LEIDRAAD BIJ DE INLEIDINGSZITTING VAN DE RECHTBANKEN VAN KOOPHANDEL VAN LIMBURG

Vergelijkbare documenten
LEIDRAAD BIJ DE INLEIDINGSZITTING VAN DE RECHTBANKEN VAN KOOPHANDEL VAN LIMBURG

Nieuw model van DAGVAARDING met ingang van Gerechtelijk jaar 2007 Versie Aanhef

FICHE WETTELIJKE RENTEVOETEN.

FICHE WETTELIJKE RENTEVOETEN.

WETTELIJKE RENTEVOET IN DE

FICHE WETTELIJKE RENTEVOETEN.

LEIDRAAD VOOR DE TOEPASSING VAN DE GERINGE VORDERINGEN-Vo. * BINNEN DE RECHTBANK VAN KOOPHANDEL ANTWERPEN

INTERNATIONAAL INCASSO

INTERNATIONAAL INCASSO

INVORDERING VAN ONBETWISTE GELDSCHULDEN. Het bekomen van een uitvoerbare titel zonder tussenkomst van een rechtbank, via de gerechtsdeurwaarder

Rechtbank van Koophandel te Hasselt, vonnis van 1 februari 2006

LEIDRAAD VOOR DE TOEPASSING VAN DE EBB-VERORD. * BINNEN DE RECHTBANK VAN KOOPHANDEL ANTWERPEN

Rechtbank van koophandel te Antwerpen, vonnis van 24 september 2014

Invordering Onbetwiste Schulden (IOS)

De publicatie en inwerkingtreding van de verschillende boeken van het Wetboek Economisch Recht gaat door.

Rechtbank van Koophandel Antwerpen (afd. Turnhout), vonnis van 27 oktober 2014

zaaknummer / rolnummer: / HA ZA

LEIDRAAD VOOR DE TOEPASSING VAN DE EUROPESE BETALINGSBEVELPROCEDURE* BINNEN DE RECHTBANK VAN KOOPHANDEL ANTWERPEN

Verdrag inzake de betekening en de kennisgeving in het buitenland van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke en in handelszaken

Hof van Beroep te Gent, twee arresten van 5 februari 2007

Memorie van Toelichting. Algemeen

LEIDRAAD VOOR DE TOEPASSING VAN DE EUROPESE BETALINGSBEVELPROCEDURE* BINNEN DE ONDERNEMINGSRECHTBANK ANTWERPEN

Wijziging dagvaardingen per 01 april 2013

VLAAMS GEWEST, vertegenwoordigd door de Vlaamse Regering, in. de persoon van de Minister-President, met kabinet gevestigd te

Vonnis RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG OOST- VLAANDEREN, AFDELING DENDERMONDE BESLAG. , AAOr-j. .001/2012 m ST-059 B IN op vrljdag /

Hof van Cassatie van België

LJN: AP7705, Rechtbank 's-hertogenbosch, / HA ZA Print uitspraak

ECLI:NL:PHR:2013:873 Parket bij de Hoge Raad Datum conclusie Datum publicatie Zaaknummer 12/04481

LJN: AO9357, Rechtbank Arnhem, Print uitspraak

zaaknummer / rolnummer: / HA ZA

Datum van inontvangstneming : 11/12/2012

Behalve de vermeldingen in artikel 43 voorgeschreven, bevat het beslagexploot op straffe van nietigheid:

Vredegerechten arrondissement Limburg

ARBEIDSHOF TE BRUSSEL ARREST

Vredegerecht Bree, vonnis van 8 oktober 2015

KBvG, Cie Wetgeving, subcommissie Griffierecht Wet griffierechten burgerlijke zaken Modellen voor aanzeggingen, v4 nieuw tarief

Hof van beroep Antwerpen

(2) voor titels gewezen op of nà geen exequatur meer vereist is.

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Verschijnend in persoon, bijgestaan door mr.. te

PC Advocaten Nieuwsbrief DE NIEUWE RICHTLIJN BETALINGSACHTERSTAND. Contact ZZINLEIDING

Hof van Cassatie van België

Hof van Beroep te Brussel, arrest van 25 maart 2013

Hof van Cassatie van België

Datum van inontvangstneming : 31/10/2014

Actualia gerechtelijk recht en evaluatie Potpourri I

Hof van Cassatie van België

Daedalius Advocatenkantoor

sectie burgerlijke rechtbank

ECLI:NL:RBSGR:2011:BP5489

COMMISSIE VOOR ONRECHTMATIGE BEDINGEN

ONDERWERP: Algemeen reglement inzake al de gemeentelijke belastingen. Aanpassing vanaf DE GEMEENTERAAD,

ECLI:NL:RBLIM:2017:7471

Incassokosten en algemene verkoopsvoorwaarden op Belgische debiteuren

1 Model A1, Rechtbank, 1 gedaagde: natuurlijk persoon Vordering van ,00 met de aanzegging, dat: a. indien gedaagde verzuimt advocaat te stellen

Rechtbank van Koophandel ANTWERPEN, afdeling TURNHOUT

Arresten en documenten Gerechtelijk recht

2. Soorten en verband

BENELUX COUR DE JUSTICE GERECHTSHOF. Vertaling 1 A 2012/2/5 ARRET. En cause : BELGACOM. Contre: ALPHACOM. Langue de la procédure : le français ARREST

zaaknummer / rolnummer: C/09/ / HA ZA Partijen zullen hierna Stichting de Thuiskopie en [X] genoemd worden.

ECLI:NL:RBLIM:2017:3845

: DAS Nederlandse Rechtsbijstand Verzekeringmaatschappij N.V., gevestigd te Amsterdam, verder te noemen Rechtsbijstandverzekeraar

van gedaagde bij verschijning in de procedure geen griffierecht zal worden geheven;

ECLI:NL:RBAMS:2013:6267

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Model Rechtspraak

hebbende als raadsman Mr. J. VdE, advocaat te 1050 Brussel,

Hof van Cassatie van België

De burgerlijke rechtbank

Knipperlichten. Conflictmanagement. Luc Demeyere. 20 februari 2013

Hof van Cassatie van België

Rolnummer Arrest nr. 80/2005 van 27 april 2005 A R R E S T

ECLI:NL:RBOBR:2017:3328

Datum van inontvangstneming : 18/09/2017

ECLI:NL:RBNHO:2013:9371

AANZEGGINGEN DAGVAARDING KANTON

Rolnummer: 21 Nummer van het arrest: A2 van 28 november 2002 ARREST. De Belgische Staat, vertegenwoordigd door de Minister van Financiën,

Hof van Cassatie van België

Instantie. Onderwerp. Datum

RAAD VAN DISCIPLINE. Beslissing van de voorzitter van de Raad van Discipline in het ressort s-hertogenbosch van 25 april 2018

ECLI:NL:GHSHE:2014:3900

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG LIMBURG

Nota van toelichting

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND. Afdeling civielrecht Zittingsplaats Lelystad. zaaknummer / rolnummer: C/16/ / HL ZA

ECLI:NL:RBROT:2017:886

Arbeidshof te Brussel

Dat dit een tijdje duurde was het gevolg van personeelstekorten en andere omstandigheden van budgettaire aard.

In zake: 2010/AR/3198

LJN: BZ0031, Rechtbank 's-hertogenbosch, / HA ZA Print uitspraak

VERZOEKSCHRIFT Uitvoering huur

Hof van Cassatie van België

MEDEDELING AAN DE LEDEN

zaaknummer / rolnummer: / KG ZA

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

ECLI:NL:RBMNE:2013:BZ9562

Datum van inontvangstneming : 31/01/2013

Datum van inontvangstneming : 19/06/2015

Het Europees Betalingsbevel EBB vanuit de praktijk van de gerechtsdeurwaarder

Overeenkomst tussen advocaat en cliënt 1

Transcriptie:

1 LEIDRAAD BIJ DE INLEIDINGSZITTING VAN DE RECHTBANKEN VAN KOOPHANDEL VAN LIMBURG A. INTERNATIONALE RECHTSMACHT Overeenkomstig art. 26 EEX-Vo (Verordening (EG) nr. 44/2001 van de Raad van 22 december 2000 betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken) dient de rechtbank zich ambtshalve zonder rechtsmacht te verklaren, indien de verweerder met woonplaats op het grondgebied van een lidstaat van de EU 1 wordt opgeroepen voor een gerecht van een andere lidstaat en niet verschijnt, voor zover haar rechtsmacht niet berust op de verordening. Dit betekent concreet dat, bij verstek van een verweerder met woonplaats in de EU, de rechtbank dient te onderzoeken of de Belgische rechtbanken rechtsmacht hebben en dat de eiser dat (liefst in de motivering van de dagvaarding) dient aan te tonen. Rechtspraak in dat verband is gepubliceerd in een aantal tijdschriften en is terug te vinden op de website http:/www.law.kuleuven.ac.be/ipr/eng/euprocedure/index.php. Voor zover men zich beroept op een forumbeding, kan het, in tegenstelling met het interne recht, niet volstaan beroep te doen op de factuurvoorwaarden van de aanvaarde facturen, die het voorwerp uitmaken van het geding. Voor een aantal landen geldt het EVEX-verdrag en voor landen buiten de EU en EER gelden de bevoegdheidsregels van de wet van 16 juli 2004 houdende het wetboek van internationaal privaatrecht. B. BEVOEGDHEID In principe onderzoekt de rechtbank ambtshalve haar materiële bevoegdheid (zij is in principe niet bevoegd, wanneer de verweerders op hoofdvordering geen handelaars zijn of handelsvennootschappen, zoals VZW s en burgerlijke vennootschappen). Behoudens, in de gevallen waar haar territoriale bevoegdheid van openbare orde is, onderzoekt de rechtbank haar territoriale bevoegdheid niet. Bij betwisting van de bevoegdheid dient de rechtbank deze te onderzoeken aan de hand van de wijze, waarop de eis in de inleidende dagvaarding werd omschreven zonder onderzoek naar de grond van de zaak. Voor zover de eiser zich beroept op een bevoegdheidsbeding dat afwijkt van de bevoegdheidsregels voorzien bij art. 624 Ger. W., is het geraadzaam daarvan in de inleidende dagvaarding melding te maken. C. ONTVANKELIJKHEID Er wordt gewezen op art. 19 Betekenings-Vo (Verordening (EG) nr. 1348/2000 van de Raad van 29 mei 2000 inzake de betekening en de kennisgeving in de lidstaten van de gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke of in handelszaken) in een geval van betekening in de EU 2. Wanneer een stuk dat het geding inleidt, naar een andere lidstaat moest worden verzonden en de verweerder verschijnt niet, dient de zaak te worden aangehouden totdat gebleken is dat het stuk betekend is met inachtneming van de vormen voor de betekening of kennisgeving van stukken in dat 1 Met uitzondering van Denemarken waarvoor het oude EEX-verdrag geldt. 2 Behoudens Denemarken waar het verdrag van Den Haag geldt.

2 land, hetzij tot gebleken is dat het stuk aan de verweerder in persoon of aan zijn woonplaats is afgegeven op een andere in deze verordening geregelde wijze en dat de betekening of kennisgeving, dan wel de afgifte zo tijdig is geschied (in dit geval met het oog op de inleidingzitting) dat de verweerder gelegenheid heeft gehad verweer te voeren. Rechtspraak in dat verband is terug te vinden op de onder A. aangehaalde website. D. BEWIJS Ook in het geval van verstek, dient de vordering aannemelijk te worden gemaakt. Een minimum lijkt dat in geval van inning van facturen de kopijen van de facturen en de factuurvoorwaarden zouden worden neergelegd. Het kan soms aangewezen zijn ook het contract en ingebrekestellingen bij te brengen. E. AFREKENING Indien de dagvaarding gebaseerd is op een afrekening dient deze geïncorporeerd in de dagvaarding of in bijlage daarvan gevoegd, opdat de rechtbank een minimale controle kan doen omtrent de juistheid van de cijfers. F. INTERESTEN Het beschikkend gedeelte van de dagvaarding dient duidelijk geformuleerd te worden, zodat het beschikkend gedeelte van het vonnis, in geval het het beschikkend gedeelte van de dagvaarding overneemt, geen aanleiding geeft tot betwisting of interpretatiemoeilijkheden. Een motiverend of beschikkend gedeelte van de dagvaarding dat de toekenning vordert van een hoofdsom meer interesten of interesten vanaf de vervaldag zonder te formuleren of het om moratoire, vergoedende of gerechtelijke interesten gaat, en evenmin aanduidt vanaf welke datum tot welke datum de interesten dienen berekend te worden, nalaat de vervaldagen te preciseren of nalaat de hoofdsommen te vermelden waarop de interesten dienen berekend te worden of nalaat de interestvoet te vermelden, geeft aanleiding tot dergelijke moeilijkheden. Het is verkieslijk om het door de griffie over te typen beschikkend gedeelte der dagvaarding zo klein mogelijk te houden, dat er zou worden overgegaan tot berekening van de moratoire interesten en dat er één hoofdsom zou worden gevorderd bestaande uit het totaal van de facturen, de nalatigheidsinteresten en het schadebeding. Wettelijke interesten bestaan niet. Wel bestaan moratoire of gerechtelijke interesten aan de wettelijke interestvoet. Nalatigheidsinteresten en moratoire interesten zijn hetzelfde. De gerechtelijke interesten lopen vanaf de datum van de akte, waarbij zij worden gevorderd (dagvaarding of bij uitbreiding van eis: de datum van neerlegging van de conclusie). Het is aangewezen in de dagvaarding een onderscheid te maken tussen de

3 moratoire interesten tot datum dagvaarding en de gerechtelijke interesten vanaf de datum van dagvaarding. Conventionele interesten zijn volgens de rechtsleer de interesten, die overeengekomen worden bij de terugbetaling van leningen. In het kader van handelsvorderingen is het juister te spreken van moratoire interesten aan de conventionele (conventioneel overeengekomen) rentevoet. De gerechtelijke interesten zijn de voortzetting van de moratoire interesten en kunnen worden gevorderd aan dezelfde rentevoet van de moratoire interesten. Het is dus verkieslijk ook de rentevoet van de gerechtelijke interesten te preciseren. Overeenkomstig art. 1153 BW. acht de rechtbank een conventionele rentevoet die hoger is dan de interestvoet van art. 5 van de wet van 2 augustus 02 tot bestrijding van de betalingsachterstand inzake handelstransacties (zie hierna) overdreven. Zij herleidt deze, ook bij verstek, overeenkomstig art. 1153 BW., zoals gewijzigd door de wet van 23 november 1998, tot de interestvoet van art. 5 van de wet van 2 augustus 02, zoals deze evolueerde in de tijd (zie hierna). Tot de wet van 2 augustus 02 tot bestrijding van de betalingsachterstand inzake handelstransacties begonnen de nalatigheidsinteresten slechts te lopen vanaf de ingebrekestelling, tenzij de overeenkomst of de algemene voorwaarden van de aanvaarde factuur vrijstellen van ingebrekestelling. Er is rechtspraak die sinds de wet van 2 augustus 02 bij gebreke van vrijstelling de nalatigheidsinteresten (eventueel aan de conventionele rentevoet) laat lopen vanaf de vervaldag van de factuur of bij gebreke van overeengekomen vervaldag vanaf de 31 ste dag na de factuurdatum. Indien de factuurvoorwaarden geen conventionele rentevoet bepalen (of er geen factuurvoorwaarden zijn) kunnen inzake handelstransacties overeenkomstig art. 5 tweede lid van de wet van 2 augustus 02 en vanaf de data, overeenkomstig bovenstaande paragraaf, de interesten overeenkomstig de semesteriëel bepaalde interestvoet in rekening worden gebracht. Deze is volgens de Ministeriele Mededelingen, als volgt: 10,5 % tweede semester 2002 (B.S. 3 oktober 02) 10 % eerste semester 2003 (B.S. 14 februari 03) 9,5 % tweede semester 2003 (B.S. 17 juli 03) 9,5 % eerste semester 2004 (B.S. 26 januari 04) 9,5 % tweede semester 2004 (B.S. 10 augustus 04) 9,5 % eerste semester 2005 (B.S. 26 januari 05) 9,5 % tweede semester 2005 (B.S. 9 augustus 05) 9,5 % eerste semester 2006 (B.S., 26 januari 06) 10 % tweede semester 2006 (B.S., 25 juli 06) 11 % eerste semester 2007 (B.S., 30 januari 07). Sinds de wet van 2 augustus 02 bestaan er eigenlijk twee wettelijke interestvoeten: te weten deze bepaald door art. 87 van de programmawet van 27 december 2006 en deze ingevolge art. 5 van de wet van 2 augustus 02 tot bestrijding van de betalingsachterstand inzake handelstransacties.

4 Door de wet van 27 december 06 3 werd de eerste wettelijke interestvoet variabel gemaakt: hij zal jaarlijks worden vastgesteld aan de hand van het gemiddelde van de Euribor-rentevoet op 1 jaar tijdens de maand december van het voorafgaande jaar, verhoogd met 2 %. Die rentevoet wordt in de maand januari in het B.S. bekendgemaakt. Ingevolge Ministeriele Mededeling gepubliceerd in het B.S. van 17 januari 2007 beloopt hij op 7 % voor het jaar 2007. Het is aangewezen voor de eerste rentevoet de woorden gewone wettelijke interestvoet te gebruiken (en niet aan 6 % ) om hem te onderscheiden van deze van de wet van 2 augustus 02 tot bestrijding van de betalingsachterstand inzake handelstransacties enerzijds en om het mogelijk maken hem aan te passen wanneer hij bij het begin van het jaar wordt gewijzigd. Verwijzingen naar de interestvoeten, bepaald door de Nationale Bank van België (discontovoet) kunnen niet meer sinds de invoering van de girale. De nationale Bank van België bepaalt die interestvoeten niet meer. Voor de omrekening naar de interestvoeten van de ECB is er art. 7 van de wet van 30 oktober 98: de verwijzingen naar de rentevoeten van de Nationale Bank van België... die voorkomen in... contractuele bepalingen vervangen door verwijzingen naar de rentevoeten van de Europese Centrale Bank op de door de Koning bepaalde wijze. Er is ter zake een K.B. van 26 november 98. Overeenkomstig bijlage 1 van het K.B. van 26 november 98 in uitvoering van art. 7 van de wet van 30 oktober 98 genomen wordt het discontotarief van de Nationale Bank vervangen door het rentetarief van de depositofaciliteit van de ECB verhoogd met het verschil tussen het laatste discontotarief van de Nationale Bank van België en het op dat ogenblik geldende Nationale Bank van België depositotarief. Dat is 0,75 % (zie hierover T.B.H., 2000,747). Voor de interestvoeten van de ECB wordt verwezen naar de website http://www.ecb.int/home/ecbinterestrates.htm. In geval er in de overeenkomst of de factuurvoorwaarden verwezen is naar de interestvoet van de NBB kan de rechtbank geen andere interestvoet (bijvoorbeeld niet deze van de gewone wettelijke interestvoet) toepassen, dan deze die bekomen wordt door de omzetting, zoals blijkt uit de voorgaande paragrafen. Betalingen kunnen toegerekend worden overeenkomstig art. 1254 BW. Indien er betalingen gebeurden sinds de dagvaarding, is het verkieslijk om vergissingen te vermijden een geschreven stuk neer te leggen dat de bedragen en de data van de betalingen vermeldt en het beschikkend gedeelte van de dagvaarding te herformuleren en dit werk niet over te laten aan de rechtbank, met het risico op vergissingen. G. SCHADEBEDING De inleidingskamers herleiden, ook bij verstek, in principe het overeengekomen schadebeding tot 10 % van de hoofdsom, met een maximum van 2.500. Op het schadebeding kunnen alleen gerechtelijke interesten aan de gewone wettelijke interestvoet vanaf de dagvaarding in rekening worden gebracht. 3 Die rentevoet bedroeg 8 % vanaf 1 augustus 1985 tot 1 september 96 en van dan af 7 %.

5 Wanneer er geen schadebeding is, kunnen overeenkomstig art. 6 van de wet van 2 augustus 02 tot bestrijding van de betalingsachterstand de relevante invorderingskosten in rekening worden gebracht. Er is rechtspraak van de beide rechtbanken van koophandel die deze om praktische redenen bepaalt op 10 % van de hoofdsom. Tot dusverre is de rechtspraak van de eerste kamer in die zin gevestigd dat een schadebeding van 10 % in principe niet cumuleerbaar is met de relevante invorderingskosten van art. 6 van de wet van 2 augustus 02 tot bestrijding van de betalingsachterstand inzake handelstransacties. De toepassing van art 6 van de wet van 2 augustus 02 tot bestrijding van de betalingsachterstand inzake handelstransacties sluit de toekenning van een rechtsplegingsvergoeding uit. Het is verkieslijk wanneer men de relevante invorderingskosten vordert, uitdrukkelijk te vermelden in de dagvaarding dat men zich beroept op de wet van 2 augustus 02 en in dat geval niet meer het woord schadebeding te gebruiken, omdat er in principe geen beding is. De rechtspraak van de beide inleidingskamers tot dusverre is, dat in geval de betaling van een geldsom wordt gevorderd, de erelonen van de advocaten begrepen zijn in het schadebeding of in de invorderingskosten van art 6 van de wet van 2 augustus 02 en dat deze niet nog eens extra kunnen worden gevraagd. In geval van verstek, is het onnodig een stuk neer te leggen met opgave van de kosten. CONCLUSIES: Conclusies, die worden neergelegd met het oog op de behandeling in korte debatten dienen neergelegd de avond voor de zitting (fax rechtbank koophandel Hasselt: 011/290690; fax rechtbank koophandel Tongeren: 012/399731). TOT SLOTSOM De rechtbanken van koophandel trachten de partijen zo snel mogelijk aan een uitvoerbare titel te helpen. Alle vorderingen bij verstek worden door de rechtbank getoetst aan het bovenstaande. Wat gevorderd wordt en van het bovenstaande afwijkt, dwingt de rechtbank tot verbetering, aanvulling en herberekening van het beschikkend gedeelte van haar vonnis over te gaan, waardoor de rechtbank en de griffie in tijdsnood komen en er risico s ontstaan op vergissingen.