Factsheet Overgewicht in Utrecht



Vergelijkbare documenten
oinleiding 1 c oovergewicht en ernstig overgewicht (obesitas) in Nederlandd

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

K I N D E R E N O N D E R Z O E K : J A A R

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

In de volgende werkblad(en) staan tabellen behorend bij een bepaald thema. De tabellen zijn toegespitst op de door u opgevraagde leeftijdscategorie.

2. Overgewicht. allochtone kinderen. autochtone kinderen. eenouder ouder+stiefouder. beide ouders. % kinderen met overgewicht. laag.

Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen

Beweegprogramma kinderen met overgewicht Carlijn Groenen

Utrecht gezond!

Factsheet Sportparticipatie in Utrecht

Samenvatting Jeugdmonitor Utrecht

Samenvatting Jong; dus gezond!?

In de volgende werkblad(en) staan tabellen behorend bij een bepaald thema. De tabellen zijn toegespitst op de door u opgevraagde leeftijdscategorie.

Utrecht gezond!

Utrecht gezond!

Kernboodschappen Gezondheid Rijssen-Holten

In de volgende werkblad(en) staan tabellen behorend bij een bepaald thema. De tabellen zijn toegespitst op de door u opgevraagde leeftijdscategorie.

Kernboodschappen Gezondheid Almelo

Kernboodschappen Gezondheid Losser

In de volgende werkblad(en) staan tabellen behorend bij een bepaald thema. De tabellen zijn toegespitst op de door u opgevraagde leeftijdscategorie.

VOEDING, BEWEGEN EN GEWICHT

Samenvatting Losser. 2 van 5 Twentse Gezondheids Verkenning Losser. Versie 1, oktober 2013

V O LW A S S E N E N

CheckTeen 2011: Eet- en beweeggedrag van leerlingen in het voortgezet onderwijs in Zwolle

Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen

Utrecht gezond!

Kernboodschappen Gezondheid Enschede

Leeswijzer Gezondheidspeiling tabellen Deze leeswijzer geldt ook voor tabellen van de Inwonersenquête van Interne Bedrijf Onderzoek, Gemeente Utrecht

Leeswijzer Gezondheidspeiling tabellen Deze leeswijzer geldt ook voor tabellen van de Inwonersenquête van Interne Bedrijf Onderzoek, Gemeente Utrecht

Beweging, voeding en. (over)gewicht

Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen

Kinderen in Centrum gezond en wel?

Kinderen in West gezond en wel?

Utrecht gezond!

Samenvatting. Opvoeding en thuis omgeving als aangrijpingspunten in de preventie van overgewicht bij kinderen: resultaten van de ChecKid studie

In de volgende werkblad(en) staan tabellen behorend bij een bepaald thema. De tabellen zijn toegespitst op de door u opgevraagde leeftijdscategorie.

Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen

Evaluatie JOGG Roosendaal Basisschool de Vlindertuin. Resultaten evaluatie JOGG December 2017

Broodmaaltijd. 0-3 dagen per week. 4-5 dagen per week. 6-7 dagen per week. kinderen Groep 7 schooljaar jongeren GO Jeugd 2004

Leeswijzer Gezondheidspeiling tabellen Deze leeswijzer geldt ook voor tabellen van de Inwonersenquête van Interne Bedrijf Onderzoek, Gemeente Utrecht

Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen

Kinderen in Noord gezond en wel?

Overgewicht. Trends overgewicht (inclusief obesitas) in percentages (Bron: Digitaal Dossier JGZ)

Kinderen in Zuid gezond en wel?

Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen

Leeswijzer Gezondheidspeiling tabellen Deze leeswijzer geldt ook voor tabellen van de Inwonersenquête van Interne Bedrijf Onderzoek, Gemeente Utrecht

Leeswijzer Jeugdmonitor Utrecht tabellen

Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen

Samenvatting Noaberkracht Dinkelland Tubbergen

Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen

Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen

Kernboodschappen Gezondheid Borne

Leeswijzer Jeugdmonitor Utrecht tabellen

Kernboodschappen Gezondheid Dinkelland & Tubbergen

Bewegen en overgewicht in Purmerend

Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen

Leeswijzer levensverwachting tabellen

Overgewicht en Obesitas op Curaçao

Leeswijzer Gezondheidspeiling tabellen Deze leeswijzer geldt ook voor tabellen van de Inwonersenquête van Interne Bedrijf Onderzoek, Gemeente Utrecht

Tabellenboek Hoe gezond ben jij?

Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen

Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen

Kinderen in Oost gezond en wel?

Leeswijzer Jeugdmonitor Utrecht tabellen

Kernboodschappen Gezondheid Wierden

Kernboodschappen Gezondheid Twenterand

Jeugdmonitor Utrecht. Gezondheid en leefstijl van leerlingen in het primair onderwijs. Schooljaar

In de volgende werkblad(en) staan tabellen behorend bij een bepaald thema. De tabellen zijn toegespitst op de door u opgevraagde leeftijdscategorie.

Leeswijzer Jeugdmonitor Utrecht tabellen

Dagelijks ontbijten en elke dag groente en fruit eten zijn gedragingen die bijdragen aan een gezonde leefstijl.

Noord gezond en wel?

Samenvatting WijkWijzer 2017

Kernboodschappen Gezondheid Oldenzaal

Leeswijzer Jeugdmonitor Utrecht tabellen

Leeswijzer Gezondheidspeiling tabellen Deze leeswijzer geldt ook voor tabellen van de Inwonersenquête van Interne Bedrijf Onderzoek, Gemeente Utrecht

Themarapport. Voeding en bewegen

Leeswijzer Jeugdmonitor Utrecht tabellen

Bouwstenen nota volksgezondheid Renate Martens en Ivanka van der Veeken. Gemeente Drimmelen GGD West-Brabant:

Leeswijzer Jeugdmonitor Utrecht tabellen

Samenvatting Twente. 2 van 6 Kernboodschappen Twente. Versie 2, oktober 2013

Leeswijzer Jeugdmonitor Utrecht tabellen

Tabak, cannabis en harddrugs

Leeswijzer Jeugdmonitor Utrecht tabellen

Leidenincijfers Beleidsonderzoek draagt bij aan de kwaliteit van beleid en besluitvorming

Leeswijzer Gezondheidspeiling tabellen Deze leeswijzer geldt ook voor tabellen van de Inwonersenquête van Interne Bedrijf Onderzoek, Gemeente Utrecht

Leeswijzer Gezondheidspeiling tabellen Deze leeswijzer geldt ook voor tabellen van de Inwonersenquête van Interne Bedrijf Onderzoek, Gemeente Utrecht

Kinderen in Zuidoost gezond en wel?

Kinderen in Nieuw-West gezond en wel?

WijkWijzer De tien Utrechtse wijken in cijfers.

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Wolbert (PvdA) over kinderen van allochtone afkomst die overgewicht hebben (2014Z07817).

Leeswijzer Jeugdmonitor Utrecht tabellen

Overgewicht (incl. obesitas)

Landelijke Jeugdmonitor. Rapportage 3e kwartaal 2007

Resultaten vragenlijst leerlingen en meten & wegen Drie scholen, nulmeting (T0) voorjaar 2017

CONCEPT 3. Jeugdmonitor Utrecht. Tabellenboek Groep 7 en 8 van het basisonderwijs Schooljaar Geneeskundige en Gezondheidsdienst

Leeswijzer Jeugdmonitor Utrecht tabellen

Nieuw-West gezond en wel?

Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen

Ouderenmonitor Gezondheidsonderzoek 65-plussers regio Nijmegen. Gezondheidsonderzoek kinderen 0-12 jaar regio Nijmegen

Transcriptie:

Factsheet Overgewicht in Utrecht Feiten en cijfers Bijlage bij de brochure Gezond Gewicht in uitvoering www.utrecht.nl/gggd

Gezond gewicht in Utrecht Leeswijzer Deze factsheet vormt een bijlage bij de brochure Gezond Gewicht in uitvoering. Toelichting op de Utrechtse aanpak. Deze is bedoeld voor iedereen die bij de Utrechtse aanpak betrokken is. Als u meer wilt weten over overgewicht en daaraan gerelateerde aandoeningen zie pagina 3 vóórkomen van overgewicht en obesitas in Utrecht zie pagina s 4-5 Een gezond gewicht is belangrijk voor een goede gezondheid, zowel op jonge als latere leeftijd. In de gemeente Utrecht is het percentage inwoners met overgewicht echter hoog. Eén op drie Utrechtse volwassenen heeft overgewicht of ernstig overgewicht, in een enkele Utrechtse wijk zelfs meer dan de helft. Bij kinderen geldt dit voor één op de vijf. Ernstig overgewicht, ook wel obesitas genoemd, komt voor bij één op de tien Utrechtse volwassenen. Als de trend van toenemend overgewicht niet gekeerd wordt, zal overgewicht de komende jaren nog verder toenemen. De gemeente Utrecht (GG&GD) voert in de stad Utrecht de regie over een uitgebreid plan van aanpak Gezond Gewicht. De nadruk ligt daarbij op de jeugd, al zijn er ook activiteiten gericht op volwassenen. Om tot een goed preventieaanbod te komen is het van belang zicht te hebben op het aantal Utrechters met overgewicht en de factoren die hierop van invloed zijn. In deze factsheet vindt u hierover meer informatie. factoren die van invloed zijn op het gewicht zie pagina s 6-8 verschillen naar geslacht, sociaal economische status, etniciteit en wijk zie pagina s 7-9 voedingsgewoontes van Utrechters zie pagina s 10-13 beweeggewoontes van Utrechters zie pagina s 11-14 plan van aanpak Gezond Gewicht zie pagina 15 meer weten? zie pagina 15 2

Kader 1: Body Mass Index (BMI) Kader 2: Gerelateerde aandoeningen De Body Mass Index (BMI) is een index die de verhouding weergeeft tussen lengte en gewicht. De BMI wordt berekend door het gewicht (in kilogram) te delen door de lengte (in meters) in het kwadraat. Bij de interpretatie van de BMI wordt onderscheid gemaakt tussen kinderen (2 tot 19 jaar) en volwassenen. Met behulp van grenswaarden kan worden bepaald of sprake is van overgewicht of obesitas. Voor kinderen tot 19 jaar gelden specifieke grenswaarden afhankelijk van leeftijd en geslacht. Bij volwassenen is sprake van overgewicht bij een BMI tussen de 25 en 30 en van obesitas bij een BMI van 30 of hoger. Aan overgewicht en obesitas gerelateerde aandoeningen 4 : Verschillende vormen van kanker Hart- en vaatziekten Diabetes mellitus type 2 (ouderdomsdiabetes) Aandoeningen van de galblaas Aandoeningen van het bewegingsapparaat Aandoeningen van de ademhalingsorganen Vruchtbaarheidsproblemen en menstruatiestoornissen 4 Dijkshoorn, H. (2004.) Overgewicht in Gezond zijn en gezond leven in Amsterdam, GGD Amsterdam. Overgewicht Wat is overgewicht? Als iemand een te hoog lichaamsgewicht heeft in verhouding tot zijn of haar lengte, is er sprake van overgewicht. Of iemand overgewicht heeft, kan bepaald worden aan de hand van de Body Mass Index (zie kader 1). Overgewicht ontstaat door een verstoorde energiebalans. Door enerzijds een te grote energie-inname via voeding en anderzijds een te beperkt energieverbruik als gevolg van te weinig lichaamsbeweging. Overgewicht komt in Nederland veel en steeds vaker voor. In 2007 kampte 34% van de Nederlandse volwassenen (15 jaar en ouder) met overgewicht. Daarnaast was bij 11% van de volwassenen sprake van ernstig overgewicht (verder in deze factsheet obesitas genoemd) 1. Overgewicht: een gezondheidsprobleem Overgewicht en vooral obesitas worden in verband gebracht met verschillende chronische aandoeningen (zie kader 2). Daarnaast kan overgewicht samengaan met lichamelijke beperkingen en psychosociale problemen, zoals depressie bij volwassenen of gepest worden bij kinderen. Overgewicht hangt dan ook samen met verlies aan kwaliteit van leven en zelfs verloren levensjaren 2. Naar schatting is ongeveer 7% van de jaarlijkse sterfte te wijten aan overgewicht 3. 1 CBS Statline (21-10-2008) Zelfgerapporteerde leefstijl. www.cbs.nl. 2 RIVM (21-8-2008) Preventie gericht op lichaamsgewicht. www.nationaalkompas.nl 3 Ministerie van Volksgezondheid, welzijn en sport & het Voedingscentrum (2007) Preventie van overgewicht in de nota lokaal gezondheidsbeleid. Den Haag: VWS. 3

Figuur 1: Overgewicht en obesitas onder Utrechters naar leeftijd 60% 50% 13% 40% 17% 30% 8% 11% 2% 5% 12% 5% 5% 15% 15% 2% 9% 2% 13% 24% 26% 34% 43% 0% 2-4 jarigen¹ 5-6 jarigen¹ 9-10 jarigen¹ 12-13 jarigen¹ 14-16 jarigen² 16-29 jarigen² 30-39 jarigen² 40-49 jarigen² 50-64 jarigen² 65+ jarigen² Kader 3: Herkomst Utrechtse gegevens over overgewicht en leefstijl Overgewicht Obesitas 1 gebaseerd op gemeten lengte en gewicht 2 gebaseerd op zelfgerapporteerde lengte en gewicht (zie ook kader 4) De GG&GD Utrecht verkrijgt via verschillende onderzoeken cijfers over overgewicht, voeding en beweging in Utrecht. De volgende bronnen liggen ten grondslag aan deze factsheet: Data van de consultatiebureaus over overgewicht bij 2-4 jarigen uit 2005; Data van de jeugdgezondheidszorg over groep 2 en groep 6 van het basisonderwijs en de eerste klas van het voortgezet onderwijs uit 2002 t/m 2007; Data uit de Jeugdmonitor Utrecht afgenomen in de brugklas en de derde klas van het voortgezet onderwijs in 2007; Data uit de Gezondheidspeiling onder Utrechtse volwassenen (16 jaar en ouder) afgenomen in 2006. Overgewicht en obesitas in Utrecht De gemeente Utrecht doet periodiek onderzoek naar het vóórkomen van overgewicht onder verschillende leeftijdsgroepen. De meest recente gegevens zijn verzameld in het Tabellenboek Overgewicht in Utrecht: Feiten en cijfers. Deze factsheet bevat een samenvatting van de belangrijkste bevindingen. In kader 3 staan de verschillende onderzoeken toegelicht. Overgewicht (inclusief obesitas) In figuur 1 is duidelijk te zien hoe het overgewicht toeneemt naarmate mensen ouder worden. Een vijfde (19%) van de jeugd 5 kampt in Utrecht met overgewicht (inclusief obesitas). Dit geldt voor ruim een derde (35%) van de Utrechtse volwassenen. Onder de 65-plussers is bij zelfs 56% sprake van overgewicht (inclusief obesitas). Obesitas Van de volwassenen met overgewicht heeft ruim een kwart obesitas. Dit komt overeen met 9% van de totale volwassen bevolking. Obesitas is een ernstige vorm van overgewicht en vormt een direct gezondheidsrisico. Van de kinderen met overgewicht heeft ook ruim een kwart obesitas. Dit betreft 5% van het totaal aantal kinderen. De percentages van Utrechters met obesitas zijn per leeftijdscategorie terug te vinden in figuur 1. 4

Figuur 2: Behoefte aan informatie over gezonde voeding, beweging en/of afvallen onder Utrechters van 16 jaar en ouder, verdeeld naar etniciteit 50% 40% 30% 11% 9% 12% 40% 39% 25% 31% 41% 38% 25% 23% 25% 18% 18% 19% Kader 4: Kanttekening zelfrapportage Verschil tussen gemeten en gerapporteerde lengte en gewicht. Uit onderzoek 6 blijkt dat mensen vaak hun gewicht te laag en hun lengte te lang inschatten. Hierdoor is sprake van een mogelijke onderschatting van de mate van overgewicht bij zelfrapportage. De gegevens van de Utrechters onder de 14 jaar zijn gebaseerd op meetgegevens van de jeugdgezondheidszorg. De gegevens van Utrechters van 14 jaar en ouder zijn daarentegen gebaseerd op zelfrapportage (Jeugdmonitor en Gezondheidspeiling). Dit is een mogelijke verklaring voor de daling in het percentage kinderen met overgewicht tussen de 12- tot 13-jarigen en 14- tot 16-jarigen. 6 Elgar, F.J.; Roberts, C.; Tudor-Smith, C. & Moore, L. (2005) Validity of self-reported 0% Nederlands Marokkaans Turks Surinaams/Antilliaans Overige etniciteiten height and weight and predictors of bias in adolescents. In Journal of Adolescence Health 37, 371-375 Gezonde voeding Beweging Afvallen Ervaren overgewicht In het basisonderwijs is aan ouders gevraagd wat ze van het gewicht van hun kind vinden. Er blijkt vaak sprake van een onderschatting te zijn. 44% van de ouders van kinderen met overgewicht (inclusief obesitas) vindt dat zijn of haar kind niet te dik is. Dit geldt zelfs voor één op de vijf ouders van obese kinderen. In het voortgezet onderwijs is deze vraag aan de jongeren zelf gesteld. Van de jongeren met overgewicht (inclusief obesitas) vindt bijna een vijfde (19%) zichzelf niet te dik. 5 Gemeten bij groep 2 en groep 6 van het basisonderwijs en klas 1 van het voortgezet onderwijs Behoefte aan informatie Uit de gezondheidspeiling onder volwassenen komt naar voren dat onder Utrechters een grote behoefte bestaat aan informatie over een gezond gewicht en een gezonde leefstijl. Uit het onderzoek blijkt dat 14% van de Utrechters behoefte heeft aan informatie over gezonde voeding, 13% aan informatie over beweging en 14% aan informatie over afvallen. Ter vergelijking, 6% van de Utrechters heeft behoefte aan informatie over stoppen met roken. Als we de behoefte aan informatie uitsplitsen naar etniciteit dan blijkt dat de informatiebehoefte onder Turkse en Marokkaanse Utrechters relatief hoog is, zie figuur 2. 5

Figuur 3: Welke factoren hebben invloed op het gewicht? Leefstijl Persoonlijke keuzes en gewoontes hebben invloed op iemands gezondheid en in dit geval op iemands gewicht. Een leefstijl van veel calorie- en vetrijke voeding en weinig beweging leidt gemakkelijk tot overgewicht. Om een gezonde keuze te kunnen maken, moet iemand zich wel bewust zijn van de gezondheidsrisico s die het hebben van overgewicht met zich meebrengt. Daarnaast is het van belang dat mensen voldoende kennis hebben van wat een gezonde leefstijl inhoudt. Tot slot vraagt het bepaalde vaardigheden en motivatie om gewoontes te kunnen veranderen. Biologische factoren Genetische aanleg en biologische processen in het lichaam hebben invloed op het gewicht 7. Een verstoorde stofwisseling kan er bijvoorbeeld aan bijdragen dat iemand overgewicht ontwikkelt. Er is echter altijd sprake van een wisselwerking tussen bijvoorbeeld genetische aanleg en gedrag. Door een gezonde leefstijl aan te nemen, heeft iemand invloed op zijn of haar gewicht. Een ongunstige aanleg kan het hem of haar wel moeilijker maken om een gezond gewicht te behouden. 7 Detmar, SB.; Hosli, EJ, Kocken, P (2006) Aanleg of gedrag. Ouders over overgewicht bij hun kind. www.tno.nl Genetisch/ Biologisch Leefstijl Gezond gewicht Gezondheidszorg Omgeving Gezondheidszorg Ook hebben professionals in de gezondheidszorg, zoals huisartsen, jeugdartsen- en verpleegkundigen, fysiotherapeuten en diëtisten, invloed op het gewicht van mensen. Het is hun taak te waarschuwen voor de mogelijke gezondheidsrisico s. Daarnaast hebben zij een rol in het signaleren van overgewicht, in het motiveren van mensen om hier actie op te ondernemen en het bieden van passende hulp. Het is belangrijk dat de professionals hierop ingespeeld zijn en voldoende capaciteit en kennis hiervoor in huis hebben. Sociale en fysieke omgeving Mensen worden beïnvloed door de sociale en fysieke omgeving waarin ze leven. De sociale omgeving heeft onder andere te maken met opvoeding, cultuur en gewoontes. Zijn ouders zich bewust van het risico van te weinig beweging en stellen ze regels daarover? Wordt het geaccepteerd als iemand een stuk taart afslaat tijdens visite? Wordt sporten gestimuleerd? Vervullen scholen en welzijnsorganisaties een rol in het geven van voorlichting en het gemakkelijker maken van de gezonde keuze? Daarnaast speelt reclame een grote rol. Ook de financiële mogelijkheden of juist beperkingen die mensen hebben kunnen tenslotte een rol spelen. Naast de sociale omgeving is ook de fysieke omgeving van belang. Is de openbare ruimte bijvoorbeeld zo ingericht dat deze uitnodigt tot beweging? Zijn er voldoende fietspaden en speelveldjes? Voelen mensen zich veilig op straat? En is er op middelbare scholen een gezond kantineaanbod of liggen de kroketten voor het grijpen? Ook deze factoren hebben invloed op het gedrag van mensen en kunnen een bijdrage leveren aan een gezond gewicht. 6

Tabel 1: Overgewicht naar geslacht, sociaal economische status 9 en etniciteit Leerlingen basisschool 1 Leerlingen voortgezet onderwijs 2 Volwassenen 2 (groep 2 en 6 BO) (VO1 en VO3) (16 jaar en ouder) Overgewicht Obesitas Overgewicht Obesitas Overgewicht Obesitas Geslacht Man 12% 4% 2% 32% 8% Vrouw 15% 5% 8% 2% Sociaal Economische Status 9 Laag 19% 8% 16% 3% 37% 18% Middenhoog 14% 5% 7% 1% 25% 8% Hoog 8% 1% 7% 1% 19% 5% Etniciteit Nederlands 9% 3% 6% 1% 23% 8% Marokkaans 17% 9% 13% 3% 39% 18% Turks 24% 17% 4% 39% 29% Surinaams/ Antilliaans 16% 4% 12% 2% 30% 12% Overige etniciteiten 16% 5% 9% 2% 28% 9% Totaal 14% 4% 9% 2% 26% 9% 9 Sociaal economische status is voor deze factsheet bepaald aan de hand van het opleidingsniveau. - Voor leerlingen van de basisschool geldt het opleidingsniveau van de ouders. Laag betreft geen opleiding, basisonderwijs of VMBO, middenhoog HAVO/VWO of MBO en hoog is HBO/WO. - Voor leerlingen in het voortgezet onderwijs betreft het de opleiding die ze op dat moment volgen. Laag betreft VMBO en middenhoog/hoog HAVO/VWO. - Voor volwassenen is sociaal economische status bepaald aan de hand van de hoogst afgeronde opleiding. 1 gebaseerd op gemeten lengte en gewicht 2 gebaseerd op zelfgerapporteerde lengte en gewicht Factoren die invloed hebben op het gewicht Hoe komt het dat sommige Utrechters overgewicht ontwikkelen en andere niet? Of iemand overgewicht ontwikkelt, hangt niet alleen af van leefstijl (te veel eten en te weinig bewegen), maar ook van aanleg. Daarnaast spelen de fysieke en sociale omgeving waarin diegene leeft een rol. Ook de gezondheidszorg die hij of zij ontvangt, is van belang (zie figuur 3) 8. Het is vooral de samenhang tussen deze factoren die maakt of iemand wel of geen overgewicht ontwikkelt. De verantwoordelijkheid voor een gezond gewicht ligt dan ook niet alleen bij de gezondheidszorg. 8 Gebaseerd op Lalonde, M. (1974) A new perspective on the health of Canadians. Ottowa, Canada. Het is ook een verantwoordelijkheid van mensen zelf en van sectoren buiten de gezondheidszorg zoals het onderwijs, welzijn, bedrijfsleven en de gemeente. Over de rol van de factoren uit figuur 3 zijn in Utrecht weinig kwantitatieve gegevens bekend. We zien wel verschillen tussen groepen als we de cijfers over overgewicht uitsplitsen naar geslacht, sociaal economische status, etniciteit en woonwijk. Verschillen in geslacht In het basisonderwijs heeft 16% van de jongens en van de meisjes overgewicht (inclusief obesitas). Dit is terug te vinden in tabel 1 onder de kolom leerlingen basisschool. Uit de Jeugdmonitor blijkt daarentegen dat in het voortgezet onderwijs jongens vaker overgewicht hebben dan meisjes. Dit geldt nog meer voor volwassenen, te weten 40% van de mannen ten opzichte van 30% van de vrouwen. Vrouwen kampen echter vaker met obesitas. Verschillen in sociaal economische status Het blijkt dat Utrechtse volwassenen met een laag opleidingsniveau veel vaker overgewicht hebben dan Utrechters met een middenhoog of hoog opleidingsniveau. Obesitas komt zelfs ruim driemaal zo vaak voor onder laag opgeleide volwassenen. Ook bij kinderen is dit verschil in overgewicht naar sociaal economische status te zien. 7

10 11 Figuur 4: Overgewicht onder de jeugd naar etniciteit en opleidingsniveau ouders 40% 35% 35% 34% 33% 31% 30% 28% 28% 29% 25% 21% 22% 19% 25% 23% 15% 14% 16% 8% 5% 0% Nederlands Marokkaans Turks Overige etniciteiten Zeer laag opgeleide ouders Laag opgeleide ouders Middelhoog opgeleide ouders Hoog opgeleide ouders Verschillen tussen etnische groepen Onder allochtone groepen komt overgewicht vaker voor dan onder de autochtone groep. Vooral het hoge percentage Turkse Utrechters met overgewicht springt in het oog, gevolgd door Marokkaanse Utrechters. (zie tabel 1) Voor een deel is dit te verklaren door verschillen in sociaal economische status. In figuur 4 is weergegeven hoe etniciteit en opleidingsniveau van ouders 10 11 samenhangen met overgewicht van hun kinderen. Zo heeft van de Nederlandse kinderen met laagopgeleide ouders 21 % overgewicht. Kijken we bijvoorbeeld alleen naar kinderen uit gezinnen met een zeer laag opleidingsniveau, dan zien we de verschillen in overgewicht tussen autochtone en allochtone kinderen nauwelijks terug. Wat verder opvalt, is een sterk verband tussen overgewicht en opleidingsniveau van de ouders bij autochtone kinderen. Bij Marokkaanse en Turkse kinderen is dit verband minder sterk. Het is mogelijk dat cultuur en gewoontes hier van invloed zijn. 10 De cijfers voor jeugd zijn gebaseerd op groep 2 en 6 van het basisonderwijs en de eerste klas van het voortgezet onderwijs 11 Onder een zeer laag opleidingsniveau wordt geen opleiding of alleen basisonderwijs verstaan. Laag opgeleide ouders hebben een VMBO-diploma. Middenhoog opgeleide ouders hebben HAVO/VWO of MBO afgerond en hoog opgeleide ouders HBO/WO. Wijkverschillen In figuur 5 zijn de verschillen in overgewicht per wijk voor volwassenen en jeugd weergegeven. Overgewicht komt onder volwassenen het minst voor in de wijken Noordoost, Oost en Binnenstad. Overvecht springt er als wijk het meest negatief tussenuit. Meer dan de helft van de volwassenen in Overvecht heeft overgewicht (inclusief obesitas). Ook in de wijken West, Noordwest, Zuid, Zuidwest, Leidsche Rijn en Vleuten-De Meern heeft minimaal een derde van de inwoners overgewicht (inclusief obesitas). Voor de jeugd geldt dat in de wijken West, Noordwest, Overvecht en Zuidwest meer dan overgewicht (inclusief obesitas) heeft. Als we de wijk Zuid opsplitsen in subwijken, 8

Figuur 5: Overgewicht In de Utrechtse wijken 12 60% 30% 50% 25% 9% 40% 18% 11% 13% 7% 5% 7% 7% 30% 7% 12% 27% 24% 34% 5% 15% 3% 4% 19% 19% 25% 32% 28% 34% 15% 5% 15% 18% 2% 2% 9% 8% 4% 4% 13% 18% 3% 12% 3% 0% West Noordwest Overvecht Noordoost Oost Binnenstad Zuid Zuidwest Leidsche Rijn Vleuten- De Meern 0% West Noordwest Overvecht Noordoost Oost Binnenstad Zuid Zuidwest Leidsche Rijn Vleuten- De Meern Overgewicht onder volwassenen Overgewicht onder de jeugd Obesitas onder volwassenen Obesitas onder de jeugd dan scoort Nieuw-Hoograven/Bokkenbuurt met 24% eveneens relatief slecht. Tot slot zijn de cijfers van overgewicht specifiek per basisschool bekeken. Daaruit blijkt dat buiten de Utrechtse aandachtswijken ook in Noordoost, Oost, Leidsche Rijn en Vleuten-De Meern op enkele basisscholen meer dan een vijfde van de leerlingen overgewicht (inclusief obesitas) heeft. ontevreden. Bijna een derde van hen (31%) vindt dat er onvoldoende speelplek is. Daarnaast vindt een kwart (25%) van de ouders in de aandachtswijken het onveilig om zijn of haar kind buiten te laten spelen, ten opzichte van 9% in de andere wijken. 12 De cijfers voor jeugd zijn gebaseerd op groep 2 en 6 van het basisonderwijs en de eerste klas van het voortgezet onderwijs Verder is aan ouders van kinderen op de basisschool gevraagd of er voldoende en veilige speelplekken is in de wijk waar ze wonen. Ouders in de Utrechtse aandachtswijken (Noordwest, Overvecht, Zuid en Zuidwest) vinden vaker (18%) dat er buiten onvoldoende speelplek is dan ouders in andere wijken (6%). Vooral in de wijk Noordwest zijn ouders 9

Figuur 6: Wijkverschillen in ontbijtgedrag (minder dan 5 dagen per week ontbijten) Basisonderwijs (groep 2 en 6) Volwassenen 16+ Vleuten- De Meern West Noordwest Overvecht 24% Vleuten- De Meern West Noordwest Overvecht 19% Leidsche Rijn 24% 3% Noordoost Leidsche Rijn 23% 17% Noordoost 5% 6% 12% Binnenstad 6% 4% Oost 11% 17% 18% Binnenstad 17% 17% Oost 30% Voortgezet onderwijs (klas 1 en 3) 23% Zuidwest 11% Zuidwest 16% Zuid Zuid Vleuten- De Meern West Noordwest Overvecht 35% Leidsche Rijn 36% 11% Noordoost 22% 25% 27% Binnenstad 11% 11% Oost 31% Ongunstigere score dan Utrechts gemiddelde Score ongeveer gelijk aan Utrechts gemiddelde Gunstigere score dan Utrechts gemiddelde Zuidwest Zuid 10

Tabel 2: Voedingsgewoontes in Utrecht naar geslacht, sociaal economische status en etniciteit Leerlingen basisschool Leerlingen voortgezet onderwijs Volwassenen (groep 2 en 6 BO) (VO1 en VO3) (16 jaar en ouder) Geen dagelijks Niet dagelijks Niet dagelijks Geen dagelijks Niet dagelijks Niet dagelijks Geen dagelijks Haalt norm Haalt norm ontbijt groente fruit ontbijt groente fruit ontbijt fruit niet fruit niet (< 5 dgn/wk) (< 6 dgn/wk) (< 6 dgn/wk) (< 5 dgn/wk) (< 6 dgn/wk) (< 6 dgn/wk) (< 5 dgn/wk) Geslacht Man 12% 17% 16% 17% 48% 61% 22% 66% 74% Vrouw 15% 15% 15% 31% 43% 56% 15% 68% 63% Sociaal Economische Status Laag 27% 28% 24% 35% 56% 62% 23% 72% 63% Middenhoog 12% 17% 16% 15% 33% 50% 16% 73% 69% Hoog 3% 6% 7% 15% 33% 50% 15% 59% 69% Etniciteit Nederlands 5% 7% 11% 16% 36% 56% 15% 69% 69% Marokkaans 29% 35% 24% 34% 63% 61% 30% 53% 66% Turks 35% 34% 22% 41% 69% 58% 35% 53% 67% Surinaams/Antilliaans 16% 16% 29% 33% 67% 25% 61% 65% Overige etniciteiten 19% 25% 19% 29% 39% 56% 27% 66% 67% Totaal 13% 16% 15% 25% 45% 58% 18% 67% 68% Voedings- en beweeggewoontes van Utrechters Het toenemend overgewicht onder Utrechters kan verklaard worden uit het samenspel van een complex aantal factoren, zoals in deze factsheet beschreven. Deze factoren kunnen samen leiden tot een ongezond voedings- en beweegpatroon. Om inzicht te krijgen in het voedings patroon van Utrechters is in de verschillende onder zoeken gevraagd naar hun ontbijtgedrag en groente- en fruitconsumptie. Voor wat betreft het beweegpatroon is bij volwassenen gekeken naar het voldoen aan de Nederlandse beweegnorm (zie pagina 13) en het beoefenen van een sport. Bij de jeugd is gekeken naar sportgedrag, vervoer naar school en inactief gedrag (televisiekijken en computeren). Ontbijtgedrag Dagelijks ontbijten is van belang bij het voorkomen van overgewicht 13. Het blijkt dat bijna een vijfde van de Utrechtse volwassenen niet dagelijks ontbijt, dat wil zeggen minder dan 5 dagen per week. Vooral de wijken Noordwest en Zuidwest scoren lager dan het Utrechtse gemiddelde, zie hiervoor figuur 6. Daarnaast valt op dat volwassen vrouwen duidelijk vaker ontbijten dan mannen. Deze verschillen zijn terug te vinden in tabel 2. Ook worden verschillen in ontbijtgedrag naar sociaal economische status en etniciteit gevonden. Laagopgeleiden ontbijten minder vaak dan middenhoog- en hoogopgeleiden. 13 GGD Oostelijk Zuid-Limburg (2005). Overgewicht in Oostelijk Zuid- Limburg. www.ggdzl.nl Autochtone Utrechters ontbijten vaker dagelijks dan Utrechters met een andere etniciteit. Vooral Turkse en Marokkaanse Utrechters ontbijten relatief weinig. In het basisonderwijs ontbijt 13% van de kinderen minder dan vijf dagen per week. De wijken Noordwest, Overvecht en Zuidwest scoren relatief slecht. In zowel het basis- als het voortgezet onderwijs ontbijten jongens vaker dan meisjes. Daarnaast ontbijt ongeveer een derde van de kinderen met laagopgeleide ouders niet dagelijks. Groente- en fruitconsumptie Ook de consumptie van zowel groente als fruit vormen een indicatie voor een gezond voedingspatroon. 11

Figuur 7: Wijkverschillen in beweging Basisonderwijs (groep 2 en 6) Volwassenen 16+ Niet georganiseerd sporten Niet voldoen aan beweegnorm Vleuten- De Meern West Noordwest Overvecht 61% Vleuten- De Meern West Noordwest Overvecht 48% Leidsche Rijn 51% 21% Noordoost Leidsche Rijn 45% 38% Noordoost 21% 35% 45% Binnenstad 30% Oost 48% 50% 39% Binnenstad 41% 36% Oost 63% Zuidwest 35% Voortgezet onderwijs (klas 1 en 3) Geen lid sportclub 50% Zuidwest 38% Zuid Zuid Vleuten- De Meern West Noordwest Overvecht 51% Leidsche Rijn 55% 17% Noordoost 30% 41% 35% Binnenstad 19% Oost 54% Ongunstigere score dan Utrechts gemiddelde Score ongeveer gelijk aan Utrechts gemiddelde Gunstigere score dan Utrechts gemiddelde Zuidwest 26% Zuid 12

Tabel 3: Beweeggewoontes in Utrecht naar geslacht, sociaal economische status en etniciteit Leerlingen basisschool Leerlingen voortgezet onderwijs Volwassenen (groep 2 en 6 BO) (VO1 en VO3) (16 jaar en ouder) Minder dan Niet georgani- Meer dan Minder dan Geen lid Niet lopen of Meer dan 5 Haalt norm Beoefent geen 1,5 uur seerde sport 2 uur TV/dag 2x per week 1 sportclub fietsen naar uur TV/PC voldoende sport sport/week uur sport school per dag bewegen niet Geslacht Man 37% 37% 22% 28% 11% 53% 43% 47% Vrouw 51% 41% 9% 45% 45% 15% 51% 43% 47% Sociaal Economische Status Laag 48% 60% 16% 38% 52% 21% 62% 51% 73% Middenhoog 45% 45% 8% 30% 22% 6% 42% 38% 48% Hoog 42% 21% 3% 30% 22% 6% 42% 41% 31% Etniciteit Nederlands 43% 24% 4% 30% 33% 5% 45% 40% 44% Marokkaans 46% 70% 40% 58% 24% 57% 66% 71% Turks 44% 70% 19% 42% 63% 29% 67% 71% 78% Surinaams/ Antilliaans 46% 43% 13% 39% 41% 22% 67% 45% 59% Overige etniciteiten 50% 48% 15% 38% 41% 12% 51% 47% 48% Totaal 44% 39% 34% 37% 13% 52% 43% 47% Voor volwassenen geldt de richtlijn van minimaal 200 gram groente per dag en 2 stuks fruit of één stuk fruit en één glas vruchtensap. Voor beide richtlijnen geldt dat slechts een derde van de Utrechtse volwassenen (33%) hieraan voldoet. Vrouwen en mannen halen even vaak de norm voor groente. Mannen halen echter minder vaak de norm voor fruit. Zie tabel 2 voor de exacte percentages. Hoopopgeleiden voldoen vaker aan de norm voor groente dan middenhoogen laagopgeleiden. Dit geldt niet voor de consumptie van fruit. In dat geval scoort alleen de groep lager opgeleiden slechter. Verschillen in etniciteit worden alleen gevonden voor groenteconsumptie. Volwassen Marokkaanse, Turkse en Surinaams/Antilliaanse Utrechters eten vaker dagelijks voldoende groente dan autochtone Utrechters. In het basisonderwijs eet ongeveer 1 op de 7 kinderen niet dagelijks groente en fruit, dat wil zeggen minder dan zes dagen per week. In het voortgezet onderwijs eet bijna 50% niet dagelijks groente en bijna 60% niet dagelijks fruit (minder dan zes dagen per week). Er worden geen grote verschillen tussen jongens en meisjes gevonden. Kinderen van laagopgeleide ouders eten minder vaak dagelijks groente dan kinderen van hoogopgeleide ouders. In het basisonderwijs eten kinderen van allochtone afkomst minder vaak dagelijks groente en fruit. Dit geldt ook voor de groenteconsumptie in het voortgezet onderwijs. Beweegnorm Voor volwassenen wordt geadviseerd dat zij minimaal een half uur per dag matig intensief bewegen (dit is de Nederlandse norm voor gezond bewegen). Dit kan bijvoorbeeld behaald worden tijdens sport, werk, vervoer of schoonmaken in huis. Van de volwassenen in Utrecht voldoet 43% niet aan deze beweegnorm (zie tabel 3). Er bestaan daarbij grote wijkverschillen, zoals in figuur 7 te zien is. Vooral de wijken Overvecht, Zuidwest, Leidsche Rijn en Vleuten-de Meern scoren ongunstig bij volwassenen. Tabel 3 laat verder grote verschillen in beweeggedrag zien tussen volwassenen van verschillend opleidings niveau en etniciteit. Lager opgeleiden halen minder vaak de beweegnorm dan hoger opgeleiden. Ook voldoen relatief weinig Turkse en Marokkaanse Utrechters aan de beweegnorm. 13

Sportgedrag Bijna de helft van de volwassenen Utrechters beoefende in 2006 geen sport. Voor de lager opgeleiden gold dit voor bijna driekwart. Veel Marokkaanse en Turkse Utrechters sportten niet. Uit de Utrechtse sportpeiling 2008 blijkt wel dat meer en meer Utrechters sporten. Het aantal lager opgeleiden dat sport is sterk gestegen, maar blijft nog achter bij Utrecht gemiddeld. Ongeveer 40% van de kinderen in groep 2 en groep 6 van het basisonderwijs sport niet in georganiseerd verband. In het voortgezet onderwijs is dit ruim een derde van de jongeren. Jongens sporten vaker en langer dan meisjes. Kinderen uit gezinnen met hoogopgeleide ouders sporten daarnaast duidelijk vaker. In het basisonderwijs sport een kwart van de autochtone kinderen niet georganiseerd ten opzichte van ruim tweederde van de Marokkaanse en Turkse kinderen. Vervoer naar school In het voortgezet onderwijs gaat ruim niet dagelijks met de fiets of te voet naar school. Vooral jongeren met een lage opleiding en jongeren van Marokkaanse, Turkse en Surinaams/Antilliaanse komaf gaan minder vaak lopend of fietsend naar school. Inactief gedrag In het basisonderwijs kijkt 1 op de 10 kinderen langer dan twee uur televisie per dag. In het voortgezet onderwijs zit zelfs meer dan de helft van de kinderen 5 uur of meer per dag achter de televisie of computer. Ook nu springen kinderen met een lagere sociaal economische status en allochtone kinderen in het oog. In het basisonderwijs kijken kinderen van laagopgeleide ouders ongeveer vijf keer zo vaak langdurig televisie dan kinderen van hoogopgeleide ouders. 14

Tijd voor actie! Kort samengevat. Het percentage overgewicht onder Utrechters is hoog. Zeker als gekeken wordt naar bepaalde bevolkingsgroepen en wijken. Ook het voedings- en beweegpatroon van inwoners van de gemeente Utrecht laat nog te wensen over. Het is tijd voor Utrechters om aan een gezonde leefstijl Meer weten? te werken. Professionals in de gezondheidszorg en andere sectoren, zoals het onderwijs, welzijn, het bedrijfsleven en de gemeente kunnen inwoners helpen om de gezonde keuze ook een gemakkelijke keuze te laten zijn. De gemeente Utrecht heeft de GG&GD opdracht gegeven de regie te voeren over een uitgebreid plan van aanpak Gezond Gewicht. De GG&GD werkt hieraan met diverse partners in de stad. Een overzicht van de activiteiten is terug te vinden in de brochure Gezond Gewicht in uitvoering. Toelichting op de Utrechtse aanpak. Brochure Gezond gewicht: Balans tussen voeding en beweging, jezelf en je omgeving. Basisinformatie voor Utrechtse professionals. GG&GD Utrecht, K. van der Goot en J. van Noort (augustus 2008) Tabellenboek Overgewicht in Utrecht, Feiten en cijfers. GG&GD Utrecht. H. Schreurs, H. Zwikker en F. de Koning (oktober 2008). Brochure Gezond Gewicht in uitvoering. Toelichting op de Utrechtse aanpak. GG&GD Utrecht. K van der Goot, J. van Noort (november 2008). Plan van aanpak Gezond Gewicht Utrecht 2007-2011. GG&GD Utrecht. G. de Geus, I van Gaalen en K. van der Goot (mei 2007). Utrechters sporten veel. Bestuursinformatie (september 2008). Gemeente Utrecht. Deze documenten zijn te vinden op www.utrecht.nl/gggd onder het kopje Gezonde leefstijl/gezond Gewicht. 15

Colofon Uitgave Tekst Fotografie Drukwerk Gemeente Utrecht, Hanneke Schreurs, Olga Boh, Anton van Daal, De Groot Drukkerij bv, Goudriaan Geneeskundige en Gezondheidsdienst Postadres Postbus 2423, 3500 GK Utrecht Telefoon 030-286 3333 www.utrecht.nl/gggd Kerstin van der Goot en Judith van Noort, GG&GD Utrecht Eindredactie Johan Maaswinkel, Willem Mes Vormgeving Bureau Gurk, Utrecht Datum November 2008 E-mail gezondgewicht@utrecht.nl Liesbeth Hijmans van den Bergh