W iffiuotheek Bouwdienst Rijkswaterstaat Postbus 20.000 3502 LA Utrechi I ' ' : If Loodsplichtbesluit 995 en het Besluit verklaringhouders Scheepvaartverkeerswet Flexibilisering van de Loodsplicht ^574
Wijzigingen looc Flexibilisering Loodsplicht Een belangrijke taak van de Nederlandse overheid is de zorg van een veilig en vlot verloop van het scheepvaartverkeer op de aanlooproutes naar de havens. Zeeschepen zijn daarom verplicht om in de toegangen tot de Nederlandse zeehavens gebruik te maken van de diensten van een loods. In de regelgeving voor de loodsplicht op Nederlandse wateren zijn onlangs wijzigingen aangebracht. Met de Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) betreffende de flexibilisering van het loodsplichtstelsel wordt een eerste stap gezet naar een loodsplichtregime dat meer rekening houdt met de actuele ontwikkelingen, met name de ontwikkeling aan boord van zeeschepen en de ontwikkelingen op het gebied van verkeersmanagement. Met de nieuwe maatregelen krijgen de Rijkshavenmeesters en de lokale autoriteiten meer mogelijkheden om een passend dienstverleningsniveau per individueel schip op te leggen. De Rijkshavenmeesters van Noord-Nederland en Den Helder willen, in samenwerking met de gemeenten Den Helder, Harlingen en het Havenschap Groningen Seaports (beheerder van de haven van Delfzijl en Eemshaven), via deze folder duidelijk maken wat de meest essentiele veranderingen zijn voor loodsplichtige vaarwateren in Noord-Nederland. Vrijstelling Vrijstelling In de AMvB die per augustus 2002 in werking treedt, wordt de loodsplichtgrens per vaargebied afzonderlijk vastgesteld. Onderstaande tabel geeft aan tot en met welke afmetingen kapiteins van zeeschepen zijn vrijgesteld van loodsplicht voor de vaargebieden in Noord-Nederland. Met uitzondering van zeeschepen met gevaarlijke lading in bulk. Ontheffing Indien u niet voor vrijstelling in aanmerking komt, is het mogelijk om ontheffing van de loodsplicht te verkrijgen. De diepgang- en lengtegrenzen voor de ontheffing verschillen per vaargebied. In individuele gevallen kan per vaargebied een aanvraag voor ontheffing worden ingediend bij de Rijkshavenmeester van Noord- Nederland. Onderstaande tabel geeft per vaargebied aan tot en met welke afmetingen een ontheffing kan worden aangevraagd. Om in aanmerking te komen voor een ontheffing, moet in ieder geval aan de volgende eisen worden voldaan: een bepaalde samenstelling en kwaliteit van de bemanning, het opleidings- en ervaringsniveau en de beheersing van de Nederlandse of Engelse taal; een behoorlijke bekendheid van de verkeersdeelnemers met de nautische omgeving aanwezig te zijn; een aantal specifieke uitrustingseisen van het zeeschip Aan zeeschepen met een gevaarlijke lading in bulk wordt geen ontheffing verleend. Vaargebied Den Helder (rede+buitenhaven) Den Helder (Moormanbrug tot sluis) Den Helder-Kornwerderzand* Kornwerderzand-Harlingen Vlierede-Harlingen (incl. haven) 6a Westereems-Borkum (CarCarrier) 6b Westereems-Borkum (Overige) 7 Borkum-Eemshaven (incl. Eemshaven) 8 Eemshaven-Delfzijl (incl.haven Delfzijl) 9 Overig vaarwater Westelijke Waddenzee' Lengte (m) Breedte (m) Diepgang (dm) 90-70 90-50 60-40 60-25 70-60 20 20 70 50 25 70 90 3 70 90 3 60 60-25 *) Den Helder-Kornwerderzand via Texelstroom, Doovebalg en Boontjes. **) Den Helder-Den Oever via Malzwin en Wierbalg/Visjagersgaatje. En vaarwaters Inschot, Scheurrak-Omdraai, Zuidoostrak, Molenrak en Verversgat.
BIBLrOTHEEK BOUWDIENST RIJKSWATERSTAAT NR. SLSA^ii ftdju - Loodsplicht Nieuwe Stijl (LNS) Ontheffing van de loodsplicht voor schepen in de categorie 70 t/m 90 meter (voor Harlingen) en voor schepen in de catagorie 90 t/m 0 meter (voor Den Helder, Eemshaven en Delfzijl). Inleiding Per augustus 2002 zal een aantal wijzigingen van kracht worden op het Loodsplichtstelsel zoals dit geldt op de loodsplichtige wateren in en rond Nederland. De bedoelde wijzigingen zijn opgenomen in het Loodsplichtbesluit 995 en het Besluit verklaringhouders Scheepvaartverkeerswet. De loodsplicht in Nederland is, behoudens uitzonderingen, sinds 988 generiek vastgesteld voor zeeschepen met een lengte van 60 meter of meer. In 995 is een aantal wijzigingen van kracht geworden, wat onder meer een versoepeling inhield voor bepaalde categorieen kleine zeeschepen. Ook zijn er sinds 995 ruimere mogelijkheden voor kapiteins en stuurlieden om onder voorwaarden een zg. Verklaring van Vrijstelling te halen. Met deze wijzigingen werd een eerste voorzichtige stap gezet het historisch gegroeide loodsplichtstelsel meer toe te snijden op veiligheidseisen. Ontwikkelingen aan boord van zeeschepen, verkeersmanagement, en regionale en gebiedsgebonden verschillen in vaarweg en verkeersintensiteit werden niet meegenomen in het loodsplichtstelsel. Dit geldt ook voor ontwikkelingen op het gebied van aangescherpte internationale regelgeving voor wat betreft de constructie, uitrusting, belading, bemanning en verkeersdeelneming van zeeschepen. Door deze ontwikkelingen zitten vele zeeschepen voor wat betreft hun constructie, uitrusting en/of bemanning boven de internationale standaards en heeft de invoering van de International Safety Management Code (ISM-code) rederijen verplicht tot de invoering van zorgsystemen en kwaliteitsborging. Met het Beleidsvoornemen inzake de navigatie ondersteunende dienstverlening in de zeehavengebieden 2 is in 999 een start gemaakt om op termijn te komen tot een nieuw stelsel van Navigatie Ondersteunende Dienstverlening (N.O.D.) waarin deze beperkingen niet meer voorkomen In plaats daarvan zal een flexibel stelsel van N O D worden ingevoerd dat ruimte biedt voor een meer op het individuele schip toegesneden vorm van dienstverlening Volledige invoering hiervan, in de vorm van wet, regelgeving en implementatie, verdere regionalisering en meer marktwerking binnen de nautische dienstverlening, wordt verwacht in 2005. Vanaf augustus 2002 krijgen de bevoegde autoriteiten, de Rijkshavenmeesters van Noord-Nederland en van Den Helder ( de laatste ook namens de gemeente Den Helder )en de bevoegde autoriteiten van de gemeente Harlingen en van het Havenschap Groningen Seaports (beheerder van de haven van Delfzijl en Eemshaven), door middel van een Algemene Maatregel van Bestuur de mogelijkheid tot het verlenen van ontheffing van de loodsplicht telkens voor jaar voor zeeschepen van 70 t/m 90 meter lengte 3 (Harlingen) en 90 t/m 0 meter lengte (Den Helder, Delfzijl en Eemshaven). Hiermee krijgen de bevoegde autoriteiten in de overgangsperiode naar een structurele wetswijziging in 2005, nu reeds de mogelijkheid om ervaring op te doen met een meer op veiligheidseisen gebaseerd loodsplichtstelsel Uitvoering van het nieuwe loodsplichtbeleid gebeurt onder de nadrukkelijke voorwaarde dat het veiligheidsniveau minimaal gelijkwaardig moet zijn aan het bestaande veiligheidsniveau. Om in aanmerking te komen voor een ontheffing van de loodsplicht zal de combinatie van kapitein, schip en bemanning aantoonbaar boven de geldende internationale minimum eisen en normen moeten zijn. Bij de beoordeling wordt rekening gehouden met bestemming(en) waarvoor de ontheffing wordt aangevraagd en worden nadrukkelijk voorwaarden gesteld aan de ervaring van de aspirant-ontheffinghouder in het betreffende gebied en frequentie waarmee de bestemming werd en wordt aangedaan. Dit informatiepakket is een populaire vertaling van verschillende regelingen. Dit pakket kan niet in alle gevallen antwoord geven op individuele vragen. U kunt aan de inhoud van dit pakket geen rechten ontlenen. 2 Kamerstukken II 998/999, 24036, nr 34 3 Waar over lengte gesproken wordt gaat het over de "London Lengte" is lengte volgends de meetbrief.
Als maatgevend uitgangspunt zijn door de bovengenoemde bevoegde autoriteiten een aantal richtlijnen en voorwaarden samengesteld, waarbij vaarwegen en de daarmee in verbinding staande havengebieden zijn opgedeeld in 9 geografische vaargebieden. De ontheffing kan aangevraagd worden voor een of meerdere van deze vaargebieden, afhankelijk van de aan te lopen bestemming(en). Zeeschepen met een lengte tot en met 70 meter (Harlingen) en tot en met 90 meter (Den Helder, Delfzijl en Eemshaven) en tot en met 60 meter voor het overige loodspichtige vaarwater op de Waddenzee zijn bij de inwerkingtreding van de AMvB generiek vrijgesteld van de loodsplicht. Kleine zeeschepen, vermeld in het Register loodsplicht kleine zeeschepen, zijn reeds categoraal vrijgesteld van de loodsplicht op de binnengaats gelegen gedeelten van de loodsplichtige scheepvaartwegen, met uitzondering van de Lage Kruiplijn Coasters. Kleine zeeschepen kunnen eveneens in aanmerking komen voor ontheffing van de loodsplicht op de buitengaats gelegen loodsplichtige scheepvaartwegen. Dit Register zal na de interim-periode ophouden te bestaan en alsdan vervangen worden door, of onderdeel uitmaken van een nieuwe regeling. De onderstaande categorieen blijven vrijgesteld van loodsplicht: Oorlogsschepen behorend bij de koninklijke of bondgenootschappelijke marine. Zeeschepen ingericht als vissersvaartuig en ook voor dat doel worden gebruikt. Zeeschepen gebouwd of ingericht voor het winnen of vervoeren van grind, zand en baggerspecie, tenzij tijdens de vaart op de scheepvaartweg voor een ander doel gebruikt. Loodsvaartuigen. Het stelsel van vrijstellingen en ontheffingen van de loodsplicht geldt niet voor zeeschepen met gevaarlijke lading in bulk. Eigenaren en/of rompbevrachters kunnen een aanvraag voor ontheffing van de loodsplicht indienen bij de Rijkshavenmeester van Noord-Nederland. Deze ontheffing kan gelden voor vaargebieden in het beheersgebied van Rijkswaterstaat directie Noord-Nederland, het beheersgebied van de Rijkshavenmeester van Den Helder en de haven(s) waarvoor de ontheffing is aangevraagd. Alle aanvragen voor de betreffende noordelijke havens (Den Helder, Harlingen, Delfzijl, Eemshaven) moeten worden ingediend bij de Rijkshavenmeester van Noord-Nederland. (een loket functie). De bevoegde autoriteit kan een afgegeven ontheffing intrekken indien niet meer aan de gestelde voorwaarden wordt voldaan. Aan de ontheffing kan een gebruiksbeperking worden opgelegd indien naar het oordeel van de verantwoordelijke bevoegde autoriteit de omstandigheden hiertoe aanleiding geven. Achtereenvolgens vindt u in deze informatiebundel: ) Algemene voorwaarden; 2) Basisvereisten; 3) Beperkingen & intrekkinggronden; 4) Bijzondere bepalingen; 5) De gedefinieerde vaargebieden; 6) Aanvraag- en afhandelingprocedure; Bijlage A. Het ontheffingsaanvraagformulier voor de categorie 70-90 cq. 90-0 meter. Bijlage B. Beleidslijn beoordeling "kleine zeeschepen". Bijlage C. Gebiedsbeschrijving en geografische opdeling naar vaargebieden Door middel van dit informatiepakket is geprobeerd in algemene zin aan te geven welke wijzigingen in de Loodsplicht van kracht zullen worden per augustus 2002, en hoe de verantwoordelijke Rijkshavenmeesters in de regio Noord-Nederland en Den Helder en de bevoegde autoriteiten van de havens van Den Helder, Harlingen, Delfzijl en Eemshaven dit beleid zullen implementeren. Voor verdere informatie wordt verwezen naar het adres vermeld in hoofdstuk 6); Aanvraag afhandelingsprocedure. en
. Algemene voorwaarden Op grond van genoemde wijziging t.a.v. het Loodsplichtbeslu.it 995 kan door de bevoegde autoriteit ontheffing van de loodsplicht worden verleend. Uit hoofde van artikel 0, derde lid, van de Scheepvaartverkeerswet heeft de bevoegde autoriteit de mogelijkheid aan elke ontheffing voorschriften te verbinden cq beperkingen op te leggen. Om in aanmerking te komen voor een ontheffing moeten schip en bemanning gezamenlijk aan een aantal basiseisen voldoen met daaraan gekoppeld een aantal aanvullende eisen voor het regionale vaargebied. Het is aan de aanvrager van de ontheffing, de eigenaar of de rompbevrachter, om aan te tonen dat schip en bemanning voldoen aan de door de bevoegde autoriteit gestelde voorwaarden. Indien de verantwoordelijke bevoegde autoriteit het nodig acht kan om een of meerdere bedrijfsbezoeken aan boord worden verzocht om tot een juiste beoordeling te komen van de aangevraagde ontheffing. De ontheffing heeft een geldigheid van jaar. Voordat de geldigheid verstreken is, moeten vaartijdgegevens en eventuele wijzigingen in schip en bemanning opgestuurd worden. Uit de beoordeling van de gegevens zal moeten blijken of de geldigheid met een jaar verlengd kan worden. Tussentijds zal aan de hand van controles getoetst worden of men aan de ontheffing voldoet. De bevoegde autoriteit behoudt zich het recht voor aan de ontheffing een gebruiksbeperking op te leggen met het oog op de veiligheid van het scheepvaartverkeer. Tevens geldt dat wetswijzigingen en/of wijzigingen in het NOD-uitvoeringsbeleid van de Rijkshavenmeester (na overleg en toetsing van de Nautische Advies Raad (NAR) en goedkeuring door de Minister van V&W) van invloed kunnen zijn op de eisen die gesteld worden aan de ontheffing. Overtreding van de voorwaarden of beperkingen van een ontheffing is ingevolge art. 3, zesde lid, van de Scheepvaartverkeerswet strafbaar gesteld. Voor verhaalreizen binnen een vaargebied kan na mondelinge melding bij de bevoegde autoriteit ad hoc ontheffing van de loodsplicht worden verleend De ontheffing van loodsplicht geldt niet voor zeeschepen met gevaarlijke lading in bulk. Hieronder worden verstaan zeeschepen, gebouwd of geschikt gemaakt en gebezigd voor het vervoer van minerale olie, gas of chemicalien in bulk, en geheel of gedeeltelijk daarmee geladen, dan wel leeg maar nog niet ontgast of ontdaan van hun gevaarlijke residuen. Register loodsplicht kleine zeeschepen. Schepen opgenomen in het Register loodsplicht kleine zeeschepen (Denemarkenvaarders, binnen/buitenschepen en Lage Kruiplijn Coasters (LKQ) hebben met andere (versoepelde) voorwaarden te maken. Buitengaats kunnen zij in aanmerking komen voor een ontheffing. Voor deze registerschepen geldt buitengaats geen lengtecriterium (register loopt tot 0 meter). Ceregistreerde Denemarkenvaarders en binnen-/buitenschepen zijn binnengaats vrijgesteld van loodsplicht. LKC's, opgenomen in het register, kunnen binnengaats tot en met 90 meter (Harlingen) en tot en met 0 meter (Delfzijl, Eemshaven en Den Helder) in aanmerking komen voor een ontheffing. Hieronder staat een overzicht met de ontheffingsmogelijkheden. Categorie Denemarken Binnen/buiten Lage kruiplijn Vaargebied vaarders schepen coasters Rede Den Helder Geen loodsplicht Geen loodsplicht Ontheffing t/m 0 meter mogelijk Haven Den Helder Geen loodsplicht Geen loodsplicht Ontheffing t/m 0 meter mogelijk DenHelder-Kornwerderzand Geen loodsplicht Geen loodsplicht Ontheffing t/m 90 meter mogelijk Kornwerderzand-Harlingen Geen loodsplicht Geen loodsplicht Ontheffing t/m 90 meter mogelijk Overig vaarwater westelijke Waddenzee Geen loodsplicht Geen loodsplicht Ontheffing t/m 90 meter mogelijk Vlierede-Harlingen (incl. haven) Geen loodsplicht Geen loodsplicht Ontheffing t/m 90 meter mogelijk Westereems-Borkum Geen loodsplicht Geen loodsplicht Geen ontheffings-beleid. Borkum Eemshaven (incl. haven) Geen loodsplicht Geen loodsplicht Ontheffing t/m 0 meter mogelijk Eemshaven-Delfzijl (incl. haven) Geen loodsplicht Geen loodsplicht Ontheffing t/m 0 meter mogelijk Schepen opgenomen in het Register loodsplicht kleine zeeschepen hoeven geen scheepskwaliteitgegevens te overleggen; wel dienen zij aan de gestelde bemanningseisen en aanvullende regionale eisen te voldoen. Vanzelf
sprekend geldt dat schepen met gevaarlijke lading in bulk niet in aanmerking kunnen komen voor vrijstelling cq. een ontheffing. Aanvragen om in het Register loodsplicht kleine zeeschepen opgenomen te worden dienen te worden gericht aan het Gemeentelijk Havenbedrijf Rotterdam. Zij verwerken en beoordelen de aanvraag. Hier kan men ook de aanvraag formulieren verkrijgen. Bij het toetsen of een schip tot een bepaalde categorie "klein zeeschip" behoort, zullen de richtlijnen gehanteerd worden zoals weergegeven in bijlage B. Celijksoortige schepen Het is mogelijk, dat dezelfde ontheffinghouder een ontheffing krijgt voor meerdere zeeschepen, mits deze schepen gelijksoortig zijn. Het is aan de bevoegde autoriteit om vast te stellen of hiervan sprake is. De navolgende criteria spelen een rol bij het bepalen of schepen als gelijksoortig zijn te beschouwen: Het andere schip moet qua type schip overeenkomen (Lloyds Register of Shipping zal hiertoe als referentiedocument worden gehanteerd); De lengte-, resp. breedte-, resp. diepgangsverschillen op de zomerlastlijn van de betreffende zeeschepen mogen slechts in bepaalde mate uiteenlopen; De manoeuvreereigenschappen van de betreffende schepen moeten voldoende in overeenstemming zijn. Dit moet o.m. blijken uit de manoeuvreergegevens uit het manoeuvreerplan; Het aantal, alsmede het vermogen van de boeg- en/of hekschroeven moeten overeenkomstig te beschouwen zijn. Ook het roertype speelt een belangrijke rol; De constructie van het schip, zoals de plaats van de opbouw, het windvangend oppervlak moet overeenkomstig te beschouwen zijn; De bruginrichting en/of -uitrusting moet op essentiele onderdelen voldoende overeenkomsten vertonen (bijv. wel of geen "portable telegraaf"); De ontheffinghouder moet over een ruime nautisch operationele ervaring beschikken m.b.t. de scheepsgebonden werkprocessen binnen de rederij. 2. Basisvereisten Kwaliteit van de bemanning. Opleiding en certificering Ontheffingaanvragers zullen bij de aanvraag een aantal geldende documenten van de aspirant-ontheffinghouder in kopievorm dienen te overleggen, zoals een kopie van het vaarbevoegdheidsbewijs en een kopie van de gezondheidspapieren (ogen, oren en algehele lichamelijke gesteldheid). Ervaring Ten aanzien van het ervaringsniveau wordt als voorwaarde gesteld dat de aspirant-ontheffinghouder met het zeeschip een minimum aantal malen per jaar de desbetreffende vaarwegen heeft bevaren. Basis is: minimaal 3 keer het traject bevaren (in en uit), waarvoor de ontheffing is aangevraagd, in de 2 maanden voorafgaand aan de aan de datum van aanvraag of een aantoonbaar gelijkwaardig ervaringsniveau. Bij het ervaringsniveau wordt rekening gehouden met ervaring die reeds is opgedaan (bijvoorbeeld als huidige verklaringhouder). Communicatie De aspirant-ontheffinghouders moeten aantonen taalvaardig te zijn in de Engelse (SMV) of in de Nederlandse taal. Tegelijk moeten zij de standaard VTS / nautische communicatie ter plaatse kunnen begrijpen met in acht name van de geldende procedures en heersende communicatieregelingen 4. De ontheffinghouder dient bij de aankomst- en vertrekmelding door te geven dat hij in bezit is van een ontheffing. De melding dient tevens te bevatten dat schip en bemanning voldoen aan de gerelateerde ontheffing. De ontheffinghouder dient melding te maken van elke wijziging die van invloed kan zijn op de geldigheid van de ontheffing. Gewezen wordt in dit geval onder andere naar de aangepaste meldingplicht van Onthefiinghouders zoals opgenomen in de Regeling communicatie Rijksbinnenwateren en de regeling communicatie en loodsaanvragen zeevaart
De ontheffinghouder controleert voorafgaand aan het bevaren van de scheepvaartweg of het gedeelte daarvan waarop de ontheffing betrekking heeft de goede werking van de voortstuwings- en stuurmachines van het schip en de communicatie- en navigatieapparatuur, en doet van deze controle en het resultaat daarvan melding in het scheepsdagboek. Samenstelling De bemanning moet wat betreft de samenstelling voldoen aan de wettelijke eisen waarbij geldt dat het brugteam minimaal moet bestaan uit de ontheffinghouder, zijnde de verkeersdeelnemer en bemanningslid Kwaliteit van het schip. Manoeuvreereigenschappen Het schip moet beschikken over adequate manoeuvreereigenschappen, gerelateerd aan het vaargebied en de bestemming waarvoor ontheffing van de loodsplicht wordt aangevraagd. Dit zal moeten blijken uit de aanwezigheid van een actieve boegbesturing of bepaalde scheepsroeren en aanwezige certificaten. Kopieen van de documenten "manoeuvreerproeven" kunnen bij de aanvraag opgevraagd worden. In de ontheffing is per vaargebied een maximale diepgang van kracht (met uitzondering van het vaargebied "Westereems-Borkum"). Het is een voorwaarde dat het schip geen structurele sleepbootassistentie behoeft. Navigatie- & Communicatieapparatuur Alle navigatie- en communicatie apparatuur dient in goedwerkende staat te verkeren en aan de VTSrequirements van IMO te voldoen. Er moet minimaal een goedwerkende radar aan boord zijn. Verder dient men over minimaal twee goedwerkende VHF-sets te beschikken. T.a.v. de aan boord aanwezige navigatie- en communicatie apparatuur zullen certificaten moeten worden overlegd. Voor de plaatsbepaling geldt dat er een bijgewerkte standaard uitrusting (pilots, lichtenlijsten etc.) en bijgewerkte kaartenmap van het vaargebied waarvoor de ontheffing is aangevraagd aan boord moet zijn. Overig Er zal een aanwezig en getest contingencyplan (ISM 2002) moeten zijn. 3. Beperkingen en intrekkingsgronden Aan de ontheffing kan in bepaalde omstandigheden door de bevoegde autoriteit een gebruiksbeperking worden opgelegd Hiervoor zijn een aantal richtlijnen, zijnde: de ter beschikking staande manoeuvreerruimte voor het scheepvaartverkeer is zodanig beperkt, bijvoorbeeld door calamiteiten of grote verkeersintensiteit, dat er onveilige situaties kunnen ontstaan; de specifieke bestemming of situatie daar aanleiding toe geeft. Ontheffingen zullen, al dan niet tijdelijk, worden ingetrokken indien: de ontheffinghouder een van de bij dit besluit gestelde verplichtingen, dan wel een aan de ontheffing verbonden voorschrift of beperking niet nakomt; de ontheffinghouder de geldende reglementen en voorschriften voor de scheepvaartweg waarop de ontheffing betrekking, heeft niet nakomt; het zeeschip waarop de ontheffing betrekking heeft zodanig is verbouwd, dat dit invloed heeft op de afmetingen en/of manoeuvreereigenschappen; de ontheffinghouder niet optreedt zoals het een goed verkeersdeelnemer betaamt. Dit ter beoordeling van de bevoegde autoriteit. 4. Bijzondere bepalingen Door de bevoegde autoriteit is een aantal aanvullende bepalingen gesteld die van invloed kunnen zijn op de verleende ontheffing: Van de ontheffing kan geen gebruik worden gemaakt indien bestemmings- of vertrekplaats is gelegen aan de chemiesteigers m de haven van Delfzijl. Dit geldt ook voor schepen geregistreerd in het Register loodsplicht kleine zeeschepen.
5. De gedefinieerde vaargebieden Onderstaande tabel geeft de vaargebieden aan in de regio Noord-Nederland met de ontheffingsgrenzen. Schepen kleiner dan de in de tabel minst aangegeven lengte en een diepgang minder dan in de tabel aangegeven zijn vrijgesteld van de loodsplicht voor dat vaargebied. Schepen met een lengte tussen de in de tabel aangegeven waarden en een diepgang minder dan in de tabel aangegeven, kunnen wanneer ze daarnaast aan bepaalde eisen voldoen in aanmerking komen voor een ontheffing Vaargebied Lengte (m) Diepgang (dm) Den Helder (rede+buitenhaven tot Moorman brug) 90-0 70 2 Den Helder (Moormanbrug tot sluis) 90-0 50 3 Den Helder-Kornwerderzand* 60-90 40 4 Kornwerderzand-Harlingen 60-90 25 5 Vlierede-Harlingen (incl. haven) 70-90 60 6 Westereems-Borkum Geen Geen 7 Borkum-Eemshaven (incl. haven) 90-0 70 8 Eemshaven-Delfzijl (incl. haven) 90-0 60 9 Overig loodsplichtig vaarwater Westelijke Waddenzee** 60-90 25 *) Hiermee wordt bedoeld: Den Helder-Kornewerderzand via Texelstroom, Doovebalg en Boontjes. **) Hiermee wordt bedoeld: Den Helder-Den Oever via Malzwin en Wierbalg/Visjagersgaatje. En vaarwater Inschot, Scheurrak-Omdraai, Zuidoostrak, Molenrak en Verversgat. De gebiedsbeschrijving met basis- en aanvullende vereisten en de geografische opdeling naar vaargebieden zijn te vinden in bijlage C van dit informatiepakket. 6. Aanvraag- en afhandelingprocedure Aanvragen voor ontheffing kunnen via een aanvraagformulier ingediend worden. Voor het verkrijgen van aanvraagformulieren, verdere informatie of toelichting kunt u zich richten tot onder staande adres. Directoraat-Generaai Rijkswaterstaat Directie Noord-Nederland Zuidersingel 3 Postbus 230 890 JH Leeuwarden Afd ANZ / Waterkeringen, Scheepvaart en Vaarwegen Tel: +3582344344 Fax: +358234423 E-mail: anz@dnn.rws.minvenw.nl Het aanvraagformulier dient volledig ingevuld en aangevuld met kopieen, conform de voorwaarden, ingediend te worden bij bovenstaand adres. Na toetsing van de gegevens krijgt men binnen 8 weken schriftelijk bericht over de toekenning cq. afwijzing van de ontheffing/opname in het register. De bevoegde autoriteit kan aan elke ontheffing in het kader van de algehele veiligheid voorschriften en beperkingen verbinden. De bevoegde autoriteit heeft te alien tijde het recht om in specifieke gevallen van de voorwaarden gegrond af te wijken. Tegen een besluit van de bevoegde autoriteit tot verlening, weigering of intrekking van de ontheffing bestaat de mogelijkheid van bezwaar en beroep op grond van de Algemene Wet Bestuursrecht.
Bijlage A AANVRAAGFORMULIER VOOR ONTHEFFING VAN LOODSPLICHT voor schepen t/m 90 m (Harlingen) cq t/m 0 m (Eemshaven, Delfzijl en Den Helder). Application form for pilot exemption Naam aanvrager Name applicant Adres aanvrager Address applicant Naam verkeersdeelnemer Name of the master Nationaliteit, geboortedatum en -plaats verkeersdeelnemer Nationality, date & place of birth of the master Paspoort nummer Passport number Gewenst vaargebied, Desired exemption area Aantal reizen gespecificeerd over afgelopen jaar in gewenst vaargebied, Specified number of runs over the recent years in desired exemption area Verwacht aantal reizen per jaar in gewenst gebied, Number of expected annual runs in desired exemption area Voorde aanvraag van een ontheffing moet het volgende worden meegezonden. If an exemption is applied for, the following items should be sent with the application: 2 pasfoto's met volledige naam en geboortedatum van de verkeersdeelnemer 2 passport photos with full name and date of birth of the master. Kopie vaarbevoegdheidsbewijs verkeersdeelnemer Copy certificate of competence as master Kopie oog- en oorpapieren verkeersdeelnemer Copy medical certificate eyes and ears of master Kopie gezondheidspapieren verkeersdeelnemer Copy medical health certificate of master Datum uitgifte: Date of issue: Datum uitgifte: Date of issue: Datum uitgifte: Date of issue: Overige relevante informatie Other relevant information Gegevens van het schip waarvoor aanvraag bedoeld is, op volgende pagina. Data of ship which is applied for, following on next page.
Behoort bij aanvraag ontheffing loodsplicht voor schepen met een lengte t/m 90 cq t/m 0m. (naam aanvrager): (Belongs to application for pilot exemption, name applicant) Gegevens van schip waarvoor aanvraag geldt: Data, of ship which is applied for Naam schip+ IMO/Lloyd's nummer Ship name + IMO/Lloyd number Hekschroef, type/aantal/vermogen Stern (side)thruster, ty pe/ n u m be r/ power Type schip cf Lloyd's register Ship type conform Lloyd register Roer, type/aantal/plaats Rudder, type/number/place Categorie in register loodsplicht kleine zeeschepen 5 Category in register pilotage short-sea vessels 6 Stuurmachine, type Steering gear, type Roepletters/nationaliteit Callsign/nationality Rederij/eigenaar Shipping company/owner Thuishaven Port of registry Adres Address Londen lengte/breedte/hoogte/zomerdiepgang London length/width/height/summer draught Meetbrief (kopie meezenden) Tonnage certificate (send copy) Machines: type/vermogen Engines: type/power Scheepsagent in Harlingen, Delfzijl of Den Helder Shipping agent in Harlingen, Delfzijl of Den Helder Aantal schroeven Number of propellers Bemanningsplan (kopie meezenden) Manning plan (send copy) Boegschroef, type/aantal/vermogen Bow thruster, type/number/power Niet in te vullen door aanvrager/ Not to be filled in by applicant. Rijkshavenmeester Datum ontvangst: Stempel, handtekening Behandeld door: Opmerkingen: 2 Indien van toepassing If relevant
Bijlage B, Beleidslijn beoordeling "kleine zeeschepen" Onder kleine zeeschepen worden de navolgende categorieen schepen verstaan: Denemarkenvaarders; Binnen/buiten-schepen; Lage kruiplijn-coasters, en: Rijnschepen Denemarkenvaarders Voor de beantwoording van de vraag welke schepen als Denemarkenvaarder dienen te worden aangemerkt, gaan de Rijkshavenmeesters uit van de criteria genoemd in artikel, eerste lid, van het Loodsplichtbesluit 995. In dit artikel wordt verstaan onder Denemarkenvaarder: een zeeschip dat: een lengte ("London lengte") heeft van minder dan 80 meter; 2 een bruto inhoud heeft van minder dan 600 ton, of een bruto tonnage van minder dan.600 ton en een v oortstuwingsvermogen van niet meer dan 25 kw (5 00 pk), en; 3. een certificaat van deugdelijkheid in de zin van de Schepenwet heeft, dat slechts geldig; is voor: A de vaart van het Vlie, langs de Nederlandse en Duitse waddeneilanden naar de monden van de Wezer, Elbe en Eider, door het Noord-Oostzeekanaal naar de Oostzee tot de lijn Stralsund-Trelleborg, alsmede door de Sont en de Belten naar het Kattegat tot de lijn Grenaa-Kullen, of B. de vaart van de mond van de Westerschelde naar het zuiden langs de Nederlandse, Belgische en Franse kust tot Duinkerken. Binnen/Buiten-schepen Voor de beoordeling of een schip als binnen/buiten-schip kan worden aangemerkt maken de Rijkshavenmeesters gebruik van de onderstaande criteria, gebaseerd op artikel, lid, van het Loodsplichtbesluit 995: Een binnen/buiten-schip is een zeeschip (dat): een lengte ("London lengte") heeft van minder dan 0 meter; 2 blijkens zijn constructie vergelijkbaar is met een binnenschip ; 3 gebruikt wordt of zal worden gebruikt voor de vaart op de niet-loodsplichtige binnenwateren en in een beperkt vaargebied op zee, t.h 200 mijl buiten de kust; 4 beschikt over de vereiste scheepspapieren voor de vaart op de binnenwateren en voor de vaart ter zee, in het bijzonder de kustwateren; 5 waarvan de bemanning in het bezit is van een groot vaarbewijs of een Rijnpatent en in het bezit is van vaarbevoegdheidsbewijzen voor de vaart ter zee, in het bijzonder de kustwateren. Opmerking: voor de controle op het vereiste in punt 3. kan de Rijkshavenmeester onder andere gebruik maken van het scheepsjournaal en/of het verzoek doen om de nodige contracten betreffende landinwaartse bestemmingen te overleggen. Lage kruiplijn-coasters Voor de beoordeling of een schip als lage kruiplijn-coaster kan worden aangemerkt, maakt de Rijkshavenmeester gebruik van de onderstaande criteria, gebaseerd op artikel, eerste lid, van het Loodsplichtbesluit 995: Een lage kruiplijn-coaster is een zeeschip (dat):. een lengte ("Londen lengte") heeft van minder dan 0 meter; 2 veelal gebruikt wordt of zal worden gebruikt voor de vaart in een onbeperkt vaargebied op zee. 3 een zodanige vorm of constructie heeft, o.a. blijkend de "minimum airdraught van de Rijnvaarthoogte, dat het geschikt is voor de vaart op niet-loodstplichtige binnenwateren en daarvoor wordt gebruikt of zal worden gebruikt; 4 beschikt over de vereiste scheepspapieren voor de vaart op de binnenwateren en voor de vaart ter zee; 5. waarvan de bemanning in bet bezit is van een groot vaarbevoegdheidsbewijs voor de vaart ter zee. Opmerking: evenals bij de binnen/buiten-schepen het geval is kan de Rijkshavenmeester onder andere gebruik maken van het scheepsjournaal en/of het verzoek doen om de nodige contracten te overleggen. Rijnschepen Op grand van artikel 5, lid, van het loodsplichtbesluit 995 wordt verstaan onder een Rijnschip: een zeeschip dat is voorzien van een certificaat van onderzoek als bedoeld in bijlage B of van een speciaal certificaat als bedoeld in bijlage G van het reglement onderzoek schepen op de Rijn 995.
Bijlage C r Gebiedsbeschrijving (met basis- en aanvullende vereisten) en geografische opdeling naar vaargebieden in de regio Noord- Nederland. De grenzen van de vaargebieden waarvoor separaat ontheffing kan worden aangevraagd zijn als volgt: Vaargebied Den Helder (rede + buitenhavens tot aan Moorman brug) Het loodsplichtig vaarwater op de rede van Den Helder inclusief de direct aan open zee gelegen havenbekkens binnen de haven van Den Helder. Schepen in de categorie 90 t/m 0 meter Basis- en aanvullende vereisten Kwaliteit bemanning Opleiding en certificering Ervaring Communicatie Samenstelling Overig Kwaliteit schip 7 Manoeuvreereigenschappen Radar Plaatsbepaling Overig Bijzondere bepalingen Algemene beperkingen Diepgang loodsplicht kleine zeeschepen Verantwoording/bevestiging Kapitein Internationale standaardeisen (IMP) o.a.: SOLAS, STCW -> Geldig vaarbevoegdheidsbewijs, aantoonbare kennis geldige wet & regelgeving, dient kennis te hebben van BPR.. -> De laatste 2 maanden 3x in en uit. -> Aantoonbare taalvaardigheid Engels, kennis VTS procedures "> Brugteam moet bestaan uit minimaal de ontheffinghouder plus Ibemanningslid -> Aantoonbare voldoende rusttijd bemanning Internationale standaardeisen o.a.: SOLAS Boegbesturing en goed functionerend scheepsroer en goed werkende voortstuwingsinstallatie met voldoende vermogen. Navigatie- & Communicatieapparatuur Internationale standaard eisen -> Goed functionerend -> Bijgewerkte stand aard uitrusting Contingencyplan aanwezig en getest (ISM2002 ) Bij twijfel bedrijfsbezoek aan boord Naar het oordeel van de bevoegde autoriteit -> Diepgang mag niet meer dan 70 decimeter bedragen. Schepen opgenomen in het Register > Schepen vallend onder de categorien Bi-Bu's zijn voor dit vaar gebied categoraal vrijgesteld 8 Mondeling middels VHF kanaal 2 ' Geldt niet voor zeeschepen opgenomen in het Register loodsplicht kleine zeeschepen. Lage kruiplijn-coasters tussen 90 en 0 meter dienen wel ontheffing aan te vragen.
2 Vaargebied Den Helder (Moormanbrug tot Koopvaardersschutsluis) Hiermee wordt bedoeld het vaargebied tussen de Moormanbrug en Koopvaardersschutsluis. Kwaliteit bemanning Opleiding en certificering Ervaring Communicatie Schepen in de categorie 90 t/m 0 meter Basis- en aanvullende vereisten Internationale standaardeisen (IMP) o.a.: SOLAS. STCW -> Geldig vaarbevoegdheidsbewijs, aantoonbare kennis geldige wet & regelgeving, dient kennis te hebben van BPR. De laatste 2 maanden 3x in en uit. > Aantoonbare taalvaardigheid Engels, kennis VTS procedures Samenstelling Overig Kwaliteit schip 9 Manoeuvreereigenschappen Radar Plaatsbepaling Overig Bijzondere bepalingen Algemene beperkingen Diepgang Schepen opgenomen in het Register loodsplicht kleine zeeschepen -> Brugteam moet bestaan uit minimaal de ontheffinghouder plus bemanningslid -> Aantoonbare voldoende rusttijd bemanning Internationale standaardeisen o.a.: SOLAS -> Boegbesturing en goed functionerend scheepsroer en goed werkende voortstuwingsinstallatie met voldoende vermogen. Navigatie- & Communicatieapparatuur Internationale standaard eisen -> Goed functionerend -> Bijgewerkte standaarduitrusting -> Contingencyplan aanwezig en getest (ISM2002 ) Bij twijfel bedrijfsbezoek aan boord Naar het oordeel van de bevoegde autoriteit > Diepgang mag niet meer dan 50 decimeter bedragen. > Schepen vallend onder de categorien Denemarkenvaarders en Bi-Bu's zijn voor dit vaargebied categoraal vrijgesteld 0 Verantwoording/bevestiging Kapitein Mondeling middels VHF kanaal 2 2 Geldt niet voor zeeschepen opgenomen in het Register loodsplicht kleine zeeschepen Lage kruiplijn-coasters tussen 90 en 0 meter dienen wel ontheffing aan te vragen
3 Vaargebied Den Helder - Kornwerderzand. Vaarwater via Texelstroom, Doove Balg en Boontjes tot sluis Kornwerderzand Kwaliteit bemanning Opleiding en certificering Overig Ervaring Communicatie Samenstelling Schepen in de categorie 60 t/m 90 meter Basis- en aanvullende vereisten Internationale standaardeisen (IMP) o.a.: SOLAS, STCW -> Geldig vaarbevoegdheidsbewijs, aantoonbare kennis geldige wet & regelgeving, dient kennis te hebben van BPR. -> De laatste 2 maanden 3x het traject bevaren in oost-en west gaande richting. -> Aantoonbare taalvaardigheid Engels, kennis VTS procedures -> Brugteam moet bestaan uit minimaal de ontheffinghouder plus bemanningslid -> Aantoonbare voldoende rusttijd bemanning Kwaliteit schip" Manoeuvreereigenschappen Navigatie- & Communicatieapparatuur Radar Plaatsbepaling Overig Bijzondere bepalingen Algemene beperkingen Diepgang Schepen opgenomen in het Register loodsplicht kleine zeeschepen Verantwoording/bevestiging Kapitein Internationale standaardeisen o.a.: SOLAS -> Boegbesturing en goed functionerend scheepsroer en goed werkende voortstuwingsinstallatie met voldoende vermogen Internationale standaardeisen -> Goed functionerend -> Bijgewerkte standaarduitrusting -> Contingencyplan aanwezig en getest (ISM2002 ) Bij twijfel bedrijfsbezoek aan boord Naar het oordeel van de bevoegde autoriteit -> Diepgang mag niet meer dan 40 decimeter bedragen -> Schepen vallend onder de categorien Denemarkenvaarders en Bi-Bu's zijn voor dit vaargebied categoraal vrijgesteld 3 Mondeling middels VHF kanaal 2 en/of CMW VHF kanaal 4 Voor zeeschepen opgenomen in het Register loodsplicht kleine zeeschepen geldt een boven lengtegrens tot 0 meter ' Geldt niet voor zeeschepen opgenomen in het Register loodsplicht kleine zeeschepen ' Lage kruiplijn-coasters tussen 60 en 90 meter dienen wel ontheffing aan te vragen
4 Vaargebied Kornwerderzand - Harlingen (inclusief haven) Vanaf sluis Kornwerderzand via de Boontjes tot havenhoofden Harlingen en vanaf de havenhoofden tot alle rechtstreeks met open zee in verbinding staande ligplaatsen binnen de haven van Harlingen. Kwaliteit bemanning Opleiding en certificering Ervaring Communicatie Schepen in de categorie 60 t/m 90 meter 4 Basis- en aanvullende vereisten Internationale standaardeisen (IMP) o.a.: SOLAS. STCW -> Geldig vaarbevoegdheidsbewijs, aantoonbare kennis geldige wet & regelgeving, dient kennis te hebben van BPR. -> De laatste 2 maanden 3x het traject bevaren. -> Aantoonbare taalvaardigheid Engels, kennis VTS procedures Samenstelling Overig -> Brugteam moet bestaan uit minimaal de ontheffinghouder plus bemanningslid -> Aantoonbare voldoende rusttijd bemanning Kwaliteit schip 5 Manoeuvreereigenschappen Internationale standaardeisen o.a.: SOLAS -> Boegbesturing en goed functionerend scheepsroer en goed werkende voortstuwingsinstallatie met voldoende vermogen Navigatie- & Communicatieapparatuur Radar Plaatsbepaling Overig Bijzondere bepalingen Algemene beperkingen Diepgang Schepen opgenomen in het Register loodsplicht kleine zeeschepen Internationale standaardeisen -> Coed functionerend -) Bijgewerkte standaarduitrusting -> Contingencyplan aanwezig en getest (ISM2002 ) Bij twijfel bedrijfsbezoek aan boord Naar het oordeel van de bevoegde autoriteit -> Diepgang mag niet meer dan 25 decimeter bedragen. -> Schepen vallend onder de categorien Denemarkenvaarders en Bi-Bu's zijn voor dit vaargebied categoraal vrijgesteld 6 Verantwoording/bevestiging Kapitein Mondeling middels VHF kanaal 4 (Centrale Meldpost Waddenzee). 2 3 Voor zeeschepen opgenomen in het Register loodsplicht kleine zeeschepen geldt een boven lengtegrens tot 0 meter. Geldt niet voor zeeschepen opgenomen in het Register loodsplicht kleine zeeschepen. Lage kruiplijn-coasters tussen 60 en 90 meter dienen wel ontheffing aan te vragen.
5 Vaargebied Vlierede - Harlingen (inclusief haven). De Vlierede zuid van de rechte lijn getrokken over de vuurtoren van Vlieland en de Brandaris via Vliestroom, Blauwe Slenk en vaargeul langs Pollendam tot havenhoofden Harlingen en vanaf de havenhoofden tot alle rechtstreeks met open zee in verbinding staande ligplaatsen binnen de haven van Harlingen. Schepen in de categorie 70 t/m 90 meter 7 Basis- en aanvullende vereisten Kwaliteit bemanning Internationale standaardeisen (IMP) o.a.: SOLAS. STCW Opleiding en certificering -> Celdig vaarbevoegdheidsbewijs, aantoonbare kennis geldige wet & regelgeving, dient kennis te hebben van BPR. Ervaring -> De laatste 2 maanden 3x in en uit. Communicatie -> Aantoonbare taalvaardigheid Engels, kennis VTS procedures Samenstelling Overig Kwaliteit schip 8 Manoeuvreereigenschappen Navigatie- & Communicatieapparatuur Radar Plaatsbepaling Overig Bijzondere bepalingen Algemene beperkingen Diepgang Schepen opgenomen in het Register loodsplicht kleine zeeschepen Verantwoording/bevestiging Kapitein -> Brugteam moet bestaan uit minimaal de ontheffinghouder plus bemanningslid -> Aantoonbare voldoende rusttijd bemanning Internationale standaardeisen o.a.: SOLAS Boegbesturing en goed functionerend scheepsroer en goed werkende voortstuwingsinstallatie met voldoende vermogen. Internationale standaardeisen -) Goed functionerend -> Bijgewerkte standaarduitrusting -> Contingencyplan aanwezig en getest (ISM2002 ) Bij twijfel bedrijfsbezoek aan boord Naar het oordeel van de bevoegde autoriteit Diepgang mag niet meer dan 60 decimeter bedragen. -> Schepen vallend onder de categorien Denemarkenvaarders en Bi-Bu's zijn voor dit vaargebied categoraal vrijgesteld 9 Mondeling middels VHF kanaal 2 Brandaris (ingaand) en kanaal 4 Centrale Meldpost Waddenzee (uitgaand). In de haven van Harlingen middels VHF kanaal Havendienst Harlingen. 6 Vaargebied Westereems-Borkum Van verkenningston Westereems via vaarwater Westereems tot boei 2 Dit traject is dus inclusief het ankergebied Borkum rede. In dit gebied is geen ontheffingsbeleid van toepassing 2 J Voor zeeschepen opgenomen in het Register loodsplicht kleine zeeschepen geldt een boven lengtegrens tot 0 meter. Celdt niet voor zeeschepen opgenomen in het Register loodsplicht kleine zeeschepen Lage kruiplijn-coasters tussen 70 en 90 meter dienen wel ontheffing aan te vragen
7 Vaargebied Borkum - Eemshaven (incl. Eemshaven). Van boei 2 van vaarwater Westereems via vaarwater Westereems, Randzelgat en Doekegat tot boei 35 en havenhoofden Eemshaven. Inclusief ankergebied 'Rede Oude Eems' en inclusief alle met open zee in verbindingstaande ligplaatsen tot aan de havenhoofden van de Eemshaven. Kwaliteit bemanning Opleiding en certificering Ervaring Communicatie Samenstelling Overig Schepen in de categorie 90 t/m 0 meter Basis- en aanvullende vereisten Internationale standaardeisen (IMP) o.a.: SOLAS, STCW -> Celdig vaarbevoegdheidsbewijs, aantoonbare kennis geldige wet & regelgeving, dient kennis te hebben van BPR en Scheepvaart Regelement Eemsmonding. -> De laatste 2 maanden 3x in en uit. -> Aantoonbare taalvaardigheid Engels, kennis VTS procedures -) Brugteam moet bestaan uit minimaal de ontheffinghouder plus bemanningslid -> Aantoonbare voldoende rusttijd bemanning Kwaliteit schip 20 Manoeuvreereigenschappen Navigatie- & Communicatieapparatuur Radar Plaatsbepaling Overig Bijzondere bepalingen Algemene beperkingen Diepgang Zichtconditie Schepen opgenomen in het Register loodsplicht kleine zeeschepen Internationale standaardeisen o.a.: SOLAS -> Boegbesturing en goed functionerend scheepsroer en goed werkende voortstuwingsinstallatie met voldoende vermogen. Internationale standaardeisen -> Coed functionerend -> Bijgewerkte standaarduitrusting -> Contingencyplan aanwezig en getest (ISM2002 ) Bij twijfel bedrijfsbezoek aan boord Naar het oordeel van de bevoegde autoriteit -> Diepgang mag niet meer dan 70 decimeter bedragen. -> Bij zicht van 2000 meter of minder krijgt schip verplicht radarberatung van Knock Radar. -> Schepen vallend onder de categorien Denemarkenvaarders en Bi- Bu's zijn voor dit vaargebied categoraal vrijgesteld 2 Verantwoording/bevestiging Kapitein Mondeling middels VHF kanaal 8 Borkum Radar (ingaand) en VHF kanaal 0 Eemshaven Port Control (uitgaand) 7 Geldt niet voor zeeschepen opgenomen in het Register loodsplicht kleine zeeschepen Lage kruiplijn-coasters tot 0 meter dienen wel ontheffing aan te vragen.
8 Vaargebied Eemshaven - Delfzijl (inclusief haven Delfzijl). Vanaf boei 35 via vaarwater Doekegat tot boei 57 (Oterdum Reede) en havenhoofden Delfzijl. Inclusief ankergebied 'Rede Oterdum'. Inclusief direct met open zee in verbinding staande ligplaatsen tot aan de havenhoofden (Met uitzondering van ligplaatsen aan de chemiesteigers). Kwaliteit bemanning Opleiding en certificering Ervaring Communicatie Samenstelling Overig Schepen in de categorie 90 t/m 0 meter Basis- en aanvullende vereisten Internationale standaardeisen (IMP) o.a.: SOLAS. STCW -> Celdig vaarbevoegdheidsbewijs, aantoonbare kennis geldige wet & regelgeving, dient kennis te hebben van BPR en Scheep vaart Regelement Eemsmonding. De laatste 2 maanden 3x in en uit. -> Aantoonbare taalvaardigheid Engels, kennis VTS procedures -> Brugteam moet bestaan uit minimaal de ontheffinghouder plus bemanningslid -> Aantoonbare voldoende rusttijd bemanning Kwaliteit schip" Manoeuvreereigenschappen Navigatie- & Communicatieapparatuur Radar Plaatsbepaling Overig Bijzondere bepalingen Algemene beperkingen Zichtconditie Diepgang Schepen opgenomen in het Register loodsplicht kleine zeeschepen Verantwoording/bevestiging Kapitein Internationale standaardeisen o.a.: SOLAS -> Boegbesturing en goed functionerend scheepsroer en goed werkende voortstuwingsinstallatie met voldoende vermogen. Internationale standaardeisen Goed functionerend -> Bijgewerkte standaarduitrusting -> Contingencyplan aanwezig en getest (ISM2002 ) Bij twijfel bedrijfsbezoek aan boord Naar het oordeel van de bevoegde autoriteit -> Bij zicht van 2000 meter of minder krijgt schip verplicht radarberatung van Knock Radar. -> Diepgang mag niet meer dan 60 decimeter bedragen. -> Schepen vallend onder de categorien Denemarkenvaarders en Bi-Bu's zijn voor dit vaargebied categoraal vrijgesteld 23 Mondeling middels VHF kanaal 20 Borkum Radar (ingaand) of VHF kanaal 03 Port Control Delfzijl (uitgaand) Geldt niet voor zeeschepen opgenomen in het Register loodsplicht kleine zeeschepen Lage kruiplijn-coasters tot 0 meter dienen wel ontheffing aan te vragen
9 Vaargebied overig loodsplichtig vaarwater westelijke Waddenzee Dit betreft de routes Den Helder-Den Oever via Malzwin, Wierbalg en Visjagersgaatje en het vaarwater Inschot, Scheurrak-Omdraai, Zuidoostrak, Molenrak en Verversgat. Kwaliteit bemanning Opleiding en certificering Ervaring Communicatie Samenstelling Overig Schepen in de categorie 60 t/m 90 meter 24 Basis- en aanvullende vereisten Internationale standaardeisen (IMP) o.a.: SOLAS. STCW -> Geldig vaarbevoegdheidsbewijs, aantoonbare kennis geldige wet & regelgeving, dient kennis te hebben van BPR. -> De laatste 2 maanden 6x het vaarwater bevaren. -> Aantoonbare taalvaardigheid Engels, kennis VTS procedures -> Brugteam moet bestaan uit minimaal de ontheffinghouder plus bemanningslid -> Aantoonbare voldoende rusttijd bemanning Kwaliteit schip 25 Manoeuvreereigenschappen Navigatie- & Communicatieapparatuur Radar Plaatsbepaling Overig Bijzondere bepalingen Algemene beperkingen Diepgang Schepen opgenomen in het Register loodsplicht kleine zeeschepen Verantwoording/bevestiging Kapitein Internationale standaardeisen o.a.: SOLAS -> Boegbesturing en goed functionerend scheepsroer en goed werkende voortstuwingsinstallatie met voldoende vermogen. Internationale standaardeisen -> Coed functionerend -> Bijgewerkte standaarduitrusting -> Contingencyplan aanwezig en getest (ISM2002 ) Bij twijfel bedrijfsbezoek aan boord Naar het oordeel van de bevoegde autoriteit -> Diepgang mag niet meer dan 25 decimeter bedragen. Schepen vallend onder de categorien Denemarkenvaarders en Bi-Bu's zijn voor dit vaargebied categoraal vrijgesteld 26 Mondeling middels VHF kanaal 4 Centrale Meldpost Waddenzee of kanaal 2 VTS Den Helder 2 3 Voor zeeschepen opgenomen in het Register loodsplicht kleine zeeschepen geldt een boven lengtegrens tot 0 meter Geldt niet voor zeeschepen opgenomen in het Register loodsplicht kleine zeeschepen. Lage kruiplijn-coasters tot 90 meter dienen wel ontheffing aan te vragen.
Loodsplicht Nieuwe Stijl (LNS) Verklaring van Vrijstelling van loodsplicht Inleiding. Per augustus 2002 zal een aantal wijzigingen van kracht worden op het Loodsplichtstelsel zoals dit geldt op de loodsplichtige wateren in en rond Nederland. De bedoelde wijzigingen zijn opgenomen in het Loodsplichtbesluit 995 en het Besluit verklaringhouders Scheepvaartverkeerswet. De loodsplichtl in Nederland is, behoudens uitzonderingen, sinds 988 generiek vastgesteld voor zeeschepen met een lengte van 60 meter of meer. In 995 is een aantal wijzigingen van kracht geworden, wat onder meer een versoepeling inhield voor bepaalde categorieen kleine zeeschepen. Ook zijn er sinds 995 ruimere mogelijkheden voor kapiteins en stuurlieden om onder voorwaarden een zg. Verklaring van Vrijstelling te halen. Met deze wijzigingen werd een eerste voorzichtige stap gezet het historisch gegroeide loodsplichtstelsel meer toe te snijden op veiligheidseisen. Ontwikkelingen aan boord van zeeschepen, verkeersmanagement, en regionale en gebiedsgebonden verschillen in vaarweg en verkeersintensiteit werden niet meegenomen in het loodsplichtstelsel. Dit geldt ook voor ontwikkelingen op het gebied van aangescherpte internationale regelgeving voor wat betreft de constructie, uitrusting, belading, bemanning en verkeersdeelneming van zeeschepen. Door deze ontwikkelingen zitten vele zeeschepen voor wat betreft hun constructie, uitrusting en/of bemanning (ruim) boven de internationale standaards en heeft de invoering van de International Safety Management Code (ISM-code) rederijen verplicht tot de invoering van zorgsystemen en kwaliteitsborging. Met het Beleidsvoornemen inzake de navigatie ondersteunende dienstverlening in de zeehavengebieden 2 is in 999 een start gemaakt om op termijn te komen tot een nieuw stelsel van Navigatie Ondersteunende Dienstverlening (N.O.D.) waarin deze beperkingen niet meer voorkomen. In plaats daarvan zal een flexibel stelsel van NO D. worden ingevoerd dat ruimte biedt voor een meer op het individuele schip toegesneden vorm van dienstverlening Volledige invoering hiervan, in de vorm van wet, regelgeving en implementatie, verdere regionalisering en meer marktwerking binnen de nautische dienstverlening, wordt verwacht in 2005. Vanaf XXXX 2002 krijgt de regionale autoriteit, in de noordelijke regio de Hoofdingenieur-Directeur (HID) van de Rijkswaterstaat (RWS) Noord-Nederland, door middel van een Algemene Maatregel van Bestuur de bevoegdheid om de geldigheid van een (bestaande) verklaring van vrijstelling (VvV) te verruimen. De verruiming betreft het zich verplaatsen van en naar andere ligplaatsen in het desbetreffende havengebied. Verkeersdeelnemers die voor een verklaring van vrijstelling in aanmerking willen komen kunnen hiertoe een aanvraag indienen bij de HID van RWS Noord-Nederland 3 voorde havens en aanloopgebieden van Delfzijl, Eemshaven, Den Helder en Harlingen. Deze verklaring geldt voor de vaartrajecten naar en van de aangegeven ligplaatsen in het desbetreffende havengebied. Het stelsel van vrijstellingen en ontheffingen van loodsplicht geldt niet voor zeeschepen met gevaarlijke lading in bulk. De regionale autoriteit kan een afgegeven verklaring intrekken indien niet meer aan de gestelde voorwaarden wordt voldaan. Er kan ad hoc loodsplicht worden opgelegd, indien de omstandigheden naar het oordeel van de verantwoordelijke autoriteit hiertoe aanleiding geven. Achtereenvolgens vindt u in dit informatiepakket: ) Algemene voorwaarden; 2) Aanvullende eisen; 3) Opleiding; 4) Omschrijving vaargebieden en havens; 5) Gelijksoortige schepen; 6) Beperkingen en Intrekkinggronden; 7) Aanvraag- en afhandelingprocedure; Dit informatiepakket is een populaire vertaling van verschillende regelingen. Dit pakket kan niet in alle gevallen antwoord geven op individuele vragen. U kunt aan de inhoud van dit pakket geen rechten ontlenen. 2 Kamerstukken II 998/999, 24036, nr 34 3 Waar over lengte gesproken wordt gaat het over de "London Lengte" is lengte volgends de meetbrief.
Bijlage A. Beleidslijn beoordeling "kleine zeeschepen" Bijlage B. Het aanvraagformulier voor VvV; Door middel van dit informatiepakket is geprobeerd in algemene zin aan te geven welke wijzigingen in de loodsplicht van kracht zullen worden per XXXX 2002, en hoe de verantwoordelijke autoriteiten in de regio Noord- Nederland (incl. de havens van Den Helder, Harlingen, Delfzijl en Eemshaven) dit beleid zullen implementeren. Voor verdere informatie wordt verwezen naar hoofdstuk 7), Aanvraag- en afhandelingsprocedure.. Algemene voorwaarden Verlening van een VvV op grond van artikel 2 van genoemde wijziging in het Besluit Verklaringhouders Scheepvaartverkeerswet impliceert dat er meerdere ligplaatsen in een VvV kunnen gelden. Uit hoofde van artikel 0, derde lid, van de Scheepvaartverkeerswet heeft de betreffende autoriteit de mogelijkheid aan elke VvV voorschriften en beperkingen te verbinden. Om in aanmerking te komen voor een VvV, zoals bedoeld in art. 2, moeten schip en aspirant-verklaringhouder gezamenlijk aan een aantal basiseisen voldoen (zie onderstaande voorwaarden) Het is aan de aanvrager van de VvV, de eigenaar of de rompbevrachter, om aan te tonen dat schip en aspirantverklaringhouder voldoen aan de door de betreffende autoriteit gestelde vereisten. De VvV wordt in principe afgegeven aan de verklaringhouder voor een schip, het is echter ook mogelijk om de VvV te laten gelden voor gelijksoortige schepen. Indien de verantwoordelijke autoriteit het nodig acht om tot een juiste beoordeling te komen van de aangevraagde VvV, kan om een beoordelingsreis worden verzocht. De VvV is bedoeld voor onbepaalde tijd" met de mogelijkheid om ad hoc loodsplicht op te leggen met het oog op de veiligheid van het scheepvaartverkeer. De VvV van loodsplicht geldt met voor zeeschepen met gevaarlijke lading in bulk. Hieronder worden verstaan zeeschepen, gebouwd of geschikt gemaakt en gebezigd voor het vervoer van minerale olie, gas of chemicalien in bulk, en geheel of gedeeltelijk daarmee geladen, dan wel leeg maar nog niet ontgast of ontdaan van hun gevaarlijke residuen. Gesleepte zeetransporten zullen in zijn algemeenheid als loodsplichtig worden beschouwd. Register loodsplicht kleine zeeschepen. Afhankelijk van de categorie kleine zeeschepen, is het schip vrijgesteld van de loodsplicht of is een lagere aanloopfrequentie vereist om voor een VvV in aanmerking te komen. (zie art. 4.2 Besluit Verklaringhouders) Het gaat hier om de kleine zeeschepen van de categorieen Denemarkenvaarder en Binnen/Buiten-schip, resp. Lage kruiplijn-coasters. Alvorens men van de "voorrechten" van een klein zeeschip gebruik mag maken dient men te zijn opgenomen in het zogenoemde "Register loodsplicht kleine zeeschepen". Aanvragen om hierin opgenomen te worden dienen te worden gericht aan het Gemeentelijk Havenbedrijf Rotterdam. Hier kan men ook de aanvraag formulieren verkrijgen. Bij het toetsen of een schip tot een bepaalde categorie "klein zeeschip" behoort zullen de richtlijnen gehanteerd worden zoals bijgevoegd in Bijlage A.
2. Aanvullende eisen Het is van groot belang, dat verklaringhouders kunnen communiceren met de reguliere dienstverleners die direct betrokken zijn met de veilige afwikkeling van de scheepvaart, t.w. de VTS-operators die belast zijn met de verkeersbegeleiding vanuit de verkeerscentrales Den Helder, Brandaris, Delfzijl/Eemshaven en Knock Radar, de registerloodsen, de havendiensten, de sleepboten, de sluizen alsmede met de overige verkeersdeelnemers. In dat kader dienen de verklaringhouders de beschikking te hebben over een marifooninstallatie met de kanalen die nodig zijn op het traject waarvoor de verklaring geldt. Verklaringhouders moeten de VTS-procedures en de in dat kader vereiste meldingen conform uitvoeren. Voor schepen die niet zijn opgenomen in het Register loodsplicht kleine zeeschepen en groter zijn dan de voor het vaargebied geldende maximale lengte waarvoor geen loodsplicht geldt, kunnen aanvullende trainingen worden vereist, die evt. aan boord kunnen worden verzorgd. Ook is het mogelijk, dat een aanvullende simulatortoets wordt vereist. De trainingen zullen betrekking hebben op: los/vastmaken van sleepboten in het algemeen; specifieke communicatie met sleepbootkapiteins, resp. manoeuvreren met sleepbootassistentie; specifieke communicatie met VTS- operators, loodsen, patrouillevaartuigen. (NB. dit geldt voor alle verklaringhouders); meer- en ontmeerprocedures in het havenbekken/op de rede; varen onder invloed van sterk wisselende stroomrichtingen en sterktes. 3. Opleiding De aspirant-verklaringhouder dient minimaal aan een aantal voorgeschreven opleidingseisen te voldoen. Alvorens de aspirant-verklaringhouder aan de opleiding wordt toegelaten, dient hij/zij minimaal 8 keer het traject waarvoor hij de VvV wil behalen bevaren te hebben De opleiding bestaat uit een theorie gedeelte en een aantal praktijk reizen. De opleiding komt voor rekening van de aspirant-verklaringhouder. Afhankelijk van het aanbod kan deze opleiding meerdere keren per jaar plaatsvinden. De Regionale Loodsencorporatie houdt de organisatie beschikbaar voor het opleiden en examineren van aspirant-verklaringhouders in de praktijk. De opleiding van de kandidaat op het traject kan naar keuze plaatsvinden in de Nederlandse of Engelse taal. Ten behoeve van de opleiding wordt door het Loodswezen de wettelijk te verstrekken lesstof in bruikleen aan de aspirant-verklaringhouder uitgereikt. Gedurende een dag kan de betrokkene les krijgen in de vereiste materie. Het noodzakelijk geachte aantal beoordelingsreizen met loods aan boord wordt gedurende de opleidings-periode in overleg met de regionale autoriteit en na instemming van de aspirant-verklaringhouder vastgesteld. Daarna vinden de drie wettelijk voorgeschreven proefreizen (= examenreizen) plaats. Een globale richtlijn is in onderstaand schema weergegeven. Minimum voor opleidingstraject >8 calls I Theorie + praktijk 3 trainingsreizen In en uit II Aantal beoordelingsreizen * 3 In en uit III Aantal proef (examen) reizen ** 3 In of uit Deze richtlijn geldt niet voor schepen die zijn opgenomen in het Register loodsplicht kleine zeeschepen, (m.u.v. loodsplichtige LKC's) Tijdens deze reizen treedt de aspirant-verklaringhouder zoveel mogelijk als zelfstandig verkeersdeelnemer op, waarbij de loods diens handelingen observeert en controleert of het geleerde goed is overgekomen. Dit zijn de examenreizen, zoals die wettelijk zijn voorgeschreven in het "Besluit Verklaringhouders"
4. Omschrijving havens en aanloopgebieden Per vaargebied zijn maximum afmetingen voor schepen aangegeven waarbinnen men is vrijgesteld van loodsplicht. Schepen groter dan deze afmetingen kunnen onder bepaalde voorwaarden/eisen een Verklaring van Vrijstelling krijgen. Tot bepaalde afmetingen is ook een ontheffing mogelijk. Zie hiervoor de informatie "LNS ontheffingen". De onderstaande categorieen blijven vrijgesteld van loodsplicht: Oorlogsschepen behorend bij de koninklijke of bondgenootschappelijke marine. Zeeschepen ingericht als vissersvaartuig en ook voor dat doel worden gebruikt. Zeeschepen gebouwd of ingericht voor het winnen of vervoeren van grind, zand en baggerspecie, tenzij tijdens de vaart op de scheepvaartweg voor een ander doel gebruikt. Loodsvaartuigen Zeeschepen met gevaarlijke lading in bulk kunnen niet in aanmerking komen voor een Verklaring van Vrijstelling Gesleepte zeetransporten zullen in zijn algemeenheid als loodspichtig worden beschouwd. De verantwoordelijke autoriteit kan afhankelijk van de omstandigheden besluiten de verklaring van vrijstelling te laten gelden voor een of meerdere ligplaatsen in een haven. De grenzen van de trajecten waarvoor separaat vrijstelling kan worden aangevraagd zijn als volgt:. Den Helder (rede+buitenhaven tot aan Moormanbrug). Het loodsplichtig vaarwater op de rede van Den Helder inclusief de direct aan open zee gelegen havenbekkens binnen de haven van Den Helder. 2 Den Helder (moormanbrug tot sluis). Hiermee wordt bedoeld het vaarwater tussen de Moormanbrug en de Koopvaardersschut-sluis. 3 Den Helder-Kornwerdzand. Vaarwater via Texelstroom, Doove Balg en Boontjes tot sluis Kornwerderzand. 4. Kornwerderzand-Harlingen (incl. haven). Vanaf sluis Kornwerderzand via de Boontjes tot havenhoofden Harlingen. En vanaf de havenhoofden tot alle rechtstreeks met open zee in verbinding staande ligplaatsen binnen de haven van Harlingen. 5. Vlierede-Harlingen (incl. haven). De Vlierede zuid van de rechte lijn getrokken over de vuurtoren van Vlieland en de Brandaris via Vliestroom, Blauwe Slenk en vaargeul langs Pollendam tot havenhoofden Harlingen en vanaf de havenhoofden tot alle rechtstreeks met open zee in verbinding staande ligplaatsen binnen de haven van Harlingen. 6a+b. Westereems-Borkum Van verkenningston Westereems via vaarwater Westereems tot boei 2. Dit traject is dus inclusief het ankergebied Borkum rede. 7. Borkum-Eemshaven (incl. Eemshaven) Van boei 2 van vaarwater Westereems via vaarwater Westereems, Randzelgat en Doekegat tot boei 35 en havenhoofden Eemshaven. Inclusief ankergebied 'Rede Oude Eems' en alle met open zee in verbindingstaande ligplaatsen tot aan de havenhoofden van de Eemshaven. 8. Eemshaven-Delfzijl (incl. haven) Vanaf boei 35 via vaarwater Doekegat tot boei 57 (Oterdum Reede) en havenhoofden Delfzijl. Inclusief ankergebied 'Rede Oterdum' en alle direct met open zee in verbinding staande ligplaatsen tot aan de havenhoofden van de haven van Delfzijl. 9. Overig loodsplichtig vaarwater Westelijke Waddenzee. Dit betreft de route Den Helder-Den Oever via Malzwin, Wierbalg en Visjagersgaatje. En het vaarwater Inschot, Scheurrak-Omdraai, Zuidoostrak, Molenrak en Verversgat.
Gelijksoortige schepen Het is mogelijk, dat dezelfde verklaringhouder een VvV krijgt voor meerdere zeeschepen, mits deze schepen gelijksoortig zijn. Het is aan de regionale autoriteit om vast te stellen of hiervan sprake is. Dit gebeurt in overleg met de regionale loodsencorporatie. In het beheersgebied Noord-Nederland en Den Helder zullen de navolgende criteria een rol spelen bij het bepalen of schepen gelijksoortig zijn te beschouwen: Het andere schip moet qua type schip overeenkomen (Lloyds Register of Shipping zal hiertoe als referentiedocument worden gehanteerd); De lengte-, resp. breedte-, resp. de diepgangsverschillen op de zomerlastlijn van de betreffende zeeschepen mogen slechts in bepaalde mate uiteenlopen; De manoeuvreereigenschappen van de betreffende schepen moeten voldoende in overeenstemming zijn. Dit moet o.m. blijken uit de manoeuvreergegevens uit het manoeuvreerplan; Het aantal, alsmede het vermogen van de boeg- en/of hekschroeven moeten overeenkomstig te beschouwen zijn. Ook het roertype speelt een belangrijke rol. De constructie van het schip, zoals de plaats van de opbouw, het windvangend oppervlak moet overeenkomstig te beschouwen zijn; De bruginrichting en/of -uitrusting moet op essentiele onderdelen voldoende overeenkomsten vertonen (bijv. wel of geen "portable telegraaf"); De verklaringhouder moet over een ruime nautisch operationele ervaring beschikken m.b t de scheepsgebonden werkprocessen binnen de rederij. 5. Beperkingen en intrekkinggronden De bevoegde autoriteit kan de verklaringhouder ad hoc loodsplicht opleggen. Hiervoor is een aantal richtlijnen: Indien er ingrijpende wijzigingen in het scheepvaartverkeerpatroon zijn, bijvoorbeeld door calamiteiten en/of incidenten. Aanvullende of vervangende diensten zullen afhankelijk van het toelatingsbeleid bekend gemaakt worden. VvV's zullen worden ingetrokken, al dan niet tijdelijk, indien: de verklaringhouder een van de bij dit besluit gestelde verplichtingen, dan wel een aan de VvV verbonden voorschrift of beperking niet nakomt; de verklaringhouder de voor de scheepvaartweg waarop de ontheffing betrekking heeft geldende reglementen en voorschriften niet nakomt; het zeeschip waarop de VvV betrekking heeft ingrijpend is verbouwd, of, de verklaringhouder niet optreedt zoals het een goed verkeersdeelnemer betaamt.
6. Aanvraag- en afhandelingprocedure Aanvragen voor een VvV kunnen via een aanvraagformulier ingediend worden. Voor het verkrijgen van aanvraagformulieren, verdere informatie of toelichting kunt u zich richten tot onderstaande adressen. Di recto raat- G e n e raai R ij kswate rstaat Directie Noord-Nederland Zuidersingel 3 Postbus 230 890 JH Leeuwarden Afd ANZ / Waterkeringen, Scheepvaart en Vaarwegen Tel: +3582344344 Fax: +358234423 E-mail: anz@dnn.rws.minvenw.nl Het aanvraagformulier dient volledig ingevuld en aangevuld met kopieen, conform de voorwaarden, ingediend te worden bij bovenstaand adres. Na toetsing van de gegevens krijgt men binnen 8 weken schriftelijk bericht of de aanvrager wel of niet voor een Verklaring van Vrijstelling in aanmerking komt. Wat betreft de algehele veiligheid tijdens de uitvoering van de toe te kennen ontheffing is de verantwoordelijke autoriteit met de nodige bevoegdheden toegerust. Dit impliceert dat de autoriteit aan elke verklaring voorschriften en beperkingen kan binden. Tegen een besluit van de betreffende autoriteit tot verlening, weigering of intrekking van de verklaring bestaat de mogelijkheid van bezwaar en beroep op grond van de Algemene Wet Bestuursrecht.
Bijlage A, Beleidslijn beoordeling "kleine zeeschepen" Onder kleine zeeschepen worden de navolgende categorieen schepen verstaan: Denemarkenvaarders; Binnen/buiten-schepen; Lage kruiplijn-coasters, en: Rijnschepen Denemarkenvaarders Voor de beantwoording van de vraag welke schepen als Denemarkenvaarder dienen te worden aangemerkt, gaan de Rijkshavenmeesters uit van de criteria genoemd in artikel, eerste lid, van het Loodsplichtbesluit 995. In dit artikel wordt verstaan onder Denemarkenvaarder: een zeeschip dat:. een lengte ("London lengte") heeft van minder dan 80 meter, 2. een bruto inhoud heeft van minder dan 600 ton, of een bruto tonnage van minder dan 600 ton en een voortstuwingsvermogen van niet meer dan 25 kw (5 00 pk), en; 3. een certificaat van deugdelijkheid in de zin van de Schepenwet heeft, dat slechts geldig; is voor: A. de vaart van het Vlie, langs de Nederlandse en Duitse waddeneilanden naar de monden van de Wezer, Elbe en Eider, door het Noord-Oostzeekanaal naar de Oostzee tot de lijn Stralsund-Trelleborg, alsmede door de Sont en de Belten naar het Kattegat tot de lijn Crenaa-Kullen, of B. de vaart van de mond van de Westerschelde naar het zuiden langs de Nederlandse, Belgische en Franse kust tot Duinkerken. Binnen/Buiten-schepen Voor de beoordeling of een schip als binnen/buiten-schip kan worden aangemerkt maken de Rijkshavenmeesters gebruik van de onderstaande criteria, gebaseerd op artikel, lid, van het Loodsplichtbesluit 995: Een binnen/buiten-schip is een zeeschip (dat):. een lengte ("London lengte") heeft van minder dan 0 meter; 2. blijkens zijn constructie vergelijkbaar is met een binnenschip ; 3. gebruikt wordt of zal worden gebruikt voor de vaart op de niet-loodsplichtige binnenwateren en in een beperkt vaargebied op zee, t.h 200 mijl buiten de kust; 4. beschikt over de vereiste scheepspapieren voor de vaart op de binnenwateren en voor de vaart ter zee, in het bijzonder de kustwateren; 5. waarvan de bemanning in het bezit is van een groot vaarbewijs of een Rijnpatent en in het bezit is van vaarbevoegdheidsbewijzen voor de vaart ter zee, in het bijzonder de kustwateren. Opmerking: voor de controle op het vereiste in punt 3. kan de Rijkshavenmeester onder andere gebruik maken van het scheepsjournaal en/of het verzoek doen om de nodige contracten betreffende landinwaartse bestemmingen te overleggen. Lage kruiplijn-coasters Voor de beoordeling of een schip als lage kruiplijn-coaster kan worden aangemerkt, maakt de Rijkshavenmeester gebruik van de onderstaande criteria, gebaseerd op artikel, eerste lid, van het Loodsplichtbesluit 995: Een lage kruiplijn-coaster is een zeeschip (dat):. een lengte ("Londen lengte") heeft van minder dan 0 meter; 2. veelal gebruikt wordt of zal worden gebruikt voor de vaart in een onbeperkt vaargebied op zee. 3. een zodanige vorm of constructie heeft, o.a. blijkend de "minimum airdraught van de Rijnvaarthoogte, dat het geschikt is voor de vaart op niet-loodstplichtige binnenwateren en daarvoor wordt gebruikt of zal worden gebruikt; 4. beschikt over de vereiste scheepspapieren voor de vaart op de binnenwateren en voor de vaart ter zee; 5. waarvan de bemanning in bet bezit is van een groot vaarbevoegdheidsbewijs voor de vaart ter zee. Opmerking: evenals bij de binnen/buiten-schepen het geval is kan de Rijkshavenmeester onder andere gebruik maken van het scheepsjournaal en/of het verzoek doen om de nodige contracten te overleggen. Rijnschepen Op grond van artikel 5, lid, van het Loodsplichtbesluit 995 wordt verstaan onder een Rijnschip: een zeeschip dat is voorzien van een certificaat van onderzoek als bedoeld in bijlage B of van een speciaal certificaat als bedoeld in bijlage C van het reglement onderzoek schepen op de Rijn 995.
Bijlage B. AANVRAAGFORMULIER applicationform VOOR EEN VERKLARING VAN VRIJSTELLING LOODSPLICHT for a pilot's exemption certificate VOOR EEN VERKLARING GELIJKSOORTIG SCHIP for a declaration of similar ship Naam verklaringhouder/aanvrager name pec-holder/applicant Adres verklaringhouder/aanvrager, address pec-holder/applicant Geboortedatum en -plaats date & place of birth Nationaliteit, nationality Paspoortnummer, passport number Aantal reizen afgelopen jaar, number of recent annual runs Verwacht aantal reizen per jaar, number of expected annual runs Gewenst gebied, desired exemption area Voor de aanvraag van een Verklaring van vrijstelling moet het volgende worden meegezonden: If an exemption certificate is applied for, the following items will be sent with the application: 2 pasfoto's met volledige naam en geboortedatum vermeld op de achterzijde 2 passport photos with full name and date of birth written on the backside of it. Kopie arbeidsovereenkomst rederij copy working permit of shipping company Kopie kapiteinsdiploma copy master's ticket Kopie oog- en oorpapieren copy medical certificate eyes and ears Kopie gezondheidspapieren copy medical health certificate Datum uitgifte: date of issue: Datum uitgifte: date of issue: Datum uitgifte: date of issue: Datum uitgifte: date of issue: Gegevens gelijksoortig schip (wanneer aanvraag bedoeld is voor verklaring gelijksoortig schip) similar ship's data (when this application is meant for the determination of a similar ship) Naam gelijksoortig schip waarvoor verklaring van vrijstelling is afgegeven: name of similar ship for which exemption has been granted: Geldigheid van de verklaring van vrijstelling voor dat gelijksoortige schip: validity of exemption certificate for that similar ship: Gebied waarvoor verklaring van toepassing is: exemption area of pec: Cegevens van het schip waarvoor aanvraag bedoeld is, op volgende pagina. data of ship which is applied for, following on next page
Behoort bij aanvraag verklaring van vrijstelling/gelijksoortig schip (naam aanvrager): belongs to application pec/similar ship of: (name pec-holder/applicant) Gegevens van schip waarvoor aanvraag geldt: data of ship which is applied for Naam schip+ IMO/Lloyd's nummer ship's name + imo/lloyd's number Type schip cf Lloyd's register ship's type conform lloyd's register Roepletters/nationaliteit callsign/nationality Thuishaven port of registry Londen lengte/breedte/zomerdiepgang London lenght/width/summerdraught Machines: type/vermogen engines: type/power Aantal schroeven Number of propellers Boegschroef, type/aantal/vermogen bow thruster, type/number/power Achterstevenschroef, type/aantal/vermogen stern thruster, type/number/power Roer, type/aantal/plaats Rudder, type/number/place vhf-uhf kanalen aan boord vhf-uhf channels present on board Stuurmachine, type steering gear, type Rederij/eigenaar shipping company/owner Adres address charterer Adres address tonnage certificate (send copy) Scheepsagent in Harlingen, Delfzijl of Den Helder shipping agent in Den Helder, Harlingen or Delfzijl/Eemshaven nautical operational management: engineers number / nationality: deck officers number/ nationality: deck crew number / nationality: Niet in te vullen door aanvrager/ not to be filled in by applicant. Rijkswaterstaat Noord-Nederland Datum ontvangst Stempel, handtekening Behandeld door Opmerkingen:
Loodsplichtbesluit 995 en het Besluit verklaringhouders Scheepvaartverkeerswet Flexibilisering van de Loodsplicht *
Wijzigingen lood Flexibilisering Loodsplicht Een belangrijke taak van de Nederlandse overheid is de zorg van een veilig en vlot verloop van het scheepvaartverkeer op de aanlooproutes naar de havens. Zeeschepen zijn daarom verplicht om in de toegangen tot de Nederlandse zeehavens gebruik te maken van de diensten van een loods. In de regelgeving voor de loodsplicht op Nederlandse wateren zijn onlangs wijzigingen aangebracht. Met de Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) betreffende de flexibilisering van het loodsplichtstelsel wordt een eerste stap gezet naar een loodsplichtregime dat meer rekening houdt met de actuele ontwikkelingen, met name de ontwikkeling aan boord van zeeschepen en de ontwikkelingen op het gebied van verkeersmanagement. Met de nieuwe maatregelen krijgen de Rijkshavenmeesters en de lokale autoriteiten meer mogelijkheden om een passend dienstverleningsniveau per individueel schip op te leggen. De Rijkshavenmeesters van Noord-Nederland en Den Helder willen, in samenwerking met de gemeenten Den Helder, Harlingen en het Havenschap Groningen Seaports (beheerder van de haven van Delfzijl en Eemshaven), via deze folder duidelijk maken wat de meest essentiele veranderingen zijn voor loodsplichtige vaarwateren in Noord-Nederland. Vrijstelling Vrijstelling In de AMvB die per augustus 2002 in werking treedt, wordt de loodsplichtgrens per vaargebied afzonderlijk vastgesteld. Onderstaande tabel geeft aan tot en met welke afmetingen kapiteins van zeeschepen zijn vrijgesteld van loodsplicht voor de vaargebieden in Noord-Nederland. Met uitzondering van zeeschepen met gevaarlijke lading in bulk. Ontheffing Indien u niet voor vrijstelling in aanmerking komt, is het mogelijk om ontheffing van de loodsplicht te verkrijgen. De diepgang- en lengtegrenzen voor de ontheffing verschillen per vaargebied. In individuele gevallen kan per vaargebied een aanvraag voor ontheffing worden ingediend bij de Rijkshavenmeester van Noord- Nederland. Onderstaande tabel geeft per vaargebied aan tot en met welke afmetingen een ontheffing kan worden aangevraagd. Om in aanmerking te komen voor een ontheffing, moet in ieder geval aan de volgende eisen worden voldaan: een bepaalde samenstelling en kwaliteit van de bemanning, het opleidings- en ervaringsniveau en de beheersing van de Nederlandse of Engelse taal; een behoorlijke bekendheid van de verkeersdeelnemers met de nautische omgeving aanwezig te zijn; een aantal specifieke uitrustingseisen van het zeeschip Aan zeeschepen met een gevaarlijke lading in bulk wordt geen ontheffing verleend. Vaargebied Lengte (m) Breedte (m) Diepgang (dm) Den Helder (rede+buitenhaven) 90-70 2 Den Helder (Moormanbrug tot sluis) 90-50 3 Den Helder-Kornwerderzand* 60-40 4 Kornwerderzand-Harlingen 60-25 5 Vlierede-Harlingen (incl. haven) 70-60 6a Westereems-Borkum (CarCarrier) 20 20 70 6b Westereems-Borkum (Overige) 50 25 70 7 Borkum-Eemshaven (incl. Eemshaven) 90 3 70 8 Eemshaven-Delfzijl (incl.haven Delfzijl) 90 3 60 9 Overig vaarwater Westelijke Waddenzee** 60-25 *) Den Helder-Kornwerderzand via Texelstroom, Doovebalg en Boontjes. ' ") Den Helder-Den Oever via Malzwin en Wierbalg/Visjagersgaatje. En vaarwaters Inschot, Scheurrak-Omdraai, Zuidoostrak, Molenrak en Verversgat.
plicht Nederlandse wateren Ontheffing Vaargebied Lengte (m) Diepgang (dm) Den Helder (rede+buitenhaven) 0 70 2 Den Helder ( M o o r m a n b r u g tot sluis) 0 50 3 Den H e l d e r - K o r n w e r d e r z a n d * 90 40 4 Kornwerderzand-Harlingen 90 25 5 Vlierede-Harlingen (incl. haven) 90 60 6 Westereems-Borkum Geen Geen 7 Borkum-Eemshaven (incl. haven) 0 70 8 Eemshaven-Delfzijl (incl. haven) 0 60 90 25 9 O v e r i g vaarwater *) Den Helder-Kornwerderzand via Texelstroom, Doovebalg en Boontjes. **) Den Helder-Den Oever via Malzwin en Wierbalg/Visjagersgaatje. En vaarwaters Inschot, Scheurrak-Omdraai, Zuidoostrak, Molenrak en Verversgat.
Onderstaande kaartjes geven de diverse vaargebieden binnen de oord-nederland schematisch weer. Indeling vaargebieden en loodsplicht nieuwe stijl gemeente Den Helder I G R O N I N G E N SEAPORTS Informatiepakketten. De bovengenoemde instanties hebben per vaargebied beleidslijnen ontwikkeld. Via deze beleidslijnen wordt in algemene en individuele zin getoetst of schepen in aanmerking komen voor een ontheffing of een verklaring van vrijstelling. Deze zijn naar gelang het onderwerp in een informatiepakket vorm gegeven, te weten: Indeling vaargebieden en loodsplicht nieuwe stijl Informatie Ontheffing van de loodsplicht voor schepen tot een bepaalde lengte en diepgang, afhankelijk van het vaargebied ; Informatie Verklaring van Vrijstelling van loodsplicht. In alle pakketten zijn tevens de criteria vermeld om opgenomen te worden in het Register kleine zeeschepen. Ook staat erin vermeld hoe u dient te handelen indien u voor deze ontheffing/verklaring in aanmerking wilt komen. O p onderstaand adres kunt U een informatiepakket aanvragen: Andere wetenswaardigheden m.b.t. wijzigingen in de A M v B Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat Directie Noord-Nederland Zuidersingel 3 Postbus 230 890 JH Leeuwarden Afd ANZ / Waterkeringen, Scheepvaart en Vaarwegen Tel: +3582344344 Fax: +358234423 Email: anz@dnn.rws.minvenw.nl De bevoegde autoriteit kan afhankelijk van de omstandigheden te alien tijden aan ieder zeeschip ad hoc loodsplicht opleggen. Voor verhaalreizen kan de bevoegde autoriteit ad hoc loodsplicht opleggen. Het register kleine zeeschepen blijft, evenals de aanvraagprocedure om in dit register te worden opgenomen, na invoering van de A M v B ongewijzigd. Het verklaringhoudersregime wordt op een aantal onderdelen aangepast waaronder de verruiming van een verklaring van vrijstelling naar andere ligplaatsen. Deze A M v B is een overgangsmaatregel om te komen van het huidige loodsplichtregime naar dat van Navigatie Ondersteunende Dienstverl JL
plicht Nederlandse wateren Ontheffing Vaargebied Lengte (m) Diepgang (dm) Den Helder (rede+buitenhaven) 0 70 2 Den Helder ( M o o r m a n b r u g tot sluis) 0 50 3 Den H e l d e r - K o r n w e r d e r z a n d * 90 40 4 Kornwerderzand-Harlingen 90 25 5 Vlierede-Harlingen (incl. haven) 90 60 6 Westereems-Borkum Geen Geen 7 Borkum-Eemshaven (incl. haven) 0 70 8 Eemshaven-Delfzijl (incl. haven) 0 60 90 25 9 O v e r i g vaarwater *) Den Helder-Kornwerderzand via Texelstroom, Doovebalg en Boontjes. **) Den Helder-Den Oever via Malzwin en Wierbalg/Visjagersgaatje. En vaarwaters Inschot, Scheurrak-Omdraai, Zuidoostrak, Molenrak en Verversgat.