Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Vergelijkbare documenten
Raad van de Europese Unie Brussel, 12 januari 2015 (OR. en)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

de heer Uwe CORSEPIUS, secretaris-generaal van de Raad van de Europese Unie

*** ONTWERPAANBEVELING

Publicatieblad van de Europese Unie L 79/19

(8) De wijzigingen van het Protocol als vervat in Besluiten 2009/1 en 2009/2 dienen derhalve te worden aanvaard namens de Unie, Artikel 1

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. betreffende de sluiting van de Internationale Overeenkomst van 2015 voor olijfolie en tafelolijven

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 14 februari 2012 (OR. en) 5651/12 Interinstitutioneel dossier: 2010/0361 (NLE) LIMITE

Raad van de Europese Unie Brussel, 17 oktober 2017 (OR. en)

L 328/32 Publicatieblad van de Europese Unie BIJLAGE A

VERORDENING (EU) 2019/636 VAN DE COMMISSIE

VERORDENING (EU) 2016/460 VAN DE COMMISSIE

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 21 april 2017 (OR. en)

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

Gewijzigd voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

INTERNATIONALE OVEREENKOMSTEN

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Publicatieblad van de Europese Unie

Raad van de Europese Unie Brussel, 13 april 2015 (OR. en)

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 18 november 2008 (OR. en) 15311/08 E V 781 MAR 199 MED 76

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 januari 2015 (OR. en)

6074/15 pro/adw/mt 1 DG B 3A

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

De meeste delegaties steunden de compromistekst en onderstreepten daarbij hun bereidheid om te streven naar een akkoord bij de eerste lezing.

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

Raad van de Europese Unie Brussel, 27 juni 2017 (OR. en)

6424/15 rts/sv 1 DG B 3A

Raad van de Europese Unie Brussel, 23 september 2014 (OR. en)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 9 februari 2010 (10.02) (OR. fr) 6290/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0011 (NLE) HR 8 CORDROGUE 25

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

RICHTLIJNEN. (Voor de EER relevante tekst)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 mei 2014 (OR. en) 10071/14 Interinstitutioneel dossier: 2014/0134 (NLE) AVIATION 120 COEST 175 NIS 27 RELEX 437

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 18 augustus 2016 (OR. en)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 3 oktober 2013 (OR. en) 13408/13 Interinstitutioneel dossier: 2013/0020 (NLE) TRANS 466 MAR 126

Raad van de Europese Unie Brussel, 24 november 2015 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 20 februari 2018 (OR. en)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2000 Nr. 9

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

5307/10 VP/mm DG H 2 B

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 10 maart 2015 (OR. en)

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD

*** ONTWERPAANBEVELING

Raad van de Europese Unie Brussel, 19 juli 2017 (OR. en)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. van [...]

PUBLIC. Brussel, 29 oktober 2003 (05.11) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 13967/03 LIMITE JUSTCIV 208 TRANS 275

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 27 mei 2008 (OR. en) 9196/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0048 (AVC) JUSTCIV 94 CH 28 ISL 15 N 18

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

BESLUIT VAN DE COMMISSIE. van

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Transcriptie:

EUROPESE COMMISSIE Brussel, 9.1.2015 COM(2014) 749 final 2014/0358 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD tot aanvaarding van de wijziging van het Protocol van 1998 bij het Verdrag van 1979 betreffende grensoverschrijdende luchtverontreiniging over lange afstand, wat persistente organische verontreinigende stoffen betreft NL NL

TOELICHTING Het Verdrag van 1979 betreffende grensoverschrijdende luchtverontreiniging over lange afstand (hierna "het verdrag" genoemd) is gesloten onder de auspiciën van de Economische Commissie voor Europa van de Verenigde Naties (VN/ECE) en vormt het belangrijkste internationale rechtskader voor samenwerking en acties om luchtverontreiniging en de schadelijke gevolgen daarvan voor de menselijke gezondheid en het milieu in de VN/ECEregio te beperken en geleidelijk te verminderen en te voorkomen, waarbij ook met name aandacht wordt besteed aan grensoverschrijdende luchtverontreiniging over lange afstand. Het verdrag is namens de Europese Economische Gemeenschap ondertekend op 14 november 1979 en goedgekeurd bij Besluit 81/462/EEG van de Raad van 11 juni 1981 1. Tot op heden is het verdrag aangevuld met acht protocollen, waaronder het Protocol van Aarhus van 1998 inzake persistente organische verontreinigende stoffen (hierna "het protocol" genoemd). Doel van het protocol is het beheersen, verminderen of beëindigen van lozingen, emissies en verliezen van persistente organische verontreinigende stoffen (POP s). De aangesloten partijen zijn verplicht i) de productie en het gebruik van de stoffen, waaronder aldrin, dieldrin en toxafeen, te beëindigen overeenkomstig de vastgestelde uitvoeringsvoorschriften, ii) het gebruik van dichloordifenyltrichloorethaan (DDT), hexachloorcyclohexanen (HCH) en polychloorbifenylen (PCB s) te beperken en iii) hun totale jaarlijkse emissies van polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK s), dioxinen/furanen (PCDD's/PCDF's) en hexachloorbenzeen (HCB) beneden het emissieniveau van 1990 (of een ander jaar tussen 1985 en 1995) te brengen. In dit verband moeten de partijen ervoor zorgen dat i) de exploitanten van belangrijke stationaire emissiebronnen van PCDD's/PCDF's, PAK s en HCB, met inbegrip van stookinstallaties, installaties voor de productie van cokes, ijzer en staal en aluminium en houtverduurzamingsinstallaties gebruikmaken van de beste beschikbare technieken (BBT), ii) bepaalde afvalverbrandingsovens voldoen aan bepaalde emissiegrenswaarden (ELV's) voor PCDD's/PCDF's, iii) doeltreffende maatregelen worden genomen om de emissies van POP s van mobiele bronnen te beperken en iv) POP s, zodra zij afval worden, op een voor het milieu verantwoorde wijze worden vervoerd en verwijderd. De partijen moeten ook emissieinventarissen voor PCDD's/PCDF's, PAK s en HCB ontwikkelen en handhaven, en informatie verzamelen over de productie en de verkoop van de andere POP s die onder het protocol vallen. Met het oog op de planning van maatregelen en initiatieven om te voldoen aan al hun verplichtingen in het kader van het protocol zijn de partijen verplicht om strategieën, beleidsmaatregelen en programma s te ontwikkelen. De toetreding van de Gemeenschap tot het protocol is namens de Gemeenschap goedgekeurd bij Besluit 2004/259/EG van de Raad van 19 februari 2004 2. Het protocol, dat op 23 oktober 2003 in werking is getreden, is omgezet in EU-recht door middel van verscheidene instrumenten 3. De belangrijkste hiervan zijn Verordening (EG) nr. 850/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende persistente organische verontreinigende stoffen en tot wijziging van Richtlijn 79/117/EEG 4, Richtlijn 2000/76/EG van het Europees 1 2 3 4 PB L 171 van 27.6.1981, blz. 11. PB L 81 van 19.3.2004, blz. 35. De gedetailleerde voorschriften voor de rapportage van de uitstoot in de atmosfeer van PAK s, HCB, dioxinen/furanen en PCB s zijn vastgesteld in een afzonderlijk besluit van het uitvoerend orgaan van de partijen bij het verdrag, en vallen onder het voorstel van de Commissie voor een Richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de vermindering van nationale emissies van bepaalde luchtverontreinigende stoffen en tot wijziging van Richtlijn 2003/35/EG van 18 december 2013, COM(2013) 920. PB L 158 van 30.4.2004, blz. 7. NL 2 NL

Parlement en de Raad van 4 december 2000 betreffende de verbranding van afval 5 en Richtlijn 2008/1/EG van het Europees Parlement en de Raad van 15 januari 2008 inzake geïntegreerde preventie en bestrijding van verontreiniging 6, nu samen vervangen door Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (richtlijn industriële emissies) 7. Overeenkomstig artikel 10, lid 3, van het protocol moeten de partijen de adequaatheid en de doeltreffendheid van de verplichtingen van het protocol aan een toetsing onderwerpen. De partijen hebben in 2007 overeenstemming bereikt 8, met name op basis van de voorstellen van de Europese Unie, over het openen van onderhandelingen voor de herziening van de tekst van en de bijlagen bij het protocol. Met deze herziening werd beoogd de lijst van de onder het protocol vallende POP s bij te werken, het protocol beter toe te rusten voor aanpassingen aan toekomstige BBT's en de toetreding tot het gewijzigde protocol te vergemakkelijken voor partijen met een overgangseconomie. Daarom kreeg de Commissie toestemming van de Raad van de Europese Unie om in 2008 en 2009 namens de Europese Unie (EU) deel te nemen aan de onderhandelingen. De onderhandelingen hebben geleid tot de aanneming, bij consensus, door de aanwezige partijen op de 27e zitting van het uitvoerend orgaan van het verdrag van de Besluiten 2009/1, 2009/2 en 2009/3 die de tekst van en de bijlagen bij het protocol hebben gewijzigd 9, en van Besluit 2009/4 inzake de actualisering van richtsnoeren voor de BBT 10. Besluit 2009/3, dat strekt tot wijziging van bijlage V bij het protocol wat betreft de identificatie van de BBT voor de beperking van de emissies van POP s van de broncategorieën zoals vermeld in bijlage VIII bij het protocol en tot het schrappen van bijlage VII betreffende aanbevolen controlemaatregelen uit de beperking van de emissies van POP s door mobiele bronnen, vereist geen bekrachtiging door de partijen. Overeenkomstig artikel 14, lid 4, van het protocol is deze wijziging meegedeeld aan alle partijen bij het protocol op 14 september 2010 en in werking getreden op 14 december 2010. Besluit 2009/4 is een besluit tot vaststelling van een leidraad voor BBT voor de beperking van de emissie van persistente organische verontreinigende stoffen, en behoeft daarom niet door de partijen te worden bekrachtigd. Overeenkomstig artikel 14, lid 3, van het protocol moeten de Besluiten 2009/1 en 2009/2, die strekken tot wijziging van de tekst van het protocol en van de bijlagen I, II, III, IV, VI en VIII, worden bekrachtigd door de partijen. Het gewijzigde protocol i) bevat nieuwe stoffen (hexachloorbutadieen, tetra-, penta-, hexa- en heptabroomdifenylethers, pentachloorbenzeen, perfluoroctaansulfonaat (PFOS), polychloornaftalenen en gechloreerde paraffines met een korte keten (SCCP)), ii) actualiseert de uitvoeringsvoorschriften voor DDT, heptachloor, hexachloorbenzeen en PCB's en de grenswaarden voor emissies van PCDD s/pcdf s van bepaalde afvalverbrandingsovens, iii) stelt nieuwe grenswaarden vast voor emissies van PCDD s/pcdf s van sinterinstallaties en elektrische boogovens, en iv) voegt PCB s toe aan de lijst van stoffen waarvan de jaarlijkse emissies onder het emissieniveau van het referentiejaar moeten blijven en moeten worden gerapporteerd. Het gewijzigde protocol biedt ook een zekere mate van flexibiliteit voor partijen met een overgangseconomie die toetreden 5 6 7 8 9 10 PB L 332 van 28.12.2000, blz. 91. PB L 24 van 29.1.2008, blz. 8. PB L 334 van 17.12.2010, blz. 17. Verslag van het uitvoerend orgaan op zijn 25e zitting (10-13 december 2007), ECE/EB.AIR/91. Besluiten 2009/1, 2009/2 en 2009/3, 27e zitting van het uitvoerend orgaan van het verdrag, 14-18 december 2009, ECE/EB.AIR/99/Add.1. Besluit 2009/4, 27e zitting van het uitvoerend orgaan van het verdrag, 14-18 december 2009, ECE/EB.AIR/99/Add.1. NL 3 NL

tot het gewijzigde protocol, wat betreft de termijnen voor de toepassing van de emissiegrenswaarden en de BBT en wat betreft de keuze van het referentiejaar op basis waarvan partijen de totale jaarlijkse emissies van PCDD s/pcdf s, PAK s, HCB en PCB s moeten verminderen. De EU-wetgeving, en met name Verordening (EU) nr. 756/2010 en Verordening (EU) nr. 757/2010 van 24 augustus 2010 11 en (EU) nr. 519/2012 van 19 juni 2012 12, tot wijziging van Verordening (EG) nr. 850/2004, alsook de bovengenoemde richtlijn industriële emissies en de op basis daarvan vastgestelde uitvoeringsbesluiten van de Commissie tot vaststelling van de BBT-conclusies voor de verschillende industriële sectoren, in het bijzonder de productie van ijzer en staal 13, geeft volledig uitvoering aan de voorschriften van de wijzigingen van het protocol. De specifieke en voorwaardelijke vrijstellingen voor de productie, het op de markt brengen en het gebruik van SCCP en PFOS in de EU-wetgeving stemmen overeen met de toegestane vrijstellingen zoals bepaald in het gewijzigde protocol. Deze wijzigingen moeten nog worden omgezet, met name door middel van een nieuwe richtlijn tot vaststelling van geactualiseerde nationale emissieplafonds voor bepaalde luchtverontreinigende stoffen en tot verschaffing van jaarlijkse nationale emissieinventarissen die onder andere betrekking hebben op emissies van POP s, met inbegrip van PAK s, PCDD s/pcdf s, HCB en PCB s 14. In het licht van het bovenstaande is het zinvol dat de Europese Unie de wijzigingen van het protocol aanvaardt. De bijlagen bij dit besluit omvatten de tekst met de wijzigingen van het protocol zoals vastgesteld in de Besluiten 2009/1 en 2009/2. 11 12 13 14 PB L 223 van 25.8.2010, respectievelijk blz. 20 en 29. PB L 159 van 20.6.2012, blz. 1. Uitvoeringsbesluit 2012/135/EU van de Commissie van 28 februari 2012 tot vaststelling van de BBTconclusies (beste beschikbare technieken) op grond van Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad inzake industriële emissies voor de ijzer- en staalproductie (PB L 70 van 8.3.2012, blz. 63). Voorstel voor een Richtlijn van het Europees Parlement en de Raad ter vermindering van de nationale emissies van bepaalde luchtverontreinigende stoffen en tot wijziging van Richtlijn 2003/35/EG van 18 december 2013 (COM(2013) 920). NL 4 NL

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD 2014/0358 (NLE) tot aanvaarding van de wijziging van het Protocol van 1998 bij het Verdrag van 1979 betreffende grensoverschrijdende luchtverontreiniging over lange afstand, wat persistente organische verontreinigende stoffen betreft DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 192, in samenhang met artikel 218, lid 6, onder a), Gezien het voorstel van de Europese Commissie, Gezien de goedkeuring door het Europees Parlement, Overwegende hetgeen volgt: (1) Sinds de goedkeuring in 1981 is de Unie partij bij het VN/ECE-Verdrag betreffende grensoverschrijdende luchtverontreiniging over lange afstand 15. (2) Sinds de goedkeuring op 19 februari 2004 is de Unie partij bij het Protocol van 1998 inzake persistente organische verontreinigende stoffen bij het Verdrag betreffende grensoverschrijdende luchtverontreiniging over lange afstand 16. (3) De partijen bij het Protocol inzake persistente organische verontreinigende stoffen bij het Verdrag betreffende grensoverschrijdende luchtverontreiniging over lange afstand hebben in 2007 de onderhandelingen geopend, met het oog op verdere verbetering van de bescherming van de gezondheid van de mens en het milieu, onder meer door de actualisering van de lijst van stoffen in kwestie en van de emissiegrenswaarden voor bepaalde afvalverbrandingsovens. (4) De aanwezige partijen op de 27e zitting van het uitvoerend orgaan van het VN/ECE- Verdrag betreffende grensoverschrijdende luchtverontreiniging over lange afstand hebben bij consensus hun goedkeuring gehecht aan de Besluiten 2009/1, 2009/2, 2009/3 en 2009/4 tot wijziging van het Protocol inzake persistente organische verontreinigende stoffen bij het Verdrag betreffende grensoverschrijdende luchtverontreiniging over lange afstand. (5) Besluit 2009/3 is in werking getreden en is van kracht geworden op basis van de versnelde procedure als bedoeld in artikel 14, lid 4, van het protocol. (6) Besluit 2009/4 is een besluit tot goedkeuring van een leidraad voor de beste beschikbare technieken voor de beperking van de emissies van persistente organische verontreinigende stoffen, en behoeft daarom niet te worden bekrachtigd. (7) De Besluiten 2009/1 en 2009/2 moeten door de partijen bij het protocol worden bekrachtigd in overeenstemming met artikel 14, lid 3, van het protocol. 15 16 PB L 171 van 27.6.1981, blz. 11. PB L 81 van 19.3.2004, blz. 35. NL 5 NL

(8) De wijziging van het Protocol inzake persistente organische verontreinigende stoffen bij het Verdrag betreffende grensoverschrijdende luchtverontreiniging over lange afstand moet daarom namens de Europese Unie worden aanvaard, HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD: Artikel 1 De wijziging van het Protocol inzake persistente organische verontreinigende stoffen bij het Verdrag betreffende grensoverschrijdende luchtverontreiniging over lange afstand wordt hierbij namens de Unie aanvaard. De tekst van de wijziging van het protocol is bij dit besluit gevoegd. Artikel 2 De voorzitter van de Raad wijst de persoon aan die gemachtigd is om namens de Europese Unie de akte van aanvaarding neer te leggen als bedoeld in artikel 14, lid 3, van het Protocol van 1998 inzake persistente organische verontreinigende stoffen bij het Verdrag betreffende grensoverschrijdende luchtverontreiniging over lange afstand, waarmee de instemming van de Europese Unie om door het gewijzigde protocol gebonden te zijn tot uiting wordt gebracht. Artikel 3 Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld. Gedaan te Brussel, Voor de Raad De voorzitter NL 6 NL