BEPALINGEN UITGEVEN VAN HANDSCHRIFTEN, DE NIEUWE GEBCHIEDENIB. OVER BET BETREKKING HEBBENDE OP

Vergelijkbare documenten
W E T VAN I0IT HISTORISCH GENOOTSCHAP.

WET VAN HET HISTORISCH GENOOTSCHAP.

REGELS. VOr)It II ET IJI'I'(;EVEN VAN UISTO1UC11E BESCIIEII)EN. VAST(;LS"I'EI,H 1)o( )1; III';T IIE,TlT It VAN HET HISTORISCH GENOOTSCHAP AMSTERDAM

WET HISTORISCH GENOOTSCHAP

7 \ WET N / / \ / Herzien in de bestuursvergadering van 3 October 1903.

PPJ6RAMMA èf kefiéigbèit vepeigch om tst de versehtkenée. met friejarigen' mnm voor meisjes te Batavia te wöpdeh teegelatee.

Inventaris van het archief van C. Baron van Breugel [levensjaren ], ; mr. R. Baron van Breugel [levensjaren ],

Inventaris van het archief van het Ministerie van Binnenlandse Zaken: Afdeling Statistiek en voorgangers,

AAN DE BURGERS DER OORLOGVOERENDE STATEN

Inventaris van het archief van de Essayeur-Generaal van 's Rijks Munt,

TIJDSCHRIFT. MUNT- en PENNINGKUNDE KONINKLIJKNEDERLANDSCHGENOOTSCHAP. Concordia res parvae crescunt" AMSTERDAM. 21 e Jaargang JOHANNES MÜLLER 1913

(B.S, 10/06/2003, p ) Tekst geconsolideerd door het coördinatiebureau: versie toepasselijk vanaf 02/04/2014

Nummer Toegang: A15. Willem II, prins van Oranje, graaf van Nassau- Breda ( )

************************* AB 1989 no. GT 87 *CENTRAAL WETTENREGISTER* 16 januari 2014 *************************

Inventaris van het archief van de Generale Staf van de Koninklijke Landmacht: Registers van In- en Uitgaande Stukken,

Inventaris van het archief van het Nederlands Genootschap voor Napoleontische Studiën, (1898)

WET MINISTERIËLE VERANTWOORDELIJKHEID... 2

Inventaris van het archief van het Ministerie van Binnenlandse Zaken: stukken betreffende de Strandvonderij

Inventaris van het archief van de Staatscommissie tot het instellen van een Onderzoek naar de Bezoldiging van Burgemeesters en Gemeenteambtenaren

INSTRUCTIE INVOER bevolkingsregisters Soest

Inventaris van het archief van het Nederlandse Consulaat te Berlijn (Pruisen),

STAATSBLAD VAN HBT KONINKRIJK DER NEDERLANDEN.

«JNIDERWIJSRAAD. S-GRAVENHAGE,.0. Juli N A..

PUBLICATIE VAN DE. NEDERLANDSCH-INDISCHE WECxENVEREENIGING CENTRAAL PROEFSTATION EN STUDIE BUREAU OP WEGENGEBIED VOLKENBONDS - A ANBE VELIN GEN

Oorspronkelijke handschriften van de Statenvertalers in de Collectie Rolandus (2)

Nummer archiefinventaris:

STAATSBLAD 'VAN HET KONINGRIJK DER NEDERLANDEN.

De Bonwall Articulator.

De theorie voor leesvaardigheid in de vorm van een stappenplan

Bronnen en bronvermelding

(Gelden voor de Kweekschool van Militaire Geneeskundigen).

Nummer archiefinventaris:

De termen kunnen de documenten terugvindbaar maken, maar de termen zijn niet geschikt om de documenten op onderwerp op te bergen.

Inventaris van het archief van het Ministerie van Oorlog: Directeur voor de Administratie,

Eigen vaardigheid Taal

BLOKHOOFDEN INSTRUCTIE LUCHTBESGHERMINGSDIENST 'S-GRAVENHAGE VOOR

INVOER INSTRUCTIE INDEX BEVOLKINGSREGISTERS REGIONAAL ARCHIEF NIJMEGEN

Laatste wijziging: 17 mei Algemene richtlijnen

Wet van 25 mei 1937, tot het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten

Wet van 25 mei 1937, tot het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten

Procedure PR01-1/5. Raad van Bestuur Documentenbeheer Datum: 15/09/ DOEL

Algemene voorwaarden gebruiksrechtovereenkomst Softwareleveranciers voor de Installatie Classificatie Structuur

INVOERINSTRUCTIE INDEX BEVOLKINGSREGISTERS DEVENTER laatst gewijzigd 22 juli Gevraagde gegevens:

W.Wal N. 1. Prijs: 30 cent J.B.WOLTERS. GRONINGEN. VIJFDE DRUK.

Inventaris van het archief van mr. Jacob van Ghesel

Doelstelling en richtlijnen voor auteurs

Het bestuursorgaan bevestigt de ontvangst van een elektronisch ingediende aanvraag.

Inventaris van het archief van de Hoofdgaarder of Collecteur der Gemene Middelen te Schiedam,

Bronvermelding Oncologica

( * ) ber is, de pogingen welke daartoe aangewend worden, door zijne medewerking te onderdennen.

Staatsblad April WET tot bescherming van de bevolking tegen luchtaanvallen.

KONINKLIJK BESLUIT VAN 12 OKTOBER 2010

Tabellarische inventaris van de resoluties en indices van de Staten Generaal Theo Thomassen

Als je opnieuw moet invoeren en er ontbreken verplichte data op de scan dan moet er #### ingevoerd worden en ## ## #### bij ontbrekende data.

WET MINISTERIËLE VERANTWOORDELIJKHEID... 2

Nummer archiefinventaris:

De Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen heeft de eer aan de e erste... afdeeling van..tax

VERSLAG VAN HET BESTUUR OVER HET DIENSTJAAR 1895.

Inventaris van het digitaal duplicaat van het microfichebestand van het archief Doop-, Trouw- en Begraafboeken (DTB) van Suriname,

Praktijkinstructie Dataverwerking 1 (CSE02.1/CREBO:50236)

Inventaris van het archief van de Rechtbank van Koophandel te Rotterdam

TRACTATENBLAB VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1983 Nr. 11

Eisen en lay-out van het PWS

Casus I. Onderwerp van de klacht Hergebruik van (eigen) materiaal zonder bronvermelding - ongegrond

Besluit aangaande uitgifte in erfpacht van gronden toebehorende aan de gemeente

Waar Bepaal ten slotte zo nauwkeurig mogelijk waar het onderwerp zich afspeelt. Gaat het om één plek of spelen meer plaatsen/gebieden een rol?

WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN: RECTIFICATIE Betreft: In alle talenversies van bovengenoemde verordening zijn kennelijke fouten geslopen.

Algemene Voorwaarden. Dekker Design Goes ALGEMEEN

Inventaris van het archief van de Staatscommissie tot onderzoek naar de toestand van de Landbouw (Landbouwcommissie),

Het deponeren van elektronische documenten

Versie maart 2015

Lexicografie en lexicologie

Correctievoorschrift VMBO-BB

Brief van de gemeente Etten-Leur aan de bewoner(s) van dit pand origineel en vertaling

Inventaris van het archief van het Ministerie van Financiën: Administratie der Registratie,

Wet voor het Natuurkundig Gezelschap te Middelburg. Vastgesteld den 13 december Artikel 1.

Inventaris van het archief van het Nederlandse Gezantschap en het Consulaat-Generaal in Griekenland,

Inventaris van het archief van de Legatie in Engeland, (1781)

Wet van 24 december 1927, houdende nadere regeling van de Collectieve Arbeidsovereenkomst

Inventaris van de registers van Nummerbewijzen (Kentekens), uitgegeven door de Provincie Zuid- Holland,

Laatste wijziging: 19 december Algemene richtlijnen

STAATSBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN.

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Correctievoorschrift VMBO-BB 2012

Inventaris van het digitaal duplicaat van de archieven van het Hof van Civiele en Criminele Justitie en Gerechtshof in Suriname,

X.8. METHODOLOGIE. Inhoud: Voorwoord 1. Opzet 2. Opmaak 3. Gebruik hoofdletters 4. Andere afspraken 5. Afkortingen Gebruikte literatuur

Samenvatting Nederlands Hoofdstuk 3

Rederlandschlndisde laatschappij

de aanvraag aan SIDN tot het uitvoeren van een bepaalde transactie met betrekking tot een domeinnaam;

Aanbevelingen in verband met de oproepingen tot de algemene vergadering

Nummer Toegang: A16. Willem III, prins van Oranje, koning van Engeland ( )

Inventaris van het digitaal duplicaat van het archief van het Militair Wezen in Suriname,

TRACTATENBLAD VAN HET

INSTRUCTIE INVOER bevolkingsregisters Amersfoort

Correctievoorschrift VMBO-BB

Studiewijzer TaalCompetent

Reglement van Orde van het Algemeen bestuur BLINK 2016

Machinestempels als verzamelgebied (1)

Inventaris van het archief van J. Nepveu [levensjaren ],

Correctievoorschrift VMBO-BB 2013

Transcriptie:

BEPALINGEN OVER BET UITGEVEN VAN HANDSCHRIFTEN, BETREKKING HEBBENDE OP DE NIEUWE GEBCHIEDENIB.

BEPALINGEN OVER HET UITGEVEN VAN HANDSCHRIFTEN, BETREKKING HEBBENDE OP DE NIEUWE GESCHIEDENIS.,,,,,,,,,,,,,,,,,, Voor eenige jaren zonden wij onzen leden toe eenige Bepalingen over de uitgave van (rniddeleeuwsche) handschriften, gevo lgd naar een Duitsch voorbeeld. Wij hebben reden over het resultaat dezer poging, om eenige uniformiteit tot stand te brengen in de historische uitgaven, tevreden te zijn : onze regelen zin, ook buiten onzen kring, vrij algemeen gevolgd. Wij verhelen ons echter niet, dat de tot stand gebrachte regeling onvolledig is : immers op bronnen, die betrekking hebben op de nieuwe geschiedenis, kunnen onze regels niet zonder voorbehoud toegepast worden. De groote minutieusheid, die op hare plaats is bij de uit haren aard schaarsche middeleeuwsche bronnen, is hier onnoodig. Ook bestaat op dit gebied eerder aanleiding om te waarschuwen voor het euvel, dat te veel stukken gedrukt worden en dus het over elk onderwerp aanwezige materiaal overstelpend wordt. Toch is ook hier eenheid bij het uitgeven uiterst gewenscht ; ook hier is die eenheid mogelijk, wanneer een ieder besluit afstand te doen van persoonlijken yoor1eur en soms kleingeestige liefliebber jen,

4 Wij begroetten daarom met groote ingenomenheid de poging om die eenheid te verkrijgen, onlangs door onze Duitsche naburen gedaan. Prof. F. Stieve te Munchen heeft aan den Duitschen Historikertag te Leipzig een stel regels over dit onderwerp voorgelegd, die na eene grondige omwerking (naar aanleiding van de opmerkingen van vele deskundigen) in het afgeloopene jaar op den Historikertag te Leipzig in discussie gebracht en vastgesteld zijn. Deze regels, sedert gepubliceerd, gaan in hoofdzaak uit van de denkbeelden : 1. Beperking in het uitgeven van bronnen voor de nieuwe geschiedenis is noodzakelijk. 2. Groote minutieusheid in détails bij het afdrukken is onnoodig, omdat het voorhandene materiaal overvloedig is en omdat de taalgeleerden, die vooral belang zouden kunnen hebben bij het weergeven dezer détails, in gedrukte werken over deze periode een meer dan voldoend materiaal te hunner beschikking hebben. 3. Publicaties van bronnen moeten zoo ingericht zijn, dat voor den gebruiker het raadplegen der handschriften onnoodig wordt. 4. Het is wenschelijk, den taak van den gebruiker (en ook die van den uitgever) zoo gemakkelijk mogelijk te maken. Terwijl deze beginselen onze volle sympathie hadden en wij ons ook met de gestelde regelen in het algemeen goed vereenigen konden, wenschten wij bovendien de poging onzer Duitsche vakgenooten om eenheid in de wijze van publicatie van geschiedbronnen te brengen, naar vermogen te ondersteunen. Wij besloten dus de regels te vertalen en aan onze leden aan te bieden. Toch is de vertaling onwillekeurig in eene omwerking ontaard. In de eerste plaats bleek het bepaald noodig, dat wij over enkele punten eenigs-

5 zins andere bepalingen vaststelden, omdat wij gehouden waren verband te brengen tusschen deze regels en de vroeger door ons voor het uitgeven van middeleeuwsche geschiedbronnen aangenomene : voor dezelfde zaak mochten geene verschillende teekens aanbevolen worden, naarmate het gepubliceerde stuk uit eene andere eeuw dagteekende. Is het reeds in Duitschland te betreuren, dat door de van verschillende zijden gestelde regels voor dezelfde zaken andere eischen gesteld worden, wij, die zelven twee stellen regels publiceerden, mochten in die fout zeker niet vervallen, Maar daarbij kwam iets anders : voor Nederland moeten soms andere regels gelden dan voor Duitschland. Zoo is het b. v. bekend, dat de Duitsche kanselarijstijl der 17 e en 18e eeuwen zich onderscheidt door eene onduldbare breedsprakigheid, door een overdreven gebruik van titels en dergelijke uitdrukkingen en door eene doellooze verdubbeling van medeklinkers. Deze eigenaardigheden maken bij de publicatie van Duitsche stukken uit dien tijd eene vereenvoudiging in den vorm gebiedend noodzakelijk; voor Nederland bestaat die behoefte niet en wij zagen dus geene aanleiding, om zóóveel (toch altijd eenigszins bedenkelijke) vrijheid bij het afdrukken aan te bevelen, als prof. Stieve terecht doet. Ook in een ander opzicht bestaat er verschil. De regels zijn voornamelijk gesteld met het oog op omvangrijke publicatiën van stukken, die in Duitschland den historicus dreigen te overstelpen ; in Nederland bestaat dit gevaar voorshands helaas niet. Al wenschen dus ook wij onzen leden met nadruk op het hart te drukken, dat stukken uit de 17e en 18e eeuwen slechts bij uitzondering een afdruk in extenso verdienen, achten wij het minder gewenscht, om over den aard der uit te kiezen stukken en de wijze, waarop de andere verkort moeten worden, vaste regels te stellen, die

6 toch niet voor alle gevallen juist kunnen zijn. Eenmaal aan het omwerken kwam het ons ook gewenscht voor, ons in een paar andere opzichten eenige vrijheden te veroorloven. De Duitsche regels schenen ons hier en daar onnoodig breedsprakig en in onjuiste volgorde gerangschikt : daarin kon gemakkelijk verbetering gebracht worden. De door den Duitschen Historikertag vastgestelde regels zijn derhalve door eene commissie uit ons midden omgewerkt en na overweging door ons vastgesteld. Mogen zij een even welwillend onthaal vinden, als aan onze vroeger uitgegevene Bepalingen over de uitgave van middeleeuwsche handschriften is te beurt gevallen! Het Bestuur van het Historisch Genootschap, B. J. L. DE GEER VAN JUTFAAS, REGELS. Voorzitter. S. MULLER Fz., Secretaris. 1. Elke verzameling van stukken wordt chronologisch geordend, tenzij het verkieselijk is bepaalde, geheel van elkander afgescheiden rubrieken te vormen. 2. Wanneer het origineel van een stuk voorhanden is, dan wordt dit afgedrukt. Het bestaan van afschriften behoeft in dat geval alleen vermeld te worden, als hunne aanwezigheid in deze of gene verzameling van belang is. 3. Wanneer een of meer concepten van het afgedrukte stuk voorhanden zijn, dan 'oorden dezen

7 met het afgedrukte vergeleken en de afwijkingen opgegeven ; zoo mogelijk wordt de naam van den steller van het concept medegedeeld. 4. Wanneer alleen afschriften voorhanden zijn, dan worden deze onderling vergeleken en de goede lezingen afgedrukt ; bij twijfel worden de verschillende lezingen in noten vermeld ; de slechte lezingen worden weggelaten. 5. Van veranderingen in het handschrift wordt steeds de eindredactie opgenomen. Vroegere redactiën worden slechts dan in eene noot vermeld, wanneer zij, wegens den inhoud of om den persoon van den steller, van belang zijn. C. Wanneer men uittreksels maakt, worden de om inhoud of kleur belangrijke plaatsen der geëxtraheerde stukken woordelijk tusschen aanhalingsteekens medegedeeld. 7. Bij uittreksels uit brieven, instructies en dergelijke stukken wordt, ter voorkoming van verwarring, de oratio directa van hei handschrift behouden. (B. v. :,, Wij deelen u mede" of Onze gezant zal Z. M. melden", en niet : Zij deelen hun mede" of»hij zal den koning melden".) 8. In het algemeen wordt de spelling van het handschrift behouden, behoudens het volgende: a. Verwisselingen van u met v en w worden volgens het tegenwoordige gebruik veranderd. b. De teekens y en jj worden gebruikt, zooals dat grammaticaal behoort (y voor i, ij voor ii). c. Woordverbindingen, die tegenwoordig niet meer gebruikt worden, worden gescheiden, tenzij de bijeenvoeging der twee woorden eene verandering in de spelling gebracht heeft. Daarentegen worden gescheidene woorden, die tegenwoordig verbonden worden, aaneen geschreven. cl. In talen, waar accenten voorkomen, worden

8 die volgens het tegenwoordige gebruik aangebracht. 9. Schrijffouten worden verbeterd, terwijl de lezing van het handschrift in eene noot vermeld wordt. 10. Verkortingen in het handschrift, waarvan de beteekenis volkomen duidelijk is, worden door den uitgever stilzwijgend opgelost ; in geval van twijfel wordt het aangevulde tusschen ( ) geplaatst a). Ook weggelaten woorden worden tusschen () aangevuld. 11. Getallen worden in Arabische cijfers gedrukt. 12. Woorden of volzinnen, door latere handen bijgeschreven, worden cursief gedrukt. 13. Plaatsen in cijferschrift worden opgelost en door gespatiëerden druk aangeduid a). 14. Gebruikelijke formulieren aan het begin en het einde van een brief en steeds terugkomende uitdrukkingen, waarmede de aangesproken persoon wordt aangeduid, worden zeer kort weergegeven, tenzij bijzondere redenen het wenschelijk maken ze in haar geheel af te drukken. Titels en woorden, die in eene publicatie zeer dikwijls voorkomen, kunnen ook verkort medegedeeld worden. Overigens worden afkortingen bij het afdrukken vermeden. 15. In woordelijk medegedeelde stukken of excerpten wordt de interpunctie volgens den zin veranderd. 16. Ten einde zeer lange en ingewikkelde zinnen gemakkelijker verstaanbaar te maken, worden : a. een zeer lange voorzin van den nazin door : gescheiden, b. inlasschingen, die den zinbouw a) Deze afwijkingen van de Duitsche voorschriften zijn aangebracht, om overeenstemming te bewaren met 7 en 8 onzer Bepalingen over de uitgave van middeleeuwsche handschriften, die overgenomen zijn van verschillende Duitsche voorschriften.

9 storen of van grooten omvang zijn, tusschen twee -- geplaatst. 17. Nieuwe regels kunnen, om den samenhang te verbeteren, weggelaten of aangebracht worden. 18. Lacunes van het handschrift worden door aangeduid en zoo mogelijk tusschen [ I aangevuld. Uitlatingen van den uitgever worden door - - - - aangegeven a). 19. Gedeelten, die het handschrift tusschen ( ) vat, worden tusschen -- -- geplaatst. Onzekere lezingen worden door (?), -- zekere, die bevreemding wekken, door (!) aangeduid a). 20. Groote letters worden gebruikt bij het begin van zinnen, bij eigennamen en bij verkortingen van titels (b. v. Z. M.). De van eigennamen gevormde bijvoegelijke naamwoorden begint men eveneens met groote letters. 21. Opmerkingen van den uitgever worden steeds in noten geplaatst. 22. Is een stuk na 1582 volgens den ouden kalender gedateerd, dan worden de oude en de nieuwe dagteekening in breukvorm medegedeeld. Men plaatst eerst het jaar, dan de maand, daarna den dag. 23. De adressen van brieven behoeven niet afgedrukt te worden, tenzij bijzondere omstandigheden (b. v. bij quaesties over titulatuur) de mededeeling wenschelijk maken. 24. Ter vergemakkelijking van het citeeren verdient het aanbeveling, stukken van grooten omvang te splitsen in afdeelingen, en deze met cijfers tusschen vierkante haakjes [1] te nummeren. 25. De artikelen van eerre instructie, ordonnantie a) Zie de noot op de vorige bladzijde.

10 enz. worden voorzien van nummers aan het begin van den eersten regel van elk artikel. 26. Aanteekeningen van den ontvanger over den datum van ontvangst van brieven worden onder het stuk afgedrukt. 27. Aan het hoofd van elk stuk worden, behalve het doorloopende nummer, met andere letters dan die van den tekst kortelijk medegedeeld de namen van den steller (of de stellers) en den geadresseerde, en de aard en bestemming van het stuk (b. v. Instructie van de Staten-Generaal voor N. N. als ambassadeur naar Frankrijk). Is de aard van het stuk niet met een enkel woord te karaktiseeren, dan wordt de inhoud daarvan zeer kort medegedeeld. 28. Bij het uitgeven van chronologische verzamelingen van stukken wordt in het midden van den bovenrand van elke bladzijde het jaartal aangegeven. Bij een omvangrijk stuk, dat over een groot aantal jaren loopt, worden op den linkerkant der bladzijden het jaar, waarin de in het stuk verhaalde gebeurtenissen voorvielen, en korte inhoudsopgaven vermeld, telkens wanneer daartoe aanleiding bestaat. 29. Onder elk stuk wordt de plaats, waar het handschrift berust, opgegeven met de nummers, die het in, het archief of de bibliotheek draagt, en het nummer van de bladzijde, waarop het voorkomt in het deel of den bundel, waartoe het behoort. Verder wordt medegedeeld, of het afgedrukte handschrift een concept (Conc.) is, een origineel (Oorspr.) of een afschrift (A.fschr.), en of het origineel door den onderteekenaar geschreven (Eigenh. oorspr.) of alleen onderteekend (Ondert. oorspr.) is.

11 ten concept, dat onveranderd afgeschreven en verzonden is, noemt men een minuut (Min.); daarmede staat gelijk een concept, waarin door een griffier of een ander persoon van invloed enkele veranderingen gemaakt zijn, zonder dat deze veranderingen aanleiding gegeven hebben tot het maken van eene nieuwe minuut. 30. Deze opgaven geschieden in de volgende orde: a. bewaarplaats van het handschrift, b. soort van het handschrift (met zijn vervaardiger), c. opmerkingen (zooals : in cijferschrift, beschadigd enz.). Zijn verschillende redactie's van het uitgegeven stuk aanwezig, dan vermeldt men eerst het origineel, dan de concepten en de minuut in chronologische volgorde, en eindel ijk de afschriften, met hunne bewaarplaatsen. 31. Is de verzameling stukken chronologisch geordend, dan verdient dikwijls de toevoeging van eene systematische lijst der afgedrukte stukken aanbeveling. Is zij niet chronologisch geordend, dan wordt steeds eene chronologische lijst aan het einde van het deel medegedeeld. 32. Nauwkeurige alphabetische registers van personen en zaken zijn onmisbaar ; registers van plaatsnamen zijn daarentegen niet altijd noodig. Bestaat de uitgave uit vele deelen, dan worden deze registers bij elk deel gevoegd. 33. Noten worden niet aan het slot van elk stuk of achter aan het deel, maar onder elke bladzijde geplaatst. De noten van elke bladzijde worden afzonderlijk genummerd. 34. Het gebruik van octavo-formaat is zeer aan te bevelen, tenzij de groote omvang van de publicatie of eene andere omstandigheid een grooter formaat noodig maakt.