NOTITIE. Gemeente Amersfoort R. van Assema Postbus EA Amersfoort. Vleermuizeninspectie Belgenmonument Amersfoort

Vergelijkbare documenten
Van: Verzonden: Aan: Onderwerp:

Vleermuisonderzoek Prins Mauritsschool Nijmegen

Gemeente s-hertogenbosch Dhr. T. van Tol Postbus GZ s-hertogenbosch

Nader onderzoek vleermuizen schoolgebouw Anne Franklaan, Montfoort

Uitvoering mitigerende maatregelen Ruusbroeckstraat en omgeving

NOTITIE. Methodiek. Plangebied en ingreep

NOTITIE. Quickscan perceel Veldstraat 4 te Nijmegen. Methodiek. Plangebied en ingreep

Onderzoek in het kader van de Flora- en faunawet E. Korsten F.L.A. Brekelmans M. Boonman G. Hoefsloot

Aanvullend vleermuisonderzoek plangebied Dennenlaan en Olmenlaan te Zwanenburg

Flora- en faunawet quick scan plangebied Voorzieningenhart Waterkwartier

Natuurtoets Haarweg 127 te Gorinchem

Gemeente s Hertogenbosch Dhr. J. Winter Postbus GZ s-hertogenbosch

de heer A. van Straalen Zwaansweg 2B 4247 EX Kedichem Quick scan beschermde soorten Zwaansweg 2B, Kedichem

Vliegroute vleermuizen Noordelijke Hogeschool Leeuwarden Beoordeling van de effectiviteit van een tijdelijke vliegroute voor vleermuizen in juli 2008

Vleermuisonderzoek Zwanenburg

Vleermuizen MOB Ulicoten Onderzoek naar het gebruik van MOB complex Ulicoten door vleermuizen

Overwinterende vleermuizen op Lunetten 2. Voortgangsrapport 2014

P.W. Pastoor Blauwverversteeg DX Harderwijk. Notitie veldbezoek perceel Blauwverversteeg 3 te Harderwijk

Notitie quickscan beschermde soorten Peter Zuidlaan 22 te Veldhoven

Notitie veldbezoek Middelweg 12 te Moordrecht

Vleermuisonderzoek watertoren, Tiel

Aanvullend vleermuisonderzoek restaurant Castellum Novum in De Meern

Vleermuisonderzoek locatie Merenhoef te Maarssen

RBOI Rotterdam bv T.a.v.: Dhr. D. Willems Postbus AD Rotterdam

Aanvullend natuuronderzoek voormalig Zoutdepot Breukelen

Ontwikkeling Vleermuisverblijf Lindostraat, Utrecht. M. Boonman

Vleermuisonderzoek Schuttersbosch Eindhoven

Gemeente Nijmegen T. Martens Postbus HG Nijmegen. Quick scan Flora- en faunawet Mesdagstraat te Nijmegen

Vleermuisonderzoek Gorinchem

Vleermuisinventarisatie aan de Hofstraat te s- Heerenberg

Vleermuisinventarisatie De Annenborch, Rosmalen

Boomcontrole vleermuizen boom 61145, Nieuwegracht te Utrecht

Bureau Waardenburg bv. 0.42a, " Notitie aanvullend onderzoek Valleipark te Leusden

Notitie flora en fauna

Vleermuisonderzoek Geuzenveld-Slotermeer R.M. Koelman

Vleermuizen en de ruimte binnen de Flora- en faunawet

Bijlagen. Gemeente Arnhem. Bijlage 1 Natuuronderzoek P&R station Arnhem-Zuid Bijlage 2 Bestemmingsplan Elderveld voorschriften + plankaart

Middels deze brief ontvangt u de resultaten van het nader ecologisch onderzoek op de projectlocatie Scheveningen Bad.

NOTITIE Gemeente 's-hertogenbosch T. van Tol Postbus GZ s-hertogenbosch

Gemeente Soest Dhr. W. Theijse postbus CA Soest. drs. G.J. Brandjes & drs. D. Emond drs. D. Emond

Nader onderzoek Vleermuizen en Steenmarter Ellertshaar 6 (gemeente Borger Odoorn)

Resultaten vleermuisonderzoek Huutgraaf te Beuningen

Resultaten veldbezoek vleermuizen en vogels Hotels van Oranje te Noordwijk

Quick scan beschermde soorten zonneweide Ceresweg, Tholen

Vleermuisonderzoek A13 en N209

Fopma NatuurAdvies. Veldonderzoek trekroutes vleermuizen en voorkomen Steenmarters, Hammerweg 10, Dalfsen. Rapport: 2011/14

Vleermuizen- en vogelonderzoek Zandweg Leidsche Rijn

Resultaten vleermuis- en huismussenonderzoek in een woonwijk in Zuidlaren

VERENIGING VOOR ZOOGDIERKUNDE EN ZOOGDIERBESCHERMING Oude Kraan 8, 6811 LJ Arnhem, tel , fax ,

ASSCHATTERWEG LEUSDEN. Nader onderzoek naar de aanwezigheid van vleermuizen en de functie van de omgeving voor vleermuizen

NOTITIE. Ecologie & landschap. Conclusie. Toelichting

Opdrachtgever: Geveke Bouw & Ontwikkeling projectnummer:

Monitoring van compenserende maatregelen voor vleermuizen op de voormalige MOB-complexen Heesch, Schaijk en Baarle-Nassau.

Vleermuizen in de Hoge hof (Biesbosch)

Herinrichting recreatiegebied Gouwzeepark - Uytvenne Quickscan Flora- en faunawet vervolgonderzoek vleermuizen

: Holdingmaatschappij D. v.d. Plas BV : dhr. D. van der Plas jr. : Steenbakkerstraat 2 : 2222 AT Katwijk

AANVULLEND ONDERZOEK WINTERVERBLIJFPLAATSEN VLEERMUIZEN LOCATIE OORDT, VRIEZENVEEN

Vleermuisonderzoek opleidingscentrum KLPD, Leusden

Onderzoek vleermuizen

! " # $! % & '%(#(#%) * +,,, & -, ".,,,,,!

Onderzoek vleermuizen

Huismus- en vleermuisinventarisatie op planlocatie de Marke III te Hengevelde

Notitie beschermde soorten M.P. Lindostraat Utrecht ten behoeve van bestemmingsplan-procedure

Contra expertise. Hoenderop, Paleisweg 205, Ermelo. In het kader van de Flora- en faunawet. In opdracht van: Buro voor Bouwkunde Ermelo

Vleermuiswaarden Fort Pannerden Een onderzoek naar de huidige en potentiële waarde van het fort voor vleermuizen R.M. Koelman

INVENTARISATIE VLEERMUIZEN DE WEID WALSTRO 3 CASTRICUM

Onderbouwing beoordeling zorgvuldigheidsbeginsel Flora- en Faunawet Aaltenseweg 92a,92b en Bargerdijk 1 te Dinxperlo, gemeente Aalten

NOTITIE. Conclusie. Plangebied en werkzaamheden

Natuurtoets innamepunt Epe

STEK Wonen t.a.v. mevr. F. Siderius Postbus AC Lisse. maak in TRIAS brief aan en koppel dit document aan deze brief

Toetsing ontwikkelingen knoop Lent aan de Flora- en faunawet en Natuurbeschermingswet

Vleermuisonderzoek. Monnickendam

Vleermuizen DEN HAAG EN OMGEVING KAARTBIJLAGE. Kees Mostert, Zoogdierenwerkgroep Zuid-Holland

Vleermuiswaarden op de mobilisatiecomplexen Baarle-Nassau, Heesch en Schaijk (Noord-Brabant)

Notitie n.a.v. onderzoek vleermuizen

Rapportage onderzoeken vleermuizen, huismus en gierzwaluw Locatie Campagne, Medoclaan te Maastricht

Rapportage onderzoeken vleermuizen, huismus en gierzwaluw

Resultaten telling slaapplaats grutto en andere vogelsoorten 't Broek, Waardenburg

NOTITIE HeijWaal Vastgoedrealisatie t.a.v. de heer R. Uijtewaal Postbus AD Woerden

Geachte mijnheer Eggenhuizen,

Vleermuizen Palmerswaard in het kader van Stroomlijn

Voorontwerp vleermuisvoorzieningen Hertogin Hedwigepolder

Vleermuizen rond verzorgingstehuis Ruijschenbergh, Gemert

Vleermuisonderzoek Molukse Wijk, Tiel

Postbus RK Utrecht

Waternet Amsterdam Dhr M. Van Til Postbus GJ Amsterdam. Notitie bomencontrole langs enkele kanalen in de Amsterdamse Waterleidingsduinen

SCHOLEN LEUSDEN. Nader onderzoek naar de aanwezigheid van vleermuizen en naar de functie van de omgeving voor vleermuizen

Memo Aanleiding Werkwijze

Nader onderzoek naar vleermuizen Nieuw Graswijk te Assen

Sloop pand terrein Schuilenburg te Rhenen

Effecten op beschermde soorten Uitweg 5, Uitweg

HET VOORKOMEN VAN VLEERMUIZEN IN HET PLANGEBIED EN DIRECTE OMGEVING VAN DE BIEZENKAMP TE LEUSDEN

Nader onderzoek beschermde soorten Mozartstraat 1 t/m 15 (oneven), Elst

2. ECOLOGIE VLEERMUIZEN...

Concept HET VOORKOMEN VAN VLEERMUIZEN IN EN ROND DE CONTREIE TE OOSTERHOUT

ACTUALISATIE 2009 VAN HET VOORKOMEN VAN VLEERMUIZEN, GROTE BONTE SPECHT EN STEENUIL IN EN ROND KORTENOORD TE WAGENINGEN

Resultaten onderzoek vleermuizen, huismussen en gierzwaluwen Portiekwoningen Soendalaan-Billitonstraat e.o. te Vlaardingen. Kader

Aanvullend natuuronderzoek locatie Nieuweweg / Parklaan te Hattem

BM-RAPPORT Vleermuisonderzoek. Veenendaal Industrielaan. M.W. van den Hoorn, 5 oktober 2011.

Transcriptie:

NOTITIE Gemeente Amersfoort R. van Assema Postbus 4000 3800 EA Amersfoort DATUM: 10 oktober 2012 ONS KENMERK: 12-570 12.04637 UW KENMERK: mail dd. 11-9-2012 /6200126-21003 AUTEUR: PROJECTLEIDER: STATUS: CONTROLE: E. Korsten Drs. F.L.A. Brekelmans definitief G.F.J. Smit Vleermuizeninspectie Belgenmonument Amersfoort De gemeente Amersfoort is voornemens om het Belgenmonument aan de Belgenlaan te Amersfoort te restaureren. Bureau Waardenburg heeft op basis van een oriënterend veldonderzoek (d.d. 20 september 2012) en bronnenonderzoek de effecten van deze ingreep beoordeeld in het kader van de Flora- en faunawet. Conclusie Het Belgenmonument is toegankelijk en geschikt als vaste rust- en verblijfplaats van diverse soorten vleermuizen. Op basis van de waarnemingen tijdens het oriënterende veldonderzoek kan al geconcludeerd worden dat het een zwerm- en paarplaats is van watervleermuizen en zeer waarschijnlijk ook een winterverblijfplaats van tenminste watervleermuizen en gewone grootoorvleermuizen. Op basis van dit onderzoek kan niet worden uitgesloten dat ook andere vleermuissoorten in het monument overwinteren en dat het monument ook zomer- of kraamverblijfplaats is van diverse soorten vleermuizen. De voor de restauratie benodigde ingrepen kunnen het monument ongeschikt maken als zomer-, kraam- of winterverblijfplaats, hetgeen in strijd is met de Flora- en faunawet, artikel 11. Op basis van de beschikbare informatie is het nog niet mogelijk om uitspraken te doen over alle mogelijke gevolgen ten aanzien van verbodsbepalingen van de Flora- en faunawet, of voor maatregelen die deze verbodsbepalingen kunnen voorkomen of verzachten. Voor vleermuizen wordt nader onderzoek conform het Vleermuisprotocol aanbevolen. Dit onderzoek bestaat uit vijf veldbezoeken in de periode december 2012 tot en met augustus 2013 (roepende mannenronde van september is al uitgevoerd). Daarnaast wordt aanbevolen het monument binnen en buiten uit te rusten met temperatuur- en vochtigheidsmeters en een vleemuisdetector plus recorder voor het vastleggen van vliegbewegingen in het monument. Deze conclusie wordt hieronder toegelicht. Plangebied en werkzaamheden Het Belgenmonument is een herdenkingsmonument op de Amersfoortse Berg in Amersfoort. Het is gelegen aan de Belgenlaan, ten noorden van de Stichtse Rotonde Het monument is door België geschonken aan Nederland ter herinnering aan de internering

van gevluchte militairen tijdens de Eerste Wereldoorlog. Het is in omvang het grootste monument van Nederland. Het monument bestaat uit drie torens en een begane grond. De noord- en zuidtoren zijn volledig hol. De middentoren geeft via twee trapportalen op de eerste verdieping toegang tot een carrillon. De begane grond is een donkere loze ruimte en staat in verbinding met beide torens. Op de begane grond bevind zich ook het pompsysteem voor het fontein van het monument. De staat waarin het monument verkeert laat te wensen over. Kern van het probleem is de slechte kwaliteit van de mortel die bij het metselen is gebruikt. Er lekt op verschillende plaatsen regenwater naar de binnenzijde van het bouwwerk. Het fontein vertoont eveneens lekkages waardoor bij activering van het fontein er water in het bouwwerk loopt. Het fontein is daarom al enige tijd buiten werking. Het voegwerk verkeert op veel plekken in slechte staat en bakstenen vertonen vorstschade. Op en rond het monument zijn spotlights aanwezig die op het monument gericht zijn, maar niet werken (mondelinge mededeling omwonenden). Om dat eerdere restauraties deze problemen onvoldoende hebben opgelost is een grondige restauratie gepland waarbij onder andere het volledige voegwerk wordt vervangen en de lekkages verholpen worden. Daarnaast zijn er plannen om de bomen in de directe omgeving van het monument grotendeels te verwijderen. Bij de aanleg van het monument stonden deze bomen er niet en was het zichtbaar vanaf de aangrenzende wegen. Methodiek Het Belgenmonument is op 20 september 2012 bezocht. Beoordeeld is of het monument voor vleermuizen toegankelijk is en geschikt om voor vleermuizen als winter-, kraam-, zomer-, of paarverblijfplaats te dienen. In het monument is gezocht naar vleermuizen of sporen van hun recente aanwezigheid. Omdat het monument o.a. geschikt werd geacht als (winter-) verblijfplaats is s avonds met een detector gezocht naar zwermactiviteit van vleermuizen. Dit detectoronderzoek vond plaats van 19:45 u. tot 00:30 u. bij droog, vrijwel windstil weer bij een temperatuur van 15 C-12 C. Aanvullend op het terreinbezoek heeft beperkt bronnenonderzoek plaatsgevonden (www.telmee.nl, www.waarneming.nl). Figuur 1: Locatie van het Belgenmonument te Amersfoort

Resultaten Het Belgenmonument is door haar ontwerp, constructie en de staat van onderhoud toegankelijk voor vleermuizen en geschikt als winter-, kraam-, zomer-, en paarverblijfplaats van vleermuizen. Toegankelijkheid voor vleermuizen Vleermuizen hebben toegang tot de binnenzijde van het monument via onder andere: de open stootvoegen aan de westkant van het monument, bij het fontein (foto 1). defecte of kierende ventilatieroosters in de beide trapportalen (foto 2 en 3). Bij deze openingen wezen mestsporen van vleermuizen ook op het gebruik ervan. Deze openingen geven toegang tot zowel de spouwmuren van de torens als de binnenruimte van de torens en de begane grond van het monument. Mogelijk zijn de waterafvoerkanalen van de beide balkons ook een mogelijkheid om in de toren te komen. Waargenomen vlieggedrag van vleermuizen in de torens doet vermoeden dat er ook hoger in de torens in- en uitvliegopeningen zijn, mogelijk door voegschade of kieren tussen verschillende gebouwdelen. Kieren van vanaf 1 cm zijn voldoende om vleermuizen toegang te verschaffen. Geschiktheid voor vleermuizen Het monument is geschikt als verblijfplaats voor vleermuizen: Bij de linker- en rechtertoren is een spouw geconstateerd die geschikt is als verblijfplaats voor spleetbewonende vleermuizen (zie foto 4). Mogelijk hebben de andere gebouwdelen ook een spouw. De binnenruimte in de torens en de begane grond is geschikt voor vleermuizen. Deze ruimten zijn ruim en donker en wordt zelden door mensen bezocht (foto 5). De muren en gewelven bieden hangplekken en wegkruipmogelijkheden. Door de omvang van het monument (massa en inhoud) en de diversiteit in geschikte verblijfplaatsen (spouw, torens, gewelven) is het monument geschikt voor: vleermuizen die zomer en/of winter in bovengrondse gebouwen verblijven. voor vleermuizen die in de winter in ondergrondse ruimten overwinteren Tabel 1 geeft een overzicht van de soorten en type verblijfplaats die in potentie in het monument aanwezig zijn en van de soorten en functies bij het oriënterende veldbezoek al zijn aangetroffen. Aangetroffen vleermuizen en sporen van hun recente aanwezigheid. Tijdens de inspectie werden in het rechtse trapportaal twee dode watervleermuizen (Myotis daubentonii) waargenomen. Beide vleermuizen vertoonde punctiewonden in de vleugels. Waarschijnlijk zijn deze vleermuizen tijdens het zwermen in het trapportaal door een kat geslagen en gedood. Tijdens het detectoronderzoek werd er ook een kat bij dat trapportaal waargenomen. In het monument werden overdag twee watervleermuizen aangetroffen die al in winterslaap of lethargie waren. Eén dier zat weggekropen in een gewelf in het monument (foto 6), een ander dier was weggekropen in een stapel stenen in de noordtoren. Het is mogelijk dat er op dat moment in de spouw of hoger in de torens meer dieren aanwezig waren. Op veel plaatsen wijzen mestsporen op de regelmatige aanwezigheid van vleermuizen. In beide torens en de gewelven op de begane grond zijn verspreidt op de muren en bodem veel vleermuizenpoepjes te vinden. Concentraties mest op één plek werden daar niet gevonden. Dit wijst vooral op zwermgedrag en/of overwintering in de torens en de

gewelven en niet op clustering van dieren in een kraamgroep. Doordat mestsporen in de spouw niet zichtbaar zijn kunnen kraamgroepen daar niet worden uitgesloten. Mestsporen op de buitenzijde van de carrillontoren geven aan dat ook daar vleermuizen regelmatig zwermen. Bij het detectoronderzoek werden vanaf ongeveer 22:00 u. rondvliegende en zwermende vleermuizen van het geslacht Myotis waargenomen. Dit zijn watervleermuizen en mogelijk ook baardvleermuizen (Myotis mystacinus) Deze dieren vlogen rond het gebouw en zwermde voornamelijk in het rechtertrapportaal. Daarbij werden ook vaak sociale geluiden van vleermuizen gehoord. Van één dier werd waargenomen dat het bij het ventilatierooster van dat portaal naar binnen ging. Er werd niet continu gezwermd, maar iedere vijf minuten kon één of een aantal dieren rondvliegend en zwermend worden waargenomen. Om 00:30 u. werd er nog steeds gezwermd. Tussen 20:15 u. en 21:30 werd rond de bomen bij het monument regelmatig een klein aantal foeragerende gewone dwergvleermuizen (Pipistrellus pipistrellus) gehoord. Een dier baltste kort bij het monument, maar slechts eenmalig. Tijdens het detectoronderzoek zijn de binnenruimten en de torens van het monument drie keer bezocht. Daarbij werden eerst 6 watervleermuizen gezien, toen 4 watervleermuizen en tenslotte 9 watervleermuizen 1 en 1 gewone grootoorvleermuis (Plecotus auritus) (foto 7 en 8). Tabel 1 geeft een overzicht van de potentiële en reeds vastgestelde functies van het Belgenmonument voor vleermuizen in Amersfoort en omgeving 2 Overige soorten Op de buitenmuren van het monument zijn veel groeiplaatsen van muurvaren aanwezig, vooral aan de westkant en op de balkons van het monument. De muurvaren is niet beschermd. 1 De eerder gemelde baardvleermuis werd aan de hand van foto s later als juveniele watervleermuis gedetermineerd. 2 Op basis van Waarneming.nl, Telmee en bronnen bij gemeente Amersfoort.

Kraamverblijfplaats Zomerverblijfplaats Paar(verblijf)- plaats Winterverblijfplaats Baardvleermuis X X X X Franjestaart - - X X Watervleermuis X O O X Gewone dwergvleermuis X X - / X* X Ruige dwergvleermuis - X - / X* X Laatvlieger X X?** X Gewone grootoorvleermuis X O?*** O?*** X X = in potentie aanwezig, maar nog niet onderzocht. O = vastgesteld. * = afwezig bij veldonderzoek, maar nog niet voldoende onderzocht. ** = van paargedrag van laatvliegers in onvoldoende bekend. *** = dier is waargenomen in toren, maar functie is nog onduidelijk. Effecten De restauratie van het monument is hoofdzakelijk gericht op het vervangen van het voegwerk van het gehele monument, het verhelpen van de lekkages en het verhelpen van de lekkages van het fontein. Gezien de visuele staat van het hout in de dak constructie van de beiden torens wordt verwacht dat ook dat vervangen zal moeten worden. Ook is men voornemens om de spotlights die op het monument gericht zijn in werking te stellen. Er wordt overwogen om ook de bomen rond het monument te verwijderen om het monument weer beter zichtbaar te maken. De mogelijke effecten worden per ingreep besproken: Vervangen en repareren van het voegwerk van het monument en houtwerk in de torens. o Ingrijpende en langdurige verstoring van vleermuizen in hun verblijfplaats. o Verdwijnen van mogelijke in- en uitvliegopeningen, waardoor verblijfplaatsen in spouwmuren en binnenruimtes onbereikbaar kunnen worden en vleermuizen buitengesloten of binnengesloten kunnen raken. o Verdwijnen van wegkruipmogelijkheden door reparatie van voegwerk in de gewelven. Verhelpen van lekkages van het dak en het fontein. o Mogelijke verandering van microklimaat van het monument. Het is onduidelijk wat de rol van deze lekkages is in de relatief hoge luchtvochtigheid van het monument. Wanneer door reparaties deze luchtvochtigheid afneemt kan het monument voor een aantal soorten vleermuizen ongeschikt worden als winterverblijfplaats. Dit geldt vooral voor soorten die ook vaak ondergronds overwinteren zoals watervleermuis, franjestaart en baardvleermuizen. In werking stellen van Spotlight. o Verstoring van het zwermgedrag en in- en uitvlieggedrag van vleermuizen, met name van lichtgevoelige soorten zoals watervleermuis, baardvleermuis en franjestaart. Deze soorten zijn zeer lichtgevoelig. Met name de spots die op oostkant van het monument en op de zwermlocaties in trapportalen gericht zijn kunnen zeer verstorend werken. Verwijderen van bomen. o Om veilig bij een gebouw te kunnen in- en uitvliegen en te zwermen hebben vleermuizen beschutting nodig, tegen weer en roofvogels. Vaak spelen bomen

daarin een grote rol. Het weghalen van de bomen rond het monument kan het minder geschikt maken voor vleermuizen. Tijdens het uitvoeren van de restauratiewerkzaamheden is er een risico op het verstoren en/of binnen- of buitensluiten van vleermuizen (artikel 10 en 11 van de Flora- en faunawet) Wanneer daarbij vleermuizen (of jongen) binnengesloten raken kunnen deze doodgaan (artikel 9). Uiteindelijk kan het monument ongeschikt of ontoegankelijk worden voor vleermuizen (artikel 11). Alleen wanneer de restauratie zo wordt uitgevoerd dat negatieve effecten op de vleermuizen en hun verblijfplaatsen in het monument uitblijven (preventieve maatregelen), verzacht worden (mitigerende maatregelen) of elders aangeboden worden (mitigerende / compenserende maatregelen) is restauratie van het monument binnen de Flora- en faunawet mogelijk. Bij toepassing van mitigerende en/of compenserende maatregelen wordt een ontheffingsaanvraag nodig geacht. Aanbevelingen Met voorliggend oriënterend onderzoek is vastgesteld dat het Belgenmonument in gebruik is als zwermlocatie en paarplaats van watervleermuis. Het is zeer aannemelijk dat het voor deze soort en andere vleermuissoorten ook winterverblijfplaats is. Op basis van dit onderzoek kan de functie van zomer- en kraamverblijfplaatsen niet uitgesloten worden. Op basis van de beschikbare informatie is het nog niet mogelijk om uitspraken te doen over alle mogelijke gevolgen ten aanzien van verbodsbepalingen van de Flora- en faunawet, of voor maatregelen die deze verbodsbepalingen kunnen voorkomen of verzachten. Aanbevolen wordt de geplande restauratiewerkzaamheden uit te stellen tot de functie van monument voor vleermuizen afdoende is onderzocht om de mogelijke effecten in kaart te brengen. Aanbevolen wordt nader onderzoek conform het Vleermuisprotocol. Dit onderzoek bestaat uit : één inspectie in de periode 15 december 15 februari, gericht op vleermuizen in winterslaap. Dit betreft vleermuizen die zichtbaar aanwezig zijn in de binnenruimte en torens. één veldonderzoek in de periode 1 april 15 april, gericht op paarplaatsen van gewone grootoorvleermuizen. Dit wordt gecombineerd met het posten op uitvliegende gewone dwergvleermuizen en laatvliegers, in verband met winterverblijfplaatsen in de spouwmuren. twee veldonderzoeken in de periode 15 mei 15 juli, gericht op zomer- en kraamverblijfplaatsen van vleermuizen. één veldonderzoek 3 in de periode 15 augustus 1 september naar paarplaatsen van gewone en ruige dwergvleermuis, gecombineerd met het posten op zwermgedrag van gewone dwergvleermuizen. Voor het behoud van verblijfplaatsen van vleermuizen, of het aanbieden van een vervangende verblijfplaats is het kennen van de micro-klimaten een belangrijke voorwaarde. Het wordt aanbevolen om voor 1 november 2012 vier temperatuurloggers te plaatsen: één hoog in een toren, één laag in een toren en twee in de gewelven. Wanneer daarbij ook een Anabat-geluidsrecorder wordt geplaatst kunnen vliegbewegingen in de toren geregistreerd worden en kan beter inzicht in het gebruik van de toren verkregen worden. 3 Het volgens protocol vereiste tweede veldonderzoek voor deze soort is tijdens de inspectie al uitgevoerd.

Foto s 1. ventilatierooster bij fontein 2. rooster in trapportalen 3. locatie roosters trapportalen. 4. spouw in toren 5. gewelven begane grond 6. watervleermuis in lethargie 7. watervleermuizen 8. gewone grootoorvleermuis

Voor vragen over deze notitie kunt u contact opnemen met Gerard Smit. Akkoord voor uitgave: Teamleider Bureau Waardenburg bv drs. G.F.J. Smit Paraaf: Bureau Waardenburg bv is niet aansprakelijk voor gevolgschade, alsmede voor schade welke voortvloeit uit toepassingen van de resultaten van werkzaamheden of andere gegevens verkregen van Bureau Waardenburg bv; opdrachtgever vrijwaart Bureau Waardenburg bv voor aanspraken van derden in verband met deze toepassing. Bureau Waardenburg bv / Gemeente Amersfoort Dit rapport is vervaardigd op verzoek van opdrachtgever hierboven aangegeven en is zijn eigendom. Niets uit dit rapport mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden d.m.v. druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook, zonder vooraf-gaande schrif-telijke toestemming van de opdrachtgever hierboven aangegeven en Bureau Waardenburg bv, noch mag het zonder een dergelijke toestemming worden gebruikt voor enig ander werk dan waarvoor het is vervaardigd. Het kwaliteitsmanagementsysteem van Bureau Waardenburg bv is door CERTIKED gecertificeerd overeenkomstig ISO 9001:2008.