Statistieken. Centrale voor kredieten aan particulieren

Vergelijkbare documenten
Statistieken. Centrale voor kredieten aan particulieren

Statistieken. Centrale voor kredieten aan particulieren

Statistieken. Centrale voor kredieten aan particulieren

Nationale Bank van België, Brussel.

Centrale voor kredieten aan particulieren. Statistieken

Centrale voor kredieten aan particulieren. Statistieken

Centrale voor kredieten aan particulieren. Statistieken

Nationale Bank van België, Brussel

Statistieken. Centrale voor kredieten aan particulieren

Statistieken. Centrale voor kredieten aan particulieren

Nationale Bank van België, Brussel.

1. BELANGRIJKSTE ONTWIKKELINGEN IN STATISTIEKEN

1. BELANGRIJKSTE ONTWIKKELINGEN IN STATISTIEKEN

Percentage achterstallige kredietnemers 5,7 % 5,2 %

1. METHODOLOGISCHE NOTA BELANGRIJKSTE ONTWIKKELINGEN IN STATISTIEKEN 3.1 SYNTHESE 3.2 GEREGISTREERDE CONTRACTEN

Percentage achterstallige kredietnemers 5,2 % 5,4 %

Percentage achterstallige kredietnemers 5,5 % 5,7 %

(toestand einde periode) Variatie

Centrale voor kredieten aan particulieren

NATIONALE BANK VAN BELGIE

NATIONALE BANK VAN BELGIE

Januari Evolutie van de gegevens 2013 van de Centrale voor Kredieten:

Belangrijkste evoluties van de Centrale voor kredieten aan particulieren aan het einde van het derde kwartaal 2012

Januari Krediet en overmatige schuldenlast: wat leren wij uit de cijfers 2012 van de Centrale voor Kredieten aan Particulieren?

Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting

VERSLAG AAN DE KONING

KONINKRIJK BELGIE COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER

Groene kredieten stuwen hypotheekmarkt in 2011 naar ongekende hoogte

BIJZONDERE VOORWAARDEN BETREFFENDE DE KASFACILITEIT I - Van kracht op 23 maart 2015

Schuldenlast van de gezinnen: het wordt er niet beter op...

DE RECHTEN VAN DE PERSONEN GEREGISTREERD BIJ DE CENTRALE VOOR KREDIETEN AAN PARTICULIEREN VAN DE NATIONALE BANK (C.K.P.)

Workshop consumentenkredieten

Vlaamse gezinnen in budget- en/of schuldhulpverlening: cijfergegevens

Instelling. Onderwerp. Datum

Krediet en problematische schuldenlast: welke geografische verschillen? R. Duvivier

Renovatiekredieten populairder dan ooit

Hypothecair krediet: duurzame groei

Hypothecair krediet : het recordjaar 2010

BEROEPSVERENIGING VAN HET KREDIET

h Vlaamse gezinnen in budget- en/of schuldhulpverlening: cijfergegevens

Hypothecaire kredietverlening neemt verder toe in tweede trimester

Hypothecaire kredietverlening blijft op peil, ondanks afwachtende houding van de Vlaamse koper

Verantwoord krediet voor de autofinanciering. Brussel, 9 januari 2013

Kredietverlening aan Vlaamse ondernemingen

Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet (BS 9 juli 1991) zoals gewijzigd bij wet van 13 juni 2010 (BS 21 juni 2010).

BERAADSLAGING RR Nr 32 / 2005 VAN 15 JUNI 2005

Betere bescherming voor de consument Wet consumentenkrediet gevoelig strenger

DE RECHTEN VAN PERSONEN GEREGISTREERD IN DE CENTRALE VOOR KREDIETEN AAN PARTICULIEREN VAN DE NATIONALE BANK

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES

Belgische hypothecaire kredietmarkt keert terug naar normaal niveau

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna "WVP"), inzonderheid artikel 29;

Vlaamse gezinnen in budget- en/of schuldhulpverlening: cijfergegevens 2014

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;

Hypotheekmarkt keert terug naar vroeger niveau

Kredietverlening aan Vlaamse ondernemingen

De inflatie zakte in juni nog tot 1,5 punten. De daaropvolgende maanden steeg de inflatie tot 2,0 in augustus (Bron: NBB).

Centrale voor kredieten aan ondernemingen

II, , 1, 3, 2, 4, 7, 8, 1, 9 34; ; ; ; ; / , 84, 1, : HOOFDSTUK I.

College van Procureurs-generaal stelt. jaarstatistiek 2015 van de correctionele parketten voor

Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen

Record aan hypothecair krediet in 2017

Voor ruim 7,2 miljard EUR verstrekte hypothecaire kredieten in het derde trimester van 2017

ALGEMENE VOORWAARDEN FIRST FISCAAL FIRST PENSIOENSPAREN

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer,

ALGEMENE VOORWAARDEN ONMIDDELLIJKE RENTE OP ÉÉN HOOFD

Lage rentevoeten ondersteunen stijgende vraag naar hypothecaire kredietovereenkomsten in derde trimester

Evolutie hypothecair krediet 3de trimester 2018

Schuld op consumptief krediet in 2005 gedaald, roodstand toegenomen

Sterke groei van renovatiekredieten

ADVIES &TIPS WEETJES. Krediet en Leningen

Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid

PROSPECTUS N 1 CONSUMENTENKREDIET

HANDLEIDING BASISREGISTRATIE ERKENDE INSTELLINGEN VOOR SCHULDBEMIDDELING

Consumentenkrediet. Wilfried Van Hirtum. Versie januari 2010

Online Spaarrekening: precontractuele informatie

ALGEMENE VOORWAARDEN EASY LINE (consumer) (versie september 2011)

Nooit eerder werd zoveel hypothecair krediet verstrekt

Transgender personen in België. die een wijziging van de officiële geslachtsvermelding aanvragen 2018

Projectoproep. Gericht aan de schuldbemiddelingssector. Innoverende projecten of nieuwe initiatieven inzake preventie van overmatige schuldenlast

Leningen, kredieten en borgstellingen aan leiders, aandeelhouders en verbonden personen

Toelichting over de werking van het Effectenkrediet

Fortis Bank staat onder het toezicht van de Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen, Congresstraat 12-14, 1000 Brussel.

Afdeling 1. Algemene bepalingen, definities en toepassingsgebied

Vennootschappen onderworpen aan de vennootschapsbijdrage

Onderafdeling II. Kredietovereenkomst.

I. Analyse van de resultaten van fase 1

Krediet heeft een prijs! Onderteken niet om het even wat! Onderteken niet om het even wat! Krediet heeft een prijs!

Kalender voor het uitbrengen van de indicatoren... 5 Faillissementen Augustus Waterdistributie Juli

Regionale verdeling van de Belgische in- en uitvoer van goederen en diensten,

Cijfermateriaal basisregistratie

Maandelijkse tewerkstellingsbarometer in België RSZ juni Barometer van de loontrekkende tewerkstelling in België

Brussel, COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER BERAADSLAGING RR Nr 37/ 2005 van 27 juli 2005

Algemene voorwaarden van de kredietopening van onbepaalde duur: Directe Reserve

PERSBERICHT Brussel, 20 december 2013

Verantwoorde kredietverlening

Kedin Consumenten Financieringen B.V. Coolsingel AG Rotterdam

Eindtermen Kredietbemiddeling

Informatieblad DEFAM Doorlopend krediet (Europese standaardinformatie inzake consumentenkrediet)

Informatieblad Credivance - DK [EUROPESE STANDAARDINFORMATIE INZAKE CONSUMENTENKREDIET]

Transcriptie:

Statistieken Centrale voor kredieten aan particulieren - 2008 Sommige tabellen van dit verslag werden aangevuld op 30 juni 2009

Nationale Bank van België, Brussel. Alle rechten voorbehouden. De volledige of gedeeltelijke verveelvoudiging van deze brochure voor educatieve en niet-commerciële doeleinden is toegestaan mits bronvermelding. Gegevens op 31 december 2008

Inhoud Belangrijkste ontwikkelingen in 2008 7 Statistieken 15 1. Synthese 16 1.1 Uitstaande contracten en kredietnemers 16 1.2 Evolutie van de uitstaande contracten en kredietnemers 16 1.3 Uitstaande achterstallige contracten en hun kredietnemers 17 1.4 Evolutie van de uitstaande achterstallige contracten en hun kredietnemers 17 1.5 Aandeel van de meerderjarige bevolking met ten minste één contract 18 1.6 Aandeel van de meerderjarige bevolking met ten minste één achterstallig contract 18 1.7 Nieuwe contracten en hun kredietnemers 19 1.8 Gemiddelde bedrag van de nieuwe contracten 19 2. Uitstaande contracten, betalingsachterstanden en hun kredietnemers 20 2.1 Contracten en betalingsachterstanden 20 2.2 Kredietnemers 30 3. Nieuwe contracten, betalingsachterstanden en hun kredietnemers 40 3.1 Contracten en betalingsachterstanden 40 3.2 Kredietnemers 51 3.3 Kredietbedrag 54 4. Uitstaande berichten van collectieve schuldenregeling 58 4.1 Berichten van toelaatbaarheid, minnelijke regeling en gerechtelijke regeling 58 4.2 Personen 60 5. Nieuwe berichten van collectieve schuldenregeling 61 5.1 Berichten van toelaatbaarheid 61 6. Raadplegingen door de kredietgevers 62 6.1 Individuele raadplegingen 62 6.2 Gegroepeerde raadplegingen 62 6.3 Gemiddelde aantal individuele raadplegingen per dag 63 7. Informatieverstrekking aan particulieren 63 Methodologische toelichting 64 Bijlage: bestand van de "Niet-gereglementeerde registraties" 71 5

Belangrijkste ontwikkelingen in 2008 INLEIDING De Centrale voor kredieten aan particulieren van de Nationale Bank van België is één van de instrumenten die door de Belgische overheid ingesteld is om overmatige schuldenlast bij gezinnen te bestrijden. Dit bestand registreert sinds 2003 alle consumentenkredieten en hypothecaire kredieten die in België door natuurlijke personen worden afgesloten. Het gaat daarbij om kredieten die om privé-doeleinden worden aangegaan. De Centrale registreert eveneens de eventuele betalingsachterstanden die uit deze kredieten voortvloeien. De gegevens over de kredietovereenkomsten en de identiteit van de kredietnemers worden aan de Nationale Bank meegedeeld door de kredietgevers. Het betreft daarbij niet alleen banken, maatschappijen die gespecialiseerd zijn in consumentenkrediet of hypothecair krediet en kredietkaartmaatschappijen, maar ook verzekeraars die hypothecair krediet toekennen en verkopers die verkopen op afbetaling verrichten. De kredietgevers moeten verplicht het bestand van de Centrale raadplegen alvorens een krediet aan een natuurlijke persoon te verlenen. Op die manier krijgt de kredietgever een volledig beeld van de kredietverbintenissen van de kandidaat-kredietnemer. Hij kan zo beter het kredietrisico evalueren en desgevallend vermijden het krediet "te veel" toe te kennen dat de betrokken persoon in een toestand van overmatige schuldenlast zou kunnen doen belanden. Wanneer het krediet afgelopen is of, in voorkomend geval, na het verstrijken van de reglementaire bewaartermijnen, worden de gegevens automatisch uit het bestand van de Centrale verwijderd. De lezer die meer wil weten over het wettelijk kader en de werking van de Centrale, kan de "methodologische nota" raadplegen die zich achteraan in deze brochure bevindt. De methodologische nota bevat eveneens uitleg bij bepaalde tabellen die in de brochure werden opgenomen. Het onderzoek naar de belangrijkste ontwikkelingen van het jaar betreft de evolutie van het aantal geregistreerde kredietnemers, kredietovereenkomsten, betalingsachterstanden en berichten van collectieve schuldenregelingen enerzijds en van bepaalde activiteitsindicatoren van de Centrale anderzijds. 7

KREDIETOVEREENKOMSTEN Eind 2008 telt de Centrale 7 903 687 geregistreerde kredietovereenkomsten 1. In vergelijking met het jaar voordien is dit een stijging met 5,2 % (+ 391 560 contracten). Deze toename is zowel in aantal als in percentage de grootste die de voorbije vijf jaar werd opgetekend en is de resultante van enerzijds 1 542 437 nieuwe kredietovereenkomsten die in de Centrale werden geregistreerd en anderzijds 1 150 877 kredietovereenkomsten die uit het bestand werden geschrapt 2. Uitgesplitst over de verschillende kredietvormen 3, stijgt het aantal uitstaande contracten in absolute cijfers zowel bij de kredietopeningen (+ 270 674 eenheden), de hypothecaire kredieten (+ 77 181 eenheden) als de leningen op afbetaling (+ 62 552 eenheden), maar neemt het af bij de verkopen op afbetaling (- 18 131 eenheden) en de financieringshuur 4. Het relatieve aandeel van de kredietopeningen in het totaal van de kredietovereenkomsten neemt toe tot 46,9 % en omvat 3 704 609 contracten. Dit kan verklaard worden door de stijging van het aantal nieuw toegekende kredietopeningen, d.w.z. een toename van de productie in vergelijking met het jaar voordien, maar ook door een stock-effect. Bijna alle kredietopeningen worden immers voor onbepaalde duur aangegaan (96,5 %) en worden slechts geschrapt in geval van ontbinding van het contract. De stock van deze kredietvorm kan dus enkel toenemen 5. Het aandeel van het hypothecair krediet neemt met 0,5 % af tot 28,9 %, maar met 2 287 533 contracten blijft het ruimschoots de tweede belangrijkste kredietvorm. Daarna komen de leningen op afbetaling met 18,9 % (1 493 628 contracten) en tenslotte de verkopen op afbetaling met 5,3 % (415 187 contracten). Uit bovenstaande verdeling van de uitstaande contracten zou ten onrechte kunnen worden afgeleid dat de lening op afbetaling een minder gebruikte kredietvorm is, hetgeen helemaal niet het geval is. Dit wordt duidelijk als de uitsplitsing per kredietvorm wordt toegepast op de nieuwe contracten die in de loop van het jaar geregistreerd werden 6. Hieruit blijkt dat de leningen op afbetaling (539 314 contracten, 35,0 %) even populair zijn als de kredietopeningen (556 744 contracten, 36,1 %). Pas daarna komen de hypothecaire kredieten (258 902 contracten, 16,8 %). De verkopen op afbetaling zijn tenslotte goed voor 187 477 nieuwe contracten (12,2 %). Opvallend is ook dat in 2008, met een toename van respectievelijk 10,0 % en 7,7 %, aanzienlijk meer nieuwe kredietopeningen en leningen op afbetaling werden toegekend dan in 2007. 1 Cfr. tabel 1.1 2 Cfr. tabel 1.2 3 Cfr. tabel 2.1.1.1 4 De financieringshuur, waarvan er eind 2008 slechts 2 730 contracten geregistreerd staan, is een kredietvorm die niet meer gebruikt wordt om kredieten aan particulieren voor privé-doeleinden toe te kennen. De stock van deze contracten bestaat trouwens voor 99,9 % uit contracten met een betalingsachterstand, waarvan de gegevens uit het bestand zullen verdwijnen wanneer het einde van de reglementaire bewaartermijnen bereikt wordt. Gelet op het te verwaarlozen aandeel in het geheel van de kredieten (minder dan 0,1 % van het totale aantal contracten), worden de evoluties van deze kredietvorm niet besproken. 5 Met het oog op een correcte interpretatie van de cijfers dient opgemerkt te worden dat de kredietopeningen waarvan het bedrag lager is dan 1 250 euro en die terugbetaalbaar zijn binnen een termijn van ten hoogste drie maanden, niet onder het toepassingsgebied van de wet op het consumentenkrediet vallen en bijgevolg niet geregistreerd worden in de Centrale. Daarnaast wordt een bepaald aantal kredietopeningen, een hoeveelheid die door de Centrale niet gekend is, door de kredietnemers niet gebruikt en vertegenwoordigen ze dus slechts een potentiële schuldenlast. Bij gebrek aan cijfers over het reëel gebruik van deze kredietopeningen is het niet mogelijk de werkelijke schuldenlast van een individuele consument inzake kredietopeningen exact te bepalen. 6 Cfr. tabel 1.7 8

Wat de looptijd 1 van de nieuw toegekende kredieten betreft, werd in 2007 vastgesteld dat vooral hypothecaire kredieten en verkopen op afbetaling voor een langere duur werden afgesloten dan in 2006. Deze trend zet zich in 2008 enkel verder bij de verkopen op afbetaling: 66,0 % van de nieuwe contracten heeft een looptijd van meer dan één jaar, tegenover 61,9 % in 2007. Bij de hypothecaire kredieten is zelfs een verkorting merkbaar en hetzelfde geldt voor de leningen op afbetaling. In 2008 bedraagt de gemiddelde looptijd 24 maanden voor de verkopen op afbetaling, 47 maanden voor de leningen op afbetaling en 18,1 jaar voor de hypothecaire kredieten. Ook met betrekking tot het gemiddelde kredietbedrag 2 van de nieuwe kredieten kunnen de vaststellingen die in 2007 werden gemaakt, niet zomaar worden herhaald in 2008. Terwijl het gemiddelde kredietbedrag in 2007 bij alle kredietvormen aanzienlijk is toegenomen, is dit in 2008 enkel nog het geval bij de verkopen op afbetaling (+ 6,1 % tot 4 968 euro per contract) en in mindere mate bij de leningen op afbetaling (+ 2,2 % tot 15 416 euro per contract). Bij de hypothecaire kredieten blijft het bedrag van het ontleende kapitaal nagenoeg gelijk (- 0,4 % tot 99 375 euro per contract) en bij de kredietopeningen is er zelfs sprake van een sterke daling van het bedrag van de toegekende kredietlijnen (- 10,9 % tot 5 474 euro per contract). De gemiddelde kredietbedragen worden dit jaar voor de eerste keer ook uitgesplitst volgens de leeftijd 3 en de verblijfplaats 4 van de kredietnemer op het ogenblik van de toekenning van het contract. De curve die de variatie van het gemiddelde bedrag van een krediet in functie van de leeftijd van de kredietnemer weergeeft, blijkt fundamenteel te verschillen van de ene kredietvorm tegenover de andere. Een uitsplitsing volgens de verblijfplaats van de kredietnemer toont niet alleen aan dat binnen elke kredietvorm het gemiddelde kredietbedrag aanzienlijk verschilt van provincie tot provincie, maar ook dat de rangschikking van de provincies in functie van de grootte van het bedrag verschilt al naargelang de kredietvorm. In de loop van 2008 werden er 114 276 nieuwe betalingsachterstanden in de Centrale geregistreerd 5. Het aantal uitstaande betalingsachterstanden stijgt met 0,9 % tot 495 089 contracten 6. Ze kunnen uitgesplitst worden in enerzijds 415 890 niet geregulariseerde achterstallige contracten (+ 1,1 %) en anderzijds 79 199 betalingsachterstanden die in de loop van het jaar geregulariseerd werden (- 0,4 %). Net zoals in 2006 en 2007 onderscheiden de kredietopeningen zich van de andere kredietvormen 7. Terwijl het aantal uitstaande betalingsachterstanden eind 2008 stabiel blijft voor zowel leningen op afbetaling (- 68 contracten, - 0,0 %), verkopen op afbetaling (- 155 contracten, - 0,3 %) als hypothecaire kredieten (- 247 contracten, - 0,6 %), nemen de achterstallige kredietopeningen opnieuw toe (+ 5 365 contracten, + 2,5 %). 1 Cfr. tabellen 3.1.2.1, 3.1.2.2 en 3.1.2.3 2 Cfr. tabel 1.8. Bij de interpretatie van het gemiddelde bedrag van de geregistreerde kredieten is het van belang te onthouden dat de definitie van het door de wet op de Centrale voor kredieten aan particulieren vastgelegde kredietbedrag verschilt al naargelang het type krediet. De eerste categorie omvat de leningen op afbetaling, de verkopen op afbetaling en de financieringshuur. Voor deze kredietvormen zegt de wet dat het totale terug te betalen bedrag in het bestand moet geregistreerd worden, zijnde het ontleende kapitaal vermeerderd met het totaal van de te betalen interesten. Een evolutie van dit gemiddeld bedrag geeft bijgevolg een indicatie van de totale terugbetalingslast zonder dat echter kan vastgesteld worden of dit het gevolg is van een verandering in het ontleend kapitaal of in het bedrag van de interesten, die beïnvloed worden door de duur van het krediet en de toepasselijke rentevoet. De tweede categorie is die van de kredietopeningen, waar het bedrag van de toegelaten kredietlijn geregistreerd wordt en niet het opgenomen bedrag. Bij de hypothecaire kredieten, de derde en laatste categorie, wordt het kredietbedrag gedefinieerd als het ontleend kapitaal. 3 Cfr. tabellen 3.3.1.1, 3.3.1.2, 3.3.1.3 en 3.3.1.4 4 Cfr. tabellen 3.3.2.1, 3.3.2.2, 3.3.2.3 en 3.3.2.4 5 Cfr. tabel 1.4 6 Cfr. tabellen 1.3 en 1.4 7 Cfr. tabel 2.1.1.2 9

Het totale achterstallige bedrag stijgt met 79 miljoen euro tot 1 856 miljoen euro (+ 4,4 %) 1. Uitgesplitst per kredietvorm daalt het gemiddelde achterstallige bedrag per contract bij de verkopen op afbetaling en de hypothecaire kredieten tot respectievelijk 1 314 euro (- 1,6 %) en 21 988 euro (- 0,5 %), terwijl het stijgt bij de leningen op afbetaling en de kredietopeningen tot respectievelijk 6 074 euro (+ 5,3 %) en 1 620 euro (+ 2,0 %) 2. Tabel 2.1.8 splitst de uitstaande kredieten met hun betalingsachterstanden per kredietvorm uit over de kredietinstellingen en de overige kredietgevers. Met uitzondering van de verkopen op afbetaling blijkt dat de kredieten toegekend door kredietinstellingen verhoudingsgewijs minder betalingsmoeilijkheden kennen dan de kredieten toegekend door andere instellingen. Vooral bij de hypothecaire kredieten is dit verschil opvallend. De tabellen 3.1.3.1 tot 3.1.3.4 groeperen voor de verschillende kredietvormen op jaarbasis de nieuwe contracten die geregistreerd worden en gaan voor elk contract na of en binnen welke periode het een betalingsachterstand oploopt. Op dit ogenblik kan vastgesteld worden dat 6,1 % van de verkopen op afbetaling die in 2006 geregistreerd werden, binnen de 24 maanden een betalingsachterstand kende in de Centrale. Voor de leningen op afbetaling is dit 5,5 %, voor de kredietopeningen 5,0 % en voor de hypothecaire kredieten 1,8 %. Hieruit blijkt dat wanbetalingen in verhouding meer en sneller voorkomen bij leningen en verkopen op afbetaling dan bij de twee andere kredietvormen. De nieuwe tabel 3.1.5 bevestigt deze vaststelling: bij verkopen op afbetaling doet 69,5 % van de nieuwe betalingsachterstanden die in 2008 geregistreerd werden, zich voor binnen de 12 maanden na het afsluiten van het contract. Bij achterstallige leningen op afbetaling en kredietopeningen bedraagt dit percentage respectievelijk 48,1 % en 31,7 %. Ten slotte, bij 21,0 % van de hypothecaire kredieten die in 2008 met een betalingsachterstand werden geconfronteerd, gebeurde dit binnen het jaar nadat het krediet werd toegekend. Minstens even belangrijk als de mate waarin betalingsmoeilijkheden voorkomen, is het om te weten hoelang het duurt vooraleer de consument erin slaagt een betalingsachterstand volledig aan te zuiveren. Dit wordt opgevolgd in de tabellen 3.1.4.1. tot 3.1.4.4. Opnieuw kunnen grote verschillen worden vastgesteld tussen de verschillende kredietvormen. Achterstallige hypothecaire kredieten worden aanzienlijk sneller geregulariseerd dan andere kredietvormen: meer dan 60 % van de wanbetalingen die in 2006 en 2007 voor hypothecaire kredieten werden geregistreerd, is binnen de 12 maanden volledig aangezuiverd. Bij verkopen op afbetaling bedraagt dit iets minder dan de helft en bij kredietopeningen en leningen op afbetaling daalt het zelfs tot ongeveer een derde. Opvallende vaststelling: enerzijds lopen consumenten sneller een betalingsachterstand op bij verkopen op afbetaling dan bij leningen op afbetaling en kredietopeningen, maar anderzijds slagen ze er ook in om de wanbetaling sneller te regulariseren. 1 Cfr. tabel 1.3 2 Cfr. tabellen 2.1.3 tot 2.1.7 10

PERSONEN Het aantal geregistreerde kredietnemers neemt in 2008 met 122 791 personen toe tot 4 807 023 personen (+ 2,6 %), hetgeen overeenkomt met 56,2 % van de meerderjarige bevolking 1. Bij de personen tussen 35 en 54 jaar heeft bijna 80 % een krediet 2. Het gemiddelde aantal kredieten per kredietnemer stijgt opnieuw en bedraagt nu 1,64 (tegenover 1,60 in 2007). Net zoals de voorgaande jaren is het aantal geregistreerde contracten immers sneller toegenomen dan het aantal kredietnemers. Dit doet zich vooral voor bij personen met drie contracten of meer en deze tendens wordt ook over een langere periode bevestigd 3 : sinds 2004 is het aandeel van de personen met drie contracten of meer met 4,2 % gestegen tot 34,1 % (+ 328 354 personen), terwijl het aandeel van personen met één contract met 4,0 % gedaald is tot 39,8 % (- 6 526 personen). 1 535 615 personen hebben in 2008 één of meerdere nieuwe kredieten aangegaan 4, voornamelijk kredietopeningen en lening op afbetalingen. In verhouding tot de meerderjarige bevolking in elke leeftijdscategorie worden de meeste kredieten aangegaan door personen tussen 25 en 34 jaar (27,0 %), op de voet gevolgd door personen tussen 35 en 44 jaar (25,4 %). Gemiddeld werd in 2008 aan 18,0 % van de meerderjarige bevolking een nieuw krediet toegekend 5. De leeftijd van de kredietnemer verschilt eveneens in functie van de kredietvorm. De toekenning van consumentenkredieten gebeurt duidelijk meer gespreid over de verschillende leeftijdscategoriëen dan bij hypothecaire kredieten 6. Twee derden van de nieuwe hypothecaire kredieten wordt toegekend aan personen tussen 25 en 44 jaar, tegenover 47,8 % van de consumentenkredieten. Het aantal kredietnemers met een betalingsachterstand neemt eind 2008 toe tot 344 072 personen (+ 5 139 personen, + 1,5 %), hetgeen overeenkomt met 4,0 % van de meerderjarige bevolking 7. De meeste personen hebben één of twee betalingsachterstanden (82,9 %) 8. Bijna de helft van deze personen heeft daarnaast echter nog één of meerdere lopende kredieten die wel correct worden afbetaald 9. 106 286 personen hebben in 2008 een betalingsachterstand opgelopen. Voor 81 644 personen (76,8 %) is het de eerste keer dat ze met een achterstallig krediet worden geregistreerd 10. 1 Cfr. tabellen 1.1.1, 1.2.1 en grafiek 1.1.2 2 Cfr. grafiek 2.2.3.2 3 Cfr. tabel 2.2.1.1 4 Cfr. tabel 1.2.3 5 Cfr. grafiek 3.2.2.2 6 Cfr. tabellen 3.2.3.1 en 3.2.3.2 7 Cfr. tabellen 1.1.3, 1.2.2 en grafiek 1.1.4 8 Cfr. tabel 2.2.1.3 9 Cfr. tabel 2.2.1.4 10 Cfr. tabel 7 11

Opmerkelijk is het verschil tussen de leeftijd van de kredietnemer bij het afsluiten van een krediet en bij het oplopen van een betalingsachterstand 1 : terwijl 29,8 % van de kredietnemers die in 2008 een consumentenkrediet hebben afgesloten, jonger was dan 35 jaar, behoort 40,7 % van alle kredietnemers die in 2008 een betalingsachterstand voor een consumentenkrediet hebben opgelopen tot diezelfde leeftijdscategorie. Bij hypothecaire kredieten kan het omgekeerde worden vastgesteld: 41,5 % van de kredietnemers van nieuwe hypothecaire kredieten was jonger dan 35 jaar, terwijl slechts 26,2 % van de personen met een nieuwe hypothecaire betalingsachterstand eveneens jonger was dan 35 jaar. De uitsplitsing van de in het bestand opgenomen kredietnemers volgens hun verblijfplaats toont dat 55,2 % van het totale aantal geregistreerde personen gedomicilieerd is in Vlaanderen, tegenover 34,9 % in Wallonië en 8,7 % in Brussel 2. Van de kredietnemers die geregistreerd zijn met een betalingsachterstand is 45,3 % gedomicilieerd in Wallonië, tegenover 39,4 % in Vlaanderen en 11,9 % in Brussel 3. Eén op twintig kredietnemers uit Vlaanderen kampt met een betalingsachterstand (5,1 %), terwijl dit voor kredietnemers uit Wallonië en Brussel oploopt tot bijna één op tien (respectievelijk 9,3 % en 9,8 %). In verhouding tot de meerderjarige bevolking van elke regio telt Wallonië proportioneel het meeste kredietnemers (61,4 %), gevolgd door Vlaanderen (53,2 %) en Brussel (50,4 %). Indien enkel de kredietnemers met een betalingsachterstand in aanmerking genomen worden, bedragen deze percentages respectievelijk 5,7 % voor Wallonië, 4,9 % voor Brussel en 2,7 % voor Vlaanderen. COLLECTIEVE SCHULDENREGELINGEN Personen die geconfronteerd worden met overmatige schuldenlast of ernstige financiële moeilijkheden kunnen beroep doen op de procedure van collectieve schuldenregeling die door de wet in 1999 is ingesteld. In dat kader werd de Centrale voor kredieten aan particulieren ermee belast bepaalde gegevens met betrekking tot deze regelingen te centraliseren. Naast de identificatiegegevens van de persoon die van de regeling geniet, registreert de Centrale ook de datums van de belangrijkste stappen in de procedure zoals bijvoorbeeld de datum van de beslissing van toelaatbaarheid van de collectieve schuldenregeling en de begin- en einddatum van de aanzuiveringsregeling. De inlichtingen worden aan de Centrale meegedeeld door de arbeidsrechtbanken. Zoals bij de kredieten, worden de gegevens van de collectieve schuldenregeling en hun begunstigden automatisch uit de Centrale verwijderd na afloop van de reglementaire bewaartermijnen. Deze termijnen zijn één jaar na het einde van de aanzuiveringsregeling en drie jaar indien de regeling herroepen werd. Eind 2008 staan in de Centrale 70 168 berichten van toelaatbaarheid van collectieve schuldenregelingen geregistreerd 4, zijnde 5 675 meer dan het jaar voordien (+ 8,8 %). 12 900 nieuwe aanvragen van personen die een beroep deden op de procedure van collectieve schuldenregeling, werden in 2008 door de rechtbanken toelaatbaar verklaard 5. 1 Cfr. tabellen 3.2.3.1 en 3.2.3.2 2 Cfr. tabel 2.2.4.1 3 Cfr. tabel 2.2.4.2 4 Cfr. tabel 4.1.1 5 Cfr. grafiek 5.1 12

Tabel 4.1.2 splitst de collectieve schuldenregelingen uit in functie van de fase waarin ze zich bevinden op het einde van het jaar. Eind 2008 zijn er 26 298 lopende minnelijke of gerechtelijke aanzuiveringsregelingen geregistreerd (37,5 %), 5 561 die beëindigd zijn (7,9 %) en 3 616 die herroepen werden (5,2 %). Daarnaast zijn er eveneens 37 281 berichten van toelaatbaarheid geregistreerd waarvoor de rechtbanken aan de Centrale nog geen melding hebben gedaan dat een aanzuiveringsregeling werd afgesloten en die evenmin herroepen werden (53,1 %). Het gegeven dat een meerderheid van de berichten van toelaatbaarheid (voorlopig) zonder gevolg blijft in het bestand, betekent niet noodzakelijk dat ze in werkelijkheid niet leiden tot een minnelijke of gerechtelijke aanzuiveringsregeling. In meer dan de helft van de gevallen gaat het immers om berichten die dit jaar of vorig jaar aan de Centrale werden gemeld en waarvoor het dus normaal is dat nog geen regeling werd overeengekomen. Naarmate de datum van de beslissing van toelaatbaarheid echter meer in het verleden ligt, kan echter verondersteld worden dat ofwel geen aanzuiveringsregeling bereikt wordt ofwel de bereikte aanzuiveringsregeling niet aan de Centrale gemeld werd 1. Dit heeft echter tot gevolg dat deze gegevens permanent in het bestand geregistreerd blijven, hetgeen een vertekend beeld kan geven van het werkelijke aantal lopende collectieve schuldenregelingen. Van de personen die eind 2008 een collectieve schuldenregeling aangevraagd hebben, heeft 68,3 % één of meerdere betalingsachterstanden 2. Dit betekent dat de overige 22 251 personen (31,7 %) een beroep doen op deze procedure zonder dat ze met een achterstallige kredietovereenkomst geregistreerd zijn. De problematiek van de overmatige schuldenlast beperkt zich met andere woorden niet tot het krediet: consumenten kampen immers vaak ook met andere betalingsmoeilijkheden, zoals bijvoorbeeld schulden met betrekking tot gezondheidszorg, energiefacturen, telefoon, huur of fiscale schulden. Er bestaat een verband tussen het aantal achterstallige kredieten van een kredietnemer en de mate waarin deze laatste een beroep doet op de procedure van collectieve schuldenregeling. Zo toont grafiek 4.2.2 dat 7,8 % van de personen met één betalingsachterstand ook een collectieve schuldenregeling heeft, maar dat dit percentage oploopt tot 50,6 % indien de kredietnemer vijf of meer betalingsachterstanden heeft. Dit laatste cijfer toont echter eveneens aan dat de helft van de kredietnemers (nog) geen beroep doet op de procedure van collectieve schuldenregeling, ook al hebben ze zeer zware problemen om hun kredieten terug te betalen. RAADPLEGINGEN VAN DE CENTRALE De gegevens die de Centrale verzamelt, zijn bestemd voor de kredietgevers. Vooraleer een krediet toe te kennen, moeten ze verplicht de Centrale raadplegen teneinde de financiële toestand en de solvabiliteit van de kandidaat-kredietnemer te kunnen beoordelen. In 2008 hebben de kredietgevers de Centrale 11 217 749 keer geraadpleegd, waarbij een onderscheid kan gemaakt worden tussen individuele en gegroepeerde raadplegingen. 1 De Centrale heeft in 2008 aan de verschillende griffies van de rechtbanken van eerste aanleg een schrijven gericht met de vraag om voor alle berichten van toelaatbaarheid die dateren van vóór 30 juni 2007 en waarvoor nog geen aanzuiveringsregeling werd gemeld, na te gaan of deze toestand de werkelijkheid correct weergeeft. 2 Cfr. tabel 4.2.1 13

Het aantal individuele raadplegingen is in 2008 met 3,7 % toegenomen tot 8 024 403 1. Dit komt overeen met een gemiddelde van 30 782 raadplegingen per werkdag 2. In 8,3 % van de gevallen was de persoon op wie de raadpleging betrekking had, met een betalingsachterstand en/of een collectieve schuldenregeling geregistreerd. Het aantal gegroepeerde raadplegingen, die toegelaten zijn in het kader van het beheer van lopende kredieten, is in 2008 met een derde toegenomen tot 3 193 346 3. INFORMATIEVERSTREKKING AAN PARTICULIEREN Iedereen die erom verzoekt, kan bij de Centrale kosteloos een overzicht krijgen van de gegevens die op zijn naam geregistreerd zijn. In 2008 werd dit inzagerecht 130 787 keer uitgeoefend, hetgeen opnieuw een toename is in vergelijking met het jaar voordien (+ 8,8 %) 4. Het inzagerecht kan op verschillende manieren worden uitgeoefend: per brief, aan de loketten van één van de vestigingen van de Nationale Bank en sinds juni 2008 ook via internet voor al wie beschikt over een internetverbinding, een elektronische identiteitskaart en een bijhorende kaartlezer. Dat er een nood aan dit nieuwe kanaal was, wordt bewezen door het succes van deze procedure: 8,4 % van de informatieaanvragen in het tweede semester van 2008 gebeurde via internet. Daarnaast brengt de Bank de consument eveneens schriftelijk op de hoogte wanneer hij voor de eerste keer met een betalingsachterstand in de Centrale geregistreerd wordt. In 2008 werden zo 81 644 kennisgevingen gedaan 5. BESTAND VAN DE "NIET-GEREGLEMENTEERDE REGISTRATIES" Het aantal kredietnemers en achterstallige contracten dat opgenomen is in het bestand van de "Niet-gereglementeerde registraties" (ENR), waarin enkel de betalingsachterstanden van kredietovereenkomsten vermeld worden die niet onder het toepassingsgebied van de wet op de Centrale voor kredieten aan particulieren vallen, is toegenomen in vergelijking met 2007 6. Eind 2008 bevat het bestand 105 177 personen (+ 958 eenheden, + 0,9 %) en 110 521 betalingachterstanden (+ 714 eenheden, + 0,7 %). De registraties betreffen in hoofdzakelijk achterstallige kredietopeningen en niet toegelaten overschrijdingen op rekening-courant (75,4 %), gevolgd door achterstallige leningen op afbetaling (19,7 %). Iets meer dan de helft van de personen met ENR-registraties is in het bestand van de Centrale voor kredieten aan particulieren enkel met contracten zonder betalingsachterstand of zelfs helemaal niet geregistreerd. 1 Cfr. tabel 6.1 2 Cfr. grafiek 6.3 3 Cfr. tabel 6.2 4 Cfr. tabel 7 5 Cfr. tabel 7 6 Cfr. Bijlage, tabellen 1 en 2 14

Statistieken 15

1. Synthese 1.1 Uitstaande contracten en kredietnemers (toestand einde periode - aantal contracten en personen) 2005 2006 2007 2008 06-2009 Personen... 4 454 925 4 574 224 4 684 232 4 807 023 4 864 266 Contracten... 6 830 213 7 179 204 7 512 130 7 903 687 8 067 590 1.2 Evolutie van de uitstaande contracten en kredietnemers (toestand einde periode - aantal contracten en personen) 2004 2005 2006 2007 2008 Personen... + 123 620 + 71 194 + 119 299 + 110 008 + 122 791 (+ 2 9 %) (+ 1,6 %) (+ 2,7 %) (+ 2,4 %) (+ 2,6 %) Contracten... + 280 182 + 151 265 + 348 991 + 332 926 + 391 560 (+ 4,4 %) (+ 2,3 %) (+ 5,1 %) (+ 4,6 %) (+ 5,2 %) Nieuwe registraties... + 1 300 260 + 1 576 380 + 1 502 437 + 1 478 326 + 1 542 437 Schrappingen... - 1 020 078-1 425 115-1 153 446-1 145 400-1 150 877 16

1.3 Uitstaande achterstallige contracten en hun kredietnemers (toestand einde periode - aantal achterstallige contracten en personen; bedrag in miljoenen euro's) 2005 2006 2007 2008 06-2009 Personen... 343 020 337 755 338 933 344 072 349 330 Contracten... 501 102 492 177 490 908 495 089 502 222 Niet geregulariseerd... 427 450 414 720 411 415 415 890 425 620 Geregulariseerd... 73 652 77 457 79 493 79 199 76 602 Achterstallig/eisbaar bedrag (1)... 1 840 1 768 1 777 1 856 2 027 (1) Voor de niet opeisbaar gestelde contracten is dat het bedrag van de achterstallige betalingen; voor de opeisbaar gestelde contracten het onmiddellijk eisbare bedrag. 1.4 Evolutie van de uitstaande achterstallige contracten en hun kredietnemers (toestand einde periode - aantal achterstalligen contracten en personen) 2004 2005 2006 2007 2008 Personen... - 3 855-6 645-5 265 + 1 178 + 5 139 (- 1,1 %) (- 1,9 %) (- 1,5 %) (+ 0,3 %) (+ 1,5 %) Contracten... + 894-6 937-8 925-1 269 + 4 181 (+ 0,2 %) (- 1,4 %) (- 1,8 %) (- 0,3 %) (+ 0,9 %) Nieuwe registraties (1)... + 117 483 + 114 092 + 109 759 + 110 103 + 114 276 Schrappingen... - 116 589-121 029-118 684-111 372-110 095 (1) Inbegrepen de contracten die voor de tweede keer (of meer) achterstallig geworden zijn. 17

1.5 Aandeel van de meerderjarige bevolking met ten minste één contract (toestand einde periode - percentage) 58 57 56 55 54 53 52 51 2004 2005 2006 2007 2008 Bron: berekeningen op basis van de gegevens van de FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie (bevolkingscijfers). 1.6 Aandeel van de meerderjarige bevolking met ten minste één achterstallig contract (toestand einde periode - percentage) 5,0 4,5 4,0 3,5 2004 2005 2006 2007 2008 Bron: berekeningen op basis van de gegevens van de FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie (bevolkingscijfers). 18

1.7 Nieuwe contracten en hun kredietnemers (periode: 2008 - aantal nieuwe contracten en personen) # nieuwe contracten # verschillende kredietnemers Leningen op afbetaling... Verkopen op afbetaling... Kredietopeningen... Hypothecaire kredieten... TOTAAL... 539 314 187 477 556 744 258 902 1 542 437 691 889 219 282 568 692 345 320 1 535 615 (1) (1) Het totale aantal kredietnemers met een nieuw krediet is niet gelijk aan de som van het aantal kredietnemers per kredietvorm. Een kredietnemer die meerdere kredieten van een verschillend type heeft afgesloten (vb. een kredietopening en een hypothecair krediet), wordt in elk van deze categorieën meegeteld, maar in het totale aantal slechts één keer. 1.8 Gemiddelde bedrag (1) van de nieuwe contracten (per jaar - bedrag) 2006 2007 2008 Leningen op afbetaling... 14 116 15 078 15 416 Verkopen op afbetaling... 3 949 4 683 4 968 Kredietopeningen... 5 730 6 141 5 474 Hypothecaire kredieten... 93 186 99 814 99 375 (1) Leningen en verkopen op afbetaling: totale terug te betalen bedrag, kredietopeningen: bedrag van de toegekende kredietlijn, hypothecaire kredieten: ontleend kapitaal. 19

2. Uitstaande contracten, betalingsachterstanden en hun kredietnemers 2.1 Contracten en betalingsachterstanden 2.1.1 Volgens kredietvorm 2.1.1.1 TOTAAL VAN DE CONTRACTEN (toestand einde periode - aantal contracten) 2005 2006 2007 2008 06-2009 Leningen op afbetaling... 1 367 647 (20,0 %) 1 398 962 (19,5 %) 1 431 078 (19,0 %) 1 493 628 (18,9 %) 1 519 359 (18,8 %) Verkopen op afbetaling... 375 974 (5,5 %) 420 496 (5,8 %) 433 318 (5,8 %) 415 187 (5,3 %) 412 324 (5,1 %) Financieringshuren... 4 469 (0,1 %) 3 873 (0,1 %) 3 447 (0,1 %) 2 730 (0,0 %) 2 282 (0,0 %) Kredietopeningen... 3 037 770 (44,5 %) 3 213 403 (44,8 %) 3 433 937 (45,7 %) 3 704 609 (46,9 %) 3 810 211 (47,2 %) Hypothecaire kredieten... 2 044 353 (29,9 %) 2 142 470 (29,8 %) 2 210 350 (29,4 %) 2 287 533 (28,9 %) 2 323 414 (28,8 %) 2.1.1.2 ACHTERSTALLIGE CONTRACTEN (toestand einde periode - aantal achterstallige contracten) 2005 2006 2007 2008 06-2009 Leningen op afbetaling... 191 833 (38,2 %) 184 042 (37,4 %) 180 117 (36,7 %) 180 049 (36,4 %) 181 694 (36,2 %) Verkopen op afbetaling... 54 708 (10,9 %) 54 591 (11,1 %) 54 270 (11,1 %) 54 115 (10,9 %) 54 361 (10,8 %) Financieringshuren... 4 441 (0,9 %) 3 867 (0,8 %) 3 442 (0,7 %) 2 728 (0,6 %) 2 279 (0,5 %) Kredietopeningen... 208 082 (41,5 %) 209 265 (42,5 %) 215 023 (43,8 %) 220 388 (44,5 %) 225 007 (44,8 %) Hypothecaire kredieten... 42 038 (8,4 %) 40 412 (8,2 %) 38 056 (7,8 %) 37 809 (7,6 %) 38 881 (7,7 %) 20

2.1.1.3 AANDEEL VAN DE ACHTERSTALLIGE CONTRACTEN IN HET TOTAAL VAN DE CONTRACTEN (toestand einde periode - percentage) 20 19 18 17 16 15 14 13 12 11 10 9 8 7 6 5 4 3 2 1 0 2004 2005 2006 2007 2008 Leningen op afbetaling Verkopen op afbetaling Kredietopeningen Hypothecaire kredieten 21

2.1.2 Volgens leeftijd van het contract 2.1.2.1 TOTAAL VAN DE CONTRACTEN (toestand eind juni 2009 - aantal contracten) Leningen op afbetaling Verkopen op afbetaling Financieringshuur Kredietopeningen Hypothecaire kredieten TOTAAL einddatum bereikt... 173 136 (11,4 %) 75 818 (18,4 %) 2 282 (100,0 %) 33 374 (0,9 %) 35 902 (1,5 %) 320 512 (4,0 %) onbepaald (1)... 78 902 (2,1 %) 78 902 (1,0 %) 12 maanden... 512 381 (33,7 %) 174 043 (42,2 %) 500 990 (13,1 %) 277 817 (12,0 %) 1 465 231 (18,2 %) 13-24 maanden... 361 436 (23,8 %) 84 375 (20,5 %) 474 601 (12,5 %) 239 840 (10,3 %) 1 160 252 (14,4 %) 25-36 maanden... 247 415 (16,3 %) 46 692 (11,3 %) 323 222 (8,5 %) 241 099 (10,4 %) 858 428 (10,6 %) 37-48 maanden... 140 976 (9,3 %) 24 892 (6,0 %) 356 763 (9,4 %) 330 205 (14,2 %) 852 836 (10,6 %) 49-60 maanden... 54 590 (3,6 %) 6 344 (1,5 %) 273 437 (7,2 %) 229 519 (9,9 %) 563 890 (7,0 %) 61-120 maanden... 26 742 (1,8 %) 158 (0,0 %) 923 603 (24,2 %) 506 520 (21,8 %) 1 457 023 (18,1 %) 121-180 maanden... 2 445 (0,2 %) 1 (0,0 %) 479 202 (12,6 %) 323 296 (13,9 %) 804 944 (10,0 %) 181-240 maanden... 238 (0,0 %) 1 (0,0 %) 256 848 (6,7 %) 99 248 (4,3 %) 356 335 (4,4 %) >240 maanden... 109 269 (2,9 %) 39 968 (1,7 %) 149 237 (1,8 %) (1) Zie de methodologische toelichting (pagina 67, punt 2.2). 22

2.1.2.2 ACHTERSTALLIGE CONTRACTEN (toestand eind juni 2009 - aantal achterstallige contracten) Leningen op afbetaling Verkopen op afbetaling Financieringshuur Kredietopeningen Hypothecaire kredieten TOTAAL einddatum bereikt... 107 873 (59,4 %) 44 309 (81,5 %) 2 279 (100,0 %) 27 167 (12,1 %) 5 676 (14,6 %) 187 304 (37,3 %) onbepaald (1)... 37 742 (16,8 %) 37 742 (7,5 %) 12 maanden... 8 152 (4,5 %) 3 813 (7,0 %) 5 057 (2,2 %) 874 (2,2 %) 17 896 (3,6 %) 13-24 maanden... 21 081 (11,6 %) 4 103 (7,5 %) 16 176 (7,2 %) 3 373 (8,7 %) 44 733 (8,9 %) 25-36 maanden... 20 938 (11,5 %) 1 087 (2,0 %) 16 860 (7,5 %) 4 328 (11,1 %) 43 213 (8,6 %) 37-48 maanden... 12 530 (6,9 %) 708 (1,3 %) 16 789 (7,5 %) 4 668 (12,0 %) 34 695 (6,9 %) 49-60 maanden... 6 840 (3,8 %) 330 (0,6 %) 17 320 (7,7 %) 3 207 (8,2 %) 27 697 (5,5 %) 61-120 maanden... 4 069 (2,2 %) 9 (0,0 %) 66 229 (29,4 %) 9 686 (24,9 %) 79 993 (15,9 %) 121-180 maanden... 180 (0,1 %) 1 (0,0 %) 15 977 (7,1 %) 5 212 (13,4 %) 21 370 (4,3 %) 181-240 maanden... 31 (0,0 %) 1 (0,0 %) 4 800 (2,1 %) 1 386 (3,6 %) 6 218 (1,2 %) >240 maanden... 890 (0,4 %) 471 (1,2 %) 1 361 (0,3 %) (1) Zie de methodologische toelichting (pagina 67, punt 2.2). 23

2.1.3 Leningen op afbetaling: per type kredietgever 2.1.3.1 TOTAAL VAN DE CONTRACTEN (toestand einde periode - aantal contracten; bedrag in duizenden euro's) 2005 2006 2007 2008 06-2009 Aantal contracten... 1 367 647 1 398 962 1 431 078 1 493 628 1 519 359 Kredietinstellingen (1)... 1 133 044 1 175 468 1 200 502 1 175 573 1 144 099 Overige instellingen (2)... 234 603 223 494 230 576 318 055 375 260 Bedrag (3)... 18 807 893 20 211 115 21 821 782 23 780 800 24 622 606 Kredietinstellingen (1)... 15 966 137 17 230 983 18 466 391 19 017 753 18 960 461 Overige instellingen (2)... 2 841 756 2 980 132 3 355 391 4 763 047 5 662 146 (1) (2) (3) Instellingen die onder de wet van 22 maart 1993 op het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen vallen en als dusdanig erkend zijn door de Commissie voor het bank-, financie- en assurantiewezen. Instellingen, andere dan de kredietinstellingen, die door de FOD Economie werden erkend voor het verstrekken van consumentenkredieten. Totale terug te betalen bedrag. 2.1.3.2 ACHTERSTALLIGE CONTRACTEN (toestand einde periode - aantal achterstallige contracten; bedrag in duizenden euro's) 2005 2006 2007 2008 06-2009 Aantal achterstallige contracten... 191 833 184 042 180 117 180 049 181 694 Kredietinstellingen (1)... 144 068 136 369 130 810 128 388 127 279 Overige instellingen (2)... 47 765 47 673 49 307 51 661 54 415 Aantal niet-geregulariseerde achterstallige contracten... 165 852 157 301 152 817 154 199 157 241 Kredietinstellingen (1)... 125 165 116 951 110 872 109 462 109 508 Overige instellingen (2)... 40 687 40 350 41 945 44 737 47 733 Achterstallig/eisbaar bedrag (3)... 861 715 838 562 881 325 936 636 996 720 Kredietinstellingen (1)... 663 611 646 877 666 014 686 130 716 269 Overige instellingen (2)... 198 104 191 685 215 311 250 505 280 451 (1) (2) (3) Instellingen die onder de wet van 22 maart 1993 op het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen vallen en als dusdanig erkend zijn door de Commissie voor het bank-, financie- en assurantiewezen. Instellingen, andere dan de kredietinstellingen, die door de FOD Economie werden erkend voor het verstrekken van consumentenkredieten. Voor de niet opeisbaar gestelde contracten is dat het bedrag van de achterstallige betalingen; voor de opeisbaar gestelde contracten het onmiddellijk eisbare bedrag. 24

2.1.4 Verkopen op afbetaling: per type kredietgever 2.1.4.1 TOTAAL VAN DE CONTRACTEN (toestand einde periode - aantal contracten; bedrag in duizenden euro's) 2005 2006 2007 2008 06-2009 Aantal contracten... 375 974 420 496 433 318 415 187 412 324 Kredietinstellingen (1)... 95 544 98 729 95 056 91 185 87 018 Overige instellingen (2)... 280 430 321 767 338 262 324 002 325 306 Bedrag (3)... 2 274 530 2 517 526 2 772 795 2 890 299 2 982 277 Kredietinstellingen (1)... 393 961 399 047 415 808 414 625 415 558 Overige instellingen (2)... 1 880 569 2 118 479 2 356 987 2 475 674 2 566 719 (1) (2) (3) Instellingen die onder de wet van 22 maart 1993 op het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen vallen en als dusdanig erkend zijn door de Commissie voor het bank-, financie- en assurantiewezen. Instellingen, andere dan de kredietinstellingen, die door de FOD Economie werden erkend voor het verstrekken van consumentenkredieten. Totale terug te betalen bedrag. 2.1.4.2 ACHTERSTALLIGE CONTRACTEN (toestand einde periode - aantal achterstallige contracten; bedrag in duizenden euro's) 2005 2006 2007 2008 06-2009 Aantal achterstallige contracten... 54 708 54 591 54 270 54 115 54 361 Kredietinstellingen (1)... 19 246 17 478 15 024 13 522 12 880 Overige instellingen (2)... 35 462 37 113 39 246 40 593 41 481 Aantal niet-geregulariseerde achterstallige contracten... 47 291 45 817 44 310 43 628 43 862 Kredietinstellingen (1)... 16 842 15 169 12 504 11 414 10 870 Overige instellingen (2)... 30 449 30 648 31 806 32 214 32992 Achterstallig/eisbaar bedrag (3)... 73 800 65 237 59 134 57 309 56 882 Kredietinstellingen (1)... 26 871 22 898 20 009 17 361 16 367 Overige instellingen (2)... 46 929 42 339 39 125 39 948 40 515 (1) (2) (3) Instellingen die onder de wet van 22 maart 1993 op het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen vallen en als dusdanig erkend zijn door de Commissie voor het bank-, financie- en assurantiewezen. Instellingen, andere dan de kredietinstellingen, die door de FOD Economie werden erkend voor het verstrekken van consumentenkredieten. Voor de niet opeisbaar gestelde contracten is dat het bedrag van de achterstallige betalingen; voor de opeisbaar gestelde contracten het onmiddellijk eisbare bedrag. 25

2.1.5 Financieringshuur: per type kredietgever 2.1.5.1 TOTAAL VAN DE CONTRACTEN (toestand einde periode - aantal contracten; bedrag in duizenden euro's) 2005 2006 2007 2008 06-2009 Aantal contracten... 4 469 3 873 3 447 2 730 2 282 Kredietinstellingen (1)... 256 221 198 183 169 Overige instellingen (2)... 4 213 3 652 3 249 2 547 2 113 Bedrag (3)... 5 520 4 607 4 089 3 437 3 157 Kredietinstellingen (1)... 3 057 2 657 2 386 2 214 2 109 Overige instellingen (2)... 2 463 1 950 1 703 1 223 1 047 (1) (2) (3) Instellingen die onder de wet van 22 maart 1993 op het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen vallen en als dusdanig erkend zijn door de Commissie voor het bank-, financie- en assurantiewezen. Instellingen, andere dan de kredietinstellingen, die door de FOD Economie werden erkend voor het verstrekken van consumentenkredieten. Totale terug te betalen bedrag. 2.1.5.2 ACHTERSTALLIGE CONTRACTEN (toestand einde periode - aantal achterstallige contracten; bedrag in duizenden euro's) 2005 2006 2007 2008 06-2009 Aantal achterstallige contracten... 4 441 3 867 3 442 2 728 2 279 Kredietinstellingen (1)... 253 219 196 182 167 Overige instellingen (2)... 4 188 3 648 3 246 2 546 2 112 Aantal niet-geregulariseerde achterstallige contracten... 4 288 3 727 3 327 2 621 2 201 Kredietinstellingen (1)... 227 202 187 174 152 Overige instellingen (2)... 4 061 3 525 3 140 2 447 2 049 Achterstallig/eisbaar bedrag (3)... 2 269 2 001 1 781 1 507 1 296 Kredietinstellingen (1)... 1 106 978 860 774 673 Overige instellingen (2)... 1 163 1 023 921 733 623 (1) (2) (3) Instellingen die onder de wet van 22 maart 1993 op het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen vallen en als dusdanig erkend zijn door de Commissie voor het bank-, financie- en assurantiewezen. Instellingen, andere dan de kredietinstellingen, die door de FOD Economie werden erkend voor het verstrekken van consumentenkredieten. Voor de niet opeisbaar gestelde contracten is dat het bedrag van de achterstallige betalingen; voor de opeisbaar gestelde contracten het onmiddellijk eisbare bedrag. 26

2.1.6 Kredietopeningen: per type kredietgever 2.1.6.1 TOTAAL VAN DE CONTRACTEN (toestand einde periode - aantal contracten; bedrag in duizenden euro's) 2005 2006 2007 2008 06-2009 Aantal contracten... 3 037 770 3 213 403 3 433 937 3 704 609 3 810 211 Kredietinstellingen (1)... 1 021 791 1 051 528 1 149 623 1 265 969 1 320 404 Overige instellingen (2)... 2 015 979 2 161 875 2 284 314 2 438 640 2 489 807 Bedrag (3)... 8 271 798 8 994 056 10 074 652 10 981 156 11 272 462 Kredietinstellingen (1)... 4 667 584 4 989 970 5 750 244 6 226 438 6 373 776 Overige instellingen (2)... 3 604 214 4 004 086 4 324 408 4 754 717 4 898 686 (1) (2) (3) Instellingen die onder de wet van 22 maart 1993 op het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen vallen en als dusdanig erkend zijn door de Commissie voor het bank-, financie- en assurantiewezen. Instellingen, andere dan de kredietinstellingen, die door de FOD Economie werden erkend voor het verstrekken van consumentenkredieten. Bedrag van de toegekende kredietlijn. 2.1.6.2 ACHTERSTALLIGE CONTRACTEN (toestand einde periode - aantal achterstallige contracten; bedrag in duizenden euro's) 2005 2006 2007 2008 06-2009 Aantal achterstallige contracten... 208 082 209 265 215 023 220 388 225 007 Kredietinstellingen (1)... 59 994 60 363 59 979 61 509 64 047 Overige instellingen (2)... 148 088 148 902 155 044 158 879 160 960 Aantal niet-geregulariseerde achterstallige contracten... 181 828 181 874 186 597 190 335 195 830 Kredietinstellingen (1)... 52 710 52 176 51 952 52 982 55 337 Overige instellingen (2)... 129 118 129 698 134 645 137 353 140 493 Achterstallig/eisbaar bedrag (3)... 294 784 293 771 296 533 308 322 322 623 Kredietinstellingen (1)... 147 984 143 944 134 104 134 812 140 858 Overige instellingen (2)... 146 800 149 827 162 429 173 510 181 765 (1) (2) (3) Instellingen die onder de wet van 22 maart 1993 op het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen vallen en als dusdanig erkend zijn door de Commissie voor het bank-, financie- en assurantiewezen. Instellingen, andere dan de kredietinstellingen, die door de FOD Economie werden erkend voor het verstrekken van consumentenkredieten. Voor de niet opeisbaar gestelde contracten is dat het bedrag van de achterstallige betalingen; voor de opeisbaar gestelde contracten het onmiddellijk eisbare bedrag. 27

2.1.7 Hypothecaire kredieten: per type kredietgever 2.1.7.1 TOTAAL VAN DE CONTRACTEN (toestand einde periode - aantal contracten; bedrag in duizenden euro's) 2005 2006 2007 2008 06-2009 Aantal contracten... 2 044 353 2 142 470 2 210 350 2 287 533 2 323 414 Kredietinstellingen (1)... 1 666 632 1 780 368 1 854 160 1 944 330 1 985 241 Overige instellingen (2)... 377 721 362 102 356 190 343 203 338 173 Bedrag (3)... 134 046 457 149 894 471 163 503 426 177 121 332 182 585 587 Kredietinstellingen (1)... 111 972 996 127 289 848 139 852 789 152 553 222 157 580 767 Overige instellingen (2)... 22 073 461 22 604 623 23 650 637 24 568 110 25 004 820 (1) (2) (3) Instellingen die onder de wet van 22 maart 1993 op het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen vallen en als dusdanig erkend zijn door de Commissie voor het bank-, financie- en assurantiewezen. Instellingen, andere dan de kredietinstellingen, die door de Commissie voor het bank-, financie- en assurantiewezen werden erkend voor het verstrekken van hypothecaire kredieten. Ontleend kapitaal. 2.1.7.2 ACHTERSTALLIGE CONTRACTEN (toestand einde periode - aantal achterstallige contracten; bedrag in duizenden euro's) 2005 2006 2007 2008 06-2009 Aantal achterstallige contracten... 42 038 40 412 38 056 37 809 38 881 Kredietinstellingen (1)... 25 035 24 521 23 950 24 603 25 700 Overige instellingen (2)... 17 003 15 891 14 106 13 206 13 181 Aantal niet-geregulariseerde achterstallige contracten... 28 191 26 001 24 364 25 107 26 486 Kredietinstellingen (1)... 16 187 15 020 14 826 15 687 16 862 Overige instellingen (2)... 12 004 10 981 9 538 9 420 9 624 Achterstallig/eisbaar bedrag (3)... 607 691 568 800 538 371 552 065 649 918 Kredietinstellingen (1)... 451 913 420 470 403 505 415 821 486 046 Overige instellingen (2)... 155 778 148 330 134 866 136 243 163 872 (1) (2) (3) Instellingen die onder de wet van 22 maart 1993 op het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen vallen en als dusdanig erkend zijn door de Commissie voor het bank-, financie- en assurantiewezen. Instellingen, andere dan de kredietinstellingen, die door de FOD Economie werden erkend voor het verstrekken van consumentenkredieten. Voor de niet opeisbaar gestelde contracten is dat het bedrag van de achterstallige betalingen; voor de opeisbaar gestelde contracten het onmiddellijk eisbare bedrag. 28

2.1.8 Verdeling van het aantal contracten tussen kredietinstellingen en overige instellingen (toestand eind 2008 - percentage) Leningen op afbetaling Verkopen op afbetaling 100 100 80 80 60 60 40 40 20 20 0 Kredietinstellingen Overige instellingen 0 Kredietinstellingen Overige instellingen Totaal van de contracten Achterstallige contracten Totaal van de contracten Achterstallige contracten Kredietopeningen Hypothecaire kredieten 100 100 80 80 60 60 40 40 20 20 0 Kredietinstellingen Overige instellingen 0 Kredietinstellingen Overige instellingen Totaal van de contracten Achterstallige contracten Totaal van de contracten Achterstallige contracten 29

2.2 Kredietnemers 2.2.1 Volgens aantal contracten 2.2.1.1 TOTAAL VAN DE CONTRACTEN (toestand einde periode - aantal personen) 2005 2006 2007 2008 06-2009 Personen met één contract... 1 917 884 (43,1 %) 1 912 687 (41,8 %) 1 913 427 (40,8 %) 1 914 241 (39,8 %) 1 915 519 (39,4 %) Personen met twee contracten... 1 173 667 (26,3 %) 1 204 951 (26,4 %) 1 227 832 (26,2 %) 1 251 870 (26,0 %) 1 262 696 (26,0 %) Personen met drie contracten... 663 443 (14,9 %) 697 092 (15,2 %) 725 859 (15,5 %) 756 686 (15,7 %) 771 253 (15,9 %) Personen met vier contracten... 350 725 (7,9 %) 378 763 (8,3 %) 401 576 (8,6 %) 428 535 (8,9 %) 441 177 (9,1 %) Personen met vijf contracten of meer... 349 206 (7,8 %) 380 731 (8,3 %) 415 538 (8,9 %) 455 691 (9,5 %) 473 621 (9,7 %) 2.2.1.2 AANDEEL VAN DE MEERDERJARIGE BEVOLKING MET TEN MINSTE ÉÉN CONTRACT (toestand eind 2008 - percentage) 30 25 22,4 20 15 14,6 10 8,9 5 5,0 5,3 0 één contract twee contracten drie contracten vier contracten vijf contracten of meer Bron: berekeningen op basis van de gegevens van de FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie (bevolkingscijfers). 30

2.2.1.3 ACHTERSTALLIGE CONTRACTEN (toestand einde periode - aantal achterstallige personen) 2005 2006 2007 2008 06-2009 Personen met één achterstallig contract... 211 220 (61,6 %) 207 988 (61,6 %) 209 650 (61,9 %) 212 455 (61,7 %) 214 352 (61,4 %) Personen met twee achterstallige contracten... 70 244 (20,5 %) 69 963 (20,7 %) 70 974 (20,9 %) 72 913 (21,2 %) 75 184 (21,5 %) Personen met drie achterstallige contracten... 29 043 (8,5 %) 29 093 (8,6 %) 29 029 (8,6 %) 30 294 (8,8 %) 31 488 (9,0 %) Personen met vier achterstallige contracten... 13 551 (3,9 %) 13 243 (3,9 %) 13 165 (3,9 %) 13 429 (3,9 %) 13 751 (3,9 %) Personen met vijf achterstallige contracten of meer... 18 962 (5,5 %) 17 468 (5,2 %) 16 115 (4,8 %) 14 981 (4,4 %) 14 555 (4,2 %) 2.2.1.4 UITSPLITSING VAN DE ACHTERSTALLIGE KREDIETNEMERS IN FUNCTIE VAN HUN TOTALE AANTAL CONTRACTEN (toestand eind juni 2009 - aantal achterstallige personen) één contract twee contracten drie contracten vier contracten vijf of meer contracten Personen met één achterstallig contract... 110 428 (52,0 %) 48 250 (22,7 %) 25 321 (11,9 %) 14 194 (6,7 %) 14 262 (6,7 %) Personen met twee achterstallige contracten... n.v.t. 42 203 (57,9 %) 17 026 (23,4 %) 7 437 (10,2 %) 6 247 (8,6 %) Personen met drie achterstallige contracten... n.v.t. n.v.t. 18 174 (60,0 %) 7 234 (23,9 %) 4 886 (16,1 %) Personen met vier achterstallige contracten... n.v.t. n.v.t. n.v.t. 8 155 (60,7 %) 5 274 (39,3 %) Personen met vijf achterstallige contracten of meer... n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 14 981 (100,0 %) 31

2.2.2 Volgens kredietvorm 2.2.2.1 TOTAAL VAN DE CONTRACTEN (toestand einde periode - aantal personen) 2005 2006 2007 2008 06-2009 Personen met minstens één lening op afbetaling... 1 689 381 (37,9 %) 1 734 057 (37,9 %) 1 767 372 (37,7 %) 1 822 477 (37,9 %) 1 849 022 (38,0 %) Personen met minstens één verkoop op afbetaling... 456 428 (10,2 %) 501 359 (11,0 %) 522 811 (11,2 %) 508 140 (10,6 %) 506 523 (10,4 %) Personen met minstens één financieringshuur... 3 815 (0,1 %) 3 254 (0,1 %) 2 891 (0,1 %) 2 283 (0,0 %) 1 921 (0,0 %) Personen met minstens één kredietopening... 2 311 344 (51,9 %) 2 422 325 (53,0 %) 2 561 762 (54,7 %) 2 723 740 (56,7 %) 2 801 076 (57,6 %) Personen met minstens één consumentenkrediet (1)... 3 297 219 (74,0 %) 3 415 740 (74,7 %) 3 544 857 (75,7 %) 3 690 537 (76,8 %) 3 762 404 (77,3 %) Personen met minstens één hypothecair krediet... 2 568 708 (57,7 %) 2 625 312 (57,4 %) 2 649 415 (56,6 %) 2 677 868 (55,7 %) 2 687 411 (55,2 %) (1) Personen met minstens één lening op afbetaling, verkoop op afbetaling, financieringshuur of kredietopening. 2.2.2.2 AANDEEL VAN DE MEERDERJARIGE BEVOLKING MET TEN MINSTE ÉÉN CONTRACT (toestand eind 2008 - percentage) 50 43,2 40 31,9 31,3 30 20 21,3 10 5,9 0 0,0 Lening op afbetaling Verkoop op afbetaling Financieringshuur Kredietopening Consumentenkrediet Hypothecair krediet Bron: berekeningen op basis van de gegevens van de FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie (bevolkingscijfers). 32