ONDERZOEK NAAR DE RECHTMATIGE BEKOSTIGING VAN NIET-EER-STUDENTEN AAN DE HANZE HOGESCHOOL GRONINGEN

Vergelijkbare documenten
ONDERZOEK NAAR DE RECHTMATIGE BEKOSTIGING VAN NIET-EER-STUDENTEN AAN DE VRIJE UNIVERSITEIT AMSTERDAM


handelende in overeenstemming met de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;

Op de voordracht van Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, van xxx, nr. WJZ/ (10561),directie Wetgeving en Juridische Zaken;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Gelet op de artikelen 2.6, eerste lid, en 2.10a van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek;

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Economische Zaken;

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Zaaknummer : CBHO 2015/033 Rechter(s) : mrs. Olivier, Lubberdink en Troostwijk Datum uitspraak : 7 augustus 2015 Partijen : Appellant en

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op de artikelen 3.16e en 11.5 van de Wet studiefinanciering 2000;

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Zaaknummer : 2014/150 : mrs. Olivier, Borman, Hoogvliet Datum uitspraak : 16 december 2014 : Appellante en Vrije Universiteit Amsterdam

Masterclass nieuwe bekostiging en Regeling collegegelden

Regeling collegegeld

Verordening AlkmaarPas voor minima gemeente Alkmaar. gelet op het voorstel van burgemeester en wethouders, bijlage nr ;

Aan de voorzitters van het College van Bestuur van de universiteiten en hogescholen cc HBO-raad, VSNU

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

REGELS STATUSTOEKENNING SUBSIDIE VRAAGFINANCIERING 2018

De wijzigingen in dit besluit hebben geen gevolgen voor de Rijksbegroting.

Tegemoetkoming Leraren

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van [-] 2013, No.[]);

Regeling bekostiging hoger onderwijs 2006

Controleplan Bekostigings- gegevens. Bedrijfsvoering / Audit en Interne Controle

RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Regeling Bestuursbeurzen voor studentbestuurders in studentenorganisaties van Hogeschool Utrecht en de Universiteit Utrecht

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

VRAGENLIJST HBO. Ingevuld door: Naam instelling: Adres instelling: Contactpersoon: Naam: Telefoon:

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Zaaknummers : 2011/019 en 019.1

Informatie over de rechten en plichten van asielzoekers in relatie tot het hoger onderwijs

Regeling inschrijving, collegegeld en examengeld

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Inschrijvingsbesluit 2002/2003. transnationale. Universiteit Limburg

ECLI:NL:RVS:2012:BW3893

Ministerie van Onderwijs, Cultuuren Wetenschap

Op de voordracht van Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, van X XX 2017, nr. WJZ/XXXXX (XXX), directie Wetgeving en Juridische Zaken;

VERORDENING LANGDURIGHEIDSTOESLAG GEMEENTE HOUTEN

Artikel 2.3 Instellingscollegegeld voor EER-studenten Artikel 2.4 Instellingscollegegeld voor niet-eer-studenten

Geld voor school en studie

ECLI:NL:RBNNE:2016:2567

Wijziging van de Wet studiefinanciering 2000 met het oog op het wijzigen van de criteria voor de toekenning van meeneembare studiefinanciering

RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK NAAR DE JUISTHEID VAN DE IN BRON GEREGISTREERDE GEGEVENS VAN DE PARACHUTE TE ZOETERMEER

REGLEMENT SELECTIE EN PLAATSING

Rapport. Rapport over een klacht over de Dienst Uitvoering Onderwijs te Groningen. Publicatiedatum: 15 januari Rapportnummer: 2015/010

REGELS STATUSTOEKENNING RIJKSBIJDRAGE HOGER ONDERWIJS 2020

Paragraaf Onderwerp Bepalen soort collegegeld, wettelijk- of instellingscollegegeld Wettelijk collegegeld

Kortingsregeling Collegegeld Open Universiteit. KCOU december 2013

I-SZ/2014/1811 / RIS (Bijlage 1) Regeling

Regeling collegegeld

BELEIDSREGEL AL/BR Overheveling GGZ budget AWBZ-Zvw

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

Openbaar. Klantdirecteuren IND c.c. DDMB. Hoofddirecteur IND

Artikel I Artikel 15 van het Uitvoeringsbesluit Les- en cursusgeldwet 2000 wordt als volgt gewijzigd:

Besluit van 2018 tot wijziging van het Uitvoeringsbesluit WHW 2008 in verband met de Wet invoering associate degree-opleiding

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

180. BIJSTAND AAN VREEMDELINGEN

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Verordening participatie schoolgaande kinderen Wet werk en bijstand

Verordening toelage uitwonende studerenden

Artikel I De Wet werk en bijstand wordt als volgt gewijzigd:

BELEIDSREGEL GEMEENTELIJKE TEGEMOETKOMING (KOA-kopje) IN DE KOSTEN KINDEROPVANG 2013 GEMEENTE MENTERWOLDE

Verordening individuele studietoeslag gemeente Westland 2015

COLLEGEGELD

RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK

Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Westland 2015

Besluit van tot wijziging van het Uitvoeringsbesluit WHW 2008 in verband met een andere bekostigingswijze van de Open Universiteit

FAQ. Holland Scholarship

Raadsbesluit Jaar 2015/09/24/06. Besluit:

Kortingsregeling Collegegeld Open Universiteit. KCOU september 2010

Vertrouwensbeginsel, terugwerkende kracht Artikelen: WHW art lid 1,3 en 4, Uitvoeringsbesluit WHW art. 2.1 en 2.2 lid 1, Awb art.

vast te stellen de Verordening individuele studietoeslag gemeente Nederweert 2015

Legeswijzer voor de IND

Artikel 2.3 Instellingscollegegeld voor EER-studenten Artikel 2.4 Instellingscollegegeld voor niet-eer-studenten

Beleidsregels subsidie Maatschappelijke Participatie (meedoenbijdrage) gemeente Waalre

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Bijlage 3. Legeswijzer voor de IND. Versie juli 2011


Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

REGELING FINANCIËLE ONDERSTEUNING OP GROND VAN OVERMACHT

Verwerking Overeenkomst EG-Zwitserse Bondsstaat in Vc 2000

Regeling Bindend Studieadvies

ASSURANCERAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK

ECLI:NL:RBSGR:2007:BB2855

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

TOELICHTING COLLEGEGELD , HOGESCHOOL LEIDEN

Gemeente Den Haag. rv 126. Voorstel van het college inzake aanpassing verordening langdurigheidstoeslag 2012 ten gevolge van vervallen huishoudtoets.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Gon1eente -n. Uitvoeringsregeling Participatiefonds

Wonen (en werken) in Nederland voor EU-burgers

Bij beslissing van 14 april 2013 heeft het college van bestuur het daartegen door appellant gemaakte bezwaar ongegrond verklaard.

U I T S P R A A K

Uitvoeringsreglement Studieadvies in de propedeutische fase

Transcriptie:

ONDERZOEK NAAR DE RECHTMATIGE BEKOSTIGING VAN NIET-EER-STUDENTEN AAN DE HANZE HOGESCHOOL GRONINGEN Rapport 4994861 Utrecht, maart 2017

INHOUD Aanleiding 5 1 Verzoek om verificatie 7 2 Verloop van de verificatie 8 3 Wettelijke bepalingen 9 4 Conclusies en gevolgen naar aanleiding van uitkomsten van de verificatie 10 Bijlagen 11-14

Aanleiding De inspectie heeft op 15 maart 2016 aandacht gevraagd voor een juiste registratie en verificatie van type verblijfsvergunningen en specifieke redenen voor verblijf van studenten die een andere nationaliteit hebben dan studenten die behoren tot de Europese Economische Ruimte (niet-eer-studenten). In principe komen niet-eerstudenten niet voor bekostiging in aanmerking, tenzij zij een specifieke reden voor verblijf hebben op grond waarvan zij volgens de Vreemdelingenwet en de Wet studiefinanciering recht hebben op studiefinanciering. Uit een analyse van gegevens uit het centrale register BRONHO heeft de inspectie een indicatie gevonden dat er bij de Hanze Hogeschool Groningen inschrijvingen/graden van niet-eer-studenten zijn bekostigd (kalenderjaar 2016) of zullen worden bekostigd (kalenderjaar 2017), terwijl zij op basis van de verblijfsvergunning mogelijk geen specifieke redenen voor verblijf hebben (of hadden) waaraan een recht op studiefinanciering kan worden ontleend. De Hanze Hogeschool is derhalve verzocht een aantal onderdelen van deze inschrijvingen/graadverleningen van deze studenten te verifiëren. Pagina 5 van 13

Pagina 6 van 13

1 Verzoek om verificatie Met de brief van 15 september 2016 (kenmerk 4920364/25BE) heeft de inspectie de Hanze Hogeschool gevraagd de volgende onderdelen van bekostigde inschrijvingen/graden van niet-eer-studenten (opgenomen in de bijlage bij dat verzoek) te laten verifiëren, teneinde te kunnen vaststellen of er sprake is van een recht op bekostiging voor deze inschrijvingen/graden: Welke specifieke redenen voor verblijf hebben/hadden deze studenten volgens hun verblijfsvergunning? Zijn zij op basis van deze specifieke redenen terecht voor bekostiging in aanmerking gebracht? Welk collegegeld is aan deze studenten in rekening gebracht en betreft dit het wettelijke collegegeld of het instellingscollegegeld. Het verzoek richtte zich op verificatie van in totaal 51 inschrijvingen/graden van niet-eer-studenten, die als volgt verdeeld waren over de onderzochte studiejaren: 50 inschrijvingen studiejaar 2014-2015 (van belang voor de rijksbijdrage 2016) 1 inschrijving studiejaar 2015-2016 (van belang voor de rijksbijdrage 2017) Volgens het centrale register BRONHO zijn deze studenten meegenomen in de berekening van de rijksbijdragen 2016 en 2017 van de Hanze Hogeschool. Pagina 7 van 13

2 Verloop van de verificatie Met de brief van 26 september 2016 (kenmerk 166043) heeft het hoofd van de studentenadministratie van de Hanze Hogeschool de uitkomst van deze verificatie meegedeeld aan zowel de inspectie als DUO. Uit de verificatie blijkt dat 50 inschrijvingen van niet-eer-studenten (49x studiejaar 2014/2015; 1x studiejaar 2015/2016) ten onrechte voor bekostiging in aanmerking zijn gekomen. Een specificatie van deze 50 inschrijvingen is opgenomen in een bijlage 1 bij dit rapport (deze bijlage wordt niet getoond bij de publicatie van dit rapport op de website van de inspectie). In de reactie gaf het hoofd van uw studentenadministratie aan dat in 2014 een lijst met 48 studenten ter attentie zou zijn aangeleverd door DUO; daarop zouden deze studenten correct zijn gecorrigeerd en geregistreerd in uw studenten informatie systeem DUO heeft de inspectie bevestigd dat de Hanze Hogeschool een correctie heeft aangeleverd, maar heeft deze gegevens destijds niet verwerkt, als gevolg waarvan de Hanze Hogeschool ten onrechte bekostiging heeft ontvangen voor deze studenten. Pagina 8 van 13

3 Wettelijke bepalingen Waarom komen deze buitenlandse studenten niet voor bekostiging in aanmerking? Volgens de WHW (art. 7.32 lid 5) staan de onderwijsvoorzieningen open voor een ieder die de Nederlandse nationaliteit heeft of daarmee volgens wettelijke bepalingen (opgenomen in de Wet studiefinanciering en de Vreemdelingenwet) wordt gelijk gesteld dan wel vreemdelingen die een rechtmatig verblijf in Nederland hebben op basis van bepalingen in de Vreemdelingenwet. Studenten met een nationaliteit binnen de zogenaamde Europese economische ruimte (EER) worden volgens Europese afspraken gelijkgesteld met de Nederlandse nationaliteit. Studenten met een nationaliteit die niet behoort tot de EER tellen alleen mee voor bekostiging als ze in aanmerking komen voor studiefinanciering (op grond van Uitvoeringsbesluit WHW, artikel 1.1, definitie van student, en artikel 4.8). Dit is het geval als ze op het terrein van de studiefinanciering met een Nederlander worden gelijkgesteld (artikel 2.2 Wet studiefinanciering). Het Besluit studiefinanciering regelt in artikel 3 dat met een Nederlander wordt gelijkgesteld de vreemdeling die in Nederland rechtmatig verblijf heeft op basis van de gronden opgenomen in dat artikel (zie bijlage 2); deze gronden zijn gespecificeerd in de verblijfsvergunning. Als niet aan die gronden wordt voldaan, heeft de instelling voor de desbetreffende student geen recht op bekostiging.. Een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd voor het volgen van een studie vormt geen specifieke reden voor gelijkstellen van een buitenlandse nationaliteit met de Nederlandse nationaliteit. Bij de registratie van dit soort verblijfsvergunningen heeft de inspectie regelmatig een onjuiste registratie in BRONHO geconstateerd. Uit de verificatie door uw Hogeschool blijkt dat de verblijfsdocumenten van de buitenlandse studenten niet de specifieke redenen bevatten die aantonen dat deze studenten op basis van artikel 2.2 van de Wet Studiefinanciering en daaraan gekoppelde artikelen van de vreemdelingenwet met de Nederlandse nationaliteit gelijk kunnen worden gesteld, waardoor het recht op studiefinanciering ontstaat. Daarmede vervalt gelet op (onder meer) artikel 7.43 van de Wet op het Hoger Onderwijs en de artikelen 1.1 en 4.8 lid 1 van het uitvoeringsbesluit WHW 2008, eveneens het recht op bekostiging voor deze studenten. Pagina 9 van 13

4 Conclusies en gevolgen naar aanleiding van uitkomsten van de verificatie Naar aanleiding van de verificatie concludeert de inspectie dat aan de Hanze Hogeschool: een te hoge rijksbijdrage 2016 is betaald. Op basis van de gegevens in de bijlage bij dit rapport is het verschil (berekend op basis van het studentgebonden budget in het onderwijsdeel ad 5.251 en rekening houdend met de wegingsfactor van de opleiding), bepaald op 336.064 [(30 x 1,5 x 5.251) + (19 x 5.251)]. een te hoge voorlopige rijksbijdrage 2017 is toegekend; op basis van de gegevens in de bijlage bij deze brief is het verschil (berekend op basis van het student gebonden budget in het onderwijsdeel ad 5.177. Pagina 10 van 13

BIJLAGE 2 bij rapport 4994861 Besluit studiefinanciering 2000 Geldend van 10-02-2017 t/m heden Pagina 13 van 13

Besluit studiefinanciering 2000 Geldend van 10-02-2017 t/m heden Artikel 3. Nationaliteit: gehele gelijkstelling 1 Met een Nederlander wordt gelijkgesteld de vreemdeling die in Nederland rechtmatig verblijf heeft: a. b. c. d. e. f. op grond van een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd als bedoeld in artikel 14, van de Vreemdelingenwet 2000, onder de beperking: 1. 2. 3. 4. verband houdende met verblijf als familie- of gezinslid van een Nederlander of van een vreemdeling als bedoeld in de onderdelen a of b van dit artikel of hiermee verband houdende niet-tijdelijke humanitaire gronden, verband houdend met tijdelijke humanitaire gronden of hiermee verband houdende niettijdelijke humanitaire gronden, anders dan genoemd in artikel 3.4, eerste lid, Vreemdelingenbesluit 2000, als bedoeld in artikel 3.4, derde lid, Vreemdelingenbesluit 2000 of hiermee verband houdende niet-tijdelijke humanitaire gronden, of verband houdende met afwikkeling nalatenschap oude Vreemdelingenwet als bedoeld in artikel 3.17a, onderdeel b, van het Voorschrift Vreemdelingen 2000 of hiermee verband houdende niet-tijdelijke humanitaire gronden, op grond van een verblijfsvergunning als bedoeld in artikel 8, onder b, van die wet, op grond van een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd als bedoeld in artikel 28 van die wet, op grond van een verblijfsvergunning als bedoeld in artikel 8, onder d, van die wet, bedoeld in artikel 8, onderdelen g of h van die wet, voor zover hij reeds studiefinancieringsgenietende is, of ten behoeve van wie of aan wie een tegemoetkoming is verstrekt als bedoeld in de hoofdstukken 3 of 4 van de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten.