Raad van de Europese Unie Brussel, 29 april 2016 (OR. en)

Vergelijkbare documenten
Raad van de Europese Unie Brussel, 10 juni 2016 (OR. en)

PUBLIC. Brussel, 2 juni 2003 (11.06) (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. 9919/03 Interinstitutioneel dossier: 2002/0286 (CNS) LIMITE FISC 87 ENER 164

Raad van de Europese Unie Brussel, 10 maart 2017 (OR. en)

12848/1/18 REV 1 CS/srl/sht ECOMP.2.B

Raad van de Europese Unie Brussel, 21 april 2017 (OR. en)

RICHTLIJN (EU) 2018/1910 VAN DE RAAD

PUBLIC RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 8 december 2008 (OR. fr) 16242/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0058 (C S) LIMITE FISC 171

Raad van de Europese Unie Brussel, 23 oktober 2014 (OR. en)

PUBLIC. Brussel, 24 oktober 2008 (30.10) (OR. fr) RAAD VA DE EUROPESE U IE 14625/08. Interinstitutioneel dossier: 2008/0058 (C S) 2008/0059 (C S)

15495/1/10 REV 1 VP/lg DG G1

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

PUBLIC 10927/03 Interinstitutioneeldosier: 2002/0286(CNS)

16435/14 jel/gra/hh 1 DG G 2B

Raad van de Europese Unie Brussel, 26 april 2016 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 maart 2018 (OR. en)

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 16 november 2007 (16.11) (OR. en) 15314/07 Interinstitutioneel dossier: 2007/0244 (CNS) LIMITE AGRILEG 171

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 11 december 2009 (OR. en) 13812/09 Interinstitutioneel dossier: 2007/0238 (CNS) FISC 120

NOTA VAN HET VOORZITTERSCHAP de Groep belastingvraagstukken Indirecte belasting (BTW) Betreft: BTW - Plaats van levering van gas en elektriciteit

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 10 juni 2009 (15.06) (OR. en) 10893/09 Interinstitutioneel dossier 2007/0238(CNS) FISC 86

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 27 juni 2014 (OR. en) 10996/14 Interinstitutioneel dossier: 2013/0400 (CNS) FISC 99 ECOFIN 679

(Wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

Raad van de Europese Unie Brussel, 10 maart 2017 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 20 juni 2018 (OR. en)

PUBLIC LIMITE NL RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 11 september 2006 (12.09) (OR. en) 8082/1/06 REV 1. Interinstitutioneel dossier: 2005/0104 (COD)

AMENDEMENTEN ingediend door de Commissie economische en monetaire zaken

7566/17 eer/gys/sl 1 DGG 3B

EUROPESE U IE HET EUROPEES PARLEME T

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een

12967/17 JVB/bb/sht DGG 2B

12849/18 CS/srl/sht ECOMP.2.B

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

1. De Commissie heeft haar voorstel op 10 september 2007 bij de Raad en het Europees Parlement ingediend.

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Gewijzigd voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 november 2006 (21.11) (OR. en) 15383/06. Interinstitutioneel Dossier: 2006/0165 (CNS) FISC 140

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 2 september 2008 (10.09) (OR. en) 12600/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0030 (COD) LIMITE

- Politiek akkoord over een gemeenschappelijk standpunt

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Raad van de Europese Unie Brussel, 14 april 2015 (OR. en)

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 28 november 2016 (OR. en)

Modernisering van de btw voor grensoverschrijdende b2c-e-commerce. Voorstel voor een UITVOERINGSVERORDENING VAN DE RAAD

RICHTLIJN (EU) 2018/2057 VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 september 2001 (06.09) (OR. fr) 11580/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0186 (COD)

Raad van de Europese Unie Brussel, 13 oktober 2014 (OR. en)

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 3 juni 2015 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 22 september 2017 (OR. en)

PUBLIC LIMITE NL RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 februari 2010 (02.03) (OR. en) 6597/10 AMD 1. Interinstitutioneel dossier 2009/0009 (CNS)

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

12565/18 pro/van/hh 1 ECOMP.2.B

Raad van de Europese Unie Brussel, 8 april 2016 (OR. en) het Comité van permanente vertegenwoordigers/gemengd Comité

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

(Wetgevingshandelingen) RICHTLIJNEN

10044/17 mak/adw/sl 1 DG G 2B

Publicatieblad van de Europese Unie L 150/93 RICHTLIJNEN

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 11 augustus 2017 (OR. en)

14949/14 adw/zr/dp 1 DG G 2B

PUBLIC. Brussel, 29 oktober 2003 (05.11) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 13967/03 LIMITE JUSTCIV 208 TRANS 275

1. Het Coreper heeft het ontwerp-besluit van de Raad op 1 december 2004 besproken aan de hand van document 15281/04 + COR 1.

14969/1/03 REV 1 huy/yen/rl 1 DG H I

9975/16 mak/cle/sv 1 DRI

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

15445/1/06 REV 1 wat/hor/mg 1 DG H 2B

Raad van de Europese Unie Brussel, 28 juli 2017 (OR. en)

Voorstel voor een besluit (COM(2017)0136 C8-0116/ /0060(COD)) AMENDEMENTEN VAN HET EUROPEES PARLEMENT* op het voorstel van de Commissie

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. tot wijziging van Richtlijn 2001/110/EG inzake honing

Commissie economische en monetaire zaken * ONTWERPVERSLAG

14899/09 HD/mm DG H 2 A

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 12 september 2011 (OR. en) 10765/1/11 REV 1. Interinstitutioneel dossier: 2009/0035 (COD)

De meeste delegaties steunden de compromistekst en onderstreepten daarbij hun bereidheid om te streven naar een akkoord bij de eerste lezing.

6074/15 pro/adw/mt 1 DG B 3A

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Raad van de Europese Unie Brussel, 6 november 2015 (OR. en)

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de uitgifte van euromunten

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 mei 2008 (22.05) (OR. en) 9192/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0096 (CNB) UEM 110 ECOFIN 166

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. tot wijziging van

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT 2004/0045 (COD) PE-CONS 3601/05 ENV 16 CODEC 22 OC 5

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 31 augustus 2005 (02.09) (OR. fr) 11843/05 FISC 96

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 15 april 2015 (OR. en)

WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG) nr. 974/98 over de invoering van de euro

TREE.1 EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT. Brussel, 14 maart 2019 (OR. en) 2019/0030 (COD) PE-CONS 55/19

EUROPEES PARLEMENT C6-0114/2007. Gemeenschappelijk standpunt. Zittingsdocument 2006/0018(COD) 24/04/2007

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Raad van de Europese Unie Brussel, 24 oktober 2014 (OR. en)

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Jaarrekening van bepaalde vennootschapsvormen wat micro-entiteiten betreft ***I

Transcriptie:

Conseil UE Raad van de Europese Unie Brussel, 29 april 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2012/0102 (CNS) 8333/16 LIMITE PUBLIC FISC 59 ECOFIN 326 NOTA van: aan: het voorzitterschap het Comité van permanente vertegenwoordigers nr. vorig doc.: 9670/1/15 REV 1 FISC 64 ECOFIN 452 Nr. Comdoc.: Betreft: 9926/12 FISC 67 - COM(2012) 206 final Voorstel voor een richtlijn van de Raad tot wijziging van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde wat de behandeling van vouchers betreft - Compromistekst van het voorzitterschap Voor de delegaties gaat hierbij een bijgewerkte compromistekst van het voorzitterschap met betrekking tot het in hoofde genoemde Commissievoorstel, die aan het Comité van permanente vertegenwoordigers / de Raad zal worden voorgelegd, als vermeld in het verslag in document 8334/16 FISC 60 ECOFIN 327 LIMITE. Wijzigingen ten opzichte van de vorige compromistekst (doc. 7463/16) zijn vetgedrukt en onderstreept. Geschrapte tekst is met [...] aangegeven. 8333/16 dau/rts/sm 1 DG G 2B LIMITE NL

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD BIJLAGE tot wijziging van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde wat de behandeling van vouchers betreft DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 113, Gezien het voorstel van de Europese Commissie, Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen, Gezien het advies van het Europees Parlement 1, Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité 2, Handelend volgens een bijzondere wetgevingsprocedure, 1 2 PB C van, blz.. PB C van, blz.. 8333/16 dau/rts/sm 2

Overwegende hetgeen volgt: (1) Bij Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde 3 zijn regels vastgesteld met betrekking tot het tijdstip en de plaats van de levering van goederen en diensten, de maatstaf van heffing, de verschuldigdheid van de belasting over de toegevoegde waarde (btw) en het recht op aftrek. Deze regels zijn evenwel onvoldoende duidelijk of uitgebreid om een consistente btw-behandeling van transacties met vouchers te garanderen, hetgeen ongewenste gevolgen heeft voor het goede functioneren van de interne markt. (2) Teneinde een duidelijke en uniforme behandeling te garanderen, het beginsel in acht te nemen dat op goederen en diensten een algemene verbruiksbelasting wordt geheven die strikt evenredig is aan de prijs van de goederen en diensten, en inconsistenties, verstoring van de mededinging, dubbele heffing of niet-heffing te voorkomen en het risico van belastingontwijking te beperken, dienen er specifieke regels te worden vastgesteld voor de btw-behandeling van vouchers. (3) Gezien de nieuwe regels aangaande de plaats van levering voor diensten op het gebied van telecommunicatie, radio- en televisieomroepen en elektronisch aangeleverde diensten die met ingang van 1 januari 2015 van toepassing zijn, moet er een gemeenschappelijke oplossing komen voor vouchers, opdat er geen discrepanties ontstaan inzake vouchers die tussen lidstaten worden geleverd. Te dien einde is het van essentieel belang dat regels worden opgenomen ter verduidelijking van de btw-behandeling van vouchers. (4) Deze regels dienen uitsluitend gericht te zijn op vouchers die voor goederen of diensten kunnen worden ingewisseld. Instrumenten die de houder het recht geven op een korting bij de aankoop van goederen of diensten, maar geen recht op het ontvangen van zulke goederen of diensten, dienen evenwel niet onder deze regels te vallen. (5) De bepalingen betreffende vouchers mogen niet leiden tot wijzigingen in de btw-behandeling van vervoerbewijzen, toegangskaartjes voor bioscopen en musea, postzegels en dergelijke [...]. 3 PB L 347 van 11.12.2006, blz. 1. 8333/16 dau/rts/sm 3

(6) Om duidelijk te maken wat voor btw-doeleinden onder een voucher wordt verstaan en wat vouchers van betaalmiddelen onderscheidt, is het nodig om vouchers, die een fysieke of elektronische vorm kunnen aannemen, te definiëren en de inherente kenmerken ervan te onderkennen, en dan vooral de aard van het in een voucher belichaamde recht en de verplichting om de voucher als tegenprestatie voor een goederenlevering of een dienst te aanvaarden. (7) De btw-behandeling van handelingen waarbij gebruik wordt gemaakt van vouchers hangt af van de specifieke kenmerken van de voucher. Daarom moet onderscheid worden gemaakt tussen de diverse soorten vouchers en moeten de onderscheidende kenmerken worden vastgelegd in Uniewetgeving. (8) Indien de aan de onderliggende goederenlevering of dienstverrichting toe te rekenen btw-behandeling reeds op het tijdstip van uitgifte van een singlepurposevoucher met zekerheid kan worden bepaald, dient de btw geheven te worden bij iedere overdracht, daaronder begrepen de uitgifte van de singlepurposevoucher. De feitelijke overhandiging van de goederen of de feitelijke verrichting van de diensten in ruil voor een singlepurposevoucher mag niet als een zelfstandige handeling worden beschouwd. Voor multipurposevouchers moet worden verduidelijkt dat de btw verschuldigd wordt op het tijdstip van de goederenlevering of de dienstverrichting waarop de voucher betrekking heeft. Een aan dat tijdstip voorafgaande overdracht van multipurposevouchers dient derhalve niet aan btw-heffing te worden onderworpen. (9) Bij singlepurposevouchers die op het tijdstip van overdracht aan belasting kunnen worden onderworpen, ook bij de uitgifte van een singlepurposevoucher door een belastingplichtige die in eigen naam handelt, wordt elke overdracht, ook die bij uitgifte van de voucher, geacht de verrichting van de goederenlevering of dienst in te houden waarop de singlepurposevoucher betrekking heeft. Deze belastingplichtige is in dergelijke gevallen overeenkomstig artikel 73 van de richtlijn btw verschuldigd over de voor de singlepurposevoucher ontvangen tegenprestatie. Indien de singlepurposevouchers daarentegen uitgegeven of verspreid worden door een belastingplichtige die in naam van een andere persoon handelt, wordt die belastingplichtige niet geacht aan de onderliggende goederenlevering of dienstverrichting deel te nemen. (9a) Alleen de tussenliggende of afzonderlijke dienstverrichtingen, zoals verspreidings- of promotiediensten, worden aan btw onderworpen. Dat betekent dat indien een belastingplichtige die niet in eigen naam handelt bij de overdracht van de voucher een afzonderlijke tegenprestatie ontvangt, die tegenprestatie belastbaar moet zijn volgens de normale btw-regelingen. 8333/16 dau/rts/sm 4

(10) [geschrapt] (11) Om er zeker van te zijn dat het te betalen btw-bedrag correct is bepaald met betrekking tot multipurposevouchers waarbij de btw over de onderliggende goederen of diensten pas verschuldigd wordt bij de inwisseling van de voucher, dient de verrichter van de goederenlevering of dienst, onverminderd artikel 73, de btw te voldoen naar rato van de tegenprestatie die voor de multipurposevoucher is betaald. Bij ontstentenis van dergelijke informatie dient de maatstaf van heffing gelijk te zijn aan de monetaire waarde die op de multipurposevoucher zelf of in de bijbehorende documentatie wordt vermeld, verminderd met het bedrag van de btw over de geleverde goederen of de verrichte diensten. Indien een multipurposevoucher gedeeltelijk voor geleverde goederen of verrichte diensten wordt gebruikt, dient de maatstaf van heffing gelijk te zijn aan het overeenkomstig deel van de tegenprestatie of de monetaire waarde, verminderd met het bedrag van de btw over de geleverde goederen of de verrichte diensten. (11a) De bepalingen van deze richtlijn hebben geen betrekking op situaties waarin een multipurposevoucher niet door de eindverbruiker wordt ingewisseld tijdens de geldigheidsperiode ervan en de voor deze voucher ontvangen tegenprestatie door de verkoper wordt gehouden. (12) Aangezien de doelstellingen van de te ondernemen actie ten behoeve van de vereenvoudiging, modernisering en harmonisering van de btw-regels voor vouchers niet voldoende door de lidstaten kunnen worden verwezenlijkt en derhalve beter op het niveau van de Unie kunnen worden bereikt, kan de Unie, overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag betreffende de Europese Unie neergelegde subsidiariteitsbeginsel, maatregelen nemen. Overeenkomstig het in hetzelfde artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat deze richtlijn niet verder dan nodig is om deze doelstellingen te verwezenlijken. (13) Overeenkomstig de gezamenlijke politieke verklaring van de lidstaten en de Commissie over toelichtende stukken van 28 september 2011, hebben de lidstaten zich ertoe verbonden om in gerechtvaardigde gevallen de kennisgeving van hun omzettingsmaatregelen vergezeld te doen gaan van een of meer stukken waarin het verband tussen de onderdelen van een richtlijn en de overeenkomstige delen van de nationale omzettingsinstrumenten wordt toegelicht. Met betrekking tot deze richtlijn acht de wetgever de toezending van dergelijke stukken gerechtvaardigd. 8333/16 dau/rts/sm 5

(14) De bepalingen inzake de btw-behandeling van vouchers moeten alleen gelden voor vouchers die na [...] 31 december [...] 2018 zijn uitgegeven, en laten de geldigheid van de eerder door de lidstaten vastgestelde wetgeving en uitlegging onverlet. (15) Richtlijn 2006/112/EG moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd, HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD: Artikel 1 Richtlijn 2006/112/EG wordt als volgt gewijzigd: 1) In titel IV "Belastbare handelingen" wordt het volgende hoofdstuk 5 ingevoegd: "Hoofdstuk 5 Gemeenschappelijke bepalingen voor de hoofdstukken 1 en 3 Artikel 30 bis Voor de toepassing van deze richtlijn wordt verstaan onder: 1) "voucher": een instrument ten aanzien waarvan de verplichting bestaat dat instrument als tegenprestatie of gedeeltelijke tegenprestatie voor goederenleveringen of diensten te aanvaarden en waarbij de te verrichten goederenleveringen of diensten, of de identiteit van de potentiële verrichters ervan, vermeld staan op het instrument zelf of in de bijbehorende documentatie, inclusief de voorwaarden voor het gebruik van het instrument. 2) "singlepurposevoucher": een voucher waarbij de plaats van de goederenlevering of dienstverrichting waarop de voucher betrekking heeft, alsmede het bedrag van de over die goederen of diensten verschuldigde btw, bekend zijn op het tijdstip van uitgifte van de voucher. 3) "multipurposevoucher": alle vouchers, uitgezonderd singlepurposevouchers. 8333/16 dau/rts/sm 6

Artikel 30 ter 1. Iedere overdracht van een singlepurposevoucher door een belastingplichtige die in eigen naam handelt, wordt beschouwd als een goederenlevering of dienstverrichting waarop de voucher betrekking heeft. De feitelijke overhandiging van de goederen of de feitelijke dienstverrichting in ruil voor een door de verrichter van de goederenlevering of dienst als volledige of gedeeltelijke tegenprestatie aanvaarde singlepurposevoucher, wordt niet als een zelfstandige handeling beschouwd. Indien de overdracht van een singlepurposevoucher wordt verricht door een belastingplichtige die in naam van een andere belastingplichtige handelt, wordt die overdracht beschouwd als de goederenlevering of dienstverrichting waarop de voucher betrekking heeft door de andere belastingplichtige in wiens naam de belastingplichtige handelt. Indien de verrichter van de goederenlevering of dienst niet de belastingplichtige is die, handelend in eigen naam, de singlepurposevoucher heeft uitgegeven, wordt die verrichter met betrekking tot die voucher evenwel geacht de goederenlevering aan of de dienst voor die belastingplichtige te hebben verricht. 2. De feitelijke overhandiging van de goederen of de feitelijke verrichting van de diensten in ruil voor een door de verrichter van de goederenlevering of dienst als volledige of gedeeltelijke tegenprestatie aanvaarde multipurposevoucher, is aan btw onderworpen overeenkomstig artikel 2, terwijl iedere voorafgaande overdracht van deze multipurposevoucher geacht wordt niet aan btw onderworpen te zijn. Indien de multipurposevoucher wordt overgedragen door een belastingplichtige die niet de belastingplichtige is die overeenkomstig alinea 1 de aan btw onderworpen transactie verricht, zijn alle vormen van dienstverrichting, zoals verspreidings- of promotiediensten, onderworpen aan btw. 8333/16 dau/rts/sm 7

2) Het volgende artikel 73 bis wordt ingevoegd: "Artikel 73 bis Onverminderd artikel 73 is de maatstaf van heffing voor de met betrekking tot een multipurposevoucher verrichte goederenlevering of dienst gelijk aan de tegenprestatie die betaald is voor de voucher of, bij ontstentenis van informatie over die tegenprestatie, de op de multipurposevoucher zelf of in de bijbehorende documentatie vermelde monetaire waarde, verminderd met het btw-bedrag over de geleverde goederen of de verrichte diensten." 3) In titel XV wordt het volgende hoofdstuk 2 bis ingevoegd: "Hoofdstuk 2 bis Overgangsmaatregelen voor de toepassing van nieuwe wetgeving Artikel 410 bis De artikelen 30 bis, 30 ter en 73 bis zijn enkel van toepassing op vouchers die na [...] 31 december [...] 2018 zijn uitgegeven. Artikel 410 ter Uiterlijk op 31 december 2022 legt de Commissie, op basis van door de lidstaten verstrekte gegevens, aan het Europees Parlement en de Raad een evaluatieverslag voor over de toepassing van de bepalingen van deze richtlijn wat betreft de btw-behandeling van vouchers, met bijzondere aandacht voor de definitie van vouchers, de btw-regels met betrekking tot de heffing op vouchers in de distributieketen en niet-ingewisselde vouchers, in voorkomend geval vergezeld van een passend voorstel tot wijziging van de betrokken regels." 8333/16 dau/rts/sm 8

Artikel 2 1. De lidstaten stellen uiterlijk op [...] 31 december [...] 2018 de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast en maken deze bekend teneinde aan deze richtlijn te voldoen. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mede. Zij passen die bepalingen toe met ingang van [...] 1 januari [ ] 2019. 2. De lidstaten delen de Commissie de tekst van de belangrijkste bepalingen van intern recht mede die zij op het onder deze richtlijn vallende gebied vaststellen. Artikel 3 Deze richtlijn treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie. Artikel 4 Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten. Gedaan te Brussel, Voor de Raad De voorzitter 8333/16 dau/rts/sm 9