Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Vergelijkbare documenten
Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 7 november 2016 (OR. en)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 19 juli 2017 (OR. en)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 mei 2014 (OR. en) 10071/14 Interinstitutioneel dossier: 2014/0134 (NLE) AVIATION 120 COEST 175 NIS 27 RELEX 437

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. inzake de eventuele verhuizing van het ICCO-hoofdkwartier van Londen naar Abidjan

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 juni 2014 (OR. en) 11190/14 Interinstitutioneel dossier: 2014/0188 (NLE) AVIATION 137 ISR 2

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Gewijzigd voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

de heer Jeppe TRANHOLM-MIKKELSEN, secretaris-generaal van de

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 4 augustus 2017 (OR. en)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

RESTREINT UE. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 5 oktober 2016 (OR. en)

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. tot wijziging van Verordening (EU) 2018/120 wat de vangstmogelijkheden voor Europese zeebaars betreft

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Gewijzigd voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. tot wijziging van Verordening (EG) nr. 974/98 in verband met de invoering van de euro in Litouwen

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. betreffende de sluiting van de Internationale Overeenkomst van 2015 voor olijfolie en tafelolijven

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 30 juni 2010 (OR. en) 11682/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0180 (NLE) AVIATION 100 RHJ 13 RELEX 599

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 18 oktober 2005 (20.10) (OR. fr) 13441/05 STAT 24 FIN 375. VOORSTEL de Commissie d.d.: 12 oktober 2005 Betreft:

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 10 november 2015 (OR. en)

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Transcriptie:

EUROPESE COMMISSIE Brussel, 5.8.2015 COM(2015) 390 final 2015/0170 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in te nemen standpunt in het Associatiecomité in zijn samenstelling voor handelsvraagstukken, opgericht krachtens de associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Moldavië, anderzijds NL NL

TOELICHTING 1. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL Motivering en doel van het voorstel Bijgaand voorstel is het rechtsinstrument voor het vaststellen van het standpunt van de Unie dat in een krachtens een associatieovereenkomst tussen de Unie en een derde land opgericht lichaam namens haar moet worden ingenomen. Meer specifiek heeft het betrekking op de uitvoering van de associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Moldavië, anderzijds (hierna "de overeenkomst" genoemd). De overeenkomst is op 27 juni 2014 ondertekend en wordt, in afwachting van ratificatie door de lidstaten, sinds 1 september 2014 voorlopig toegepast. De ondertekening van de overeenkomst namens de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten evenals de voorlopige toepassing van een aantal bepalingen hiervan is bij Besluit 2014/492/EU van de Raad van 16 juni 2014 1 goedgekeurd. Krachtens de overeenkomst is het Associatiecomité in zijn samenstelling voor handelsvraagstukken opgericht, dat toezicht houdt op de uitvoering van titel V (Handel en daarmee verband houdende aangelegenheden) van de overeenkomst en daarmee samenhangende kwesties beslecht. Om de goede werking van het in artikel 404 van de overeenkomst bedoelde geschillenbeslechtingsmechanisme te waarborgen, moet dit comité een lijst van arbiters vaststellen. Samenhang met bestaande beleidsbepalingen op het beleidsterrein Met dit voorstel wordt op basis van de bovengenoemde overeenkomst uitvoering gegeven aan de gemeenschappelijke handelspolitiek van de Unie jegens een oostelijk partnerland. Het voorstel beoogt de oprichting van de nodige institutionele instrumenten, zodat de Unie en de Republiek Moldavië bilaterale geschillen met betrekking tot de toepassing en interpretatie van de overeenkomst efficiënt kunnen behandelen. Dit is in overeenstemming met de aanpak van de Unie inzake geschillenbeslechtingsmechanismen die worden onderhandeld of toegepast in het kader van vrijhandelsovereenkomsten met andere handelspartners. Samenhang met andere beleidsgebieden van de Unie Dit voorstel hangt samen met de andere externe beleidslijnen van de Unie en vult deze aan, met name het Europees nabuurschapsbeleid en het beleid inzake ontwikkelingssamenwerking met betrekking tot de Republiek Moldavië. 2. RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID Rechtsgrondslag De rechtsgrondslag voor de vaststelling van het door de Unie in te nemen standpunt in de krachtens de associatieovereenkomst tussen de EU en de Republiek Moldavië ingestelde comités wordt gevormd door het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU), en met name artikel 207, lid 4, in samenhang met artikel 218, lid 9. Subsidiariteit (voor niet-exclusieve bevoegdheid) De gemeenschappelijke handelspolitiek is krachtens artikel 3 van het VWEU een exclusieve bevoegdheid van de Unie. Het subsidiariteitsbeginsel is dus niet van toepassing. 1 PB L 260 van 30.8.2014, blz. 1. NL 2 NL

Evenredigheid Dit voorstel is nodig om de in de overeenkomst met de Republiek Moldavië neergelegde internationale verplichtingen van de Unie na te komen. Keuze van het instrument Dit voorstel is in overeenstemming met artikel 218, lid 9, VWEU, uit hoofde waarvan de Raad besluiten vaststelt. Er bestaat geen ander rechtsinstrument dat kan worden gebruikt om de in dit voorstel uitgedrukte doelstellingen te bereiken. 3. RESULTATEN VAN EVALUATIES ACHTERAF, RAADPLEGINGEN VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELINGEN Evaluaties achteraf/"geschiktheidscontroles" van bestaande wetgeving Niet van toepassing. Raadpleging van belanghebbenden Niet van toepassing op dit voorstel. Bijeenbrengen en benutten van deskundigheid De Commissie heeft rekening gehouden met de input die de lidstaten de voorbije jaren hebben gegeven met betrekking tot onderdanen van de Unie die geschikt en gekwalificeerd zijn om op te treden als arbiter bij uit handelsovereenkomsten van de Unie voortvloeiende geschillen. Effectbeoordeling Het voorstel heeft betrekking op de uitvoering van de institutionele aspecten van de overeenkomst tussen de Unie en de Republiek Moldavië, en met name titel V over Handel en daarmee verband houdende aangelegenheden. Het voorstel heeft geen invloed op het economisch, sociaal of milieubeleid van de Unie. De overeenkomst wordt sinds 1 september 2014 voorlopig toegepast en de uitvoering ervan bevindt zich nog in een zeer vroeg stadium. Gezonde regelgeving en vereenvoudiging De overeenkomst tussen de Unie en de Republiek Moldavië valt niet onder Refit-procedures; het brengt geen kosten met zich mee voor kleine en middelgrote ondernemingen en het stelt geen problemen vanuit het oogpunt van de digitale omgeving. Grondrechten Het voorstel heeft geen gevolgen voor de bescherming van de grondrechten. 4. GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING Niet van toepassing. 5. OVERIGE ELEMENTEN Uitvoeringsplannen en toezicht-, evaluatie- en rapportageregelingen De uitvoering van de overeenkomst wordt regelmatig getoetst door de Associatieraad EU- Republiek Moldavië. De Europese Commissie heeft er zich ook toe verbonden jaarlijks verslag uit te brengen aan het Europees Parlement over de uitvoering van titel V (Handel en NL 3 NL

daarmee verband houdende aangelegenheden) van de overeenkomst, inclusief de in dit voorstel opgenomen elementen. Verklarende documenten (voor richtlijnen) Niet van toepassing. Gedetailleerde toelichting bij de specifieke bepalingen van het voorstel Het doel van het voorstel is het vaststellen van het standpunt van de Unie met betrekking tot de uitvoering van het handelsgedeelte van de overeenkomst tussen de Unie en de Republiek Moldavië. Titel V (Handel en daarmee verband houdende aangelegenheden) van die overeenkomst omvat hoofdstuk 14 (Beslechting van geschillen), waarin een mechanisme wordt opgezet om met handel verband houdende geschillen met betrekking tot de toepassing en interpretatie van het handelsgedeelte van de overeenkomst tussen de partijen bij de overeenkomst te beslechten. Volgens de in hoofdstuk 14 vastgestelde arbitrageprocedure kan de klagende partij verzoeken om de instelling van een arbitragepanel om een bilateraal geschil te beslechten. De regels voor de samenstelling van het panel zijn vastgesteld in artikel 404 van de overeenkomst. De overeenkomst voorziet in de opstelling van een lijst van gekwalificeerde personen die als arbiter kunnen optreden. Daarom is met de regering van de Republiek Moldavië een ontwerplijst met arbiters die bereid en geschikt zijn om in een arbitragepanel zitting te nemen, besproken en deze lijst bevat vijf kandidaat-arbiters van de Unie, vijf kandidaat-arbiters van de Republiek Moldavië en vijf onderdanen van derde landen die als voorzitter van een arbitragepanel kunnen optreden. De lijst zal worden gebruikt wanneer een arbitragepanel moet worden ingesteld. NL 4 NL

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD 2015/0170 (NLE) betreffende het namens de Europese Unie in te nemen standpunt in het Associatiecomité in zijn samenstelling voor handelsvraagstukken, opgericht krachtens de associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Moldavië, anderzijds DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 207, lid 4, eerste alinea, in samenhang met artikel 218, lid 9, Gezien het voorstel van de Europese Commissie, Overwegende hetgeen volgt: (1) Artikel 464, leden 3 en 4, van de associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Moldavië, anderzijds (hierna "de overeenkomst" genoemd), voorziet in de voorlopige toepassing van een deel van de overeenkomst, zoals bepaald door de Unie. (2) In artikel 3 van Besluit 2014/492/EU van de Raad 2 zijn de bepalingen van de overeenkomst aangegeven die voorlopig moeten worden toegepast, waaronder de bepalingen betreffende de oprichting en werking van het Associatiecomité in zijn samenstelling voor handelsvraagstukken en de bepalingen betreffende geschillenbeslechting. Overeenkomstig artikel 464, lid 4, van de overeenkomst is de voorlopige toepassing van deze bepalingen met ingang van 1 september 2014 van kracht. (3) In artikel 404, lid 1, van de overeenkomst is bepaald dat het in artikel 438, lid 4, van de overeenkomst bedoelde Associatiecomité in zijn samenstelling voor handelsvraagstukken overeenkomstig artikel 464, lid 5, van de overeenkomst uiterlijk zes maanden na het begin van de voorlopige toepassing van de overeenkomst een lijst van personen die als arbiter in geschillenbeslechtingsprocedures kunnen optreden, moet goedkeuren. (4) Overeenkomstig artikel 404, lid 1, van de overeenkomst is met de regering van de Republiek Moldavië een ontwerplijst met arbiters die in een arbitragepanel zitting kunnen nemen, besproken en deze lijst bevat vijf kandidaat-arbiters van de Unie, vijf kandidaat-arbiters van de Republiek Moldavië en vijf onderdanen van derde landen die als voorzitter van een arbitragepanel kunnen optreden. (5) Daarom moet worden vastgesteld welk standpunt met betrekking tot de lijst van personen die bij geschillenbeslechting als arbiter kunnen optreden namens de Unie 2 Besluit 2014/492/EU van de Raad van 16 juni 2014 betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, en de voorlopige toepassing van de associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Moldavië, anderzijds (PB L 260 van 30.8.2014, blz. 1). NL 5 NL

moet worden ingenomen in het Associatiecomité in zijn samenstelling voor handelsvraagstukken, HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD: Artikel 1 Het standpunt dat namens de Unie in het Associatiecomité in zijn samenstelling voor handelsvraagstukken moet worden ingenomen met betrekking tot de vaststelling van de lijst van personen die bij geschillenbeslechting als arbiter kunnen optreden, is gebaseerd op het aan dit besluit gehechte ontwerpbesluit van dat comité. Kleine wijzigingen van het ontwerpbesluit kunnen zonder nader besluit van de Raad worden goedgekeurd door de vertegenwoordigers van de Unie in het Associatiecomité in zijn samenstelling voor handelsvraagstukken. Artikel 2 Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld. Gedaan te Brussel, Voor de Raad De voorzitter NL 6 NL