Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax Datum: 7 december 2015

Vergelijkbare documenten
Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax Datum: 29 januari 2015

Opdrachtgever: Contactpersoon: Uitgevoerd door: Contactpersoon: Datum: Rapportnummer: P

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel

Tonnaer. De heer G. Veugen. WINDMILL Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax.

SAB. De heer C. Deterink. WINDMILL Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax.

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Datum: 14 november 2016

Quickscan externe veiligheid Recreatiegebied Strand Horst te Ermelo

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax Datum: 25 september 2013

Bijlage VIII Onderzoek externe veiligheid

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Datum: 27 september 2016

Bijlage III Externe veiligheid. - afdrukdatum 12 en 14 juni - Externe veiligheid onderzoek ontwikkeling Mulderweg 4/4a Staphorst

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Datum: 31 oktober 2016

Quickscan externe veiligheid

R*rs i co kaart. I Chemelot (bedrijventerrein van DSM, Sabic e.a.) Inrichting algemeen. Landelijk /09 PBp

QUICKSCAN EXTERNE VEILIGHEID

Quickscan externe veiligheid woningbouwlocatie Beekzone in Twello

Onderzoek externe veiligheid

Externe veiligheidsparagraaf. Bestemmingsplan Skoatterwald

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax Datum: 3 september 2014

Intern memo. Projectgroep bestemmingsplan Youri Egorovweg. Archief afdeling Ruimte en Wonen. Gert-Jan van de Bovenkamp

Wonen, winkelen, parkeren, Achtergracht te Weesp Quickscan externe veiligheid. Datum 11 juli 2011 Referentie Uw referentie AM11002

Ten behoeve van besluitvorming omtrent de mogelijk te maken ruimtelijke ontwikkeling is onderzoek verricht naar het aspect externe veiligheid.

SCM Milieu BV. mr. I. Vromen. WINDMILL Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax.

Kazernelaan te Weert Quickscan externe veiligheid. Datum 2 december 2011 Referentie

memo betreft: Quickscan externe veiligheid woontoren Bètaplein Leiden (120728)

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax Datum: 28 mei Rapportnummer: P2014.

Notitie. Onderzoek externe veiligheid Lelystad bestemmingsplan Stadsrandgebied. 1 Inleiding

Intern memo. Projectteam Uitwerkingsplan Almere Poort - Duin 1e fase. Archief afdeling Ruimte en Wonen. Gert-Jan van de Bovenkamp

B.R01. IJsselstein Clinckhoeff - onderzoek externe veiligheid Bunnik Projekten in IJsselstein. datum: 10 oktober 2013

Externe veiligheid en 20 woningen Noordwolderweg te Bedum

Herstructurering Biedermeier Mariaberg te Maastricht Quickscan externe veiligheid. Datum 19 december 2012 Referentie

Risico-inventarisatie Gebiedsontwikkeling Poelkampen Zandwinlocatie

memo betreft: Quickscan externe veiligheid, Westzijde , Zaandam, ons kenmerk

Quickscan externe veiligheid Woningbouw Merellaan te Capelle aan den IJssel

QUICKSCAN EXTERNE VEILIGHEID

Planlocatie Nuland Oost te Nuland

Quickscan Externe Veiligheid uitbreiding recreatieterrein d'olde Kamp te Ansen

BP Vijverdalseweg te Maastricht Quickscan externe veiligheid. Datum 29 maart 2012 Referentie

Intern memo. Projectteam bestemmingsplan Staatsliedenwijk. Archief afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling & Mobilliteit. Gert-Jan van de Bovenkamp

Risicoanalyse transport gevaarlijke stoffen A1 en spoor Amersfoort-Deventer t.b.v woningbouwplan Bijenvlucht te Hoevelaken

Goirle, Vennerode. Onderzoek externe veiligheid. Auteur(s) drs. M. de Jonge. Opdrachtgever Woonstichting Leyakkers Postbus AB Rijen

K+ Adviesgroep BV. Mevrouw ir. W.M. Siebesma

Risicoanalyse transport Spoor en Vaarwegen

Datum Documentnummer Project Auteur 25 mei L.C. Luijendijk

memo Quick scan externe veiligheid Driebergsestraatweg 63 te Doorn

Madewater en Westmade te Monster externe veiligheid. Concept

Advies Externe Veiligheid inzake ruimtelijke onderbouwing actualisatie Bestemmingsplan Wijnjewoude-Klein Groningen

Risicoberekeningen Schoutenstraat te Barneveld. Risicoberekeningen Schoutenstraat Barneveld

Quickscan externe veiligheid t.b.v. bestemmingsplan De Hoven, De Werven en De Gouwen

Dorado Beach. Externe Veiligheid. Definitief. Grontmij Nederland B.V. Arnhem, 29 oktober GM , revisie 00

Externe veiligheid. Algemeen

Woningbouw Mariahoeve Den Haag actualisatie externe veiligheid

Advies Externe Veiligheid inzake bestemmingsplan Buitenpost-Centrum te Buitenpost

Project : Friesestraatweg Groningen. Opdrachtgever : Aeres Milieu. Projectnr. : M Referentie : WS/WS/M Datum : 26 april 2016

Advies Externe Veiligheid inzake bestemmingsplan Uitbreiding Feanwâlden De Bosk te Feanwâlden

Externe Veiligheid Stationskwartier, deelgebied C

Rapportage quickscan externe veiligheid

QUICKSCAN EXTERNE VEILIGHEID

Quickscan Externe veiligheid Ontwerpbestemmingsplan Bentinckspark, deelplan Kalkoven

Risicoanalyse vervoer gevaarlijke stoffen provinciale weg N 996 en Spoorwegtraject Sauwerd Delfzijl te Loppersum

Notitie 1. Inleiding

Advies externe veiligheid

Externe Veiligheid ontwikkeling Amefa-terrein Apeldoorn

Memo externe veiligheid

Notitie. Betreft : Berekening plaatsgebonden risico en groepsrisico hogedruk aardgasleiding t.b.v. bestemmingsplan Landgoed Heideburgh te Rucphen

Risico-inventarisatie Uitbreidingslocatie Golfbaan Wageningen

QUICKSCAN EXTERNE VEILIGHEID

Intern memo. Kernteam herziening bestemmingsplan bedrijvenpark Stichtsekant. Archief afdeling Ruimte en Wonen. Gert-Jan van de Bovenkamp

Plattelandmuseum Roosendaalseweg 39 te Sint Willebrord Externe Veiligheid. Datum 27 juni 2012 Referentie Uw referentie AM12173

Quickscan externe veiligheid Landgoed 'Klein Wolfswinkel' te Renswoude

Bijlage Nota van wijzigingen. Paragraaf Externe veiligheid Herziening Metal Valley

QUICKSCAN EXTERNE VEILIGHEID INVLOEDSGEBIEDEN

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax Datum: 29 februari 2016

Externe veiligheid Bestemmingsplan Koningin Julianaplein. Datum 17 juli 2012 Referentie

Uitbreiding Brusselse Poort te Maastricht Quickscan externe veiligheid. Datum 2 september 2013 Referentie

Gemeente Lansingerland 01 Inkomende Post d.d. 01/11/ /III IIII IIIII IIII IIIIII IIIII IIIII IIIII IIIII IIII IIII 116.

Risicoanalyse transport spoor

Externe Veiligheid beheersverordening Prins Hendrikpark te Baarn

Notitie. : Aldi Oosterbroekweg Gronsveld. Datum : 1 juni 2015 : Externe veiligheid. 1 Inleiding

Milieuonderzoeken Losplaatsweg Noordwijk te Noordwijk

Externe Veiligheid. Bestemmingsplan Aldi Zwaanplein

1.1 Externe veiligheid Beoordelingskader

Externe Veiligheid bestemmingsplan ABC Liendert

Risicoanalyse vervoer gevaarlijke stoffen N388 Bestemmingsplan Kalkovens en vissershuisje Zoutkamp

Notitie Externe veiligheid

: RUD Utrecht. Externe Veiligheid Omgevingsplan De Geer. : Gemeente Amersfoort, mevrouw C. Heezen

Carola risicoberekening 'Hoofdstraat 27 De Steeg

Bureau externe veiligheid \fryslan

Opdrachtgever: Contactpersoon: Uitgevoerd door: Contactpersoon: Datum: Rapportnummer: P

Nettorama te Sittard Quickscan externe veiligheid. Datum 7 december 2011 Referentie

Het externe veiligheidsbeleid is verankerd in diverse wet- en regelgeving. De volgende besluiten zijn relevant:

Onderzoek Externe Veiligheid

Realisatie appartementenblokken Joannes Riviusstraat te Elsloo Quickscan externe veiligheid. Datum 2 december 2011 Referentie

Voorstel EV Ruimtelijke onderbouwing Harderweide deelplan 2

Quickscan externe veiligheid

Notitie. : Ruimtelijke onderbouwing, Kantoor Containerterminal Prinses Amaliahaven Beschouwing externe veiligheid. Inleiding

Risico-inventarisatie Boekels Ven

Transcriptie:

Opdrachtgever: BRO Contactpersoon: Mevrouw C. Verberne Uitgevoerd door: Contactpersoon: WINDMILL Milieu I Management I Advies Postbus 5 6267 ZG Cadier en Keer Tel. 043 407 09 71 Fax. 043 407 09 72 ing. R.J.A. Alferink Datum: 7 december 2015 Rapportnummer: P2015.174.01-02 Inventarisatie van de risico s van het transport, het gebruik of de opslag van gevaarlijke stoffen ten behoeve van een plan aan de Salvador Allendelaan 8 te s-hertogenbosch.

Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 1.1 Algemeen... 3 2 Transportassen... 4 2.1 Inleiding... 4 2.2 Wettelijk kader... 4 2.2.1 Risiconormen... 4 2.2.2 Onderzoeksgebied... 5 2.3 Transport over waterwegen... 5 2.4 Transport over wegen... 5 2.4.1 A59... 6 2.4.2 A2... 6 2.5 Transport over het spoor... 6 3 Buisleidingen... 8 3.1 Inleiding... 8 3.2 Wettelijk kader... 8 3.3 Inventarisatie lokale buisleidingen... 8 4 Externe veiligheid inrichtingen... 10 4.1 Inleiding... 10 4.2 Wettelijk kader... 10 4.3 Inventarisatie relevante inrichtingen... 10 5 Samenvatting en conclusies... 12 Bijlagen Bijlage I Objectrapport buisleidingen 2

1 Inleiding 1.1 Algemeen In opdracht van BRO is door Windmill Milieu en Management een inventarisatie uitgevoerd van de externe veiligheidsrisico s ten behoeve van een projectlocatie gelegen aan de Salvador Allendelaan 8 in s-hertogenbosch. Op deze locatie is nu een maatschappelijke functie aanwezig. De initiatiefnemer wenst hier woningen te realiseren. Voor de vestiging van woningen moet de bestemming worden gewijzigd. Woningen worden in het kader van externe veiligheid aangemerkt als kwetsbaar object. In het kader van het onderzoek naar de inpassingsmogelijkheden van de woningen dienen de externe veiligheidsrisico s ten gevolge van activiteiten in de directe omgeving te worden geïnventariseerd. Externe veiligheidsrisico s kunnen ontstaan door het transport van gevaarlijke stoffen door buisleidingen en over transportroutes (weg, spoor en water) en het gebruik of de opslag van gevaarlijke stoffen bij inrichtingen. In deze quickscan zijn de risicobronnen geïnventariseerd en is beoordeeld of de genoemde risicobronnen mogelijk een belemmering vormen op de ontwikkelingsmogelijkheden van het plangebied. Indien risicobronnen een mogelijke belemmering vormen, is een vervolgonderzoek noodzakelijk. De ligging van de planlocatie is weergegeven in figuur 1.1. Figuur 1.1: Ligging van het plangebied 3

2 Transportassen 2.1 Inleiding Eén van de aandachtspunten bij het ontwikkelen van een plan waar mensen verblijven, zoals de voorgenomen ontwikkeling, zijn de externe veiligheidsrisico s vanwege het transport van gevaarlijke stoffen over de weg, het spoor en het water. Bepaald dient te worden of het vervoer van gevaarlijke stoffen consequenties kan hebben voor de gewenste ontwikkeling. Transporten met gevaarlijke stoffen vinden plaats over A- en N- wegen, spoorlijnen en waterwegen. 2.2 Wettelijk kader Bij externe veiligheid wordt onderscheid gemaakt in de richtlijnen voor stationaire bronnen en transportassen De regelgeving rond de risico s van het transport van gevaarlijke stoffen volgt per 1 april 2015 uit de Wet vervoer gevaarlijke stoffen (WVGS, Stb. 2013, nr. 307). De WVGS vervangt de nota en de circulaire Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen (Rnvgs). In de WVGS en het besluit externe veiligheid transportroutes (Bevt) worden normwaarden gegeven voor twee verschillende typen risico s, het plaatsgebonden risico en het groepsrisico. In de bijlagen van de Regeling basisnet is opgenomen voor welke transportroutes de externe veiligheidsrisico s bepaald moeten worden. In de Handleiding Risicoanalyse Transport (HART) is vastgelegd hoe de risico s van transport van gevaarlijke stoffen berekend en geanalyseerd moeten worden. 2.2.1 Risiconormen Het begrip risico wordt in beeld gebracht door middel van twee begrippen: het plaatsgebonden risico (PR) en het groepsrisico (GR). Het PR is de kans per jaar dat een persoon die onafgebroken en onbeschermd op een plaats langs een transportroute verblijft, komt te overlijden als gevolg van een incident met het vervoer van gevaarlijke stoffen. De hoogte van het GR representeert de kans per jaar per kilometer transportroute dat een groep van 10 of meer personen in de omgeving van de transportroute in één keer het dodelijk slachtoffer wordt van een ongeval op die transportroute. In de HART zijn per stofcategorie en per modaliteit vaste afstanden opgenomen voor de begrenzing van het invloedsgebied. De ligging van het invloedsgebied is per stofcategorie en per modaliteit (weg of spoor) in navolgende tabel 2.1 weergegeven. 4

Tabel 2.1: Invloedsgebied per stofcategorie en modaliteit Stofcategorie Invloedsgebied [m] weg, water spoor spoor weg water LF1 45 35 LF2 C3 35 45 35 LT1 D3 375 730 600 LT2 880 880 LT3 D4 >4000 >4000 n.v.t. LT4 n.v.t. n.v.t. GF1 40 n.v.t. GF2 280 65 GF3 A 460 355 90 GT2 245 n.v.t. GT3 B2 995 560 1070 GT4 B3 >4000 >4000 n.v.t. GT5 B3 >4000 >4000 n.v.t. 2.2.2 Onderzoeksgebied Overeenkomstig het Bevt (artikel 8, lid 1) en de HART (paragraaf 2.1) hoeven geen beperkingen aan het ruimtegebruik van een plan te worden gesteld in het gebied dat op meer dan 200 meter van een route of tracé ligt. Indien de risicobron op meer dan 200 meter afstand van het plangebied is gelegen, hoeft geen berekening plaats te vinden van de ligging van de plaatsgebonden risicocontouren of de (toename van) de hoogte van het groepsrisico. Buiten de afstand van 200 meter, maar binnen het invloedsgebied van de betreffende transportas dient het bevoegd gezag wel aandacht te geven aan de bereikbaarheid vn de locatie en bestrijdbaarheid bij een eventuele calamiteit. Het invloedsgebied volgt eveneens uit de HART. 2.3 Transport over waterwegen Ten aanzien van de veiligheidsrisico s in het plangebied als gevolg van het vervoer van gevaarlijke stoffen over het water zijn uitsluitend waterwegen van belang waar vervoer van gevaarlijke stoffen in bulkvervoer is toegestaan. De dichtstbijzijnde waterweg is de ten noorden van het plangebied gelegen Maas. De afstand tot deze transportroute bedraagt circa 3 kilometer. Het maximale invloedsgebied ten gevolge van het transport van gevaarlijke stoffen over waterwegen bedraagt 1.070 meter. Derhalve reikt het invloedsgebied van deze waterweg niet tot de planlocatie. De risico s als gevolg van het transport over het water vormen derhalve geen belemmering voor de planlocatie. 2.4 Transport over wegen Ten aanzien van de veiligheidsrisico s in het plangebied als gevolg van het vervoer van gevaarlijke stoffen over de weg zijn uitsluitend de transportassen van belang waar vervoer van gevaarlijke stoffen in bulkvervoer is toegestaan. In beginsel zijn dit A- en N- wegen waarover structureel vervoer van gevaarlijke stoffen plaatsvindt. Binnen de gemeente vindt transport van gevaarlijke stoffen plaats over de rijkswegen A59 en de A2, de provinciale weg N279 en incidenteel over enkele lokale wegen. 5

2.4.1 A59 2.4.2 A2 P2015.174.01-02 / 7 december 2015 Voor de onderhavige planlocatie zijn de A59 en A2 relevant. Het plangebied is gelegen op circa 275 meter van de A59 en op ongeveer 2 kilometer afstand van het plangebied ligt de A2. Aangezien het invloedgebied van een weg tot > 4000 m kan reiken, is deze laatste weg eveneens mogelijk relevant. De A59 (B18: afrit 42 (Heusden) - Knpooppunt Empel) is opgenomen in het Basisnet. Uit het Basisnet blijkt dat op het weggedeelte van de A59 geen PR 10-6 -risicocontour heeft (afstand bedraagt 0 meter). De PR 10-6 -risicocontour reikt derhalve niet tot aan het plangebied. Tevens blijkt uit het Basisnet dat voor dit weggedeelte geen sprake is van een plasbrandaandachtsgebied. De A59 bevindt zich op meer dan 200 meter afstand van het plangebied, waardoor de hoogte van het groepsrisico niet kwantitatief inzichtelijk hoeft te worden gemaakt. Uit de jaarintensiteiten van Rijkswaterstaat blijkt dat over de A59 ter hoogte van het plangebied brandbare vloeistoffen (LF1 en LF2) alsmede brandbare gassen (GF2 en GF3) worden vervoerd. Het grootst mogelijke invloedsgebied (1% letaliteitsafstand) wordt veroorzaakt door het transport van GF3 en bedraagt 355 meter. Het plangebied ligt derhalve niet binnen het invloedsgebied van de A59. De risico s als gevolg van het transport over de A59 vormen derhalve geen belemmering voor de planlocatie. Het plangebied ligt echter wel op meer dan 200 meter afstand van de transportas. Hierom is een kwantitatieve analyse van de hoogte van het groepsrisico niet noodzakelijk. Het bevoegd gezag dient wel een beperkte verantwoording op te stellen. De A2 bevindt zich op 2 km afstand van het plangebied, waardoor de hoogte van het groepsrisico niet kwantitatief inzichtelijk hoeft te worden gemaakt. Uit de jaarintensiteiten van Rijkswaterstaat blijkt dat over de A2 ter hoogte van het plangebied brandbare stoffen (LF1, LF2 en GF3) alsmede toxische stoffen (LT1, LT2 en GT3) worden vervoerd. Het grootst mogelijke invloedsgebied (1% letaliteitsafstand) wordt veroorzaakt door het transport van GT3 en bedraagt 560 meter. Het plangebied ligt derhalve niet binnen het invloedsgebied van de A2. De risico s als gevolg van het transport over de A2 vormen derhalve geen aandachtspunt voor de planlocatie. 2.5 Transport over het spoor Het plangebied bevindt zich op een afstand van circa 530 meter ten westen van de spoorlijn s-hertogenbosch-geldermalsen en circa 1.000 meter ten noorden van de spoorlijn s-hertogenbosch-nijmegen. Ten aanzien van de veiligheidsrisico s is een spoor uitsluitend van belang indien hierover gevaarlijke stoffen worden getransporteerd. Het spoorvak s-hertogenbosch- Geldermalsen is niet opgenomen in het Basisnet. Over deze spoorlijn vindt geen structureel vervoer van gevaarlijke stoffen plaats. Het spoorvak s-hertogenbosch-nijmegen (route 64) is wel opgenomen in het Basisnet. Uit het Basisnet blijkt dat op het spoorvak s-hertogenbosch-nijmegen geen PR 10-6 - 6

risicocontour heeft (afstand bedraagt 0 meter). De PR 10-6 -risicocontour reikt derhalve niet tot aan het plangebied. Tevens blijkt uit het Basisnet dat voor dit spoorval geen sprake is van een plasbrandaandachtsgebied. Uit het basisnet blijkt dat over het spoorvak ter hoogte van het plangebied toxische vloeistoffen (D4) worden getransporteerd waardoor een invloedsgebied (1% letaliteitsafstand) van meer dan 4000 meter geldt. Het plangebied ligt derhalve binnen het invloedsgebied van het spoorvak s-hertogenbosch-nijmegen. Het plangebied ligt echter wel op meer dan 200 meter afstand van de transportas. Hierom is een kwantitatieve analyse van de hoogte van het groepsrisico niet noodzakelijk. Het bevoegd gezag dient wel een beperkte verantwoording op te stellen. 7

3 Buisleidingen 3.1 Inleiding Bij de realisatie van (beperkt) kwetsbare objecten dient tevens rekening te worden gehouden met het vervoer van gevaarlijke stoffen door buisleidingen waarvoor bepaalde aan te houden risicoafstanden gelden. Deze afstanden zijn onder andere afhankelijk van de aard van de stof, de druk waaronder deze wordt getransporteerd, de diepteligging en de diameter en wanddikte van de buisleiding. Ten aanzien van de externe veiligheid gaat het vooral om de risico s in het geval er iets fout gaat met een hogedruk aardgastransportleiding. Maar ook andere buisleidingen kunnen een aandachtsgebied voor externe veiligheid hebben die tot over het plan reiken. Bepaald dient te worden of eventueel aanwezige buisleidingen consequenties kunnen hebben voor de planlocatie. 3.2 Wettelijk kader Per 1 januari 2011 is het Besluit externe veiligheid buisleidingen (Bevb) in werking getreden. Dit besluit sluit aan bij de risiconormering uit het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi). Dat betekent dat de toetsings- en bebouwingsafstand worden vervangen door een afstand voor het plaatsgebonden risico (PR) en een afstand voor het invloedsgebied van het groepsrisico (GR). Voor het PR geldt dat er binnen de 10-6 - risicocontour geen kwetsbare objecten mogen worden gerealiseerd. Voor beperkt kwetsbare objecten geldt deze waarde als een richtwaarde. Voor het GR geldt, indien er objecten binnen het invloedsgebied liggen, een verantwoordingsplicht. 3.3 Inventarisatie lokale buisleidingen Eventuele risico s van buisleidingen zijn pas relevant indien de effecten van een ongeval de plangrens kan overschrijden. Om inzicht te krijgen in de bandbreedte van het invloedsgebied van buisleidingen wordt tabel 1 Diameter en druk afhankelijke afstand ter inventarisatie bebouwing bij een bepaald tracé gehanteerd die opgenomen is in de notitie Eisen omgevingsdata in het kader van groepsrisicoberekeningen bij ruimtelijke ontwikkeling, revisie 4 van de N.V. Nederlandse Gasunie. Hieruit blijkt dat de grootst mogelijke inventarisatieafstand van een buisleiding 580 meter bedraagt. Voor plannen op meer dan 580 meter afstand van een buisleiding kan dan ook worden geconcludeerd dat geen beperkingen gelden voor het plan; de berekening van de ligging van de plaatsgebonden risicocontouren of de (toename van) de hoogte van het groepsrisico is dan niet aan de orde. Op circa 295 meter afstand van de planlocatie is de hogedruk aardgastransportleiding Z-523-01 gelegen. De ligging van de buisleiding is weergegeven in navolgende figuur 3.1. Er zijn geen andere buisleidingen op minder dan de maximale inventarisatieafstand van 580 meter van het plan gelegen. 8

Plangebied Figuur 3.1: Ligging buisleidingen Op basis van de leidingkenmerken (diameter 12 inch, druk 40 bar) geldt voor de buisleiding Z-523-01 een inventarisatieafstand van 120 meter. Het plangebied is derhalve niet gelegen binnen de inventarisatieafstand. De risico s als gevolg van het transport van gevaarlijke stoffen door buisleidingen vormen derhalve geen belemmering voor de planlocatie. 9

4 Externe veiligheid inrichtingen 4.1 Inleiding Naast het vervoer van gevaarlijke stoffen over transportroutes en door buisleidingen, dient bij de realisatie van het plan ook rekening te worden gehouden met de opslag en het gebruik van gevaarlijke stoffen bij inrichtingen waarvoor ook aan te houden risicoafstanden gelden. Bepaald dient te worden of eventueel aanwezige risicovolle inrichtingen belemmeringen kunnen vormen voor de planrealisatie. 4.2 Wettelijk kader Voor risicovolle activiteiten en/of risicovolle installaties bij inrichtingen worden ten aanzien van het milieuhygiënische aspect externe veiligheid regels gesteld in het Activiteitenbesluit milieubeheer. In het Activiteitenbesluit milieubeheer wordt aangesloten op de van toepassing zijnde publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen (PGS). Daarnaast is een aantal rechtstreeks geldende besluiten van belang waarin te respecteren veiligheidsafstanden en/of risicocontouren zijn opgenomen. Hierbij kan gedacht worden aan het Besluit risico s zware ongevallen (Brzo 1999), het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi), de Circulaire opslag ontplofbare stoffen voor civiel gebruik en het Vuurwerkbesluit. Voor zover het Bevi, Brzo 1999 en de Circulaire opslag ontplofbare stoffen voor civiel gebruik niet van toepassing is, vallen activiteiten met gevaarlijke stoffen onder het Activiteitenbesluit. Indien de drempelwaarden uit bijlage 1 van het Activiteitenbesluit milieubeheer niet wordt overschreden, vallen activiteiten met de opslag van ontplofbare stoffen zoals genoemd in het Vuurwerkbesluit eveneens onder het Activiteitenbesluit milieubeheer. In specifieke gevallen kunnen aanvullende voorschriften zijn opgenomen in een individuele milieuvergunning. De effecten met betrekking tot externe veiligheid worden uitgedrukt in te respecteren veiligheidsafstanden, plaatsgebonden risico en het groepsrisico. 4.3 Inventarisatie relevante inrichtingen Met behulp van de risicokaart is bepaald of het plangebied binnen de plaatsgebonden risicocontouren, dan wel invloedsgebieden van omliggende risicovolle inrichtingen is gelegen. In de uitsnede in onderstaande figuur is de ligging van relevante inrichtingen in de directe omgeving van het plangebied weergegeven. 10

Plangebied Figuur 4.1: Ligging inrichtingen ten opzichte van het plangebied Uit figuur 4.1 blijkt dat in de directe omgeving van het plangebied inrichtingen aanwezig zijn waarbij externe veiligheid een rol speelt. In de figuur zijn eveneens de invloedsgebieden weergegeven (blauw). Hieruit blijkt dat het plangebied niet is gelegen binnen plaatsgebonden risicocontouren van inrichtingen in de omgeving. Geconcludeerd wordt dat de risico s als gevolg van inrichtingen geen belemmering voor de planlocatie vormen. 11

5 Samenvatting en conclusies In opdracht van BRO is door Windmill Milieu en Management een inventarisatie uitgevoerd van de externe veiligheidsrisico s ten behoeve van een projectlocatie gelegen aan de Salvador Allendelaan 8 in s-hertogenbosch. Op deze locatie is nu een maatschappelijke functie aanwezig. De initiatiefnemer wenst hier woningen te realiseren. Voor de vestiging van woningen moet de bestemming worden gewijzigd. Woningen worden in het kader van externe veiligheid aangemerkt als kwetsbaar object. In het kader van het onderzoek naar de inpassingsmogelijkheden van de woningen dienen de externe veiligheidsrisico s ten gevolge van activiteiten in de directe omgeving te worden geïnventariseerd. In dit rapport zijn resultaten gepresenteerd van de quickscan naar de invloed van externe veiligheidsrisico s met het oog op de realisatie van een woningen. In dit hoofdstuk staan kort de conclusies van dit onderzoek beschreven. De risico s als gevolg van het transport over transportroutes, water, weg en spoor, vormen geen belemmering voor de planlocatie. Het plangebied ligt wel binnen het invloedsgebied van het spoorvak s-hertogenbosch-nijmegen. Het bevoegd gezag dient hiervoor een beperkte verantwoording op te stellen. Het plangebied is niet gelegen binnen de inventarisatieafstand van buisleidingen. De risico s als gevolg van het transport van gevaarlijke stoffen door buisleidingen vormen derhalve geen belemmering voor de planlocatie. De planlocatie is niet gelegen binnen het invloedsgebied van inrichtingen. De risico s als gevolg van het handelen met gevaarlijke stoffen bij inrichtingen vormt derhalve geen belemmering voor de planlocatie. Resumerend kan worden geconcludeerd dat vanuit het oogpunt van externe veiligheid geen belemmeringen bestaan voor de realisatie van het plan. WINDMILL MILIEU I MANAGEMENT I ADVIES ing. R.J.A. Alferink 12

I. BIJLAGE Objectrapport buisleidingen

Landelijk Rapportbeschrijving: 137844 - Leiding Gasunie 2007073001/04 PRp 137844 - Leiding Gasunie Algemene gegevens Bevoegd gezag Is gepubliceerd Status Type Gegevensherkomst Externe Id Opname datum (bron) Lengte transportdeel [m] Transportdeel soort Informatie over invoer IenM Ja Geaccordeerd door BG Aardgasleiding NEN 3650-leiding 200532767#200376489 165 buisleidingdeel Datum eerste registratie 1-1-2000 Ingevoerd door CDS Gasunie Usernaam CDS_Gasunie Datum laatste mutatie 1-1-2000 Datum laatste autorisatie Hoofdtransportroute / Corridor (transportroutedeel maakt hiervan deel uit) Naam Omschrijving Modaliteit Z-523-01 Buisleiding Afgedrukt op:7-8-2015 Pagina 1 van 3

Landelijk Rapportbeschrijving: 137844 - Leiding Gasunie 2007073001/04 PRp 137844 - Leiding Gasunie Kaartje Klik hier voor een grotere kaart Achtergronddocument gegevens Volgnummer Beschrijving Stof gegevens Maatgevend risico Officiële naam Stofnaam Casnr Ja methane methaan 74-82-8 Afgedrukt op:7-8-2015 Pagina 2 van 3

Landelijk Rapportbeschrijving: 137844 - Leiding Gasunie 2007073001/04 PRp 137844 - Leiding Gasunie Risico effect bevolking Plaatsgebonden risico Rekenprogramma Datum berekening Risicocontour Risicoafst. (PR 10-5) [m] Risicocontour Risicoafst. (PR 10-6) [m] Risicocontour Risicoafst. (PR 10-7) [m] Risicocontour Risicoafst. (PR 10-8) [m] Objecten binnen de PR 10-6 Plaatsgebonden risico Effectafstand dodelijk [m] effectafstand gewond [m] Maatgevend scenario dodelijk Maatgevend scenario gewond Groepsrisico gegevens Overschrijdingsfactor oriëntatiewaarde Aantal mogelijke slachtoffers Frequentie aantal slachtoffers Details buisleiding Concessie verleend Concessiehouder Beheerder Gasunie Transport Services B.V. Gebruikers buisleiding Jaar ingebruikname Uitwendige diameter 324,00 [mm] 12,76 [inch] Inwendige diameter [mm] [inch] Wanddikte buisleiding 7,00 [mm] 0,28 [inch] Maximale werkdruk 40,00 [bar] 4000,00 [kpa] Ligging bovenkant buisleidingdeel [cm] 111 Staalsoort 5L GRADE B Maatregel Afgedrukt op:7-8-2015 Pagina 3 van 3