Voorstel van het college inzake Wijziging Algemene Plaatselijke Verordening voor de gemeente Den Haag (APV), Aanpassing horecabepalingen

Vergelijkbare documenten
Wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening voor de gemeente Den Haag,aanpassing horecabepalingen

Voorstel van het college inzake wijziging Algemene Plaatselijke Verordening voor de gemeente Den Haag (APV).

Wijziging APV (invoering vergunningenstelsel growshops c.a.)

OVERZICHT TE WIJZIGEN ARTIKELEN

Verordening. speelautomaten (hallen) * * Verordening speelautomaten(hallen) 2016 D

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van..; gelet op titel VA van de Wet op de kansspelen en artikel 149 van de Gemeentewet;

Wijzigingsverordening Algemene plaatselijke verordening gemeente Tholen 2017

AANVRAAGFORMULIER Exploitatievergunning horecabedrijf

Derde wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening Veenendaal

Verordening speelautomatenhallen

Exploitatievergunning horecabedrijf (incl. terras)

Verordening speelautomatenhallen Terneuzen 2011

Verordening tot wijziging van de Verordening Speelautomatenhallen Leeuwarden 2014

Uittreksel uit concept APV Schagen 2016 onderdeel Toezicht op openbare inrichtingen.

VERORDENING DRANK- EN HORECAWET BUSSUM 2014

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 20 november 2012, nr. 96;

VERORDENING SPEELAUTOMATENHALLEN GOOISE MEREN 2016

Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 6 maart 2012, met overneming van de daarin vermelde motieven;

Met deze voordracht stellen wij u voor het volgende besluit te nemen:

Kenmerk: / gelet op artikel 3 van de Winkeltijdenwet en artikel 149 van de Gemeentewet;

gelet op art 147 en 149 van de Gemeentewet en artikel 4, 20 en 23 van de Drank- en Horecawet.

Van: M. Eersel Tel nr: Nummer: 17A.00468

Verordening tot wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening Maastricht 2006.

Gemeente Woerden. De bevoegdheid van de raad komt voort uit de volgende wet- en/of regelgeving:

verordening Drank- en horecawet blaricum 2014 gelezen het voorstel van het college van B&W d.d. 29 oktober 2013;

Aan de gemeenteraad, Met deze voordracht stellen wij u voor het volgende besluit te nemen:

Verordening speelautomaten(hallen) gemeente Drimmelen gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 5 juni 2018

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 14 juli 2015, nummer ;

Winkeltijdenverordening Hilversum 2018

CONCEPT Exploitatie- en terrasvergunning + aanhangsel, "Stichting Dorpshuis Austerlitz, Oude Postweg 144 (tijdelijk)

VERORDENING DRANK EN HORECAWET

Aanvraagformulier exploitatievergunning horecabedrijf Als bedoeld in artikel 2.28 van de Algemene Plaatselijke Verordening voor Rijswijk

Verordening speelautomatenhallen 2017 gemeente Duiven

Samenvatting Inleiding In juni 2010 is de Algemeen Plaatselijke Verordening (APV) van de gemeente Grave vastgesteld.

Exploitatievergunning

Concept: Regeling aanvraaggegevens en formulieren Drank- en Horecawet 2013

(Ontwerp)Verordening winkeltijden 2014

Aanvraagformulier exploitatievergunning horecabedrijf Als bedoeld in artikel 2.28 van de Algemene Plaatselijke Verordening voor Rijswijk

Aanvraagformulier exploitatievergunning openbare inrichting Als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Houten

WINKELTIJDENVERORDENING MIDDEN-GRONINGEN 2019

2. Onder horecabedrijf als bedoeld in het eerste lid wordt ook verstaan een bij deze inrichting behorend terras en andere aanhorigheden.

Hoofdstuk II Aanwezigheidsvergunning hoog- en laagdrempelige inrichtingen

*Z F21* Gemeenteraad van Goeree-Overflakkee Postbus AA MIDDELHARNIS

Handhavingsarrangement vergunningplicht artikel 2:36 APV

GEMEENTEBLAD VAN UTRECHT 2014

Raadsvergadering: 22 mrt 2016 Besluit: Unaniem Aangenomen

Raadsvoorstel. Datum raadsvergadering : 18 december 2014 Agendanummer : Datum : 29 oktober 2014

Informatie over deze regeling kunt u inwinnen bij de afdeling Openbare Ruimte en Verkeer, de heer

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Houten

Beleidsregels ontheffing artikel 35 Drank- en Horecawet Koggenland 2013

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op de artikelen 26, 29, 30a en 35 van de Drank en Horecawet;

APV-artikelen en toelichting (17 e wijziging)

AANVRAAGFORMULIEREN HORECA (gemeente Middelburg)

Verordening op de speelautomaten en speelautomatenhallen Oosterhout

GEMEENTE VALKENBURG AAN DE GEUL. gezien het voorstel van burgemeester en 'Wethouders van 8 december 1987;

Reden van het besluit:

Verordening speelautomaten en speelautomatenhallen

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 28 november 2017;

Drank- en Horecaverordening gemeente Rijnwaarden 2013

Drank- en Horecaverordening gemeente Overbetuwe 2013

Implementatie Nieuwe Drank- en Horecawet. Modelbeleid NHN Artikel 35 beleid + toelichting

AANVRAAGFORMULIER EXPLOITATIEVERGUNNING / COFFEESHOP als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Gorinchem

RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT

Elektronisch gemeenteblad

BELEIDSREGELS INDIENINGSVEREISTEN, EISEN EN PROCEDURE VAN EEN AANVRAAG OM EEN VERGUNNING EX ARTIKEL 2:28 VAN DE ALGEMENE PLAATSELIJKE VERORDENING

Dossiernummer handelsregister of verenigingen-/stichtingenregister Kamer van Koophandel:

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 10 maart 2016; de 'verordening winkeltijden Eemsmond 2016' vast te stellen.

Aanvraagformulier drank- en horecavergunning model A

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 5 november 2013;

Verordening sekswinkels, seksinrichtingen, straatprostitutie, prostitutie- en escortbedrijven gemeente Zederik 2015

Beleidsregels Terrassen April 2017

De raad van de gemeente Loppersum; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 21 juni 2016; gelet op de bepalingen in de Winkeltijdenwet;

AANVRAAGFORMULIER DRANK- EN HORECAVERGUNNING / EXPLOITATIEVERGUNNING / AANWEZIGHEIDSVERGUNNING VOOR KANSSPELAUTOMATEN (COMMERCIEEL)

Aanvraagformulier exploitatievergunning als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Vught

Gegevens van de inrichting waar het horecabedrijf zich zal vestigen: adres: postcode en vestigingsplaats: telefoonnummer:

Gegevens van de inrichting waar het horecabedrijf zich zal vestigen: adres: postcode en vestigingsplaats: telefoonnummer:

AANVRAAGFORMULIEREN HORECA (gemeente Middelburg) (paracommerciële bedrijven)

feestdagen: Nieuwjaarsdag, eerste en tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, eerste en tweede Pinksterdag, eerste en tweede Kerstdag;

Vaststelling Drank- en Horecaverordening Breda 2014

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Breda houdende regels omtrent taxi s Taxiverordening Breda

Beleidsregels ontheffing ex. artikel 35 Drank- en Horecawet

Beleidsregels sluitingstijden voor horecabedrijven in de gemeente Wageningen 2006

Verordening Winkeltijden Nijmegen 2013

AANVRAAGFORMULIER EXPLOITATIEVERGUNNING als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Gorinchem

Toelichting op het formulier aanvraag voor vergunning van een seksinrichting

Winkeltijdenverordening Valkenswaard 2013

De raad van de gemeente Oosterhout; versie 1.0

Betreft "Drank- en Horecaverordening gemeente Stein 2004"

U Dienstverlening

Geconsolideerde tekst van de regeling Nr. RB

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen. Verordening Werkzaamheden kabels en leidingen gemeente Bunnik

Beleidsregel Horecahandhaving

Gemeente Langedijk. Voorstel aan de raad

RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT

Aanvraagformulier exploitatievergunning

Toelichting op het formulier aanvraag exploitatievergunning voor een seksbedrijf (art APV)

Winkeltijdenverordening Valkenswaard 2017

Verordening tot wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening (vijfde wijziging)

Overige aanvraag Op uw aanvraag voor een Drank- en Horecavergunning op grond van de Drank- en Horecawet (DHW) heb ik afzonderlijk beschikt.

B-besluit nr.: Naam programma: Veiligheid

Transcriptie:

Bestuursdienst BSD/2016.297 RIS 294179 Voorstel van het college inzake Wijziging Algemene Plaatselijke Verordening voor de gemeente Den Haag (APV), Aanpassing horecabepalingen In de gemeenteraadsvergadering van 11 februari 2016 is het nieuwe horecabeleid besproken. Hierbij is een motie aangenomen om het in bundels aanvragen van incidentele nachtontheffingen mogelijk te maken, teneinde de legeskosten te beperken. Naar aanleiding van de vaststelling van het nieuwe horecabeleid op 12 februari 2016 wordt de APV op enkele punten aangepast. Ten aanzien van de aangenomen motie wordt een nieuw systeem ingevoerd, waardoor ondernemers slechts een meldplicht hebben t.a.v. incidentele festiviteiten (minimaal 7 werkdagen van tevoren) en daarvoor niet langer minimaal 10 werkdagen van tevoren ontheffingen hoeven aan te vragen. Daarmee vervalt ook de legesverplichting. Voorts wordt het aantal incidentele festiviteiten per horeca-inrichting verhoogd van maximaal 10 naar maximaal 12 per jaar. Het wordt bovendien mogelijk gemaakt om door middel van een aanwijzing van het college voor maximaal 4 dagen collectieve festiviteiten aan te wijzen waarvoor de geluidsnormen van het Activiteitenbesluit niet gelden, waarbij tevens gebiedsdifferentiatie mogelijk is. Verder worden enkele kleine wijzigingen doorgevoerd om de APV te actualiseren. Artikelsgewijze toelichting Op de nodige vernummeringen en taalkundige wijzigingen na, zijn enkele artikelen/leden ook inhoudelijk gewijzigd. Hieronder een toelichting waar nodig: Artikel 2:28 lid 7 (Exploitatie horeca-inrichting): ter informatie opgenomen. Artikel 2:28B (Vergunningaanvraag): verplichting tot toevoegen kopieën van identiteitsbewijzen verwijderd in het kader van Red Tape. Artikel 2:29 lid 5 (Openings- en sluitingstijden): ter uitvoering van motie regeling voor twaalf Verlaatjes opgenomen, inclusief mogelijkheid tot het bundelen van de aanvragen ten behoeve van verlaging legeskosten. In lid 8 is de mogelijkheid opgenomen om in geval van overlast tijdens een Verlaatje, nieuwe Verlaatjes te verbieden, ook als deze reeds zijn gemeld. Artikel 2:30C (Wijziging leidinggevende): regeling in de APV aangepast aan de landelijke regeling uit de Drank- en Horecawet (waarbij in de praktijk al wordt aangesloten). Artikel 2:32 (Handel binnen horeca-inrichtingen): lid 1 toegevoegd in verband met nadere uitleg van het begrip handelaar. 1

Artikel 4:2 lid 1 (Aanwijzing collectieve festiviteiten): Door middel van een aanwijzing van het college kunnen voor ten hoogste vier dagen collectieve festiviteiten worden aangewezen waarvoor de geluidsnormen bedoeld in de artikelen 2.17, 2.19 en 2.20 van het Besluit niet gelden gedurende de daarbij aan te wijzen dagen of dagdelen Artikel 4:2 lid 2 (Aanwijzing collectieve festiviteiten) maakt gebiedsdifferentiatie in de aanwijzing mogelijk. Bij gebiedsdifferentiatie kan het grondgebied van de gemeente worden verdeeld naar verschillende wijken. Gebiedsdifferentiatie betekent ook dat het aantal aangewezen dagen of dagdelen per gebied kan verschillen. Gezien het voorgaande stelt het college de raad voor het volgende besluit te nemen: De raad van de gemeente Den Haag, Gezien het voorstel van het college van 17 mei 2016, Gelet op artikel 149 van de Gemeentewet, Besluit: I. Vast te stellen de volgende wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening voor de gemeente Den Haag: A Artikel 2:27 komt te luiden: Artikel 2:27 Begripsbepalingen In deze afdeling wordt verstaan onder: a. Horeca-inrichting: 1 een inrichting als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Drank- en Horecawet waarin het horecabedrijf wordt uitgeoefend, zomede de daarbij behorende terrassen; 2. voor publiek openstaande lokaliteiten, open plaatsen, tuinen of gedeelten daarvan, zomede de daarbij behorende terrassen en de daarmee gemeenschap hebbende vertrekken die niet uitsluitend als woning of winkel worden gebruikt, alsmede de niet voor publiek toegankelijke lokaliteiten welke voor het publiek op de weg bereikbaar zijn, uitgezonderd standplaatsen als bedoeld in artikel 1 van de Straathandelsverordening voor zover daar regelmatig of op gezette tijden: I. gelegenheid wordt gegeven anders dan om niet enigerlei eet- of drinkwaar te verkrijgen, af te halen of te verbruiken; II. amusement of ontspanning wordt aangeboden, met uitzondering van III. een speelautomatenhal, of gelegenheid wordt gegeven anders dan tegen betaling tot het verrichten van seksuele handelingen; b. Ondernemer: iedere natuurlijke persoon of rechtspersoon, voor wiens rekening en risico de horeca-inrichting wordt gedreven en de bestuurders van de rechtspersoon of hun gevolmachtigden met uitzondering van de bestuurders van een rechtspersoon als bedoeld in artikel 4 Drank- en Horecawet; c. Leidinggevende: natuurlijke persoon die de onmiddellijke feitelijke leiding uitoefent in de inrichting of het bedrijf; d. Bezoeker: een ieder die zich in een horeca-inrichting bevindt met uitzondering van: 1. de leidinggevenden; 2

2. dienstdoende personen, zoals barpersoneel, keukenhulpen, schoonmakers en portiers; 3. personen van wie de aanwezigheid in de horeca-inrichting wegens dringende redenen noodzakelijk is. e. Categorieën van horeca-inrichtingen: a. Categorie 1: horeca-inrichtingen, die alleen zijn gericht op exploitatie gedurende de dag; b. Categorie 2: alle overige horeca-inrichtingen; c. Categorie 3: horeca-inrichtingen als bedoeld onder b die tevens zijn gericht op exploitatie in de nachtelijke uren en gelegen zijn in een uitgaanskern zoals aangegeven op een door burgemeester en wethouders vastgestelde kaart. B Artikel 2:28 komt te luiden: Artikel 2:28 Exploitatie horeca-inrichting 1. Het is verboden een horeca-inrichting te exploiteren zonder exploitatievergunning van de burgemeester. 2. Geen exploitatievergunning is vereist voor een horeca-inrichting die zich bevindt in: a. een zorginstelling; b. een museum; c. een bedrijfskantine of -restaurant, of d. rouwcentra, begraafplaatsen en crematoria. 3. Een exploitatievergunning wordt verleend voor onbepaalde tijd, tenzij in de exploitatievergunning anders staat vermeld. 4. Een afschrift van de exploitatievergunning is in de horeca-inrichting aanwezig. 5. De burgemeester weigert of trekt de exploitatievergunning in indien: a. de vestiging of de exploitatie van de horeca-inrichting in strijd is met een geldend bestemmingsplan; b. de ondernemer of de leidinggevende in enig opzicht van slecht levensgedrag is; c. de ondernemer of de leidinggevende onder curatele staat; d. de ondernemer of de leidinggevende niet de leeftijd van achttien jaar heeft bereikt; e. de ingediende bescheiden niet of niet langer overeenstemmen met de feiten, welke relevant zijn voor de door de burgemeester te nemen beslissing; f. voor de horeca-inrichting een vergunning krachtens artikel 3 van de Drank- en Horecawet is vereist en die vergunning is geweigerd, ingetrokken, of de aanvraag om die vergunning buiten behandeling is gelaten. 6. De burgemeester kan de exploitatievergunning geheel of gedeeltelijk weigeren, tijdelijk of voor onbepaalde tijd geheel of gedeeltelijk intrekken of wijzigen, indien: a. naar zijn oordeel de openbare orde gevaar loopt of het woon- of leefklimaat in de omgeving van de horeca-inrichting door de aanwezigheid van de horeca-inrichting nadelig wordt beïnvloed; b. de ondernemer of de leidinggevende het bij of krachtens de bepalingen in deze paragraaf geregelde overtreedt; c. de ondernemer of de leidinggevende betrokken is, of hem ernstige nalatigheid kan worden verweten bij activiteiten in of vanuit de horeca-inrichting, dan wel toestaat of gedoogt dat in zijn horeca-inrichting activiteiten plaatsvinden, waarmee de openbare orde nadelig wordt beïnvloed; d. de ondernemer of de leidinggevende zich schuldig maakt aan discriminatie; e. er sprake is van een gewijzigde exploitatie, met uitzondering van een wijziging in het beheer als bedoeld in artikel 2:30C, tweede lid, of een wijziging in de ondernemer, waarvoor geen nieuwe exploitatievergunning is aangevraagd; 3

f. zich in of vanuit de horeca-inrichting anderszins feiten hebben voorgedaan, die de vrees wettigen, dat het geopend blijven van de horeca-inrichting gevaar kan veroorzaken voor de openbare orde of een bedreiging vormt voor het woon- of leefklimaat in de omgeving van de horeca-inrichting; g. er aanwijzingen zijn dat in de horeca-inrichting personen werkzaam zijn of zullen zijn in strijd met het bij of krachtens de Wet arbeid vreemdelingen of de Vreemdelingenwet 2000 bepaalde. 7. Op de vergunning bedoeld in het eerste lid is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing. C D E Artikel 2:28A komt te luiden: Artikel 2:28A Vrijstelling 1. De burgemeester kan: a. bepalen dat het exploiteren van categorieën van horeca-inrichtingen, al dan niet beperkt tot een bepaald gebied, geheel of gedeeltelijk van de exploitatie-vergunningplicht wordt vrijgesteld; b. voorschriften verbinden aan een vrijstelling als bedoeld onder a. 2. De exploitatie van een horeca-inrichting waarop een besluit als bedoeld in het eerste lid, onder a, van toepassing is, geschiedt zodanig dat daardoor het woon- of leefklimaat in de omgeving van de horeca-inrichting of de openbare orde niet op ontoelaatbare wijze nadelig worden beïnvloed. Artikel 2:28B komt te luiden: Artikel 2:28B Vergunningaanvraag 1. De vergunning kan uitsluitend door de ondernemer worden aangevraagd door middel van een door de burgemeester vastgesteld formulier. 2. De aanvraag vermeldt welke categorie, als bedoeld in artikel 2:27, onder e, op de horeca-inrichting van toepassing is. 3. Bij de aanvraag om de vergunning moeten in ieder geval worden overgelegd: a. een locatietekening (plattegrond) in een schaal van maximaal 1:100 met de afmetingen van de horeca-inrichting en een eventueel terras; b. een schriftelijk stuk waaruit de juridische relatie van de ondernemer met het desbetreffende perceel tot uitdrukking komt, zoals een huurovereenkomst, pachtovereenkomst of eigendomsbewijs; c. een ondernemingsplan met informatie over de aard van de werkzaamheden, alsmede informatie over de te verkopen producten, de exploitatievorm en de beoogde doelgroep; d. indien de aanvraag een alcoholhoudende horeca-inrichting betreft, een aanvraag om vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Drank- en Horecawet; e. indien de aanvraag een alcoholvrije horeca-inrichting betreft, een Verklaring Omtrent het Gedrag als bedoeld in de Wet op de Justitiële Documentatie, betrekking hebbend op de ondernemer(s) en leidinggevende(n); f. een op grond van de wet Bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (wet BIBOB) vastgesteld en ingevuld vragenformulier met de daarbij behorende bijlagen en bescheiden. Artikel 2:28C komt te luiden: Artikel 2:28C Beslistermijn In afwijking van artikel 1:2 beslist de burgemeester binnen 13 weken na de datum waarop de burgemeester de aanvraag heeft ontvangen. 4

F G Artikel 2:29 komt te luiden: Artikel 2:29 Openings- en sluitingstijden 1. Het is de ondernemer of de leidinggevende verboden een horeca-inrichting, die behoort tot categorie 1, voor bezoekers geopend te hebben of daarin bezoekers toe te laten of te laten verblijven tussen 23.00 uur en 07.00 uur, tenzij sprake is van een situatie als bedoeld in lid 3. 2. Het is verboden een horeca-inrichting, die behoort tot categorie 2, voor bezoekers geopend te hebben of daarin bezoekers toe te laten of te laten verblijven op vrijdagen, zaterdagen en zondagen tussen 02.30 uur en 07.00 uur en op de overige dagen van de week tussen 02.00 uur en 07.00 uur, tenzij sprake is van een situatie als bedoeld in lid 3, 5 of 7. 3. De burgemeester kan voor een horeca-inrichting, waarvan de ondernemer ten genoegen van de burgemeester heeft aangetoond, dat de exploitatie van die horeca-inrichting geen nadelige invloed heeft op de openbare orde of op het woon- of leefklimaat in de naaste omgeving van die horeca-inrichting, ontheffing verlenen van het in het eerste en tweede lid gestelde verbod, zij het met die beperking, dat: a. alleen een horeca-inrichting behorende tot categorie 1 in aanmerking komt voor een ontheffing voor de uren welke zijn gelegen tussen 05.00 uur en 07.00 uur; b. alleen een horeca-inrichting behorende tot categorie 2 in aanmerking komt voor een ontheffing voor de uren gelegen tussen 02.00 uur en 04.00 uur of tussen 02.30 en 05.00 uur. 4. De burgemeester kan de ontheffing bedoeld in het derde lid weigeren, tijdelijk of voor onbepaalde tijd geheel of gedeeltelijk intrekken of wijzigen, indien een van de in artikel 2:28, vijfde en zesde lid, genoemde situaties zich voordoet. 5. De ondernemer van een horeca-inrichting die beschikt over een exploitatievergunning met categorie 2 sluitingstijden, kan maximaal twaalf festiviteiten per jaar houden, waarbij het de ondernemer of leidinggevende is toegestaan de horeca-inrichting, met uitzondering van het terras, voor bezoekers geopend te hebben of daarin bezoekers toe te laten of te laten verblijven tot 06.00 uur, mits de ondernemer uiterlijk zeven werkdagen voor de dag waarop de festiviteit plaatsvindt, de burgemeester van de festiviteit kennis heeft gegeven. 6. De burgemeester kan in het belang van de openbare orde of het woon- of leefklimaat voor een of meer horeca-inrichtingen, categorieën van horeca-inrichtingen of voor de tot de horeca-inrichting behorende terrassen de in het eerste en tweede lid genoemde openings- en sluitingstijden al dan niet tijdelijk beperken, dan wel andere openings- en sluitingstijden vaststellen. 7. De burgemeester kan, als naar zijn oordeel sprake is van een bijzondere omstandigheid, algemene ontheffing verlenen van de krachtens het eerste en tweede lid geldende openings- en sluitingstijden voor een bepaald gebied of voor een of meer bepaalde horeca-inrichtingen. 8. De burgemeester kan een verbod opleggen een festiviteit te organiseren, toe te laten, feitelijk te leiden of daaraan deel te nemen indien naar zijn oordeel het woon- of leefklimaat in de omgeving van de horeca-inrichting of de openbare orde op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed. Artikel 2:30 komt te luiden: Artikel 2:30 Sluiting horeca-inrichting 1. De burgemeester kan een horeca-inrichting tijdelijk of voor onbepaalde tijd gesloten verklaren indien: a. die horeca-inrichting wordt geëxploiteerd zonder geldige exploitatievergunning; 5

b. die horeca-inrichting wordt geëxploiteerd in strijd met de aan de exploitatievergunning verbonden voorschriften; c. een van de in artikel 2:28, vijfde of zesde lid, genoemde situaties zich voordoet. 2. Een besluit tot sluiting wordt op, in of nabij de toegang van de horeca- inrichting aangebracht. 3. Een sluiting kan op verzoek van een belanghebbende door de burgemeester worden opgeheven, wanneer later bekend geworden feiten en omstandigheden hiertoe aanleiding geven en naar zijn oordeel voldoende garanties aanwezig zijn, dat geen herhaling van de gronden die tot de sluiting hebben geleid, zal plaatsvinden. 4. Het is de ondernemer of de leidinggevende van de horeca-inrichting verboden na het van kracht worden van de sluiting bedoeld in het eerste lid, bezoekers tot de horeca-inrichting toe te laten of daarin te laten verblijven. 5. Het is een ieder verboden in een bij besluit van de burgemeester gesloten horeca-inrichting als bezoeker te verblijven. Artikel 2:30A Aanwezigheid van en toezicht door ondernemer en leidinggevende 1. Het is verboden een horeca-inrichting voor bezoekers geopend te hebben zonder dat de ondernemer of leidinggevende in de horeca-inrichting aanwezig is. 2. De ondernemer en de leidinggevende zijn verplicht er voortdurend op toe te zien dat in de horeca-inrichting en/of buiten de horeca-inrichting doch in directe relatie daarmee, geen strafbare feiten plaatsvinden. 3. Het in het eerste lid gestelde verbod geldt niet voor door de burgemeester aangewezen horeca-inrichtingen of categorieën van horeca-inrichtingen. H I J Artikel 2:30B komt te luiden: Artikel 2:30B Beëindiging exploitatie 1. De exploitatievergunning vervalt, zodra het exploiteren van de horeca-inrichting is beëindigd en op een volledige aanvraag om een nieuwe vergunning voor het exploiteren van dezelfde horeca-inrichting is beslist, of, indien zodanige aanvraag niet is ingediend binnen 13 weken na het beëindigen van het exploiteren van de horeca-inrichting, bij het verstrijken van deze termijn. 2. Van beëindiging van het exploiteren van de horeca-inrichting is sprake, indien: a. de horeca-inrichting blijkens het Handelsregister van de Kamer van Koophandel niet meer voor rekening van de ondernemer, op wiens naam de vergunning is gesteld, wordt geëxploiteerd; b. op grond van andere informatie blijkt, dat de horeca-inrichting niet meer voor rekening van de ondernemer, op wiens naam de vergunning is gesteld, wordt geëxploiteerd. Artikel 2:30C komt te luiden: Artikel 2:30C Wijziging leidinggevende 1. Het beheer kan slechts worden uitgeoefend door een nieuwe leidinggevende, indien de ondernemer of leidinggevende kan aantonen dat de nieuwe leidinggevende op de exploitatievergunning is bijgeschreven. 2. In afwijking van het eerste lid, kan het beheer tot op de aanvraag is beslist, tijdelijk worden uitgeoefend door een nieuwe leidinggevende, indien de ondernemer of leidinggevende een bevestiging van de burgemeester kan tonen waaruit blijkt dat die nieuwe leidinggevende ten behoeve van bijschrijving op de exploitatievergunning is aangemeld. Artikel 2:31 komt te luiden: 6

Artikel 2:31 Verboden gedragingen Het is verboden in een horeca-inrichting: a. de orde te verstoren, dan wel strafbare feiten te plegen; b. zich te bevinden na sluitingstijd of gedurende de tijd dat de inrichting gesloten dient te zijn op grond van een besluit krachtens artikel 2:29, eerste of tweede lid. K L Artikel 2:32 komt te luiden: Artikel 2:32 Handel binnen horeca-inrichtingen 1. In dit artikel wordt onder handelaar verstaan: de handelaar als bedoeld in artikel 1 van de algemene maatregel van bestuur op grond van artikel 437, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht. 2. De ondernemer van een horeca-inrichting staat niet toe dat een handelaar of een voor hem handelend persoon in die inrichting enig voorwerp verwerft, verkoopt of op enige andere wijze overdraagt. Artikel 2:33 komt te luiden: Artikel 2:33 Het college als bevoegd bestuursorgaan Indien een horeca-inrichting geen voor het publiek openstaand gebouw is in de zin van artikel 174 van de Gemeentewet, treedt niet de burgemeester, maar het college op als bevoegd bestuursorgaan ten behoeve van artikel 2:27 tot en met 2:30c en de daarop rustende bepalingen. M In de Algemene Plaatselijke Verordening voor de gemeente Den Haag worden in afdeling 1 van hoofdstuk 4 een nieuw artikel 4:1 en 4:2 ingevoegd, die luiden als volgt: Artikel 4:1 Begripsbepalingen In deze afdeling wordt verstaan onder: a. Besluit: het Activiteitenbesluit milieubeheer; b. inrichting: inrichting type A of type B als bedoeld in het Besluit; c. houder van een inrichting: degene die als eigenaar, bedrijfsleider, beheerder of anderszins een inrichting drijft; d. collectieve festiviteit: festiviteit die niet specifiek aan één of een klein aantal inrichtingen is verbonden; Artikel 4:2 Aanwijzing collectieve festiviteiten 1. De geluidsnormen bedoeld in de artikelen 2.17, 2.19 en 2.20 van het Besluit gelden niet voor ten hoogste vier door het college per kalenderjaar aan te wijzen collectieve festiviteiten gedurende de daarbij aan te wijzen dagen of dagdelen. 2. In een aanwijzing als bedoeld in het eerste lid kan het college bepalen dat de aanwijzing slechts geldt in één of meer delen van de gemeente. II. Dit besluit treedt in werking op de dag na bekendmaking. Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van De griffier. De voorzitter. 7