Effect van borium op de hardheid van uien. L. van den Brink

Vergelijkbare documenten
Inventarisatie omstandigheden optreden zwarte vlekken in peen

Verbetering ketenresultaat door beter uitgangsmateriaal bruine bonen. Ing. R.D. Timmer

Overdracht van geelziek in Eucomis via zaad

Het voorkomen van Pseudo-kurkstip in tulpen

Onderzoek naar effect van zaad primen en vroeg zaaien op opbrengst cichorei; verslag 2006 en eindverslag. Ir. L. van den Brink

Het effect van inundatie op sclerotiën van de schimmel Sclerotium rolfsii

Penicillium in lelie. Effect van terugdrogen na het spoelen op Penicilliumaantasting tijdens de bewaring van lelie. Hans Kok

Inventarisatie van de ernst van de bloedingziekte in paardenkastanjebomen in Den Haag

Warmwaterbehandeling Crocus Grote Gele

Invloed van ventilatie-instellingen op vochtverliezen en kwaliteit in zand aardappelen

Behoud meerjarig proefveld organische bemesting

De gecombineerde rol van ethyleen en het pelmoment in het ontstaan van zuur in tulp. Martin van Dam, PPO Frank Kreuk, Proeftuin Zwaagdijk

Duurzame energietechniek

Inkomensvergelijking vezelgewassen versus graan. Auteur(s): Pieter de Wolf, Lubbert van den Brink en Joanneke Spruijt

Vroege bloemverdroging bij narcis cultivar Bridal Crown

Biologische bestrijding van echte meeldauw in zomerbloemen. biokennis

Gewasgezondheid in relatie tot substraatsamenstelling (Input-output Fase IV)

Instructie en werkbladen veldpracticum perceelvariatie

De rol van Phytophthora bij scheut- en stengelrot in pioenroos

Virusziekten bij het gewas Eucomis

Vorstschade bij Zantedeschiaknollen

Beproeving mineralenconcentraten en spuiwater in diverse gewassen. Praktijkonderzoek Plant & Omgeving. Inhoud

Teelt van lelies in goten in de grond in Drenthe, 2012

Precisieplant tulp. Basis voor precisielandbouw. A.H.M.C. Baltissen, H. Gude, A. van der Lans, A. Haaster

Wintergerst als groenbemester en stikstofvanggewas. W.C.A. van Geel & H.A.G. Verstegen

Rassenonderzoek zaaiuien groeiseizoen 2012 Samengevatte resultaten 2005 t/m 2012

PROEFSTATION VOOR TUINBOUW ONDER GLAS. Boriumopname bij paprika in steenwol (teelt 1984). C. Sonneveld

Herinplantziekte bij pioenrozen

Vaste planten waardplant voor PlAMV?

Warmwaterbehandeling lelie

Bestrijding van slakken in graszaad, 2004

Inventarisatie omstandigheden optreden zwarte vlekken in peen

Duurzaam elektrisch beregenen. Joanneke Spruijt en Harm Jan Russchen PPO-RAPPORT 649

De werking van Contans tegen sclerotievormende schimmels

Invloed van de stikstofgift op kwaliteit en opbrengst in zaaiuien. rapport / publicatie. nr

Bruikbaarheid vacuümtoets bij hyacinten

Pootgoedvermeerdering zetmeelaardappelen

/~T 4r( Ol S O PROEFSTATION VOOR TUINBOUW ONDER GLAS. Onderzoek naar de optimale EC van de voedingsoplossing voor de teelt van komkommers in steenwol

Invloed van stikstofniveau en -deling op eiwitgehalte en opbrengst van zetmeelaardappelen.

Voorstudie ultrasone geluidsgolven tegen zuur in tulp

Bestrijding van slakken in wintertarwe, 2004

Knelpuntenrapportage nieuwe teelten

Invloed van het oogsttijdstip op kwaliteit en opbrengst in zaaiuien. rapport / publicatie. nr

Effecten van Disappyr op bruinverkleuring en beworteling van stek van sierheesters. M.P.M. Derkx

Proefveld tulpenstengelaal (waardplanten) onderzoek. Robert Dees, Joop van Doorn

Onderzoek naar de gevoeligheid van aardappelrassen voor kringerigheid, op percelen met Trichodorus primitivus besmet met tabaksratelvirus.

Teelt de grond uit Zomerbloemen

Beschrijving teeltcoach onkruid

Het optreden van dubbele kolen en holle stronken bij bloemkool

Optreden van suzuki-fruitvlieg in zachtfruit in 2014

Ontwikkeling van de sojateelt in Zuidoost Nederland. Ing. R.D. Timmer en C.L.M. de Visser

Verbetering ketenresultaat door beter uitgangsmateriaal bruine bonen. Ing. R.D. Timmer

Hygiëneprotocol Dahlia PSTVd. P.J. van Leeuwen

Inzet RTK-GPS in de teelt van een gewas.

Bestrijding emelten in grasland 2004

Curatieve en eradicatieve (stop) werking van fungiciden tegen Phytophthora 2009

& 63 PROEFSTATION VOOR TUINBOUW ONDER GLAS TE NAALDWIJK PRAKTIJKONDERZOEK NAAR DE OORZAKEN VAN BRUIN BLAD IN ASTER ERICOÏDES "HONTE CASSINO"

Relatie zetmeelgehalte leliebol en takkwaliteit, onderzoek Casper Slootweg en Hans van Aanholt

Korrelmaïsstro als biomassa

Warmwaterbehandeling Allium en Crocus

Cultuur- en gebruikswaardeonderzoek industriespinazie 2002 Voorjaarszaai. H. de Putter

Aantasting van Alliumbollen door Fusarium

Voorkomen wateroverlast Teelt de grond uit bloembollen. Casper Slootweg en Henk Gude

Analyse van N_min in de bodem van maïspercelen Vruchtbare Kringloop Achterhoek/Liemers

Bestrijding van slakken in wintertarwe, 2005

c\? Z o SZ PROEFSTATION VOOR TUINBOUW ONDER GLAS De boriumvoorziening van trosanjers in steenwol bij verschillende ph niveau's

Screening van effectiviteit en fytotoxiciteit insecticiden tegen koolmot

Chemische onkruidbestrijding asperge

Bijeenkomst PN DA. Hans Smeets. Adviseur DLV plant BV

Het ketenrassenonderzoek zaaiuien

Optimale toepassing van Moddus in zaadgewassen Engels raaigras

Optimale toepassing van Moddus in zaadgewassen Engels raaigras

Effect bemesting op ziekteontwikkeling in stamslabonen industrieteelt. A. Evenhuis, H. Verstegen, J.A.M. Wilms & C.G. Topper

MAISTEELT 2019: DE SUCCESFACTOREN!

Organisch bemesten in de akkerbouw. 6 februari 2019 Beitem

VERGADERING : COMMISSIE TEELTAANGELEGENHEDEN DATUM : 22 OKTOBER 2010 AGENDAPUNT : 7 BIJLAGE : 6b ADDITIONELE PROJECTEN 2010 EN INLEIDING

Groenbemesters. Virtueel proefveldbezoek: Nitraatresidu beheersen in de akkerbouw: een permanente uitdaging!

Stengelrot bij lelie door de schimmel Rhizopus

Grip op voeding Plantsapme*ngen vs wateranalyses

ADLO Studiedag 03/06/2014 Resultaten demonstratieprojecten 2012 en Proefplatform. test. test. Proefplatform. Probleem. test

Biologie en bestrijding van de frambozenschorsgalmug

Spruitbeschadiging bij hyacinten door de schimmel Fusarium culmorum

TOLALG14SPZ_BM08 (Blad)bemestingsproef in najaarsspinazie voor industriële verwerking met voorteelt Tarwe.

Maïsteelt 2017 oktober 2016

Toepassing van Agro-Vital en Agriton bemestingsproducten in de teelt van zaaiuien.

Bemesting kool en relatie tot trips.

Aardappelen. Toepassing van spuiwater in aardappelen: wat is het en wat is het waard? Wendy Odeurs, Jan Bries Bodemkundige Dienst van België vzw

CCBT-project: Optimalisatie bemesting in de biologische kleinfruitteelt

Gebruik ORGAplus organische meststoffen in aardbeien. Auteur(s) Jos Wilms en Gerard Meuffels (PPO-Vredepeel)

Rapport van de voortijdig beëindigde bemestingsproef in hyacinten op kalkrijke zandgrond 2008

Stichting Proefboerderijen Noordelijke Akkerbouw. Het effect van N-bemesting op de (energie)opbrengst van wintertarwe

Differentiatie stikstofbemestingsadviezen

Onderzoek naar risico van bollenmijt in Zantedeschia

Compostering reststromen van Vaste Planten- en Zomerbloementelers. Casper Slootweg

Voorspelling eiwitgehalte brouwgerst met behulp van een chlorofylmeter

Pootgoedgoedkwaliteit in project in jaar 2013

Wageningen UR Livestock Research

Kan het wortellesieaaltje Pratylenchus penetrans wortels van Zantedeschia aantasten?

Technieken opheffen ploegzool

Knelpuntenrapportage nieuwe teelten Rapportage van de Afzet- en Teeltknelpunten bij a) rucola, b) aardpeer, b) pastinaak c) Aziatische bladgewassen.

Transcriptie:

Effect van borium op de hardheid van uien L. van den Brink Praktijkonderzoek Plant & Omgeving, onderdeel van Wageningen UR Business Unit Akkerbouw, Groene Ruimte en Vollegrondsgroenten PPO nr. 3250096600-01 September 2010

2010 Wageningen, Stichting Dienst Landbouwkundig Onderzoek (DLO) Alle intellectuele eigendomsrechten en auteursrechten op de inhoud van dit document behoren uitsluitend toe aan de Stichting Dienst Landbouwkundig Onderzoek (DLO). Elke openbaarmaking, reproductie, verspreiding en/of ongeoorloofd gebruik van de informatie beschreven in dit document is niet toegestaan zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van DLO. Voor nadere informatie gelieve contact op te nemen met: DLO in het bijzonder onderzoeksinstituut Praktijkonderzoek Plant & Omgeving, Business Unit Akkerbouw, Groene Ruimte en Vollegrondsgroenten DLO is niet aansprakelijk voor eventuele schadelijke gevolgen die kunnen ontstaan bij gebruik van gegevens uit deze uitgave. Projectnummer: 3250096600 Praktijkonderzoek Plant & Omgeving, onderdeel van Wageningen UR Business Unit Akkerbouw, Groene Ruimte en Vollegrondsgroenten Address : Edelhertweg 1, Lelystad : Postbus 430, 8200 AK Lelystad Tel. : +31 320-291 111 Fax : +31 320 230 479 E-mail : info.ppo@wur.nl Internet : www.ppo.wur.nl Praktijkonderzoek Plant & Omgeving 2

Inhoudsopgave pagina 1 INLEIDING... 5 1.1 Bestaande kennis... 5 2 OPZET VAN HET ONDERZOEK... 7 3 RESULTATEN EN DISCUSSIE... 9 4 CONCLUSIE... 11 Praktijkonderzoek Plant & Omgeving 3

Praktijkonderzoek Plant & Omgeving 4

1 Inleiding De hardheid van de ui is een belangrijk kwaliteitscriterium. Het doel van het onderzoek was om na te gaan of toediening van borium een hardere ui geeft. Het onderzoek dat in 2009 is uitgevoerd, had een oriënterend karakter. Het doel was om na te gaan of er voldoende perspectief is om m.b.v. boriumbemestingen de hardheid van de uien te verbeteren. Op basis van dit onderzoek is beslist of het onderzoek voortgezet moest worden. 1.1 Bestaande kennis In het voorjaar van 2007 heeft PPO in opdracht van het HPA een rapport Bemesten met secundaire voedingselementen opgesteld, waarin ook aandacht besteed wordt aan borium. Borium speelt een rol bij de celdeling, bij de waterhuishouding en het transport van koolhydraten. Borium is in de plant weinig mobiel, zodat vooral in de bladdelen die verder van de xyleemvaten verwijderd zijn het snelst een tekort op kan treden. Ook de mate waarin calcium in de plant voorkomt, is belangrijk. Wanneer er meer calcium aanwezig is, is de behoefte aan borium groter. De opname van borium uit de grond verloopt moeilijker bij een hoge ph, een overmatige N-bemesting, een zware bekalking en bij droogte. Vooral op lichte percelen zal in droge jaren het snelst een tekort aan borium te verwachten zijn. De mate waarin een boriumbemesting een positief effect zal hebben, zal dus sterk afhangen van het perceel en de groeiomstandigheden. Boriumbemestingen worden meestal gegeven in de vorm van bladbemestingen. In de bemestingsadviezen voor uien wordt tot nu toe weinig aandacht besteed aan borium. Het is mogelijk dat boriumbemestingen bij huidige teeltwijze meer noodzakelijk zijn dan in het verleden. De huidige rassen zijn productiever en ook het stikstofbemestingsniveau waarbij deze rassen geteeld worden ligt vaak hoger dan in het verleden het geval was. Het adviesbedrijf TTW volgt bij diverse telers de groei van uien en voert analyses uit, o.a. ook op boriumgehalte. Op basis van deze analyses wordt geadviseerd om al dan niet een bladbemesting met borium uit te voeren. De verschillen in hardheid zijn het grootst aan het einde van de bewaring. De op dat moment gemeten verschillen zijn ook het meest relevant voor de praktijk. Om het effect van boriumbemesting op de hardheid te onderzoeken zal het dan ook noodzakelijk zijn om de hardheidsmetingen na de bewaring, begin maart, uit te voeren. Praktijkonderzoek Plant & Omgeving 5

Praktijkonderzoek Plant & Omgeving 6

2 Opzet van het onderzoek Op twee percelen, één met een goede boriumtoestand en één met een minder goede boriumtoestand zijn stroken aangelegd met wel en geen boriumbemesting. De stroken zijn bemonsterd en in de eerste helft van maart 2010 is de hardheid gemeten. Het perceel met een goede boriumtoestand lag op het PPO-proefbedrijf in Lelystad. Het perceel met een lagere boriumtoestand is gezocht op de lichtere gronden in de Noordoostpolder. Er is een perceel gebruikt van de heer P. de Bruijn in Espel. In tabel 1 staan de belangrijkste bodemgegevens van de percelen waarop de proeven zijn uitgevoerd. Op beide locaties lagen 3 objecten in enkelvoud, nl.: Geen boriumbemesting Eén keer boriumbemesting Twee keer boriumbemesting In juli zijn monsters genomen om de boriumtoestand na de boriumbespuitingen te bepalen. In Espel is het ras Hybelle gezaaid; in Lelystad het ras Hytech. Na de oogst zijn er per object monsters genomen. De monsters zijn bewaard tot in maart 2010. Half maart is de hardheid gemeten met de hardheidsmeter. Per object zijn van beide proeven 240 uien gemeten. Tabel 1. Bodem- en teeltgegevens van de percelen in Lelystad en Espel. Lelystad Espel Ras Hytech Hybelle % slib 17-23 12 % organische stof 2,0 1,4 Borium µg B/kg 155 198 Zaaidatum 15-4 27-4 N-bemesting 160 kg N/ha 145 kg N/ha Eerste Boriumbespuiting 23-4; 0,3 kg B/ha 5 juni; 0,3 kg B/ha Tweede Boriumbespuiting 29-6; 0,3 kg B/ha 29 juni; 0,3 kg B/ha Oogstdatum 1-9 24-8 Bepaling hardheid 9-3 -2010 17-3-2010 Praktijkonderzoek Plant & Omgeving 7

Praktijkonderzoek Plant & Omgeving 8

3 Resultaten en discussie Op 20 juli zijn alle objecten op beide proeven bemonsterd. De uitslagen van dit onderzoek staan in tabel 2. Tabel 2. Uitslagen van bodemonderzoek in juli. B(µg/l NO3-N (mg/l NH4-N (mg/l K (mg/l S (mg/l Mg (mg/l Lelystad geen Boriumbem. 37 2.7 <0.5 12.6 1.1 12.2 Lelystad 1 keer Boriumbem. 46 1.7 <0.5 13.5 1.0 12.4 Lelystad 2 keer Boriumbem. 52 2.0 <0.5 11.3 0.9 11.3 Espel geen Boriumbem. 43 6.5 0.9 24.8 2.5 15.8 Espel 1 keer Boriumbem. 83 9.5 1.5 25.6 2.6 14.2 Espel 2 keer Boriumbem. 107 6.9 1.5 19.5 2.2 12.6 In tabel 3 staan de resultaten van de hardheidsmetingen Tabel 3. Indrukking in mm van de uien bij drie verschillende niveaus van boriumbemesting (gemiddelde van 240 uien per object). Lelystad, goede boriumtoestand Espel, matige boriumtoestand Geen borium 3.96 4.26 1 keer borium bemesting 3.92 4.36 2 keer borium bemesting 3.83 4.21 Op basis van de indrukking is de relatieve hardheid bepaald op een vergelijkbare manier als gedaan wordt in het rassenonderzoek. Per proef is het gemiddelde van de drie objecten op 100 gesteld. Tabel 4. Relatieve hardheid van de uien bij drie verschillende niveaus van boriumbemesting (hoger cijfer = harder). Lelystad, goede boriumtoestand Espel, matige boriumtoestand Geen borium 98.5 100.4 1 keer borium bemesting 99.6 98.0 2 keer borium bemesting 101.9 101.5 Uit de hardheidsbepalingen blijkt dat er uit beide proeven een indicatie komt dat borium een positief effect heeft op de hardheid van de ui. In de proef met een goede boriumtoestand is dit effect het duidelijkst. Op de proef met een matige boriumtoestand had de behandeling 2 keer borium wel de beste hardheid, maar het object geen borium had een betere hardheid dan 1 keer borium. De grootte van het effect (maximaal 3,4 punten in verhoudingsgetallen) is wel kleiner dan de rasverschillen die in het rassenonderzoek gemeten worden (ca. 15 punten in verhoudingsgetallen). Praktijkonderzoek Plant & Omgeving 9

Praktijkonderzoek Plant & Omgeving 10

4 Conclusie In de oriënterende proeven van 2009 werd een licht positief effect van boriumbemesting op de hardheid van uien vastgesteld. Praktijkonderzoek Plant & Omgeving 11