Meerjarenbeleidsplan Stichting Leergeld De Stuwwal 2017-2020
Meerjarenbeleidsplan 2017-2020 van de Stichting Leergeld De Stuwwal in de gemeenten Heumen Mook en Middelaar Gennep Berg en Dal Meerjarenbeleidsplan 2017-2020 (versie 23 okt 2016) 2 Leergeld De Stuwwal
Inhoudsopgave Voorwoord 1. Inleiding 1.1 De oprichting van Stichting Leergeld De Stuwwal 1.2 Aanleiding voor dit meerjarenbeleidsplan 1.3 Doel en doelgroepen 2. Dit is Leergeld 2.1 Leergeld in vogelvlucht 2.2 Missie 2.3 De Leergeld Formule 2.4 De kracht van Leergeld 2.5 De organisatie 2.6 De ambitie van Leergeld Nederland 3. De Leergeld organisatie 3.1 De organisatie 3.2 De ambities van Leergeld Vereniging 3.3 Leergeld De Stuwwal 3.4 Doelgroep en werkgebied 4. Meerjarenbegroting en dekkingsplan 4.1 Uitgangspunten voor de opbrengsten 4.2 Uitgangspunten voor de kosten 4.3 Financiële prognose 2017 t/m 2020 Meerjarenbeleidsplan 2017-2020 (versie 23 okt 2016) 3 Leergeld De Stuwwal
VOORWOORD Het werkgebied van de Stichting Leergeld De Stuwwal omvat volgens de statuten de gemeenten Heumen, Mook en Middelaar, Berg en Dal en Gennep. De Stichting zal pas operationeel worden in een gemeente als de betreffende gemeente bijdraagt middels een subsidie. De toezeggingen daaromtrent zijn inmiddels afgegeven. Stichting De Stuwwal wordt operationeel op 1 januari 2017 in de gemeenten Heumen en Mook en Middelaar. De gemeente Gennep sluit vanaf 1 september 2017 aan. Van de gemeente Berg en Dal is dit nog niet exact bekend. In dit meerjarenbeleidsplan dient rekening gehouden te worden met dit groeimodel. 1. INLEIDING Steeds meer kinderen in Nederland kunnen om financiële redenen niet meedoen aan activiteiten die voor hun leeftijdsgenootjes heel normaal zijn. Zij staan vaak letterlijk aan de zijlijn. Leergeld wil deze kinderen mee laten doen. Via de lokale Leergeld stichtingen biedt zij deze kinderen kansen om te kunnen deelnemen aan binnen- en buitenschoolse activiteiten. Leergeld biedt hen hiermee een springplank, waardoor zij opbloeien, kennis en vaardigheden ontwikkelen en eigenwaarde krijgen. Voor u ligt het meerjarenbeleidsplan 2017-2020 van Stichting Leergeld De Stuwwal. In dit document wordt beschreven wat Leergeld doet en hoe zij dat doet. Daarna wordt beschreven hoe de Leergeld Vereniging is georganiseerd en wat haar lange termijn ambitie is. Vervolgens wordt beschreven wat de ambities en plannen zijn van Stichting Leergeld De Stuwwal en hoe zij deze wil gaan realiseren. Dit document is goedgekeurd door de Vereniging van Stichtingen Leergeld in Nederland. Daarmee is het geen statisch document. Waar nodig zal het de komende jaren bijgewerkt worden om actueel te blijven. 1.1 De oprichting van Stichting Leergeld De Stuwwal De oprichtingsfase van de afdeling Leergeld De Stuwwal in de gemeenten Heumen, Mook en Middelaar, Gennep en Berg en Dal lag in de periode oktober 2015 tot en met september 2016. Zes initiatiefnemers hebben in overleg met de gemeenten, partners, fondsen en het landelijk bestuur en bureau Leergeld de oprichting van de stichting voorbereid. De statuten van Stichting Leergeld De Stuwwal zijn op 23 mei 2015 gepasseerd bij mr. R van Eldik met als comparanten de heren S. Nuij, J. Peelen en W. Bisschop. De Stuwwal is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel onder registratienummer KvK 66213134. Meerjarenbeleidsplan 2017-2020 (versie 23 okt 2016) 4 Leergeld De Stuwwal
1.2 Aanleiding voor dit meerjarenbeleidsplan Leergeld is actief in een dynamische en veranderlijke omgeving. De doelgroep bestaat niet meer alleen uit gezinnen die langdurig van een uitkering leven. Steeds vaker worden gezinnen geconfronteerd met financiële problemen, bijvoorbeeld door werkloosheid, faillissement, schuldenproblematiek of een echtscheiding. Ook zien we zogenaamde werkende armen binnen onze doelgroep. Politieke en maatschappelijke ontwikkelingen vereisen een bepaalde mate van zelfredzaamheid van individuen in een tempo dat niet iedereen bij kan houden. Daarnaast zijn er inmiddels meerdere andere organisaties actief in het domein van armoedebestrijding bij kinderen, ieder met een eigen visie/doelstelling en beleid. Stichting Leergeld blijkt noodzakelijker dan ooit. In de eerste plaats door de directe ondersteuning van de kinderen die het zo hard nodig hebben. Vanwege onze methodiek, organisatiestructuur en netwerk beschikken we over veel informatie over de leefsituatie in minimagezinnen en de feitelijke problemen waarmee kinderen en hun ouders te maken krijgen. Als we deze informatie inzetten ten behoeve van bestuurlijke of maatschappelijke signalering en agendering kunnen we als Leergeld nog méér betekenen. Gelukkig bewijzen de resultaten dat Leergeld er in slaagt om aan de verwachtingen te voldoen. 1.3 Doel en doelgroepen Hoofddoel van het meerjarenbeleidsplan is het scheppen van helderheid over onze ambities en prioriteiten voor de periode 2017-2020. Dit is voor meerdere doeleinden en doelgroepen van belang. De lokale Leergeld stichting, het bestuur, de coördinatoren en de intermediairs vormen de interne doelgroep voor dit nieuwe plan. Dit plan beoogt een kader te bieden voor consistentie binnen de stichting in visie, beleid en aanpak; ondersteuning te bieden bij het maken van keuzes en prioriteren van kansen; te inspireren en motiveren bij het aangaan van uitdagingen in de komende periode. De gemeenten, samenwerkingspartners en organisaties, die actief zijn in ons werkveld, vormen de externe doelgroep van het nieuwe plan. Dit plan beoogt deze externe doelgroep te betrekken bij de relevantie en urgentie van de huidige problematiek; te enthousiasmeren over de Leergeld methodiek en haar resultaten; uit te nodigen om Leergeld te steunen met middelen, raad en daad; uit te dagen om op een structurele manier bij te dragen aan oplossingen van de problematiek, bijvoorbeeld door beleidsveranderingen of het verminderen van kosten van binnen- en buitenschoolse activiteiten voor kinderen. Leergeld Nederland is een organisatie die opereert vanuit lokale werkorganisaties, met vrijwilligers en bestuurders, met grotendeels lokale financiers en vanuit lokale autonomie. Daardoor kan zij maatwerk leveren, snel werken, pragmatisch en doelgericht zijn. Beleidsplannen zijn nodig om vanuit een sterke gedeelde visie de goede dingen te blijven doen, maar zullen nooit de passie, kennis en inzet van de vrijwilligers kunnen of willen - vervangen. Meerjarenbeleidsplan 2017-2020 (versie 23 okt 2016) 5 Leergeld De Stuwwal
2 DIT IS LEERGELD 2.1 Leergeld in vogelvlucht Sociale uitsluiting door armoede is schrijnend. Kinderen uit gezinnen met minimale financiële middelen hebben het vaak al niet gemakkelijk in hun persoonlijke en gezinssituatie. Als zij op school of bij de sportvereniging dan ook nog eens niet mee kunnen doen wordt het voor hen nog moeilijker om aan te blijven haken bij hun leeftijdsgenootjes. Leergeld wil op een duurzame manier investeren in de participatie en ontwikkeling van deze kinderen, die zonder extra steun aan de zijlijn van de samenleving terecht dreigen te komen. Armoede en sociale uitsluiting bij kinderen Sociale uitsluiting komt meer voor bij kinderen in arme gezinnen dan bij kinderen in niet-arme gezinnen. Dat uit zich onder andere in het niet deelnemen aan sport, zwemles, scouting, hobby- en culturele activiteiten, het niet maken van uitstapjes of excursies, het niet meegaan op kamp of vakantie en het niet onderhouden van contacten met andere kinderen. Naast de inkomenssituatie spelen ook andere factoren een rol, bijvoorbeeld de gezondheid en het psychisch welbevinden van de ouders, hun gebrek aan bepaalde vaardigheden of de status van de woonomgeving (Uit: Sociale uitsluiting bij kinderen: omvang en achtergronden; Roest, Lankhorst, Vrooman; Sociaal Cultureel Planbureau; 2010). Onderzoek onder kinderen die opgroeien in armoede geeft de gevolgen weer zoals de kinderen het zelf ervaren: de kinderen ervaren dit als buitengewoon vervelend, zij worden dagelijks met geldgebrek geconfronteerd. Arm zijn betekent dat er geen geld is om deel te nemen aan gewone activi teiten voor kinderen, zoals het vieren van een verjaardag of winkelen. Het grootste deel is geen lid van een club of vereniging waarbij de contributie de grootste drempel is. Ze hebben schroom om andere kinderen mee naar huis te nemen. Deze kinderen hebben het gevoel anders te zijn. Kinderen ervaren stress als gevolg van deze situatie (Uit: Kinderen in armoede in Nederland; Verweij Jonker Instituut / De Kinderombudsman; 2013). 2.2 De missie Stichting Leergeld De Stuwwal heeft als missie het voorkomen van sociale uitsluiting van kinderen uit gezinnen met minimale financiële middelen in ons werkgebied. Leergeld biedt daarom kansen aan kinderen in de leeftijd van 4 tot 18 jaar om te kunnen deelnemen aan binnen- en buitenschoolse activiteiten. Het gaat dan bijvoorbeeld om meegaan op een schoolexcursie of schoolreisje, lid worden van een muziekvereniging of de scouting, een fiets om naar school te kunnen gaan of een computer of laptop om huiswerk te kunnen maken. Hierdoor kunnen ook deze kinderen hun kennis, hun sociale en emotionele vaardigheden en hun talenten zo optimaal mogelijk ontwikkelen en later als volwassenen volwaardig participeren in de samenleving. Door deze kinderen niet buiten te sluiten, wordt bovendien voorkomen dat de maatschappij er later duur leergeld voor gaat betalen. De lange termijn ambitie van Leergeld is dan ook dat alle kinderen kunnen meedoen. Het motto van Leergeld is: Alle kinderen mogen meedoen, want nu meedoen is straks meetellen. 2.3 De Leergeld formule Onze methodiek, de Leergeld formule, is uitgegroeid tot een beproefd instrument om kinderen effectief te ondersteunen om mee te doen. De Leergeld formule biedt maatwerk en maakt optimaal gebruik van bestaande voorzieningen. In elke stap van de methode staat het individuele kind centraal en is meedoen het doel. Meerjarenbeleidsplan 2017-2020 (versie 23 okt 2016) 6 Leergeld De Stuwwal
Daarnaast levert deze methode veel kennis op van de situatie in de gezinnen en de zaken waar zij tegenaan lopen, op basis waarvan Leergeld zaken kan signaleren en agenderen. De Leergeld formule bestaat uit de volgende stappen: De Leergeld formule Stap 1: Huisbezoek en inventarisatie: Gezinnen die Leergeld om hulp vragen, worden thuis bezocht door goed opgeleide en goed geïnformeerde intermediairs. Tijdens een persoonlijk gesprek wordt de situatie van het gezin besproken en de hulpbehoefte geïnventariseerd. Er wordt bekeken of er ook voor andere kinderen hulp nodig is. Waar nodig wordt verwezen naar andere hulpverlenende organisaties zoals een juridisch loket, schuldhulpverlening of (school)maatschappelijk werk. Er vindt toetsing plaats van de inkomens- en (eventuele) schuldensituatie. Stap 2: Bemiddeling: Met ouders of verzorgers wordt besproken wat de mogelijkheden zijn met betrekking tot de gevraagde hulp en bij welke bestaande voorzieningen, zoals de bijzondere bijstand van de gemeente of andere instanties/organisaties, men terecht kan. Leergeld kan vaak ook ondersteuning bieden bij het aanvragen van deze voorzieningen. Stap 3: Financieel vangnet: Wanneer er geen bestaande voorzieningen zijn voor de betreffende aanvraag van het kind, of wanneer deze voorzieningen niet toereikend zijn, biedt Leergeld aanvullende hulp in de vorm van giften in natura of vergoeding van kosten aan clubs en scholen. Criterium hierbij is altijd dat de aanvullende hulp bijdraagt aan de doelstelling van Leergeld: het voorkomen van sociale uitsluiting via het bevorderen van meedoen. Stap 4: Follow-up en nazorg: Na afhandeling van de aanvragen die bij Leergeld binnenkomen, blijft het contact met de betreffende gezinnen doorgaans bestaan. Afhankelijk van de situatie varieert dit van een telefoontje tot een nieuw huisbezoek. 2.4 De Leergeld organisatie De ondersteuning van kinderen uit minimagezinnen in ons werkgebied gebeurt vanaf 1 januari 2017. Onze stichting is autonoom. Dat wil zeggen dat wij zelf ons bestuur benoemen, zelf een vrijwilligers- en personeelsbeleid voeren, zelf samenwerkingsrelaties aangaan, zelf fondsen werven en ook zelf een vergoedingenbeleid bepalen. Wij hebben kennis van de lokale situatie (gemeentelijke voorzieningen, sportieve en culturele infrastructuur, onderwijsorganisaties) en van de sociale kaart, inclusief andere particuliere organisaties, waarmee wordt samengewerkt. Voor de lokale Leergeld stichtingen zijn de werkwijze (de Leergeld formule) en de organisatiestructuur gelijk. Het lokale bestuur leidt de Leergeld stichting en zorgt voor fondsenwerving en PR. Een coördinator leidt de dagelijkse operatie en de werkzaamheden van de intermediairs. Getrainde intermediairs bezoeken de gezinnen, hebben goede kennis van de sociale kaart, kennen de voorliggende voorzieningen van gemeenten en begeleiden het gezin bij de hulpvraag. Door het ondertekenen van een samenwerkingsovereenkomst met Leergeld Nederland onderschrijft onze stichting de Leergeld werkwijze en organisatiestructuur en mag deze de naam Leergeld voeren. Meerjarenbeleidsplan 2017-2020 (versie 23 okt 2016) 7 Leergeld De Stuwwal
2.4 De kracht van Leergeld In de combinatie van de methodiek, de organisatiestructuur én het netwerk zit de uniciteit en daarmee de toegevoegde waarde van Leergeld. De laagdrempeligheid van onze werkwijze biedt Leergeld de kans veel kinderen uit onze doelgroep te bereiken en te ondersteunen. Het huisbezoek, met de inkomenstoets, biedt ons de kans om de hulpvraag met maatwerk te beantwoorden. Dit geeft ons tevens inzicht in de problematiek die er in deze gezinnen heerst. De signalen vanuit de gezinnen stellen ons in staat om het gemeentelijke armoedebeleid gefundeerd te beoordelen en om als goed geïnformeerde gesprekspartner te fungeren voor de overheid om het beleid beter aan te laten sluiten op de behoeften van onze doelgroep. Daarnaast slagen we erin om bij scholen, verenigingen of leveranciers van diensten/producten kwijtschelding of kortingen te realiseren. Via de monitoring van het gemeentelijke armoedebeleid en het beleid van scholen in de gemeenten en de signalering van daarmee samenhangende problemen voor onze doelgroep, beschikken wij over een schat aan informatie, waarmee we bepaalde zaken kunnen agenderen bij de beleidmakers en onderwijsorganisaties. De Leergeld formule werkt! Leergeld bereikt ook gezinnen in armoede die veelal onbereikbaar lijken voor de overheidsinstanties. Er zijn verschillende factoren die hierbij een rol spelen: - Leergeld is laagdrempelig: ieder kan een aanvraag indienen, elke aanvraag wordt onderzocht. - Leergeld heeft persoonlijk contact met het gezin: Kenmerkend voor de Leergeld formule is het huisbezoek door de intermediair. Een aanvraag is voor Leergeld niet slechts een bureaucratische handeling. De aanvragen worden getoetst op duidelijke criteria, maar door het persoonlijk contact tussen de intermediair en de aanvrager worden de noden en de mogelijkheden beter in kaart gebracht. Door het huisbezoek leert de intermediair het gezin van dichtbij kennen en gaat naast de ouder(s) van de kinderen staan. Er wordt een beroep gedaan op de eigen kracht. Het inzicht in de kansen en mogelijke keuzes van de ouder(s)/verzorger(s) ten aanzien van de ontplooiing van het kind wordt vergroot. - Leergeld is de brug tussen kind en bestaande voorzieningen: Hulp bestaat allereerst uit advies met betrekking tot de eventuele bestaande voorliggende voorzieningen van gemeenten of andere instanties/organisaties. - Leergeld is een laatste materieel vangnet: Pas wanneer bestaande voorzieningen geen mogelijkheid bieden, steunt zij het kind met eigen financiële middelen of hulp in natura. Leergeld betaalt contributie of lesgeld rechtstreeks aan de vereniging of de school, of geeft een tegoedbon waarmee bij een lokale ondernemer de gevraagde spullen kunnen worden opgehaald. - De stichting werkt samen met lokale partijen (gemeenten, onderwijs instellingen, maatschappelijke instellingen, verenigingen, bedrijfsleven, andere fondsen etc.). De vrijwilligers zorgen middels samenwerking en fondsenwerving voor een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor de minder bedeelde kinderen in de gemeenschap. Leergeld hecht veel waarde aan deze local-for-local aanpak. Door deze aanpak is Leergeld sterk verankerd in de gemeenschap, weet zij gezinnen en kinderen te Meerjarenbeleidsplan 2017-2020 (versie 23 okt 2016) 8 Leergeld De Stuwwal
bereiken die via andere instanties vaak onbereikbaar blijven en heeft de stichting de mogelijkheid bij haar hulpverlening maatwerk te bieden. Daarnaast leidt de kleine afstand tussen gever en ontvanger tot grote betrokkenheid: lokaal sponsorgeld wordt lokaal besteed. Hulpverleners zijn vrijwilligers en tevens ervaringsdeskundigen. Zij zijn bekend met de beschikbare gemeentelijke voorzieningen. - Leergeld werkt heel nauw samen met het onderwijs: onze stichting werkt nauw samen met scholen, wat cruciaal is bij het bereiken van de beoogde kinderen. - Leergeld werkt snel: vanwege de korte lijnen tussen aanvragende ouder(s) en onze stichting en de efficiënte Leergeld werkwijze kan de afhandeling van aanvragen plaatsvinden binnen een periode van gemiddeld 2 tot 6 weken. - Leergeld heeft een signaalfunctie: Leergeld signaleert knelpunten met betrekking tot tekortschietende voorzieningen of wetgeving en koppelt deze terug richting overheden en andere betrokken organisaties De stichting staat verankerd in de lokale samenleving en weet gemotiveerde menskracht en financiële inkomsten te genereren om onze missie uit te voeren. Er wordt met beleid en energie geïnvesteerd in structurele relaties met financiers, naamsbekendheid, contacten met gemeentelijke politiek en bestuur, samenwerking met andere organisaties en optredens in de media. Vanuit deze basis kijken we vooruit. We willen behouden wat goed is en tegelijkertijd accenten verleggen en nieuwe ambities benoemen om nog meer voor onze doelgroep te kunnen betekenen. Met vertrouwen en ambitie op naar 2020! 2.5 De organisatie Leergeld is een vrijwilligersorganisatie, die haar hulpverlening met autonome stichtingen lokaal heeft georganiseerd. Inmiddels zijn voor de hulpverlening in Nederland 94 lokale Leergeld stichtingen actief in 249 gemeenten. Het kantoor van de Vereniging van Stichtingen Leergeld Nederland is gevestigd in Tilburg, postbus 3086, 5003 DB Tilburg. De website is www.leergeld.nl Leergeld Nederland werkt met een onbezoldigd bestuur en met een klein landelijk bureau met een directeur, een specialist fondsen en projecten en met een administratief en secretarieel medewerkster (samen 2,1 fte). De lokale stichtingen werken met vrijwilligers volgens dezelfde Leergeld formule en zijn allen op vrijwel dezelfde manier georganiseerd: - de lokale stichting werkt met een grote betrokkenheid via een local-for-local aanpak. - het lokale bestuur leidt de Leergeld stichting en zorgt voor fondsenwerving en PR; - een coördinator leidt de dagelijkse operatie en de werkzaamheden van de intermediairs; - de intermediairs bezoeken de gezinnen, kennen de voorliggende voorzieningen en begeleiden het gezin bij de hulpvraag. Meerjarenbeleidsplan 2017-2020 (versie 23 okt 2016) 9 Leergeld De Stuwwal
2.6 De ambities van de Leergeld Nederland Op basis van haar lange termijn ambitie en een aantal belangrijke externe en interne ontwikkelingen, heeft Leergeld Vereniging voor de periode 2017 2020 een strategie geformuleerd die haar dichter bij haar lange termijn ambitie moet brengen dat alle kinderen kunnen meedoen, onder de naam Vertrouwen en ambitie. Dit plan is beschikbaar op de website www.leergeld.nl. Leergeld Nederland is verantwoordelijk voor de ondersteuning van het werk van de lokale Leergeld stichtingen via haar landelijke activiteiten: - uitbreiding van de directe hulpverlening - versterking van de signalerings- en beleidsbeïnvloedingsfunctie - intensivering van de samenwerking met andere organisaties - groei en diversificatie van de inkomsten - bevordering van de naamsbekendheid - verdere professionalisering van de organisatie - bevordering van de synergie binnen de organisatie 3. DE STICHTING LEERGELD DE STUWWAL 3.1 Doelgroep en werkgebied Stichting Leergeld De Stuwwal richt zich op kinderen uit gezinnen met minimale financiële middelen in de gemeenten Heumen, Mook en Middelaar, Gennep en Berg en Dal. De stichting heeft op basis van gegevens van de gemeenten becijferd welke omvang de groep van kinderen zou kunnen hebben, die voor ondersteuning in aanmerking komt. Met de nodige voorzichtigheid heeft dit geleid tot de conclusie, dat het om ca. 650 kinderen gaat. Inwoneraantallen per gemeente (april 2016): Heumen 16.722 Gennep 17.070 Mook en Middelaar 7.738 Berg en Dal 34.596 Totaal 76.126 inwoners. Indien 5% van de kinderen/jongeren in de leeftijd van 4 t/m 18 jaar in een gemeente tot de doelgroep zou kunnen behoren, is de voorzichtige prognose dat er maximaal een beroep op een ondersteuning van Leergeld De Stuwwal kunnen gaan doen: in de gemeente Heumen in de gemeente Gennep in de gemeente Mook & Middelaar in de gemeente Berg en Dal 150 kinderen/jongeren 140 kinderen/jongeren 65 kinderen/jongeren 300 kinderen/jongeren totaal ca. 650 De komende jaren wordt duidelijk of en hoeveel ondersteuning er middels het Jeugdsportfonds en het Meerjarenbeleidsplan 2017-2020 (versie 23 okt 2016) 10 Leergeld De Stuwwal
Jeugdcultuurfonds naar de doelgroep zal gaan. De Stichting Leergeld De Stuwwal kan ondersteuningsverzoeken ontvangen binnen de postcodegebieden: plaats postcodegebied Malden 6580 en 6581 Heumen 6582 Overasselt 6610 en 6611 Nederasselt 6612 Molenhoek 6584 Mook 6585 Plasmolen 6586 Middelaar 6587 Milsbeek 6596 Gennep 6590 en 6591 Ottersum 6595 Heijen 6598 Ven-Zelderheide 6599 Groesbeek 6560, 6561, 6562 Heilig Landstichting 6564 Millingen aan de Rijn 6566 Berg en Dal 6570, 6571, 6572 Beek 6573 Ubbergen 6574 Persingen 6575 Ooij 6576 Erlecom 6577 Leuth 6577 Kekerdom 6579 3.2 Hoofddoelstelling Hoofddoelstelling van Stichting Leergeld De Stuwwal is om alle kinderen uit gezinnen met minimale financiële middelen in haar werkgebied te laten meedoen aan activiteiten op het vlak van onderwijs, sport, cultuur of welzijn. In het eerste operationele jaar richt de stichting zich hoofdzakelijk op de kinderen in de leeftijd van 4 t/m 12 jaar. Streefgetallen voor de komende jaren zijn: 2017 90 kinderen van 4 t/m 12 jaar 2018 118 kinderen van 4 t/m 12 jaar 2019 136 kinderen/jongeren 2020 145 kinderen/jongeren Meerjarenbeleidsplan 2017-2020 (versie 23 okt 2016) 11 Leergeld De Stuwwal
3.3 Strategische doelen De stichting wil haar hoofddoelstelling bereiken door zich te richten op een drietal strategische subdoelen: a. directe hulpverlening aan kinderen, Iedere hulpvraag wordt te allen tijde gerelateerd aan de Leergeldcriteria: indien geen hulp wordt geboden, bestaat dan een reëel risico van sociaal isolement of uitsluiting? Dat is de kernvraag. Het doelgroepcriterium bedraagt maximaal 110% van de bijstandsnorm zonder bijtelling van eventuele kortingen en/of toeslagen. Nadat is vastgesteld dat aan dit criterium is voldaan, vindt hulpverlening plaats volgens het vaste Leergeld patroon: - inventariseren welk recht bestaat op de voorliggende voorzieningen; - bemiddelen bij het verkrijgen van die voorzieningen; - bij onvoldoende dekking voor het doel van de aanvrage, een aanvrage in behandeling te nemen voor additionele Leergeldhulp. - indien sprake is van leningen of betalingen, wordt betaling uitsluitend gedaan rechtstreeks aan de eindgerechtigde; - het streven is om de totale doorlooptijd van de procedure te beperken tot maximaal 2 à 3 weken. b. doorverwijzing naar en samenwerking met andere instanties/organisaties De hulp aan de doelgroep kan verder reiken dan het oorspronkelijk aangevraagde. De gezinssituatie wordt meegewogen en zo nodig wordt verdere hulpverlening gesuggereerd en/of daarbij bemiddeling aangeboden. Hierbij kunnen met toestemming of op verzoek doorverwijzingen plaats vinden naar hulpinstanties zoals bijvoorbeeld maatschappelijk werk, bureau schuldhulpverlening, e.d. c. signalering van problemen richting de gemeenten van ons werkgebied en richting de Leergeld Vereniging. In de specifieke werkwijze van de Leergeld stichting, nemen de intermediairs een belangrijke plaats in. Zij zijn als het ware de ogen en oren van de stichting in haar werkgebied en met betrekking tot haar cliënten. Daardoor weten de intermediairs wat er speelt in de doelgroep en welke ontwikkelingen of problemen zich daarin voordoen. Iedere twee maanden belegt de coördinator een vergadering met de intermediairs. Deze vergadering leent zich om met elkaar en met de coördinator van gedachten te wisselen omtrent de gesignaleerde problemen/ontwikkelingen. Het is aan de coördinator om relevante zaken te melden aan het bestuur. Meerjarenbeleidsplan 2017-2020 (versie 23 okt 2016) 12 Leergeld De Stuwwal
3.4 Instrumentele doelen Naast de strategische doelen die direct gericht zijn op de doelgroep, zijn een drietal instrumentele doelen te onderscheiden welke voorwaardelijk zijn voor het behalen van de strategische doelen en daarmee de interne prioriteiten van Stichting Leergeld De Stuwwal voor de komende jaren aangeven. Het gaat daarbij om: a. het genereren van inkomsten De stichting werkt volgens het principe local-for-local. Dit brengt met zich mede, dat het verwerven van inkomsten is gericht op het eigen werkgebied. Leergeld draagt zorg voor een adequate rapportage/rechtvaardiging voor alle aan haar toevertrouwde middelen. De Stichting bezit sedert haar oprichting de zgn. ANBI status (Algemeen Nut Beogende Instelling ). Dit brengt met zich mee, dat particuliere giften aan de Stichting, binnen de grenzen van de wet, aftrekbaar zijn en dat tevens een verlaagd successierecht van toepassing is voor nalatenschappen aan de Stichting. Van de verantwoording inzake de haar toevertrouwde middelen, ontvangen de vaste subsidieverstrekkers en sponsoren een afschrift. Stichting Leergeld verkrijgt haar inkomsten hoofdzakelijk uit: vaste subsidieverstrekking door de gemeenten uit het werkgebied; incidentele sponsoring door bedrijfsleven en particulieren; opbrengsten uit eigen acties; opbrengsten uit acties van derden; b. bevordering van de naamsbekendheid en versterking van de interne organisatie. De komende jaren wil de stichting de naamsbekendheid van De Stuwwal vergroten door gebruik te maken van de lokale media. c. Versterking van de interne organisatie Het bestuur werkt volgens door Leergeld Nederland geformuleerde uitgangspunten van good governance. Het bestuur streeft er naar om goede contacten en gegevensuitwisselingen te onderhouden met alle geledingen uit de organisatie. Dit betekent onder meer dat veelvuldig contacten worden onderhouden met de coördinator en intermediairs. Ook in de beoordelingscommissie, waarin vraagstukken rondom de toekenningen aan de doelgroep worden behandeld zijn de bestuursleden aanwezig. Meerjarenbeleidsplan 2017-2020 (versie 23 okt 2016) 13 Leergeld De Stuwwal
3.5 De organisatie a. Samenstelling van het dagelijks bestuur voorzitter Dhr S. Nuij secretaris Dhr W. Bisschop penningmeester Vacant Het bestuur van Stichting Leergeld De Stuwwal is eindverantwoordelijk voor alle activiteiten van de stichting. In de statuten van de stichting staan deze beschreven. b. Coördinatoren Het bestuur wordt ondersteund door de coördinatoren van de stichting, die cruciale posities innemen in de organisatie. Tot hun takenpakket behoren: - organiseren van het proces van de behandeling van aanvragen; - het mede werven/begeleiden/coachen van de intermediairs/vrijwilligers; - uit de markt ervaringen, knelpunten en trends signaleren teneinde in samenspraak met het bestuur adequaat daarop te reageren c.q. te handelen; - eindverantwoordelijkheid dragen voor de operationele werkzaamheden exclusief de specifieke bestuurstaken. c. Intermediairs De stichting heeft enkele intermediairs die de gezinnen, die om een ondersteuning vragen, thuis gaan bezoeken. Meerjarenbeleidsplan 2017-2020 (versie 23 okt 2016) 14 Leergeld De Stuwwal
4. MEERJARENBEGROTING EN DEKKINGSPLAN Aangezien Stichting Leergeld De Stuwwal voor het eerst actief wordt met het ondersteunen van kinderen en jongeren vanaf 1 januari 2017 is de begroting indicatief. De Stichting Leergeld De Stuwwal hanteert voor de jaren 2017 t/m 2020 een aantal uitgangspunten om opbrengsten en uitgaven te prognosticeren. 4.1 Uitgangspunten voor de opbrengsten a. Gemeentelijke subsidies De deelnemende gemeenten uit ons werkgebied stellen jaarlijks een subsidie ter beschikking volgens opgestelde subsidie/samenwerkingsovereenkomsten, op grond waarvan de stichting kan rekenen op vaste jaarlijkse bedragen. b. Sponsoring bedrijfsleven en particulieren Binnen de stichting is een sponsorcommissie actief, welke tracht op professionele wijze het bedrijfsleven en particulieren te interesseren voor ondersteuning van het werk van Leergeld. c. Eigen acties en acties van derden Naar hun aard zijn de opbrengsten welke voortvloeien uit deze acties het moeilijkst te begroten. De eigen acties van de stichting worden veelal georganiseerd in samenwerking met scholen uit het werkgebied en al dan niet in samenwerking met andere organisaties. 4.2 Uitgangspunten voor de kosten a. Kosten van meedoen De omvang van de uitgaven aan de doelgroep de zgn. kosten van Meedoen, vormen met afstand de grootste post van uitgaven van de stichting. Er wordt op gerekend dat deze kosten jaarlijks zullen toenemen, hoewel de toename van het aantal gezinnen, kinderen en aanvragen in die periode naar verwachting 5% zal bedragen. De belangrijkste reden hiervoor is dat de kosten voor schooluitgaven en andere met het onderwijs samenhangende posten relatief snel stijgen als gevolg van de aanschaf van laptops en dure schoolreizen. Het bestuur gaat ervan uit dat een ondersteuning van een kind hoogstens 250 mag bedragen. Het is niet reëel om er vanuit te gaan dat er in 2017 een maximaal beroep op Leergeld gedaan zal worden. Desondanks kiest het bestuur ervoor om in het eerste jaar de doelgroep af te bakenen tot alleen de kinderen in de basisschoolleeftijd (4 t/m 12 jaar). Enerzijds om ervaring op te doen, anderzijds om het beschikbare budget over het hele kalenderjaar 2017 in te kunnen zetten. Mocht het aantal ondersteuningen echter binnen de begroting blijven, dan zullen ook de aanvragen voor de jongeren van 12 t/m 18 jaar kunnen worden toegekend. Meerjarenbeleidsplan 2017-2020 (versie 23 okt 2016) 15 Leergeld De Stuwwal
b. Organisatiekosten Zeker in het eerste jaar zullen er opstartkosten worden gemaakt. In weerwil van de stijging van de kosten voor de doelgroep, is het streven van het bestuur erop gericht om de organisatiekosten beheersbaar te houden. Indien en voor zover substantieel extra uitgaven zich voordoen, zal worden getracht hiervoor extra bronnen aan te boren. De overheadkosten worden evenredig volgens het percentage inwonersaantal verdeeld over de deelnemende gemeenten. Een overzicht van de oprichtings- en overheadkosten in het eerste jaar zijn: Verwachte kosten Kostenpost formele oprichting stichting via notaris 400,00 inschrijving bij Kamer van Koophandel 50,00 openen bankrekeningen 50,00 productie eerste voorraad drukwerk en PR materialen 500,00 kantoorinrichting (computer, printer, meubilair) 950,00 telefoon- en internetaansluiting 150,00 leergeld Hulpverleningstraining voor bestuurders, coördinator en intermediairs 3.000,00 LISY Registratie training voor coördinatoren en intermediairs 500,00 LISY Financieel/Twinfield training voor penningmeester 500,00 huisvesting (voor het eerste jaar) 1.000,00 gebruik telefoon, internet en porto (voor het eerste jaar) 225,00 kosten verzekeringen bestuur en vrijwilligers (voor het eerste jaar) 175,00 Overige bestuurskosten (onkosten-/reisvergoedingen, contributie Ver. Leergeld NL 500,00 totaal 8.000,00 Zowel de gemeenten Heumen ( 500) als de gemeente Mook & Middelaar ( 700) hebben in 2016 een startsubsidie toegekend. Dit budget wordt aangewend t.b.v. de oprichtings- en overheadkosten. Meerjarenbeleidsplan 2017-2020 (versie 23 okt 2016) 16 Leergeld De Stuwwal
4.3 Financiële prognose 2017 t/m 2020 De verwachte opbrengsten en kosten zijn als volgt samen te vatten Begroting Leergeld De Stuwwal 2017 2018 2019 2020 Verwachte inkomsten gemeente Heumen 9.000 10.000 12.000 12.000 gemeente Mook & Middelaar 3.000 3.000 3.500 3.500 gemeente Gennep 9.000 10.000 10.000 10.000 gemeente Berg en Dal 10.000 12.000 12.000 12.000 eigen fondsenwerving 2.500 5.000 6.000 6.000 33.500 40.000 43.500 43.500 Verwachte kosten ondersteuning kinderen gemeente Heumen 7.000 8.000 9.000 10.000 ondersteuning kinderen gemeente Mook & Middelaar 2.000 2.500 3.500 3.500 ondersteuning kinderen gemeente Gennep 7.000 8.000 9.000 10.000 ondersteuning kinderen gemeente Berg en Dal 10.000 11.000 12.500 12.500 22.500 29.500 34.000 36.000 organisatiekosten 21% Heumen 1.600 1.050 1.050 1.050 10% Mook & Middelaar 750 500 500 500 21% Gennep 1600 1.050 1.050 1.050 42% Berg en Dal 3.200 2.100 2.100 2.100 6% eigen middelen 450 300 300 300 7.600 5.000 5.000 5.000 Continuïteitsreserve 2.500 2.500 2.500 2.500 Meerjarenbeleidsplan 2017-2020 (versie 23 okt 2016) 17 Leergeld De Stuwwal