentratiewindrozen van NO 2 (µg/m 3 ) op locaties Ossendrecht (roze) en R8 Doel- Beveren (blauw) in 11. 3 15 1 3 3 3 5 3 1. 1 3 3 3.5 2-5 -15 2. -.5 2-25 2-1. 2 2 2 2 2 1 2 1 2 2 1 1 2 2 1 1 Figuur 7 Links: windroos van het NO 2 concentratieverschil (µg/m 3 ) tussen locaties Ossendrecht en R8 Doel-Beveren. Rechts: windroos van de NO 2 bijdrage (µg/m 3 ) per sector in Ossendrecht. De zwarte lijn is de -lijn.

TNO-rapport TNO--UT-12-1633TNO--UT-12-1633 Bijlage B 2/4 Ossendrecht R821 Beveren 2 3 1 3 3 3 1 2 2 2 2 1 2 1 2 1 Figuur 8 Concentratiewindrozen van NO 2 (µg/m 3 ) op locaties Ossendrecht (roze) en R821 Beveren (blauw) in 11. 3 15 1 3 3 3 5 3 1. 1 3 3 3.5 2-5 -15 2. -.5 2-25 2-1. 2 2 2 2 2 1 2 1 2 2 1 1 2 2 1 1 Figuur 9 Links: windroos van het NO 2 concentratieverschil (µg/m 3 ) tussen locaties Ossendrecht en R821 Beveren. Rechts: windroos van de NO 2 bijdrage (µg/m 3 ) per sector in Ossendrecht. De zwarte lijn is de -lijn.

TNO-rapport TNO--UT-12-1633TNO--UT-12-1633 Bijlage B 3/4 Ossendrecht R892 Kallo-Beveren 2 2 3 1 3 3 3 1 2 2 2 1 2 1 2 1 Figuur 1 Concentratiewindrozen van NO 2 (µg/m 3 ) op locaties Ossendrecht (roze) en R892 Kallo-Beveren (blauw) in 11. 2 3 15 1 3 3 3 5-5 -15 2 3 1. 1 3 3 3.5. -.5 2-25 2-1. 2 2 2 2 2 1 2 1 2 2 1 1 2 2 1 1 Figuur 11 Links: windroos van het NO 2 concentratieverschil (µg/m 3 ) tussen locaties Ossendrecht en R892 Kallo-Beveren. Rechts: windroos van de NO 2 bijdrage (µg/m 3 ) per sector in Ossendrecht. De zwarte lijn is de -lijn.

TNO-rapport TNO--UT-12-1633TNO--UT-12-1633 Bijlage B 4/4 Ossendrecht R897 Antwerpen 2 2 3 1 3 3 3 1 2 2 2 1 2 1 2 1 Figuur 12 Concentratiewindrozen van NO 2 (µg/m 3 ) op locaties Ossendrecht (roze) en R897 Antwerpen (blauw) in 11. 2 3 15 1 3 3 3 5-5 -15 2 3 1. 1 3 3 3.5. -.5 2-25 2-1. 2 2 2 2 2 1 2 1 2 2 1 1 2 2 1 1 Figuur 13 Links: windroos van het NO 2 concentratieverschil (µg/m 3 ) tussen locaties Ossendrecht en R897 Antwerpen. Rechts: windroos van de NO 2 bijdrage (µg/m 3 ) per sector in Ossendrecht. De zwarte lijn is de -lijn.

TNO-rapport TNO--UT-12-1633TNO--UT-12-1633 Bijlage C 1/4 C Windrozen voor NO 2 voor Woensdrecht Woensdrecht R8 Doel-Beveren 2 2 3 1 3 3 3 1 2 2 2 1 2 1 2 1 Figuur 14 Concentratiewindrozen van NO 2 (µg/m 3 ) op locaties Woensdrecht (roze) en R8 Doel-Beveren (blauw) in 11. 2 3 15 1 3 3 3 5-5 -15 2 3 1. 1 3 3 3.5. -.5 2-25 2-1. 2 2 2 2 2 1 2 1 2 2 1 1 2 2 1 1 Figuur 15 Links: windroos van het NO 2 concentratieverschil (µg/m 3 ) tussen locaties Woensdrecht en R8 Doel-Beveren. Rechts: windroos van de NO 2 bijdrage (µg/m 3 ) per sector in Woensdrecht. De zwarte lijn is de -lijn.

TNO-rapport TNO--UT-12-1633TNO--UT-12-1633 Bijlage C 2/4 Woensdrecht R821 Beveren 2 2 3 1 3 3 3 1 2 2 2 1 2 1 2 1 Figuur 16 Concentratiewindrozen van NO 2 (µg/m 3 ) op locaties Woensdrecht (roze) en R821 Beveren (blauw) in 11. 2 3 15 1 3 3 3 5-5 -15 2 3 1. 1 3 3 3.5. -.5 2-25 2-1. 2 2 2 2 2 1 2 1 2 2 1 1 2 2 1 1 Figuur 17 Links: windroos van het NO 2 concentratieverschil (µg/m 3 ) tussen locaties Woensdrecht en R821 Beveren. Rechts: windroos van de NO 2 bijdrage (µg/m 3 ) per sector in Woensdrecht. De zwarte lijn is de -lijn.

TNO-rapport TNO--UT-12-1633TNO--UT-12-1633 Bijlage C 3/4 Woensdrecht R892 Kallo-Beveren 2 2 3 1 3 3 3 1 2 2 2 1 2 1 2 1 Figuur 18 Concentratiewindrozen van NO 2 (µg/m 3 ) op locaties Woensdrecht (roze) en R892 Kallo-Beveren (blauw) in 11. 2 3 15 1 3 3 3 5-5 -15 2 3 1. 1 3 3 3.5. -.5 2-25 2-1. 2 2 2 2 2 1 2 1 2 2 1 1 2 2 1 1 Figuur 19 Links: windroos van het NO 2 concentratieverschil (µg/m 3 ) tussen locaties Woensdrecht en R892 Kallo-Beveren. Rechts: windroos van de NO 2 bijdrage (µg/m 3 ) per sector in Woensdrecht. De zwarte lijn is de -lijn.

TNO-rapport TNO--UT-12-1633TNO--UT-12-1633 Bijlage C 4/4 Woensdrecht R897 Antwerpen 2 2 3 1 3 3 3 1 2 2 2 1 2 1 2 1 Figuur Concentratiewindrozen van NO 2 (µg/m 3 ) op locaties Woensdrecht (roze) en R897 Antwerpen (blauw) in 11. 2 3 15 1 3 3 3 5-5 -15 2 3 1. 1 3 3 3.5. -.5 2-25 2-1. 2 2 2 2 2 1 2 1 2 2 1 1 2 2 1 1 Figuur 21 Links: windroos van het NO 2 concentratieverschil (µg/m 3 ) tussen locaties Woensdrecht en R897 Antwerpen. Rechts: windroos van de NO 2 bijdrage (µg/m 3 ) per sector in Woensdrecht. De zwarte lijn is de -lijn.

TNO-rapport TNO--UT-12-1633TNO--UT-12-1633 Bijlage D 1/2 D Windrozen voor benzeen Ossendrecht Ossendrecht R1 Borgerhout R833 Stabroek 33 1 3 3 3 2 33 1 3 3 3 2 2 1 2 1 2 2 2 2 2 2 2 1 2 1 2 2 1 1 2 2 1 1 Figuur 22 Concentratiewindrozen van benzeen (µg/m 3 ) van Ossendrecht en R1 Borgerhout (links) en R833 Stabroek (rechts) in 11. Woensdrecht Woensdrecht R1 Borgerhout R833 Stabroek 33 1 3 3 3 2 33 1 3 3 3 2 2 1 2 1 2 2 2 2 2 2 2 1 2 1 2 2 1 1 2 2 1 1 Figuur 23 Concentratiewindrozen van benzeen (µg/m 3 ) van Woensdrecht en R1 Borgerhout (links) en R833 Stabroek (rechts) in 11.

TNO-rapport TNO--UT-12-1633TNO--UT-12-1633 Bijlage D 2/2 32 1 3 3 3 1 3 3.1 1 3 3.5 2 2. 2-1 2 -.5 2 2 2 2 2 1 2 1 2 2 1 1 2 2 1 1 Figuur 24 Links: windroos van het benzeen concentratieverschil (µg/m 3 ) tussen Ossendrecht en de achtergrondconcentratie van.6 µg/m 3 in 11. Rechts: windroos van de benzeen bijdrage (µg/m 3 ) per sector in Ossendrecht. De zwarte lijn is de -lijn. 32 1 3 3 3 1 3 3 3 3.1 1.5 2 2. 2-1 2 -.5 2 2 2 2 2 1 2 1 2 2 1 1 2 2 1 1 Figuur 25 Links: windroos van het benzeen concentratieverschil (µg/m 3 ) tussen Woensdrecht en de achtergrondconcentratie van 1.1 µg/m 3 in 11. Rechts: windroos van de benzeen bijdrage (µg/m 3 ) per sector in Woensdrecht. De zwarte lijn is de -lijn.

TNO-rapport TNO--UT-12-1633TNO--UT-12-1633 Bijlage E 1/2 E Vergelijking concentratiewindrozen Ossendrecht Woensdrecht Ossendrecht Woensdrecht 2 3 1 3 3 3 1 2 2 2 2 1 2 1 2 1 Figuur 26 Concentratiewindrozen van PM 1 (µg/m 3 ) op locaties Ossendrecht (roze) en Woensdrecht (blauw) in 11.

TNO-rapport TNO--UT-12-1633TNO--UT-12-1633 Bijlage E 2/2 Ossendrecht Woensdrecht 3 1 3 3 3 2 1 2 2 2 2 1 2 1 2 1 Figuur 27 Concentratiewindrozen van NO 2 (µg/m 3 ) op locaties Ossendrecht (roze) en Woensdrecht (blauw) in 11. Ossendrecht Woensdrecht 33 1 3 3 3 2 2 1 2 2 2 2 1 2 1 2 1 Figuur 28 Concentratiewindrozen van benzeen (µg/m 3 ) op locaties Ossendrecht (roze) en Woensdrecht (blauw) in 11.