REGLEMENT. \ ^'u.fe^^^

^1 REGLEMENT. ^f A. j-*t \ ^'u.fe^^^

\ \

R E GLEMENT VOOR DE ONJJER DE BEHAMtNG VAN: MaatscliappiJ ter Bevordering ran Welsianil, VOORNAMELIJK ONDER LANDLIEDEN. I. Sedoeling der tjjuaatschappij, Artikel 1. Het doel dezer Maatschappij is : Protestantsche huisgezinnen te ondersteunen, en langs dien "vreg kleine Protestantsche gemeenten in stand te hoaden, en derzelver welstand te bctorderen. Art. 2. - De Maatschappij tracht haar doel te bereiken, door gescliikto en brave Protestanten, die in bekrompene omstandigheden verkeeren, tot een vast bestaan te helpen, hun tot dat einde huizen en landerijen voor een' lagen prijs te verhuren, en inzonderheid hen, bij genoegzame bekwaamheid en geschiktheid, behulpzaam te zijn tot de uitoefening van den landbouw. Art. 3. Zij tracht hare ondersteunden tevens op te leiden tot verlichte kennis en getrouwe beoefening van de Christelijke Godsdienst, en daardoor ook, tot naarstigheid, zuinigheid en andere deugden, waardoor zij, bij de verleende middelen, in hunnen stand tot gewenschte welvaart kunnen geraken.

4 II. Ijeden üer JfKnatschapptj. Art. 4. Elk Protesfantsch belijder Tan het Christendom kan Lid der Maatschappy worden. Art. 5. Elk Lid betaalt jaarlijks in de maand Januarij de toelage Tan ƒ 5.25. Art. 6. Buitengewone toelagen en giften tot stijting der kas, worden erkentelijk aangenomen. Art. 7. Zoodanige Personen, Leden of Bestuurders, welke zich door raad en daad bij de Maatschappij bijzonder Terdienstelijk gemaakt hebben, of geacht worden zulks te kannen doen, kunnen, hetzij zij al of niet contribueren, tot Honoraire Leden of Bestuurders benoemd worden. Art. 8. Trouwen, welke de jaarlijksche toelage Tan/5,25 Toldoen, zullen als Donatricen der Maatschappij worden aangemerkt. Art. 9. Die Toor zijn Lidmaatschap bedankt, of ophoudt de Terschuldigde toelage te betalen, is daardoor Tan alle regt op de Maatschappij Terstoken.

III. VWerteisaanèheden der Eieden. Art. 10. De Leden rerdeelen zich in Afdeelingen en Ringen. Mke Afdeeling bestaat, zoo na mogelijk, uit 10 Leden, in dezelfde plaats of naast bij elkander gelegene plaatsen wonende. In elke Afdeeling benoemen de Leden één hunner tot Correspondent. Zoo na mogelijk 10 Correspondenten maken eenen Ring nit. De Correspondenten benoemen één Lid uit hun midden, of uit de andere Leden der Maatschappij, tot Bestuurder in hunnen Ring. '! Art. 11. De Correspondenten, wier Afdeelingen niet Tolledig zijn, hebben echter in de rergaderingen Tan hunnen Ring hetzelfde regt als die der andere Afdeelingen. Art. 12. i De Bestuurders verkiezen uit hun midden, of uit de andere 1 Leden der Maatschappij, voor den tijd ran drie jaren, eenen Yoorzilter, Mede-Voorzitter, Boek- en Kashouder. De aftredende zijn -weder yerkiesbaar. f Art. 13. Indien een Bestuurder verkozen wordt tot Boek- of Kas- i houder, wordt de Ring, door welken deze Bestuurder benoemd»^ was, uitgenoodigd om een' anderen Bestuurder te verkiezen., Art. 14. De Leden der Afdeelingen en Ringen houden hunne Ver- gaderingen op zulk eene wijze, als zij onderling goedvinden, mits niet strijdig met het Reglement der Maatschappij.,' Art. 15. i f De Leden der Maatschappij worden uitgenoodigd, om andere Protestantsche belijders van het Christendom tot deelneming in de Maatschappij aan te moedigen. l^

6 Art. 16. Zij worden uitgeaoodigd tot het aanwijzen of vervaardigen van beknopte geschriften tot bevordering van Evangelische kennis en Godsvrucht; tot aanbeveling van den landbouw; tot vermeerdering van kunde in denzelven, en tot aanprijzing van naarstigheid en zuinigheid, als de zekere middelen om in eiken stand voort te komen. Art. 17. Zij worden uitgenoodigd tot aanwijzing van geschikte personen, aan wie, en ontwerpen naar welke, volgens het doel der Maatschappij, ondersteuning kan verleend worden, met opgaaf van de benoodigde sommen, gronden van hoop op goed gevolg, de plaats alwaar de ondersteuning zou moeten gedaan worden, den stand tot welken de voorgedragene personen behooren, andere omstandigheden tot bekoming van inlichting, welke anen van elders zoude verlangen, en de hulpmiddelen die voorhanden zijn of aangeboden worden. Toorts worden zij uitgenoodigd om bekend te maken aues wat de Maatschappij tot haar doel zoude kunnen doen werkzaam zijn. Art. 18. De Correspondenten zijn belast met het inschrijven van aankomende Leden in het register hunner Afdeeling, en geven van de nieuw aangekomene Leden, zoo spoedig mogelijk, kennis aan den Bestuurder in hunnen Ring. Art. 19. Zij zijn ook belast met het inzamelen van de jaarlijksche toelagen der Leden of ontvangen van andere gelden ten behoeve der Maatschappij. Zij stellen al deze gelden, door hen ontvangen, ter hand aan den Bestuurder in hunnen Ring, jaarlijks vóór den 15. Maart. Art. 20. De Bestuurders, Correspondenten en Leden genieten geene bezoldiging; aan den Boekhouder alleen, die tevens de functien van algemeen' Secretaris der Maatschappij waarneemt, zal eene billijke belooning worden toegelegd.

7 IV. W*er1ezaamheden van het Bestuur, Art. 21. De besturende en uitvoerende magt der Maatschappij wordt opgedragen aan eene Permanente Commissie, uit de Bestuurders of Leden der Maatschappij te kiezen. Deze Commissie bestaat ten minste uit 5 en ten meeste uit 9 Leden. Art. 22. De Voorzitter of Mede-Voorzitter, iroonachtig in de plaats waar de Permanente Kommissie gevestigd is; de Boek- en de Kashouder der Maatschappij zijn per se Leden der Permanente Commissie, Art. 23. De Permanente Commissie vergadert gewoonlijk eenmaal in iedere maand, en regelt hare werkzaamheden volgens een door haar vast te stellen reglement van orde. Art. 24. Geene besluiten mogen door de Permanente Commissie genomen worden, dan met twee derde stemmen van al hare leden. Indien zij slechts uit vijf Leden bestaat, moeten ten minste vier stemmen eenparig zijn. Art. 25. De Parmanente Commissie doet van alle hare verrigtingen en beheer verslag, aan de na te meidene algemeene Vergadering, en onderwerpt hetzelve aan hare goedkeuring.

? '1 Voorstitier, Jflede-T*oorisitter, I JBoékhouder en MLashouder. ' 1 Art. 26. I I Be Yoorzitter bestuurt alle de Yergaderingeii, zóó Tan I Bestaurders als der Permanente Commissie, en wordt in i/l zijne fanctien, bij ontstentenis, of des verkiezende, door den Mede-Voorzitter Tervangen. Art. 27. I De Bestuurders bezorgen aan den Kashouder de toelagen j der Leden en andere gelden, in hunnen Ring ontyangen, jaarlijks TÓÓr den 15. April, en voegen daarbij eene lijst I door hen onderteekend, aanwijzende van -wie die gelden i afkomstig zijn. Zij zenden tevens een, mede door hen geteekend, dubbeld van die lijst aan den Boekhouder. Zij bezorgen aan dezen ook ten spoedigste alle geschriften, welke zij voor de Maatschappij ontvangen. Art. 28. Het Archief der Maatschappij berust bij den Boekhouder, welke voor de zorgvuldige bewaring daarvan verantwoordelyk is. Art. 29. De Boekhouder houdt een Register van de Leden, Correspondenten en Bestuurders der Maatschappij ; een alphabetisch Register der geholpen personen, derzelver namen, beroep, woonplaats en verdere bijzonderheden, alsmede een kapitaal-boek van alle de Eigendommen der Maatschappij. Hij houdt de notulen der Vergaderingen van Bestuurders en der Permanente Commissie en boekt al wat daartoe behoort. Hij vaardigt af alle brieven en geschriften, ingevolge de besluiten der Vergaderingen ; houdt briefwisseling met Bestuurders en met de Administrateurs der respective ondersteuningen ; houdt aanteekening van ingekomene en uitgegane stukken, welke hij bij iedere Vergadering van Bestuurders en der Permanente Commissie openlegt; en vervaardigt, met overleg der Permanente Commissie, het jaarlijksch verslag Toor de algemeene Vergadering. V. \ \ ^ r

o Art. 30 T*ergadevingen van het Sestuur. Art. 31. Jaarlijks op den tweeden Woensdag na Pinksteren, wordt er, ter plaatse, in de Yergadering des vorigen jaars bepaald, eene algemeene Yergadering gehouden, beginnende des voormiddags te 10 ure. Art. 32. Alle Correspondenten der Maatschappij zijn bevoegd om deze Yergadering bij te wonen. Alleen de Bestuurders echter, of zij die als Plaatsvervangers optreden, hebben het regt om over voorkomende zaken te raadplegen en te stemmen. ( "-, - Be Kashouder is belast met de ontvangst en uitgare Toor de Maatschappij, ran welke hij naaaitkeurige aanteekening houdt. Hij doet geene uitgaven, hooger dan ƒ 3, dan op autorisatie van de Permanente Commissie en tegen quitantiei* 1^1;;, Hij houdt een register, waarin de geholpen personen elk ^ een hoofd uitmaken, houdende de uitgaaf voor hen gedaan I en de ontvangst van het door hen betaalde. Hij doet jaarlijks rekening en verantwoording van alle ontvangsten en 1 uitgaven, en bewaart de in kas zijnde gelden. Telkens, wanneer hij meer dan Duizend Galden in kas heeft, zullen I die gelden, alsmede de Effecten, bewaard worden in eene ijzeren kist, voorzien van drie sloten, wier sleutels bij den j Yoorzitter der Permanente Commissie, den Boek- en Kasi houder in bewaring zijn. i IE iijftfa-

lo Art. 33. "Wanneer een Bestaarder deze, of de na te meidene buitengewone Tergaderiagen, niet kan bijwonen, staat het hem vrij een ander Lid, of bij Toorkeur eenen Correspondent uit zijnen Eing, of nit een' anderen Ring in dezelfde stad gevestigd, bij eenvoudigen lastbrief tot dezelve af te vaardigen. Zelf de Yergadering niet kunnende bijwonen, of niet verkiezende zich te laten vertegenwoordigen, geeft de Bestuurder daarvan tijdig aan den Boekhouder kennis. Art. 34. Geen der Bestuurders of Correspondenten der Maatschappij, geniet eenige reis- en verblijfkosten, uitgezonderd de Voorzitter, Mede-Voorzitter, Boek- en Kashouder, aan welke hoofdelijk eene bepaalde som, naar gelang van den afstand, wordt te goed gedaan. Art. 35. De Permanente Commissie is bevoegd, in gevallen van noodzakelijkheid, buitengewone Vergaderingen te beleggen. Art. 36. Bestuurders worden, zoo tot de algemeene als tot de buitengewone Vergaderingen, tijdig door de Permanente Commissie geconvoceerd, met korte vermelding, zoo veel mogelijk, van de te behandelen zaken. Art. 37. De Voorzitter opent iedere Vergadering met een gebed of verzoekt daartoe een ander Lid. Bij afwezigheid van den Voorzitter of Mede-Voorzitter, neemt een ander Lid der Permanente Commissie of een der Bestuurders, daartoe gedelegeerd, de werkzaamheden van Voorzitter der Vergadering waar.

11 Art. 38. De Algemeene Vergadering wordt, na het gebed, door den Voorzitter met eene aanspraak geopend. De notalen worden geresumeerd. De Commissie tot de Rekening doet rapport, en ingevolge daarran wordt de Rekening Tan den Kashouder goedgekeurd, Tan welke aan elk der Leden Tan de Vergadering door den Kashouder een borderel wordt ter hand gesteld. Dit Terrigt zijnde, wordt de Commissie benoemd, welke in het volgend jaar de Rekening zal opnemen. Daarna leest de Boekhouder het jaarlijksch Verslag voor, houdende : a). Een overzigt Tan het Terrigte door de Maatschappij in het afgeioopen jaar. è). Hel bedrag der toelagen en giften, gedurende dat jaar ingekomen. e). Het getal der geholpen personen, en de wijze hoe zij ondersteund zijn geworden. d). De hoeteelheid, aard en prijs der aangekochte goederen, gedane reparatien, bedrag der OTerdxagtskosten, of geleende gelden. e). De administratie-kosten. ƒ). De opgenomene of uitgezette kapitalen. ). Den staat Tan het fonds. Na het afhandelen van alle Toorgekomene zaken, worden de notulen der Vergadering door den Boekhouder opgelezen, en goedgekeurd zijnde, door de nog tegenwoordig zijnde Leden onderteekend, om door den Boekhouder geextendeerd en te boek gesteld te worden. Na deze resumtie wordt de Vergadering met dankzegging besloten. Art. 39. In de algemeene en buitengewone Vergaderingen wordt hoofdelijk gestemd en besloten met meerderheid van stemmen der tegenwoordig zijnde Leden. Bij het staken der stemmen beslist die Tau den Voorzitter.

19 VII. W^ijise van Onder stunning. Art. 40. De Maatschappij geeft noch aalmoezen noch ondersteaning, die slechts tot tijdelijke TeryuUing van eenige behoefte zoude verstrekken. Art. 41. Zij bewijst geene ondersteuning aan personen, die blijkbaar ongodsdienstig zijn; die te lui zijn om te ir erken; die door oaderdom, door voortdurende ligchaams-gebreken, door slordigheid of onkunde daartoe onbekiraam zijn; of Tan welke het blijkt, dat zij, door eigen schuld, de middelen Tan hun bestaan Terwaarloosd, en zich alzoo onvatbaar betoond hebben, om Toortgeholpen te worden. Art. 42. Zij vereischt in de personen die zij zal ondersteunen: o). b). c). Dat zij eerlijk zijn, genegen om, naar vermogen, tot welstand hunner Gemeente mede te werken en hunne Godsdienstpligten getrouw waar te nemen. Dat zij geschikt en genegen zijn, om in eenig bedrijf, en wel bij voorkeur in den landbouw, een behoorlijk bestaan te zoeken. Dat zij aan het hoofd van een huisgezin staan, of wel dat hunne ondersteuning het vooruitzigt geeft van te eeniger tijd tot den welstand van een huisgezin te zullen verstrekken.

13 lil. 43. Bij het besluiten tot onderstand wordt steeds onder het oog gehouden, dat alleen tot ondersteuning Tan zulken, welke de vermelde rereischten hebben, -worde besloten : en worden mitsdien alleen zulke Toorstellen gaaf, of met bepaling goedgekeurd, welke, naar het best inzien en naar de getuigenis des gewetens, tot de bedoeling der Maatschappij geschikt zijn, zonder dat men Toor het gevolg, wegens de verleende ondersteuning, verder verantwoordelijk zij. Art. 44. De wijze van ondersteuning bij deze Maatschappij voornamelijk bestaande in het verhuren van huizen en landerijen, zoo worden de gelden der Maatschappij bij voorkeur besteed, tot het aankoopen van gebouwde en ongebouwde eigendommen, daar, en zoodanig als, zulks geoordeeld wordt naar het doel der Maatschappij meest gepast te zyn. Art. 45. Zoodanige aankoopen geschieden door de Permanente Commissie terstond ten name der Maatschappij, Evenwel zal het aan dezelve vrijstaan, in geval van noodzakelijkheid, die aankoopen te doen ten name van bijzondere personen, om daarna, en wel zoo spoedig mogelijk, door deze ten name der Maatschappij te worden overgedragen. Art. 46. De Permanente Commissie gedraagt zich, in het bewerkstelligen dezer aankoopen, naar eene instructie, door Bestuurders nader te arresteren. Art. 47. De aangekochte vaste goederen zullen aan de ondersteunden, niet dan bij behoorlijk huur-contract, in gebruik gegeven worden.

14 Art. 48. Ingeyal de Permanente Commissie in het doel der Maatschappij tot den verkoop yan eenig vast goed mogt besluiten, zal de tijdelijkej huurder, welke aan zijne verpligtingen jegens de Maatschappij getrouw voldaan heeft, bij zoodanigen verkoop de voorkeur hebben. In dit bijzonder geval zal de Permanente Commissie zich het regt van naasting of wederinkoop kunnen voorbehouden,!a.rt. 49. De Maatschappij houdt, bij haur-contract, de voidoèning der grondlasten en contribution aan de Brand-waarborg- Maatschappij voor hare rekening. ï^v ^ \ r< -^ * l Art. 50. ^» De Maatschappij geeft geene gelden, om daarvoor vaste goederen, welke particulieren op hunnen eigen naam zouden willen aankoopen, te verbinden. In bijzondere gevallen, waarin tot behoud van gemeente-leden het op hjrpotheek geven door de Permanente Commissie oorbaar geacht wordt, zal deze, met toestemming van Bestuurders der drie talrijkste Ringen, daartoe de bevoegdheid hebben. il Art. 51. Ingeval zulks volstrekt noodzakelijk en wel besteed geacht wordt, zal de Maatschappij ook aan hare huurders de noodige gelden renteloos voorschieten, ten einde zich het benoodigde tot uitoefening van hun bedrijf aan te scliafpen, onder voorwaarde dat dezen zich verbinden tot eene jaarlijksche procentsgewijze terugbetaling.

15 VIII. Werhindend gemag vun dit Jteglewnent. Art. 52. In dit Reglement zal geene yeranclering mogen gemaakt worden, dan op voorstel van één der Bestuurders of Tan de Permanente Commissie, in eene Vergadering, daartoe opzettelijk beschreyen, en met niet minder dan drie vierden der stemmen van de tegenwoordig zijnde Leden. Art. 53. Wanneer immer do Maatschappij mogt ophouden te bestaan, vervallen derzelver eigendommen aan die Hervormde Gemeenten, in wier ressort zij alsdan respectivelijk gelegen zijn.

I ^, *'''''*^V-iS?=»w^.